BESLUIT
Het college van burgemeester sluit zich niet aan bij het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar, om volgende redenen:
De aanvraag doorstaat de watertoets niet
De aanvraag is gelegen aan de oever van de Kleine Nete. Volgens de watertoetskaarten situeert de aanvraag zich voor een groot deel in effectief overstromingsgevoelig gebied. De VMM adviseerde op 26 april 2022 dat bij hoge retourperiodes onder klimaatverandering het perceel een bergende functie zal hebben voor de opvang van overvloedig regenwater. De nulpas van het gebouw wordt voorzien op 6,24 mTAW, zodat minstens ca .1 meter boven het bestaande maaiveld wordt gebleven. De VMM neemt op grond hiervan aan dat op deze manier voldoende overstromingsrobuust zou worden gebouwd.
Overeenkomstig artikel 1.3.1.1, §1, eerste lid Waterwetboek moet de vergunningverlenende overheid er zorg voor dragen, door het weigeren van de vergunning dan wel door het opleggen van gepaste voorwaarden of aanpassingen, dat geen schadelijk effect ontstaat of zoveel mogelijk wordt beperkt en, indien dit niet mogelijk is, dat het schadelijk effect wordt hersteld of, in de gevallen van de vermindering van de infiltratie van hemelwater of de vermindering van ruimte voor het watersysteem, gecompenseerd.
Het advies van de VMM houdt geen rekening met de mogelijkheid van opslibbing van het effectief overstromingsgevoelig gebied dat zich o.a. onder het gebouw bevindt. Ingeval van opslibbing zal het waterbergend vermogen aanzienlijk inkrimpen, met overstromingsgevaar tot gevolg.
Zoals ook de VMM in haar advies erkent, is de kans reëel dat het perceel vanwege de klimaatverandering een bergende functie zal moeten uitoefenen. In januari 2021 was er in de onmiddellijke omgeving ter hoogte van de Rivierstraat en de Amerstraat reeds wateroverlast. Verdere bebouwing is in het licht hiervan onwenselijk. De aanvraag voorziet bovendien niet in voldoende, langdurige garanties om te voorkomen dat het terrein zal opslibben, met nefaste gevolgen voor de waterbergende functie die het terrein in de toekomst zal moeten vervullen.
Bijgevolg kan geenszins worden uitgesloten dat de aanvraag schadelijke effecten teweeg zal brengen voor de waterhuishouding ter plaatse.
De aanvraag doorstaat de watertoets niet, en moet overeenkomstig artikel 4.3.1, §1 VCRO worden geweigerd.
De aanvraag is niet in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening
Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid:
De aanvraag omvat twee bouwvolumes met respectievelijk drie en vijf volwaardige bouwlagen. De schaal van het project past niet in de omgeving, die ter hoogte van de Lispersteenweg en de Rivierstraat uit eengezinswoningen bestaat. De schaal van de aanvraag overtreft ook deze van de recentere meergezinswoningen langs de Amerstraat, die slechts drie volwaardige bouwlagen hebben en een zadeldak met een bouwlaag. Het aantal bouwlagen waarin de aanvraag voorziet komt in de omgeving niet voor. Er wordt dan ook voorzien in een te grote bouwdichtheid, die de draagkracht van het terrein en de omgeving ver te boven gaat.
In dit verband moet ook worden opgemerkt dat de aanvraag wordt ingeplant naast de woning te Lispersteenweg 352. Deze woning heeft slechts één bouwlaag onder een zadeldak. Het is geen goede ruimtelijke ordening om een gebouw met drie en vijf bouwlagen te voorzien naast een woning met slechts één bouwlaag. De aanvraag zal deze woning langs het zuiden volledig insluiten. De woning te Lispersteenweg zal worden geconfronteerd met een hoge muur van steen en beton. Dit is niet aanvaardbaar.
Het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar kan dan ook niet worden bijgetreden waar het stelt dat de aanvraag voorziet in een aanvaardbare verhoging van het ruimtelijk rendement. De aanvraag breekt volledig met de schaal van de bebouwing in de onmiddellijke en ruimere omgeving. De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid van de aanvraag zijn niet aanvaardbaar op deze locatie.
Visueel vormelijke aspecten:
De aanvraag zal ten aanzien van de woning te Lispersteenweg 352 een massieve indruk maken, die zonlicht vanuit het zuiden wegneemt. Dit vormt een onaanvaardbare verstoring van het evenwicht tussen de percelen.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen:
Het aangevraagde gebouw situeert zich op minder dan 10 meter van de perceelgrenzen van de woningen aan de Lispersteenweg. De aanvraag zal, onder meer gelet de aanzienlijke bouwhoogte en het grote aantal ramen dat in de zijgevel wordt voorzien, rechtstreekse inkijk veroorzaken in de woningen en tuinen gelegen langs de Lispersteenweg. Ingevolge de omvang en hoogte van de gebouwen kortbij de perceelgrenzen zullen de percelen langs de Lispersteenweg tevens schaduwhinder ondervinden. Ook ten aanzien van de woningen aan de Rivierstraat zal er inkijk ontstaan vanuit de ramen en terrassen.
De aanvraag zal tevens inkijk en schaduwhinder doen ontstaan in het perceel te Lispersteenweg 352. De aanvraag maakt ten opzichte van deze eengezinswoning een massieve indruk, en zal het zonlicht vanuit het zuiden blokkeren. Bovendien zal er vanuit de ramen en terrassen inkijk mogelijk zijn in de tuin van dit perceel.
De aanvraag zal dan ook onaanvaardbare hinder teweegbrengen voor de omgeving.
Beleidsmatig gewenste ontwikkeling
De gemeenteraad van de Stad Lier nam op 28 maart 2022 een beslissing met het verzoek aan het college om tot eind 2024 alle aanvragen tot het bekomen van een omgevingsvergunning voor de bouw van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning (dit betekent in concreto dat 50 % of meer van de netto vloeroppervlakte van het project betrekking heeft op of gekoppeld is aan de functie meergezinswoning) op een greenfield op het grondgebied van Lier te beoordelen, rekening houdend met de beleidsmatig gewenste ontwikkeling, als onderdeel van de toetsing van de overeenstemming van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening in de zin van art. 4.3.1 §2, 2°, a) VCRO.
De gemeenteraad stelde in de beslissing van 28 maart 2022 onder meer het volgende:
“Er zou omzichtig dienen te worden omgesprongen met deze in bepaalde gevallen waardevolle onverharde gebieden binnen de stad. Deze greenfields zijn soms belangrijk voor de waterhuishouding en kunnen een groene long vormen binnen het kleinstedelijk gebied.
De stad Lier wenst op korte termijn een RUP of een verordening vast te stellen om de bouw van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning in kleinstedelijk gebied in het algemeen en op greenfields in het bijzonder te regelen.
Het moet worden vastgesteld dat de groei van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning op heden eerder ongecontroleerd verloopt. De stad ziet het aantal greenfields verminderen. De focus bij de meeste ontwikkelingen van meergezinswoningen ligt daarenboven uitsluitend op de maximale kwantiteit van het aantal woongelegenheden en vaak ook een maximale toename van de verhardingsgraad.
Zonder bouwpauze, noodzakelijk voor het uitwerken van een aantal ruimtelijke instrumenten, zullen zulke aanvragen steeds op een ad-hoc-niveau worden beoordeeld waarbij een ruimere en duidelijke visie achterwege blijft. Dit heeft gevolgen voor de waterhuishouding, het stadsbeeld, de belevingswaarde, de gezondheids- en hinderaspecten, de woonkwaliteit, beslissingen over het voorzieningenniveau, investeringen in het openbaar domein, enzovoort. De projecten kunnen bijdragen aan de creatie van ongewenste hitte-eilanden in de stad, terwijl greenfields juist zeer waardevol zijn om dergelijke hitte-eilanden tegen te gaan.
De stad Lier wenst prioritair aanvang te nemen met de opmaak van een RUP dan wel een bouwverordening houdende een kader voor de ontwikkelingsmogelijkheden van greenfields. Meer specifiek dient de ontwikkeling van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning in dergelijke greenfields aan duidelijke kwaliteitseisen te worden onderworpen.
Om deze reden is het opportuun om een tijdelijke bouwpauze te overwegen voor de bouw van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning op greenfields. Deze bouwpauze zou een geldigheidsduur hebben van twee jaar, zijnde tot eind 2024.
Deze periode van twee jaar zal worden benut om in tussentijd een verordenend instrument op te maken.
Projecten die getuigen van een vermenging van functies, waarbij meergezinswoningen niet de hoofdfunctie uitmaken, vallen buiten de toepassing van onderhavige beleidsvisie.
Om te bepalen of een project als hoofdfunctie meergezinswoning heeft kan als toetsingscriterium de 50% norm worden gehanteerd. Als de netto vloeroppervlakte van een aangevraagde project voor 50% of meer betrekking heeft op of gekoppeld is aan de functie meergezinswoning, en op een greenfield, valt deze onder toepassing van onderhavige beleidsvisie.
De te overwegen bouwpauze heeft geen betrekking op projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning op reeds verharde percelen (geen greenfields).
Greenfields zijn alle nog onverharde terreinen op het grondgebied van Lier. Ook de groene restzone van een verder bebouwd perceel dient als een greenfield te worden gekwalificeerd.
Art. 4.3.1 §1 VCRO omvat het beoordelingskader voor aanvragen tot het bekomen van een omgevingsvergunning. Ook de goede ruimtelijke ordening vormt conform art. 4.3.1 §1, 1°, d) VCRO een belangrijk beoordelingselement.
Artikel 4.3.1 §2 VCRO voorziet in een kader voor de beoordeling van de overeenstemming van vergunningsaanvragen met de zogenaamde “goede ruimtelijke ordening”. Ook een toekomstgerichte visie kan bij de beoordeling van de overeenstemming van het aangevraagde met de goede ruimtelijke ordening worden gehanteerd.
Dit wordt met name uitdrukkelijk toegestaan middels art. 4.3.1, §2, 2° VCRO, dewelke voorziet dat de overheid bij het beoordelen van het aangevraagde ook rekening kan houden met de beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten van art. 4.3.1, §2, 1° VCRO.
Het Grondwettelijk Hof (GwH 6 april 2011, nr. 50/2011, B.61.3, met verwijzing naar Parl.St. Vl.Parl. 200809, nr. 2011/6, 31) heeft hierbij bevestigd dat deze “beleidsmatig gewenste ontwikkelingen” een rekbaar begrip vormen, “waarvan de inhoud niet alleen uit de ruimtelijke structuurplannen, maar tevens uit andere bestuursdocumenten kan voortvloeien”.
Bij de beoordeling van de overeenstemming van het aangevraagde met de beleidsmatig gewenste ontwikkelingen zal daarenboven steeds rekening dienen te worden gehouden met de rechtspraak volgens dewelke de overheid die een bepaalde stedenbouwkundige politiek voert, die politiek algemeen bekend moet maken en in concreto moet onderzoeken of een bepaald project daaraan beantwoordt (Zie bv. RvVb 31 juli 2012, nr. A/2012/0312; RvVb 25 april 2012, nr. A/2012/0164; RvVb 23 juli 2012, nr. A/2012/0287).
Ook de Raad van State erkent de mogelijkheid om beleidsmatig gewenste ontwikkelingen toe te passen, doch stipuleert dat de beoordeling van een vergunningsaanvraag in elk geval in concreto en met een voldoende uitgebreide motivering dient te gebeuren (RvS 27 januari 2000, nr. 84.964 inzake WVI; RvS 6 december 2006, nr. 165.608 inzake Devos; RvS 25 juni 2008, nr. 184.746 inzake Barzeele).
Onderhavige beleidsvisie betreft een dergelijke beleidsmatig gewenste ontwikkeling conform artikel 4.3.1, § 2 VCRO, en betreft aldus geen bindend en verordenend voorschrift. De vergunningverlenende overheid behoudt aldus haar vrijheid om de beleidsmatig gewenste ontwikkeling, naargelang van de concrete toedracht van de aanvraag, niet te volgen.
De beleidsvisie is aldus conform de recente rechtspraak van de Raad van State (RvS (10e k.) nr. 249.227, 15 december 2020 (NV ZWIJNAARDE / STAD OUDENAARDE)).
Bijkomend wordt verwezen naar de Omzendbrief van de provincie Antwerpen “gemeentelijke beleidsmatig gewenste ontwikkelingen bij de beoordeling van omgevingsvergunning- en verkavelingsaanvragen door de deputatie” dd. september 2020.
Verwijzend naar de rechtspraak van de Raad voor Vergunningsbetwistingen, legt de deputatie volgende voorwaarden op opdat met een beleidsmatig gewenste ontwikkeling rekening kan worden gehouden:
● Beleidsmatig gewenste ontwikkelingen moeten conform artikel 4.3.1 §2, 2° VCRO zijn;
● De beleidsmatig gewenste ontwikkelingen moeten algemeen bekendgemaakt worden;
● De beginselen van behoorlijk bestuur moeten worden gerespecteerd;
● De beleidsmatig gewenste ontwikkelingen mogen niet als een op zichzelf staand (weigerings-)motief inzake goede ruimtelijke ordening worden aangewend;
● Er moet een initiatief volgen om de beleidsmatig gewenste ontwikkelingen juridisch te verankeren (RUP, verordening) binnen een redelijke termijn;
● De deputatie vraagt voor de kennisname van gemeentelijke beleidsmatig gewenste ontwikkelingen om in vooroverleg te gaan met de provinciale dienst Omgevingsberoepen en Ruimtelijke Planning;
● De deputatie vraagt dat beleidsmatig gewenste ontwikkelingen worden goedgekeurd door de gemeenteraad;
Onderhavige beleidsmatig gewenste ontwikkeling voldoet aan de door de deputatie gestelde voorwaarden.
[…]
BESLUIT
Art 1 :
De gemeenteraad verzoekt het college van burgemeester en schepenen en de deputatie om tot eind 2024 alle aanvragen tot het bekomen van een omgevingsvergunning voor de bouw van projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning (dit betekent in concreto dat 50 % of meer van de netto vloeroppervlakte van het project betrekking heeft op of gekoppeld is aan de functie meergezinswoning) op een greenfield op het grondgebied van Lier te beoordelen, rekening houdend met de beleidsmatig gewenste ontwikkeling van de tijdelijke bouwpauze, als onderdeel van de toetsing van de overeenstemming van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening in de zin van art. 4.3.1 §2, 2°, a) VCRO. Onderhavige beleidsmatig gewenste ontwikkeling ontslaat de vergunningverlenende overheid niet van een onderzoek van elke vergunningsaanvraag in concreto en op zijn eigen merites.
Art 2 :
Binnen het toepassingsgebied van onderhavige beleidsmatig gewenste ontwikkeling vallen de volgende projectaanvragen tot het bekomen van een omgevingsvergunning voor ‘stedenbouwkundige handelingen’, ‘het verkavelen van gronden’ of ‘bijstellen van een verkaveling’:
● Het bouwen van één of meerdere projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning (dit betekent in concreto dat 50 % of meer van de netto vloeroppervlakte van het project betrekking heeft op of gekoppeld is aan de functie meergezinswoning), inclusief wanneer deze zijn vervat binnen een verkavelingsproject of groepswoningbouwproject;
● Afwijkingsaanvragen op de voorschriften van vergunde verkavelingen waarbij het creëren van één of meerdere projecten met als hoofdfunctie meergezinswoning (dit betekent in concreto dat 50 % of meer van de netto vloeroppervlakte van het project betrekking heeft op of gekoppeld is aan de functie meergezinswoning) wordt beoogd.
Onderhavige beleidsmatig gewenste ontwikkeling is hierbij enkel van toepassing op bovenvermelde vergunningsaanvragen met betrekking tot greenfields, zijnde alle nog onverharde terreinen, op het grondgebied van Lier. Ook de groene restzone van een verder bebouwd perceel dient als een greenfield te worden gekwalificeerd.
De beleidsmatig gewenste ontwikkeling is niet van toepassing op aanvragen tot splitsing van bestaande (meergezins)woningen, aangezien deze aanvragen per definitie geen betrekking hebben op een greenfield.
Deze beleidsmatig gewenste ontwikkeling is niet van toepassing op omgevingsvergunningen die vóór 22 februari 2022 werden ingediend.
Art 3 :
De gemeenteraad bepaalt om onderhavige beleidsmatig gewenste ontwikkeling algemeen bekend te maken aan de bevolking door minstens een publicatie op de gemeentelijke website en in het gemeentelijk informatieblad. De gemeenteraad gaat akkoord om de Deputatie van de Provincie Antwerpen, alsook de betrokken provinciale diensten, in kennis te stellen van de goedgekeurde beleidsmatig gewenste ontwikkeling.”
De vergunningverlenende overheid behoudt haar vrijheid om de beleidsmatig gewenste ontwikkeling, naargelang de concrete toedracht van de aanvraag, niet te volgen. De beleidsvisie omvat dan ook geenszins een reglementair bouwverbod en heeft niet tot gevolg dat een concreet perceel onbebouwbaar zou worden. Wel is het zo dat een aanvraag beoordeeld kan worden met inachtneming van de beleidsmatig gewenste ontwikkeling. De beleidsvisie ontslaat de vergunningverlenende overheid er echter niet van om de aanvraag in concreto en op zijn eigen merites te beoordelen.
De aanvraag werd ingediend na 22 februari 2022, en strekt tot het bekomen van een omgevingsvergunning voor een meergezinswoning bestaande uit twee bouwvolumes op een perceel dat thans nog onverhard is, en dus een ‘greenfield’ uitmaakt in de zin van de beleidsmatig gewenste ontwikkeling. De aanvraag voorziet in de verharding en bebouwing van een deel van de groene long langs de Kleine Nete. Zoals hierboven reeds werd toegelicht, heeft het project ongunstige gevolgen voor de waterhuishouding, het stadsbeeld, de belevingswaarde ter hoogte van de Kleine Nete, en veroorzaakt het hinder, waaronder schaduwvorming, inkijk en mogelijke wateroverlast. Bovendien draagt het project bij aan het hitte-eilandeffect.
Het college van burgemeester en schepenen stelt vast dat de aanvraag op tal van punten niet in overeenstemming is met de goede ruimtelijke ordening. Bovendien doorstaat de aanvraag de watertoets niet. De aanvraag voorziet in een onaanvaardbare invulling van een groene restzone langs de Kleine Nete. Eveneens is voorliggende aanvraag niet conform de principes van de beleidsmatig gewenste ontwikkeling.
In deze omstandigheden kan geen vergunning worden verleend voor de aangevraagde meergezinswoning op de locatie in kwestie.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 3 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze deels kunnen worden bijgetreden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het bouwen appartementsgebouw te weigeren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de offerte van Natuurbuur ten bedrage van 2.105,40 euro (incl BTW) en de gebruiksovereenkomst tussen Natuurbuur en de stad Lier zoals gevoegd in bijlage principieel goed te keuren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college keurt de lijst bestelbons gewone en buitengewone dienst LPL goed voor een totaal bedrag van 8.102,86 euro (van bestelbonnummer 473 tot en met bestelbonnummer 486).
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de volgende lijst betaalbaarstellingen, dienstjaar 2022, betaalbaar te stellen voor een totaal bedrag van 1.336.281,23 euro : mandaatlijsten 545, 546, 549, 550, 551, 552, 553, 554, 555, 556, 557, 558, 559, 560, 561, 562, 563, 564, 565, 566, 567, 568, 569, 570, 574, 575, 576.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de volgende mandaatlijsten, dienstjaar 2022, betaalbaar te stellen voor een totaal bedrag van 41.580,89 euro: mandaatlijstnummer 43.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het belastingkohier op " Verspreiding niet-geadresseerde reclamedrukwerken en gelijkgestelde producten en sampling ", tweede kwartaal dienstjaar 2022, vast te stellen en uitvoerbaar te verklaren voor een totaal bedrag van 68.311,65 euro.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het belastingkohier op " Lichtreclames en verlichte uithangborden ", dienstjaar 2022, vast te stellen en uitvoerbaar te verklaren voor een totaal bedrag van 132.285,20 euro.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om principieel akkoord te gaan met de verkoop van het pand gelegen te Lispersteenweg, Lier en ten kadaster gekend als Lier 2e afdeling sectie A nr 691 D 2 aan Infralier aan schattingsprijs, zijnde 725.000 euro, onder de volgende voorwaarden:
● indien er een meerwaarde wordt gerealiseerd op het onroerend goed, dienen de winsten terug te vloeien naar OCMW Lier;
● Infralier verleent een gebruiksrecht aan Stad Lier in het pand voor de kinderopvang tot aan de herhuisvesting ervan naar de nieuwe locatie;
● Infralier verleent een zakelijk recht aan Stad Lier met het oog op de huisvesting van de kinderopvang op de nieuwe locatie in het stadion. De huisvesting van de kinderopvang op de nieuwe locatie in het stadion dient bestendig en langdurig te zijn, zodoende dat het zakelijk recht niet zomaar kan beëindigd worden.
● de verkoop vindt plaats onder de opschortende voorwaarde van de huisvesting van de kinderopvang.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de bijkomende aanwending voor de uitwerking van de detailhemelwaterplannen door Aquafin voor de 4 meest prioritaire deelgebieden.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het Proces-verbaal van definitieve oplevering d.d. 18/02/2022 goed te keuren en de tweede helft van de borg vrij te geven.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist verrekeningsvoorstellen 7a, 11, 15, 18 en 19 m.b.t. restauratie Zwartzusterklooster voor een bedrag van bedraagt 22.617,46 euro excl. BTW ofwel 23.974,51 euro incl. BTW goed te keuren. Er wordt een termijnverlengingen van 5 werkdagen voor verrekeningsvoorstel 11 toegestaan.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het proces-verbaal van definitieve oplevering d.d.19/08/2022 m.b.t. de opdracht 'HAL T- huisvestiging reuzentrein' goed te keuren.
Art 2 :
De resterende borgtocht wordt vrijgegeven.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist in kader van de opdracht "Beeldacademie - ontwerp deurgehelen - vier vluchtdeuren" bijkomend 974,44 euro budget op naam van Gevelinzicht architecten uit Antwerpen vast te leggen.
BESLUIT:
Art 1 :
Het college keurt de aanvraag tot deelneming:
van de firma’s ‘Denys nv’, ‘TM Monument Vandekerckhove –Monument Goedleven – Altritempi’, ‘Renotec nv’ en ‘TM Artes Woudenberg – Artes Roegiers’ voor fase 2 1A exterieur goed;
van de firma’s ‘Atelier Mestdagh BV’, ‘Monument Vandekerckhove nv’ en ‘Renotec nv’ voor fase 2 1B glas in loodramen TNN goed.
van de firma’s ‘Monument Vandekerckhove NV’ en ‘Renotec nv’ voor fase 2 1C glas in loodramen KK3.1/ KN1/ TN01-TN03 goed.
van de firma’s ‘Atelier Mestdagh BV’, ‘Monument Vandekerckhove nv’ en ‘Renotec nv’ voor fase 2 1D glas in loodramen Ka1-Ka5 goed.
De uitnodiging om offerte in te dienen zal worden verstuurd.
Art 2 :
Het college keurt de aanbestedingsdossiers fase 2 1A tem 1D, restauratie Sint-Gummaruskerk glas-in loodramen en exterieur oost van de MJPO Sint-Gummarussite, met bijhorende raming, goed. De gunning zal verlopen volgens mededingingsprocedure met onderhandelingsprocedure (MMO).
Art 3:
Het college zal de nodige bijkomende budgetten voorzien bij de aanpassing van het meerjarenplan rekening houdend met een eventuele spreiding richting volgende legislatuur.
BESLUIT:
Art 1:
Het college keurt de aanvraag tot deelneming van de firma’s ‘Denys nv’, ‘TM Monument Vandekerckhove –Monument Goedleven – Altritempi’, ‘Renotec nv’ en ‘TM Artes Woudenberg – Artes Roegiers’ voor fase 2 deel 2 interieur oost en technieken in gehele kerkgebouw van de MJPO Sint-Gummarussite goed. De uitnodiging om offerte in te dienen zal worden verstuurd.
Art 2 :
Het college keurt de aanbestedingsdossiers fase 2 deel 2 interieur oost en technieken in gehele kerkgebouw van de MJPO Sint-Gummarussite, met bijhorende raming, goed. De gunning zal verlopen volgens mededingingsprocedure met onderhandelingsprocedure (MMO).
Art.3:
Het college zal de nodige bijkomende budgetten voorzien bij de aanpassing van het meerjarenplan rekening houdend met een eventuele spreiding richting volgende legislatuur.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de opdracht voor het aanplanten van 53 bomen op de Davidsvest en Begijnenvest toe te wijzen aan Pius Floris Boomverzorging, Dellestraat 5 te 3560 Lummen voor een bedrag van 19.188,99 € exclusief BTW of in totaal 23.218,68 € inclusief BTW.
Art 2 :
Het college beslist om voor deze werken een premie aan te vragen bij het Agentschap Onroerend Erfgoed.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het bestek met nr. 2022/714 en de raming voor de opdracht “Levering van een bestelwagen met verlaagde open laadbak”, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.
Art 2 :
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art 3 :
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- Deprince nv, Mechelsesteenweg 258 te 2500 Lier;
- Garage Kerremans, Antwerpsesteenweg 380 te 2500 Lier;
- Garage Germaine, Beukheuvel 48 te 2500 Koningshooikt;
- Garage Van Mossel, Marnixdreef 2 te 2500 Lier;
- Hedin Automotive Lier, Mallekotstraat 62a te 2500 Lier;
- Liers Auto center, Hoogveldweg 91 te 2500 Lier;
- Garage Nova, Antwerpsesteenweg 505 te 2500 Lier;
- garage Liers Auto Center, Hoogveldweg 91 te 2500 Lier;
- Garage Leemans bvba, Mallekotstraat 75 te 2500 Lier.
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 18 oktober 2022 om 11.00 uur.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de bijkomende aanwending voor aanpassing van de inrit aan Vakenderveld.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de bijkomende aanwending voor de herstellingen aan de kasseien van de Grote Markt.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de definitieve oplevering van de opdracht 'herstellen kasseien Grote Markt' uitgevoerd door Hens NV.
Art 2 :
De borgstelling akte nr. 12/167971 bij de deposito- en consignatiekas dd. 10/02/2020 ten bedrage van 6.800 € mag volledig worden vrijgegeven.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de bijkomende aanwending voor opmaak technisch verslag en sloopopvolgingsproject Lisp 1 'Maan-, Sterren- en Komeetstraat'.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de meerwerken voor de renovatie van de asfaltverharding aan de sportvelden stadspark tussen Schapenkoppenstraat en het jaagpad langs de Grote Nete voor een bedrag van 26.802,60 € inclusief BTW of in totaal 32.431,15 € inclusief BTW.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om aan Abesco volgende documenten over te maken mbt de uitgevoerde veiligheidscoördinatie verwezenlijking voor de weg- en rioleringswerken in de Pastoriestraat :
- overdracht postinterventiedossier
- Getuigschrift goede uitvoering veiligheidscoördinatie
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de aanwending voor het maken van een rioolaansluiting aan Lispersteenweg 118.
Het college beslist de aankoop van de jachthoorn voor een totale som van 100 euro goed te keuren.
Het college beslist de prenten van Henri Seghers als handgift te aanvaarden.
Het college beslist de matrijs als handgift te aanvaarden.
Het college beslist de aankoop van het schilderij van de derde statie door Timmermans voor een totale som van 3500 euro goed te keuren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist principieel akkoord te gaan om de beslissing van de gemeenteraad van 29 juni 2015 over het huishoudelijk reglement betreffende het gebruik van de polyvalente zaal van Jeugdcentrum Moevement op te heffen, zodra het aangepast reglement door de gemeenteraad van kracht wordt.
Art 2 :
Het college beslist principieel akkoord te gaan met het aangepaste huishoudelijk reglement betreffende het gebruik van de polyvalente zaal van Jeugdcentrum Moevement.
Art 3 :
Het college beslist het dossier ter goedkeuring aan de gemeenteraad voor te leggen.
BESLUIT
Het college beslist het verslag van de vorige vergadering van 12/9/2022 goed te keuren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de beslissing van Raad voor Vergunningsbetwistingen.
Art 2 :
Het college beslist niet in beroep te gaan tegen de beslissing.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de beslissing van Raad voor Vergunningsbetwistingen.
Art 2 :
Het college beslist niet in beroep te gaan tegen de beslissing.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van het ingestelde beroep en beslist het standpunt uit eerste aanleg te bekrachtigen.
Art 2 :
Het college beslist voor dit dossier geen raadsman aan te stellen.
Opdrachten :
Het schepencollege geeft opdracht aan:
Dienst | Taak |
Omgeving | advies overmaken aan de deputatie |
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het verkoopbaarheidsattest wordt afgeleverd op naam van Bernaerts & Palmans BVBA, voor de verkaveling V2019/6, Bosstraat 33, afdeling 3 sectie F nrs. 242M en 242N.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het schilderen van een voorgevel + het vervangen van schrijnwerk + het renoveren van een dak te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Er worden geenspecifieke stedenbouwkundige voorwaarden opgelegd.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
BESLUIT
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het wijzigen functie naar frituur en plaatsen reclamepaneel, 2500 Lier te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● Het afvoerkanaal (afzuigkanaal, ventilatiekanaal) wordt uitgesloten uit de omgevingsvergunning.
● de publiciteit moet worden uitgevoerd conform de voorschriften van het beheersplan. De specificaties zijn te bespreken met de stedelijke dienst onroerend erfgoed;
● de houten plaat (9 conform de legende) in de vitrine moet worden vervangen door glas.
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland (ref. P18878-003/01) van 3 augustus 2022 strikt na te leven.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het afbreken achterbouw en uitbreiden te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● De inhoud van de septische put onder het wateroppervlak bedraagt 300 l per IE(inwoner equivalent) (vanaf 11 IE bedraagt dit 225 l/IE) met een minimum van 2.000 liter.
● Na verbouwing en conforme keuring van de riolering, dient de aanvraag voor aansluiting aan de straatriolering te gebeuren via de website van de stad.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 1 bezwaarschrift werd ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze (deels) kunnen worden bijgetreden en de vergunning geweigerd dient te worden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag inzake het plaatsen dakkapel aan voorkant te weigeren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist een aanmoedigingssubsidie toe te kennen aan de houder van het zakelijk recht ten bedrage van 1250 euro.
Art 2 :
De financiële gevolgen zijn:
Actienummer | Omschrijving budgetsleutel | Bedrag | Saldo krediet |
01/01/KAP/03/24 | Aanwenden stedelijke woonpremie | 1250 euro | 28 817,36 euro |
Budgetsleutel | |||
062900/64900000 |
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist een aanmoedigingssubsidie toe te kennen aan de houder zakelijk recht ten bedrage van 1250 euro.
Art 2 :
De financiële gevolgen zijn:
Actienummer | Omschrijving budgetsleutel | Bedrag | Saldo krediet |
01/01/KAP/03/24 | Aanwenden stedelijke woonpremie | 1250 euro | 27567,36 euro |
Budgetsleutel | |||
062900/64900000 |
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de lijst bestelbonaanvragen Stad Lier voor een totaal bedrag van 91.765,12 euro, aangemaakt in week 37 van 2022, die de volledige goedkeuringsflow doorlopen hebben.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het slopen van 2 woningen en bouwen meergezinswoning van 4 wooneenheden, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● De aanvraag moet volledig conform de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd. Deze kan worden nagelezen op www.toegankelijkgebouw.be…
● Achteraan het perceel over een diepte van 3m moet inheems groen worden aangeplant ten laatste in het eerste plantseizoen na het einde der werken.
● Zijdelings moet over de zone van parkeerplaats 4 tot en met de rijzone over een breedte van 1m inheems groen aangeplant. De breedte kan desgewenst opgesplitst worden links en rechts.
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland van 15 september 2022 strikt na te leven.
● Zo spoedig mogelijk Fluvius contacteren. Vermeld daarbij altijd duidelijk het referentienummer van uw project: 48579325
● het plaatsen van een septische put is verplicht
● Indien de ondergrondse mazouttank (zie historiek) nog in gebruik is, dient hiervoor een nieuwe vergunningsaanvraag ingediend te worden. Indien deze verwijderd of opgevuld werd, dient het attest overgemaakt te worden aan de dienst leefmilieu van de stad (leefmilieu@lier.be).
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend door inzake het slopen en bouwen van bijgebouw, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
• De functie van het bijgebouw mag slechts een ondergeschikte functie hebben aan het wonen.
• De oprit aan de grens met de straat mag slechts een breedte hebben van max 3m. De rest van de voorste perceelsgrens moet fysisch worden afgesloten van de straat.
• De voortuin moet voor 50% aangeplant worden met inheemse beplanting
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :