Het college beslist in het kader van de startnota van het GRUP "leidingstraat Viersel-Walem", volgend advies te verlenen:
De motivering van de in de startnota voorgestelde trajectkeuze, moet uitgebreider beargumenteerd en gestoffeerd worden (kosten-batenanalyses, uitgebreidere technische argumenten i.v.m. bepaalde keuzes). De startnota geeft momenteel geen duidelijkheid of het voorgestelde tracé enkel voorzien zal worden in het kader van de waterbevoorrading, dan wel voor andere nutsvoorzieningen. Hier moet een duidelijk uitsluitsel over gegeven worden, aangezien dit belangrijk is in de verdere beoordeling van de tracékeuze en het milieu-effectenonderzoek.
Om het open landschap en de vallei van de Grote Nete te vrijwaren en het principe van bundeling van functies optimaal na te streven, wordt verzocht om de twee alternatieve tracés in overweging te nemen en grondig op hun haalbaarheid te onderzoeken.
Eveneens moet het door de Gecoro voorgestelde tracé langs het Netekanaal tot aan de spoorwegbrug verder onderzocht worden.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de goedkeuring van het Beleidsplan Ruimte Lier te realiseren binnen deze legislatuur.
Art. 2 :
Aan studiebureau OMGEVING wordt een offerte gevraagd voor het opstellen en begeleiden tot en met de goedkeuring van het Beleidsplan Ruimte Lier.
Art. 3 :
Er wordt een bestek opgemaakt voor de aanstelling van een studiebureau dat instaat voor de opmaak van de plan-Mer voor het Beleidsplan Ruimte Lier.
Art. 4 :
De participatieleidraad "Beleidsplan Ruimte Lier" wordt op basis van het voorgestelde "Participatietraject Beleidsplan Ruimte Lier" zoals gepresenteerd op de begeleidingsgroep van 9 maart 2021, verder uitgewerkt.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 0 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het aanbouwen van een overdekt terras en bouwen van een bijgebouw, gelegen te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 3 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze niet kunnen worden bijgetreden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het oprichten van een nieuwe vrijstaande woning, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
o De opgetekende hemelwaterput van 10.000 l moet als dusdanig voorzien worden met hergebruik voor minstens: twee toiletten, een wasmachine en een buitenkraan, vermits hiermee rekening werd gehouden bij de berekeningen rond infiltratie/buffering.
o Er moet een infiltratievoorziening geplaatst worden van minstens 1.600 l en met een infiltratieoppervlakte van minstens 2 m².
o De infiltratiegracht mag maximaal 80 cm diep uitgegraven worden.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het bouwen van een woning lot 24, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Art. 4.1.: Reliëfwijzigingen worden niet toegestaan. Enkel volgende reliëfwijzigingen worden toegestaan:
o Enkel de noodzakelijke toegangen vanaf de openbare weg naar de woning zullen mogen aangetrokken worden.
o Terrassen die gelegen zijn binnen de bouwzone mogen op hetzelfde niveau gebracht worden als het niveau van de nulpas van de woning.
o De voortuin voor de bouwzone en het gedeelte vóór de garage mag op het zelfde niveau gebracht worden als de boordsteen op de grens met het voorliggende domein.
o De rest van de kavel zal zijn oorspronkelijk niveau moeten behouden.
o De vloerpas van de garage heeft dezelfde hoogte als de boordsteen op de grens met het voorliggend openbaar domein.
o De opgetekende hemelwaterput van 5.000 l moet als dusdanig voorzien worden met hergebruik voor minstens: alle toiletten en twee buitenkranen, vermits hiermee rekening werd gehouden bij de berekeningen rond infiltratie/buffering.
o Er moet een infiltratievoorziening voorzien worden van minstens 4.191 l, met een minimale infiltratieoppervlakte van 6 m²
o De infiltratievoorziening mag maximaal 80 cm onder maaiveld geïnstalleerd worden.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het bouwen van een vrijstaande woning, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar deels bij behalve voor wat betreft :
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het Herstellen van het reliëf in de Kleine Netevallei - LIER / Nazareth, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvraag omvat zowel stedenbouwkundige handelingen als vegetatiewijzigingen.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
- De houtige begroeiing dient verwijderd te worden buiten het normale broedseizoen van 1 maart tot 1 juli.
- Voor zover de overige werken uitgevoerd dienen te worden in het broedseizoen, dienen deze aansluitend aan de vellingswerken en onafgebroken uitgevoerd te worden.
- Afvissen van de vijvers is noodzakelijk bij aanwezigheid van een vispopulatie. Afvissen (zo nodig middels drooglegging) dient te gebeuren met behulp van sleepnetten en/of schepnetten.
- De aanvrager dient gebruik te maken van geschikt werfmateriaal (aangepaste werfvoertuigen en rijplaten).
- De aanvrager dient een exotenbestrijding uit te voeren. De exoten dienen voor meer dan 90% verwijderd te worden (ten aanzien van de huidige exotenoppervlakte), bij voorkeur 100%.
- De werfzone omvat de gehele percelen. Gezien de natuurwaarde op de omgevende percelen, mag de werfzone geenszins uitbreiden. Het behoud van waardevolle bomen in de werfzone (buiten de zone van grondverzet) is aan te bevelen.
- Terreinaanlegwerken (ophogen, afgraven en opslag van grond) binnen een afstand van 10 m tot de waterkering zijn, rekening houdende met de stabiliteit en integriteit van de waterkering, niet toegestaan. Deze werken kunnen namelijk aanleiding geven tot afschuivingen, verzakkingen en andere stabiliteitsproblemen. Binnen de 10-meter zone mag dan ook geen grond gestapeld worden. Afwijkingen hiervan dienen schriftelijk aangevraagd te worden bij DVW, Afdeling Regio Centraal.
- Aangezien de werkzone in de buurt van de waterkering gelegen is, moeten alle noodzakelijke maatregelen genomen worden om de integriteit en de stabiliteit van de waterkering te vrijwaren. De verkrijger is aansprakelijk voor alle verzakkingen, incidenten en ongevallen die kunnen voortvloeien uit de aanleg, het bestaan, onderhoud, verandering of schorsing van de werken. Eventuele gebreken die optreden aan de waterkering na het beëindigen van de werken moeten onmiddellijk aan DVW gerapporteerd worden en in voorkomend geval direct hersteld worden tot de volledige voldoening van DVW, zo niet zullen deze herstellingswerken van ambtswege op kosten en risico’s van de verkrijger worden uitgevoerd.
- Geen akkoord met het rooien van de Quercus rubra en de Asculus hippocastanum op het langwerpig eiland . Het zijn mooie grote waardevolle bomen. Daarom een strook met minimum de kroonproject van de 2 bomen te behouden rekening houdend met de wortels tijdens de graafwerken om de 2 bomen zo veel mogelijk te vrijwaren
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het bouwen van een carport, een bijgebouw met de functie van tuinberging en een terrasoverkapping, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het bouwen van een industriegebouw te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het verbouwen van winkel en eensgezinswoning te vergunnen met voorwaarden.
De aanvraag omvat (eveneens) :
Rubriek | Omschrijving | Aard | Hoeveelheid | Eenheid |
45.11.2° | Banderij voor koffie met een totale trommelcapaciteit van 12,5 kg | klasse 2 |
|
|
Zodat de ingedeelde inrichting of activiteit voortaan omvat:
Rubriek | Omschrijving | Aard | Totale hoeveelheid | Eenheid |
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 3:
De in art. 1 bedoelde vergunning wordt uitgereikt voor onbepaalde duur.
Art. 4:
De in artikel 1 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:
§.1 - algemene voorwaarden:
1) Hoofdstuk 4.1: Algemene voorschriften;
2) Hoofdstuk 4.2: Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging;
3) Hoofdstuk 4.3: Beheersing van bodem en grondwaterverontreiniging;
4) Hoofdstuk 4.4: Beheersing van luchtverontreiniging;
5) Hoofdstuk 4.5: Beheersing van geluidshinder;
6) Hoofdstuk 4.6: Beheersing van hinder door licht;
7) Hoofdstuk 4.7: Beheersing van asbest;
8) Hoofdstuk 4.9: Energieplanning;
9) Hoofdstuk 4.10: Emissies van broeikasgassen.
§.2 - sectorale voorwaarden:
10) Hfst. 5.1: Aardolie of aardolieproducten;
11) Afd. 5.2.1: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: Algemene bepalingen;
12) Afd. 5.2.2: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: inrichtingen voor het opslaan en behandelen van afvalstoffen;
13) Afd. 5.2.3bis: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: verbrandings- en meeverbrandingsinstallaties;
14) Afd. 5.2.4: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: stortplaatsen van afvalstoffen in of op de bodem;
15) Afd. 5.2.5: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: monostortplaatsen voor baggerspecie afkomstig uit oppervlaktewateren behoren tot het openbaar hydrografisch net;
16) Afd. 5.2.6: Inrichtingen voor de verwerking van afvalstoffen: afval van winningsindustrieën;
17) Afd. 5.3.1: Stedelijk afvalwater;
18) Afd. 5.3.2: Bedrijfsafvalwaters;
19) Afd. 5.4.1: Bedekkingsmiddelen: algemene bepalingen;
20) Afd. 5.4.2: Bedekkingsmiddelen: productie van lak, verf, drukinkten, kleurstoffen en/of pigmenten;
21) Afd. 5.4.3: Bedekkingsmiddelen: aanbrengen van bedekkingsmiddelen;
22) Afd. 5.4.4: Bedekkingsmiddelen: thermisch behandelen van voorwerpen bedekt met bedekkingsmiddelen;
23) Hfst. 5.5: Biociden;
24) Hfst. 5.6: Vaste brandstoffen;
25) Hfst. 5.7: Chemicaliën;
26) Hfst. 5.8: Diamantbewerking;
27) Hfst. 5.9: Dieren;
28) Hfst. 5.10: Dranken;
29) Hfst. 5.11: Drukkerijen en fotografische industrieën;
30) Hfst. 5.12: Elektriciteit;
31) Hfst. 5.13: Farmaceutische stoffen;
32) Hfst. 5.14: Fotografische producten;
33) Hfst. 5.15: Garages, parkeerplaatsen en herstellingswerkplaatsen voor motorvoertuigen;
34) Hfst. 5bis.0 en 5bis.15.5: Standaardgarages;
35) Afd. 5.16.1: Gassen: gemeenschappelijke bepalingen;
36) Afd. 5.16.2: Gassen: productie of omzetting van gassen;
37) Afd. 5.16.3: Gassen: installaties voor het fysische behandelen van gassen;
38) Afd. 5.16.4: Gassen: industrieel vullen van verplaatsbare recipiënten en LPG-stations;
39) Afd. 5.16.5: Gassen: opslagplaatsen in verplaatsbare recipiënten;
40) Afd. 5.16.6: Gassen: opslagplaatsen voor samengeperste, vloeibaar gemaakte of in oplossing gehouden gassen in vaste reservoirs;
41) Afd. 5.16.7: Gassen: aardgasaflevereenheden;
42) Afd. 5.17.1: Gevaarlijke producten: algemene bepalingen;
43) Afd. 5.17.2: Gevaarlijke producten: opslag in ondergrondse houders;
44) Afd. 5.17.3: Gevaarlijke producten: opslag in bovengrondse houders;
45) Afd. 5.17.4: Gevaarlijke producten: beheersing van de uitstoot van VOS bij de opslag en verlading van benzine;
46) Afd. 5.17.5: Gevaarlijke producten: brandstofverdeelinstallaties voor motorvoertuigen;
47) Hfst. 5.18: Ontginningen;
48) Afd. 5.19.1: Hout: algemene bepalingen;
49) Afd. 5.19.2: Hout: chemisch behandelen van hout en soortgelijke producten;
50) Hfst. 5bis.0 en 5bis.19.8: Standaardhoutbewerkingsbedrijven;
51) Afd. 5.20.1: Industriële inrichtingen die luchtverontreiniging kunnen veroorzaken: algemene bepalingen;
52) Afd. 5.20.2: Industriële inrichtingen die luchtverontreiniging kunnen veroorzaken: petroleumraffinaderijen;
53) Afd. 5.20.3: Industriële inrichtingen die luchtverontreiniging kunnen veroorzaken: installaties voor de droge destillatie van steenkool (cokesovens);
54) Afd. 5.20.4: Industriële inrichtingen die luchtverontreiniging kunnen veroorzaken: productie van glas of rotsvezels en glaswol, fabricage van glas en fabricage van grove keramiek;
55) Afd. 5.20.5: Industriële inrichtingen die luchtverontreiniging kunnen veroorzaken: installaties voor de productie van hydro-elektrische energie alsook installaties voor de winning van windenergie voor de energieproductie;
56) Hfst. 5.21: Kleurstoffen en pigmenten;
57) Hfst. 5.22: Kosmetische stoffen;
58) Hfst. 5.23: Kunststoffen;
59) Hfst. 5.24: Laboratoria;
60) Hfst. 5.25: Leder;
61) Hfst. 5.26: Lijmen en niet voor consumptie bestemde gelatine;
62) Hfst. 5.27: Lucifers, toortsen en analoge producten;
63) Afd. 5.28.1: Minerale meststoffen;
64) Afd. 5.28.2: Dierlijke mest;
65) Afd. 5.28.3: Bewerking en verwerking van dierlijke mest;
66) Hfst. 5.29: Metalen;
67) Afd. 5.30.0: Bouwmaterialen en minerale producten: algemene bepalingen;
68) Afd. 5.30.1: Bouwmaterialen en minerale producten: inrichtingen voor de fabricage van keramische producten;
69) Afd. 5.30.2: Bouwmaterialen en minerale producten: asfaltbetoncentrales;
70) Afd. 5.31.1: Motoren met inwendige verbranding: vast opgestelde machines met 360 of meer bedrijfsuren per jaar;
71) Afd. 5.31.2: Motoren met inwendige verbranding: vast opgestelde machines minder dan 360 bedrijfsuren per jaar;
72) Afd. 5.31.3: Motoren met inwendige verbranding: testbanken;
73) Afd. 5.32.1: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: algemene bepalingen;
74) Afd. 5.32.2: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: lokalen met dansgelegenheid;
75) Afd. 5.32.3, 5.32.4 en 5.32.5: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: schouwspelzalen;
76) Afd. 5.32.6: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: modelvliegtuigen;
77) Afd. 5.32.7: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: schietstanden in een lokaal;
78) Afd. 5.32.8: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: schietstanden in open lucht;
79) Afd. 5.32.9: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: zwembaden;
80) Afd. 5.32.10: Ontspanningsinrichtingen en schietstanden: omlopen voor motorvoertuigen;
81) Hfst. 5.33: Papier;
82) Hfst. 5.34: Reinigingsmiddelen en poetsmiddelen;
83) Hfst. 5.35: Rouwkamers;
84) Hfst. 5.36: Rubber;
85) Hfst. 5.37: Sloperijen;
86) Hfst. 5.38: Springstoffen;
87) Hfst. 5.39: Stoomtoestellen;
88) Hfst. 5.40: Tabak;
89) Hfst. 5.41: Textiel;
90) Hfst. 5.42: Transportmiddelenfabrieken;
91) Afd. 5.43.1: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: algemene bepalingen;
92) Subafd. 5.43.2.1: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: grote stookinstallaties;
93) Subafd. 5.43.2.2: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: middelgrote stookinstallaties;
94) Subafd. 5.43.2.3: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: kleine stookinstallaties;
95) Afd. 5.43.3: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: gasturbines en stoom- en gasturbine-installaties;
96) Afd. 5.43.4: Niet in rubriek 2 en 28 begrepen verbrandingsinrichtingen: immissiecontroleprocedures;
97) Hfst.5.44: Vetten, wassen, oliën, paraffine, glycerine, stearine, harsen en andere niet voor voeding bestemde soortgelijke producten;
98) Afd. 5.45.1: Voedingsnijverheid en –handel: algemene bepalingen;
99) Afd. 5.45.2 en 5.45.2bis: Voedingsnijverheid en –handel: slachthuizen, slachterijen en uitsnijderijen;
100) Afd. 5.45.3: Voedingsnijverheid en –handel: visverwerking;
101) Afd. 5.45.4: Voedingsnijverheid en –handel: branderijen voor koffie of cichorei;
102) Afd. 5.45.5: Voedingsnijverheid en –handel: bereiding van azijn;
103) Afd. 5.45.6: Voedingsnijverheid en –handel: inrichting voor het opslaan en behandelen van dierlijke bijproducten;
104) Hfst. 5.46: Wasserijen;
105) Hfst. 5.47: Winkels voor klein- en/of groothandel;
106) Hfst. 5.48: Doorvoeropslagplaatsen in zeehavengebieden;
107) Hfst. 5.49: Ziekenhuizen;
108) Hfst. 5.50: Zout;
109) Hfst. 5.51: Ingeperkt gebruik van genetisch gemodificeerde en/of pathogene organismen;
110) Hfst. 5.52: Lozingen in grondwater;
111) Hfst. 5.53: Winning van grondwater;
112) Hfst. 5.54: Het kunstmatig aanvullen van grondwater;
113) Hfst. 5.55: Boringen;
114) Hfst. 5.57: Vliegvelden;
115) Hfst. 5.58: Crematoria;
116) Hfst. 5.59: Activiteiten die gebruikmaken van organische oplosmiddelen;
117) Hfst. 5.60: Opvulling met niet-verontreinigde uitgegraven bodem;
118) Hfst. 5.61: Tussentijdse opslagplaatsen voor uitgegraven bodem.
De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen teruggevonden worden in Vlarem II. Deze zijn evenwel louter indicatief; bij wijzigingen van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van Vlarem II is te raadplegen op de Milieunavigator, via de link: https://nnavigator.emis.vito.be/
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 0 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag inzake het overkappen van 4 padelterreinen te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
1) De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
2) Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
3) Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
4) De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
5) Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
6) Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
7) Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
8) De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
9) Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
10) Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
11) De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
12) De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het wijzigingen vergunning voor nieuw bijgebouw, en verbouwen aan woning, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het bouwen van een hoogspanningscabine te vergunnen met voorwaarden.
De aanvraag omvat (eveneens) :
Rubriek | Omschrijving | Aard | Hoeveelheid | Eenheid |
12.2.1° | 10kV-middenspanning klantencabine met transformator 400kVA | klasse 3 | 400 | kVA |
Zodat de ingedeelde inrichting of activiteit voortaan omvat:
Rubriek | Omschrijving | Aard | Totale hoeveelheid | Eenheid |
12.2.1° | 10kV-middenspanning klantencabine met transformator 400kVA | klasse 3 | 400 | kVA |
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Er worden geenbijzondere milieuvoorwaardenvoorwaarden opgelegd.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 3:
De in art. 1 bedoelde vergunning wordt uitgereikt voor onbepaalde duur.
Art. 4:
De in artikel 1 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:
§.1 - algemene voorwaarden:
• Hoofdstuk 4.1: Algemene voorschriften;
• Hoofdstuk 4.2: Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging;
• Hoofdstuk 4.3: Beheersing van bodem en grondwaterverontreiniging;
• Hoofdstuk 4.4: Beheersing van luchtverontreiniging;
• Hoofdstuk 4.5: Beheersing van geluidshinder;
• Hoofdstuk 4.6: Beheersing van hinder door licht;
• Hoofdstuk 4.7: Beheersing van asbest;
• Hoofdstuk 4.9: Energieplanning;
• Hoofdstuk 4.10: Emissies van broeikasgassen.
§.2 - sectorale voorwaarden:
• Hfst. 5.12: Elektriciteit;
De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen teruggevonden worden in Vlarem II. Deze zijn evenwel louter indicatief; bij wijzigingen van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van Vlarem II is te raadplegen op de Milieunavigator, via de link: https://nnavigator.emis.vito.be/
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
1. De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
2. Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
3. Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
4. De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
5. Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
6. Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
7. Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
8. De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
9. Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
10. Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
11. De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
12. De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Art 1:
Het college beslist om de woning met dossiernummer 2019086 te schrappen uit het leegstandsregister met ingang van 27/08/2020, de inschrijving in het bevolkingsregister.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de woning met dossiernummer 2017/083 te schrappen uit het leegstandsregister met ingang van 13/08/2020, de inschrijving in het bevolkingsregister.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de woning met dossiernummer 2020/089 te schrappen uit het leegstandsregister met ingang van 25/08/2020, de inschrijving in het bevolkingsregister.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de woning met dossiernummer 2017/071 te schrappen uit het leegstandsregister met ingang van 02/05/2020, de inschrijving in het bevolkingsregister.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de woning met dossiernummer 2017/086 te schrappen uit het leegstandsregister met ingang van 31/08/2020, de inschrijving in het bevolkingsregister.
BESLUIT
Art 1:
Het college beslist een subsidie van 390 euro toe te kennen aan KSA in het kader van het subsidiereglement zwerfvuil.
Art 2:
De financiële gevolgen zijn:
Actienummer Omschrijving budgetsleutel Bedrag Saldo krediet
01/13/SAP/02/06
Budgetsleutel
61300000Vergoedingen en erelonen voor prestaties van derden 390 10060
Art 1 :
Het college keurt de lijst bestelbons gewone en buitengewone dienst LPL goed voor een totaal bedrag van 1.751,76 euro ( van bestelbonnummer 134 tot en met bestelbonnummer 139 ).
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de eindafrekening en meerwerken voor asfaltrenovatie percelen 1, 2, 3 en 5 (gedeelte Lier - Hockeyweg) voor een bedrag van 216.342,16 € exclusief BTW of in totaal 261.774,01 € inclusief BTW .
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan het optrekken van de grondprijs voor woongebied in de Marnixdreef naar 250 €/m², cfr. de grondprijzen in de Kesselsesteenweg, Beekstraat en Aarschotsesteenweg, wat resulteert in een ramingstotaal voor Marnixdreef van 242.700 €.
De voorgestelde werkwijze enkel geldt voor het dossier van de Marnixdreef
Art 2 :
Het schattingsverslag voor Marnixdreef kan, rekening houdend met het optrekken van grondprijs voor woongebied aan 250€/m², verder afgewerkt worden door @Topo ikv de samenwerkingsovereenkomst met Igemo.
BESLUIT
Art 1 :
Het college geeft toelating aan onderstaande nutsmaatschappijen voor het uitvoeren van werken aan de nutsleidingen op grondgebied van Koningshooikt :
Straat | Nutsmaatschappij | Omschrijving werken | Ref. | Opmerkingen |
Schollebeekstraat 26 | Telenet | Plaatsen ondergrondse kabel | 26052099 | Geen opmerkingen |
Schollebeekstraat | Fluvius | Ondergronds brengen leidingen nav wegeniswerken | 340466/20272826 | Geen opmerkingen |
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het bestek met nr. 2021/641 en de raming voor de opdracht
“Opmaak bestemmingsonderzoek Stedelijk Museum Wuyts – Van Campen op het grondgebied van Lier” , opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten en dit in opdracht van het technisch bureau - gebouwen worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.
De raming bedraagt € 30.578,51 excl. btw of € 37.000,00 incl. 21% btw.
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- Architectuur Atelier BVBA - ARAT Architecten, Fraikinstraat 71 te 2200 Herentals;
- Erfgoed en visie bvba, Lierselei 84 te 2390 Malle;
- Maat Werk Architecten, Jules Bordetstraat 22 te 2018 Antwerpen.
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 22 april 2021 om 09.30 uur.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat er goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 23 maart 2021, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten en dit op basis van de beoordeling door het technisch bureau -gebouwen.
Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.
Het college beslist dat de opdracht “Aanstellen van een architect voor de uitbreiding van het afscheidscentrum Kloosterheide op het grondgebied van Lier” wordt gegund aan de firma met de enige offerte (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde AR.2 Architectenbureau bvba, geregistreerd bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder nummer 0479082109, Frederik Peltzerstraat 19 te 2500 Lier, tegen het nagerekende offertebedrag van € 26.000,00 excl. btw of € 31.460,00 incl. 21% btw.
De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2021/637.
Art 1 :
Het college beslist de opdracht "leveren en plaatsen van een permanente zonnewering voor BKO Koningshooikt" aan de firma Velum AE+D uit Westerlo voor een totaalbedrag van 24.611,40euro incl. BTW toe te wijzen.
Art 2 :
Het college beslist de oorspronkelijke vastlegging voor de opdracht "het leveren en plaatsen van een zonnewering voor BKO Spui" in te trekken.
Er wordt een nieuwe vastlegging van 34.950,00euro excl. BTW ofwel 42.289,50euro incl. BTW aangemaakt. Het bedrag voor het onderhouden van de zonnewering zal op exploitatiebudget vanaf 2022 worden vastgelegd.
Het college beslist dat het bestek met nr. 2021/645 en de raming voor de opdracht “Leveren bomen en heesters voor klimaatactie 2021”, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten en dit in opdracht van het technisch bureau - openbaar domein worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 52.297,50 excl. btw of € 55.435,35 incl. 6% btw.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 19 maart 2021 voor Perceel 1 Levering van installatiematerialen voor elektriciteit, Perceel 2 Raamovereenkomst voor de levering van elektrotoestellen, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten, in opdracht van infrastructuur.
Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.
Art 2 :
De opdracht “Raamcontract voor de levering van installatiematerialen elektriciteit en elektrotoestellen” wordt gegund aan de economisch meest voordelige (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding) bieders, zijnde:
Perceel 1 Levering van installatiematerialen voor elektriciteit: Cebeo (via de maatschappelijke zetel), Eugène Bekaertlaan 63 te 8790 Waregem (KBO 405.318.953), tegen de in de offerte opgenomen eenheidsprijzen en kortingen, mits het verkrijgen van een visum.
Perceel 2 Raamovereenkomst voor de levering van elektrotoestellen: Cebeo (via de maatschappelijke zetel), Eugène Bekaertlaan 63 te 8790 Waregem (KBO 405.318.953), tegen de in de offerte opgenomen eenheidsprijzen en kortingen, mits het verkrijgen van een visum.
De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2021/631.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat de plaatsingsprocedure voor Perceel 1 Massief hout, Perceel 2 Plaatmaterialen en Perceel 3 Tuinhout wordt stopgezet. De opdrachten wordt niet gegund en de procedure zal later eventueel opnieuw opgestart worden.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het bestek met nr. 2021/642 en de raming voor de “Levering van een vrachtwagen met haakarmsysteem”, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 136.363,63 excl. btw of € 164.999,99 incl. 21% btw. De opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Art 2 :
Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- Garage Germaine NV, Beukheuvel 40 te 2500 Koningshooikt;
- Mercedes-Benz Groep VDH Herentals, Toekomstlaan 1 te 2200 Herentals;
- Scania Belgium NV, Vosveld 3 te 2110 Wijnegem;
- MAN Antwerpen, Nijverheidsstraat 95 te 2160 Wommelgem;
- HYMATEC NV, Industriestraat 6B te 2500 Lier.
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 4 mei 2021 om 10.00 uur.
Art 1 :
Het college beslist een budget voor het onderhoud van de pompstations Itterbeek en
Lachenebeek, t.b.v. 8.500euro (vrij van BTW) vast te leggen.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het bestek met nr. 2021/644 en de raming voor de opdracht “Raamovereenkomst voor het vernieuwen van diverse voetpaden op het grondgebied van Lier”, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten en dit in opdracht van het technisch bureau - openbaar domein worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten.
De raming bedraagt € 134.999,00 excl. btw of € 163.348,79 incl. 21% btw (€ 28.349,79 Btw medecontractant).
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.
De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 26 april 2021 om 09.30 uur.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om een éénmalige toelage van 1.000 euro toe te kennen aan de vereniging: "Een Brug Voor Iedereen."
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat de opdracht wordt gegund aan de meest voordelige bieder, zijnde PK Projects, Lodewijk Coiseaukaai 1, 8000 Brugge tegen het nagerekende bedrag van 31671,75 euro incl BTW.
Art 1 :
Het college beslist het punt "verwijderen WOI-informatieborden in Lier en Koningshooikt" in te trekken.
Art. 2:
Het college beslist de WOI-informatieborden in eigen beheer op te knappen met het oog op verlenging van de levensduur minimaal met een jaar.
Het college beslist principieel akkoord te gaan met overname van het Lokaal Loket Kinderopvang door de stad van KDV De Pallieterkes.
Het college beslist tot goedkeuring van onderhavige overeenkomst tot vergoeding van de kosten opmaak RUP door Omgeving en SUUNTA voor de stationsomgeving, zijnde de noordelijke stationsomgeving, waarvoor de ramingen respectievelijk 33.395EUR +21% BTW en 6.600 + 21%BTW bedragen en stuurt dit door naar de gemeenteraad voor goedkeuring.
BESLUIT:
Het college neemt kennis van de gemotiveerde verfijning van het premiereglement 'invulling leegstaande handelspanden in het kernwinkelgebied' in functie van de bewijslast voor het verkrijgen van de 2de schijf van de premie i.f.v. doorstarters.
BESLUIT:
Het college neemt kennis van de erkenning 'Hobbykwekerij kat'.
BESLUIT
Art. 1
Naar aanleiding van de melding van 11 maart 2021 met het oog op de gehele overdracht van een vergunning voor een aspergekwekerij, wordt het vergunningsbesluit geactualiseerd.
De aspergekwekerij is voortaan vergund voor:
Rubriek | Omschrijving | Aard | Totale hoeveelheid | Eenheid |
6.4.2° | Opslag van 67.000 liter zware stookolie in een bovengrondse houder | 2 | 67.000 | L |
17.3.2.1.1.1°b) | Opslag van 5.000 liter lichte fuel in een bovengrondse houder | 3 | 5.000 | L |
17.4. | Opslag van 12 x 25 kg salpeterzuur | 3 | 300 | Kg |
43.1.2°b) | Verbrandingsinrichting met een totaal vermogen van 2.559 kW waarvan één petroleumketel van 233 kW en één olieketel van 2.326 kW | 2 | 2.559 | kW |
53.8.1°a) | Grondwaterwinning (open vijver zonder folie) met een debiet van max. 4.400 m³/jaar | 3 | 4.400 | m³/jaar |
De vergunningstermijn loopt tot 16 maart 2032.
Volgende bijzondere milieuvoorwaarden zijn op de inrichting van toepassing :
- Het opgevangen hemelwater dient maximaal hergebruikt voor gietwater en andere laagwaardige toepassingen zoals o.a. spoel- en kuiswater, …
- De buffervoorziening (open vijver) voor opvang van hemelwater dient ongeacht het seizoen steeds een effectieve buffercapaciteit van 270 m³/ha verharde oppervlakte te bezitten.
- Het lozingsdebiet van de overloop van de buffervoorziening (open vijver) mag maximaal 10 l/s/ha bedragen.
- De aanvrager dient binnen een periode van zes maanden na het bekomen van de milieuvergunning aan te tonen hoe de vertraagde afvoer werd gerealiseerd.
Art. 2
Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden.
Art. 3
§1. Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van artikel 6 van het Omgevingsvergunningsdecreet.
§2. Elke overdracht die betrekking heeft op een vergunningsplichtige exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit moet vooraf worden gemeld aan de vergunningverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 97 van het Omgevingsvergunningsbesluit.
§3.Een hernieuwing van een omgevingsvergunning die of van een gedeelte ervan dat voor bepaalde duur is verleend, moet worden aangevraagd overeenkomstig artikel 70 van het Omgevingsvergunningsdecreet uiterlijk tussen de 24 en 12 maanden vóór het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de beslissing van de deputatie.
Art 2 :
Het college beslist niet in beroep te gaan tegen de beslissing.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het plaatsen van rolluiken aan de voorgevel, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 0 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het aanleggen van een zwembad, poolhouse en tuinhuis 2500 Lier te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Er worden geen specifieke voorwaarden opgelegd.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
1) De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
2) Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
3) Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
4) De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
5) Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
6) Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
7) Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
8) De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
9) Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
10) Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
11) De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
12) De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het aanleg van een openluchtzwembad 2500 Lier te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het installeren van een wateropslagtank, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het verbouwen van de woning 2500 Lier te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het slopen van bestaande bijgebouwen en het aanleggen van nieuwe verhardingen in functie van nieuwe parkeervoorzieningen voor auto’s en fietsen, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Er worden geenspecifieke stedenbouwkundige voorwaarden opgelegd.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
1) De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
2) Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
3) Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
4) De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
5) Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
6) Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
7) Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
8) De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
9) Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
10) Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
11) De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
12) De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
Art 1 :
Het college vaardigt volgende tijdelijke politieverordening op het wegverkeer uit vanaf 12 april 2021:
Parkeren voorbehouden voor houders van een invalidenkaart: (E9a)
Op navolgend wegvak is het parkeren voorbehouden aan personen die over een invalidenkaart beschikken:
Maasfortbaan 149
Art 2 :
De verkeersmaatregelen worden bekend gemaakt aan de weggebruiker met de passende verkeerstekens overeenkomstig artikel 12 van de verkeerswet (K.B. 16.03.68 en latere wijzigingen)
Art 3 :
Inbreuken worden gestraft zoals voorzien in de wet van het wegverkeer (K.B. 16.03.68 en latere wijzigingen)
Art 4:
Afschrift van huidig besluit wordt overgemaakt aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en de Politierechtbank te Mechelen.
BESLUIT
Het CBS neemt kennis van het jaarrapport klachten 2020 en stuurt het ter kennisname door naar de raad.
Art 1 :
Het college neemt kennis van de lijst bestelbonaanvragen Stad Lier voor een totaal bedrag van 46.901,83 euro, aangemaakt in week 12 van 2021, die de volledige goedkeuringsflow doorlopen hebben.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist beslist een attest van goede uitvoering over te maken aan de aannemer voor het uitvoeren van de asfaltrenovatie voor de percelen 1, 2 ,3 en 5.
Art 1 :
Het college beslist het attest van goede uitvoering m.b.t. het ontwerpgedeelte voor de opdracht "Renovatie en herbestemming stadhuis" aan de TV Projectteam Belfort Lier af te leveren.
Art 1 :
Het college beslist de opdracht "renovatie Zwartzusterklooster" aan TM Zwartzusterklooster (Verstraete&Vanhecke - Brebuild) voor een bedrag van 2.279.718,95euro excl. BTW ofwel 2.416.502,10euro incl. BTW toe te wijzen. Het verslag van nazicht van het architectenbureau THV Architectenatelier Verwilt & Allegro - KOMAAN!architecten maakt integraal deel uit van het collegebesluit.
Art 1 :
Het college stelt voordat Ivarem vanaf 01/04/2021 de roze-zakken, die nog tijdens de ophaling van de PMD-zakken, worden aangeboden zal bestickeren "foutief aangeboden".
BESLUIT
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het Bouwen van een ondergrondse parkeergarage, renovatie, verbouwing en herbestemming van een schoolgebouw ABCD en vellen van een hoogstammige berk, linde en solo., te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
o De voorwaarden opgelegd in de originele vergunning blijven behouden.
o De voorwaarden van de verkavelingsvergunningen zijn van kracht.
o Het sanitair op het gelijkvloers moet aangesloten worden op hemelwater.
o De fietsenstalling en de luifel moeten aangesloten worden op een hemelwaterput of hemelwaterputten met een totaal volume van 10.000 l. Het water van deze put(ten) moet gebruikt worden voor het sanitair verbruik.
o Het water afkomstig van de niet—huishoudelijke keukens moet eerst over een vetvanger gezuiverd worden, alvorens naar de riolering afgevoerd te worden.
o Het hemelwater van de parkeerkelder moet afgeleid worden naar een infiltratievoorziening van minstens 10.215 liter.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/Wonen_in_Lier/Bouwen_en_verbouwen/Aanvragen
Er dient mogelijks een waarborg betaald te worden voor de wegenis, het voetpad, eventuele fietspaden, rioolkolken, grachten en/of groenstroken. Deze waarborg dient gestort te worden op rekening van de stad mét vermelding van factuurnummer. Voor de betaling van deze som zal een afzonderlijke factuur worden opgestuurd. De waarborg wordt terugbetaald nadat de bouwwerken voltooid zijn. Eventuele schade zal in mindering worden gebracht. De werken kunnen slechts aangevat worden na betaling van de waarborg. U dient ook een plaatsbeschrijving binnen te brengen, alsook een aanvang der bouwwerken. Deze documenten kan u ons bezorgen via de website van de stad: https://www.lier.be/IK_WIL/Ik_wil_een_aangifte_doen/Waarborg_voetpad
Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
1° het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
2° de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.