BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat 34.000 euro bijkomend krediet dient vastgelegd te worden voor het raamcontract inzake de verwerking en verzending van postzendingen bij de firma Postalia Belgium (Easypost), KBO 0463006734, Dreve Gustave Fache 1 te 7700 Moeskroen.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het aanvraagdossier volledig en ontvankelijk te verklaren en zodoende een goedkeuring te verlenen aan de toekenning van de etalagepremie.
Art 2 :
De aanvrager verbindt zich ertoe de actie te realiseren binnen de drie maanden na ontvankelijkheid van de premieaanvraag en hiervan bewijs te leveren aan team ondernemen aan de hand van een kopie van de factuur en foto's ter staving van de realisatie.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de volgende standplaatsen open te verklaren voor de blauwe zones (Gasthuisvest) op de openbare novemberfoor van 2026:
- 2 zones met een totale afmeting van 12 m x 3 m
- 1 zone met een totale afmeting van 18 x 18 m
Art 2 :
De bekendmaking van de openverklaring gebeurt via:
- een publicatie op de gemeentelijke website
- een publicatie in diverse foorbladen
Art 3 :
Vanaf 1 januari tot en met 28 februari 2026 kunnen geïnteresseerden een toewijzing aanvragen i.k.v. de openverklaarde losse standplaatsen voor de Lierse novemberfoor 2026 door middel van een gemotiveerd schrijven, inclusief de voornoemde bewijsstukken, t.a.v. team ondernemen stad Lier (mail).
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om de actieplannen 2026 van IGOHC (intergemeentelijke omgevingshandhavingscel) voor omgevingshandhaving principieel goed te keuren, en stuurt dit door naar de gemeenteraad voor goedkeuring.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 139 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze niet kunnen worden bijgetreden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag inzake het realiseren van bedrijfssite, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvraag omvat:
Rubriek | Omschrijving | Aard | Hoeveelheid | Eenheid |
2.1.3.1° | een tussentijdse opslagplaats voor uitgegraven bodem van maximaal 5.000 m³ die niet voldoet aan een toepassing van het Vlarebo (incl. opslaghoeveelheid afgezeefd steenslag van maximaal 1500 m³). | klasse 2 | 5000 | m³ |
3.4.1°a) | Lozen van bedrijfsafvalwater (Wasplaats + niet vlarebo gronden open lucht) | klasse 3 | 1,37 | m³/uur |
6.4.1° | Opslag oliën voor onderhoud eigen vrachtwagens, motorolie, smeerolie, hydraulic-olie, transmissieolie in vaten en bidons (952 l) + afvalolie in tank (4000 l) | klasse 3 | 4952 | liter |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallatie met in totaal 2 verdeelslangen (witte en rode diesel) | klasse 3 | 2 | verdeelslang |
15.1.1° | het stallen van voertuigen: .2 wielladers, 4 kranen, 1 bezemwagen, 1 heftruck, 5 trekker-oplegger dieplader, 5 bestelwagens, 2 vrachtwagens, 1 bulldozer, 1 wals. | klasse 3 | 22 | voertuigen |
15.2. | een werkplaats voor nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen met één schouwput | klasse 3 | 1 | schouwput |
15.4.1° | inrichting voor het wassen (manueel met hoge druk) van 3 voertuigen en hun aanhangwagen per dag | klasse 3 | 3 | voertuigen |
16.3.2°a) | Luchtcompressor (11 kW) + warmtepomp (lucht- lucht, verwarmen en koelen) 10 kW | klasse 3 | 21 | kW |
17.3.2.1.1.2° | 2 ondergrondse tanks van elk 15.000 l: 1 dieseltank voor vrachtwagens, 1 gasolietank voor intern rollend materieel. | klasse 2 | 24,99 | ton |
17.3.4.2°a) | Mobiele kalk installatie voor het mengen van kalk/kalkcement mengsel met leemgronden. Op de mobiele installatie is een silo aanwezig waarin 8 ton kalk en/of kalkcementmengsel wordt opgeslagen + daarnaast is er een bulkwagen van 30 ton. | klasse 2 | 38 | ton |
17.3.6.2°a) | Mobiele kalk installatie voor het mengen van kalk/kalkcement mengsel met leemgronden. Op de mobiele installatie is een silo aanwezig waarin 8 ton kalk en/of kalkcementmengsel wordt opgeslagen + daarnaast is er een bulkwagen van 30 ton. | klasse 2 | 38 | ton |
17.4. | Opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (Olie, reinigings-en onderhoudsproducten | klasse 3 | 275 | liter |
30.1.1°b) | Mobiele kalkinstallatie voor het stabiliseren van aangevoerde leemgronden voor bouwwerken 168 kW | klasse 2 | 168 | kW |
30.10.1° | inrichtingen voor de opslag van minerale producten op een oppervlakte van 2,46 ha | klasse 2 | 2,46 | ha |
61.2.2° | extra 15.000 m³ aan tussentijdse opslagplaats uitgegraven bodem die voldoet aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo. | klasse 2 | 15000 | m³ |
Zodat de ingedeelde inrichting of activiteit voortaan omvat:
Rubriek | Omschrijving | Aard | Hoeveelheid | Eenheid |
2.1.3.1° | een tussentijdse opslagplaats voor uitgegraven bodem van maximaal 5.000 m³ die niet voldoet aan een toepassing van het Vlarebo (incl. opslaghoeveelheid afgezeefd steenslag van maximaal 1500 m³). | klasse 2 | 5000 | m³ |
3.4.1°a) | Lozen van bedrijfsafvalwater (Wasplaats + niet vlarebo gronden open lucht) | klasse 3 | 1,37 | m³/uur |
6.4.1° | Opslag oliën voor onderhoud eigen vrachtwagens, motorolie, smeerolie, hydraulic-olie, transmissieolie in vaten en bidons (952 l) + afvalolie in tank (4000 l) | klasse 3 | 4952 | liter |
6.5.1° | brandstofverdeelinstallatie met in totaal 2 verdeelslangen (witte en rode diesel) | klasse 3 | 2 | verdeelslang |
15.1.1° | het stallen van voertuigen: .2 wielladers, 4 kranen, 1 bezemwagen, 1 heftruck, 5 trekker-oplegger dieplader, 5 bestelwagens, 2 vrachtwagens, 1 bulldozer, 1 wals. | klasse 3 | 22 | voertuigen |
15.2. | een werkplaats voor nazicht, het herstellen en het onderhouden van motorvoertuigen met één schouwput | klasse 3 | 1 | schouwput |
15.4.1° | inrichting voor het wassen (manueel met hoge druk) van 3 voertuigen en hun aanhangwagen per dag | klasse 3 | 3 | voertuigen |
16.3.2°a) | Luchtcompressor (11 kW) + warmtepomp (lucht- lucht, verwarmen en koelen) 10 kW | klasse 3 | 21 | kW |
17.3.2.1.1.2° | 2 ondergrondse tanks van elk 15.000 l: 1 dieseltank voor vrachtwagens, 1 gasolietank voor intern rollend materieel. | klasse 2 | 24,99 | ton |
17.3.4.2°a) | Mobiele kalk installatie voor het mengen van kalk/kalkcement mengsel met leemgronden. Op de mobiele installatie is een silo aanwezig waarin 8 ton kalk en/of kalkcementmengsel wordt opgeslagen + daarnaast is er een bulkwagen van 30 ton. | klasse 2 | 38 | ton |
17.3.6.2°a) | Mobiele kalk installatie voor het mengen van kalk/kalkcement mengsel met leemgronden. Op de mobiele installatie is een silo aanwezig waarin 8 ton kalk en/of kalkcementmengsel wordt opgeslagen + daarnaast is er een bulkwagen van 30 ton. | klasse 2 | 38 | ton |
17.4. | Opslag van gevaarlijke producten in kleine verpakkingen (Olie, reinigings-en onderhoudsproducten | klasse 3 | 275 | liter |
30.1.1°b) | Mobiele kalkinstallatie voor het stabiliseren van aangevoerde leemgronden voor bouwwerken 168 kW | klasse 2 | 168 | kW |
30.10.1° | inrichtingen voor de opslag van minerale producten op een oppervlakte van 2,46 ha | klasse 2 | 2,46 | ha |
61.2.2° | Tussentijdse opslagplaats van 20.000m³ uitgegraven bodem die voldoet aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo. | klasse 2 | 20000 | m³ |
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
Met betrekking tot mobiliteit
● De volgende inlichtingen en beperkingen worden meegegeven: vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0100002 van 12.1 -50 tot 12.1 +0):
○ de rooilijn valt samen met grens openbaar domein.
○ de zone van achteruitbouw bedraagt 8 meter.
● De wegenis (Schollebeekstraat, Zuut en Mijl) rond de site worden minstens 1x per week geveegd of telkens als de nood zich voordoet.
● De bedrijven die de Zuut en de slagboom gebruiken als passage dienen tijdens een overslag te kunnen blijven passeren.
● Het verplaatsen van de slagboom kan enkel mits akkoord van de stad Lier.
● Druppels schilderen aan begin en einde fietspad + de aanzet van een aslijn + richtingspijlen.
● De haaientanden aanbrengen op het fietspad aan beide kanten.
Met betrekking tot waterbeheer en riolering
● De groenzone voor infiltratie langs het fietspad moet horizontaal uitgewerkt worden met een licht komvormige maaiveldverlaging om het water maximaal de kans te geven ter plaatse te infiltreren.
● Voorafgaand aan de eventuele werken aan de waterloop moeten de nodige omgevingsvergunningen en/of machtigingen verkregen worden.
● De machtigingsvoorwaarden voor het uitvoeren van werken aan de waterloop (punt 6 Voorwaarden voor het uitvoeren van werken aan de waterloop) opgenomen in het advies van de dienst Integraal Waterbeleid van de provincie Antwerpen (ref. WAAD-2025-2147 van 18 augustus 2025) worden nageleefd: AANSLUITING OVERLOOP WADI
○ 1. Plaats
■ Nabij atlaspunt 48, meer special langs het kadasterperceel 3 AFD - LIER, sectie D nr. 90P.
○ 2. Wijze
■ Met ronde buizen met een binnendiameter van 0,160 m
■ De buizen zijn bestand tegen het overrijden van machines voor de werken aan de waterloop.
■ Het doorstromingsprofiel van de open waterloop met een bodembreedte van minstens 1,45 m en een kruinbreedte van 6,10 m mag niet worden verminderd.
■ Ter plaatse van de aansluiting zal het rechter talud over voldoende afstand worden versterkt met een beschoeiing in kassei of betonstraatstenen op een mager betonfundering tot op het bodempeil van de waterloop, met voldoende fundering en inwerking in de bermen tegen onderen achterloopsheid om uitspoeling en beschadiging te voorkomen.
○ 3. Vóór de aansluiting, bij voorkeur op een afstand van 5,00 m landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop dient een inspectieput met aangepaste afmetingen gebouwd te worden voor de controle van het geloosde hemelwater.
○ 4. Het is verboden via de oppervlaktewaterleiding vuile of huiswaters te lozen.
○ 5. Er dient rekening gehouden te worden met de toestand en het afvoervermogen van de waterloop: de debieten dienen zodanig beperkt te worden dat zij geen wateroverlast, geen schade en geen kwaliteitsverlies veroorzaken.
○ 6. Binnen de bedding van de waterloop en binnen de erfdienstbaarheidsstrook van 5,00 m landinwaarts gemeten vanaf de kruin van de waterloop dienen de nodige schikkingen en voorzieningen getroffen te worden om beschadiging van de leiding te voorkomen tijdens de uitvoering van de onderhoudswerken aan de waterloop; eventuele schade kan niet op de waterloopbeheerder verhaald worden.
○ 7. De vergunning wordt uitsluitend verleend onder het oogpunt van de wetgeving betreffende de onbevaarbare waterlopen en ontslaat de vergunninghouder niet van de verplichting zich te voorzien van andere toelatingen, vergunningen en bijkomende voorwaarden welke zouden noodzakelijk zijn.
● De voorwaarden gesteld in het advies van Pidpa (ref. L-29-304/ 206456 van 1 juli 2025) dienen strikt te worden nageleefd.
Met betrekking tot technische voorwaarden inzake de uitvoering
● De voorwaarden gesteld in het advies van Fluvius (ref.: 5000104232 van 13 augustus 2025) dienen strikt te worden nageleefd.
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland (ref. P18010-004/01 van 4 juli 2025) strikt na te leven.
● Aanleg van de rode betonverharding fietspad tot tegen de kantstrook van de (nieuwe) Schollebeekstraat is een last van de vergunning. De precieze afmetingen van deze aansluiting worden bepaald in overleg met de diensten mobiliteit en technisch bureau van de stad Lier.
● Uitvoeringsplannen ter plaatse gestorte kopmuren voor te leggen ter goedkeuring aan de stad Lier alvorens uit te voeren.
● De groenzone voor infiltratie langs het fietspad moet horizontaal uitgewerkt worden met een licht komvormige maaiveldverlaging om het water maximaal de kans te geven ter plaatse te infiltreren. Voorafgaand aan de eventuele werken aan de waterloop moeten de nodige machtigingen van de provinciale waterloopbeheerder verkregen worden.
● Fundering van de keermuur mag niet voorbij de rooilijn komen.
● Betonverharding kan ook uitgevoerd worden als niet gewapende betonplaat met voldoende krimpvoegen cfr SB 250;
● Verlijden van de akte van grondafstand vóór de voorlopige oplevering van de aanleg van het fietspad;
● Leveren en plaatsen van openbare verlichting langs het fietspad is voor rekening van de aanvrager. Coördinatie met Fluvius gebeurt door de aanvrager.
● De uitvoering van de werken aan het openbaar domein wordt naast het ontwerpbureau aangesteld door de aanvrager opgevolgd door het technisch bureau van de stad Lier met volgende limitatieve taken / bevoegdheden:
○ de controle op de goede uitvoering van de werken tot de volledige afwerking en de definitieve oplevering van de werken, dit houdt onder meer in
○ het uitvoeren, minimaal één maal per week, van een werfbezoek; of volgens de voortgang der werken en de noodzaak van de coördinatieopdracht;
○ nagaan of de werken worden uitgevoerd conform de toepasselijke wet- en regelgeving, de bepalingen van de opdrachtdocumenten, de wijzigingsbevelen van de opdrachtgever, de plannen en de regels van de kunst;
○ aanwezigheid op de werf telkens de opdrachtgever hem daartoe uitnodigt of bij fasen in de uitvoering waarbij diens aanwezigheid noodzakelijk is omwille van het toezicht;
○ instaan voor het toezicht op de prestaties; dit toezicht omvat onder meer het geven van onderrichtingen, telkens wanneer de opdrachtdocumenten onvolledig of onduidelijk zouden zijn;
○ het opstellen van processen-verbaal van vaststelling / ingebrekestelling;
○ het leiden van de (wekelijkse) werfvergaderingen inzake openbaar domein
○ het nazicht van de door de opdrachtnemer opgemaakte uitvoeringsdocumenten (detail-en werktekeningen, plannen, berekeningsnota’s, onderhoudsinstructies, eventuele alternatieven, ...);
○ het nazicht van de briefwisseling van de opdrachtnemer en adviseren van de opdrachtgever;
○ het organiseren en bijwonen van de technische rondgang naar aanleiding van de voorlopige en definitieve oplevering, inclusief het opmaken van het proces-verbaal van technische rondgang, met inbegrip van het advies aan de opdrachtgever of al dan niet tot voorlopige /definitieve oplevering kan worden overgegaan;
○ het opstellen van een proces-verbaal tijdens de waarborgperiode van iedere beschadiging of buitendienststelling;
○ De overheid vertegenwoordigen op alle noodzakelijke (werf)vergaderingen en innemen van standpunten aangaande uitvoering van de opdracht;
○ Het formuleren van opmerkingen binnen de gestelde termijnen op de werfverslagen alsook het ondertekenen van de werfverslagen;
○ Het ondertekenen en voeren van alle nodige briefwisseling m.b.t. de correcte uitvoering van de werken;
○ Het tijdig goedkeuren of weigeren van de opgemaakte uitvoeringsdocumenten alsook de verbeteringen van o.a. detail- en werktekeningen, plannen, berekeningsnota’s, onderhoudsinstructies, eventuele alternatieven, ...
○ termijnen van de proeven en keuringen van producten, materialen en werken;
○ Het ondertekenen van het proces-verbaal van technische rondgang;
○ Het ondertekenen van een proces-verbaal tijdens de waarborgperiode van iedere beschadiging of buitendienststelling;
○ Het goedkeuren of weigeren en ondertekenen van het proces-verbaal van voorlopige/definitieve oplevering voor opdrachten;
Met betrekking tot de stedenbouwkundige handelingen
● Alle groenbuffers voorzien op het inplantingsplan worden aangeplant zodra de bouw- en infrastructuurwerken dat toelaten, en uiterlijk voor het einde van het eerstvolgende plantseizoen volgend op het einde van de infrastructuurwerken. De groenbuffer bestaat uit hoogstammige streekeigen bomen, aangevuld met een voet van heesters.
● Een sloopopvolgingsplan dient in het omgevingsloket te worden opgeladen vóór aanvang van de werken.
● De archeologienota waarvan akte is genomen op 24 februari 2025 met referentienummer ID32320 en het Onroerenderfgoeddecreet moeten worden nageleefd.
● De voorwaarden opgenomen in de gemeenteraadsbeslissing over de gemeentewegen van 24 november 2025 worden nageleefd.
Met betrekking tot de opgelegde lasten
● Zoals opgenomen in het gemeenteraadsbesluit van 24 november 2025 moet conform het rooilijnplan, en de gevoegde verklaring, de vergunningsaanvrager de aangeduide grondstroken (gele aanduiding op het rooilijnplan) met betrekking tot een oppervlakte van 1.460 m² en zoals aangeduid als ‘Lot A’ kosteloos overdragen aan de stad Lier op eenvoudig verzoek hiertoe.
● De aanleg van het fietspad is ten laste van de aanvrager. Het leveren en plaatsen van openbare verlichting langs het fietspad is voor rekening van de aanvrager.
Volgende bijzondere milieuvoorwaarden worden opgelegd:
Met betrekking tot lucht:
● Tijdens het breken worden de materialen steeds bevochtigd.
● Wanneer stofvorming mogelijk is (bij droge en winderige omstandigheden), worden stuifgevoelige grondpartijen, terrein en recyclagematerialen bevochtigd, zodat stofhinder wordt voorkomen.
● De wegen (Schollebeekstraat, Mijl en Zuut) rond de site worden minstens 1 keer per week geveegd of telkens als de nood zich voordoet.
Met betrekking tot geluid:
● Het geluidsvermogen van de havenkraan wordt beperkt tot 99 dB(A). Indien de havenkraan deze norm niet haalt, dient er overgeschakeld te worden op een elektrische havenkraan.
● De kraan mag alleen overdag gebruikt worden van 7u tot 19u.
● De gekozen positie van de havenkraan wordt duidelijk omschreven in het werkplan en wordt uitgevoerd.
● De preventieve geluidsreducerende maatregelen die de exploitant zal nemen, de plaatsing van de tijdelijke constructie (containerwand bestaande uit een 20ft (6058*2591*2438) en een 40ft container (12129*2591*2438) dus met een totale lengte van 18 meter en een hoogte van 5 meter door 2 containers op elkaar te plaatsen, naast de breker) en de gekozen positie van de havenkraan, worden duidelijk omschreven in het werkplan en worden uitgevoerd.
● De breekinstallatie en de havenkraan mogen niet gelijktijdig gebruikt worden, tenminste tot uit een akoestische controlestudie zou blijken dat het gelijktijdig gebruik mogelijk is conform de geluidsnormen.
● De breek en de zeefinstallatie mogen niet gelijktijdig in werking zijn. In het algemeen moet de geluidshinder beperkt worden door de hinderlijke activiteiten zo veel als mogelijk te spreiden en niet tegelijkertijd te laten plaats vinden.
● De activiteiten van de breekinstallatie, de zeefinstallatie en de kalkmenginstallatie mogen enkel tijdens de dagperiode plaatsvinden.
● Er geldt een verbod op claxonneren door de havenkraan.
● Er wordt uitsluitend gebruik gemaakt van zoemers in plaats van piepers.
● Er geldt een verbod op ‘kloppen’ met de laadklep.
● Er geldt een snelheidsbeperking op het terrein van 10km/u.
● De loods dient te worden voorzien van een steeldeckplaat.
● Binnen een termijn van 6 maand na ingebruikname van de vergunde activiteiten laat exploitant een akoestische controlestudie opstellen door een erkend deskundige in de discipline geluid en trillingen met geluidsmetingen ter plaatse. Deze studie houdt ook rekening met het oorspronkelijk geluid, het geluid dat geproduceerd wordt door vrachtwagens en het geluid dat veroorzaakt wordt door de activiteiten van de havenkraan. De resultaten van de studie worden ter evaluatie gestuurd naar de dienst leefmilieu stad Lier (leefmilieu@lier.be).
Met betrekking tot water
● Het opgevangen hemelwater moet maximaal hergebruikt worden als proceswater, sanitair, reinigen van voertuigen en verneveling om stofhinder te voorkomen.
● Het bedrijfsafvalwater wordt geloosd via KWS-afscheider.
Met betrekking tot de bijstelling van de sectorale voorwaarden: artikel 5.2.1.5 §5 (groenscherm):
● Het groenscherm moet uitgevoerd worden conform het uitvoeringsplan. Dit groenscherm bestaat uit streekeigen laag- en hoogstammige dichtgroeiende gewassen. De exploitant moet de nodige maatregelen nemen om zo snel mogelijk een efficiënt groenscherm te bekomen. Het groenscherm moet worden aangeplant zodra de bouwwerken dat toelaten en vervolgens goed onderhouden en in stand gehouden worden.
Volgende aandachtspunten worden meegegeven:
● Opslagplaatsen voor gronden die voldoen aan een toepassing overeenkomstig het Vlarebo vallen onder de regeling grondverzet van het Vlarebo en de code van goede praktijk voor opslag, bewerking en reiniging van bodemmaterialen (OVAM, april 2020).
● Conform de algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen moet het gebruik en de intensiteit van lichtbronnen in open lucht beperkt zijn tot noodwendigheden inzake uitbating en veiligheid.
● Conform de sectorale voorwaarden mag er geen aan- of afvoer van materialen plaatsvinden voor 7u en na 19u.
● Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het uitvoeren van werken in de periode van 1 maart tot 1 juli moet men er zich – vóór men overgaat tot de uitvoering van de werken – van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men na te gaan vóór de werken beginnen of er vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen dient de aanvrager contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mailadres van AVES.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 4:
De in art. 2 bedoelde vergunning wordt uitgereikt voor onbepaalde duur.
Art. 5:
De in artikel 2 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden:
Algemene en sectorale milieuvoorwaarden
De algemene en sectorale voorwaarden staan in Vlarem II, deze zijn evenwel louter indicatief. Bij wijziging van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van Vlarem II is te raadplegen op de Milieunavigator via de link https://navigator.emis.vito.be.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Vanaf 1 april 2024 wordt er geen voetpadwaarborg meer gevraagd. Mogelijks moet u wel een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad van het openbaar domein tussen de perceelsgrens en de rijweg. Dit bij aanvang van de werken. Bij de beëindiging van de werken dient u het einde van de werken te melden aan de stad. Een medewerker van de stad komt de toestand van het openbaar domein ter plaatse controleren. Eventuele kosten zullen worden doorgerekend aan de aanvrager. Meer informatie kan u terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/schade-openbaar-domein-vroeger-voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
● het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
● de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het aanleggen verhardingen en afbraak aanbouw gedeeltelijk te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland (ref. P10128-002/01) van 22 november 2025 strikt na te leven.).
● Strikt naleven van het advies van Pidpa Riolering ontvangen op 22 oktober 2025 onder ref. L-29-882/ 207564.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Vanaf 1 april 2024 wordt er geen voetpadwaarborg meer gevraagd. Mogelijks moet u wel een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad van het openbaar domein tussen de perceelsgrens en de rijweg. Dit bij aanvang van de werken. Bij de beëindiging van de werken dient u het einde van de werken te melden aan de stad. Een medewerker van de stad komt de toestand van het openbaar domein ter plaatse controleren. Eventuele kosten zullen worden doorgerekend aan de aanvrager. Meer informatie kan u terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/schade-openbaar-domein-vroeger-voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
● het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
● de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 1 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze (deels) kunnen worden bijgetreden en de vergunning geweigerd dient te worden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het regulariseren van bijgebouwen, overkapping, afsluitingen en warmtepomp, te weigeren.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 1 bezwaarschrift werd ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze niet kunnen worden bijgetreden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het uitbreiden botenhuis, te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 3:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland (ref. P21204-001/01) van 9 oktober 2025 strikt na te leven.).
● Er moet rekening gehouden worden met de aanwezige aanplanting en bomen. Er mogen geen takken of struiken verwijderd worden . Indien er voor de aanleg toch kleine snoeiwerken moeten gebeuren dient dit steeds in overleg met de groendienst te gebeuren .
● De exploitant voorkomt dat er vervuiling van het (hemel-)water kan ontstaan ten gevolge van de exploitatie van het boothuis.
● Bij de materiaalkeuze wordt gekozen voor materialen die niet schadelijk zijn voor het waterleven.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Vanaf 1 april 2024 wordt er geen voetpadwaarborg meer gevraagd. Mogelijks moet u wel een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad van het openbaar domein tussen de perceelsgrens en de rijweg. Dit bij aanvang van de werken. Bij de beëindiging van de werken dient u het einde van de werken te melden aan de stad. Een medewerker van de stad komt de toestand van het openbaar domein ter plaatse controleren. Eventuele kosten zullen worden doorgerekend aan de aanvrager. Meer informatie kan u terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/schade-openbaar-domein-vroeger-voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
● het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
● de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 1 bezwaarschrift(en) werden ingediend.
De elementen uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat ze (deels) kunnen worden bijgetreden en de vergunning geweigerd dient te worden.
Art. 2:
Het college beslist de aanvraag ingediend inzake het regulariseren van plaatsing van afsluiting en grachtoverwelving te weigeren.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het regulariseren veranda en slopen tuinhuis te weigeren.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het plaatsen laadinstallatie en transformatorcabine te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● De aanvraag moet volledig conform de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● De aandachtspunten in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer dienen strikt nageleefd te worden.
● De aanvraag van de cabine dient via de website van Fluvius te gebeuren.
● De bijgevoegde maatregelen opgelegd in het advies van Brandweerzone Rivierenland (ref. P20924-002/01) van 4 november 2025 strikt na te leven.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Vanaf 1 april 2024 wordt er geen voetpadwaarborg meer gevraagd. Mogelijks moet u wel een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad van het openbaar domein tussen de perceelsgrens en de rijweg. Dit bij aanvang van de werken. Bij de beëindiging van de werken dient u het einde van de werken te melden aan de stad. Een medewerker van de stad komt de toestand van het openbaar domein ter plaatse controleren. Eventuele kosten zullen worden doorgerekend aan de aanvrager. Meer informatie kan u terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/schade-openbaar-domein-vroeger-voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
● het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
● de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.
Art. 1:
Het college beslist de aanvraag inzake het uitbreiden en verbouwen eengezinshoekwoning te vergunnen met voorwaarden.
De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen via het omgevingsloket op de hoogte te brengen van het begin van de handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die handelingen.
Art. 2:
Volgende stedenbouwkundige voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
● Het dak wordt gedekt met rode pannen (type Boomse pan);
● De bekleding van de dakgoot in hout gebeurt (model/profiel Beekstraat 15);
● De afvoerbuizen voor het hemelwater in zink worden uitgevoerd;
● Het buitenschrijnwerk van de voor- en zijgevel in hout gebeurt, volgens bestaande indeling, model en profilering. Uitvoeringstekeningen zijn op voorhand voor te leggen aan de stedelijke cel erfgoed;
● Het herstellen, aanvullen en opmetsen van de bestaande muren gebeurt met een gelijkaardige baksteen als de bestaande, volgens het bestaande metselverband en met gelijkaardige (kalk)mortel en hetzelfde type voegwerk.
● Aan de zijgevel opnieuw een gepikte plint wordt aangebracht.
● Voor aansluiting riolering zijn de standaard richtlijnen van Pidpa voor centraal gebied van toepassing (zie bijlage).
● De private riolering dient aan de rooilijn gescheiden (RWA / DWA) aangeboden te worden.
De voorwaarden gesteld in het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar worden stipt nageleefd tenzij anders bepaald in de beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen.
Volgende bepalingen zijn eveneens van toepassing:
● De omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.
● Het project moet volledig conform de stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid worden gerealiseerd.
● Het decreet van 1 juni 2012 betreffende de beveiliging van woningen door optische rookmelders dient te worden nageleefd.
● De groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
● Voor aansluitingen op de openbare riolering, verlagen van boordstenen, aanleggen van opritten en overbrugging boordgracht dient u online een aanvraag in te dienen. U kan de online aanvraagformulieren terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/aanvragen-en-vergunningen
● Vanaf 1 april 2024 wordt er geen voetpadwaarborg meer gevraagd. Mogelijks moet u wel een plaatsbeschrijving bezorgen aan de stad van het openbaar domein tussen de perceelsgrens en de rijweg. Dit bij aanvang van de werken. Bij de beëindiging van de werken dient u het einde van de werken te melden aan de stad. Een medewerker van de stad komt de toestand van het openbaar domein ter plaatse controleren. Eventuele kosten zullen worden doorgerekend aan de aanvrager. Meer informatie kan u terugvinden op de website van de stad: https://www.lier.be/wonen-en-leven/bouwen-en-verbouwen/aanvragen-en-vergunningen/schade-openbaar-domein-vroeger-voetpadwaarborg
● Het uitzetten van de bouwlijn dient te gebeuren door de bouwheer of diens aangestelden, zijnde architect en/of aannemer. Het foutief uitzetten van de bouwlijn is een bouwmisdrijf. De gemeente behoudt zich het recht voor om gerichte controles uit te voeren.
● De bouwheer dient zich te houden aan de grondverzetregeling overeenkomstig het Vlaams Reglement Bodemsanering (VLAREBO).
● Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, als die nodig zouden zijn.
● Indien er bij de uitvoeringsfase van een stedenbouwkundig project van een omgevingsvergunning een werk nodig blijkt met een aanzienlijke milieu-impact, zoals gerubriceerd in Vlarem II bijlage 1, dient een omgevingsvergunning met milieu-luik aangevraagd te worden, zodat de goedkeuring kan optreden voor de aanvang van de werken.
● De overdracht van een omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, vermeld in artikel 79 van het decreet van 25 april 2014, wordt door de exploitant aan wie de omgevingsvergunning wordt overgedragen, voorafgaand aan de overdracht met een beveiligde zending gemeld aan de overheid die bevoegd is voor het project vóór de overdracht conform artikel 15 van het decreet van 25 april 2014.
● De exploitant van een ingedeelde inrichting of activiteit meldt met een beveiligde zending binnen twee maanden nadat een van de volgende gebeurtenissen zich heeft voorgedaan, aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15 van het decreet van 25 april 2014 :
● het verval van de vergunning die de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit tot voorwerp heeft, vermeld in artikel 99 van het decreet van 25 april 2014;
● de vrijwillige gedeeltelijke of gehele definitieve stopzetting van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist principieel om het subsidiereglement van de Lierse Wereldraad dd 29 februari 2016 op te heffen en stuurt het ter goedkeuring door naar de gemeenteraad.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist om het subsidiebudget van 2025 voor het maximumbedrag van € 1.250,00 per aanvraag toe te kennen aan de volgende 6 organisaties die lid zijn van de Wereldraad:
● Oxfam Wereldwinkel Lier
● Mondiale Werken regio Lier
● ORADEA
● CooP Belgium
● Moved for All Nations
● Transitie Lier
BESLUIT
Art 1 :
Het college keurt de lijst bestelbons gewone en buitengewone dienst LPL goed voor een totaal bedrag van 19.904,01 euro (van bestelbonnummer 642 tot en met bestelbonnummer 661).
BESLUIT
Art 1 :
Het college verleent toelating aan de nutsmaatschappijen voor het uitvoeren van werken aan de nutsleidingen op grondgebied van Lier en Koningshooikt.
BESLUIT
Art 1 :
Het college gaat akkoord met de zwerfvuilopruimactie van de jeugdorganisatie Majlis Khuddam-ul-Ahmadiyya op Nieuwjaarsdag, donderdag 1 januari 2026, op volgende locaties:
● Netelaan
● Zimmerplein
● Eikelstraat
● Grote Markt
● Rechtestraat
● Gasthuisvest
● Berlaarsestraat
● Kardinaal Mercierplein.
Art 2 :
Het college gaat akkoord met het ondersteunen van dit project door het ter beschikking stellen van het nodige materiaal :
● zwerfvuilzakken : 20 stuks
● fluohesjes : 20 stuks
● handschoenen : 20 stuks
● grijpstokken : 20 stuks
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan de bijkomende aanwending voor het ereloon nav voorlopige oplevering van de studie 'weg- en rioleringswerken Berlarij' uitgevoerd door S. Bilt bv.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan voorstel nr. 1 voor aanleg bijkomende openbare verlichting in het binnengebied wijk Oever.
BESLUIT
Art 1 :
Het college hecht goedkeuring aan het aanbestedingsdossier met bijhorende raming voor de weg- en rioleringswerken in de Huibrechtstraat - Koning Albertstraat - Kammenstraat en Wijngaardstraat, opgemaakt door het studiebureau S. Bilt.
BESLUIT
Art 1 :
Het college geeft toelating aan de aanvrager voor het maken van een tijdelijke werftoegang voor Bosstraat 27 onder bepaalde voorwaarden.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het collegebesluit dd. 24 november 2025, waar de opdracht voor de betononderzoeken Hoge Brug en Lisperpoortbrug werden toegewezen aan Dekker BetonAdvies voor een bedrag van 22.505,00 exclusief btw of in totaal 27.231,05 euro inclusief btw, in te trekken.
Art 2 :
Het college beslist de opdracht voor het uitvoeren van de bruginspecties / betonproeven aan Hoge Brug en Lisperpoortbrug toe te wijzen aan Dekker BetonAdvies BV, De Spil 14 te 3774 SE Kootwijkerbroek (Nederland) Kvk nr. 81441584 voor een bedrag van 24.205,00 euro exclusief btw of in totaal 29.288,05 euro inclusief btw.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de bijkomende vastlegging voor de opdracht 'vervangen van binnenschrijnwerk te Sporthal Stadspark' met een totaalbedrag van 1.216,28 euro excl. btw ofwel 1.471,70 euro incl. btw, goed te keuren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college keurt de extra aanwending ten bedrage van 3532,00 euro goed voor de betaalbaarheid van de facturen via raamcontract - bij de firma Kleen Daily BVBA, Kerkestraat 64 te 3970 Leopoldsburg.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist akkoord te gaan met het voorstel tot verdeling van de subsidie voor organisatie van de zomerscholen obv het effectief aantal deelnemers.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist de overeenkomst tussen de stad en vzw De Moeve principieel goed te keuren en voor te leggen aan de gemeenteraad.
BESLUIT
Art 1:
Het college gaat akkoord met de voorgestelde sluitingsdagen voor BKO Kadee en Speelpleinwerking in 2026.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 2 december 2025, opgesteld door Algemene zaken - aankoop en overheidsopdrachten.
Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.
Art 2 :
De basisopdracht wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde PIXEO BVBA, KBO 0838.033.676, Vrijheid 74 te 2370 Arendonk.
De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2025/841.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist een bestelling te plaatsen op het raamcontract ICT van de stad Brugge bij Dustin ter waarde van 45.390 euro inclusief BTW.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist het verslag van de vorige vergadering dd. 1 december 2025 goed te keuren.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de beslissing van de deputatie.
Art 2 :
Het college beslist niet in beroep te gaan tegen de beslissing.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist dat het verkoopbaarheidsattest wordt afgeleverd voor de verkaveling V2024/6.
BESLUIT
Art 1 :
Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de verdeling van het eigendom, achter Leliënlei, Kadastraal gekend Afd; 4 Sectie B nummer 110C P0000, 110E P0000 en 110D P0000.
BESLUIT
Art 1 :
Het college van burgemeester en schepenen heeft geen bezwaar tegen de verdeling van het eigendom, Leopoldplein 3, Kadastraal gekend Afd. 3 sectie F nummer 0293C3 P0000.
BESLUIT
Art 1 :
Het college vaardigt volgende tijdelijke politieverordening op het wegverkeer uit: in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid zullen tijdelijke verkeersmaatregelen genomen worden voor de organisatie van een winterdrink in de Sint-Bernardusstraat op vrijdag 23/01/2026 van 16.00u tot 23.00u.
Art 2 :
Volgende tijdelijke verkeersmaatregelen zullen ingesteld worden:
Parkeerverbod
St-Bernardusstraat van nr. 28 en 34
E1 met onderbord “vrijdag van 16.00u tot 23.00u”
Afsluiten straat tussen huisnummer 25 en 35
● Van 16.00u tot 23.00u
St-Bernardusstraat nr. 28
rood-wit hek met C3 + nadars (breedte straat)
St-Bernardusstraat nr. 34
rood-wit hek met C3 + nadars (breedte straat)
St-Bernardusstraat x Hagenbroeksesteenweg
F45
St-Bernardusstraat x Frankenweg
F45
Parkeerverbod wordt geplaatst door de Stadsdiensten.
Signalisatie te plaatsen (en wegzetten) door organisatie; leveren en ophalen door stadsdiensten.
Art 3 :
De verkeersmaatregelen worden bekend gemaakt aan de weggebruiker met de passende verkeerstekens overeenkomstig artikel 12 van de verkeerswet (K.B. 16.03.68 en latere wijzigingen)
Art 4
Inbreuken worden gestraft zoals voorzien in de wet van het wegverkeer (K.B. 16.03.68 en latere wijzigingen)
Art 5
Afschrift van huidig besluit wordt overgemaakt aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en de Politierechtbank te Mechelen.
BESLUIT
Art 1 :
Het college neemt kennis van de lijst bestelbonaanvragen Stad Lier voor een totaal bedrag van 45.293,43 euro, aangemaakt in week 49 van 2025, die de volledige goedkeuringsflow doorlopen hebben.
BESLUIT
Art 1 :
Het college beslist akkoord te gaan met de uitbetaling van de werkingssubsidies voor het jeugdwerk.
BESLUIT:
Art 1
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de nieuwe datum van de Pallieterjogging .
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.