Lier

Zitting van 29 juni 2015

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

REGELING DER WERKZAAMHEDEN

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

MONDELINGE VRAGEN

 

Mondelinge vraag 1 : van Jenny Van Damme i.v.m. aanpak dierenverwaarlozing

 

Vlaams minister voor dierenwelzijn Ben Weyts, wil dat de gemeenten zelf optreden tegen dierenverwaarlozing door middel van gas-boetes i.p.v. te wachten op het gerecht.

 

De gemeenten Duffel en Sint Katelijne Waver zullen hiervoor hun politiereglement binnenkort laten aanpassen om gas-boetes tegen dierenverwaarlozing mogelijk te maken.

 

Wil de stad Lier dit ook invoeren en/of ligt dit reeds op tafel van het CBS ?

Zijn er dienaangaande qua timing reeds afspraken gemaakt ?

 

 

Mondelinge vraag 2 : van Marcel Taelman ivm verkeerslichten kruispunt Dungelhoeff

 

Ter hoogte van de site Dungelhoeff werden nieuwe verkeerslichten geplaatst op het kruispunt Mechelsesteenweg-Kazernelaan. Graag had ik hierover vernomen:

 

1.Waarom deze verkeerslichten nu reeds bestuurders op de Mechelsesteenweg voor het rode licht laten wachten, dag en nacht, terwijl de Dungelhoeff-site nog in volle aanbouw is?

 

2.Waarom is hier niet gekozen voor verkeerslichten met sensor, de zogenaamde “slimme verkeerslichten”, die pas in werking treden op het moment dat er toch een wagen komt aangereden vanuit de site Dungelhoeff?

 

 

Mondelinge vraag 3 : van Ella Cornelis ivm Reclamebord brug Mechelpoort

 

Op de brug van de Mechelpoort staat nog een restant van een reclamebord van de firma Decaux.

Deze hindernis bemoeilijkt de doorgang voor zwakke weggebruikers en vormt daardoor een extra risico. Bovendien liggen elektrische draden er zo te grabbel.

Mijn vragen zijn dan ook:

 

Waarom deze restanten te midden van het vernieuwde voetpad niet verwijderd werden bij de heraanleg?

 

Wat heeft het stadsbestuur ondernomen om dit obstakel spoedig weg te werken?

 

Is het stadsbestuur op de hoogte van de verantwoordelijkheid bij mogelijke ongelukken?

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERSLAG GEMEENTERAAD 18/5/2014. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeenteraad vergaderde op 18 mei 2015.

 

Juridische grond

Gemeentedecreet

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 18 mei 2015 goed te keuren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERIFICATIE VAN DE REKENING 2014 STAD LIER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

 

Feiten en context

 

In de filosofie van de beleids- en beheerscyclus hoort de jaarrekening bij de fase van de beleidsevaluatie. De jaarrekening geeft een zicht op de mate waarin de (prioritaire) doelstellingen werden gerealiseerd.

 

De jaarrekening volgt heel nauw de structuur, vorm en inhoud van het budget. Op deze wijze wordt maximale transparantie en toegankelijkheid gegarandeerd. Het laat een duidelijke vergelijking toe van wat was gepland (budget) en wat uiteindelijk is gerealiseerd (jaarrekening).

 

De jaarrekening bestaat uit drie delen :

-De beleidsnota

-De financiële nota

-De samenvatting van de algemene rekeningen

-Tot slot wordt er eveneens een toelichting voorzien.

 

In bijlage wordt het beleidsrapport van de rekening weergegeven met opname van alle verplichte rapporteringsschema’s en bijgevoegde toelichtingen en verklaringen.

 

Het exploitatieresultaat in de rekening 2014 is positief (5.392.362 EUR) en is dus substantieel beter dan het gebudgetteerde overschot van 2.937.594 EUR. Dit positieve resultaat wordt volledig verklaard door de belangrijke inspanning langst uitgavenzijde. De vooropgestelde besparingsdoelstellingen werden bereikt. Bijkomend zijn er een aantal factoren die ertoe geleid hebben dat de exploitatieuitgaven in de rekening nog lager zijn dan het gebudgetteerde niveau :

- Overbudgettering van hoofdzakelijk de werkingskosten

- Sterk toegenomen kostenbewustzijn binnen de organisatie

- Macro-economische impact : in 2014 was er geen inflatie zodat de kosten waarop budgettair een indexverhoging was voorzien een overschot hebben gegeven in de rekening.

 

Het financieel boekjaar 2014 wordt afgesloten met een positief resultaat op kasbasis van 314.293 EUR. Dit resultaat wordt beïnvloed door de eenmalige budgetneutrale kapitaaloperatie van IVEKA (5,3 Mio EUR) n.a.v. de uitstap van Electrabel. Indien we abstractie maken van deze operatie, dan bedraagt het resultaat op kasbasis 5.669.977 EUR.

 

De gunstige evolutie van het exploitatieresultaat heeft uiteraard ook positieve gevolgen voor de evolutie van de autofinancieringsmarge (AFM). De AFM bedraagt 1.621.709 EUR in de rekening 2014 t.o.v. een gebudgetteerd niveau van – 983.568 EUR. De AFM is dus nu reeds substantieel positief wat wijst op het feit dat de stad het structureel LT-evenwicht al heeft bereikt in 2014.

 

Bij de eerste budgetwijziging 2015 zal het resultaat 2014 verwerkt worden.

 

In de bijgevoegde nota van de rekening 2014 wordt verder uitvoerig ingegaan op alle deelaspecten van de jaarrekening.

 

Juridische grond

Besluit van de Vlaamse Regering van 25/6/2010 betreffende de beleids-en beheerscyclus

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

12 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove, Olivier Peeters en Tekin Tasdemir

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 12 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt de rekening 2014 van de stad Lier goed. Het resultaat op kasbasis is positief en bedraagt 314.293 EUR en de autofinancieringsmarge is eveneens positief en bedraagt  1.621.709 EUR.

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERIFICATIE VAN DE REKENING 2014 OCMW LIER. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

 

In de filosofie van de beleids- en beheerscyclus hoort de jaarrekening bij de fase van de beleidsevaluatie. De jaarrekening geeft een zicht op de mate waarin de (prioritaire) doelstellingen werden gerealiseerd.

 

De jaarrekening volgt heel nauw de structuur, vorm en inhoud van het budget. Op deze wijze wordt maximale transparantie en toegankelijkheid gegarandeerd. Het laat een duidelijke vergelijking toe van wat was gepland (budget) en wat uiteindelijk is gerealiseerd (jaarrekening).

 

De jaarrekening bestaat uit drie delen :

-De beleidsnota

-De financiële nota

-De samenvatting van de algemene rekeningen

-Tot slot wordt er eveneens een toelichting voorzien.

 

In bijlage wordt het beleidsrapport van de rekening weergegeven met opname van alle verplichte rapporteringsschema’s en bijgevoegde toelichtingen en verklaringen.

 

Het exploitatieresultaat in de rekening 2014 is negatief 1.035.0212 EUR) en is dus substantieel minder goed dan het gebudgetteerde tekort van 320.032 EUR. Dit negatieve resultaat wordt volledig verklaard door de belangrijke minder realisatie langs ontvangstenzijde. De vooropgestelde besparingsdoelstellingen werden gedeeltelijk bereikt en een aantal steun uitgaven (asielzoekers,loi, medische kosten)zijn sterk gedaald en hebben er toe geleid dat de exploitatie uitgaven in de rekening lager zijn dan het gebudgetteerde niveau (1.336.816 euro:

Het toegenomen kostenbewustzijn binnen de organisatie draagt hier ook toe bij.

De grote verschillen vinden we terug langs de ontvangstenzijde waar er een substantieel lager bedrag werd geïnd dan gebudgetteerd.

Een gedeeltelijke verklaring ligt in het feit dat een aantal uitgaven sociale dienst (asielzoekers, loi, medische kosten) fors gedaald zijn maakt uiteraard ook dat hiervoor geen betoelaging komt.

Voor het overige werden er minder huurgelden gerealiseerd (lage inflatie, tragere realisatie renovatie 24  woningen Sint-Annagodshuis), minder intresten uit belegde gelden gelet op slechtere liquiditeitspositie van het OCMW en minder recuperaties en subsisdies.

 

Het financieel boekjaar 2014 wordt afgesloten met een positief resultaat op kasbasis van 600.907 EUR. Dit resultaat wordt beïnvloed door de positieve invloed van het gecumuleerd resultaat van vorig boekjaar.

De ongunstige evolutie van het exploitatieresultaat heeft uiteraard ook negatieve gevolgen voor de evolutie van de autofinancieringsmarge

 

Bij de eerste budgetwijziging 2015 zal het resultaat 2014 verwerkt worden.

 

In de bijgevoegde nota van de rekening 2014 wordt verder uitvoerig ingegaan op alle deelaspecten van de jaarrekening.

 

Juridische grond

Besluit van de Vlaamse Regering van 25/6/2010 betreffende de beleids-en beheerscyclus

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

12 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove, Olivier Peeters en Tekin Tasdemir

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 12 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de rekening 2014 van het OCMW van Lier.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist de rekening 2014 van OCMW  Lier goed te keuren.

 

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERIFICATIE VAN DE GECORRIGEERDE JAARREKENING 2013 OCMW LIER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

In de filosofie van de beleids- en beheerscyclus hoort de jaarrekening bij de fase van de beleidsevaluatie. De jaarrekening geeft een zicht op de mate waarin de (prioritaire) doelstellingen werden gerealiseerd.

 

De jaarrekening volgt heel nauw de structuur, vorm en inhoud van het budget. Op deze wijze wordt maximale transparantie en toegankelijkheid gegarandeerd. Het laat een duidelijke vergelijking toe van wat was gepland (budget) en wat uiteindelijk is gerealiseerd (jaarrekening).

 

De jaarrekening bestaat uit drie belangrijke delen :

-De beleidsnota

-De financiële nota

-De samenvatting van de algemene rekeningen

-Tot slot wordt er eveneens een toelichting voorzien.

 

In bijlage worden alle verplichte rapporteringsschema’s en bijgevoegde toelichtingen en verklaringen bezorgd.

 

2013 was het eerste jaar volgens de principes van de BBC, de eerder opgemaakte rekening werd door toezicht grondig geëvalueerd en een aantal correcties moeten worden doorgevoerd. Zo werd de aansluiting met 2012 opnieuw gemaakt nadat in de eerder goedgekeurde rekening een aantal correcties 2 x werden doorgevoerd. Enkele boekingen waren foutief uitgevoerd en net als bij veel andere besturen was er geen aansluiting tussen de budgettaire en algemene boekhouding.

Na al deze correcties is het opportuun om de rekening 2013 opnieuw voor te leggen aan de raad.

 

Het exploitatieresultaat in de rekening 2013 is negatief 214.082 EUR) en is dus minder goed dan het gebudgetteerde tekort van -3.419 EUR. Zowel langs de uitgavenzijde als langs de ontvangstenzijde stellen we een over budgettering vast.

Langs de ontvangstenzijde werd er in verhouding minder gerealiseerd.

Een gedeeltelijke verklaring ligt in het feit dat een aantal

minder intresten uit belegde gelden gelet op slechtere liquiditeitspositie  door het aanwenden van de middelen voor de realisatie van de investeringen en de daling van de rentevoeten. Het financieel boekjaar 2013 wordt afgesloten met een positief resultaat op kasbasis van 7.129.092 EUR. Dit resultaat wordt beïnvloed door de positieve invloed van het gecumuleerd resultaat van vorig boekjaar.

De ongunstige evolutie van het exploitatieresultaat heeft uiteraard ook negatieve gevolgen voor de evolutie van de autofinancieringsmarge

 

Het resultaat 2013 werd reeds verwerkt in de gegevens van 2014.

 

In de bijgevoegde nota van de rekening 2013 wordt verder uitvoerig ingegaan op alle deelaspecten van de jaarrekening.

 

Juridische grond

Besluit van de Vlaamse Regering van 25/6/2010 betreffende de beleids-en beheerscyclus

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

12 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove, Olivier Peeters en Tekin Tasdemir

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 12 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de rekening 2013 van het OCMW van Lier.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist de rekening 2013 van OCMW  Lier goed te keuren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERIFICATIE REKENING 2014 LOKALE POLITIE LIER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Zoals vorige jaren zijn we niet op de hoogte van een besluit dat toelaat om de rekening af te sluiten. Het laatste besluit dateert zelfs van 2005 mbt de afsluit van 2002 t.e.m. 2004 (omzendbrief PLP 38 en PLP 38bis).

 

In het kader van de continuïteit van de financiële rapportering en het opmaken van budgetten en budgetwijzigingen vindt de financiële dienst het opportuun om de rekening 2014 af te sluiten. Om die reden werden ook al de rekeningen 2005 t.e.m. 2013 van de politiezone afgesloten.

 

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

12 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove, Olivier Peeters en Tekin Tasdemir

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 12 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad stelt de rekening 2014 van de lokale politie Lier als volgt vast :

 

 

 

Gewone dienst

 

Vastgestelde rechten

9.676.627,75

Onverhaalbare en oninbare bedragen

0,00

Netto vastgestelde rechten

9.676.627,75

Vastgelegde uitgaven

9.505.201,02

Begrotingsresultaat

171.426,73

 

 

Vastgelegde uitgaven

9.505.201,02

Aanrekeningen

9.487.830,64

Over te dragen vastleggingen

17.370,38

 

 

Boekhoudkundig resultaat

188.797,11

 

 

 

Buitengewone dienst

 

Vastgestelde rechten

482.271,31

Onverhaalbare en oninbare bedragen

0,00

Netto vastgestelde rechten

482.271,31

Vastgelegde uitgaven

349.242,00

Begrotingsresultaat

133.029,31

 

 

Vastgelegde uitgaven

349.242,00

Aanrekeningen

202.278,25

Over te dragen vastleggingen

147.163,75

 

 

Boekhoudkundig resultaat

280.193,06

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De balans op 31 december 2014 en de resultatenrekening over het dienstjaar 2014 van de lokale politiezone Lier worden als volgt samengesteld :

 

Balans

 

Vaste activa

730.243,00

Vlottende activa

411.609,00

Totaal van de activa

1.141.852,00

 

 

Eigen vermogen

1.203.509,00

Voorzieningen

0,00

Schulden

- 61.657,00

Totaal van de passiva

1.141.852,00

 

 

 

Resultatenrekening

 

Exploitatieresultaat

46.666,18

Uitzonderlijk resultaat

18.795,74

Resultaat van het dienstjaar

65.461,92

 

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

AFREKENING BRANDWEERBIJDRAGEN 2012 OVER WERKINGSJAAR 2011. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De stad Lier ontvangt in principe jaarlijks een bijdrage voor de bescherming die het brandweerkorps heeft geleverd aan de gemeente Ranst. Deze afrekening gebeurt door de Federale Diensten van de Gouverneur.

 

In 2014 heeft de stad een bedrag ontvangen van 845.387,59 voor de afrekening van de werkingsjaren 2006-2010. Daarbovenop heeft in 2014 de stad eveneens de kwartaalvoorschotten ontvangen voor de werkingsjaren 2012 en 2013 voor een totaalbedrag van 527.339,22 EUR.

 

Feiten en context

Met haar schrijven van 11/5/2015 informeert de gouverneur de stad Lier dat zij de afrekening voor het werkingsjaar 2011 hebben opgemaakt. Op basis van deze afrekening heeft de stad recht op een bijdrage van 383.784 EUR, waarvan we in het verleden reeds 227.605,72 EUR voorschot hebben ontvangen.

 

In het najaar van 2015 zal dus het saldo van 156.178,28 EUR worden uitbetaald.

 

De gouverneur verzoekt de gemeenteraad om binnen de 60 dagen advies uit te brengen over deze afrekening.

 

Adviezen

De financieel beheerder geeft een positief advies bij de voorgestelde afrekening.

We merken bovendien nog op dat bovenop deze afrekening nog volgende afrekeningen moeten afgerond worden :

- Afrekening werkingsjaren 2012 en 2013 (voorschotten reeds ontvangen)

- Voorschotten en afrekening werkingsjaar 2014 (zijnde het laatste werkingsjaar voor de opstart van de brandweerzone Rivierenland).

 

Wat de timing van deze afrekeningen betreft zijn we afhankelijk van de Federale Diensten van de Gouverneur.

 

Vorig jaar zijn er een aantal beschermde gemeenten naar de Raad Van State getrokken omdat zij de berekeningswijze van de afrekeningen betwisten. In afwachting van een uitspraak heeft de gouverneur echter beslist om uitvoering te geven aan de bestaande afrekeningen op basis van de in het verleden goedgekeurde berekeningsmethodieken.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

Nieuwe actie

Inning achterstallige brandweerbijdragen

 

In het budget 2015 werd geen ontvangst gebudgetteerd voor de achterstallige bijdragen omdat er geen zicht was op concrete bedragen. Voorgesteld wordt om bij de eerste budgetwijziging 2015 een nieuwe actie aan te maken en hierop het bedrag te voorzien van 156.178,28 EUR, zijnde de afrekening van het werkingsjaar 2011.

 

Stemming

 

23 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

3 onthoudingen: Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 23 stemmen voor - 3 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad geeft positief advies aan de afrekening van de brandweerbijdrage over het werkingsjaar 2011.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

nieuwe actie bij BW

Overige specifieke werkingsubsidies

156.178,28

te voorzien bij budgetwijziging

Budgetsleutel

0410/7409999

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

CENTRAAL KERKBESTUUR LIER - REKENINGEN 2014. POSITIEF ADVIES.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De rekeningen 2014 van de kerkfabrieken van Lier en Koningshooikt werden op 20/4/2015 door het Centraal Kerkbestuur van Lier aan de stad bezorgd ter nazicht en voor advies van de gemeenteraad aan de gouverneur.

 

Alle kerkfabrieken sluiten 2014 af met een overschot op de exploitatie (eventueel rekening houdend met de exploitatietoelage van de stad voor die kerkfabrieken dewelke niet zelfbedruipend zijn). Het kerkfabriek St-Jozef en Bernardus heeft in 2014 de voorziene exploitatietoelage niet opgevraagd.

 

In onderstaande tabel geven we een overzicht van de voorziene exploitatietoelage in het budget 2014 versus de werkelijk opgevraagde toelage.

 

Kerkfabriek

Exploitatietoelage Budget 2014

Exploitatietoelage Rekening 2014

Overschot op exploitatie 2014

Heilig Kruis

0

0

181.856,15

Heilig Hart

14.961

14.696,17

5.068,08

St-Jozef en Bernardus

9.525

0

20.253,49

St-Jan Evangelist

13.384

13.384

19.245,11

Heilige Familie

9.824

0

7.902,84

OLV Onbevlekt Lachenen

0

0

14.413

St-Gummarus

0

0

14.022,63

 

Aangezien alle besturen een overschot hebben op de exploitatie zal dit principieel eveneens een gunstig effect hebben op de op te vragen toelagen in 2015.

 

Adviezen

Bij het nazicht van de rekeningen, bestaande uit het financieel gedeelte en de toelichting, werden geen onregelmatigheden aangetroffen.

 

Juridische grond

Decreet 07/05/2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.

Besluit van de Vlaamse Regering 05/09/2008.

Ministrieel besluit 05/09/2008

Ministriële omzendbrief 18/07/2008.

 

Argumentatie

In haar rol van administratief toezichthouder op de kerkfabrieken is het stadsbestuur gehouden tot het geven van een advies over de jaarrekeningen van de kerkfabrieken.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

2/2/5/1

De diverse erediensten op het grondgebied van Lier kunnen rekenen op een toelage van de stad.

 

Stemming

 

18 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

9 onthoudingen: Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 18 stemmen voor - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de jaarrekeningen 2014 van de kerkfabrieken op het grondgebied van Lier-Koningshooikt en adviseert deze gunstig.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

DELEGATIEBEVOEGDHEID TOT 8500 EURO EN OMSCHRIJVING "DAGELIJKS BESTUUR". GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Zowel het college van burgemeester en schepenen als de OCMW-raad namen reeds in het verleden beslissingen mbt de delegatie van overheidsopdrachten en vaststelling van het begrip “dagelijks bestuur” volgens het gemeentedecreet. 

 

Het betreft volgende collegebeslissingen :

Vaststelling inhoud van het begrip 'dagelijks bestuur' in de zin van het Gemeentedecreet. Vaststelling van welke opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten kunnen beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur. – beslissing van 17 september 2007.

Delegatie van het budgethouderschap - het aangaan van verbintenissen (aankopen tot 5.500 EUR excl. BTW) – GOEDKEURING – beslissing van 6 oktober 2009

Omschrijving begrip dagelijks bestuur.  GOEDKEURING – beslissing van 28 januari 2013.

 

De OCMW raad nam volgende beslissingen :

Vaststelling begrip uitgaven van dagelijks bestuur - delegatie bevoegdheid uitgaven - vastleggen wijze van gunning van de opdrachten voor aannemingen werken, leveringen en diensten voor de uitgaven van dagelijks bestuur – beslissing 28 juni 2012.

Uitbreiding begrip dagelijks bestuur - uitbreiding delegatie secretaris – beslissing 18 juni 2013.

 

Feiten en context

Opdrachten op basis van aangenomen factuur zijn opdrachten dewelke een bepaald grensbedrag niet overschrijden en waar het opvragen van 3 prijzen volstaat voor het aangaan van een verbintenis met een aannemer, leverancier of dienstverlener.  In het K.B van 8 januari 1996 werd dit grensbedrag bepaald op 5500 euro excl.BTW.  In het K.B. van 15 juli 2011 werd dit grensbedrag opgetrokken tot 8500 euro excl.BTW.

 

De OCMW raad nam dus reeds de beslissing om opdrachten tot 8500 euro te delegeren aan de secretaris conform artikel 52, tweede lid, 10°OCMW-decreet en de nieuwe wetgeving op overheidsopdrachten van 15 juni 2006 en artikel 105 § 1 van het KB van 15 juli 2011.

Bij de stad werd dezelfde beslissing (optrekken tot 8500 euro) tot dusver nog niet genomen.

 

De gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van aangelegenheden van gemeentelijk belang met de mogelijkheid om in ruime mate bevoegdheden te delegeren naar het college van burgemeester en schepenen.  Dit geldt eveneens voor overheidsopdrachten.

De principiële beslissingen inzake overheidsopdrachten (m.n. ‘het vaststellen van de wijze van gunning en van de voorwaarden”) vallen onder de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad.

Zo kiest de gemeenteraad, de gunningswijze van een opdracht en stelt de voorwaarden ervan vast.

De gemeenteraad bepaalt eveneens de vermoedelijke kostprijs van een opdracht.  Deze geraamde kostprijs kan ofwel een plafond zijn, een niet te overschrijden bedrag.  Ofwel, zoals meestal het geval is, kan de raming een louter richtinggevend bedrag zijn.

 

Conform art. 57, § 3, 4° Gemeentedecreet is het college van burgemeester en schepenen echter bevoegd voor de vaststelling van de wijze van gunning en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om:

een opdracht die past binnen het begrip dagelijks bestuur vermeld in artikel 43, § 2, 9° van het Gemeentedecreet;

een opdracht die nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen en de gemeenteraad de wijze van gunning en de voorwaarden niet zelf heeft vastgesteld.

 

De gemeenteraad kan haar voornoemde bevoegdheden dus aan het college van burgemeester en schepenen delegeren door:

te omschrijven welke opdrachten passen binnen het begrip “dagelijks bestuur”;

een opdracht nominatief in het budget op te nemen

 

Deze delegatie blijft geldig voor de duur die de gemeenteraad heeft bepaald of totdat de raad er een einde aan stelt. 

 

Ingeval opdrachten de kostprijs van 8500 euro excl.BTW niet overschrijden en voor zover deze betrekking hebben op het dagelijks beheer van de stad en waarvan de uitgaven worden aangerekend op kredieten van het investeringsbudget, kan de gemeenteraad beslissen deze eveneens te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.  Deze opdrachten kunnen immers gegund worden op basis van een aangenomen factuur (bestelbon).

 

Tot dusver werd voor het stadsbestuur van Lier nog steeds het grensbedrag van 5500 euro excl.BTW toegepast.  Echter door de wijziging van de wetgeving overheidsopdrachten werd de mogelijkheid geboden dit bedrag op te trekken naar 8500 euro excl.BTW.  Zoals reeds gesteld werd dit bedrag in het OCMW reeds opgetrokken.

 

Teneinde een vlotte, soepele maar tevens correcte afhandeling van dossiers mogelijk te maken, wordt voorgesteld  het begrip ‘dagelijks bestuur’ dezelfde invulling te geven als voorheen, zodat de diensten op continue basis kunnen verder werken.  De gemeenteraad is echter bevoegd om zelf een invulling te geven aan het begrip “dagelijks bestuur”

 

Zodoende wordt het begrip ‘dagelijks bestuur’ omschreven als volgt:

- Alle uitgaven van het exploitatiebudget.

- Alle uitgaven van het investeringsbudget met een geraamde waarde kleiner of gelijk aan 8.500 euro excl. BTW

- Alle uitgaven van het investeringsbudget die betrekking hebben op onderhoud of instandhouding van het gemeentelijk patrimonium. Onder dit type van investeringen wordt onder andere verstaan: alle vervangingsinvesteringen en de aankoop van materialen voor onderhoud van wegen en gebouwen, onafhankelijk van de (geraamde) waarde van de investering.

- Het aanbrengen van wijzigingen aan overeenkomsten die het college van burgemeester en schepenen bij de uitvoering nodig acht voor zover hieruit geen bijkomende uitgaven van meer dan 10 % voortvloeien en dit binnen de grenzen van het goedgekeurde budget.

 

 

Adviezen

De secretaris, financieel beheerder en het gezamelijke M-team wensen op een gelijke en zo vlot mogelijk manier te werken en geven positief advies om het grensbedrag van 5500 euro excl BTW op te trekken tot het wettelijk grensbedrag van 8500 euro excl.BTW.

 

Juridische grond

Wetgeving overheidsopdrachten; K.B. van 14 januari 2013 en K.B. van 15 juli 2011.

Het gemeentedecreet, art. 57, § 3, 4°, art.l 43, § 2, 9° en art.58.

 

Stemming

 

23 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

3 onthoudingen: Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 23 stemmen voor - 3 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist principieel goedkeuring te hechten aan het optrekken van het grensbedrag van 5500 euro excl.BTW naar 8500 euro excl.BTW, conform de wetgeving overheidsopdrachten.

 

Het begrip ‘dagelijks bestuur’ wordt als volgt omschreven :

- Alle uitgaven van het exploitatiebudget.

- Alle uitgaven van het investeringsbudget met een geraamde waarde kleiner of gelijk aan 8.500 euro excl. BTW

- Alle uitgaven van het investeringsbudget die betrekking hebben op onderhoud of instandhouding van het gemeentelijk patrimonium. Onder dit type van investeringen wordt onder andere verstaan: alle vervangingsinvesteringen en de aankoop van materialen voor onderhoud van wegen en gebouwen, onafhankelijk van de (geraamde) waarde van de investering.

- Het aanbrengen van wijzigingen aan overeenkomsten die het college van burgemeester en schepenen bij de uitvoering nodig acht voor zover hieruit geen bijkomende uitgaven van meer dan 10 % voortvloeien en dit binnen de grenzen van het goedgekeurde budget.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

Managementondersteuning

Financiële dienst

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERLENGING OPDRACHT REVISORALE CONTROLE DOOR BDO BEDRIJFSREVISOREN. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De GR keurde in zitting van 17/11/2014 de statuten SOLag goed. De statuten vermelden in art 19 dat de controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid van de verrichtingen wordt opgedragen aan een bedrijfsrevisor, lid van het Instituut van Bedrijfsrevisoren (IBR). Deze opdracht werd tot op heden goed uitgevoerd door BDO Bedrijfsrevisoren. Er wordt voorgesteld het huidige mandaat met de periode van drie jaar te verlengen. Ten aanzien van BDO Bedrijfsrevisoren werden tot op heden geen opmerkingen van slechte uitvoering geformuleerd. De opdracht verlengen betekent een continuïteit van de huidige revisorale controle en van de toegepaste waarderingsregels waarvoor SOLag actueel met de herontwikkeling van de Dungelhoeffsite in een cruciale fase zit. Tevens dient SOLag ook een boekhouding volgens BBC regels op te stellen en te laten controleren. Op basis van vermelde redenen van continuïteit is het dan ook belangrijk een beroep te kunnen doen op een bedrijfsrevisor, vertrouwd met BBC wat het geval is voor BDO Bedrijfsrevisoren. Het verlengen met een periode van drie jaar gebeurt conform de vigerende richtlijnen  van IBR.

 

 

 

 

BESLUIT:

De Gemeenteraad verlengt het mandaat van BDO bedrijfsrevisoren als bedrijfsrevisor voor SOLag met drie jaar voor de periode 2015 tot en 2017.”

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

REGLEMENT 'PREMIE INVULLING LEEGSTAANDE HANDELSPANDEN LIERS KERNWINKELGEBIED'. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Bestuursakkoord 2013-2018, dd. 17 december 2012:

5. Werkende stad: Lokale Economie

- De stad voert een kernversterkend beleid met voorrang voor detailhandel

in de binnenstad. De grootschalige detailhandel wordt strikt gereglementeerd en beperkt binnen de gebieden Antwerpsesteenweg en Ring-West.

- Via ondersteunende maatregelen wordt startende kleinschalige

detailhandel aangemoedigd en gefaciliteerd.

- Het college besliste in zitting van 15 juni om voorliggende premie 'invulling leegstaande handelspanden' voor goedkeuring door te zenden naar de gemeenteraad.

 

Feiten en context

Het objectief om te faciliteren in de aantrekking van nieuwe retailers, (door-)starters of heroriënterende detailhandelaars, is ingegeven vanuit de Lierse leegstandanalyse en de analyse van de Lierse feitenfiche* wat betreft de Lierse retailevolutie & branchemix.

[* opgeleverd in januari '15 door Idea Consult en partners, i.k.v. het Kennisnetwerk Detailhandel en in opdracht van het Agentschap Ondernemen].

 

Lier heeft een aanzienlijk hoog aandeel frictieleegstand (43% van alle leegstaande panden op het hele grondgebied). Met ‘frictie’ worden leegstaande panden benoemd, die maximaal één jaar leeg staan. De andere steden onder de Vrind* – classificatie ‘structuurondersteunende stad’ (m.n. Geel, Mol & Herentals) boeken gemiddeld 36,6% frictieleegstand.

[*De Vrind – classificatie is de ruimtelijke indeling op basis van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen met opsplitsing van het buitengebied op basis van het Strategisch Plan

Ruimtelijke Economie waarbij het ruraal overgangsgebied en het ruraal gebied als

platteland wordt geclassificeerd (VRIND2004-2005).]

 

De langdurige leegstand (of de leegstandtermijn tussen 1 en 3 jaar) ligt in Lier in dezelfde grootorde dan het Vrind-gemiddelde (45,3% van alle leegstaande panden op het volledige grondgebied) maar neemt de laatste jaren wel sterk toe (2013-2014).

 

Het aandeel structurele leegstand daarentegen (of de leegstandtermijn vanaf 3 jaar, m.a.w. de categorie die het meest problematisch dient geacht te worden) is in Lier aanzienlijk lager dan in de vergelijkbare Vrind-steden en neemt de laatste jaren ook verder af (11,6% van alle leegstaande panden op het totale Lierse grondgebied in vergelijking met gemiddeld 21,1% in de Vrind-steden). Dit kan o.m. te wijten zijn aan de snellere functiewijziging naar wonen.

 

Uit het hoge percentage frictieleegstand in Lierse detailhandelspanden kan geconcludeerd worden dat het voor (door)starters/nieuwkomers moeilijk is om gedurende het eerste jaar hun commercieel concept/product levensvatbaar in de Lierse markt te plaatsen. Markante oorzaken die hiervoor in menig studie en lokaal onderzoek (a.d.h.v. bevraging) bovendrijven, zijn: de hoge huurprijzen, een gebrek aan financiële ruggengraat/minder soepele kredietverlening om te volharden tijdens de vaak moeizame en risicovolle opstart, een gebrek aan marktonderzoek & -inzicht en toegepaste, ondernemende competenties e.d., wat in de meest nefaste scenario’s resulteert in ‘premature’ faillissementen.

 

In samenspraak en samenwerking met het Kenniscentrum Detailhandel en met Unizo nationaal werden meer dan 40 goede praktijkvoorbeelden van steden en gemeenten gewikt en gewogen om enkele acties en maatregelen op maat van Lier uit te selecteren. Uiteindelijk werd op basis van deze benchmarking voornamelijk inspiratie gevonden in de reglementen van enkele gelijkaardige initiatieven te Gent, Kortrijk, Wijnegem, Blankenberge en Hamme.

 

Hierna volgt integraal het reglement:

PREMIE INVULLING LEEGSTAANDE HANDELSPANDEN LIERS KERNWINKELGEBIED

 

Artikel 1 - Situering

De Stad Lier, i.c. het college van burgemeester en schepenen, kan onder de voorwaarden bepaald in voorliggend reglement, een toelage toekennen aan startende ondernemers in het kernwinkelgebied, met het doel de levensvatbaarheid van prille ondernemingen te ruggensteunen, de leegstand in te dammen en de koopbinding en -attractie te stimuleren ten bate van het detailhandelsapparaat in het Lierse kernwinkelgebied.

Indien de ondernemer zijn activiteit of beroep uitoefent onder de juridische vorm van een rechtspersoon, wordt de tegemoetkoming toegekend aan de rechtspersoon.

 

Artikel 2 – Doelgroep

2.1. Onder de beoogde doelgroep van deze premie wordt verstaan:

 

- Ondernemers met een commerciële activiteit, meer bepaald het uitbaten van een kleinhandels-, detailhandels- of horecazaak, die rechtstreeks in contact staan met het publiek, alsook vzw's die kleinhandelsactiviteiten verrichten en evenzeer rechtstreeks in contact staan met het publiek, m.u.v. de in 2.2. uitgesloten branches, én die hun activiteit vestigen in een leegstand handelspand binnen het Lierse kernwinkelgebied ná inwerkingtreding van dit reglement, én die voldoen aan alle reglementaire voorwaarden en vergunningen.

 

- Worden vermoed ondernemers met een commerciële activiteit te zijn, personen die, op het ogenblik van hun aanvraag, onderworpen zijn aan het sociaal statuut der zelfstandigen en vennootschappen of vzw’s met kleinhandelsactiviteiten zoals voornoemd. Indien de ondernemer zijn activiteit of beroep uitoefent onder de juridische vorm van een rechtspersoon, wordt de tegemoetkoming toegekend aan de rechtspersoon.

 

2.2. Worden expliciet uitgesloten:

- beoefenaars van (para)medische, vrije of intellectuele beroepen;

- beoefenaars van financiële en/of administratieve dienstverlenende beroepen;

- vzw’s die een horeca - activiteit uitoefenen;

- uitbaters van nachtwinkels, automatenshops, private bureaus voor telecommunicatie/phoneshops, kansspelinrichtingen,… ;

- kantoorfuncties zonder voor publiek vrij toegankelijke commerciële ruimten;

- louter groothandel (B2B);

- handelszaken die ontstaan door een loutere wijziging van de rechtsvorm van een reeds bestaande handelszaak;

- personen die eerder gebruik gemaakt hebben van de premie voor hetzelfde handelspand;

- rechtspersonen waarin een of meerdere personen, die eerder gebruik gemaakt hebben van

de premie voor hetzelfde handelspand, belangen hebben;

- gezinsleden van personen die eerder gebruik gemaakt hebben van de premie voor hetzelfde handelspand;

- bestaande handelszaken die herlokaliseren binnen het afgebakende kernwinkelgebied;

- bestaande handelszaken die overgenomen worden;

- handelszaken die ontstaan door samenvoeging van twee leegstaande handelspanden in het kernwinkelgebied, kunnen slechts één maal aanspraak maken op de premie.

 

Artikel 3 – Definities

Voor de toepassing van dit reglement moet verstaan worden onder:

 

1. Ondernemer/handelaar:

Een ondernemer/handelaar is een natuurlijk persoon die een commerciële activiteit uitoefent en die niet door een arbeidsovereenkomst verbonden is. De ondernemer/handelaar kan zijn activiteit uitoefenen als natuurlijke persoon of via de juridische vorm van een rechtspersoon. De ondernemer/handelaar is sowieso onderworpen aan het sociaal statuut van zelfstandigen.

 

2. Detailhandel/kleinhandel/retail:

Het leveren van fysieke goederen of diensten aan de consument. Meestal worden de termen detailhandel en retail door elkaar gebruikt. Nota: hier wordt dit als verzamelnaam gehanteerd, waaronder ook horeca en commerciële diensten ressorteren maar met de expliciete voorwaarde dat gelijke fysieke aanwezigheid van de consument en de handelaar is vereist (zie ook omschrijving doelgroep 2.1.: ‘rechtstreeks contact met de klant’).

 

3. Horeca:

Horeca ressorteert onder detailhandel maar meer specifiek wordt onder horeca hier eet- & drankgelegenheden en hotels verstaan waar ter plaatse voedingswaren of dranken kunnen worden genuttigd én die grotendeels parallel aan de reguliere winkeluren open zijn.

 

4. Diensten:

Analoog aan de Verordening Detailhandel Lier, wordt hier een onderscheid gemaakt tussen volgende diensten:

- Administratieve, financiële diensten en vastgoed: bank, interim, immo,… Deze worden expliciet uitgesloten als begunstigde doelgroep in het kader van dit reglement.

- Commerciële diensten: reisbureau, kapper, verzorging, … Deze groep komt wél in aanmerking als begunstigde doelgroep i.k.v. voorliggend reglement.

 

5. Handelszaak:

Elke commerciële onderneming waarvoor een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) is vereist en die de uitoefening van een kleinhandels- of horecazaak tot hoofddoel heeft. De handelszaak, zoals hier bedoeld, dient eveneens minstens 5 dagen per week geopend te zijn.

 

6. Handelspand:

Het onroerend goed, waarin een handelszaak mag worden uitgebaat, met uitsluiting van alle delen die niet uitsluitend worden gebruikt ten behoeve van de uitbating van de handelszaak.

7. Kernwinkelgebied:

De door het Lierse stadsbestuur afgebakende zones zoals voorzien in de goedgekeurde Verordening Detailhandel in Lier (Gemeenteraad juni ’15), i.c.:

Kernwinkelgebied A3: Antwerpsestraat, Kartuizersvest oneven nummers t.e.m. 29/31 én Kartuizersvest even nummers t.e.m. 28.

Kernwinkelgebied A6: Grote Markt

Kernwinkelgebied A7: Rechtestraat

 

8. Leegstaand handelspand:

Elk handelspand dat op het ogenblik van de nieuwe invulling leegstaat of niet voor handelsdoeleinden in gebruik is en hierdoor is opgenomen in de het leegstandsregister van de stad Lier (zie ook: artikel 9 voor de overgangsmaatregel). De informatie m.b.t. de desbetreffende panden kan op de cel economie van de stad Lier bekomen worden.

 

De premie kan worden aangevraagd door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die via een verkoopsovereenkomst of eigendomsbewijs kan aantonen dat hij een leegstaand handelspand bezit/aankoopt om hierin zelf een handelszaak te vestigen of een natuurlijke persoon of rechtspersoon die aan de hand van een huurovereenkomst kan aantonen dat hij uitbater wordt van een handelszaak in een door hem gehuurd leegstaand handelspand.

 

9. Synthese ondernemersplan

Beknopt instrument om op kwalitatieve en kwantitatieve manier de ondernemer en zijn activiteit

of beroep voor te stellen. Het geeft weer wat de ondernemer in de toekomst wil bereiken

en hoe hij dat wil bewerkstelligen. Het bevat een gebalde samenvatting van volgende onderdelen:

1. projectvoorstelling

2. commercieel plan

3. organisatieplan

4. Omgevingsanalyse

5. financieel plan

 

Artikel 4 – Premie / toelage

Binnen de perken van de kredieten daartoe goedgekeurd op het budget van de Stad Lier en overeenkomstig de Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen en de voorwaarden en modaliteiten zoals hierna vastgesteld, kan de Stad Lier aan de voornoemde ondernemers een toelage toekennen die aangewend kan worden voor het zo optimaal mogelijk in de markt plaatsen van hun commercieel aanbod.

 

De premie/toelage kent een forfaitair bedrag van 10.000 euro inclusief btw voor detailhandelsvestigingen in een leegstaand pand in het kernwinkelgebied.

 

Artikel 5 – Plichten van de begunstigde ondernemer/handelaar

Bij toekenning van de premie verbindt de ondernemer/handelaar zich ertoe om aan alle onderstaande verplichtingen (cumulatief) te voldoen:

 

- de commerciële activiteit, die aanleiding geeft tot toekenning van de premie in het kader van dit reglement, minstens gedurende een ononderbroken periode van twee jaar uitoefenen;

- lid zijn van één (of meerdere, naar keuze) van de bij de Economische Raad aangesloten handels- of belangengroepen (cfr. bijlage);

- deelnemen aan de kernversterkende acties, maatregelen en evenementen van de stad Lier, uitgedragen door de Economische Raad, zoals o.m. het systeem van de centrumbonnen én de afwijkingen op de wekelijkse rustdag (koopzondagen) en daaraan gekoppelde promotionele initiatieven en/of evenementen;

- de engagementen naleven van inschrijving/registratie en actieve deelname aan gerichte infosessies en andere opvolging i.k.v. van de voornoemde initiatieven, waaronder het actueel houden van de eigen profielpagina op www.shoppeninlier.be

- op eerste verzoek, alle informatie verstrekken die de Stad Lier, zijnde het college van burgemeester en schepenen, de mogelijkheid biedt om controledaden te stellen in het kader van de toepassing van dit reglement.

 

Artikel 6 – Procedure

6.1. De aanvraag

- Om de premie/toelage zoals bepaald in voorliggend reglement te kunnen bekomen, dient de ondernemer bij de Stad Lier een aanvraag in via het daartoe voorziene aanvraagformulier te bekomen op www.lier.be of bij de cel Economie, Paradeplein 2/1 te 2500 Lier.

 

- De aanvraag bevat:

het volledig ingevulde aanvraagformulier;

een beknopte synthese van het ondernemersplan (zie hoger);

een kopie van inschrijving in de KBO;

een bewijs van inschrijving bij een sociale verzekeringskas voor een zelfstandig beroep;

een bewijs van verkoops- of huurovereenkomst voor exploitatie in het leegstaande pand;

ingeval van een horecazaak, een kopie van de nodige vergunningen afgeleverd door het stadsbestuur én tevens een vermelding van de openingsuren;

een kopie van andere, relevante vergunningen (stedenbouwkundige vergunning, socio-economische vergunning, indien van toepassing, … )

 

- De aanvraag kan het hele jaar door worden ingediend maar moet minimum twee maanden vóór en ten laatste drie maanden ná datum waarop de uitbating van de zaak van start is gegaan, ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen.

- De aanvraag, inclusief de benodigde bijlagen, dient bij ter post aangetekend schrijven te gebeuren of persoonlijk tegen ontvangstbewijs (afgifte aan de onthaalbalie van het stadskantoor, Paradeplein 2/1 te 2500 Lier), gericht aan de cel Economie.

- De aanvragen worden volgens datum van ontvangst chronologisch behandeld.

 

6.2. Beoordeling en goedkeuring

Het aanvraagdossier wordt naar ontvankelijkheid en gegrondheid beoordeeld door de cel economie en daarna ter goedkeuring geagendeerd op het college van burgemeester & schepenen. De aanvrager kan desgewenst uitgenodigd worden om gehoord te worden om bijkomende informatie te verstrekken rond de aanvraag en om het dossier, indien nodig, te vervolledigen.

De cel economie beoordeelt de volgende criteria voor de afweging van de ingediende synthese van het ondernemingsplan:

 

6.2.1. Concept

- Hoe wens jij je klanten tevreden te stellen?

- Waarom zouden consumenten bij jou aankloppen in Lier?

- Wat is de meerwaarde van jouw beoogde concept?

- Heb jij als ondernemer de kennis, ervaring, het talent om het beoogde concept waar te maken?

 

6.2.2. Toekomstvisie

- Waar wil je als ondernemer naar toe?

- Hoe ga jij inspelen op het feit dat markten en het aankoopgedrag van de consument steeds sneller veranderen? Hoe ga jij bijvoorbeeld inspelen op het feit dat de concurrentie van e-commerce en grotere koopcentra toeneemt?

 

6.2.3. Projectvoorstelling

- Geef een duidelijk en voldoende omschrijving van de onderneming, van wat de onderneming aanbiedt en hoe de onderneming zich bekend maakt.

 

6.2.4. Omgevingsanalyse - Marktstudie

- Geef een duidelijk en voldoende beeld van de trends in de sector waarin de onderneming actief is, van de doelgroep en van de concurrenten.

 

Na beoordeling van de voornoemde criteria door de cel economie wordt de beoordeling van de aanvraag ter goedkeuring voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen.

 

6.3. Procedure van uitbetaling van de premie

Het in het reglement voorziene bedrag wordt uitbetaald aan de ondernemer of desgevallend de juridische rechtspersoon na ondertekening van het collegevoorstel én na opening van de zaak. De stad verbindt zich ertoe om -mits goedkeuring van de aanvraag- binnen de zes weken na de datum van aanvraag, het voorziene bedrag van de premie uit te betalen.

 

De uitbetaling van de premie/toelage gebeurt op bevel van het College van Burgemeester en Schepenen, door overschrijving op de post- of bankrekening van de ondernemer of desgevallend de juridische rechtspersoon. De ondernemer of desgevallend de juridische rechtspersoon verbindt zich ertoe de Stad Lier onverwijld op de hoogte te brengen van de wijziging van diens post- of bankrekeningnummer.

 

Artikel 7 - Algemene bepalingen

7.1. De ondernemer aanvaardt, binnen de perken van dit reglement, verantwoording af te leggen ten aanzien van de Stad Lier. De Stad Lier kan daartoe ook desgewenst ter plaatse controle komen uitvoeren.

Indien blijkt dat onjuiste gegevens werden verstrekt, of dat de voorwaarden van huidig reglement niet worden nageleefd (cfr. plichten van de begunstigde starter) en in elk geval in geval van fraude of oneigenlijk gebruik, kan het college van burgemeester en schepenen op advies van de cel economie beslissen de reeds toegekende premie/toelage terug te vorderen.

 

7.2. De begunstigde handelszaak moet minstens twee jaar actief zijn. Indien er geen twee volledige jaren handelsactiviteit plaatsvinden, moet 50% van de premie terugbetaald worden.

 

7.3. Bij stopzetting vóór het verlopen van de eerste 2 jaar van uitoefening van de activiteit worden als verschoningsgronden aanzien:

- langdurige ziekte en daaraan gekoppelde werkonbekwaamheid van de ondernemer

- overlijden van de ondernemer of medewerkende partner

- overmacht, namelijk “een onoverwinnelijke en onvoorziene hindernis, vreemd aan de wil van de betrokkene die het verder zetten van de uitbating onmogelijk maakt” zoals bijvoorbeeld in het geval van een natuurramp.

 

Indien de ondernemer één van deze verschoningsgronden wenst in te roepen, dient hij een schrijven te richten aan de cel Economie, die de bewijslast bepaalt.

 

Indien de ondernemer zich niét op één van deze verschoningsgronden kan beroepen, kan het college van burgemeester en schepenen bij vaststelling van de stopzetting van de commerciële activiteit vóór het verlopen van het 2de jaar na de opening, 50% van de premie terugvorderen. Deze terugvordering gebeurt per aangetekend schrijven op bevel van het college van burgemeester en schepenen.

 

7.4. De premies/toelagen kunnen slechts éénmaal door dezelfde ondernemer worden aangevraagd en bekomen, met uitzondering van herstarters die geen grove fouten, nalatigheid of fraude in hun voorgaande ondernemingsactiviteit kunnen verweten worden.

 

De tegemoetkoming per juridische entiteit is beperkt tot 10.000 euro zoals hoger vermeld.

 

7.5. In geval van betwisting zijn de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Mechelen bevoegd.

 

7.6. Door het indienen van de aanvraag aanvaardt de ondernemer/handelaar uitdrukkelijk de bepalingen en voorwaarden van voorliggend reglement.

 

Artikel 8 - Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking de 1ste dag van de maand volgende op de gemeenteraadszitting  waarin het werd goedgekeurd.

 

Artikel 9 - Overgangsmaatregel

Vanaf de inwerkingtreding van dit reglement tot en met 31 december 2016 wordt het statuut van ‘leegstand’ van een handelspand gestaafd aan de hand van opname in de Locatus – databank.

Vanaf 1 januari 2017 wordt het statuut van ‘leegstand’ gestaafd door de definitieve opname van in het leegstandregister van de stad Lier.

 

Einde reglement.

 

Fasering

Omwille van het feit dat er op heden nog geen leegstandregister voor handelspanden volgens de wettelijke bepalingen voorhanden is, werd voor de bepaling van leegstaande handelspanden in voorliggend reglement gewerkt met volgende definitie én overgangsmaatregel:

 

Artikel 3 - Definities.

8. Leegstaand handelspand:

Elk handelspand dat op het ogenblik van de aanvraag leegstaat of niet voor handelsdoeleinden in gebruik is en hierdoor is opgenomen in de het leegstandsregister van de stad Lier (zie ook: artikel 10 voor de overgangsmaatregel). De informatie m.b.t. de desbetreffende panden kan op de cel economie van de stad Lier bekomen worden.

 

De premie kan worden aangevraagd door een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die via een verkoopsovereenkomst of eigendomsbewijs kan aantonen dat hij een leegstaand handelspand bezit/aankoopt om hierin zelf een handelszaak te vestigen of een natuurlijke persoon of rechtspersoon die aan de hand van een huurovereenkomst kan aantonen dat hij uitbater wordt van een handelszaak in een door hem gehuurd leegstaand handelspand.

 

Artikel 9 - Overgangsmaatregel

Vanaf de inwerkingtreding van dit reglement tot en met 31 december 2016 wordt het statuut van ‘leegstand’ van een handelspand gestaafd aan de hand van opname in de Locatus – databank.

Vanaf 1 januari 2017 wordt het statuut van ‘leegstand’ gestaafd door de definitieve opname van in het leegstandregister van de stad Lier.

 

Adviezen

De Kerngroep Ruimtelijke Organisatie heeft in vergadering van 28 april '15 voorliggend voorstel van reglement voor de premie invulling leegstaande handelspanden in het Lierse kernwinkelgebied goedgekeurd, m.u.v. de definitieve bepaling van de hoogte van de premie (forfaitair bedrag). Alle leden van de Kerngroep zijn wel de mening toegedaan dat deze premie een substantieel of dus voldoende hoog bedrag dient te zijn, anders werkt dit initiatief niet aanmoedigend. Een groot orde van bedrag tussen 7.500 euro en 10.000 euro werd vooropgesteld.

 

De Economische Raad heeft in haar vergadering van 12 mei ll. voorliggend reglement besproken en mits volgende aanvullingen goedgekeurd:

 

- N.a.v. de concrete casus van de herlokalisatie waartoe de Oxfam Wereldwinkel zich genoopt ziet (vanuit de Berlarij naar een pand in het kernwinkelgebied), is de Economische Raad van mening dat een dergelijke vestiging zeker gewenst is in het kernwinkelgebied. Maar aangezien de Oxfam Wereldwinkels niet onder een zelfstandig statuut opereren, dienen 'vzw's die kleinhandelsactiviteiten verrichten' (zoals Oxfam Wereldwinkels) ook begunstigde te kunnen zijn van voorliggende aanmoedigingspremie. Daarom werd voorgesteld om 'Artikel 2 - Doelgroep' als volgt te herformuleren op basis van ingewonnen advies bij de juridische dienst:

 

Artikel 2 - Doelgroep

2.1. Onder de beoogde doelgroep van deze premie wordt verstaan:

- Ondernemers met een commerciële activiteit, meer bepaald het uitbaten van een kleinhandels-, detailhandels- of horecazaak, die rechtstreeks in contact staan met het publiek, alsook vzw's die kleinhandelsactiviteiten verrichten en evenzeer rechtstreeks in contact staan met het publiek, m.u.v. de in 2.2. uitgesloten branches, én die hun activiteit vestigen in een leegstand handelspand binnen het Lierse kernwinkelgebied ná inwerkingtreding van dit reglement, én die voldoen aan alle reglementaire voorwaarden en vergunningen.

 

- Worden vermoed ondernemers met een commerciële activiteit te zijn, personen die, op het ogenblik van hun aanvraag, onderworpen zijn aan het sociaal statuut der zelfstandigen en vennootschappen of vzw’s met kleinhandelsactiviteiten zoals voornoemd. Indien de ondernemer zijn activiteit of beroep uitoefent onder de juridische vorm van een rechtspersoon, wordt de tegemoetkoming toegekend aan de rechtspersoon.

 

Om te voorzien dat nog wel de commerciële horecazaken onder het toepassingsgebied van dit reglement kunnen vallen, doch niét de horeca vzw’s, werd eveneens na advies van de Economische Raad en de juridische dienst, in art. 2.2. (uitgesloten activiteiten) het volgende toegevoegd:

 

2.2. Worden expliciet uitgesloten:

- vzw’s die een horeca - activiteit uitoefenen;

 

Eveneens onder art. 2.2. werd volgende bemerking toegevoegd, om misverstanden te vermijden bij samenvoeging van twee leegstaande handelspanden in het kernwinkelgebied:

- handelszaken die ontstaan door samenvoeging van twee leegstaande handelspanden in het kernwinkelgebied, kunnen slechts één maal aanspraak maken op de premie;

 

- De Economische Raad wenst ook uitdrukkelijk het volgende toe te voegen aan Artikel 3 - Definities bij 2. Detailhandel/kleinhandel/retail:

Het leveren van fysieke goederen of diensten aan de consument. Meestal worden de termen detailhandel en retail door elkaar gebruikt. Nota: hier wordt dit als verzamelnaam gehanteerd, waaronder ook horeca en commerciële diensten ressorteren máár met de expliciete voorwaarde dat gelijke fysieke aanwezigheid van de consument en de handelaar is vereist (zie ook omschrijving doelgroep 2.1.: ‘rechtstreeks contact met de klant’).

 

Dit om nogmaals expliciet aan te geven dat een publiek toegankelijk commerciële ruimte vereist is.

 

- Tot slot zijn ook de leden van de Economische Raad voorstander van een voldoende hoog premiebedrag, afhankelijk van de beschikbare middelen. Na definitieve goedkeuring in de gemeenteraadszitting van juni, treedt dit reglement in voege vanaf juli. Dit betekent dat er eind 2015 een evaluatie kan plaatsvinden van de aanvragen die in een half jaar tijd ontvankelijk verklaard konden worden. Daarom pleit de Economische Raad voor de invoering van een premie van 10.000 euro per goedgekeurde aanvraag. Bij uitputting van de beschikbare middelen én na evaluatie van het beoogde resultaten kan eventueel vanaf 2016 een groter aandeel van het budget voor deze premies voorbehouden worden.

 

Juridische grond

Binnen de perken van de kredieten daartoe goedgekeurd op het budget van de Stad Lier en overeenkomstig de Wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen en de voorwaarden en modaliteiten zoals hierna vastgesteld, kan de Stad Lier aan de voornoemde ondernemers een toelage toekennen die aangewend kan worden voor het zo optimaal mogelijk in de markt plaatsen van hun commercieel aanbod.

 

Argumentatie

Voorliggend premievoorstel is onderdeel van een strategische beleidsprioriteit om via complementaire acties en maatregelen in te zetten op kernversterking: van het voorwaardenscheppend vestigingsbeleid (Beleidsvisie Detailhandel en Stedenbouwkundige Verordening Detailhandel) over het systeem van Lierse centrumbonnen (incl. het geautomatiseerd beheersplatform), het coachingproject 'Commerciële Inspiratie' en alle publicitaire, promotionele acties omtrent koopzondagen en andere evenementen die aanhoudend de koopattractie aanzwengelen...

Zodoende volgde het college de adviezen en legt hierbij voorliggend reglement voor goedkeuring voor aan de gemeenteraad.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

4.1.2.2.

Het promoten van Lier als winkelstad.

 

Stemming

 

19 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

8 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Patrick Tersago, Marcel Taelman, Els Van Weert, Ella Cornelis, Katrien Vanhove en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 19 stemmen voor - 8 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist voorliggend reglement voor de 'premie invulling leegstaande handelspanden in het Lierse kernwinkelgebied' goed te keuren.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

4.1.2.2.

Andere kosten voor prestaties van derden.

50.000 euro

0 euro

(na aftrek van alle op heden voorziene kosten tot eind 2015 i.k.v. de lopende, kernversterkende  acties, maatregelen en evenementen).

Budgetsleutel

0500/61399999

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Financiën

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

STEDENBOUWKUNDIGE VERORDENING DETAILHANDEL. VASTSTELLING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

- In de gemeenteraadzitting van 1 september 2014 werd de Beleidsvisie Detailhandel goedgekeurd.

- Het college keurde -in de zitting van 30 maart 2015- het ontwerp stedenbouwkundige verordening 'Detailhandel' goed.

- De leden van de Economische Raad brachten tijdens hun overleg op 7 april 2015 advies uit over de ontwerptekst van de stedenbouwkundige verordening 'Detailhandel'.

- De leden van de Gecoro verleenden tijdens hun vergadering op 20 april 2015 advies over de ontwerptekst van de stedenbouwkundige verordening 'Detailhandel'.

- De voorbespreking i.k.v. de adviesverlening door de Provincie Antwerpen vond plaats op 4 mei 2015.

- Ruimte Vlaanderen bracht op vrijdag 8 mei 2015 advies uit.

- Het college besliste in zitting van 26 mei 2015 haar goedkeuring te verlenen aan voorliggende stedenbouwkundige verordening detailhandel en vroeg deze verordening definitief te laten vaststellen door de Gemeenteraad.

 

Feiten en context

Overeenkomstig artikel 2.3.2. §2 van de Vlaamse Codex voor Ruimtelijke Ordening stelt de gemeenteraad van de stad Lier de stedenbouwkundige verordening ‘Detailhandel’ definitief vast.

 

Aanleiding tot de opmaak van de stedenbouwkundige verordening 'Detailhandel'.

 

Met de goedgekeurde Beleidsvisie Detailhandel beoogt de stad Lier vijf strategische basisdoelstellingen:

 

1. Voorzien in de reële behoeften [kwantitatief en kwalitatief] van de Lierse bevolking inzake koopmogelijkheden.

 

De Lierse bevolking moet zoveel mogelijk zijn gading kunnen vinden in het handelsaanbod in Lier. Door de inwoners de gelegenheid te geven om hun aankopen te doen in hun eigen stad, vergroot hun comfort en levenskwaliteit. Bovendien helpt dit de verplaatsingsbehoefte te beperken, wat past in een duurzame mobiliteit. Winkelen in eigen stad biedt tenslotte ook een meerwaarde voor de stedelijke economie. Er is geen kwantitatieve behoefte van de Lierse bevolking aan bijkomende handelsruimte. De recent opgeleverde interprovinciale studie detailhandel (Idea Consult, i.s.m. Geo Intelligence en MAS in opdracht van het Kenniscentrum Detailhandel) bevestigt zelfs het onafwendbaar perspectief van een aanzienlijke krimpmarkt van de fysieke detailhandel (o.m. wegens de impact van e-commerce en grootschalige distributiewijzen). De creatie van veel bijkomende vestigingsmogelijkheden is daarom geen doel op zich van het beleid.

 

Anderzijds biedt een beperkt bijkomend aanbod de mogelijkheid om de kwaliteit van het handelsapparaat in Lier te optimaliseren. Bijkomende vestigingsmogelijkheden kunnen ook als hefboom fungeren om bestaande handelsconcentraties te versterken en te verbeteren. Een extra aanbod biedt tenslotte de kans aan slecht gelegen handelszaken om zich te herlokaliseren.

 

2. De kwaliteit van de stedelijke handelsas met kernwinkelgebied in het stadscentrum consolideren en verbeteren.

Een hoogwaardig kernwinkelgebied is een belangrijke factor in de rol van Lier als winkelstad met een koopattractie binnen een bovenlokaal/regionaal verzorgingsgebied. Het kernwinkelgebied trekt bezoekers aan van binnen en buiten de stad. Dit houdt het stadscentrum levendig en geeft bovendien impulsen aan het toerisme, de horeca, het cultureel leven en de economie van Lier.

De groei van grootschalige detailhandel, die meestal moeilijk inpasbaar is in het stadscentrum, mag niet ten koste gaan van het kernwinkelgebied.

 

Hiertoe is het voor het stadsbestuur noodzakelijk om:

‐ enerzijds een duidelijk centrumbeleid te voeren, dat erop gericht is het kernwinkelgebied te versterken [onder meer door bijkomend aanbod aan handelsruimte, de kwaliteit van de publieke ruimte te verbeteren en de bereikbaarheid van het centrum op peil te houden];

‐ anderzijds het aanbod aan locaties buiten het kernwinkelgebied gericht te beperken.

 

3. De kwaliteit van de bestaande grootschalige detailhandelslocaties buiten het centrum optimaliseren.

 

De grootschalige detailhandelslocaties buiten het centrum maken inherent deel uit van onze leefomgeving en bepalen mee de waarde ervan. Daarom wil het stadsbestuur de kwaliteit van deze locaties verbeteren, ten bate van de omwonenden, de passanten én van wie deze locaties bezoekt als consument of werknemer.

De kwaliteitsverbetering heeft onder meer betrekking op de verdichting van deze locaties, de verbreding van het aanbod, de verbetering van de belevingswaarde [beeldkwaliteit van de gebouwen en van het publiek domein] en de optimalisatie van de verkeerssituatie. Om dit binnen een marktconforme context zoveel mogelijk via private investeringen te laten gebeuren, is het aangewezen om een beperkt bijkomend aanbod aan vestigingslocaties, onder strikte stedenbouwkundige voorwaarden, als hefboom in te zetten.

Door de grootschalige detailhandel te bundelen op geschikte locaties buiten het stadscentrum, kan bovendien de negatieve impact van de detailhandel op de stedelijke structuur [onder meer door versnippering van de ruimte, verschraling van de beeldkwaliteit en toename van de verkeersdrukte] worden beperkt.

 

4. Complementariteit nastreven tussen de verschillende winkelconcepten.

 

De beleidsvisie gaat er van uit dat verschillende winkelconcepten elkaar aanvullen:

 

‐ De stedelijke handelsas met kernwinkelgebied richt zich:

 

 op een aanbod van dagelijkse goederen. Voorbeelden zijn groenten, fruit, vlees, brood, zuivel,…

 op een aanbod van periodieke goederen. Voorbeelden zijn kledij, schoenen, boeken, kleinere huishoudtoestellen, …

 op een aanbod van uitzonderlijke goederen. Voorbeelden zijn juwelen, telecommunicatie, speciaalzaken,…

 op het ‘recreatief winkelen’, waarbij het voor het vergroten van de attractiviteit weliswaar wenselijk blijft dat het recreatief, impulsief en doelgericht winkelen

elkaar er aanvullen

 horeca is essentieel om het recreatief winkelen te doen functioneren, vandaar de noodzakelijke interactie met de toeristisch recreatieve as

 

‐ De periferie – waar grootwinkels inspelen op de behoefte aan ‘doelgericht winkelen’ – en zich richten:

 

 op dagelijkse goederen die niet draagbaar zijn omwille van de hoeveelheid die aangekocht wordt. Voorbeeld: supermarkten, drankencentrales

 op een aanbod van uitzonderlijke, niet draagbare goederen. Voorbeelden zijn meubelen, huishoudapparaten, wagens,…

 

5. In Koningshooikt: ondersteuning van de handel op niveau van de woonkern

De handel in de woonkern richt zich:

 

 op een aanbod van dagelijkse goederen in buurtwinkels. Voorbeelden zijn groenten, fruit, vlees, brood, zuivel,… De bovengrens van 400 m² wordt gehanteerd rekening houdend met de schaalgrootte van het dorp.

 op een aanbod van uitzonderlijke goederen. Voorbeelden zijn juwelen, telecommunicatie, speciaalzaken,…

 

Beleidskader opmaak stedenbouwkundige verordening detailhandel:

 

De beleidsvisie detailhandel en voorliggende stedenbouwkundige verordening detailhandel werden opgemaakt in overeenstemming met de startnota ‘Winkelen in Vlaanderen’, zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering dd. 23.07.2010. Deze nota vormt de basis voor overleg over een beleid van kernversterking, waarbij de Vlaamse regering beleidsinitiatieven voorop stelt om:

‐ de verdere ontwikkeling van baanwinkellinten drastisch te beperken

‐ nieuwe inplantingen van grootschalige handelszones zorgvuldig af te wegen

‐ en de complementariteit met de handel en wandel van de stedelijke en dorpskernen beter te bewaken

 

Op 21.12.2012 werd nadien de nota ‘Winkelen in Vlaanderen 2.0’ voorgesteld, welke voortbouwt op de voornoemde nota uit 2010, doch een actualisatie inhoudt en bijkomende voorstellen formuleert inzake beleidsmaatregelen, waarbij financiële ondersteuning, vergunningenbeleid en planningsbeleid elkaar ondersteunen.

 

Tevens sluiten de beleidsvisie detailhandel en de stedenbouwkundige verordening detailhandel aan bij de visiekrachtlijnen geformuleerd in de studie ‘Detailhandel in de provincie Antwerpen’ dd. juli 2010:

 

‐ Het centrum is vooral geschikt is voor dagelijkse, compacte goederen [zoals kledij] en winkelformules met een kleine oppervlaktebehoefte die best binnen een gezellige

funshoppenatmosfeer [vergelijkend winkelen] naar de consument worden gebracht, terwijl volumineuze goederen en winkelformules met grote oppervlaktebehoefte,

waarbij doelgericht winkelen primeert, eerder aan de periferie zullen terug te vinden zijn.

‐ Een clustering in het centrum is op zich de meest wenselijke vorm van detailhandel, maar dit principe kent op verschillende vlakken zijn grenzen [o.a. voor volumineuze

en zware goederen, indien parkeergelegenheid nabij de zaak essentieel is, in geval van een grondgebonden, grootschalig, ruim assortiment]. Indien dit om bezwarende

elementen niet mogelijk is, geniet een clustering in de periferie de voorkeur op een retailpark.

 

Na de voornoemde studie detailhandel in de provincie Antwerpen, werd dit jaar de interprovinciale studie detailhandel opgeleverd (Idea Consult, i.s.m. Geo Intelligence & MAS, in opdracht van het Kenniscentrum Detailhandel en met de steun van het AO en EFRO). Ook deze nationale, provinciale en regionale resultaten waaronder ook de feitenfiche van de stad Lier ressorteert, kunnen getuigen van de noodzaak aan voornoemde krachtlijnen.

 

De beleidsvisie detailhandel krijgt, voor dat onderdeel van de visie detailhandel waarvoor de stedenbouwkundige verordening kan toegepast worden, met voorliggend ontwerp van de stedenbouwkundige verordening detailhandel een doorvertaling naar een juridisch afdwingbaar kader.

Van zodra de bevoegdheid op de handelsvestigingen wordt geregionaliseerd, wordt de socio‐economische vergunning maximaal geïntegreerd in dit ruimtelijke

instrumentarium. Om kernversterkende ontwikkelingen te realiseren, kunnen o.a. voorschriften worden voorzien op perifere locaties welke ruimtelijke randvoorwaarden

(minimale of maximale handelsoppervlakte, parkeernorm, e.d.) koppelen aan de handelsfunctie.

Het is de bedoeling dat na de regionalisering ook assortimentsbepalingen kunnen opgenomen worden, al dan niet gekoppeld aan ruimtelijke randvoorwaarden.

 

Fasering

•30 maart 2015Start formele procedure CBS (goedkeuring voorontwerp)

•7 april 2015Adviesvraag Departement Ruimte Vlaanderen

•7 april 2015Adviesvraag Gecoro

•7 april 2015Adviesvraag Economische Raad

•11 mei 2015 Ontvangst adviezen (ten laatste)

•19 mei 2015 Kerngroep RO

•26 mei 2015CBS: kennisname definitieve vaststelling + verzenden naar raad

•29 juni 2015 GR: definitieve vaststelling verordening

 

Advies KERNGROEP Ruimtelijke Organisatie dd. 19 mei 2015:

De Kerngroep Ruimtelijke Organisatie bundelt en coördineert alle adviezen en bemerkingen en brengt zelf ook advies uit bij het college van burgemeester en schepenen.

 

- RUIMTE VLAANDEREN bracht op vrijdag 8 mei 2015 volgend advies uit:
"De aanvraag tot advies met betrekking tot de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘detailhandel’ werd ontvangen op 07/04/2015.

Er werden geen strijdigheden vastgesteld met de gewestelijke stedenbouwkundige  verordeningen. De genomen beleidskeuzes in het kader van ‘detailhandel’ voor de stad Lier worden gunstig geadviseerd."

 

- De GECORO bracht in zitting van 20 april 2015 volgend advies uit:

"De Gecoro adviseert om gevolg te geven aan onderstaande opmerkingen  en onderstaande wijzigingen in de tekst van de stedenbouwkundige verordening Detailhandel te implementeren:

 

1) Blz. 3, definities, artikel 1.6. Uitzonderlijke goederen: “Niet-alledaagse aankopen met invloed op het budget.”

Dit is geen objectief gegeven; een aankoop die voor de ene persoon invloed heeft op zijn/haar budget kan voor een andere persoon totaal geen invloed hebben op zijn/haar budget.

Het zinsdeel ‘met invloed op het budget’ moet geschrapt worden uit de definitie.

 

Advies KG: het zinsdeel wordt geschrapt.

 

 2) Blz. 5, definities, artikel 1.16. wonen en aan het wonen verwante voorzieningen:

Het CBS heeft de bepaling ’Louter kantoorfuncties zijn niet toegelaten’ geschrapt uit de definitie van ‘wonen en aan het wonen verwante voorzieningen’. Bijgevolg kunnen kantoorfuncties overal waar ook de functie ‘wonen en aan het wonen verwante voorzieningen’ kan. Dat is zo voor de zones B, C en D.

Om duidelijkheid hieromtrent te bewerkstelligen moeten de functies ‘kantoren’ en ‘diensten’ ook effectief vermeld worden in deze definitie. Bijgevolg is het onnodig deze twee functies apart te vermelden in de zones B, C en D.

De Gecoro vraagt ook aan het bestuur hoe zal omgegaan worden met kantoorfuncties die buiten de detailhandelsconcentraties worden aangevraagd?

 

Advies KG: het college heeft enkel de bepaling 'Louter kantoorfuncties zijn niet toegelaten’ geschrapt, maar deze functie niet expliciet toegevoegd aan de definitie. In de definitief vast te stellen verordening wordt de definitie van 'wonen en aan het wonen verwante voorzieningen' verlaten. Voor de zones B en C worden, naar analogie met de zone A, de toegelaten functiewijzigingen opgelijst in de tabel. In de tabel wordt gespecificeerd waar een functiewijziging naar kantoren toelaatbaar is en waar niet. 

 

3) Blz. 6, artikel 2.1. Kernwinkelgebied

Volgens huidige verordening: Kernwinkelgebied = géén wonen gelijkvloers.

Dit in tegenstelling met de stedelijke handelsas, waar wonen wél gelijkvloers kan.

De huidige afbakening van het kernwinkelgebied wordt in vraag gesteld.

In de Rechtestraat, zone A7, staan momenteel veel winkels leeg.

Omdat deze straat in het kernwinkelgebied ligt kunnen er, volgens de verordening die nu voorligt, gelijkvloers géén functiewijzigingen naar wonen. De vraag wordt gesteld of het aangewezen is om de Rechtestraat uit het kernwinkelgebied te lichten zodat daar eveneens gelijkvloers wonen voorzien kan worden?

De Gecoro beslist bij meerderheid dat de Rechtestraat in het kernwinkelgebied moet blijven. Ze adviseert het bestuur wél om fors op te treden tegen de groeiende leegstand in de Rechtestraat, en te voorzien in incubatieruimte en ateliers voor starters.

 

Advies KG: het kernwinkelgebied blijft ongewijzigd.

 

4) Blz. 7 en 8, artikel 2.2. Stedelijke Handelsas: zone A2 (VTI site) en zone A9 (Normaalschool)

Lier telt verschillende scholensites die veel volk aantrekken. Ook zo voor randactiviteiten die buiten de schooluren, maar binnen het schooldomein plaatsvinden. De Normaalschool (verenigingen) en de VTI-site (avondschool)zijn daar voorbeelden van. Huidige verordening gaat ervan uit dat die nevenactiviteiten bij herbestemming van de site weggaan.

De Gecoro is van oordeel dat die verenigingen/scholen de mogelijkheid moeten hebben om daar te blijven.

Bij de VTI-site staat de functie ‘school’ vermeld, maar bij de site van de Normaalschool ontbreekt deze functie.

Er dienen functies toegevoegd te worden i.f.v. starters, verenigingen en scholen.

Voor zone A2 en zone A9 moeten volgende functies toegevoegd worden op alle niveau’s:

         School

         Ambacht

         Sociaal-culturele inrichtingen

Deze functies dienen dan ook opgenomen te worden bij de definities.

 

Advies KG: De Gecoro merkt terecht het verschil op, maar de vermelding 'school' in de zone A2 is in feite overbodig. Zowel op de VTI site en de normaalschoolsite is 'school' de bestaande functie, behoud ervan behoeft dus geen functiewijziging. De vermelding van de functie 'school' wordt daarom consequent in beide zones geschrapt.

 

Sociaal-culturele inrichtingen vallen, zoals de definitie stelt, onder 'diensten'.

Ook ambacht is op de site toelaatbaar, maar dan enkel wanneer ze gepaard gaat met een commerciële activiteit, ze komt dan te vallen onder de functie detailhandel.

 

5) Blz. 9, Antwerpsesteenweg, Artikel 3.1. , zone B5 en zone B6

“Bij sloop en nieuwbouw moet de functie wonen gestapeld aanwezig zijn met minimum 100 % van de winkelvloer-oppervlakte.”

Hierover vraagt het college expliciet het advies van de Gecoro.

De  Gecoro is het helemaal eens met de vooropgestelde functionele diversiteit in deze zones: we wensen in de ganse zone B bovenal ‘wonen en aan het wonen verwante voorzieningen’. Tevens ook de reden waarom de te voorziene oppervlakte van gestapeld wonen niet te miniem mag zijn.

Het is momenteel niet in te schatten of die 100% teveel is of niet.

De Gecoro vraagt aan het bestuur om voor de zones B5 en B6 een ruimtestudie op basis van de huidige situatie te laten uitvoeren. Dit zal resulteren in een duidelijke uitkomst over het gestapeld wonen.

 

Advies KG: het artikel wordt aangepast naar: 'Bij sloop en nieuwbouw moet de functie wonen gestapeld aanwezig zijn met minimum dezelfde oppervlakte als de netto winkelvloeroppervlakte'. In het RUP 'Laporta Caroly' worden de ruimtelijke randvoorwaarden verder uitgewerkt.

 

6) Blz. 11, artikel 6. Gebied buiten de detailhandelsconcentraties

Door de wijzigingen in artikel 6 die het CBS doorvoerde is er nu een contradictie in dit artikel.

Het eerste deel van de tekst onder artikel 6 is duidelijk: “In het gebied buiten de detailhandelsconcentraties A, B, C & D is het niet langer toegestaan om nieuwe ontwikkelingen dan wel uitbreidingen van bestaande grootschalige detailhandelszaken toe te staan. Bij bestaande grootschalige detailhandelszaken buiten de detailhandelsconcentraties A, B, C & D is het eveneens niet toegestaan om deze op te splitsen in meerdere kleine detailhandelszaken “.

M.a.w.: het uitdoven van grootschalige detailhandel buiten de detailhandelsconcentratie en het niet toelaten om deze op te splitsen in meerdere kleine detailhandelszaken.

 

Het tweede deel van de tekst dat hierop volgt is echter onduidelijk en tegenstrijdig aan het voorgaande: “In het gebied buiten de detailhandelsconcentraties A, B, C & D kunnen énkel nieuwe ontwikkelingen dan wel uitbreiding van bestaande detailhandelszaken toegestaan worden, indien ze gericht zijn op de verkoop van dagdagelijkse goederen (i.c. in een buurtwinkel, met een maximale netto winkelvloeroppervlakte van 400m²) of indien ze gericht zijn op de verkoop van uitzonderlijke goederen. Deze detailhandelszaken (evenals horeca, kantoren en diensten) blijven immers binnen het normaal vergunningenbeleid voor woongebieden overal wel mogelijk.”

 

De twee bovenstaande stellingen spreken elkaar tegen!

De uitzondering die geschapen is (deel 2), werpt de stelling (deel 1) omver.

Aan het CBS wordt gevraagd om hierover duidelijkheid te bieden.

 

Advies KG: Zoals de Gecoro (en de andere adviesinstanties) terecht stelt, leidt de opbouw van het artikel 6 tot tegenstrijdigheden. De omschrijving van het artikel wordt aangepast naar de adviezen van Gecoro, Economische raad en provincie.

 

7) Blz. 15, Memorie van toelichting, artikel 2.1. Gewenste Ruimtelijke structuur, 4de streepje:

“…er is een verhoogde aanwezigheid van horecazaken langsheen de toeristisch-recreatieve ZW/NO as, alsook in de zone van het kernwinkelgebied vanaf de Grote Markt tot en met de Sint-Gummaruskerk.”

 

De sint-Gummaruskerk maakt géén deel uit van het kernwinkelgebied. ‘… tot en met de Sint-Gummaruskerk’ moet vervangen worden door ‘… tot de Sint-Gummaruskerk’.

 

Advies KG: de omschrijving wordt aangepast.

 

- De ECONOMISCHE RAAD bracht in zitting van 7 april '15 volgend advies uit:

 

1.Definities

1.16. Onder ‘Wonen en aan wonen verwante voorzieningen’ ressorteren ook scholen en kerken. In zone A2 (VTI-site) staat 'school' in de functietabel expliciet opgelijst. Dient dit niet in zone A9 (Normaalschool) consequent doorgetrokken te worden?

Advies KG: de functie 'school' wordt zowel in A2 als in A9 geschrapt aangezien ze in feite overbodig is. Zowel op de VTI site als de Normaalschool - site is 'school' de bestaande functie, behoud ervan behoeft dus geen functiewijziging en blijft ook als nevengeschikte functie mogelijk.

 

1.16: horeca valt ook onder 'Wonen en aan wonen verwante voorzieningen’, maar tot hoeveel m² ?

Advies KG: de verzamelterm ‘Wonen en aan wonen verwante voorzieningen’ wordt geschrapt in de definities. Aangezien deze definitie uit het RUP werd gelicht en niet meer de originele versie omvat (deelfunctie kantoren werd reeds geschrapt), kunnen de functies die hieronder ressorteren, beter uitgesplitst worden in de verordenende tabellen. Dit is voor de aanvragers en de dossierbehandelaars duidelijker. Sowieso wordt bij iedere individuele stedenbouwkundige vergunningsaanvraag beoordeeld of de aanvraag 'verenigbaar is met de directe omgeving'. Dit dient niet in deze verordening geconcretiseerd te worden aangezien dit casus per casus wordt afgewogen.

 

2. Stedelijke Handelsas met Kernwinkelgebied (zone A)

2.1. Kernwinkelgebied (KWG) - 2.1.1. Functiewijzigingen

Zone A3 - Antwerpsestraat & deel Kartuizersvest: De meerderheid van de ER uit zich voorstander van het bewaken van een doorlopend ‘etalagelint’ in het KWG, zoniet wordt de compacte kern van de Lierse winkelzone opgegeven, door bijvoorbeeld de functiewijziging van detailhandel naar wonen stelselmatig toe te staan. Bestaande, vergunde woonentiteiten moeten wel behouden kunnen blijven.

Advies KG: zonder functiewijziging kan iedere bestaande, vergunde woonfunctie in het KWG behouden blijven én kunnen hier zelfs binnen de woonfunctie verbouwingen vergund worden. Enkel van zodra hier een functiewijziging wordt aangevraagd, dient men zich te houden aan de functiewijzigingen die opgelijst staan in de respectievelijke tabellen van de verordening.

Ook de in de ontwerpbundel toegestane functiewijziging in het KWG naar (alle) diensten, kan een nefaste impact hebben op het prioritair behouden van het aaneengesloten etalagelint. Daarom wordt in de zone A3 van het KWG opnieuw enkel 'commerciële diensten' weerhouden in de functietabel, zodat administratieve diensten (zoals banken, verzekerings- & immobiliënkantoren, e.d.) niét meer bij functiewijziging worden toegelaten in dit gedeelte van het KWG. In de subzones A6 (Grote Markt) & A7 (Rechtestraat) van het KWG worden wel 'alle' diensten weerhouden.

 

2.2. Stedelijke Handelsas – 2.2.1. Functiewijzigingen

Zone A2 (VTI site): mocht de VTI verhuizen, dan kan deze site dus een winkelcentrum worden. De ER uit de zorg of een dergelijke grote ontwikkeling geen gevaarlijke aantrekkingskracht kan genereren ten nadele van de bestaande straten binnen het KWG. Een nieuwe geclusterde site / handelsgeheel op de VTI – locatie kan voor een nieuwe, deels autoluwe wandelas zorgen (Kruisbogenhofstraat – via Financieel centrum/Belastingen naar Kartuizersvest t.h.v. Vervlietstraat). Lier heeft een detailhandelsapparaat met veel kleine winkelvloeroppervlaktes (WVO) waardoor grotere ketens met meer ruimtebehoefte wegblijven. Het creëren van grotere oppervlaktes in het KWG en directe omgeving kan eventueel enkele grotere retailspelers aantrekken; aanvullend kan het beleid ook samenvoeging van kleinere handelspanden tot een grotere WVO promoten.

 

Advies KG: Deze discussie werd reeds gevoerd n.a.v. de voorbereiding van de Beleidsvisie Detailhandel. In het goedgekeurde eindrapport werd beslist ‘detailhandel’ in zone A2 toe te laten ter versterking van het KWG én in nabijheid van een katalyserende stationsomgeving.

 

Zone A5 ‘Wit-Gele Kruis’: idem dito als voorgaande zorg + nuancering opportuniteit van voldoende volume voor grotere retailers met meer ruimtebehoefte.             

 

Zone A9 ‘Normaalschool - site’: de ER stelt vragen bij de functie ‘detailhandel’ in dit binnengebied. De cel economie duidt echter dat het de bedoeling is om daar voorrang te geven aan incubatieruimte/proeftuinen/ateliers voor starters waar ondernemers hun creatief-innovatief product op tijdelijke/roterende basis (bv. max. 3 à 6 maanden) hun product kunnen aftoetsen aan de markt vóór ze eventueel beslissen een fysieke vestiging op te richten in de stedelijke handelsas. Pure detailhandel en zeker retail (voornamelijk winkels met modeartikelen) worden hier dus niet beoogd. De retailmarkt zelf zal in dit binnengebied ook minder interesse in nieuwe vestigingen tonen, aangezien het wegens het beschermd en dus gesloten frontgebouw niet om een zichtlocatie gaat. De ER treedt de argumentatie voor deze gerichte invulling bij.

 

3. Antwerpsesteenweg (zone B)

3.1. Zone B6, B7 & B8

Zone B5: 'Bij sloop en nieuwbouw moet de functie wonen gestapeld aanwezig zijn met min. 100% van de winkelvloeroppervlakte'. De ER uit de zorg dat hier zodoende ‘torenhoge’ appartementen kunnen neerstrijken, gestapeld op de winkelfunctie? Heeft teveel bewoning ook geen nefaste impact op de verkeersafwikkeling?

Advies KG: ook dit aspect wordt bij iedere stedenbouwkundige aanvraag beoordeeld. Het aantal gewenste bouwlagen dient niet geconcretiseerd te worden in deze verordening en zal casus per casus onderhevig zijn aan een gefundeerde appreciatie. In dit 'stedelijk gebied' wordt wonen niet beschouwd als nadelig inzake genereren van verkeer. De formulering wordt herschreven naar 'Bij sloop en nieuwbouw moet de functie wonen gestapeld aanwezig zijn met minimum dezelfde oppervlakte als de netto winkelvloeroppervlakte.' (wat dus enkel de publiek toegankelijke commerciële handelsruimte betreft, exclusief opslagruimte en ruimten voor het personeel).In het RUP 'Laporta Caroly' worden de ruimtelijke randvoorwaarden verder uitgewerkt.

 

Zone B7: Kan ‘Bestaande detailhandelszaken hebben een uitdovend karakter’ niet beter vervangen worden door ‘Bestaande grootschalige detailhandelszaken hebben een uitdovend karakter’ (m.a.w. groter dan 800m² WVO)?

Advies KG: omwille van de nefaste ontsluiting op deze locatie werd ook reeds in de beleidsvisie detailhandel besloten om hier géén nieuwe ontwikkelingen, noch uitbreidingen van bestaande detailhandel toe te staan, ongeacht de oppervlakte.

 

Zone B7: Opmerking hoekpand Project Office: wat indien hier alsnog een (al dan niet beperkte) uitbreiding van de vergunde WVO aangevraagd wordt, i.f.v. een gedifferentieerd aanbod, bv. ICT geïntegreerde toepassingen in combinatie met het bestaande meubelaanbod? Geldt hier dan de uitzonderingsmaatregel zoals voor 'uitzonderlijke goederen'?

Advies KG: De Project Office betreft KMO met toonzaal. Hier zijn dus niet de bepalingen voor detailhandel van toepassing.

 

De ER stelt ook vragen omtrent de (voormalige) Monti – site?: Is hier een combinatie van wonen en industrie mogelijk? De cel economie duidt dat de bepalingen van het gewestplan (statuut milieubelastende industrie) dit op deze locatie niet toestaan. Als woonfunctie is hier enkel een conciërgewoning realiseerbaar.

 

4. Ring West (zone C)

4.1. Zone C1, C2 & C3

Zone C1 (stationsomgeving - strip Tramweglei): ER vraagt of zich hier ook een school kan vestigen of herlokaliseren?

Advies KG: een school, evenals socio-culturele functies ressorteren onder 'diensten', dus is op deze locatie ook inpasbaar.

 

5. Koningshooikt (zone D): dienen hier bij de gewenste functies ook geen maximale oppervlaktes worden in opgenomen?

Advies KG: aangezien aan wonen verwante functies of complementaire bedrijvigheid niet concurrentieel zijn ten aanzien van het KWG, hoeven hier ook geen maximale volumebepalingen aan toegevoegd te worden. Zoals voornoemd, wordt bij iedere stedenbouwkundige aanvraag beoordeeld of de ontwikkeling 'verenigbaar is met de directe omgeving'.

 

6. Gebied buiten de detailhandelsconcentratie: buiten de vier detailhandelsconcentraties is het niet toegestaan om bestaande detailhandelszaken op te splitsen in meerdere kleine detailhandelszaken (i.k.v. handelsgeheel of cluster). Maar de mogelijkheid blijft dus wel bestaan om bestaande, kleinere handelszaken samen te voegen tot één geheel met als maximumgrens 400m² WVO of om meerdere buurtwinkels naast elkaar te laten openen. De ER uit de zorg dat dergelijke ontwikkeling ook concurrentieel kan worden ten nadele van de koopattractie van het KWG.

Advies KG: voor de volumecategorie van handelsvestigingen tussen 400m² WVO en 800m²WVO moeten inderdaad extra bepalingen omschreven worden, zodat hier geen ongewenste ontwikkelingen vorm krijgen. Daarom wordt geopteerd voor de volgende nieuwe omschrijving van artikel 6:

- In het gebied buiten de detailhandelsconcentraties A, B, C & D:

         zijn nieuwe detailhandelszaken groter dan 400m² netto winkelvloeroppervlakte niet toegestaan;

         kunnen bestaande detailhandelszaken maximaal uitbreiden tot 400m² netto winkelvloeroppervlakte;

         mogen bestaande detailhandelszaken met meer dan 400m² netto winkelvloeroppervlakte behouden blijven met hun vergunde oppervlakte, doch mogen niet opsplitsen in kleinere entiteiten.

- In het gebied buiten de detailhandelsconcentratie A:

         is het niet toegestaan om nieuwe detailhandelszaken dan wel uitbreidingen van bestaande detailhandelszaken te voorzien die gericht zijn op de verkoop van periodieke goederen.

 

Het plafond van 400m² netto winkelvloeroppervlakte dient volgens de ER naast dagdagelijkse goederen (i.k.v. buurtwinkel) ook vermeld te worden voor de verkoopsruimte van uitzonderlijke goederen, die overal buiten de vier detailhandelsconcentraties is toegestaan (evenals horeca, diensten, kantoren)...

Advies KG: zoals reeds voorzien in de goedgekeurde beleidsvisie detailhandel, worden niche - winkels of speciaalzaken, zoals bedoeld bij vestigingen met 'uitzonderlijke goederen', niet als concurrentieel beschouwd met het KWG. Ook de aan wonen verwante voorzieningen zijn niet in strijd met de basisdoelstellingen van de beleidsvisie en de verordening detailhandel, dus is het niet wenselijk om binnen dit verordenend luik hiervoor concrete oppervlaktematen op te leggen. De 'verenigbaarheid met de directe omgeving' wordt sowieso bij iedere stedenbouwkundige aanvraag beoordeeld.

 

De ER vraagt zich af hoe er zal omgegaan worden met de aanvraag van een kleine modeboetiek (max. 100m² WVO) buiten de afgebakende detailhandelsconcentraties? De cel economie licht toe dat modeartikelen qua branche ressorteren onder ‘periodieke goederen’, die dus enkel in de detailhandelsconcentratie A toegestaan zijn. Sowieso is ‘complementaire bedrijvigheid’ (tot max. 100m² WVO) niet vergunningsplichtig.

 

- Voorbespreking PROVINCIE ANTWERPEN dd. 4 mei 2015

 

De provincie geeft volgende aandachtspunten mee:

         Bepalingen rond de vergunningsplicht zoals vermeld onder '1.0 Hoofdfuncties' onder de definities dient verordenend opgenomen te worden als apart artikel

         Het gebruik van huisnummers in de zone A3 kan duidelijker omschreven worden als volgt: oneven nummer 1 t.e.m. 29/31 en even nummers 2 t.e.m. 28

         Het begrip functiewijziging kan duidelijker omschreven worden. Zodoende dient ook (analoog aan zone A) bij zone B boven de functietabel de subtitel toegevoegd worden van 'Functiewijzigingen' met de bemerking 'Elke functiewijziging naar een andere functie dan die in onderstaande tabel is opgenomen, is uitgesloten.'

         In plaats van functies uit te sluiten kan er wel gewerkt worden met oppervlaktenormen. Dit dient in de bepalingen omtrent het gebied buiten de detailhandelsconcentraties gespecificeerd te worden.

 

Advies KG: de verordening wordt aangepast naar de bemerkingen van de provincie.

 

AANVULLEND ADVIES KERNGROEP

 

- De definities 'Industrie en ambacht' & 'Recreatie' worden geschrapt. Deze blijven apart omschreven functies in de Codex maar aangezien ze hier niet meer worden herhaald in de functietabellen, worden ze niet weerhouden in het begrippenkader. 'Ambacht' ressorteert sowieso onder detailhandel als er een publiek toegankelijke commerciële ruimte bij voorzien wordt, of ambacht kan als complementaire bedrijvigheid worden ingericht bij de woonfunctie.

Bij functiewijziging dienen de opgelijste functies in acht genomen worden.

 

- Alle niet limitatieve oplijstingen van voorbeelden, zowel bij de definities van dagelijkse, periodieke & uitzonderlijke goederen als bij de definitie van diensten, worden enkel weerhouden in de 'Memorie van toelichting' aangezien deze niet thuishoren in het verordenend luik, maar wel in de aanvullende toelichting.

 

- Er wordt één definitie toegevoegd om de gehanteerde term 'bestaande detailhandelszaak' als volgt expliciet en sluitend te duiden:

'Een detailhandelszaak die een stedenbouwkundige vergunning heeft bekomen vóór het in voege treden van voorliggende stedenbouwkundige verordening detailhandel.'

 

- In alle beschreven B - zones wordt de functie 'buurtwinkels' geschrapt, aangezien buurtwinkels op die locatie veeleer passanten bedienen dan wel een buurtondersteunende functie vervullen, wat op andere locaties via buurtwinkels wordt beoogd. In alle andere detailhandelsconcentraties én daarbuiten kunnen buurtwinkels wel een plaats hebben.

 

- In alle beschreven B - zones wordt de functie (alle) 'diensten' verengd naar enkel administratieve diensten omdat commerciële diensten bij voorkeur een plaats toebedeeld krijgen in de handelsas en omwille van de nefaste ontsluiting van de Antwerpsesteenweg.

 

- In de detailhandelszone A wordt 'Functie Niveau 1' en 'Functie Niveau 1+' samengevoegd tot 'Functie Niveau 0+' aangezien beide een identieke functieoplijsting bevatten.

 

- In de detailhandelszones B, C & D wordt de functietabel vereenvoudigd tot 'Functie alle niveaus' aangezien de functieoplijsting voor Niveau 0 en 0+ identiek zijn.

 

- Onder artikel 8 wordt de 'Overgangsmaatregel' als volgt geïntegreerd: 'Vanaf het ogenblik dat deze stedenbouwkundige verordening detailhandel in voege treedt, zijn alle bepalingen van toepassing op alle lopende dossiers.'

 

- In de 'Memorie van toelichting' wordt -in navolging van het advies van de provincie- de titel van het Art. 0 'Toepassingsgebied' vervangen door 'Verantwoording', aangezien Art. 1 'Toepassingsgebied' de bepalingen omvat inzake de toepassing van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en de onderscheiden hoofdfuncties.

 

- In de 'Memorie van toelichting' wordt aan Art. 1 'Toepassingsgebied' het volgende toegevoegd: 'Parkeren is géén hoofdfunctie. Alle bepalingen met betrekking tot parkeren worden geregeld door de gemeentelijke parkeerverordening.' In de ontwerpversie werd in zone B8 bepaald dat bij herbouw parkeren gestapeld, half ondergronds of ondergronds diende te worden georganiseerd. Dit wordt dus geschrapt en door voornoemde toegelicht in de 'Memorie van toelichting'.

 

Juridische grond

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening principieel goedgekeurd door de Vlaamse Regering in zitting van 27 maart 2009, 3 april 2009, 24 april 2009 en latere wijzigingsdecreten.

 

Art 2.3.2. §2

Het college van burgemeester en schepenen is belast met het opmaken van gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen en neemt de nodige maatregelen tot opmaak.

 

Het college van burgemeester en schepenen legt het ontwerp van stedenbouwkundige verordening voor advies voor aan [het departement] en aan gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening. [Het departement] geeft bindend advies over de verenigbaarheid met gewestelijke verordeningen. De adviezen worden binnen dertig dagen na de ontvangst van het dossier naar het college van burgemeester en schepenen gestuurd. Wanneer er geen advies is verleend binnen deze termijn, mag aan de adviesvereisten worden voorbijgegaan.

 

De gemeentelijke stedenbouwkundige verordening wordt samen met het besluit van de gemeenteraad en het volledige advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening onmiddellijk na de definitieve vaststelling aan de deputatie ter goedkeuring toegezonden bij aangetekende brief of afgegeven tegen ontvangstbewijs.

 

De deputatie stuurt haar beslissing binnen een termijn van zestig dagen, te rekenen vanaf de ontvangst van het dossier naar het college van burgemeester en schepenen van de gemeente in kwestie. Wanneer de verordening niet wordt goedgekeurd, is het besluit gemotiveerd.

 

Als de deputatie nalaat een beslissing te nemen binnen de termijn van zestig dagen, kan het college van burgemeester en schepenen de deputatie rappelleren binnen dertig dagen na het verstrijken van die termijn. De rappel kan niet worden ingetrokken.

 

Indien de deputatie geen beslissing heeft verstuurd binnen vijfendertig dagen met ingang van de dag waarop de rappelbrief is verstuurd, wordt de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening geacht te zijn goedgekeurd.

 

Het college van burgemeester en schepenen stuurt een afschrift van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening naar de Vlaamse Regering en zorgt voor de bekendmaking bij uittreksel van de goedkeuringsbeslissing van de deputatie en van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening in het Belgisch Staatsblad.

 

Bij ontstentenis van een beslissing van de deputatie, in de zin van het negende lid, meldt het college van burgemeester en schepenen aan de deputatie en aan de Vlaamse Regering dat de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening voor bekendmaking bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad werd verzonden. Deze melding gebeurt tegelijkertijd met de verzending.

 

 

Stemming

 

19 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

4 stemmen tegen: Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

4 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Els Van Weert en Katrien Vanhove

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 19 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de 'stedenbouwkundige verordening detailhandel' definitief vast te leggen.

 

Art 2 :

De 'stedenbouwkundige verordening detailhandel' wordt samen met het besluit van de gemeenteraad en het volledige advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening onmiddellijk na de definitieve vaststelling aan de deputatie ter goedkeuring toegezonden bij aangetekende brief of afgegeven tegen ontvangstbewijs.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

PROJECT HOGE VELDEN. OVEREENKOMST MET W&Z VOOR EEN CONCESSIE OP LANGE TERMIJN VOOR TERREINEN VOOR PARKING, GROENAANLEG EN OPENBARE WEGENIS. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         College van burgemeester en schepenen dd. 07/07/2014: Het college beslist een minnelijk aanbod over te maken aan private eigenaars en desgevallend de onteigeningsprocedure op te starten. Het college beslist een aanbod te doen aan het OCMW met betrekking tot de grondpositie op Hoge Velden om hierover een principeakkoord van het OCMW te bekomen.

 

Feiten en context

Het project Hoge Velden heeft tot doel de grond gelegen hoek Aarschotsesteenweg, Ring te ontwikkelen tot hoog dynamische recreatie.

 

In een eerste fase zal de ontsluiting, wegenis, parking, riolering en sporthal worden gerealiseerd. Om de wegenis en parking te kunnen realiseren, dient men een langdurig zakelijk recht aan te gaan met Waterwegen en Zeekanaal.

 

Waterwegen en Zeekanaal bezorgde de stad een concessie-overeenkomst. De concessie betreft 3 zones:

- zone A voor parking van 3.000m²

- zone B voor groenaanleg van 5.430m²

- zone C voor openbare wegenis van 265m²

 

Het komt de gemeenteraad toe deze concessie, met een duur van 50jaren, goed te keuren.

 

Juridische grond

Art.57 gemeentedecreet:

§ 3. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor :

8° het stellen van daden van beschikking :

a) met betrekking tot roerende goederen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

b) met betrekking tot onroerende goederen, voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

c) met betrekking tot verhuring, concessie, pacht, jacht- en visrechten van meer dan negen jaar, behoudens het vaststellen van de contractvoorwaarden waarvoor de gemeenteraad bevoegd blijft;

 

Argumentatie

De stad wenst verdergang te geven aan het project Hoge Velden.

 

Financiële weerslag

Het bedrag van het concessierecht is vastgesteld op:

- voor zone A: 0,75 EUR per m² en per jaar (excl. BTW) (is gelijk aan 2.250 euro)

- voor zone B: 0,10 EUR per m² en per jaar (excl. BTW) (is gelijk aan 543 euro)

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de overeenkomst concessie op lange termijn van Waterwegen en Zeekanaal, opgesteld tot het gebruik van 3 zones voor parking, groenaanleg en wegenis Hoge Velden, goed te keuren.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

3

Waterwegen en Zeekanaal, Managementondersteuning, Solag

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

GRATIS GRONDAFSTAND AAN KROMME HAM 8A. ONTWERP VAN AKTE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         College van burgemeester en schepenen dd. 18/08/2014: Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er geen bezwaren werden ingediend. Het college beslist dat de stedenbouwkundige vergunning wordt afgeleverd op naam van De heer en mevrouw Minkus-Ravli, wonende te Kromme Ham 8 bus A, 2500 Lier voor ecologische verbouwing van vrijstaande woning gelegen te Kromme Ham 8A, mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

- De gronden welke binnen de rooilijn vallen, moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan op eerste verzoek door de stad.

- De toegang tot het openbaar domein voor een oprit wordt beperkt tot 3m.

- Indien de voorgelegde stedenbouwkundige aanvraag een exploitatie voorziet waarvoor een milieuvergunning noodzakelijk is, of die onderworpen is aan de meldingsplicht dan wordt volgens artikel 4.5.1 §2 van de Vlaamse Codex de stedenbouwkundige vergunning geschorst zolang de milieuvergunning niet is verleend of de melding niet is gebeurd. Indien de milieuvergunning definitief geweigerd wordt dan vervalt de stedenbouwkundige vergunning van rechtswege.

- De stedenbouwkundige vergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.

 

Feiten en context

Mevrouw Ravlic dient afstand te doen van een stuk grond gelegen binnen de rooilijn aan de Kromme Ham 8A.

 

Notaris Van Cauwenbergh stelde een ontwerp van akte op voor gratis grondafstand.

 

Het komt de gemeenteraad toe dit ontwerp van akte goed te keuren.

 

Argumentatie

Omdat er een stedenbouwkundige vergunning werd afgeleverd met de voorwaarde van gratis grondafstand, overweegt de gemeenteraad dit dossier goed te keuren.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het ontwerp van akte gratis grondafstand aan Kromme Ham 8A goed te keuren.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

Managementondersteuning, notaris Van Cauwenbergh

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

GRATIS GRONDAFSTAND ST. ANNASTRAAT-SLUISLAAN. ONTWERP VAN AKTE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Voor de werken aan de St. Annastraat-Sluislaan dient er nog een stuk grond afgestaan te worden voor openbaar nut.

Momenteel zijn de werken al aan de gang met een toestemming van de eigenaar, maar de grondafstand dient evenwel nog bij akte geregeld te worden.

Notaris Verreth stelde hiertoe een ontwerp van akte op.

 

Juridische grond

artikel 57 Gemeentedecreet

§ 3. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor :

8° het stellen van daden van beschikking :

a) met betrekking tot roerende goederen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

b) met betrekking tot onroerende goederen, voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

c) met betrekking tot verhuring, concessie, pacht, jacht- en visrechten van meer dan negen jaar, behoudens het vaststellen van de contractvoorwaarden waarvoor de gemeenteraad bevoegd blijft;

 

Argumentatie

Omdat de gratis grondafstand nog in een akte dient vastgelegd te worden, omdat de werken aan de St. Annastraat-Sluislaan voor openbaar nut zijn, overweegt de gemeenteraad het ontwerp van akte goed te keuren. 

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het ontwerp van akte, opgesteld door notaris Verreth, betreffende de gratis grondafstand door Wim De Swert aan de St. Annastraat-Sluislaan goed te keuren.

 

De gemeenteraad machtigt burgemeester en secretaris voor de ondertekening van de akte en bijhorende stukken. Bij verhindering van de secretaris worden Ethel Van den Wijngaert en Kim De Lauw gemachtigd om de akte en bijhorende stukken te ondertekenen in haar plaats.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

notaris Verreth, Bestuursondersteuning

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

AANLEG WEGENIS LELIËNLEI. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De stedenbouwkundige aanvraag voor de wegenis- en rioleringswerken Leliënlei is ingediend, bij stedenbouw Antwerpen, op 5 maart 2015.

 

Op 19 maart 2015 werd de ontvankelijkheids- en volledigheidsverklaring overgemaakt aan de stad, waarin vermeld wordt dat de gemeenteraadsbeslissing nog dient overgemaakt te worden (in bijlage).

 

Feiten en context

Het college heeft in zitting van 20 april 2015 het bestek voor de weg- en rioleringswerken Leliënlei (nr. 238870), opgemaakt door Grontmij, goedgekeurd.

 

Het bestek voorziet de heraanleg van een gedeelte van de Lelienlei, meer bepaald, het affrezen en vernieuwen van de toplaag van de rijweg in asfaltverharding van het eerste deel tot aan de pijpenkop, en een herinrichting van het openbaar domein voorbij de pijpenkop tot de Aarschotsesteenweg. Het fietspad met een breedte van 3m in rode betonstraatstenen en de steenslagstrook ernaast wordt ingericht als een woonerf met een rijbaan in grijze betonstraatstenen, met een breedte van 4.20m en opritten naar de woningen en plantvakken tussen de opritten (plannen in bijlage).

 

Juridische grond

De gemeentelijke wegenis valt onder de in artikel 42 van het Gemeentedecreet bepaalde volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad om alle aangelegenheden van gemeentelijk belang te regelen.  Onder de ‘zaak der wegen’ wordt verstaan het bepalen van het tracé en de uitrusting van de aan te leggen of te wijzigen wegen: rooilijnen, rijbanen, voetpaden, aanplanting, openbare nutsvoorzieningen.

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (4 april 2014), art. 4.2.2 en de bijhorende toelichtingsnota.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient de wegenis van de Leliënlei goed te keuren.  Deze goedkeuring is noodzakelijk voor de verdere behandeling van de stedenbouwkundige aanvraag.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad keurt het ontwerp van de wegenisaanleg voor de Leliënlei goed.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

stedenbouw Antwerpen

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

NIET REALISEREN ROOILIJN MECHELSESTEENWEG KB 02/05/1922 BINNEN TERMIJN VAN 5 JAAR NA AFGIFTE VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het rooilijnplan 'Mechelen - Lier' werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 mei 1922.

 

Feiten en context

Mevrouw Crauwels Els en meneer Mous Peter zijn eigenaar van de woning gelegen Mechelsesteenweg 4. Op 13 mei 2015 vroeger zij een stedenbouwkundige vergunning aan voor het verbouwen van een ééngezinswoning tot een handelsfunctie (glvl.)gecombineerd met 2 appartementen (dossier 2015/93). De woning wordt momenteel getroffen door de rooilijn 'Mechelen - Lier', goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 mei 1922.
De cel ruimtelijke planning heeft hen in kennis gesteld van artikel 16 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen van 8 mei 2009 en hen aangeraden per aangetekend schrijven advies te vragen aan de stad over het al dan niet realiseren van deze rooilijn binnen een termijn van 5 jaar na afgifte van de vergunning.
Op 13 mei 2015 heeft de stad deze adviesvraag ontvangen, samen met de aanvraag voor stedenbouwkundige vergunning. De cel stedenbouw leverde daarvoor een ontvangstbewijs af.

 

 

Adviezen

Het advies van de stedenbouwkundig ambtenaar:

De rooilijn ‘Mechelen - Lier' werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 mei 1922. In de loop der tijd is er geen enkele actie ondernomen om de rooilijn (daar ter plaatse) te realiseren. De noodzaak tot realisatie van een rooilijnplan dat bijna 100 jaar oud is moet opnieuw grondig worden onderzocht en gemotiveerd. Zo nodig moet de rooilijn worden afgeschaft of moet een wijziging worden doorgevoerd.

Dit laatste is zeker géén prioriteit zodat gesteld kan worden dat de eerstkomende 5 jaar de rooilijn niet gerealiseerd zal worden t.h.v. Mechelsesteenweg 4.

 

 

Juridische grond

Volgens artikel 16 § 1 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de

rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, en onverminderd

andersluidende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen, is het verboden om

een constructie in de zin van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie

van de ruimtelijke ordening, te bouwen of herbouwen op een stuk grond dat door een

rooilijn of een achteruitbouwstrook is getroffen, of om verbouwings- of

uitbreidingswerken, andere dan stabiliteitswerken, aan een door een rooilijn of een

achteruitbouwstrook getroffen constructie uit te voeren, tenzij het gaat om :

         sloop- of aanpassingswerken die tot gevolg hebben dat de constructie aan de

rooilijn of de achteruitbouwstrook wordt aangepast;

         de verbouwing van een krachtens decreet definitief of voorlopig beschermd

monument of een constructie die deel uitmaakt van een krachtens decreet definitief

of voorlopig beschermd stads- of dorpsgezicht of landschap;

         het aanbrengen van gevelisolatie, waarbij de rooilijn of de bouwlijn met ten hoogste

veertien centimeter mag worden overschreden.

 

Artikel 16 § 2 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen,

goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, bepaalt dat in afwijking van

het eerste lid er een stedenbouwkundige vergunning, zoals bedoeld in het decreet

van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, mag worden

verleend als uit het advies van de bevoegde instanties blijkt dat de rooilijn niet binnen

vijf jaar na afgifte van de vergunning zal worden gerealiseerd.

Wordt na het verstrijken van die termijn maar voor het verval van rechtswege van het rooilijnplan onteigend, dan wordt bij het bepalen van de vergoeding geen rekening gehouden met de waardevermeerdering die uit de vergunde werken voortvloeit.

 

 

Argumentatie

Het rooilijnplan ‘Mechelen - Lier' werd ter hoogte van het eigendom van meneer en mevrouw Mous - Crauwels nooit gerealiseerd. Rekening houdend met het advies van de stedenbouwkundig ambtenaar kan men besluiten dat de rooilijn niet gerealiseerd zal worden binnen een termijn van 5 jaar na afgifte van de stedenbouwkundige vergunning.Dit is noodzakelijk om de stedenbouwkundige aanvraag van meneer en mevrouw Mous - Crauwels (dossier 2015/93) te kunnen vergunnen. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om dit te bevestigen.

 

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt akte van het advies van de stedenbouwkundig ambtenaar om de rooilijn 'Mechelen - Lier ', goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 mei 1922, niet te realiseren binnen een termijn van 5 jaar na afgifte van de stedenbouwkundige vergunning (dossier 2015/93).

 

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om de rooilijn 'Mechelen - Lier ', goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 2 mei 1922 , niet te realiseren binnen een termijn van 5 jaar na afgifte van de stedenbouwkundige vergunning (dossier 2015/93).
 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Els Crauwels en Peter Mous
Mollentstraat 13
2520 Broechem

1

stedenbouw

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VERLEGGING BUURTWEG 59 - BIJKOMENDE MOTIVATIE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In collegezitting van 19 mei 2014 besliste het college om de aanvraag van de heer en mevrouw Marinus - Midy voor het verleggen van buurtweg nr. 59 ('Sentier 59' volgens de atlas der buurtwegen) ter hoogte van hun eigendom, goed te keuren en de procedure hiervoor op te starten.

 

De gemeenteraad heeft op 17 november 2014 voorlopig beraadslaagd over het voornemen om buurtweg nr. 59 te verleggen met inbegrip van de vaststelling van een rooilijnplan.

In diezelfde zitting besliste de gemeenteraad om het ontwerp van het 'Roolijnplan i.f.v. verlegging buurtweg nr. 59', dossiernummer 13041, opgemaakt d.d. 16/09/2014 door landmeter Van Vaerenbergh van Geomodus, voorlopig vast te stellen.
De motivering van de cel publieke ruimte om tot de verlegging van Buurtweg 59 te komen luidde als volgt:
"De voorgestelde verlegging blijft op het eigendom van de aanvragers gelegen en volgt de rand van het perceel, parallel met de Duwijckloop. Voor de realisatie van de verlegging is een nieuwe overwelving noodzakelijk. Het is aangewezen de oude overwelving te verwijderen.

De nieuwe buurtweg is slechts 80 meter langer dan de bestaande. De nieuwe buurtweg loopt langs de waterloop en is een waardig alternatief."

 

 

Het college opende, na de voorlopige beraadslaging en voorlopige vaststelling door de gemeenteraad, het openbaar onderzoek van het  'Roolijnplan i.f.v. verlegging buurtweg nr. 59'. Het openbaar onderzoek liep van 26 november 2014 tot en met 29 december 2014.

 

De gemeenteraad heeft in zitting van 23 maart 2015 definitief beraadslaagd over het voornemen om buurtweg nr. 59 te verleggen met inbegrip van de definitieve vaststelling van een rooilijnplan.

In diezelfde zitting besliste de gemeenteraad om het 'Roolijnplan i.f.v. verlegging buurtweg nr. 59', dossiernummer 13041, opgemaakt d.d. 16/09/2014 door landmeter Van Vaerenbergh van Geomodus, definitief vast te stellen.

Daaropvolgend werd het dossier op 31 maart 2015  ter goedkeuring verstuurd naar de deputatie van de Provincie Antwerpen.
 

 

Feiten en context

In april nam Steven Van Audekercke, adviseur stedenbouwkundige op de dienst Stedenbouwkundige Beroepen van de Provincie Antwerpen, telefonisch contact op met de administratie van het team Ruimtelijke Organisatie. De motivering om tot verlegging van de buurtweg te komen, zoals vermeld in het aanvraagdossier en in het dossier van voorlopige vaststelling, is onvoldoende. Hij raadde aan om alsnog een bijkomende motivering in te dienen teneinde een positieve beslissing van de Deputatie te bewerkstelligen.

 

Adviezen

Gino Verbiest, verantwoordelijke cel publieke ruimte, heeft met akkoord van de schepen bevoegd voor Ruimtelijke Ordening (Walter Grootaers) en de schepen bevoegd voor publieke ruimte (Bert Wollants) volgende bijkomende motivering opgemaakt:

 

De huidige ligging van de voetweg loopt vlak naast een stal en over de voortuin van de woning Paaiestraat 70. De eigenaars van Paaiestraat 70 wensen dat de voetweg wordt verlegd, zodat gebruikers van de voetweg niet door hun private tuin moeten lopen. Op desbetreffende vraag kan enkel maar ingegaan worden als het voorgestelde alternatief minstens een evenwaardige en kwalitatieve verbinding maakt met grondgebied Boechout. Het voorgestelde traject volgt voor het eerste gedeelte de perceelgrens, om vervolgens de meandering van de Duwijckloop te volgen. Het traject naast de Duwijkcloop bundelt de functie met de 5-meter ruimingszone, waardoor dit gedeelte steeds goed bereikbaar is en een garantie biedt voor het kunnen gebruiken van het nieuwe traject. Door het eerste gedeelte naar de perceelsgrens van de weide te verleggen, zullen gebruikers niet in conflict kunnen treden met vervoersbewegingen op het perceel van de woning Paaiestraat 70, waardoor de veiligheid van de gebruikers wordt gegarandeerd en zelfs wordt verbeterd.  De nieuwe ligging zorgt voor een trajectverlenging van 80 m, wat kan aanzien worden als een beperkte aanpassing van de afstand. De nieuwe ligging biedt bijgevolg betere garanties op conflictvrije doorgang voor de gebruikers en biedt een evenwaardig alternatief. “

 

 

Argumentatie

Om aan de vraag van de deputatie voor extra motivering tegemoet te komen, wordt bovenstaande bijkomende motivering overgemaakt.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De Gemeenteraad volgt de bijkomende motivering van de cel Publieke ruimte voor het dossier 'verlegging Buurtweg nr. 59 met inbegrip van de vaststelling van een rooilijn'.

 

Art 2 :

De Gemeenteraad beslist om de bijkomende motivering van de cel Publieke ruimte voor het dossier 'verlegging Buurtweg nr. 59 met inbegrip van de vaststelling van een rooilijn' naar de Deputatie te verzenden.

 

 

Opdrachten :

 

Dienst

Taak

Publieke Ruimte

uittreksel GR 29/06/2015 aan deputatie overmaken

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

AANKOOP WONING TRAMWEGLEI 4. ONTWERP VAN AKTE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         College van burgemeester en schepenen dd. 23/02/2015: Het college beslist om het pand gelegen te Tramweglei 4 aan te kopen aan een totaalprijs van 345.000 euro, zijnde de schattingsprijs van 300.000 euro vermeerderd met een wederbeleggings- en wachtinterestvergoeding van 15%.

         College van burgemeester en schepenen dd. 02/03/2015: Het college beslist notaris Verreth met kantoor te Lier aan te stellen om deze verkoop verder af te handelen.

 

Feiten en context

Om het project "Stationsomgeving" verder te zetten, dient de woning gelegen te Tramweglei 4 aangekocht te worden. Deze woning is cruciaal in dit project.

 

De eigenaars van de woning, zijnde twee broers en een zus Desmyter, zijn akkoord gegaan met de biedingsprijs van 345.000 euro (schattingsprijs + wachtinterestvergoeding).

 

Notaris Verreth stelde een ontwerp van akte op. Het komt de gemeenteraad toe dit ontwerp van akte goed te keuren.

 

Juridische grond

Artikel 57 § 3 gemeentedecreet.

Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor :

8° het stellen van daden van beschikking :

a) met betrekking tot roerende goederen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

b) met betrekking tot onroerende goederen, voor zover de verrichting nominatief in het vastgestelde budget is opgenomen, met uitzondering van het aangaan van de dadingen;

c) met betrekking tot verhuring, concessie, pacht, jacht- en visrechten van meer dan negen jaar, behoudens het vaststellen van de contractvoorwaarden waarvoor de gemeenteraad bevoegd blijft;

 

Argumentatie

De aankoop van de woning is cruciaal voor het project Stationsomgeving.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

005.002.013.006

Aanleg stationsverbinding Boomlaarstraat

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het ontwerp van akte, opgesteld door notaris Verreth, voor de aankoop van Tramweglei 4, goed te keuren.

 

De gemeenteraad machtigt burgemeester en secretaris voor ondertekening van de akte en bijhorende stukken. Bij verhindering van de secretaris worden Ethel Van den Wijngaert en Kim De Lauw gemachtigd om te ondertekenen in haar plaats.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

005.002.013.006

Gebouwen - gemeenschapsgoederen - in uitvoering

345.000

-45.000

Budgetsleutel

0200/22100007

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

3

Patrimonium, Financiën, fam. Desmyter

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

TRACK & TRACE. LASTENCOHIER L3/15.02 MET GUNNING VOLGENS ONDERHANDELINGSPROCEDURE ZONDER BEKENDMAKING VOOR EEN GERAAMDE KOSTPRIJS VAN 25.000 EURO INCL. BTW. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De politiezone Lier beschikt momenteel over een fleetlogsysteem dat sterk verouderd is. Het systeem is meer dan 10 jaar oud en heeft nooit een update gehad.

 

Doordat dit systeem niet meer meedraait met de moderne technologie kunnen wij in onze nieuwste voertuigen het rijgedrag van de chauffeurs niet meer nagaan.

Daarbij is het eveneens niet mogelijk om een plaatsbepaling te krijgen van onze voertuigen en het is een tijdrovende en onpraktische taak voor onze administratieve medewerkers om alle data van de  voertuigen handmatig uit te lezen.

 

Wij wensen over te gaan tot de aankoop van een modern track&trace systeem op al onze voertuigen, incl. motoren, waarbij het nieuwe systeem volgende functionaliteiten  zal bevatten:

-Real-time positie tracking (actieve tracking);

-Ongevalrapportering;

-Historiek voertuigtrajecten;

-Overzicht voertuiggebruik.

 

De verzamelde data zullen met het nieuwe systeem, door middel van een GPRS netwerk om de X-aantal seconden verzonden worden naar een server.

 

Het nieuwe systeem biedt ons de mogelijkheid om opdrachten op voorhand in te plannen en achteraf een rapportering van de gevolgde trajecten aan te maken.

De plaats waar onze voertuigen zich bevinden kan in realtime of met een kleine vertraging bekeken worden door onze operators.

 

Juridische grond

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels

42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst,

gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid wat artikel 33 betreft.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van

bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Omzendbrief BA/2001/13 van 7 september 2001 betreffende de nieuwe lokale

politie, ééngemeentezones en meergemeentezones: administratief toezicht, specifiek

toezicht en gewoon toezicht.

Omzendbrief PLP 12 van 08 oktober 2001 betreffende de rol van de Gouverneur in

het kader van het algemeen specifiek toezicht voorzien door de wet van 07 december

1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus.

Omzendbrief BA/2002/12 van 27 september 2002 betreffende het administratief

toezicht op de gemeenten en politiezones. Wijzigingen aan het decreet van 28 april 1993 door

het decreet van 15 juli 2002.

Omzendbrief PLP31 van 28 januari 2003 betreffende de briefwisseling betreffende

bepaalde materies van politiebeheer.

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels

248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

Omzendbrief BA/2006/01 van 13 januari 2006 betreffende het Gemeente- en

Provinciedecreet in het kader van de inwerkingtreding van de bepalingen inzake het

administratief toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige

opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen.

Het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 betreffende de overheidsopdrachten voor

aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en

latere wijzigingen.

Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenboek, de wijze van het gunnen en het ramingsbedrag goed te keuren ingeval van aanbestedingen buitengewone dienst. Politie Lier stelt bijgevolg voor het bijzonder bestek met nr. L3/15.02 en de raming voor de opdracht "Track&Trace" opgesteld door Politie Lier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 29 juni 2015.

De raming bedraagt 20.661 euro excl. BTW of 25.000 euro incl. BTW.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

Financiële weerslag

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2015, op art. 330/744/51 buitengewone dienst, aankoop van machines, exploitatiemateriaal en uitrusting. Er is een resterend budget van 59.705,37 euro incl. BTW.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

 

De gemeenteraad beslist het bijzonder bestek L3/15.02 en de raming voor de opdracht "Track&Trace" opgesteld door Politie Lier goed te keuren. De raming bedraagt 20.661 euro excl. BTW of 25.000 euro incl. BTW.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

 

Track & Trace

25.000

34.705,37

Budgetsleutel

330/744/51

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

AANKOOP VAN EEN CITRIX OMGEVING. LASTENCOHIER L3/15.01 MET GUNNING VOLGENS ONDERHANDELINGSPROCEDURE ZONDER BEKENDMAKING VOOR EEN GERAAMDE KOSTPRIJS VAN 25.000 EURO INCL. BTW. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Doordat de politionele - en persoonsgegevens op een van het internet gescheiden netwerk moeten staan (richtlijnen Federale Politie) kunnen onze gebruikers op hun toestel geen internet opzoekingen doen (ook al is dit in deze moderne tijden haast ondenkbaar).  Ze moeten zich dan verplaatsen naar een toestel op een ander netwerk . Andere gebruikers hebben hiervoor dan weer 2 PC's op hun werkplek staan.

Verder hangt de correcte werking van de ISLP-toepassingen af van sterk verouderde software.

 

De enige mogelijkheid om op eenzelfde werkstation verbinding te maken met andere netwerken en nieuwe software pakketten te gebruiken is de installatie van een Citrix systeem overeenkomstig de onderrichtingen van de Federale Politie.

Aan alle gebruikers van het ISLP-netwerk van de Politiezone Lier wordt via de bestaande pc’s toegang gegeven tot de te leveren Citrix oplossing.

Deze Citrix oplossing geeft aan iedere gebruiker op een gecontroleerde manier toegang tot het internet en tot de toepassingen.

Door de installatie van een Citrix systeem wordt naast het ISLP-netwerk een administratief netwerk gecreëerd dat voor  de gebruiker volledig transparant op het werkstation verschijnt.

De applicaties van het administratief netwerk verschijnen transparant op het bureaublad van het werkstation maar ‘draaien’ op het Citrix systeem en tussen beide netwerken is er geen dataoverdracht behoudens beeld-, print-, keyboard- en muisdata.

De ingebruikname van een Citrix systeem dient te gebeuren in overeenstemming met de richtlijnen en goedkeuring van de Federale Politie.

 

Door de invoering van het citrix-systeem zullen het aantal PC's gereduceerd worden, op sommige bureau's kunnen hierdoor pc's verdwijnen.  Dit zal een besparing inhouden naar hard- en software.

 

Juridische grond

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en

43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst,

gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid wat artikel 33 betreft.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van

bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Omzendbrief BA/2001/13 van 7 september 2001 betreffende de nieuwe lokale politie,

ééngemeentezones en meergemeentezones: administratief toezicht, specifiek toezicht en

gewoon toezicht.

Omzendbrief PLP 12 van 08 oktober 2001 betreffende de rol van de Gouverneur in het

kader van het algemeen specifiek toezicht voorzien door de wet van 07 december 1998 tot

organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus.

Omzendbrief BA/2002/12 van 27 september 2002 betreffende het administratief toezicht op

de gemeenten en politiezones. Wijzigingen aan het decreet van 28 april 1993 door het

decreet van 15 juli 2002.

Omzendbrief PLP31 van 28 januari 2003 betreffende de briefwisseling betreffende bepaalde

materies van politiebeheer.

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot

en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

Omzendbrief BA/2006/01 van 13 januari 2006 betreffende het Gemeente- en

Provinciedecreet in het kader van de inwerkingtreding van de bepalingen inzake het

administratief toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor

aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen.

Het Koninklijk Besluit van 15 juli 2011 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming

van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere

wijzigingen.

Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene

uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,

en latere wijzigingen.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenboek, de wijze van het gunnen en het ramingsbedrag goed te keuren ingeval van aanbestedingen buitengewone dienst. Politie Lier stelt bijgevolg voor het bijzonder bestek met nr. L3/15.01 en de raming voor op de opdracht "Citrix omgeving" opgesteld door Politie Lier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad van 29 juni 2015.

De raming bedraagt 20.661 euro excl. BTW of 25.000 euro incl. BTW.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

Financiële weerslag

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2015, op art. 330/742/53 buitengewone dienst, aankoop van informaticamaterieel, is een resterend budget van 45.425,77 euro incl. BTW.

 

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het bijzonder bestek met nr. L3/15.01 en de raming voor de opdracht "Citrix omgeving" opgesteld door Politie Lier goed te keuren. De raming bedraagt  20.661 euro excl. BTW of 25.000 euro incl. BTW.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

 

Aankoop van een citrix omgeving.

25.000

20.425,77

Budgetsleutel

330/742/53

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

BIJZONDER POLITIEREGLEMENT GUMMARUSFEESTEN 2015. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Om de 25 jaar worden de relieken van Sint-Gummarus erkent. Hiervoor worden in 2015 de Gummarusfeesten georganiseerd. Deze omvatten: erkenning van de relieken op 26/09/2015, Ommegang op 27/09/2015 en 04/10/2015, jubelprocessie op 11/10/2015.

Om de feesten ordentelijk en veilig te laten verlopen wordt er een politieverordening opgesteld voor deze data. Deze verordening geldt ter ondersteuning van de ordehandhaving.

 

Volgend reglement werd opgemaakt:

 

Bijzonder politiereglement Gummarusfeesten 2015

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

 

Artikel 1: Doel

De Stad Lier stelt bij wijze van deze politieverordening de voorwaarden vast waaraan de uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of aangestelde van een evenement  dient te voldoen, ingeval zij tijdens de Gummarusfeesten op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015 activiteiten organiseren.

Het Politiereglement is onverkort van toepassing op zowel bezoekers als uitbaters zoals gedefinieerd in de verordening Gummarusfeesten, behouden voor wat betreft andersluidende bepalingen, waarbij de bijzondere verordening voorrang krijgt.

 

Artikel 2: Definities

In deze verordening hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.

1) Horecazaak: elke voor het publiek toegankelijke plaats of lokaal, ongeacht de toegangsvoorwaarden, waar de belangrijkste en permanente activiteit bestaat uit het voorbereiden en/of aanbieden van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse.

2) Uitbater: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening een horecazaak uitbaat. Met uitbaten wordt bedoeld het exploiteren, openen, het heropenen, de overname en de aanpassing van een horecazaak.

3) Evenement: elke publieke gebeurtenis die doorgaat tijdens de Gummarusfeesten op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015 en:

hetzij door de Stad Lier vergund werd op het openbaar domein;

hetzij georganiseerd wordt op een privaat domein, al dan niet in open lucht

4) Aangestelde: de persoon die tegen bezoldiging een horecazaak uitbaat voor rekening van de uitbater of tegen bezoldiging een evenement organiseert voor rekening van de organisator.

 

Artikel 3: Duur

De politieverordening geldt op 26 en 27 september en 4 en 11 oktober 2015.

 

Hoofdstuk 2. Melding activiteiten privaat domein, al dan niet in open lucht

 

Artikel 4: Ordelijk verloop

§1. De organisator en/of zijn aangestelde heeft de plicht al het mogelijke te doen opdat het ordelijk verloop van de activiteit gehandhaafd kan blijven.

§2. Personen mogen enkel legitiem in de gesperde zone komen. Dit op straffe van een GAS-boete zoals voorzien in artikel 15.

 

Artikel 5: Vrijwaring openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid

Indien blijkt dat de activiteit een inbreuk vormt op de openbare orde, rust, veiligheid en/of gezondheid, kan de burgemeester te allen tijde de vereiste en noodzakelijke maatregelen treffen.

 

Hoofdstuk 3. Maatregelen in kader van openbare veiligheid, orde en rust

 

Artikel 6: Glazen recipiënten

§ 1. 1Het schenken van al dan niet alcoholhoudende dranken in glazen recipiënten kan in de binnenruimte van de horecazaken en op het afgebakende terrein van de vergunde terrassen. Het is verboden om glazen recipiënten buiten de voorziene zones te transporteren.

§ 2. Voormelde bepalingen doen geen afbreuk aan strengere bepalingen voorzien in de wetgeving i.v.m. alcoholhoudende dranken op het openbaar domein.

 

Artikel 7 : Reinheid van de openbare weg

§1. De organisatoren en/of hun aangestelden van het evenement dienen in te staan voor de reinheid van het openbaar domein in de onmiddellijke omgeving van hun installatie, dit is in een straal van 30 meter rond de plaats van de activiteit.

§2. Het is verboden afval of materiaal afkomstig van de activiteit achter te laten op het openbaar domein of te lozen in de riolering.

 

Artikel 8: Voorwaarden met betrekking tot geluids- en TV-uitzendingen

§1. Op terrassen is het gebruik van elektronisch versterkte muziekinstallaties, geluidsboxen bediend vanuit de eigen zaak, luidsprekers en muziekinstrumenten verboden.

§2. Geluid van binnen opgestelde muziekinstallaties mag buiten de inrichting niet hoorbaar zijn.

§3. Het is verboden, van 22.00u s ’avonds tot 6.00u’s morgens, nachtgerucht of nachtrumoer te veroorzaken, dat hoorbaar is op openbare plaatsen, waardoor de rust van de inwoners kan worden verstoord. Mits expliciete toestemming van de Burgemeester kan hierop een uitzondering gemaakt worden.

 

Artikel 9 : Brandveiligheid

De uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of aangestelde van een evenement verbindt zich er toe alle wettelijke beschikkingen inzake veiligheid strikt in acht te nemen. Indien van toepassing dienen de bepalingen van de Politieverordening houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in inrichtingen toegankelijk voor het publiek (18 december 1995) te worden nageleefd.

De regelgeving is terug te vinden op de website van de Stad Lier: http://www.brandweer-lier.be/ (hulpverlening > regelgeving)

 

Artikel 10 : Gebruik van pyrotechnische voorwerpen

Het is verboden vuurwapens af te vuren, vuurwerk te ontsteken of voetzoekers te doen ontploffen.

 

Artikel 11 : Warmtebronnen

Ingeval de uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of zijn aangestelde op het vergund terras gebruik maakt van warmtebronnen dienen volgende bepalingen nageleefd te worden.

De inplanting van de warmte- en/of verlichtingsbronnen moet zodanig zijn dat geen brandgevaar kan ontstaan. De verlichtingseenheden mogen niet met papier- of ander brandbaar materiaal worden omwikkeld.

De volledige elektrische installatie met al zijn verbruikers moet voldoen aan de algemene bepalingen en richtlijnen opgenomen in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).

Indien een installatie op gas gebruikt wordt zijn volgende bepalingen van toepassing:

1 bij het aansluiten van de gasflessen is het verboden te roken of een open vuur te maken. De fleskraan wordt steeds geopend met de hand en niet met werktuigen.

2 de slang is oranje, maximum 2 meter lang, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de fabricagedatum vermelden

3 bij voorkeur heeft de installatie een beveiliging die de werking onderbreekt wanneer het toestel omvalt

Sfeerverlichting op basis van verbranding of ander open vuur is niet toegelaten.

 

Artikel 12 : Bijkomende veiligheidsmaatregelen

Indien na controle toch bijkomende veiligheidsmaatregelen vereist zouden zijn, dient de organisator en/of zijn aangestelde deze opgelegde maatregelen strikt na te komen.

 

Artikel 13: Verbod op het voeren van handel op de openbare weg

Elke vorm van handel op de openbare weg buiten de vaste standplaatsen, de terrassen en uitstallingen is verboden, behoudens deze goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 14: reclame

Elke vorm van reclame is onderworpen aan voorafgaandelijke goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 15: fietsen toegestaan op stadsvesten

Volgende afwijking op het politiereglement wordt toegestaan: op zondag 27 september en zondag 4 oktober is fietsen op de stadsvesten toegestaan.

 

Hoofdstuk 4. Sanctionering

 

Artikel 16: Sancties

Tenzij de wet of het decreet andere strafbepalingen voorziet, kan elke overtreding van deze politieverordening bestraft worden met de gemeentelijke administratieve sancties zoals voorzien in artikel 4 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, meer bepaald:

•Een administratieve geldboete van maximum 350 euro

•Een administratieve schorsing of intrekking van een afgeleverde toelating of vergunning en/of

•Een tijdelijke of definitieve administratieve sluiting van een instelling.

Wanneer de voorwaarden van de vergunning zoals bepaald in deze verordening niet worden nageleefd kan de burgemeester ook beslissen de horecazaak/uitbating te sluiten zoals hem de mogelijkheid wordt geboden in artikel 134 ter van de Nieuwe Gemeentewet.

 

Hoofdstuk 5. Bekendmaking

 

Artikel 17. Bekendmaking

Deze verordening wordt bekendgemaakt zoals voorgeschreven in art. 186 van het Gemeentedecreet.

 

Hoofdstuk 6. Inwerkingtreding

 

Artikel 18. Inwerkingtreding

Deze verordening is van kracht op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015.

 

Hoofdstuk 7. Afschrift

 

Artikel 19. Afschrift

Afschrift van deze politieverordening wordt aan de heer provinciegouverneur en aan mevrouw Procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement Mechelen toegezonden.

 

 

Adviezen

Management- en beleidsondersteuning: gunstig advies voor opstellen van een politieverordening, de verordening is voorgelegd aan de jurist.

 

De inhoud van de verordening is in overleg besproken met politie Lier, mobiliteit en verkeer en de noodplanambtenaar.

 

 

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist haar goedkeuring te geven aan volgend bijzonder politiereglement:

 

Bijzonder politiereglement Gummarusfeesten 2015

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

 

Artikel 1: Doel

De Stad Lier stelt bij wijze van deze politieverordening de voorwaarden vast waaraan de uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of aangestelde van een evenement  dient te voldoen, ingeval zij tijdens de Gummarusfeesten op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015 activiteiten organiseren.

Het Politiereglement is onverkort van toepassing op zowel bezoekers als uitbaters zoals gedefinieerd in de verordening Gummarusfeesten, behouden voor wat betreft andersluidende bepalingen, waarbij de bijzondere verordening voorrang krijgt.

 

Artikel 2: Definities

In deze verordening hebben de onderstaande termen de ernaast vermelde betekenis.

1) Horecazaak: elke voor het publiek toegankelijke plaats of lokaal, ongeacht de toegangsvoorwaarden, waar de belangrijkste en permanente activiteit bestaat uit het voorbereiden en/of aanbieden van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse.

2) Uitbater: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening een horecazaak uitbaat. Met uitbaten wordt bedoeld het exploiteren, openen, het heropenen, de overname en de aanpassing van een horecazaak.

3) Evenement: elke publieke gebeurtenis die doorgaat tijdens de Gummarusfeesten op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015 en:

hetzij door de Stad Lier vergund werd op het openbaar domein;

hetzij georganiseerd wordt op een privaat domein, al dan niet in open lucht

4) Aangestelde: de persoon die tegen bezoldiging een horecazaak uitbaat voor rekening van de uitbater of tegen bezoldiging een evenement organiseert voor rekening van de organisator.

 

Artikel 3: Duur

De politieverordening geldt op 26 en 27 september en 4 en 11 oktober 2015.

 

Hoofdstuk 2. Melding activiteiten privaat domein, al dan niet in open lucht

 

Artikel 4: Ordelijk verloop

§1. De organisator en/of zijn aangestelde heeft de plicht al het mogelijke te doen opdat het ordelijk verloop van de activiteit gehandhaafd kan blijven.

§2. Personen mogen enkel legitiem in de gesperde zone komen. Dit op straffe van een GAS-boete zoals voorzien in artikel 15.

 

Artikel 5: Vrijwaring openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid

Indien blijkt dat de activiteit een inbreuk vormt op de openbare orde, rust, veiligheid en/of gezondheid, kan de burgemeester te allen tijde de vereiste en noodzakelijke maatregelen treffen.

 

Hoofdstuk 3. Maatregelen in kader van openbare veiligheid, orde en rust

 

Artikel 6: Glazen recipiënten

§ 1. 1Het schenken van al dan niet alcoholhoudende dranken in glazen recipiënten kan in de binnenruimte van de horecazaken en op het afgebakende terrein van de vergunde terrassen. Het is verboden om glazen recipiënten buiten de voorziene zones te transporteren.

§ 2. Voormelde bepalingen doen geen afbreuk aan strengere bepalingen voorzien in de wetgeving i.v.m. alcoholhoudende dranken op het openbaar domein.

 

Artikel 7 : Reinheid van de openbare weg

§1. De organisatoren en/of hun aangestelden van het evenement dienen in te staan voor de reinheid van het openbaar domein in de onmiddellijke omgeving van hun installatie, dit is in een straal van 30 meter rond de plaats van de activiteit.

§2. Het is verboden afval of materiaal afkomstig van de activiteit achter te laten op het openbaar domein of te lozen in de riolering.

 

Artikel 8: Voorwaarden met betrekking tot geluids- en TV-uitzendingen

§1. Op terrassen is het gebruik van elektronisch versterkte muziekinstallaties, geluidsboxen bediend vanuit de eigen zaak, luidsprekers en muziekinstrumenten verboden.

§2. Geluid van binnen opgestelde muziekinstallaties mag buiten de inrichting niet hoorbaar zijn.

§3. Het is verboden, van 22.00u s ’avonds tot 6.00u’s morgens, nachtgerucht of nachtrumoer te veroorzaken, dat hoorbaar is op openbare plaatsen, waardoor de rust van de inwoners kan worden verstoord. Mits expliciete toestemming van de Burgemeester kan hierop een uitzondering gemaakt worden.

 

Artikel 9 : Brandveiligheid

De uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of aangestelde van een evenement verbindt zich er toe alle wettelijke beschikkingen inzake veiligheid strikt in acht te nemen. Indien van toepassing dienen de bepalingen van de Politieverordening houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in inrichtingen toegankelijk voor het publiek (18 december 1995) te worden nageleefd.

De regelgeving is terug te vinden op de website van de Stad Lier: http://www.brandweer-lier.be/ (hulpverlening > regelgeving)

 

Artikel 10 : Gebruik van pyrotechnische voorwerpen

Het is verboden vuurwapens af te vuren, vuurwerk te ontsteken of voetzoekers te doen ontploffen.

 

Artikel 11 : Warmtebronnen

Ingeval de uitbater en/of aangestelde van een horecazaak of de organisator en/of zijn aangestelde op het vergund terras gebruik maakt van warmtebronnen dienen volgende bepalingen nageleefd te worden.

De inplanting van de warmte- en/of verlichtingsbronnen moet zodanig zijn dat geen brandgevaar kan ontstaan. De verlichtingseenheden mogen niet met papier- of ander brandbaar materiaal worden omwikkeld.

De volledige elektrische installatie met al zijn verbruikers moet voldoen aan de algemene bepalingen en richtlijnen opgenomen in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).

Indien een installatie op gas gebruikt wordt zijn volgende bepalingen van toepassing:

1 bij het aansluiten van de gasflessen is het verboden te roken of een open vuur te maken. De fleskraan wordt steeds geopend met de hand en niet met werktuigen.

2 de slang is oranje, maximum 2 meter lang, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de fabricagedatum vermelden

3 bij voorkeur heeft de installatie een beveiliging die de werking onderbreekt wanneer het toestel omvalt

Sfeerverlichting op basis van verbranding of ander open vuur is niet toegelaten.

 

Artikel 12 : Bijkomende veiligheidsmaatregelen

Indien na controle toch bijkomende veiligheidsmaatregelen vereist zouden zijn, dient de organisator en/of zijn aangestelde deze opgelegde maatregelen strikt na te komen.

 

Artikel 13: Verbod op het voeren van handel op de openbare weg

Elke vorm van handel op de openbare weg buiten de vaste standplaatsen, de terrassen en uitstallingen is verboden, behoudens deze goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 14: reclame

Elke vorm van reclame is onderworpen aan voorafgaandelijke goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 15: fietsen toegestaan op stadsvesten

Volgende afwijking op het politiereglement wordt toegestaan: op zondag 27 september en zondag 4 oktober is fietsen op de stadsvesten toegestaan.

 

Hoofdstuk 4. Sanctionering

 

Artikel 16: Sancties

Tenzij de wet of het decreet andere strafbepalingen voorziet, kan elke overtreding van deze politieverordening bestraft worden met de gemeentelijke administratieve sancties zoals voorzien in artikel 4 van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, meer bepaald:

•Een administratieve geldboete van maximum 350 euro

•Een administratieve schorsing of intrekking van een afgeleverde toelating of vergunning en/of

•Een tijdelijke of definitieve administratieve sluiting van een instelling.

Wanneer de voorwaarden van de vergunning zoals bepaald in deze verordening niet worden nageleefd kan de burgemeester ook beslissen de horecazaak/uitbating te sluiten zoals hem de mogelijkheid wordt geboden in artikel 134 ter van de Nieuwe Gemeentewet.

 

Hoofdstuk 5. Bekendmaking

 

Artikel 17. Bekendmaking

Deze verordening wordt bekendgemaakt zoals voorgeschreven in art. 186 van het Gemeentedecreet.

 

Hoofdstuk 6. Inwerkingtreding

 

Artikel 18. Inwerkingtreding

Deze verordening is van kracht op 26/09/2015, 27/09/2015, 4/10/2015 en 11/10/2015.

 

Hoofdstuk 7. Afschrift

 

Artikel 19. Afschrift

Afschrift van deze politieverordening wordt aan de heer provinciegouverneur en aan mevrouw Procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement Mechelen toegezonden.

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

KEMPENS KARAKTER: ACTIVITEITENVERSLAG EN JAARREKENING 2014. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad neemt deel aan de projectvereniging 'Kempens Karakter'.

 

De raad van bestuur heeft de jaarrekening samen met het verslag van de accountant en het activiteitenverslag 2014 bezorgd aan de stad.

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Gemeentedecreet

         Statuten van Kempens Karakter:

         art. 13 bepaalt dat de raad van bestuur de jaarrekening samen met het verslag van de accountant en het activiteitenverslag ter goedkeuring voorlegt aan college van burgemeester en schepenen;

         art. 11 § 2 bepaalt dat de raad van bestuur de jaarrekening samen met het verslag van de accountant en het activiteitenverslag ter kennisname voorlegt aan de gemeenteraad.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist kennis te nemen van het activiteitenverslag 2014 en de jaarrekening 2014 van Kempens Karakter.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Kempens Karakter

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

WIJZIGING HUISHOUDELIJK REGLEMENT BETREFFENDE HET GEBRUIK VAN DE POLYVALENTE ZAAL IN JC MOEVEMENT. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het huidige huishoudelijke reglement is van kracht sinds 1 januari 2011.

 

Feiten en context

Om de werking verder te optimaliseren, heeft Team Jeugd en BKO alle reglementen die onder haar werking vallen kritisch herbekeken en bijgestuurd waar nodig. Het 'Huishoudelijk reglement betreffende het gebruik van de polyvalente zaal' vertoonde een aantal hiaten die aangevuld moesten worden teneinde een goede werking en duidelijke afspraken met de gebruikers te blijven garanderen. Ook de invoering van het 'Save Party Zone' label in Jeugdcentrum Moevement vereiste een aanpassing aan het bestaande reglement.

 

Team Jeugd en BKO vraagt de Gemeenteraad om de aangepaste versie van het huishoudelijk reglement goed te keuren:

 

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT BETREFFENDE HET GEBRUIK VAN DE POLYVALENTE ZAAL

 

Art. 1:Voorafgaand

Het huidige reglement vervangt alle voorgaande reglementen betreffende het gebruik van de polyvalente zaal met ingang van 1 juli 2015.

 

 

Art. 2:Algemeen

Bij de organisatie van een fuif of een andere activiteit in Jeugdcentrum Moevement moeten volgende voorwaarden vervuld zijn:

 

• Als basisregel geldt dat elke activiteit die doorgaat in de polyvalente zaal openbaar moet zijn voor alle publiek; privé-feesten met gesloten deuren worden niet toegelaten.

• Alle activiteiten dienen een duidelijke link te hebben naar jongeren en kinderen.

• Politiek gerichte activiteiten worden niet toegestaan.

• Fuiven en optredens in de polyvalente zaal dienen ten laatste beëindigd te worden om 3u00 en op zon- en feestdagen om 4u00.

• Er mogen per kalenderjaar niet meer dan 3 fuiven door dezelfde organisator worden ingericht.

• De gebruiker neemt voor een activiteit vooraf contact op met Team Jeugd en BKO om het verloop van de activiteit te bespreken.

• Voor en na de activiteit wordt de toestand van de polyvalente zaal beschreven in samenspraak met de gebruiker. Indien er schade aangebracht is tijdens de activiteit, wordt dit verrekend op de eindfactuur.

 

 

Art. 3: Huur en waarborg

Voor een fuif of optreden wordt een waarborg van € 300,00 betaald. Deze waarborg moet ten laatste 2 maanden vóór de aanvang van de activiteit betaald zijn, zoniet vervalt de reservatie. Betaling van de waarborg kan contant of met Bancontact aan het onthaal van Jeugdcentrum Moevement tijdens de openingsuren (ma. & vrij. van 13u tot 20u; di. & do. van 13u tot 16u30).

 

Na het evenement of de activiteit volgt een factuur met de afrekening van de kosten minus eventuele schadevergoeding minus eventuele extra afvalzakken (zie verder). Pas na volledige betaling van de factuur wordt de waarborg terugbetaald.

 

 

WIE?

HUURPRIJS

RESERVATIE TERMIJN

Activiteit

Fuif/

optreden

CATEGORIE I

• Lierse erkende jeugdverenigingen

• de werkingen van het jeugdcentrum

• Liers stadsbestuur

• Lierse adviesraden

• Lierse scholen

gratis

gratis

max. 1 jaar vóór de datum van het evenement

 

CATEGORIE II

• Lierse erkende verenigingen

• Lierse jongeren

    (-26 jaar)

gratis

€ 150

max. 9 maanden vóór de datum van het evenement

CATEGORIE III

• Anderen

€ 250

€ 400

max. 6 maanden vóór de datum van het evenement

 

 

Art. 4: Gebruik van technische installaties en overige materiaal

 

 

Huurprijs

Opmerking

Geluidsinstallatie

2/3 zaal

€ 150

Op afspraak wordt er vooraf uitleg bij het materiaal gegeven. Dit is niet meer mogelijk op het moment van de activiteit zelf.

 

Volledige zaal

€ 200

Lichtinstallatie

€ 150

Gebruik van tv-schermen

gratis

 

Toiletten

gratis

Eventueel toiletdame voorzien

Podium (24 stuks, 1m x 2m)

gratis

Zelf op te stellen door gebruiker

Tafels

gratis

Aantal: maximum 12

Stoelen

gratis

Aantal: maximum 150

 

 

• Tijdens fuiven en optredens mogen uitsluitend herbruikbare bekers worden gebruikt en mag er geen drank in flesjes verkocht worden. Wegwerpbekers worden nooit gebruikt tenzij zo afgesproken met het Jeugdcentrum. Per ontbrekende beker wordt € 1,00 aangerekend. De gebruiker ziet er nauwlettend op toe dat er geen bezoekers met glazen of flessen naar binnen of buiten gaan.

• Op aanvraag kan je gebruik maken van de vestiaire in de hal. Indien je hiervoor geld vraagt tijdens je evenement, dan ben je zelf verantwoordelijk voor het materiaal. Bij een onbewaakte en niet-betalende vestiaire hang je best een bordje uit met de vermelding “organisator is niet verantwoordelijk voor vestiaire”.

• Heb je meer of ander materiaal nodig dan wat er voor de zaal voorzien is? Dan kan de gebruiker extra materiaal (bv. stoelen, tafels, nadars, …) bestellen bij Uit in Lier – Evenementen en podiumkunsten, tel. 03 491 01 66. Reserveer minimum 6 weken vóór je activiteit om zeker te zijn dat het materiaal nog beschikbaar is.

 

 

Art. 5:Reserveren

Reservatie van de polyvalente zaal gebeurt bij team Jeugd en BKO, op de 1e verdieping in Jeugdcentrum Moevement. Er wordt vervolgens een overeenkomst opgemaakt tussen de gebruiker en Jeugdcentrum Moevement.

De reservatieaanvraag gebeurt door één meerderjarige verantwoordelijke en is pas definitief wanneer de ondertekende overeenkomst in het bezit is van team Jeugd en BKO én de waarborg betaald is (Art. 3). Alle reservaties worden chronologisch behandeld en volgens de vooropgestelde termijnen per categorie. De zaal kan niet gehuurd worden voor een permanente werking.

 

 

Art. 6: Annulatie

Annulatie van het gebruik van de polyvalente zaal kan:

tot 1 maand voor de activiteit : waarborg wordt terugbetaald.

tot 5 werkdagen voor de activiteit: de helft van de waarborg wordt terugbetaald.

Bij annulatie later wordt er niets terugbetaald.

 

 

Art. 7: Drankbestelling

Alle drank dient afgenomen te worden van de drankenleverancier van Jeugdcentrum Moevement. Alle afspraken hieromtrent dienen te gebeuren met de verantwoordelijke van het jeugdcentrum.  Het vaste drankenaanbod van het jeugdcentrum + prijzen vind je terug op het invulformulier ‘Drankenlijst’. Het is mogelijk om andere dranken of eenheden te bestellen, maar dit dient steeds te gebeuren in overleg met de verantwoordelijke van het jeugdcentrum. De ingevulde drankenlijst moet ten laatste 2 weken vóór het evenement binnengebracht worden, zodat er tijdig besteld kan worden bij de drankenleverancier.

De gebruiker blijft wel uitdrukkelijk verantwoordelijk voor het naleven van de wetgeving. Dit houdt o.m. in:

kennelijk dronken mensen alcoholische dranken geven is verboden

verstrekken van alcohol aan iemand jonger dan 16 jaar is strafbaar

het jeugdcentrum beschikt over een sterkedrankenvergunning, maar het blijft verboden om sterke drank te verstrekken aan jongeren < 18 jaar.

 

Bij huur van de polyvalente zaal MET toog, wordt bij de aanvang en op het einde van de huurperiode de drankvoorraad en het aantal bekers geteld en genoteerd door een verantwoordelijke van het jeugdcentrum, samen met de gebruiker. Deze telling gebeurt onmiddellijk na het einde van het evenement. De gebruiker dient alle bekers en dranken te verzamelen in het drankenkot. Na telling wordt dit lokaal afgesloten door de verantwoordelijke van het jeugdcentrum.

 

 

 

Art. 8:  +16 regel

De gebruiker beslist zelf of hij op zijn evenement een +16 regel hanteert. Indien je kiest voor een +16 evenement dan maak je gebruik van een +16 logo. Dit logo is digitaal te verkrijgen via team Jeugd en BKO en gebruik  je op al je promomateriaal zoals affiches, inkomkaarten, flyers, ed. De controle van identiteitsdocumenten mag enkel gebeuren door politie. Bij toepassing van +16 regel mag je de bezoeker vragen naar enig leeftijdsbewijs.

 

 

Art. 9: Toegangsbadges

Bij huur van de polyvalente zaal wordt een toegangsbadge meegegeven met een maximum van

3 badges. Hiervoor wordt een waarborg (€ 15,00/badge) gevraagd. Deze badge geeft toegang tot de nodige lokalen, enkel op de dag van de activiteit. De verantwoordelijke haalt zelf de toegangsbadge af tijdens de openingsuren van Jeugdcentrum Moevement. Toegangsbadges kunnen tot 1 maand na het evenement ingeleverd worden met terugbetaling van de waarborg. Het is strikt verboden om de badge door te geven aan derden.

 

 

Art. 10: Verantwoordelijkheid gebruiker

De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor:

• schade aan de zaal;

• de op het evenement aanwezige personen;

• het materiaal van het jeugdcentrum;

 

De gebruiker is ook zelf verantwoordelijk voor alle geldende wetgevingen waaronder:

• de verzekering inzake burgerlijke en contractuele aansprakelijkheid;

• aangifte bij SABAM en de betaling van de verschuldigde rechten en eventuele boetes;

• de eerbiediging van de wetgeving op de zedelijke bescherming van de jeugd en de beteugeling van dronkenschap;

• de inkleding van de zaal en de verwijdering van de inkleding direct na de activiteit;

• de onmiddellijke opruim van materialen, goederen of uitrusting, niet behorend tot de zaal.

 

 

10.1: Security

De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor het vlot verloop in de zaal en de veiligheid van de bezoekers (zowel binnen als buiten), en duidt hiervoor vier verantwoordelijken aan. Deze verantwoordelijken moeten meerderjarig zijn.

Taken:

• controle uitvoeren op rookverbod in het gebouw;

• toezien dat er geen glas binnen of buiten gaat;

• toezien dat er geen sterke drank binnen komt;

• toezicht houden op nooddeuren;

• uitvoeren toegangscontole;

• organisatie vlot verloop in zaal.

 

Afspraken omtrent extra security gebeuren in samenspraak met team Jeugd en BKO.

Bij grote evenementen voorziet Jeugdcentrum Moevement bijkomende professionele security (twee personen) voor toezicht op het gebouw.

 

10.2: Billijke vergoeding & SABAM

De uitvoerdersrechten (billijke vergoeding) die je wettelijk verplicht dient te betalen voor het gebruik van CD’s of vooropgenomen muziek, wordt door stadsbestuur Lier betaald. De auteursrechten (SABAM) vallen wél ten laste van de gebruiker. Je vindt alle info en formulieren op de website www.sabam.be/nl. Je kan je aangifte ook online doen via deze site.

 

10.3: Opkuis

Alle gebruikte ruimtes worden netjes achtergelaten, in de staat zoals deze werden verkregen. Tafels, stoelen en podiumelementen worden terug op hun plaats gezet. Materiaal voor opkuis is voorzien in het drankenkot. De zaal en de hal worden uitgekeerd, de toog wordt afgewassen, de bekers worden gespoeld en de drank wordt terug in het drankenkot geplaatst. (let er wel op dat het drankenkot na de activiteit wordt afgesloten door de security).

 

De toiletten dienen proper achtergelaten te worden: de vloer wordt gekeerd, afval wordt verwijderd, vuilbakjes worden leeggemaakt en sanitair, vloeren, muren en plafonds dienen vrij te zijn van urine, uitwerpselen, braaksel en andere lichaamsvochten. De opkuis van de toiletten is ten laste van de gebruiker. De gebruiker heeft de vrije keuze om al dan niet een toiletdame (of –heer) te voorzien tijdens de activiteit. Indien het sanitair in een staat wordt achtergelaten die de veiligheid van poetspersoneel in het gedrang brengt (bijv. het duidelijk laten rondslingeren van verboden middelen, glas, uitwerpselen,…), worden de kosten voor de opkuis en desinfectie door  een gespecialiseerde firma doorgefactureerd aan de gebruiker.

Maximum 1u na het beëindigen van het evenement neemt de gebruiker het initiatief om samen met iemand van de securityfirma en een verantwoordelijke van jeugdhuis De Moeve (indien dit nog open is) de toestand van de hal en het sanitair vast te leggen op papier (eventueel ook op foto). Dit document dient door de drie partijen ondertekend te worden, dit om latere discussies uit te sluiten. in geen geval mag de toilet betalend worden gemaakt.

 

Alle afval dient verzameld te worden in afgesloten vuilniszakken. Er wordt 1 vuilniszak voor restafval voorzien en 1 voor PMD. Als dit niet voldoende is, kan de gebruiker beschikken over extra zakken, die steeds voorzien worden door het jeugdcentrum. Voor deze extra zakken wordt het tarief van piekzakken gehanteerd, namelijk € 3,00/zak. De volle zakken worden geplaatst aan de achterdeur van de zaal.

Indien de gebruiker zelf drank heeft voorzien die niet werd afgenomen via de drankenlijst van het jeugdcentrum, dan dient de gebruiker alle lege recipiënten hiervan (lege flessen etc) zelf weer mee te nemen; ze mogen geenszins worden achtergelaten in het jeugdcentrum.

 

Ook de toegangsweg naar de ingang van het gebouw wordt proper en vrij achtergelaten. Voorwerpen niet behorend tot het jeugdcentrum worden onmiddellijk na de activiteit verwijderd.

 

Bij het verlaten van het gebouw moeten alle deuren gesloten zijn.

 

Indien de opkuis niet in orde is, zullen er minimum € 100,00 extra kosten worden aangerekend.

 

 

Art. 11: Veiligheidsvoorschriften

• Alle evacuatiewegen dienen ten allen tijde vrijgehouden te worden.

• Fietsen, bromfietsen en wagens moeten op de daartoe voorziene plaatsen gezet worden.

• De bezoekers van het jeugdcentrum dienen respect te tonen t.o.v. buurtbewoners van het jeugdcentrum en de omgeving. Vandalisme, agressiviteit en nachtlawaai worden in en rond het jeugdcentrum niet geduld.

• Iedere bezoeker die in of rond het gebouw van het jeugdcentrum in het bezit wordt gevonden van verboden voorwerpen of goederen die het vlot verloop van activiteiten of de veiligheid van aanwezigen in het gedrang kan brengen, zal de toegang tot het jeugdcentrum worden geweigerd. Bij twist of problemen wordt de politie verwittigd.

• Als organisator van een activiteit is het verboden om zelf mensen te fouilleren. Enkel de politie is daarvoor bevoegd.

• Noodzakelijke herstellingen aan de infrastructuur dienen zo snel mogelijk gemeld te worden aan de jeugddienst en worden niet door de gebruiker uitgevoerd.

• Het is verboden om open vuren te maken, bijkomende verwarmingsinstallaties te gebruiken, vuurwerk af te steken, … binnen het jeugdcentrum.

• Er worden geen drugs toegelaten in het jeugdcentrum. De organisator van een fuif heeft meldingsplicht als er illegale drugs worden gebruikt/ gedeald / verkocht.

• Er worden geen wijzigingen aangebracht aan de elektriciteitsleiding, de installatie, of de lichtpunten met toebehoren.

• Overnachten in het gebouw wordt niet toegelaten.

• Er is een algemeen rookverbod in alle ruimtes van het jeugdcentrum. Deze regel geldt ook voor medewerkers.

 

 

Art. 12: Inkomprijzen

De inkomprijzen voor optredens, fuiven en anderen, mogen door de gebruiker zelf bepaald worden. Jongeren in het bezit van een M-pas betalen maximum € 4,00 inkom voor een fuif en een verminderde prijs bij andere activiteiten (af te spreken met team Jeugd en BKO). De toegangsprijs voor M-pashouders dient ook specifiek vermeld te worden op de affiches, flyers en andere publiciteit en aan de kassa van het evenement. De personeelsleden van team Jeugd en BKO en de leden van het Beheersorgaan Jeugd mogen steeds gratis de activiteit betreden met het oog op controle over het naleven van de voorwaarden. Politie en/of jeugddienst kunnen de manifestatie stopzetten indien de regels niet worden nageleefd.

 

 

Art. 13: Publiciteit

Op affiches, flyers of andere vormen van publiciteit moet duidelijk vermeld staan:

de verantwoordelijke uitgever (natuurlijk persoon met naam en adres)

het aanvangsuur

de inkomprijs + de kortingsprijs voor M-pashouders

de naam van de zaal:  Jeugdcentrum Moevement, JC Moevement, Moevement

+ 16 logo (indien van toepassing)

Het ontwerp van affiches en flyers dient ter goedkeuring te worden voorgelegd aan team Jeugd en BKO vóór feitelijke druk.

Indien de organisator/gebruiker een natuurlijk persoon is i.p.v. een vereniging of rechtspersoon, dan mag er op de publiciteit géén vermelding gemaakt worden van enige vereniging of rechtspersoon.

 

 

Art. 14: Safe Party Zone

Jeugdcentrum Moevement is een ‘Safe Party Zone’. Bijgevolg is de gebruiker verplicht om de procedure toe te passen die samengaat met de implicatie van het ‘Safe Zone Party’ label indien het evenement een fuif en/of optreden betreft. Elke bezoeker die de zaal wenst te betreden, zal eerst zijn identiteitskaart of een gelijkwaardig document moeten aanbieden aan de ‘save bee’, het ID-scantoestel dat de persoonscontrole in het kader van de Save Party Zone uitvoert. Indien het scantoestel aangeeft dat een bezoeker bekend staat als relschopper, dan dient deze bezoeker de toegang geweigerd te worden.

De bediening van de ‘safe bees’ dient te gebeuren door de gebruiker of een door hem aangeduide vrijwilliger, bijgestaan door iemand van de securityfirma, en dit tot het einde van het evenement.

 

 

Art. 15: Sancties

Wanneer dit gebruiksreglement niet wordt nageleefd, worden er sancties opgelegd. De wijze van sanctionering zal bepaald worden door het Beheersorgaan Jeugd.

 

Een sanctie kan bestaan uit een tijdelijke of permanente verwijdering uit het jeugdcentrum, uitsluiting van een bepaalde activiteit of opleggen van een geldboete.

 

 

Art. 16: Aanvaarding of afwijkingen van het gebruiksreglement

• Uitzonderingen op het reglement kunnen enkel worden toegestaan door het Beheersorgaan Jeugd.

• De gebruiker/contractant verbindt zich ertoe in geen geval de polyvalente zaal verder te verhuren aan derden.

Indien dit toch wordt vastgesteld, wordt de activiteit onmiddellijk stopgezet en de waarborg wordt niet terugbetaald.

• In geval van overmacht of gegronde redenen kan het Beheersorgaan Jeugd de gebruikstoelating steeds wijzigen of intrekken zonder dat de gebruiker hiervoor op een schadevergoeding aanspraak kan maken.

• Het Beheersorgaan Jeugd behoudt zich in alle gevallen het recht om elke aanvraag goed te keuren, in te trekken of te weigeren, en om met de gebruiker specifieke afspraken te maken rond gebruik, duur van gebruik en prijzen.

 

Goedgekeurd door de Gemeenteraad op 29 juni 2015

 

 

 

Adviezen

De Jeugdraad gaf positief advies voor het nieuwe huishoudelijke reglement tijdens de Algemene Vergadering van 2 februari 2015.

Het Beheersorgaan Jeugd gaf een positief advies voor het nieuwe huishoudelijke reglement tijdens de vergadering van 9 december 2014.

Zowel de Jeugdraad als het Beheersorgaan Jeugd gingen akkoord met de invoering van het 'Save Party Zone' label tijdens een buitengewone vergadering op 2 februari 2015, waarop beide adviesraden samen aanwezig waren.

 

 

 

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Marcel Taelman, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Olivier Peeters

4 onthoudingen: Freddy Callaerts, Els Van Weert, Öztürk Taspinar en Katrien Vanhove

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De Gemeenteraad beslist het aangepaste 'Huishoudelijk reglement betreffende het gebruik van de polyvalente zaal' van Jeugdcentrum Moevement, waarvan de tekst integraal terug te vinden is onder Feiten en Context, goed te keuren. Het nieuwe reglement treedt in voege vanaf 1 juli 2015.

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

REGLEMENT ZWERFVUIL. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 23/02/15 gaf CBS goedkeuring aan reserveren van een deel van het budget op actie 5/2/11/4 voor actie voor opruiming van zwerfvuil langs de wegbermen in het kader van Proper Lier.
 

Feiten en context

Volgend reglement werd opgemaakt waardoor jeugdverenigingen een kleine vergoeding kunnen ontvangen als zij zich engageren voor de opruim van Lierse straten en beemden.

 

Stedelijk subsidiereglement inzake inzameling van zwerfvuil door jeugdbewegingen:

 

Artikel 1

Erkende jeugdverenigingen, die gevestigd zijn op het grondgebied van stad Lier, kunnen een toelage bekomen voor het inzamelen van zwerfvuil. De toelage wordt toegekend onder de voorwaarden van dit reglement.

 

Artikel 2

Onder zwerfvuil wordt verstaan het afval dat men aantreft in wegbermen en grachten aan weerszijden van een straat of weg, langs wandel- en fietspaden en langs baangrachten. Het betreft afval dat door prikkers/grijpers of met de hand kan verzameld worden en in vuilzakken kan worden gestopt. Het zwerfvuil dat zich in de grachten bevindt boven of op de waterlijn wordt ook in de mate van het mogelijke ingezameld.

 

Artikel 3

Het stadbestuur voorziet voor de inzameling voor alle deelnemers degelijk (veiligheids)materiaal: fluovestjes, werkhandschoenen, grijpers (tangen) en vuilzakken. Het materiaal dient vóór de ophaling door een afgevaardigde van de vereniging worden opgehaald in het Moevement na afspraak en dient er ten laatste een week na de inzameling terug te worden binnengebracht.

 

Artikel 4

Het ingezamelde zwerfvuil wordt door de vereniging in zakken gedaan, die ter beschikking worden gesteld door het stadbestuur. De volle zakken worden verzameld op een locatie die vooraf wordt afgesproken met de dienst Stadsinfrastructuur, afhankelijk van de plaats waar men opruimt. Het verzamelde zwerfvuil wordt daarna door de stad opgehaald.

 

Artikel 5

De locatie van de grotere stukken afval en sluikstort, dat niet door de vereniging kan worden meegenomen dient aan de dienst Stadsinfrastructuur gemeld te worden. Deze locatie kan worden aangegeven via huisnummers of de gele nummering van de elektriciteitspalen. Digitaal fotomateriaal toevoegen is zeer wenselijk. Het grotere afval wordt bij voorkeur zoveel mogelijk bij elkaar gelegd, goed zichtbaar op de berm.

 

Artikel 6

De stad voorziet regelmatig in een lijst van straten en terreinen die in aanmerking komen voor een zwerfvuilactie. Verenigingen die wensen gebruik te maken van dit aanbod dienen dit voor het verstrijken van de limietdatum te melden aan de dienst Stadsinfrastuctuur. Bij de toekenning van specifieke opdrachten wordt een zo breed mogelijke spreiding over de kandiderende jeugdbewegingen wordt nagestreefd.

 

 

 

Artikel 7

De aanvraag van de vereniging gebeurt op een formulier dat door het stadbestuur ter beschikking wordt gesteld via de website Moevement.

 

Artikel 8

Indien de vereniging in aanmerking komt (zie artikel 1) zal ze zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht van de toegewezen opruimtaak. In onderling overleg wordt dan beslist over:

 

-de datum van de inzameling;

-het traject waarlangs zwerfvuil zal ingezameld worden;

-de plaats waar het ingezamelde zwerfvuil dient verzameld te worden.

 

Artikel 9

Vooraleer de taak kan worden aangevat dient de vereniging er zich van te vergewissen dat zij, voor de in dit reglement bedoelde activiteit gedekt zijn door een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid voor schade aan derden en lichamelijke ongevallen van de deelnemers.

 

Artikel 10

Alle deelnemers dienen minstens 12 jaar oud te zijn op het moment van de opruimactie. Uitzondering kan in onderling overleg worden verleend indien de samenstelling van de groep dat vereist. De jeugdbeweging voorziet in voldoende verantwoordelijke begeleiders met minstens één begeleider per 15 leden, die altijd toezicht houden op hun leden.

 

Artikel 11

De deelnemers respecteren ten allen tijde de wegcode en brengen zichzelf of anderen niet in gevaar.

 

Artikel 12

De goedkeuring van de opruimactie houdt niet in dat de deelnemers van de in opdracht of onder toezicht van het stadsbestuur of zijn aangestelde handelen.

 

Artikel 13

Een beknopt verslag over de zwerfvuilactie wordt door een verantwoordelijke van de vereniging opgesteld en de dag van de actie zelf via e-mail bezorgd aan de dienst Stadsinfrastructuur. Het verslag bevat minstens volgende gegevens:

 

-een beschrijving van het traject waarlangs het zwerfvuil effectief werd verwijderd;

-een verklaring dat de voorwaarden van dit reglement werden nageleefd;

-de melding van het sluikstorten van grote stukken afval;

-datum of periode wanneer er werd opgeruimd.

 

Bij voorkeur worden ook enkele digitale foto’s aangeleverd van de opruimactie, met het oog op bekendmaking via de stedelijke kanalen.

 

Artikel 14

Indien de opruimactie niet op de overeengekomen datum kan plaatsvinden door overmacht (weersomstandigheden, onvoldoende aanwezigen…) dient dit dezelfde dag nog te worden gemeld aan de dienst Stadsinfrastructuur, zodat de ophaling niet nodeloos gebeurt. Binnen een redelijke termijn dient de actie alsnog uitgevoerd te worden, opnieuw na afspraak.

 

Artikel 15

Het bedrag van de toelage is afhankelijk van de lengte van het traject zoals bepaald bij toewijzing. De vergoeding bedraagt 50,00 EUR per schoongemaakte kilometer, zoals afgebakend in art.2. Voor specifieke taken kan het college van burgemeester en schepenen een afwijkende vergoeding bepalen.

 

Artikel 15

De toelage wordt betaald na elke ophaalbeurt, nadat elke vereniging de ophaling heeft voltooid en na de goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen van het verslag zoals bepaald in artikel 13. Indien de verantwoordelijke van de stad vaststelt dat de mate waarin het zwerfvuil werd verwijderd in het aangegeven gebied ontoereikend is, kan het college van burgemeester en schepenen beslissen tot een beperking van de toelage. Ook het niet retourneren of vernielen van het materiaal kan leiden tot een verminderde toelage.

 

Artikel 16

Dit reglement wordt van kracht na goedkeuring op de gemeenteraad van 29 juni 2015.
Op 1 september 2015 ten laatste wordt de eerste lijst van taken gepubliceerd.

 

Artikel 17

Het reglement is van toepassing tot uitputting van de gebudgetteerde middelen.

 

Artikel 18

Het reglement treedt in voege vanaf 1 september 2015.

 

Adviezen

Er gebeurde een eerste aftoetsing omtrent het project zwerfvuil bij de jeugdverenigingen op de vergadering van jeugdraad van 2 feb 15, en dit werd positief onthaald.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

5/2/11/4

Groenonderhoud door externe aannemers voor onkruidbestrijding

 

Stemming

 

23 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

3 onthoudingen: Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 23 stemmen voor - 3 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist goedkeuring te geven aan het reglement inzake inzameling van zwerfvuil door jeugdbewegingen.

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

5.2.11.4

onkruidbeheer binnenstad Zevenbergen en Schilderswijk.

5000

5200

Budgetsleutel

0680/61399999

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

1

dienst stadsinfrastructuur

dienst milieu

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST VZW PROLIER - STAD LIER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 17 december 2013 besliste de Gemeenteraad van Lier een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm 'vzw Prolier'op te richten.

Het motiveringsverslag, de statuten en de raadsbeslissing werden vervolgens toegestuurd aan de Vlaamse Regering.

Met het schrijven van de Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand van 27 februari 2014 werd de beslissing van de gemeenteraad van Lier van 17 december 2013 om het Gemeentelijk Extern Verzelfstandigd Agentschap in privaatrechtelijke vorm 'vzw Prolier' op te richten, goedgekeurd.

 

Feiten en context

De stad en de EVA vzw Prolier dienen een samenwerkingsovereenkomst af te sluiten betreffende de uitvoering van de toevertrouwde taken van gemeentelijk belang. Deze overeenkomst moet formeel goedgekeurd worden door de gemeenteraad enerzijds en de Raad van Bestuur van vzw Prolier anderzijds. 

 

Adviezen

Management- en beleidsondersteuning heeft het ontwerp van

samenwerkingsovereenkomst voorgelegd aan de jurist en aangepast.

De RvB van de vzw Prolier keurde het ontwerp goed op haar vergadering van 25 februari 2015.

De financieel beheerder geeft gunstig advies voor de voorgestelde werkwijze aangaande de reserves.
Een reserve gelijk aan maximum de jaarlijkse toelage voor wat betreft de werking van de vzw Prolier.
Extra reserves die worden ingezet i.k.v. investeringen in het gebouw en technisch materiaal. De aankoop van een nieuwe tribune is een voorbeeld van hoe de stad en de vzw samen investeringen kunnen financieren.
Niet bestemde reserves worden teruggestort aan de stad Lier.

Voor wat betreft de indexering:
Een belangrijk engagement in het MJP van de stad is de ambitie om de exploitatiekosten onder controle te houden.

Als uitgangspunt heeft de stad daarom de belangrijkste kosten niet geïndexeerd (wat in geval van inflatie een concrete besparing inhoudt).Kosten die de stad niet onder controle heeft (vb prijs van elektriciteit, gas en water) werden wel geïndexeerd.

In het MJP werd de toelage aan Prolier vanuit deze visie dus niet geïndexeerd (zoals vele andere werkingskosten).

Vandaar ook het voorstel om de jaarlijkse toelage niet te indexeren en de overeenkomst in die zin ook aan te passen.


Het team cultuur en evenementen geeft gunstig advies.
Voor haar inkomsten is het Liers Cultuurcentrum naast de toelage afhankelijk van de inkomsten uit ticketverkoop. Deze inkomsten worden geraamd op basis van verwachtingen maar zijn nooit zeker. Verliezen kunnen m.a.w. bij een tegenvallende verkoop snel oplopen. Daarom is een reserve die maximum gelijk is aan de jaarlijkse toelage noodzakelijk voor de zelfredzaamheid van het Liers Cultuurcentrum. Het cultuurcentrum heeft in het verleden financiële tegenslagen steeds zelf opgevangen zonder daarbij de hulp van de stad Lier in te roepen.
Het inzetten van extra reserves om het onthaal en de beleving van de klanten te verbeteren is noodzakelijk voor de werking van het cultuurcentrum maar het is ook noodzakelijk voor het gebouw op zich. De infrastructuur van CC De Mol is verouderd. Investeringen zijn nodig maar zijn omwille van budgettaire krapte ook niet evident.

Een gedeelde verantwoordelijkheid zorgt voor een gezonde dynamiek in de werking van het extern verzelfstandigd agentschap vzw Prolier en levert de stad Lier ook een verbetering van haar infrastructuur op. Het is een win win voor beide partijen. De gedeelde aankoop van een nieuwe tribune is daar een goed voorbeeld van: winst voor beide partijen.
 

Argumentatie

Het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst is gebaseerd op een basistekst van Locus (het steunpunt voor bibliotheken, cultuur- en gemeenschapscentra en lokaal cultuurbeleid in Vlaanderen). Die basistekst werd aangepast aan de locale situatie, de oude overeenkomst tussen de stad Lier en de vzw Prolier en de opmerkingen van de jurist.
Het ontwerp houdt rekening met de wetgeving, de opdracht en de werking van het cultuurcentrum en de belangen van de stad. 
De RvB van de vzw Prolier waarin enerzijds het middenveld en anderzijds alle politieke fracties vertegenwoordigd zijn, keurde de tekst goed.
  

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

6.6.8.1

Organisatie van culturele activiteiten Liers Cultuurcentrum

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst tussen de stad Lier en het extern verzelfstandigd agentschap vzw Prolier goed.


AANHEF

 

 

Tussen de ondergetekenden:

 

de stad Lier, voor wie optreden Frank Boogaerts, burgemeester en Katleen Janssens, secretaris, handelend in toepassing van artikel 182 van het Gemeentedecreet en verder in uitvoering van een beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2013, hierna genoemd de stad

 

en

 

de EVA-vzw Prolier, met zetel te Lier, Aarschotsesteenweg 3, vertegenwoordigd door Dirk Van den Bosch, handelend krachtens een beslissing van de  Raad van bestuur 25 februari 2015 , hierna genoemd de vereniging

 

is overeengekomen hetgeen volgt

 

 

VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST

 

 

1. Deze samenwerkingsovereenkomst regelt de verhoudingen (waaronder de financiële) tussen de stad en de vereniging, de afstemming van het beleid tussen de stad en de vereniging, de nadere omschrijving en afbakening van de opdrachten en verantwoordelijkheden van de vereniging ten opzichte van de stad, en de engagementen van de stad ten opzichte van de vereniging.

 

2. Deze samenwerkingsovereenkomst kadert binnen de bepalingen van het Gemeentedecreet, meer in het bijzonder het artikel 247, en binnen de bepalingen van het decreet betreffende het Lokaal Cultuurbeleid van 6 juli 2012.

 

3. Deze overeenkomst gaat in op  XXXX en neemt een einde op 31 december 2018. Bij het verstrijken van deze periode wordt de overeenkomst van rechtswege verlengd tot een nieuwe algemene samenwerkingsovereenkomst in voege treedt. Als geen nieuwe samenwerkingsovereenkomst in werking is getreden binnen één jaar na voormelde verlenging of als de overeenkomst werd ontbonden of geschorst kan de stad na overleg met de vereniging voorlopige regels vaststellen inzake de in de samenwerkingsovereenkomst bedoelde aangelegenheden. Die voorlopige regels zullen als samenwerkingsovereenkomst gelden tot op het ogenblik dat een nieuwe in werking treedt.

 

4. Beide partijen kunnen een einde stellen aan deze samenwerkingsovereenkomst, mits betekening van een aangetekend schrijven. Hierbij moet een opzegtermijn van 1 jaar gerespecteerd worden, zodat contractuele verplichtingen kunnen worden nagekomen. Bovendien is de stad gerechtigd deze samenwerkingsovereenkomst eenzijdig en onmiddellijk te beëindigen, telkens wanneer het algemeen belang dit vereist. Dit zal inzonderheid het geval zijn indien zij grote tekortkomingen of zware overtredingen vaststelt tegen de bepalingen van deze samenwerkingsovereenkomst. De vastgestelde tekortkomingen zullen per aangetekend schrijven gemeld worden aan de vereniging.

 

 

OPDRACHT VAN DE VERENIGING

 

De vereniging creëert op een professionele wijze een breed ontmoetingsplatform waar er zuurstof wordt gegeven en geïmporteerd, voor diverse culturele initiatieven en producties. Om zo het cultuur krachtenveld stapsgewijs te versterken.

 

Dit houdt in:

 

1.1Het organiseren en promoten van activiteiten met het oog op cultuurparticipatie, gemeenschapsvorming en cultuurspreiding. Ze richt haar aanbod en activiteiten op de Stad Lier en de brede regio.

 

1.2De verwezenlijking van welbepaalde beleidsuitvoerende en beleidsvoorbereidende taken van gemeentelijk belang, met name:

 

a. de concretisering van een onderdeel van het vrijetijdsplan van de Stad Lier, met name de activiteiten die betrekking hebben op de werking van het Liers Cultuurcentrum, het lokaal cultuurbeleid en socio-culturele evenementen;

b. de realisatie van een eigen aanbod van het Liers Cultuurcentrum met een regionale uitstraling en de maatregelen die hiervoor nodig zijn;

c. de participatie van het Liers Cultuurcentrum aan samenwerkingsverbanden met derden;

d. het financieel beheer van de activiteiten en de werkingskosten die te maken hebben met bovengenoemde opdrachten;

 

1.3beheer van het cultuurcafé, het appartement en aanhorigheden verbonden aan het cultuurcentrum De Mol.

 

2. De vereniging voert de in de statuten en in deze samenwerkingsovereenkomst omschreven opdrachten autonoom en op een kwaliteitsvolle manier uit, en is vrij, binnen het kader van de stedelijke beleidsplannen, in de manier waarop ze haar opdracht vervult. Het is de vereniging niet toegelaten haar opdrachten geheel of gedeeltelijk over te dragen aan enige derde die zou handelen in eigen naam en/of voor eigen rekening, behoudens met schriftelijke toestemming van de stad.

 

3. Deze taakvervulling dient in overeenstemming te zijn met de beginselen van behoorlijk bestuur en verder met alle toepasselijke regelgeving (het Gemeentedecreet, het decreet Lokaal Cultuurbeleid, wetgeving overheidsopdrachten, …) en met het door de stad gevoerde beleid inzake cultuur.

 

4. De vereniging mag alle verrichtingen doen, binnen de grenzen van haar statuten en deze samenwerkingsovereenkomst, welke rechtstreeks of onrechtstreeks betrekking hebben op haar doel, of van aard zijn de verwezenlijking ervan te begunstigen.

 

5. Alle middelen waarover de vereniging beschikt worden uitsluitend aangewend voor het bereiken van haar doelstellingen en het vervullen van haar opdracht.

 

 

FINANCIËN

 

 

A.Engagementen van de stad

 

1. De stad engageert zich ertoe de nodige financiële middelen te voorzien opdat de vereniging haar opdracht en doelstellingen, zoals vastgelegd in de statuten en deze samenwerkingsovereenkomst, optimaal kan realiseren. Daartoe maakt de vereniging jaarlijks een ontwerp van budget op voor het volgende boekjaar en legt dit voor aan de stad.

 

2. De stad geeft een jaarlijkse werkingstoelage aan de vereniging.

 

-Deze werkingstoelage bedraagt minimaal 132 000 euro.

-De werkingstoelage wordt in 2 schijven overgemaakt aan de vereniging via een storting op de zichtrekening van de vereniging:

50 % van de jaarlijkse toelage op 15 februari en 50% van de jaarlijkse toelage op 15 mei.

 

3. Voor tijdelijke en bijzondere projecten kan de vereniging een eenmalige toelage vragen aan de stad. De vereniging doet hiertoe een schriftelijke aanvraag bij de stad vóór 1 september in het jaar vooraf aan het jaar waarin de extra toelage zou uitgekeerd worden, zodat deze aanvraag mee opgenomen kan worden tijdens de budgetbesprekingen van de stad.

 

B.Bevoegdheden van de vereniging

 

1. De dagelijkse financiële verrichtingen worden door de vereniging waargenomen.

 

2. De vereniging kan goederen verwerven die nodig zijn voor de verwezenlijking van haar doel, mits inachtneming van de ter zake geldende overheidsopdrachtenreglementering.

 

3. De vereniging gebruikt de eigen inkomsten in functie van de uitvoering van haar opdracht.

 

4. Wanneer op het einde van het werkingsjaar nog financiële middelen beschikbaar zijn, worden die aangewend voor de aanleg van een reserve.

De reserve voor wat betreft de werking van het Liers Cultuurcentrum mag niet meer bedragen dan de jaarlijkse toelage van de stad.  De vereniging dient de opgebouwde reserve aan te wenden om mogelijks tegenvallende resultaten op te vangen of om extra activiteiten te financieren in het kader van de doelstellingen van de vereniging.

Indien de reserve hoger is dan de jaarlijkse toelage kan deze ingezet worden om het onthaal en de beleving van de klanten in de gebouwen van het Liers Cultuurcentrum te verbeteren. Dit dient steeds in overleg en in samenwerking met het stadsbestuur. Het betreft voor de duur van deze samenwerkingsovereenkomst o.a. de aankoop van een nieuwe tribune, de verfraaiing van de publieksruimtes in CC De Mol (binnen en buiten), de aankoop van stoelen voor de partere, de professionalisering van de technische infrastructuur en op lange termijn de klimaatregeling. 

Reserves die geen bestemming hebben dienen teruggestort te worden aan het stadsbestuur.

 

5. De vereniging kan extra inkomsten uit sponsoring halen. Dit heeft geen invloed op de werkingstoelage van de stad. Extra middelen door sponsoring verworven, kunnen enkel dienen om de doelstellingen van de verenging te realiseren.    

 

 

C.Verantwoordelijkheden van de vereniging

 

1. De vereniging maakt jaarlijks haar begroting op, legt ze voor aan de stad en bezorgt die na goedkeuring door de Algemene Vergadering aan het stadsbestuur.

 

2. De vereniging streeft ernaar haar begroting in evenwicht af te sluiten.

 

3. De vereniging draagt de specifieke kosten en uitgaven die een uitvloeisel zijn van haar opdracht.

 

4. De vereniging zal alle mogelijke inspanningen leveren om maximale subsidiëring van hogere overheden en sponsoring te verkrijgen.

 

 

STEDELIJKE/GEMEENTELIJKE INFRASTRUCTUUR EN MATERIALEN

 

1.  De verenging mag gratis gebruik maken van volgend patrimonium van het Liers Cultuurcentrum: CC De Mol, CC Vredeberg, CC Vleeshuis, CC Spui, CC Colibrant. De sportlokalen in CC De Mol zijn hier niet in begrepen.

Verder mag de vereniging eveneens gebruik maken van de technische uitrustingen, alle nutsvoorzieningen, de bemeubeling en alle goederen aanwezig in de lokalen beheerd door het Liers Cultuurcentrum, alsook van deze aanwezig in de lokalen buiten het cultuurcentrum die door het Stadsbestuur ad hoc ter beschikking werden gesteld voor het inrichten van de eigen activiteiten van het Liers Cultuurcentrum.

 

 

2. De vereniging zal instaan voor het beheer van het cultuurcafé, appartement en aanhorigheden verbonden aan CC De Mol.

De vereniging betaalt voor dit beheer aan de stad een maandelijkse vergoeding van 787,50 euro voor wat betreft de uitbating van het cultuurcafé en 250 euro voor hat appartement.

Deze vergoeding dient voor de vijfde van iedere maand gestort te worden op het rekeningnummer 091-0001009-68.

De vergoeding is automatisch en van rechtswege gebonden aan de index van de consumptieprijzen. Ze is indexeerbaar op 01/01 van elk volgend jaar.

De indexering wordt volgens de volgende formule berekend:

 

basisvergoeding x nieuwe index

nieuwe vergoeding =  ---------------------------------------------------------------

basisindex

 

3. De verenging kan indien nodig rekenen op juridische bijstand i.v.m. de uitbating van het cultuurcafé van de stad.

 

4. Indien de verenging geen uitbater vindt voor het cultuurcafé, wordt de maandelijkse betaling aan de stad geschorst.  

 

 

PERSONEEL

 

 

1. De stad voorziet de nodige personeelsleden opdat de vereniging haar opdracht en doelstellingen, zoals vastgelegd in de statuten en deze samenwerkingsovereenkomst, optimaal kan realiseren.

 

2. De stad benoemt en ontslaat het personeel, bepaalt het personeelskader, statuut en bezoldiging. De functie-omschrijving van het personeel dat ter beschikking wordt gesteld van de vereniging wordt door de stad, in nauw overleg met de vereniging, bepaald.

 

3. De stad blijft de juridische werkgever van de personeelsleden die ter beschikking worden gesteld van de vereniging.

 

4. Het personeelsstatuut van de stad blijft integraal van toepassing behoudens modaliteiten betreffende onder meer verloven, andere afwezigheden, arbeidstijden, … die het voorwerp uitmaken van afspraken tussen de stad en de vereniging, in functie van specifieke noden van de vereniging.

 

5. De algemene leiding van het gemeentepersoneel blijft bij de stadssecretaris die hiervoor rapporteert aan het college van burgemeester en schepenen.

 

6. De stad staat in voor de loon- en personeelsadministratie.

 

7. De vereniging kan een vrijwilligerswerking opzetten. De stad staat de vereniging hierin op administratief en juridisch vlak bij. De stad verzekert de vrijwilligers van de vereniging.

 

 

BOEKHOUDING

 

 

1. De vereniging voert een boekhouding in overeenstemming met de geldende wettelijke voorschriften.

 

De wijze van boekhouding moet ook beantwoorden aan de voorschriften van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.

 

 

OVERIGE ONDERSTEUNING EN SAMENWERKING

 

 

1. De stad verleent de nodige diensten in functie van de programmering, promotie, administratie en onthaal, boekhouding, techniek en onderhoud, met het oog op het optimaal realiseren van de doelstellingen van de vereniging.

 

2. De stad faciliteert de interne werking van de vereniging en dit op een analoge wijze als voor een stedelijke dienst.

 

 

VERZEKERINGEN

 

1. De stad Lier draagt alle nodige verzekeringen met als enige uitzondering de bestuurdersaansprakelijkheid.

 

 

OVERHEIDSOPDRACHTEN

 

 

1. De vereniging is als extern verzelfstandigde entiteit van de stad onderworpen aan de overheisdsopdrachtenreglementering.

 

2. De vereniging is belast met de uitvoering van welbepaalde taken van gemeentelijk

belang, en vormt in die zin een verlengstuk van de stad (‘in house’-relatie). De

overheidsopdrachtenreglementering speelt derhalve niet wanneer de stad een

beroep doet op de vereniging in het kader van de uitvoering van stedelijke

beleidstaken.

 

 

 

RAPPORTERING, CONTROLE EN EVALUATIE

 

 

A.Rapportering, controle en evaluatie

 

 

1. Met het oog op de uitoefening van het toezicht op de naleving van de onderhavige overeenkomst en op de aanwending van de middelen die door de stad ter beschikking gesteld worden aan de vereniging, alsook met het oog op de evaluatie van de uitvoering van de genoemde opdracht, legt de vereniging een jaarverslag en een financieel verslag ter goedkeuring voor aan de gemeenteraad met betrekking tot elk werkingsjaar.

 

2. De stad zal steeds het recht hebben toezicht uit te oefenen op de werking van de vereniging, onder meer op alle inkomsten en uitgaven en alle boekhoudkundige bescheiden ter zake.

 

 

B.Interne controle

 

De systemen voor interne controle zoals deze bestaan binnen de stad worden mutatis mutandis binnen de vereniging gehanteerd.

 

 

C. Externe controle op de financiële toestand

 

Het toezicht over de financiën van de vereniging wordt opgedragen aan één onafhankelijke commissaris, die geen lid is van de vereniging en die ter zake over de nodige bekwaamheid en deskundigheid beschikt. Deze commissaris wordt aangesteld door de gemeenteraad van de stad en wordt betaald door de stad.

 

AANPASSING VAN DE OVEREENKOMST

 

1. Deze overeenkomst kan niet eenzijdig aangepast worden.

 

2. Een wijziging dient steeds goedgekeurd te worden door de stad en de vereniging.

 

3. Een voorstel tot wijziging wordt schriftelijk overgemaakt en dient uitvoerig gemotiveerd. De stad en de vereniging behandelen de vraag binnen een termijn van 2 maanden.

 

 

ONTBINDING VAN DE OVEREENKOMST

 

 

1. In geval van beëindiging van deze overeenkomst door de vereniging, zullen de stad en de vereniging in onderling overleg een regeling treffen over een eventuele overname van voornoemde verplichtingen aangegaan door de vereniging, conform de statuten van de vereniging.

In elk geval zullen enkel die verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van een normale, zorgvuldige uitvoering van onderhavige overeenkomst, in aanmerking komen voor een mogelijke overname door de stad.

In het geval het netto-actief wordt overgedragen aan de stad, geldt de strikte voorwaarde dat deze middelen enkel in overeenstemming met de statuten van de vereniging gebruikt kunnen worden.

 

 

2. In geval van beëindiging van deze overeenkomst door de stad, verbindt de stad zich er toe om alle verplichtingen die de vereniging heeft aangegaan in het kader van de uitvoering van de programmering en de participatie aan samenwerkingsverbanden van het cultuurcentrum volgens de bepalingen van onderhavige overeenkomst het beheer van het cultuurcafé, appartement en aanhorigheden verbonden aan Cultureel Centrum De Mol volgens de bepalingen van onderhavige overeenkomst, over te nemen.

Dit geldt enkel voor die verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van een normale, zorgvuldige uitvoering van onderhavige overeenkomst.

 

 

 

 

SLOT

 

 

Opgemaakt te Lier, in twee exemplaren, op

 

Iedere partij verklaart een exemplaar van huidige overeenkomst ontvangen te hebben.

 

Voor de stad

 

 

Voor de vereniging

 

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

6.6.8.1

Organisatie van culturele activiteiten Liers Cultuurcentrum

 

 

Budgetsleutel

070100/64930000

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

OVEREENKOMST MET KRINGLOOPCENTRUM OPNIEUW & CO - STANDAARD OVEREENKOMST IVAREM - GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

 

Bij raadsbesluit van 17 november 1997 en latere wijzigingen werd een overeenkomst met kringloopcentrum Opnieuw & Co afgesloten en een tonnagevergoeding vastgesteld voor het ophalen van afgedankte gebruiksgoederen bij particulieren.

Bij beslissing van het college van 14 oktober 2013 werd aan IVAREM gevraagd om een nieuwe basisovereenkomst te onderhandelen met Opnieuw & Co op basis van een grondige analyse van baten en uitgaven. De stad wenst een grotere transparantie in de werking en controleerbaarheid van de vergoedingen die een kringloopcentrum ontvangt van de stad.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 23 maart 2015 om de overeenkomst met Opnieuw & Co voor het ophalen van afgedankte gebruiksgoederen bij particulieren te beëindigen. De raad keurde eveneens de opdracht tot opmaak van een nieuwe overeenkomst aan IVAREM, goed.

 

Feiten en context

 

Naar aanleiding van het aflopen van de samenwerkingsovereenkomst en het in voege treden van VLAREMA, heeft IVAREM in overleg met de stad Lier en de kringloopcentra een nieuwe overeenkomst opgesteld. De overeenkomst wordt afgesloten tussen drie partijen (IVAREM, de stad en het kringloopcentrum)

 

 

Samenwerkingsovereenkomst gemeente/afvalintercommunale en het kringloopcentrum

 

De gemeente Lier vertegenwoordigd door de heer Frank Boogaerts - burgemeester en mevrouw Katleen Janssens - secretaris, in uitvoering van een besluit van

de gemeenteraad d.d........................... hierna genoemd 'de gemeente'

EN

De afvalintercommunale IVAREM, vertegenwoordigd door de heer Jos Boeckx, algemeen directeur, in uitvoering van een besluit van de raad van bestuur van 22 augustus 2014 hierna genoemd

'de afvalintercommunale'

EN

Het kringloopcentrum Opnieuw & Co vzw gevestigd te Mortsel, Vredebaan 76

vertegenwoordigd door de heer Koen Goemans - directeur hierna genoemd 'het kringloopcentrum'

 

Preambule

 

De gemeente is vanuit haar zorgplicht verantwoordelijk en bevoegd voor het huishoudelijk afval.

De gemeente heeft het beheer van het huishoudelijk afval overgedragen aan IVAREM.

De gemeente wil het kringloopcentrum vergoeden voor de dienstverlening aan de bevolking en de lokale tewerkstelling.

IVAREM wil de vergoedingen aan de kringloopcentra beperken tot het effectief hergebruik en selectiviteit (hoge hergebruikratio) belonen.

De steden en gemeenten willen de vergoedingen aan de kringloopcentra harmoniseren.

 

 

Artikel 1. Juridisch kader

 

De gemeente stimuleert producthergebruik en sluit hiertoe een overeenkomst af met een door de OVAM erkend kringloopcentrum. 

 

Producthergebruik is het opnieuw aanwenden van een product en/of onderdeel in het afvalstadium voor hetzelfde doel of soortgelijk doel als waarvoor het oorspronkelijk bestemd was.

 

Herbruikbare goederen zijn alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die via het kringloopcentrum geschikt gemaakt kunnen worden voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken en platen, speelgoed en dergelijke.

 

 

Artikel 2. Inhoud van de opdracht

 

§ 1. Het kringloopcentrum zamelt op het grondgebied van de gemeente huishoudelijke goederen in met het oog op producthergebruik.

 

§ 2. De gemeente/IVAREM verleent toelating aan het kringloopcentrum om herbruikbare huishoudelijke goederen in te zamelen. De inzameling betreft zowel de aanvaarding in het hergebruikcentrum als de ophaling aan huis op afspraak en op het containerpark.

 

Artikel 3. Wederzijdse doorverwijzing en sensibilisering

 

§ 1. De gemeente/IVAREM vermeldt in haar sensibiliserings- en informatiecampagnes omtrent het gemeentelijk afvalstoffen- en materialenbeleid steeds de mogelijkheid voor de inwoners om herbruikbare goederen rechtstreeks bij het kringloopcentrum of de kringloopcontainer op het containerpark aan te leveren, of op te laten halen door het kringloopcentrum. De gemeente/IVAREM bewaakt bij alle inzamelacties op haar grondgebied de mogelijke meerwaarde voor hergebruik en brengt waar nodig diensten en partners samen met het kringloopcentrum.

 

§ 2. Het kringloopcentrum zal bij aanmelding van niet-herbruikbare goederen de inwoners in eerste instantie doorverwijzen naar de ophaaldiensten van IVAREM of naar het containerpark. Het kringloopcentrum beschikt over de correcte gegevens om die informatie aan de inwoners te kunnen verschaffen.

 

§ 3. Het kringloopcentrum en de gemeente/IVAREM verbinden zich er toe om samen te werken rond sensibilisering naar de burger op vlak van producthergebruik. In onderling overleg wordt afgesproken via welke manier dat kan gebeuren (website, infokrantje, pers, campagnes …).

 

 

Artikel 4. Restfractie van het kringloopcentrum

 

§ 1. Met de restfractie van het kringloopcentrum worden de materialen bedoeld die door het kringloopcentrum niet kunnen worden verkocht voor hergebruik. Die omvatten zowel de nog recycleerbare fracties als de te verwijderen fracties.

 

§ 2. Het kringloopcentrum is verantwoordelijk voor de correcte opslag en afvoer van de recycleerbare fractie en de te verwijderen fractie.

 

§ 3. Rond de recycleerbare fractie en de te verwijderen fractie worden de volgende concrete afspraken gemaakt:

 

1)Het kringloopcentrum draagt alle kosten en ontvangt alle opbrengsten voor de afvoer en de verwerking van de restfractie.

2)Het kringloopcentrum bezorgt jaarlijks aan de intercommunale alle nodige gegevens betreffende de afvoer en de verwerking van de restfractie.

 

 

Artikel 5. Vergoeding en facturatie

 

§ 1. De gemeente/IVAREM betaalt een vergoeding aan het kringloopcentrum voor het inzamelen, klaarmaken voor verkoop en verkopen van de hergebruikte goederen. De vergoeding is gebaseerd op het aantal inwoners in combinatie met een vergoeding op basis van de hoeveelheid hergebruik en wordt berekend als volgt:

 

1)Het kringloopcentrum ontvangt van de gemeente een vergoeding gebaseerd op het aantal inwoners.

a.Het bedrag van de vergoeding bedraagt  1,40 EUR/inwoner (excl. btw).

b.Voor de berekening van het aantal inwoners wordt gebruikgemaakt van het Rijksregister (situatie op 1 januari van het huidige jaar).

c.Dit bedrag wordt jaarlijks op 1 januari geïndexeerd op basis van de index der consumptieprijzen met als basisjaar 2013 (= 100). Als aanvangs-index wordt deze van de maand december 2014 genomen en bij elke indexatie de index de maand december van het jaar voorafgaand aan de indexatie.

e.De gemeente betaalt de vergoeding uit bij aanvang van elk nieuw jaar na ontvangst van de factuur van het kringloopcentrum door storting op het rekeningnummer van het kringloopcentrum.

 

2)Het kringloopcentrum ontvangt van IVAREM een vergoeding op basis van de hoeveelheid lokaal hergebruik.

 

De formule voor de berekening van de vergoeding is als volgt:

De hoeveelheid hergebruik is de rechtstreeks van huishoudens en van het containerpark ingezamelde hoeveelheid min de hoeveelheid doorgestuurd aan niet particuliere personen.

a.Het kringloopcentrum registreert per gemeente/stad het aantal en de omschrijving van de opgehaalde en binnengebrachte huishoudelijke herbruikbare producten en eventueel aanverwante producten. De berekening naar gewichten gebeurt op basis van de door OVAM goedgekeurde artikeltypelijst of door het gebruik van werkelijk gewogen gewichten (indien weegbalans aanwezig). Producten afkomstig van niet-huishoudens (bedrijven, winkels, horeca, scholen, openbare diensten …) mogen niet in rekening worden gebracht.

b.Jaarlijks bezorgt het kringloopcentrum per gemeente/stad een overzichtsrapport aan IVAREM van het aantal ingezamelde herbruikbare producten en eventueel aanverwante producten en een overzichtsrapport van het aantal producten die effectief opnieuw werden hergebruikt (daarbij wordt voor alle gemeenten en steden een gelijke hergebruikratio toegepast). Eveneens wordt per jaar een overzicht bezorgd van de voor recyclage en voor eindverwerking afgevoerde afvalstoffen met vermelding van de verwerker.

c.De hergebruikratio is het quotiënt van de effectief hergebruikte hoeveelheid gedeeld door de totale ingezamelde hoeveelheid.

d.Het bedrag van de vergoeding bedraagt 0,14 EUR/kg (excl. btw) voor de hoeveelheid hergebruik (uitgedrukt in kg) vermenigvuldigd met de vierkantswortel van de hergebruikratio en wordt beperkt tot 0,60 EUR per inwoner.

e.Dit bedrag wordt jaarlijks op 1 januari geïndexeerd op basis van de index der consumptieprijzen met als basisjaar 2013 (= 100). Als aanvangs-index wordt deze van de maand december 2014 genomen en bij elke indexatie de index de maand december van het jaar voorafgaand aan de indexatie. IVAREM betaalt na afsluiting van het eerste semester een voorschot op de vergoeding op basis van de gegevens van het eerste semester en het hergebruikpercentage van het voorbije jaar. De afrekening van de volledige vergoeding vindt plaats na goedkeuring van het jaaroverzicht en na verificatie van het jaaroverzicht door de OVAM. De betalingen zullen plaatsvinden na ontvangst van de factuur van het kringloopcentrum door storting op het rekeningnummer van het kringloopcentrum.

 

 

Artikel 6. Toezicht

 

§ 1. De gemeente, IVAREM en het kringloopcentrum oefenen toezicht uit op de naleving van deze overeenkomst. Op eenvoudige vraag worden alle nodige inlichtingen verstrekt en kunnen gegevens met betrekking tot deze overeenkomst worden geraadpleegd.

 

§ 2. Deze overeenkomst kan gewijzigd worden mits schriftelijk akkoord van alle partijen.

 

Artikel 7. Duur

 

Deze overeenkomst treedt in werking op 1 juli 2015 en loop tot 31 december 2019. De overeenkomst kan vanaf 30 juni 2019 door elk der partijen jaarlijks opgezegd worden mits inachtneming van een opzegtermijn van 6 maanden.

 

 

Artikel 8. Slotbepaling

 

§ 1. Deze overeenkomst is opgesteld in vier exemplaren te ........ op  ................ en wordt

ondertekend door de vertegenwoordigers van alle partijen, die hiermee verklaren elk een exemplaar te hebben ontvangen.

 

§ 2. Eén ondertekend exemplaar wordt aan de OVAM, Stationsstraat 110, 2800 Mechelen toegestuurd ter informatie.

 

 

 

 

Juridische grond

 

VLAREMA legt een samenwerking tussen de stad en een kringloopcentrum op.  Het werkingsgebied van een kringloopcentrum is regio gebonden en wettelijk vastgelegd.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

5.4.2.2.

stimuleren van burgers om afgedankte maar nog bruikbare spullen voor hergebruik aan te bieden

 

 

 

 

overeenkomst IVAREM zonder textiel met verhoogde bijdrage

kosten stad

49.000 euro + BTW (6%)

bijdrage IVAREM

21.000 euro + BTW

 

 

 

 

 

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

4 onthoudingen: Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de overeenkomst tussen IVAREM, stad Lier en het kringloopcentrum Opnieuw & Co vzw voor het inzamelen van herbruikbare huishoudelijke goederen.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

1

1

Opnieuw & Co vzw

OCMW Lier

IVAREM

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

VACANT VERKLAREN 2 FUNCTIES VAN INSPECTEUR VAN POLITIE BIJ DE LOKALE POLITIE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 houdende het personeelskader van de lokale politie.

 

Feiten en context

Met het hiervoor vermelde gemeenteraadsbesluit werd de personeelsformatie vastgesteld van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader.

Het personeelslid Patrick Van Mele zal de politiezone Lier verlaten op 01/09/2015 ingevolge de mobiliteitsronde 2015-01 en de daaruit volgende benoeming in de politiezone Antwerpen.

Het personeelslid Katleen Beirinckx zal de politiezone Lier verlaten op 01/10/2015 ingevolge haar benoeming tot aspirant-commissaris bij de federale politie.

 

Juridische grond

Wet van 07/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, herhaaldelijk aangepast en aangevuld, in het bijzonder artikel 56.

Koninklijk Besluit van 30/03/2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/11/2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/12/2005 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, specifiek het gedeelte dat handelt over de mobiliteit.

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 dat de formatie van het operationeel en administratief en logistiek personeel van de lokale politie Lier vaststelt.

Ministeriële omzendbrief GPI15bis en errata betreffende de mobiliteitscyclus.

Ministeriële omzendbrief BA/2001/13 van 07/09/2001 van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap betreffende de lokale politie, eengemeentezone en meergemeentezones : administratief toezicht, specifiek toezicht en gewoon toezicht.

 

Argumentatie

De personeelsleden Patrick Van Mele en Katleen Beirinckx zullen de politiezone Lier verlaten op respectievelijk 01/09/2015 en 01/10/2015.

Alzo worden 2 betrekkingen van inspecteur van politie binnen het basiskader vacant.  Beide personeelsleden behoren momenteel tot de dienst interventie die de eerstelijnspolitiezorg verzorgt.

Het artikel VI.II.12bis voorziet dat elke zone van lokale politie van categorie 2 of 3 jaarlijks 10% van de vacante betrekkingen, met een minimum van 1 betrekking, toewijst aan personeelsleden van het operationeel kader die ten minste 40 jaar zijn en gedurende ten minste 10 jaar zijn aangewezen voor een betrekking op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en die een betrekking postuleren buiten dit Gewest.  Daartoe wordt, in voorkomend geval, een voorrang toegekend aan de personeelsleden die aan deze voorwaarden beantwoorden.  Deze functie wordt in dit kader aangeboden.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

Er worden 2 functies van inspecteur van politie binnen het operationeel kader van de lokale politie vacant verklaard.

 

Art 2 :

Als wijze van selectie van de vacante betrekkingen wordt aangeduid : het inwinnen van het advies van de plaatselijke selectiecommissie die is samengesteld uit :

Voorzitter :

Dhr. Werner Cazaerck, hoofdcommissaris-korpschef of zijn vervanger

Leden :

De heer Alfons Claes, commissaris van politie of zijn vervanger

De heer Patrick Vanbeveren, hoofdinspecteur van politie of zijn vervanger

Secretaris :

Mevrouw Marianne Ceusters of haar vervanger.

 

Art 3 :

Deze betrekkingen zijn betrekkingen in het kader van artikel VI.II.12bis van het K.B. van 20/12/2005 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 29 juni 2015

 

INTERPELLATIES

 

Interpellatie 1 : van Katrien Vanhove i.v.m. winsten IVAREM boekjaar 2014

 

Tijdens de gemeenteraad van mei kregen we inzage in de jaarrekening van Ivarem. Hieruit bleek dat er in het boekjaar 2014 een flinke winst van meer dan 6 miljoen euro geboekt werd door Ivarem. Verder konden we in de pers lezen dat Ivarem 8 miljoen euro zal investeren in een nieuw gebouw.

Sinds 2014 betaalt elk gezin in de gemeenten die aangesloten zijn bij Ivarem een bijkomende forfaitaire afvaltaks van meer dan 50 EUR. Alleenstaanden, kleine of grote gezinnen, iedereen betaalt even veel. Daarnaast gingen ook de prijzen van de afvalophaling en het containerpark omhoog. Meer dan een jaar geleden vroegen we vanuit de Groen-fractie om de afvaltaks niet door te voeren. Dit gebeurde wel en de Lierenaar kreeg op geen enkele manier een compensatie (onder de vorm van een ruimere dienstverlening bijvoorbeeld) in de plaats.

 

Nu blijkt dat Ivarem een grote winst boekt, plaatst de Groen-fractie opnieuw vraagtekens bij de afvaltaks.

 

Daarom hebben we de volgende vragen:

 

1.Waarom wordt de afvaltaks niet afgeschaft? Deze is immers ecologisch en sociaal onrechtvaardig. Om financiële redenen moet Ivarem deze ook niet behouden aangezien er een behoorlijke winst geboekt wordt.

2.Indien de afvaltaks niet afgeschaft wordt, op welke compensatie kan de Lierenaar rekenen? Zal er bijvoorbeeld zoals in Mechelen een ophaling van de roze zak gebeuren? Of zal er een andere compensatie zijn?

 

 

Interpellatie 2 : van Olivier Peeters i.v.m. gevolgen jaarrekening IVAREM

 

Uit de laatste jaarrekening van Ivarem blijkt dat de organisatie voor het tweede jaar op rij miljoenen winst genereerd.

 

De Lierenaars en Hooiktenaars betalen intussen handenvol geld voor afvalverwerking, waaronder een bijkomende afvaltaks van 54 euro per jaar die begin 2014 werd ingevoerd.

 

Mijn  vragen zijn dan ook de volgende:

 

-Hoe staat het stadsbestuur tegenover de indrukwekkende winstcijfers van Ivarem?

 

-In welke mate zal dit geld terugvloeien naar de aangesloten steden en gemeenten?

 

-Welke maatregelen nam het stadsbestuur om het financiële overschot van Ivarem om te zetten in een verlaging en/of afschaffing van de afvaltaks?

 

-Welke resultaten werden hieromtrent geboekt?

 

 

 

Interpellatie 3 : van Marcel Taelman i.v.m. vernieuwing parkeermeters

 

In de ondergrondse parking en op het grondgebied Lier zijn de parkeermeters allemaal vernieuwd. Graag had ik hier de volgende vragen over gesteld:

 

1)Wat is de reden voor het vernieuwen van al de parkeermeters?

2)Hoeveel oude zijn er weggehaald en hoeveel nieuwe zijn er geplaatst? Werd bij het plaatsen van de nieuwe parkeermeters rekening gehouden met de maximale wandelafstand?

3)Waarom zijn er meters waar je met geld en kaart kan betalen, en waarom kan het bij andere alleen met kaart? Op welke basis is vastgesteld wat soort van meters waar moesten komen?

4)Waarom moeten de burgers nu ineens hun nummerplaat ingeven voor zij kunnen betalen? Wat zijn de gevolgen indien een verkeerde nummerplaat wordt ingegeven?

5)Is er niet gedacht aan (oudere) mensen die geen betaalkaart bezitten, of zelfs hun kaart niet bij hebben?

6)Wat is de reden dat in de parkeergarage de meter op verdieping – 1 alleen kan betaald worden met kaart en op verdieping – 2 met kaart of geld?

 

 

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019