Zitting van 26 oktober 2020
INTERPELLATIES
MOTIVERING
Interpellatie 1 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. stand van zaken omtrent de gevolgen van de golvende corona-crisis voor de maatschappelijke dienstverlening in Lier-Hooikt
Deze interpellatie vloeit voort uit onrustwekkende evoluties waarover de pers recent berichtte. Ik pik er enkele uit:
• Er is een grote toename van mensen die beroep doen op de voedselbanken. De vraag naar gratis voeding steeg landelijk genomen van 115 000 hulpbehoevenden in 2010 naar 195 000 dit jaar (cijfer juni 2020). De stijging ligt vooral bij alleenstaande ouders en ouderen. De voedselpakketten zijn dikwijls ook niet meer aanvullend, maar essentieel.
• 4 op 10 Vlamingen vrezen dat de corona-crisis hen in financiële problemen zal brengen en besparen reeds op niet levensnoodzakelijke uitgaven.
• De Armoedebarometer van Decenniumdoelen, een samenwerking van armoedeorganisaties, sociale bewegingen en wetenschappers van de Universiteit Antwerpen, meet al sinds 2008 hoe het gesteld is met de armoede in de 300 Vlaamse gemeenten. Dat gebeurt op basis van 16 indicatoren, waaronder cijfers over kinderarmoede, het aantal budgetmeters, sociale woningen, kansarmoede en onderwijsarmoede. Uit het nieuwe rapport blijkt dat het risico op armoede in de afgelopen twaalf jaar absoluut niet gunstig geëvolueerd is. Vooral in de gemeenten rond Antwerpen en Brussel, zoals Lier, Vilvoorde en Denderleeuw, gaat het de verkeerde kant op met de armoedecijfers. De dieprode cijfers in Lier zijn daarbij extra opvallend, omdat Lier het ruim 10 jaar geleden nog goed deed, maar dan pijlsnel achteruit ging.
Gezien deze verontrustende evoluties heb ik dan ook volgende vragen:
• Is er bij het OCMW van onze stad een stijging van het aantal vragen om hulp gekoppeld aan de corona-crisis ? Zo ja, om welk soort vragen gaat het dan ? Graag een overzicht daarvan met het aantal vragen per thema.
• Heeft er zich sinds de aanvang van de corona-crisis een nieuwe groep van cliënten aangeboden: mensen die in het verleden geen contact hadden met het OCMW? Zo ja, welk profiel hebben die cliënten?
• Winkelen is tijdens de corona-crisis onmiskenbaar duurder geworden. De gestegen kostprijs weegt zwaarder door voor mensen die reeds voor de crisis hulpbehoevend waren. Wat doet ons OCMW concreet voor die cliënten?
• Denkt het OCMW alle inwoners die maatschappelijke hulp kunnen gebruiken en meer bepaald slachtoffers van de corona-crisis, te bereiken ? Zo ja, graag toelichting over de toegepaste methodiek. Zo niet, hoe zal daaraan verholpen worden?
• Een veelal verdoken maar tijdens de corona-crisis toegenomen probleem is dat van intra-familiaal geweld. Heeft het OCMW zicht op die problematiek in onze stad? Hoe wordt daar mee omgegaan wanneer intra-familiaal geweld wordt vastgesteld / gemeld / vermoed?
• Eenzelfde vraag geldt voor de problematiek van de vereenzaming.
• Sommige gemeenten berichten dat hun OCMW nog nauwelijks tot niet meer kan voldoen aan de vraag van cliënten om een betaalbare huurwoning. Voor één woning meldt zich een tienvoud aan kandidaten. Kent ook onze stad dat probleem?
Het Vlaams Belang verzoekt om een ruime toelichting over alle facetten van de maatschappelijke dienstverlening die aan deze vragen verbonden zijn. Dat gaat om initiatieven die het OCMW van onze stad zelf neemt, los van federale of Vlaamse initiatieven voor het ondersteunen van hulpbehoevenden, maar ook over de manier waarop het OCMW met federale en Vlaamse toelagen omspringt.
Het Vlaams Belang heeft altijd gesteld dat een politiek die armoede wil bestrijden niet alleen mensen uit de armoede moet halen, maar er ook moet voor zorgen dat bestaansonzekeren niet in de armoede vallen. Als principe geldt dat tewerkstelling de basisbescherming tegen armoede is. In het voeren van een aanbodbeleid en het voorzien in individuele trajecten naar werk, kunnen de lokale sociale diensten absoluut een rol spelen. Corona doet echter veel communicatie via telefoon of digitale middelen verlopen. In dit kader kan dat een rem zijn.
• Hoe verloopt de arbeidstrajectbegeleiding in onze gemeente momenteel?
• Hoeveel cliënten van het OCMW maken daar gebruik van?
Antwoord Schepen Annemie Goris:
Beste,
Uw vraagstelling is bijzonder ruim en uitgebreid. Mijn suggestie zou zijn om hierover op een later tijdstip uitvoerig van gedachten te wisselen op een commissievergadering. Momenteel plooit elke medewerker binnen de sociale dienstverlening zich dubbel om de belangrijke sociale uitdagingen het hoofd te bieden. Ten gevolge van beperkingen van de corona-maatregelen is de werking op korte termijn drastisch aangepast en heruitgevonden naar een meer digitale en telefonische hulpverlening. Waar in onze hulpverlening nabijheid, vertrouwen, connectie zo belangrijk is, is dit een bijzonder moeilijke oefening. Niettegenstaande de moeilijke omstandigheden hebben we deze drastische omslag toch volop kunnen nemen.
In alle geval ligt de focus momenteel op de directe hulpverlening – en het ondervangen van de sociale gevolgen van de Corona-crisis; graag maken we uitvoerig ruimte – als de tijd daartoe geschikt is – om in te gaan op grondige analyse. Dit gezegd zijnde, ga ik graag in op specifieke onderdelen:
• In uw vraag, verwijst u naar de lokale armoedebarometer – waar Lier achteruitgang heeft geboekt gedurende de afgelopen 10 jaar. Het is zeker zo dat de sociale uitdagingen in Lier belangrijk zijn. Niettemin is enige nuance op zijn plaats op vlak van conclusies naar aanleiding van de armoedebarometer.
Hoewel het geen wedstrijd hoeft te zijn, is de vaststelling wel dat Lier beter scoort dan vergelijkbare gemeenten als Willebroek, Mol, Geel, Turnhout,…
De ‘score’ wordt berekend op basis van een gemiddelde van alle Vlaamse gemeenten. De sociale realiteit is echter dusdanig verschillend, dat vergelijkingen tussen gemeenten zeer relatief zijn. Maar nogmaals, dat de sociale uitdagingen in Lier reëel zijn, is absoluut waar.
Belangrijker echter dan wat zich ten opzichte van 10 jaar heeft afgespeeld, hetgeen een eeuwigheid is in termen van sociaal beleid, is wat er zich actueel afspeelt. Ik focus daarbij op 1 aspect: de kinderarmoede. U herinnert zich de ambitie van het bestuur om deze te halveren. Terwijl deze in Vlaanderen vanaf 2017 gestegen is, nam deze in Lier af – in tegenstelling dus tot de trend. Momenteel hebben we al een daling van 13% gerealiseerd van de vooropgestelde 50%. We zitten bijgevolg op koers om onze ambitie waar te maken. Ook andere indicatoren – zoals het aantal leefloners – wijzen erop dat de trend gekeerd is.
• De stijging van het aantal hulpvragen is reëel in Lier. In de periode januari – augustus 2020 klopten 80% méér cliënten aan met hulpvragen bij het OCMW dan in dezelfde periode vorig jaar. De hulpvragen waren zeer divers, volgende thema’s– soms met elkaar verweven –kwamen in belangrijke mate aan bod:
◦ Een belangrijk pakket aan vragen hield verband met financiële steunverlening in het algemeen, en het toekennen van voorschotten op sociale uitkeringen in het bijzonder. Vakbonden kwamen onder druk t.g.v. de toevloed aan werkloosheidsuitkeringen door tijdelijke werkloosheid; gezien deze de capaciteit ontbraken om deze snel te verwerken, trad het OCMW in de feiten op als laatste vangnet. Aanvragen voor een werkloosheidsuitkering kunnen (nu nog) maanden in beslag nemen vooraleer er een uitbetaling kan gebeuren. Maandelijkse voorschotten worden toegekend waar mensen de financiële reserves niet hebben om deze periode te overbruggen. Doordat deze diensten zo onder druk kwamen te staan was en is communicatie met vakbonden, hulpkas en RVA vandaag bijzonder moeilijk. Het OCMW ondersteunt mensen dus ook om hun dossiers correct in te dienen zodat ze hun sociale rechten kunnen uitputten.
◦ De rol van adviesverstrekker en katalysator naar correcte steun, begeleiding of informatie binnen het brede netwerk van sociale organisaties en instanties was deze periode des te meer aan de orde bij het OCMW. Er was meer tijd en intensieve hulp nodig om mensen door te verwijzen. Door de corona-maatregelen werd elke organisatie binnen het netwerk gedwongen om hun werking aan te passen. Het laagdrempelig en outreachend karakter dat zo belangrijk is bij hulpverlening kwam snel onder druk (zitdagen konden niet doorgaan, fysieke afspraken en huisbezoeken waren onmogelijk,…).
◦ Ook vragen rond dak- en thuisloosheid namen een belangrijk deel van de hulpverlening in beslag. T.g.v. de Corona-crisis slibte het aanbod aan crisisopvang dicht (omwille van het gebrek aan doorstroming, COVID besmettingen waardoor deze voorziening tijdelijk in lockdown ging); informele opvangstructuren konden – tgv een te groot risico van wisselende contacten – niet langer soelaas bieden. Het OCMW trad dan, ook rond dit thema, op als laatste vangnet. Van zodra de huurmarkt weer geopend was werd er fors ingezet op ondersteuning in het vinden van nieuwe woningen. Mensen worden verder geholpen door hun maatschappelijk assistent of door de mensen van het woonatelier. Verder wordt er ook ingezet op het voorkomen van dakloosheid door bemiddeling met huisbazen, en het fonds ter bestrijding van uithuiszetting.
◦ Verder was ook het thema ‘intra-familiaal geweld’ een belangrijk thema in het hulpverleningspakket van het OCMW. De medewerkers van het OCMW zijn vaak het eerste aanspreekpunt in deze situaties. Slachtoffers van IFG krijgen informatie en advies over hun rechten. Er wordt hen uitgelegd welke stappen ze kunnen ondernemen en waar nodig worden ze begeleid om toegang te vinden tot gespecialiseerde hulpverlening. Misschien nog wel belangrijker in deze situaties is de tijd die genomen wordt om hen gehoor en erkenning te geven wanneer ze eindelijk de stap zetten om hiermee naar buiten te komen.
• De ‘nieuwe cliënten’ die aanklopten, waren qua profiel zeer divers. Gemeenschappelijk was wel, dat er – méér dan voorheen – cliënten hulpvragen stelden met betrekking tot de thema’s die hierboven aan bod kwamen.
• Op vlak van de gestegen kostprijs van het winkelen heeft het OCMW concreet het volgende gedaan:
◦ Elke leefloner ontving tijdens de periode van juli tot en met december 2020 50€/maand extra om de gestegen kostprijs te ondervangen;
◦ Het OCMW heeft voedselcheques verdeeld, waarop ondertussen 278 gezinnen een beroep deden. Met deze waardebonnen, konden mensen inkopen doen in de sociale kruidenier en is zo ingezet op het verlagen van de druk van de gestegen winkelprijzen.
• Het OCMW maakt zich sterk dat ze maximaal inzet op het bereik van maatschappelijk kwetsbaren. Het is vanzelfsprekend niet evident te achterhalen of ALLE inwoners effect bereikt worden. Het OCMW kan daartoe geen resultaatverbintenis afsluiten, maar wel een inspanningsverbintenis. Een belangrijke methodiek, op basis waarvan het OCMW mensen actief opzoekt, is Straathoekwerk. Deze is er op gericht om ‘nieuwe mensen op te sporen’. Vanaf 1 oktober is dat team tijdelijk versterkt met een extra kracht om haar inspanningen in dit verband op te voeren. Op 28 juni sloot stad Lier een samenwerkingsovereenkomst met vzw Samenlevingsopbouw. Eén van de nieuwe onderdelen in die overeenkomst, gaat er over dat er huis aan huis bezoeken worden voorzien om actief mensen in armoede op te sporen. De vzw start hiermee vanaf eind oktober, in eerste instantie in de wijk Leuvensepoort. Verder investeert het OCMW actief in het benaderen van mensen, die getroffen zijn door de Coronacrisis: via data-uitwisseling gaat het OCMW aan de slag met het bereiken van specifiek getroffen mensen om hulpverlening aan te bieden.
• Zoals eerder aangegeven, is intrafamilaal geweld – versterkt door de Corona crisis – een belangrijk thema. Zo signaleert de politie meer signalen rond intrafamiliaal geweld, hetgeen een belangrijke indicator is voor de gestegen problematiek. Om die reden is vanaf 1 juli een nieuw samenwerkingsverband gestart met het Family Justice Center. Hulpverleners van deze organisatie gaan actief aan de slag met signalen, om de-escalatie te bevorderen. Dankzij die samenwerking, is een proces opgestart tussen het FJC, de lokale politie en het OCMW – van waaruit signalen worden opgepikt in overleg.
• In uw vraag verwijst u verder naar het thema vereenzaming. Op dit vlak hebben de lokale dienstencentra een spilfunctie opgenomen. We verwijzen in dit verband naar de proactieve contactnames van ouderen in Lier, naar het (vrijwilligers)ondersteuningsaanbod in coördinatie van de dienstencentra. In de reguliere hulpverlening van het OCMW, wordt dit thema evenzeer opgenomen – en verwezen naar ontmoetingsplekken als de dienstencentra, het sociaal restaurant,… De planning bestond erin om, in samenwerking met de seniorenverenigingen, een grootscheepse bevraging te organiseren in 2020 – waarin o.m. ook het thema vereenzaming aan bod kwam. Ten gevolge van de corona-crisis, is deze bevraging tijdelijk on hold gezet. Naast de focus op ouderen, is – i.s.m. de eerstelijnszone – ook ingezet op de problematiek van vereenzaming bij jongvolwassenen. I.s.m. diensten, is ingezet op detectie van de problematiek, en is een (digitaal) platform opgezet waar jongvolwassenen hierrond (anoniem) van gedachten konden wisselen.
• Het probleem van de huurwoningen waar er veel meer vraag dan aanbod is, is een probleem dat al jaren speelt en nu enkel nog maar meer op scherp is gesteld. Het spreekt voor zich dat de zwakkeren in de maatschappij het onderspit delven en dat mensen met een stabiel, hoog inkomen veel meer kans hebben op een woning dan mensen met een vervangingsinkomen. Gelukkig hebben we met LMH, SVK, huursubsidie, huurtoelage, voorschotten HWB en 1ste maand huishuur, installatiepremie,.. wel instrumenten om belangrijke hindernissen te overwinnen.
• Op vlak van het beleid rond trajectbegeleiding, kunnen we het volgende meegeven:
◦ Sinds het begin van de Corona crisis proberen we de werking van trajectbegeleiding zo volledig mogelijk te laten verlopen. Dit houdt in dat we nog steeds contacten met cliënten en werkplekken onderhouden, dat intakes nog steeds plaats vinden en dat mensen nog steeds georiënteerd worden richting werk of opleiding. Het spreekt voor zich dat fysieke contacten zeer beperkt verlopen (enkel in moeilijke situaties).
◦ Het team ATB wordt wel geconfronteerd met een beperkter aanbod, zowel richting werkplekken als bij opleidingen. Er zijn verschillende werkgevers met economische schade, met minder jobaanbod of zelfs failliet verklaard worden. Daarnaast werden in het voorjaar ook alle VDAB opleidingen opgeschort maar evengoed andere partners zoals Arktos die hun aanbod moesten inperken.
◦ Momenteel hebben we 132 lopende dossiers binnen ATB.
Er zijn verschillende projecten in opstart om te werken aan activering en aan de samenwerking met werkgevers.
BESLUIT
Art. 1 :
Kennisgenomen.