Lier

Zitting van 24 februari 2014

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

REGELING DER WERKZAAMHEDEN

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

MONDELINGE VRAGEN

 

Mondelinge vraag 1 : van Patrick Tersago (Vo-LK) i.v.m. Electrabel

 

Een tweetal weken geleden konden we via de pers vernemen dat de BBI een onderzoek is gestart naar mogelijke belastingontwijking bij Electrabel en Suez.

Hierdoor zouden de gemeenten serieuze financiële schade hebben geleden. Want 4 op de 5 gemeenten zijn aandeelhouder van Electrabel Customer Solutions en hebben door deze mogelijke belastingontwijking gedurende een aantal jaren (men spreekt sinds 2009) geen dividenden ontvangen.

Volgens minister Bourgeois zou het gaan om een bedrag dat kan oplopen tot 50 miljoen Euro.

De minister zou de gemeenten opgeroepen hebben actie te ondernemen en beloofde hiervoor ook de nodige ondersteuning.

 

Graag had ik een antwoord op volgende vragen gekregen:

         Is Lier aandeelhouder van Electrabel Customer Solutions?

         Zo ja, hoeveel aan dividenden zou Lier door deze mogelijke ontwijking misgelopen (kunnen) zijn?

         Gaat de stad inderdaad, zoals de minister vraagt, actie ondernemen?

 

 

Mondelinge vraag 2 : van Annemie Goris (N-VA) i.v.m. Electrabel

 

Dit weekend lekte in de krant De Tijd een vertrouwelijk rapport van de energieregulator CREG uit waaruit zou blijken dat GDF Suez zijn Belgische dochter Electrabel in 2012 minstens een half miljard euro te veel heeft aangerekend voor gas. Zowel de Belgische fiscus als de gemeenten - die normaal een dividend ontvangen - en de consumenten waren hiervan de dupe.

Vier op de vijf gemeenten zijn aandeelhouder van Electrabel en hebben dus geen winstuitkering gekregen. Bourgeois raadt de gemeenten aan om een buitengewone algemene vergadering bijeen te roepen om tekst en uitleg te krijgen. Ook al omdat hij gehoord heeft over een "omgekeerde stroom", waarbij de gemeenten niet alleen geld mislopen, maar ook nog eens zelf zouden moeten bijdragen.

Graag had ik vernomen wat de visie van de stad Lier hieromtrent is en welke stappen het stadsbestuur al dan niet zal ondernemen.

 

 

Mondelinge vraag 3 : van Marcel Taelman (Vlaams Belang) i.v.m. Huibrechtstraat

 

Het antwoord op mijn schriftelijke vraag over de parkeermeter in de Huibrechtstraat heeft helemaal geen duidelijkheid gegeven, vandaar deze mondelinge vraag.

 

Zo antwoordde de schepen dat de parkeermeter volgens het reglement op de juiste plaats staat, op 100 meter afstand.

 

Graag had ik nog volgende vragen gesteld:

1)Is de schepen er van op de hoogte dat de eerste parkeerplaatsen op meer dan 100 meter afstand liggen?

 

2)Valt het goed te keuren dat de parkeermeter in de hele straatlengte niet te zien is?

 

3) Is het normaal dat er geen enkele aanduiding te bespeuren is waar de parkeermeter juist staat?

 

3)Hoe komt het dat op de paal met het verkeersbord “zone 3” onderaan een klein bordje hangt met een pijl naar “zone 2”? Is de plaats waar de meter “zone 3” staat dan niet belangrijk?

 

 

Mondelinge vraag 4: van Kristof Buelens (N-VA) i.v.m. Zonevreemd gebouw Grote Markt

 

De laatste tijd word ik herhaaldelijk aangeklampt door Lierenaars die mij de vraag stellen wat - en ik citeer - "de bedoeling is van dat nieuwe, niet in het geheel passende, gebouw op de Grote Markt".

 

Ook op Facebook is er op de nostalgische pagina: "Ge zijt van Lier als..." (een pagina met 3.500 vind-ik-leuks) een verder aanzwellend ongenoegen merkbaar over - en ik citeer opnieuw - "zulke niet-in-de-omgeving-passende creaturen."

 

U merkt het, beste schepen, heel wat Lierenaars zijn enorm gehecht aan het historische karakter van onze Grote Markt.

 

Ook de N-VA-fractie is een vurige pleitbezorger van dit historisch karakater. Vandaar volgende vragen voor de schepen:

1) Zijn zulke gebouwen, zonder te willen oordelen over het subjectieve begrip 'schoonheid', wel op hun plaats gezien het historische uitzicht van onze Grote Markt?

 

2) Beschikt de stad over de nodige instrumenten om zulke gebouwen, die niet passen in het historische plaatje, in de toekomst te weren van een plek als onze Grote Markt?

 

3) Indien ja, welke maatregelen zullen er in de toekomst door het stadsbestuur genomen worden om het historische karakter van de Lierse binnenstad te vrijwaren?

 

 

Mondelinge vraag 5: van Katrien Vanhove (GROEN) i.v.m. Besteding middelen kinderarmoede

 

Vlaams minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding Ingrid Lieten trekt 4,5 miljoen EUR uit voor het lokaal bestrijden van kinderarmoede. De afgelopen drie jaar werd er volop geëxperimenteerd met allerlei lokale projecten. Nu zijn er middelen om zulke inspanningen structureel te verankeren.

 

Ook de stad Lier komt in aanmerking voor deze nieuwe subsidiëring. Lier kan aanspraak maken op 45.945,69 EUR.

 

Niet elke Vlaamse gemeente kan rekenen op extra geld. Voor het bepalen van de lijst van gemeenten die er wel voor in aanmerking komen, werd er rekening gehouden met verschillende indicatoren. Dat onze stad op deze lijst voorkomt, geeft aan dat Lier hoog scoort op alle of enkele van deze indicatoren en toont aan dat Lier heel wat kinderen en jongeren in armoede of met een armoederisico telt.

 

Uit het voorgaande volgen deze vragen:

 

1)      Op welke beleidsdomeinen zal er getracht worden om de kinderarmoede te bestrijden?

2)      Het meerjarenplan vermeldt in het kader van de middelen verkregen via het decreet lokaal jeugdbeleid al enkele acties die gericht zijn op maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren. Met deze middelen wordt voornamelijk op personeel ingezet. Zal dit ook gebeuren met deze bijkomende middelen?

3)      Welke acties zullen met deze middelen worden opgezet?

 

 

Mondelinge vraag 6: van Olivier Peeters (Vlaams Belang) i.v.m. Aankondiging werkzaamheden via persoonlijke webstek van de bevoegde schepen

 

Schepen van Openbare Werken en Mobiliteit Bert Wollants lanceert een nieuwe manier om de Lierenaars en Hooiktenaars te informeren over de werkzaamheden in de stad. Aan de hand van een digitaal stratenplan wordt aangekondigd welke werken de komende jaren in  de stad zullen plaatsvinden.

 

De digitale kaart is blijkbaar enkel te raadplegen via de persoonlijke webstek van de bevoegde schepen. In de lokale pers wordt het initiatief alvast voorgesteld als “een mooi voorbeeld van modern, transparant en klantvriendelijk beleid”.

 

Mijn vragen zijn hierover de volgende:

 

         Klopt het dat het digitale plan enkel raadpleegbaar is via de persoonlijke webstek van de bevoegde schepen?

         Is dit initiatief gedragen door het voltallige college van burgemeester en schepenen?

         Waarom wordt stedelijke informatie als deze niet in de eerste plaats kenbaar gemaakt via de officiële informatiekanalen van de stad?

 

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

VERSLAG GEMEENTERAAD 27/01/2014. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeenteraad vergaderde op 27 januari 2014.

 

Juridische grond

Gemeentedecreet

 

Argumentatie

Tijdens de zitting van de gemeenteraad van 27 januari 2014 was schepen Bert Wollants niet aanwezig vanaf punt 3 tot en met punt 20. Het verslag zal op basis van deze opmerking aangepast worden.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 27 januari 2014 goed te keuren mits de aanpassing van de afwezigheid van schepen Bert Wollants vanaf punt 3 tot en met punt 20.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

GEMEENTERAADSCOMMISSIES: WIJZIGING SAMENSTELLING. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 2 januari 2014 werden de gemeenteraadscommissies samengesteld.

 

Feiten en context

De stad ontving een mail van de heer Olivier Peeters, namens de Vlaams Belangfractie, waarin verschillende wijzigingen in de verschillende commissies vervangingen gebeuren.

 

In onderstaand overzicht staan de wijzigingen in de verschillende commissies opgelijst:

Commissie

Huidig afgevaardigde

Nieuw aangeduid afgevaardigde

Commissie 1 (veiligheid, communicatie, integratie, politie en brandweer)

Taelman Marcel

Peeters Olivier

Commissie 2 (stadsontwikkeling, ruimtelijke ordening en wonen)

Cornelis Ella

Cornelis Ella

Commissie 3 (jeugd, erfgoed, musea, toerisme, evenementen, gezinsbeleid en

kinderopvang)

Taelman Marcel

Peeters Olivier

Commissie 4 ( lokale economie, natuur en milieubeheer, afvalbeheer en duurzame

ontwikkeling)

Taelman Marcel

Peeters Olivier

Commissie 5 (openbare ruimte en mobiliteit)

Taelman Marcel

Taelman Marcel

Commissie 6 (sport, cultuur, onderwijs en bibliotheek)

Taelman Marcel

Taelman Marcel

Commissie 7 (personeel, loketwerking, wijkwerking en burgerlijke stand)

Cornelis Ella

Cornelis Ella

Commissie 8 (financiën en stadspatrimonium en verzelfstandigingen)

Cornelis Ella

Peeters Olivier

Commissie 9 (welzijn, senioren en gehandicapten)

Cornelis Ella

Cornelis Ella

 

 

Juridische grond

Gemeentedecreet

Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de wijziging in de samenstelling van de gemeenteraadscommissies.

 

Samenstelling commissies van 24 februari 2014:

 

Commissie 1 (veiligheid, communicatie, integratie, politie en brandweer)

Burgemeester: Frank BOOGAERTS

Boogaerts Frank

N-VA

Buelens Kristof

N-VA

Verheyden Kelly

N-VA

Wagner Christina

N-VA

Van den Plas Christel

Open Vld

Taspinar Öztürk

sp.a

Van Eester Gert

CD&V

Peeters Olivier

Vlaams Belang

 

 

Commissie 2 (stadsontwikkeling, ruimtelijke ordening en wonen)

Verheyden Kelly

N-VA

Wagner Christina

N-VA

De Koninck Hilde

N-VA

Grootaers Walter

Open Vld

Van den Plas Christel

Open Vld

Cinar Memet

sp.a

Cornelis Ella

Vlaams Belang

Breugelmans Koen

CD&V

 

Commissie 3 (jeugd, erfgoed, musea, toerisme, evenementen, gezinsbeleid en kinderopvang)

Verwaest Rik

N-VA

Van Damme Jenny

N-VA

Goris Annemie

N-VA

Wagner Christina

N-VA

Degirmenci Yahya

Open Vld

Callaerts Freddy

sp.a

Van Eester Gert

CD&V

Peeters Olivier

Vlaams Belang

 

Commissie 4 ( lokale economie, natuur en milieubeheer, afvalbeheer en duurzame ontwikkeling)

Herijgers Lucien

N-VA

Goris Annemie

N-VA

Verheyden Kelly

N-VA

De Koninck Hilde

N-VA

Van den Plas Christel

Open Vld

Cinar Memet

sp.a

Peeters Ludo

CD&V

Peeters Olivier

Vlaams Belang

 

Commissie 5 (openbare ruimte en mobiliteit)

Wollants Bert

N-VA

Van Damme Jenny

N-VA

Goris Annemie

N-VA

Buelens Kristof

N-VA

Degirmenci Yahya

Open Vld

Callaerts Freddy

sp.a

Taelman Marcel

Vlaams Belang

Breugelmans Koen

CD&V

 

Commissie 6 (sport, cultuur, onderwijs en bibliotheek)

Wagner Christina

N-VA

Buelens Kristof

N-VA

Van Damme Jenny

N-VA

Andries Ivo

N-VA

Degirmenci Yahya

Open Vld

Callaerts Freddy

sp.a

Breugelmans Koen

CD&V

Taelman Marcel

Vlaams Belang

 

Commissie 7 (personeel, loketwerking, wijkwerking en burgerlijke stand)

Pets Rik

N-VA

De Koninck Hilde

N-VA

Wagner Christina

N-VA

Goris Annemie

N-VA

Leyzen Sabine

Open Vld

Van der Wee Jef

sp.a

Van Eester Gert

CD&V

Cornelis Ella

Vlaams Belang

 

Commissie 8 (financiën en stadspatrimonium en verzelfstandigingen)

De Wit Anja

N-VA

Van Damme Jenny

N-VA

Goris Annemie

N-VA

Buelens Kristof

N-VA

Leyzen Sabine

Open Vld

Van der Wee Jef

sp.a

Peeters Olivier

Vlaams Belang

Peeters Ludo

CD&V

 

Commissie 9 (welzijn, senioren en gehandicapten)

Van Damme Jenny

N-VA

Verheyden Kelly

N-VA

De Koninck Hilde

N-VA

Vanderpoorten Marleen

Open Vld

Leyzen Sabine

Open Vld

Cinar Memet

sp.a

Cornelis Ella

Vlaams Belang

Peeters Ludo

CD&V

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

INDICATOREN IN HET KADER VAN DE VLAAMSE BELEIDSPRIORITEITEN. KENNISNAME

 

MOTIVERING

 

Feiten en context

Het Vlaamse gewest heeft beslist om, vanaf het boekjaar 2014, subsidies op een uniforme manier te verwerken.

De Vlaamse beleidsprioriteiten zijn de krijtlijnen die de Vlaamse overheid heeft uitgetekend om een gericht beleid te kunnen voeren.

De steden en gemeenten krijgen de mogelijkheid om samen met de Vlaamse overheid deze Vlaamse beleidsprioriteiten te realiseren; in ruil daarvoor kunnen zij subsidies ontvangen.

Bij de opmaak van de “Meerjarenplanning 2014-2019” is een bewuste keuze gemaakt om, waar mogelijk, mee te werken aan de uitvoering van de Vlaamse Beleidsprioriteiten.

In concreto betekent dit dat in de meerjarenplanning van de stad bij de relevante acties de opgelegde codes vermeld worden, en dat bij die acties ook indicatoren opgenomen zijn om de realisatie ervan te kunnen opvolgen en evalueren.

In bijlage vindt u een overzicht van alle acties waarbij de stad verplicht is een indicator te bepalen, dit zijn de beleidsdomeinen “Sport”; “Integratie” en “Flankerend Onderwijsbeleid” én de indicatoren van “Gemeentelijk Cultuurbeleid” die samen met “Sport”; “Integratie” en “Flankerend Onderwijsbeleid” opgevolgd worden.

Voor de andere beleidsdomeinen zijn bijgevolg geen indicatoren in de “Meerjarenplanning 2014-

2019” opgenomen.

Deze registraties zijn noodzakelijk voor de rapportering naar de Vlaamse overheidsdiensten, zodat deze diensten de realisaties van de stad op een gestructureerde wijze kunnen opvolgen en beoordelen en aan de hand daarvan beslissen of de stad in aanmerking komt voor de bijhorende subsidies.

 

 

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de indicatoren in het kader van de Vlaamse beleidsprioriteiten.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

KENNISGEVING GOEDKEURING ZONAAL VEILIGHEIDSPLAN 2014-2017. KENNISNAME

 

MOTIVERING

Feiten en context

De Zonale Veiligheidsraad is belast met de bespreking en de voorbereiding van het Zonaal Veiligheidsplan alsook met de evaluatie van het vorig Zonaal Veiligheidsplan.  Dit vierjaarlijks plan, omvat o.a. de prioritaire opdrachten en doelstellingen vastgesteld door de burgemeester en de procureur des Konings en de opdrachten en doelstellingen die eigen zijn aan de zone.

Dit Zonaal Veiligheidsplan wordt, rekening houdend met het Nationaal Veiligheidsplan, voorbereid door de Zonale Veiligheidsraad en na goedkeuring door de burgemeester en de procureur des Konings voor goedkeuring voorgelegd aan de ministers van binnenlandse zaken en van justitie.

De meenteraad wordt ingelicht over het goedgekeurd plan, met uitzondering van de gedeelten of gegevens die door de Zonale Veiligheidsraad als vertrouwelijk worden beschouwd.

Met hun brief van 18/12/2013, ons toegekomen op 30/12/2013 hebben voornoemde ministers het Zonaal Veiligheidsplan 2014-2017 van de politiezone Lier goedgekeurd.

 

Juridische grond

Wet van 07 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, Titel II De Lokale Politie, Hoofdstuk I Algemene bepalingen, Afdeling 'De Zonale Veiligheidsraad'.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van het door de ministers van binnenlandse zaken en justitie goedgekeurde Zonaal Veiligheidsplan 2014-2017 van de politiezone Lier.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

WEG- EN RIOLERINGSWERKEN PUTSESTEENWEG - OVEREENKOMST STUDIEBUREAU TALBOOM. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 28 april 2009 heeft het schepencollege beslist dat er contact diende opgenomen te worden met de gemeente Putte, om de heraanleg van de Putsesteenweg voor het gedeelte van deze straat op Liers grondgebied, op te nemen in hun aanbestedingsdossier.

 

In dit dossier wordt, naast de heraanleg van de straat, ook een fietspad voorzien langs beide zijden van de Lierbaan tot aan de grens met Lier. De vraag werd gesteld om deze fietspaden door te trekken tot aan de Sander de Vosstraat. Dit werd besproken op de GBC van 10 juni 2009.

 

De voorbereidingen voor deze GBC en de verdere afwerking van de projectnota werden uitgevoerd door Studiebureau Talboom NV uit Puurs.

 

Ondertussen heeft de gemeente Putte haar riolen overgedragen aan PIDPA en wordt het project “Lierbaan” gecombineerd met een Aquafin project.

 

Hierdoor is het aangewezen dat de studie van de werken, op het grondgebied van Lier, losgekoppeld worden van het dossier Putte. Naar uitvoering is het aangewezen dat de werken (Putte en Lier) op elkaar afgestemd worden.

 

 

Feiten en context

Teneinde de studie verder af te werken, dient er een overeenkomst te worden opgemaakt tussen de stad en Studiebureau Talboom nv.

 

Hiervoor heeft Studiebureau Talboom bijgevoegd voorstel opgemaakt :

 

O V E R E E N K O M S T

 

ARTIKEL 1 – UITBREIDING OPDRACHT

1.1.De overeenkomst moet worden opgevat als een uitbreiding van het contract ‘Studie en opmaak ontwerp voor de werken in de Lierbaan in opdracht van de gemeente Putte (contract in bijlage).

1.2.Uitvoeren van alle taken conform oorspronkelijk contract voor de werken gelegen op grondgebied van Lier.

 

ARTIKEL 2 – GEGEVENS VAN DE PARTIJEN

Tussen het College van Burgemeester en Schepenen van Lier, vertegenwoordigd door Frank Boogaerts, Burgemeester, en Katleen Janssens, Secretaris, en bedingende voor en in naam van de stad Lier hierna aangeduid als OPDRACHTGEVER,

enerzijds,

 

en

Studiebureau Talboom nv, A. Meersmansdreef 1 te 2870 Puurs, vertegenwoordigd door dhr. ir. J.L. TALBOOM, gedelegeerd bestuurder, hierna aangeduid als ONTWERPER,

anderzijds,

 

is overeengekomen wat volgt:

 

ARTIKEL 3 - OMSCHRIJVING VAN DE OPDRACHT

3.1.De partij enerzijds geeft aan de partij anderzijds de bijkomende opdracht om:

 

3.1.1In overleg met de opdrachtgever een geïntegreerd en gedetailleerd ontwerp op te stellen voor de wegenis- en rioleringswerken in de Putsesteenweg

3.1.2Het V&G-plan ontwerp en –verwezenlijking uit te voeren op dit deel van de werken

 

De partij anderzijds aanvaardt deze aanstelling.

3.2.Voor de uitvoering van deze overeenkomst verbinden beide partijen zich tot het navolgen van de wederzijdse verplichtingen zoals beschreven in het oorspronkelijke contract in bijlage met volgende aanvullende bepalingen :

 

 

ARTIKEL 4 - VASTSTELLING VAN HET ERELOON

 

Voor de werken vermeld onder 3.1.1 : Het ereloon wordt berekend op basis van KVIV-barema I klasse 1 met aanpassingscoëfficiënt 0,80 waarbij de KW het bedrag der werken is ten laste van Lier, excl. BTW maar inbegrepen de prijsherzieningen tijdens uitvoering der werken.

 

Voor de werken vermeld onder 3.1.2 :

-Ereloon voor V&G-ontwerp : TP van 250€, betaalbaar na voorstel gunning aannemer

-Ereloon voor V&G-verwezenlijking : TP van 1.500€ betaalbaar bij VA en na aflevering PID

 

Opgemaakt op 09/10/2013 te Puurs

in 2 exemplaren

Namens de Opdrachtgever,                   Namens de Ontwerper,

De Burgemeester,De Secretaris,              De Gedelegeerd Bestuurder

Dhr. Frank BoogaertsMevr.Katleen Janssens Dhr. ir. J.L. TALBOOM

 

Met als bijlage (kopie overeenkomst Putte – Talboom ) :

 

ERELOONOVEREENKOMST

 

________________________________________

Betreffende de studie en het opmaken van een ontwerp voor de uitvoering van infrastructuurwerken Lierbaan.

________________________________________

TUSSEN,

 

Enerzijds,

Het College van Burgemeester en Schepenen van de Gemeente Putte, vertegenwoordigd door De Heer P. Gysbrechts, Burgemeester en De Heer L. Verbist, Secretaris.

en

anderzijds, Studiebureau Talboom, A. Meersmansdreef 1, 2870 Puurs.

 

IS OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:

Art.1.  Omschrijving van de opdracht

 

1.1.    voorwerp van de opdracht

De partij enerzijds geeft de partij anderzijds de opdracht :

 

1.1.1.de studie en het ontwerp te maken voor het dossier ‘INFRASTRUCTUURWERKEN LIERBAAN’

 

1.1.2.De controle op de uitvoering der werken, tot en met het einde van de aannemingsovereenkomst, eventueel bijgestaan door een bestendig toezichter, aangesteld en bezoldigd door de opdrachtgever.

De leiding der werken behoort krachtens art.123, 5° van de nieuwe gemeentewet tot de bevoegdheid van het College van Burgemeester en Schepenen. De ontwerper verstrekt de nodige adviezen en staat het College bij in deze leiding.

 

1.2.De partij anderzijds aanvaardt deze aanstelling.

1.3.Voor de uitvoering van deze overeenkomst verbinden beide partijen zich tot het navolgen van de wederzijdse verplichtingen hieronder beschreven.

 

 

Art.2.  verplichtingen van de ontwerper

 

De ontwerper verplicht zich tot het leveren van volgende documenten en diensten :

2.1.Studie van het voorontwerp

2.1.1.De vastlegging van het bouwprogramma (omvang, budget, termijnen) door middel van besprekingen met de opdrachtgever, onderzoekingen, verkenningen ter plaatse, inventarisatie van de basisgegevens.

2.1.2. De topografische opmetingen, resulterend in opmetingsplannen van de bestaande toestand.

2.1.3.  De uitwerking van de technische specificaties voor alle onderzoeken, nodig voor de uitvoering van de opdracht en de interpretatie van de resultaten van het onderzoek.

          geotechnisch onderzoek

          labo onderzoek

          camera onderzoek

De kosten verbonden aan prestaties onder 2.1.3. van derden zijn niet begrepen in het ereloon van de ontwerper.

2.1.4.  Uitwerking (zonder gedetailleerde studie) van het weerhouden programma. Mogelijke alternatieven worden hierbij vergeleken.

Afhankelijk van de technische vereisten omvat het dossier :

-grondplan overeenkomstig opmetingen op minimum schaal 1/500;

-lengteprofiel en relevante dwarsprofielen;

-uittreksels : stratenatlas, stafkaart, gewestplan, kadaster;

-TRP schemas (indien beschikbaar);

-voorlopige berekeningsnota's : sterkteberekening leidingen, pompinstallatie, ter plaatse gestorte constructies,… (opdrijvingscontrole, zettingen, ....);

-plan met concrete inlichtingen over de aard en de ligging van al de nutsleidingen die in de werkzone liggen, alsook enkele kenmerken dwarsdoorsneden met al de aanwezige nutsleidingen;

-globale raming der werken;

-algemene toelichtingsnota met verantwoording van de voorgestelde oplossing, opgave van bijzonderheden bv. noodzakelijke grondverwerving en vergunningen, voorkomende hindernissen, bespreking mogelijke alternatieven.

 

Het dossier omvat niet het opstellen van de innemingsplannen, rooilijnplannen, bestemmingsplannen e.d.

2.1.5.Bespreking voorontwerp met opdrachtgever en betrokken besturen, enz. en het opmaken van het verslag van deze bespreking.

 

2.2.    Studie van het ontwerp

2.2.1.  Deze gebeurt op grond van het voorontwerp, goedgekeurd door de opdrachtgever.

2.2.2.  De hiermee gepaard gaande prestaties resulteren in een aanbestedingsdossier dat toelaat vergelijkbare offertes te verkrijgen en over te gaan tot uitvoering der werken.

Het globale ontwerpprogramma omvat :

opmaken van het aanbestedingsdossier waarin, afhankelijk van de technische vereisten, volgende elementen kunnen begrepen zijn :

alle ontwerpplannen : grondplannen, lengte en dwarsprofielen, detailtekeningenen van kunst  en bouwwerken, en specifieke  bijhorigheden

globaal plan nutsleidingen met relevante dwarsprofielen

bijzonder bestek, bestaande uit de administratieve en technische kontraktuele bepalingen en de technische beschrijving der werken

omstandige meetstaat

inschrijvingsformulier

gedetailleerde raming der werken

alle bijhorende toelichtings en berekeningsnota's

rekennota leidingen

verantwoordingsnota stabiliteit, funderingen,ter plaatse gestorte constructies, ...

dimensionering pompstations en persleidingen waterlagberekeningen

geologisch lengteprofiel (bv.bij persingen)

 

coördinatie van de studies

 

Deze coördinatie moet leiden tot de integratie van de verschillende studies van uiteenlopende werkzaamheden in functie van hun onderling verband.

Vanuit chronologisch oogpunt bestaat de coördinatie erin een rationele volgorde van studie en werken te bepalen.

Deze coördinatie wordt geordend o.m. aan de hand van gedetailleerde checklists.

 

indien technisch vereist behoren tevens tot de opdracht :

enerzijds het contacteren der betrokken openbare instanties en nutsmaatschappijen en het beleggen van coördinatievergaderingen;

anderzijds het opmaken van de technische documenten, die nodig zijn voor het aanvragen van de vereiste vergunningen

Dit betreft volgende vergunningen:

bouwaanvraagdossier, omvattende bijhorende plannen : situatieplannen, gewestplan,grondplannen, kunstwerken

obespreking project

ofotoreportage

okapvergunning : grondplannen,verantwoordingsnota

grondverzet 

obestuur der wegen, provinciewegen, ...

owaterwegen : landelijke waterdienst, provinciale overheid, bestuur polder en wateringen

oNMBS

oBestuur Monumenten en Landschappen

 

2.3.nihil

 

2.4.Aanbesteding

De prestaties voor de aanbesteding omvatten :

2.4.1.Bijstand aan de opdrachtgever voor de aanbesteding of de prijsaanvraag en het verschaffen van aanvullende inlichtingen om aan de inschrijvers de mogelijkheid te bieden hun offerte op te maken.

 

2.4.2.  nazicht van de inschrijvingen of offerten en vergelijkende analyse ervan.

 

2.4.3.  Afgifte aan de opdrachtgever van een rapport, houdende een gemotiveerd voorstel m.b.t. de keuze van de inschrijver(s) en m.b.t. de technische varianten, die gebeurlijk door de inschrijver(s) worden voorgesteld, met inbegrip van de technische medewerking aan de onderhandelingen tussen de cliënt en de inschrijver(s) aan wie men overweegt de opdracht te gunnen.

2.4.4.  De ontwerper zal eveneens het ontwerp aanpassen aan de opmerkingen van de adviserende of subsidiërende overheden. Deze aanpassing gebeurt zonder bijkomende vergoeding voor zover de opmerkingen niet in tegenspraak zijn met eerdere adviezen (tijdens voorontwerp)

2.4.5.  De kosten van de publicatie van de aanbesteding en van de reproductie van de aanbestedingsdossiers zijn zelf niet begrepen in het ereloon van de ontwerper en vallen ten laste van respectievelijk de opdrachtgever en de inschrijvende aannemers.

2.4.6.  Bijkomende vergoedingen kunnen verschuldigd zijn wanneer de werkzaamheden opgesomd onder 2.4. hierboven vermeld, moeten verricht met betrekking tot een heraanbesteding, zelfs gedeeltelijk, tenzij tot deze laatste moest worden overgegaan ingevolge fouten van de ontwerper.

2.5.    De onder 2.1. en 2.2. vermelde bescheiden worden in respectievelijk 4 en 4 exemplaren kosteloos geleverd aan de opdrachtgever, eveneens na eventuele aanpassing ingevolge 2.6.hierna. Eventuele bijkomende exemplaren worden afgeleverd binnen de 10 dagen na schriftelijke bestelling aan volgende tarieven : (excl. BTW):

          planafdrukken : € 4/m²

          kopies :€ 2,5/blz A4

 

2.6.Het eventueel aanpassen van het ontwerp om te voldoen aan de bemerkingen van de besturen (o.a. gemeente  en provinciebesturen, het Vlaamse Gewest)

De ontwerper is daar echter niet meer toe verplicht zonder bijkomende vergoeding, wat de bemerkingen betreft die hem niet binnen een termijn van twee jaar, na het indienen van het ontwerp bij de opdrachtgever, werden medegedeeld.

2.7.Leiding der werken

De leiding van de uitvoering der werken omvat:

2.7.1.  Medewerking bij het opstellen van gunningbrieven en van bevel tot aanvang.

2.7.2.Coördinatie van de werken:

vanuit technisch oogpunt : integreren van uitvoeringen van uiteenlopende werkzaamheden in functie van hun onderling verband.

vanuit chronologisch oogpunt : vastleggen van een rationele volgorde van studies en werken opzetten en doen naleven van algemene planning bij de aanvang van de werken.

2.7.3.Algemeen toezicht over de uitvoering overeenkomstig de voorschriften en bepalingen van het aanbestedingsdossier:

nazicht van de plannen, detailschema’s, berekeningsnota’s, enz. af te leveren door de aannemer;

controle van de uitvoering en vordering van de werken op de werf;

vaststelling der overtredingen;

keuringen van toestellen e.d. in de werkhuizen;

bepaling en beoordeling van het programma, beproevingen en keuringen van materialen en werken;

bijwonen van periodieke werfvergaderingen met verslaggeving en werfbezoek minstens eens per week.

2.7.4.Levering van de uitvoeringsplannen in beton, opgemaakt in samenhang met de uitvoeringsplannen van de aannemer betreffende technische uitrustingen.

2.7.5.Instructies aan de personen, belast met het permanent toezicht.

2.7.6.Nazicht van de maandelijkse vorderingsstaten en de controle van de in rekening gebrachte hoeveelheden, binnen de 10 werkdagen na ontvangst van de staten van de aannemer.

2.7.7.Het opmaken van de vereiste verrekeningen.

2.7.8.Nazicht van de eindvorderingsstaat en de controle van de in rekening gebrachte hoeveelheden.

2.7.9.Het opstellen van de documenten behorende bij de eindafrekening zoals de staat der werken in min en meer, de nota betreffende de uitvoeringstermijn binnen de 20 werkdagen na ontvangst van de eindstaat van de aannemer.

2.7.10.Nazicht en controle van de as-build plannen, as-build plannen dienen zowel analoog als digitaal te worden bezorgd aan de opdrachtgever en dienen geogerefereerd te zijn in Lambert 72-coördinaten.

2.7.11. Medewerking bij de voorlopige oplevering :

voorafgaandelijke controle van het geheel der uitvoering, incl. nazicht van plannen en van instructies voor gebruik en/of onderhoud,ed. waartoe de aannemer is gehouden

bijwonen van de voorlopige keuring der werken

opstellen van het proces verbaal van deze keuring

 

2.7.12. Toezicht op onderhouds  en herstellingswerken gedurende de waarborgtermijn, evenals de controle en nazicht van de proeven, eventueel vereist tussen voorlopige en definitieve oplevering.

2.7.13. Medewerking bij de definitieve oplevering :

bijwonen van de definitieve keuring der werken

opstellen van het proces verbaal van keuring

 

Art.3.Verplichtingen van de opdrachtgever

 

3.1.De opdrachtgever stelt alle bestaande en voor de ontwerper bruikbare plannen en gegevens ter beschikking van de ontwerper zoals o.m. rooilijnplannen, onteigeningsplannen, verkavelinsplannen, mobiliteitsplan, structuurplan, atlas waterwegen en buurtwegen, BPA’s, TRP’s, hydronautstudies, de kadastrale bescheiden en leggers en een lijst van nutsmaatschappijen actief in de gemeente en de bestaande uitvoeringsplannen.

3.2.De opdrachtgever zal de ontwerper op de hoogte brengen van alle officiële briefwisseling met de Hogere Overheid en eventueel subsidiërende of adviserende besturen met betrekking tot de realisatie van het bouwprogramma.

3.3.Bovenstaande artikelen zijn van toepassing voor zover de middelen beschikbaar zijn.

 

Art.4.  Vaststelling van het ereloon

4.1.    Ereloonpercentage

4.1.1.  Het ereloon, verschuldigd aan de ontwerper wordt bepaald overeenkomstig de KVIV voorwaarden, barema I (infrastructuur), klasse 1.

Voor tussenliggende waarden van de kostprijs der werken wordt dit percentage lineair geïnterpoleerd en afgerond tot op 2 cijfers na de decimalen.

 

4.2.Kostprijs der werken

4.2.1.De kostprijs is het uitvoeringsbedrag van de werken, excl. BTW,maar inbegrepen prijsherzieningen zoals blijkt uit de eindafrekening.

4.2.2.Het ereloonpercentage wordt vermenigvuldigd met de aanpassingscoëfficiënt opgegeven in de offerte van de ontwerper.

De aanpassingcoëfficiënt wordt vastgelegd op 0,80.

Het aldus toegepaste ereloonpercentage is geldig op datum van de overeenkomst. Indien evenwel de opdracht niet binnen de 5 jaar na afsluiten van de overeenkomst is voltooid, worden voor de berekening van de prijs van de opdracht de op dat ogenblik geldende FABI-KVIV barema’s toegepast en worden de eerder gefactureerde bedragen als voorschot op het nieuw berekende bedrag beschouwd.

4.2.3.Indien het geheel van de geplande werken niet in het bestek  van een enkele aanneming opgenomen en/of uitgevoerd wordt omdat de werken in twee of meer delen gesplitst zijn op verzoek van de bouwheer of van de Overheid wordt het bedrag van het verschuldigd honorarium berekend aan de hand van elke aanneming.

4.2.3.Voor de berekening van het ereloon zullen de boeten of prijsverminderingen, verschuldigd door de aannemer(s), niet in mindering gebracht worden, evenmin als de door de opdrachtgever bevolen minwerken (na de opdracht tot opmaak van het ontwerp). Met de contractuele prijsherzieningen wordt wel rekening gehouden.

4.2.4.Voor de werken die door de opdrachtgever in eigen beheer worden uitgevoerd of die na de opdracht tot de opmaak van het ontwerp niet worden uitgevoerd, wordt het ereloon berekend op een raming vanwege de ontwerper, opgemaakt op basis van de gangbare eenheidsprijzen.

4.2.5.De BTW is ten laste van de opdrachtgever.

 

4.3 Zijn niet in het ereloonbedrag inbegrepen

4.3.1De bezoldiging van prestaties van derden naar aanleiding van diepsonderingen, laboratoriumproeven, aankoop van kadastrale plannen, plannen der nutsleidingen, enz.

4.3.2De bezoldiging van een toezichter welke bestendig op de werken aanwezig is.

4.3.3De kosten voor het uitschrijven van de aanbesteding der werken.

4.3.4Volgende eventuele studietaken worden afzonderlijk vergoed tegen volgende tarieven(exclusief BTW) o.m.:

-waterslagberekeningen:

basis: 1.115,00 EUR

ander materiaal: 370,00 EUR

-GPS voor de bepaling van de Lambert 72 coördinatiepunten

REF-punt:1.000,00 EUR per knooppunt, per kilometer as-lengte

GP-punt: 250,00 EUR per knooppunt, per kilometer as-lengte

-Rooilijnplannen gekoppeld aan het project: 2.000,00 EUR per kilometer as-lengte en met een minimum van 620,00 EUR exclusief grensonderzoek

-Innemingsplannen gekoppeld aan het project: 2.000,00 EUR per kilometer as-lengte en met een minimum van 620,00 EUR exclusief grensonderzoek, bijkomend per inname wordt 25,00 EUR gerekend.

-datafiches: 75,00 EUR per fiche,

-as-build voor riolering:40,00 EUR per gecontroleerde inspectieput

-overdrachtsplannen : 0,50 EUR/m²

De hierboven vermelde tarieven zijn geldig op 1 februari 1999 en zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen.

De aanpassingscoëfficient volgens 4.2.2 is niet van toepassing op deze tarieven.

4.3.5Indien voor de hydraulische verantwoording van de diameter en/of bijkomende hydraulische studie, modellering noodzakelijk is, dient deze vergoed te worden volgens de bestede tijd, volgens FABI-KVIV-tarieven, laatste uitgave, evenals verkeers- en stedenbouwkundige studies en as built studies.

De aanpassingscoëfficiënt is niet van toepassing op deze tarieven.

4.3.6 De documenten worden in 2 exemplaren  (voorontwerp) en 5 exemplaren (ontwerp) geleverd aan de opdrachtgever. Eventuele bijkomende exemplaren worden afgeleverd binnen de 10 dagen na schriftelijke bestelling aan volgende tarieven (exclusief  BTW):

in zwart/wit:

oplanafdrukken:  4,00 EUR/m²

okopies:  0,06 EUR/blz A4.

in kleur:

oplanafdrukken : 10,00 EUR/m²

okleurkopie: 0,30 EUR/A4

- reproduceerbare plannen (kalken): 10,00 EUR/m²

 

De prijzen zijn geldig op 1 februari 1999 en zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen.

 

Art.5.  Betalingsmodaliteiten

 

De uitbetaling van de globale studiekosten, vastgesteld onder art.4. geschiedt bij afkortingen en tegen voorlegging van een ondertekende en gedagtekende schuldvordering.

5.1. Voor de aanvang van de uitvoering van de werken kunnen volgende kosten worden gevorderd :

5.1.1 Tot 30% van de globale studiekosten, voorlopig berekend op basis van de globale raming, na het verzenden van het verslag van de vergadering betreffende het voorontwerp, en uiterlijk 1 maand na het indienen van het voorontwerp, wel te verstaan dat ingevolge de bepalingen van art.2.1. dit voorontwerp gebaseerd is op een opmetingsplan.

5.1.2tot 60% van de globale studiekosten, voorlopig berekend op basis van de gedetailleerde ramingprijs der werken bij indienen van het ontwerp.

5.1.3tot 65 % van het globale ereloon voorlopig berekend op basis van de voor toewijzing voorgedragen bieding na het indienen van het aanbestedingsverslag.

 

5.2.Na de aanvang van de uitvoering der werken kunnen volgende kosten worden gevorderd :

5.2.1.30% van de globale studiekosten berekend op basis van het bedrag der uitgevoerde voorziene werken, aangepast met de contractuele herzieningen, telkens betaalbaar op het bedrag der goedgekeurde vorderingsstaten.

5.2.2.90% van de globale studiekosten berekend op basis van het bedrag der uitgevoerde bijwerken, bevolen ingevolge wijzigingen of toevoegingen aan de oorspronkelijke aanneming aangepast met de contractuele herzieningen, telkens na goedkeuring van de betrokken vorderingsstaten.

5.2.3.Tot 99 % van het globale honorarium berekend op basis van de eindafrekening na het indienen ervan, waarbij de som welke als waarborg wordt behouden tot aan de definitieve aanvaarding minimum 124,00 EUR zal bedragen.

5.2.4.Het saldo, zijnde 1 % van het globale honorarium of 125,00 EUR na de definitieve aanvaarding en uiterlijk 2 jaar na de voorlopige aanvaarding.

 

5.3.De eventuele aanvullende studietaken en studieopdrachten worden gefactureerd na uitvoering van de opdracht.

 

Art.6.  Termijnen

 

De partij anderzijds verplicht zich tot het indienen van de documenten binnen de volgende termijnen :

6.1.Het voorontwerp binnen een termijn van “zie tabel 1”, afhankelijk van de globale raming van de werken, te rekenen vanaf de aanvangsdatum.

6.2.Het ontwerp der werken binnen een termijn “zie tabel 1”, afhankelijk van de  globale raming van de werken en  na de  kennisgeving van goedkeuring van het voorontwerp door de opdrachtgever.

 

Tabel 1

 

Termijnen in kalenderdagen

Bedrag van de werken in

duizend EUR (exclusief BTW)

Voorontwerp

Ontwerp

125

50

75

250

60

90

500

70

105

750

80

120

1000

90

135

1250

100

150

1500

125

185

Meer

Overeen te komen

 

De termijnen van tabel 1 worden vermenigvuldigd met de aanpassingscoëfficiënt in de offerte opgegeven door het raadgevend ingenieursbureau. Deze coëfficiënt is vastgelegd op  0,9.

 

6.3.Voor projecten onderworpen aan subsidieaanvragen neemt partij anderzijds de verplichting op zich de termijnen te respecteren die opgenomen zijn de subsidieprocedure.

6.4.De uitvoeringstermijn van de opdracht wordt in onderling overleg verlengd bij het uitvoeren van eventuele aanvullende studies.

6.5.Aan de hogervermelde termijnen wordt de wettelijke vakantieperiode voor het bouwbedrijf toegevoegd.

6.6.Indien speciale onderzoeken vereist zijn zoals bijvoorbeeld een grondmechanisch onderzoek, wordt de duur van dit onderzoek bij de hogervermelde termijnen geteld.

6.7.Voor projecten onderworpen aan subsidieaanvragen neemt het raadgevend ingenieursbureau de verplichting op zich de termijnen te respecteren die opgenomen zijn in de subsidieprocedure.

6.8.Twee maanden na de oplevering en zoverre begrepen in de opdracht:

odatafiches

oas-built plannen met betrekking tot rioleringen op digitale informatiedragers.

 

Art.7.  Boetebepalingen

 

7.1.Zo partij anderzijds de in art.6 gestelde termijnen niet naleeft, kan een maximum boete per kalenderdag toegepast worden van:

 

M

20N

 

waarin:

M = het totaal bedrag van de studiekosten dat vorderbaar is bij het indienen van het ontwerp

N = het aantal kalenderdagen bepaald in art. 6.2

 

Het totaal bedrag van de boete wordt beperkt tot 5 % van het ereloon.

De boete kan enkel worden toegepast indien het niet tijdig inleveren van de nodige documenten uitsluitend te wijten is aan de nalatigheid van de partij anderzijds.  Deze boete zal verschuldigd zijn nadat de ontwerper hiertoe schriftelijk gemaand wordt verwijzende naar dit artikel, tenminste 8 dagen voor de vervaldag van de termijnen.

 

7.2.Overigens kan elke niet naleving van de bepalingen van het contract na ingebrekestelling worden gesanctioneerd met een boete van 25,00 euro.

 

Art.8.  Wijzigingen aan het ontwerp

Indien het ontwerp, na het indienen geheel of gedeeltelijk moet worden gewijzigd op vraag van of ten gevolge van besprekingen met de opdrachtgever, die buiten de wil van het raadgevend ingenieursbureau een aanzienlijke hoeveelheid meerwerk vereist, wordt met betrekking tot het gewijzigd gedeelte door het raadgevend ingenieursbureau een bijzondere vergoeding gevorderd van 2% berekend op basis van de ramingsprijs van de te wijzigen gedeelten.

 

Art.9.  Bij niet uitvoeren van de werken

Indien na de aanvangsdatum van de onderhavige overeenkomst wordt afgezien van de uitvoering van een gedeelte (minwerken) of van de totaliteit der voorziene werken die het voorwerp uitmaken van de opdracht, wordt door het raadgevend ingenieursbureau een vergoeding gevorderd, die gelijk is aan de prijs van de opdracht verschuldigd voor de uitgevoerde en aangevangen fasen van de opdracht, berekend op basis van de raming van de aan de opdracht onttrokken werken, plus 10%.

 

Art.10  Tijdstip vordering vergoedingen volgens art.8 en art.9

De vergoedingen waarop de partij anderzijds recht heeft ingevolge art.8 en 9 kunnen worden gevorderd na de beslissing der niet uitvoering of der wijziging door het Bestuur.

 

Art.11  Betalingstermijn

Alle rechtmatig te vorderen studiekosten en/of vergoedingen vermeld onder artikelen 4, 8 en 9 worden betaald binnen de termijn van 50 kalenderdagen gerekend vanaf de datum van ontvangst der schuldvordering.

De opdrachtgever heeft 30 kalenderdagen om zijn opmerkingen te formuleren op de schuldvordering.

Laattijdige betalingen geven aanleiding tot verwijlinteresten berekend volgens de vigerende wetgeving.

 

Art.12  Oplevering van de opdracht

De definitieve oplevering van de opdracht van het raadgevend ingenieursbureau vindt plaats bij de definitieve oplevering van de werken die het voorwerp uitmaken van deze opdracht, of ten laatste 2 jaar na de voorlopige oplevering van de werken die het voorwerp uitmaken van deze opdracht.

 

Art.13 Intellectuele eigendom

De resultaten van de intellectuele prestaties zijn de eigendom van het raadgevend ingenieursbureau. Ze kunnen door de opdrachtgever slechts aangewend worden voor de doeleinden die het voorwerp uitmaken van deze overeenkomst.

 

Art.14 Verzekering

Het Raadgevend ingenieursbureau verzekert zijn burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van zijn tienjarige aansprakelijkheid volgens de bepalingen van de artikels 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek.

De verzekering van de beroepsaansprakelijkheid zal uitwerking blijven behouden gedurende een periode van tien jaar vanaf de voorlopige oplevering der werken.

 

Art.15 Geschillen

15.1Voor alle niet voorziene voorwaarden gelden de “voorwaarden betreffende de opdrachten van de raadgevend ingenieurs” van de FABI-KVIV, laatste uitgave.

15.2Voor het regelen van alle betwistingen betreffende de naleving van de voorwaarden van onderhavige overeenkomst is de Rechtbank van Koophandel bevoegd van het arrondissement van de opdrachtgever.

 

Art. 16 Opheffing van het studiebureau

Al wat niet uitdrukkelijk voorzien is in deze overeenkomst onder meer bij overlijden of faillissement van de ontwerper, wordt geregeld door de wettelijke bepalingen op dit vlak.

 

________________________________________

GOEDGEKEURD DOOR DE GEMEENTERAAD VAN PUTTE IN ZITTING VAN 28 augustus 2008

 

Op bevel:

 

De Secretaris,De Burgemeester,

 

Dhr. L. VerbistDhr. P. Gysbrechts

________________________________________

Voor akkoord

Namens de ontwerper

 

 

 

________________________________________

Afgesloten in collegezitting van 03 november 2008

I.o.

 

De Secretaris,De Burgemeester,

 

Dhr. L. VerbistDhr. P. Gysbrechts

________________________________________

 

 

 

 

 

Adviezen

Advies juridische dienst :

 

Na de vorige draft overeenkomst tussen Aquafin, Gemeente Putte en stad Lier is dit de overeenkomst die concreet de uitbreiding van de opdracht van de ontwerper inhoudt. De bestaande overeenkomst van de gemeente Putte met de ontwerper wordt in zijn geheel toepasselijk verklaard op het gedeelte voor de stad Lier, met een kleine aanvulling voor wat het ereloon betreft. De juridische dienst heeft geen verdere bemerkingen bij deze overeenkomst.

 

Advies technisch bureau :

 

De overeenkomst tussen de gemeente Putte en het studiebureau stemt overeen met de aanbestedingen voor studiewerken uitgeschreven door de stad Lier.

De aanpassingscoëfficient van 80 % ligt iets hoger dan ons huidig contract (Grontmij aanpassing 65%). Gezien het studiebureau , in het kader van het dossier van Putte, reeds een groot deel van het voortraject, incl.GBC en PAC, heeft uitgevoerd, is het niet aangewezen om hiervoor een nieuwe aanbesteding “studie” uit te schrijven. De prijzen voor de veiligheidscoördinatie liggen in de lijn van deze van de firma Abesco waarmee de stad momenteel een contract op afroep heeft.

 

 

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

5/2/10/5

Aanleggen fietspad Putsesteenweg

 

De raming van de uit te voeren werken is 417.500 euro.

Hierdoor worden de studiekosten geraamd op 28.500 euro.

De veiligheidscoördinatie ontwerp is 250 euro.

De veiligheidscoördinatie uitvoering is 1500 euro.

(prijzen excl. BTW)

 

In 2014 is een budget voorzien van 8.000 euro voor studies en 3.000 euro voor werken (incl. veiligheidscoördinatie).

 

Financiële planning (afhankelijk van de vordering van het dossier) :

 

Studie :

Voorontwerp 30 %  : 8550 euro (2014-2015)

Ontwerp 30 %  :  8550 euro (2015)

Toewijzing aannemer 5 % : 1425 euro  (2015)

Uitvoering werken 25 % : 7125 euro  (2016-2017)

Voorlopige oplevering 9 % : 2565 euro  (2017)

Definitieve oplevering 1 %  : 285 euro (2019)

 

Veiligheidscoördinatie :

Ontwerp : 250 euro (2014)

Uitvoering : 1500 euro (2016-2017)

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan onderstaande overeenkomst met het studiebureau Talboom voor de weg- en rioleringswerken in de Putsesteenweg .

 

 

O V E R E E N K O M S T

 

ARTIKEL 1 – UITBREIDING OPDRACHT

1.3.De overeenkomst moet worden opgevat als een uitbreiding van het contract ‘Studie en opmaak ontwerp voor de werken in de Lierbaan in opdracht van de gemeente Putte (contract in bijlage).

1.4.Uitvoeren van alle taken conform oorspronkelijk contract voor de werken gelegen op grondgebied van Lier.

 

ARTIKEL 2 – GEGEVENS VAN DE PARTIJEN

Tussen het College van Burgemeester en Schepenen van Lier, vertegenwoordigd door Frank Boogaerts, Burgemeester, en Katleen Janssens, Secretaris, en bedingende voor en in naam van de stad Lier hierna aangeduid als OPDRACHTGEVER,

enerzijds,

 

en

Studiebureau Talboom nv, A. Meersmansdreef 1 te 2870 Puurs, vertegenwoordigd door dhr. ir. J.L. TALBOOM, gedelegeerd bestuurder, hierna aangeduid als ONTWERPER,

anderzijds,

 

is overeengekomen wat volgt:

 

ARTIKEL 3 - OMSCHRIJVING VAN DE OPDRACHT

3.3.De partij enerzijds geeft aan de partij anderzijds de bijkomende opdracht om:

 

3.1.3In overleg met de Opdrachtgever een geïntegreerd en gedetailleerd ontwerp op te stellen voor de wegenis- en rioleringswerken in de Putsesteenweg

3.1.4Het V&G-plan ontwerp en –verwezenlijking uit te voeren op dit deel van de werken

 

De partij anderzijds aanvaardt deze aanstelling.

3.4.Voor de uitvoering van deze overeenkomst verbinden beide partijen zich tot het navolgen van de wederzijdse verplichtingen zoals beschreven in het oorspronkelijke contract in bijlage met volgende aanvullende bepalingen :

 

 

ARTIKEL 4 - VASTSTELLING VAN HET ERELOON

 

Voor de werken vermeld onder 3.1.1 : Het ereloon wordt berekend op basis van KVIV-barema I klasse 1 met aanpassingscoëfficiënt 0,80 waarbij de KW het bedrag der werken is ten laste van Lier, excl. BTW maar inbegrepen de prijsherzieningen tijdens uitvoering der werken.

 

Voor de werken vermeld onder 3.1.2 :

-Ereloon voor V&G-ontwerp : TP van 250€, betaalbaar na voorstel gunning aannemer

-Ereloon voor V&G-verwezenlijking : TP van 1.500€ betaalbaar bij VA en na aflevering PID

 

Opgemaakt op 09/10/2013 te Puurs

in 2 exemplaren

Namens de Opdrachtgever,                   Namens de Ontwerper,

De Burgemeester,De Secretaris,              De Gedelegeerd Bestuurder

Dhr. Frank BoogaertsMevr.Katleen Janssens Dhr. ir. J.L. TALBOOM

 

 

Bijlage (kopie overeenkomst Putte – Talboom ) :

 

ERELOONOVEREENKOMST

 

________________________________________

Betreffende de studie en het opmaken van een ontwerp voor de uitvoering van infrastructuurwerken Lierbaan.

________________________________________

TUSSEN,

 

Enerzijds,

Het College van Burgemeester en Schepenen van de Gemeente Putte, vertegenwoordigd door De Heer P. Gysbrechts, Burgemeester en De Heer L. Verbist, Secretaris.

en

anderzijds, Studiebureau Talboom, A. Meersmansdreef 1, 2870 Puurs.

 

IS OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:

Art.1.  Omschrijving van de opdracht

 

1.1.    voorwerp van de opdracht

De partij enerzijds geeft de partij anderzijds de opdracht :

 

1.1.2.de studie en het ontwerp te maken voor het dossier ‘INFRASTRUCTUURWERKEN LIERBAAN’

 

1.1.2.           De controle op de uitvoering der werken, tot en met het einde van de aannemingsovereenkomst, eventueel bijgestaan door een bestendig toezichter, aangesteld en bezoldigd door de opdrachtgever.

De leiding der werken behoort krachtens art.123, 5° van de nieuwe gemeentewet tot de bevoegdheid van het College van Burgemeester en Schepenen. De ontwerper verstrekt de nodige adviezen en staat het College bij in deze leiding.

 

1.2.    De partij anderzijds aanvaardt deze aanstelling.

 

1.3.    Voor de uitvoering van deze overeenkomst verbinden beide partijen zich tot het navolgen van de wederzijdse verplichtingen hieronder beschreven.

 

 

Art.2.  verplichtingen van de ontwerper

 

De ontwerper verplicht zich tot het leveren van volgende documenten en diensten :

2.1.    Studie van het voorontwerp

2.1.1.  De vastlegging van het bouwprogramma (omvang, budget, termijnen) door middel van besprekingen met de opdrachtgever, onderzoekingen, verkenningen ter plaatse, inventarisatie van de basisgegevens.

2.1.2. De topografische opmetingen, resulterend in opmetingsplannen van de bestaande toestand.

2.1.3.  De uitwerking van de technische specificaties voor alle onderzoeken, nodig voor de uitvoering van de opdracht en de interpretatie van de resultaten van het onderzoek.

          geotechnisch onderzoek

          labo onderzoek

          camera onderzoek

De kosten verbonden aan prestaties onder 2.1.3. van derden zijn niet begrepen in het ereloon van de ontwerper.

2.1.4.  Uitwerking (zonder gedetailleerde studie) van het weerhouden programma. Mogelijke alternatieven worden hierbij vergeleken.

Afhankelijk van de technische vereisten omvat het dossier :

-grondplan overeenkomstig opmetingen op minimum schaal 1/500;

-lengteprofiel en relevante dwarsprofielen;

-uittreksels : stratenatlas, stafkaart, gewestplan, kadaster ;

-TRP schemas (indien beschikbaar);

-voorlopige berekeningsnota's : sterkteberekening leidingen, pompinstallatie, ter plaatse gestorte constructies,… (opdrijvingscontrole, zettingen, ....);

-plan met concrete inlichtingen over de aard en de ligging van al de nutsleidingen die in de werkzone liggen, alsook enkele kenmerken dwarsdoorsneden met al de aanwezige nutsleidingen;

-globale raming der werken;

-algemene toelichtingsnota met verantwoording van de voorgestelde oplossing, opgave van bijzonderheden bv. noodzakelijke grondverwerving en vergunningen, voorkomende hindernissen, bespreking mogelijke alternatieven.

 

Het dossier omvat niet het opstellen van de innemingsplannen, rooilijnplannen, bestemmingsplannen e.d.

2.1.6.Bespreking voorontwerp met opdrachtgever en betrokken besturen, enz. en het opmaken van het verslag van deze bespreking.

 

2.2.    Studie van het ontwerp

2.2.1.  Deze gebeurt op grond van het voorontwerp, goedgekeurd door de opdrachtgever.

2.2.2.  De hiermee gepaard gaande prestaties resulteren in een aanbestedingsdossier dat toelaat vergelijkbare offertes te verkrijgen en over te gaan tot uitvoering der werken.

Het globale ontwerpprogramma omvat :

opmaken van het aanbestedingsdossier waarin, afhankelijk van de technische vereisten, volgende elementen kunnen begrepen zijn :

alle ontwerpplannen : grondplannen, lengte  en dwarsprofielen, detailtekeningenen van kunst  en bouwwerken, en specifieke  bijhorigheden

globaal plan nutsleidingen met relevante dwarsprofielen

bijzonder bestek, bestaande uit de administratieve en technische kontraktuele bepalingen en de technische beschrijving der werken

omstandige meetstaat

inschrijvingsformulier

gedetailleerde raming der werken

alle bijhorende toelichtings  en berekeningsnota's

rekennota leidingen

verantwoordingsnota stabiliteit, funderingen,ter plaatse gestorte constructies,...

dimensionering pompstations en persleidingen waterlagberekeningen

geologisch lengteprofiel (bv.bij persingen)

 

coördinatie van de studies

 

Deze coördinatie moet leiden tot de integratie van de

verschillende studies van uiteenlopende werkzaamheden in functie van hun onderling verband.

Vanuit chronologisch oogpunt bestaat de coördinatie erin een rationele volgorde van studie en werken te bepalen.

Deze coördinatie wordt geordend o.m. aan de hand van gedetailleerde checklists.

 

indien technisch vereist behoren tevens tot de opdracht :

enerzijds het contacteren der betrokken openbare instanties en nutsmaatschappijen en het beleggen van coördinatievergaderingen;

anderzijds het opmaken van de technische documenten, die nodig zijn voor het aanvragen van de vereiste vergunningen

Dit betreft volgende vergunningen:

bouwaanvraagdossier, omvattende bijhorende plannen : situatieplannen, gewestplan,grondplannen, kunstwerken

obespreking project

ofotoreportage

okapvergunning : grondplannen,verantwoordingsnota

grondverzet

obestuur der wegen, provinciewegen...

owaterwegen: landelijke waterdienst, provinciale overheid, bestuur polder en wateringen

oNMBS

oBestuur Monumenten en Landschappen

 

2.4.nihil

 

2.4.    Aanbesteding

De prestaties voor de aanbesteding omvatten :

2.4.2.Bijstand aan de opdrachtgever voor de aanbesteding of de prijsaanvraag en het verschaffen van aanvullende inlichtingen om aan de inschrijvers de mogelijkheid te bieden hun offerte op te maken.

2.4.2.  nazicht van de inschrijvingen of offerten en vergelijkende analyse ervan.

2.4.3.  Afgifte aan de opdrachtgever van een rapport, houdende een gemotiveerd voorstel m.b.t. de keuze van de inschrijver(s) en m.b.t. de technische varianten, die gebeurlijk door de inschrijver(s) worden voorgesteld, met inbegrip van de technische medewerking aan de onderhandelingen tussen de cliënt en de inschrijver(s) aan wie men overweegt de opdracht te gunnen.

2.4.4.  De ontwerper zal eveneens het ontwerp aanpassen aan de opmerkingen van de adviserende of subsidiërende overheden. Deze aanpassing gebeurt zonder bijkomende vergoeding voor zover de opmerkingen niet in tegenspraak zijn met eerdere adviezen (tijdens voorontwerp)

2.4.5.  De kosten van de publicatie van de aanbesteding en van de reproductie van de aanbestedingsdossiers zijn zelf niet begrepen in het ereloon van de ontwerper en vallen ten laste van respectievelijk de opdrachtgever en de inschrijvende aannemers.

2.4.6.  Bijkomende vergoedingen kunnen verschuldigd zijn wanneer de werkzaamheden opgesomd onder 2.4. hierboven vermeld, moeten verricht met betrekking tot een heraanbesteding, zelfs gedeeltelijk, tenzij tot deze laatste moest worden overgegaan ingevolge fouten van de ontwerper.

2.5.    De onder 2.1. en 2.2. vermelde bescheiden worden in respectievelijk 4 en 4 exemplaren kosteloos geleverd aan de opdrachtgever, eveneens na eventuele aanpassing ingevolge 2.6.hierna. Eventuele bijkomende exemplaren worden afgeleverd binnen de 10 dagen na schriftelijke bestelling aan volgende tarieven : (excl. BTW):

          planafdrukken : € 4/m²

          kopies :€ 2,5/blz A4

 

2.6.    Het eventueel aanpassen van het ontwerp om te voldoen aan de bemerkingen van de besturen (o.a. gemeente  en provinciebesturen, het Vlaamse Gewest)

De ontwerper is daar echter niet meer toe verplicht zonder bijkomende vergoeding, wat de bemerkingen betreft die hem niet binnen een termijn van twee jaar, na het indienen van het ontwerp bij de opdrachtgever, werden medegedeeld.

2.7.    Leiding der werken

De leiding van de uitvoering der werken omvat:

2.7.1.  Medewerking bij het opstellen van gunningbrieven en van bevel tot aanvang.

2.7.5.Coördinatie van de werken :

vanuit technisch oogpunt : integreren van uitvoeringen van uiteenlopende werkzaamheden in functie van hun onderling verband.

vanuit chronologisch oogpunt : vastleggen van een rationele volgorde van studies en werken opzetten en doen naleven van algemene planning bij de aanvang van de werken.

 

2.7.6.Algemeen toezicht over de uitvoering overeenkomstig de voorschriften en bepalingen van het aanbestedingsdossier:

nazicht van de plannen, detailschema’s, berekeningsnota’s, enz. af te leveren door de aannemer;

controle van de uitvoering en vordering van de werken op de werf;

vaststelling der overtredingen;

keuringen van toestellen e.d. in de werkhuizen;

bepaling en beoordeling van het programma, beproevingen en keuringen van materialen en werken;

bijwonen van periodieke werfvergaderingen met verslaggeving en werfbezoek minstens eens per week.

 

2.7.7.Levering van de uitvoeringsplannen in beton, opgemaakt in samenhang met de uitvoeringsplannen van de aannemer betreffende technische uitrustingen.

 

2.7.5.  Instructies aan de personen, belast met het permanent toezicht.

2.7.6.  Nazicht van de maandelijkse vorderingsstaten en de controle van de in rekening gebrachte hoeveelheden, binnen de 10 werkdagen na ontvangst van de staten van de aannemer.

2.7.7.  Het opmaken van de vereiste verrekeningen.

2.7.8.  Nazicht van de eindvorderingsstaat en de controle van de in rekening gebrachte hoeveelheden.

2.7.9.  Het opstellen van de documenten behorende bij de eindafrekening zoals de staat der werken in min en meer, de nota betreffende de uitvoeringstermijn binnen de 20 werkdagen na ontvangst van de eindstaat van de aannemer.

2.7.10. Nazicht en controle van de as-build plannen, as-build plannen dienen zowel analoog als digitaal te worden bezorgd aan de opdrachtgever en dienen geogerefereerd te zijn in Lambert 72-coördinaten.

2.7.11. Medewerking bij de voorlopige oplevering :

voorafgaandelijke controle van het geheel der uitvoering, incl. nazicht van plannen en van instructies voor gebruik en/of onderhoud,ed. waartoe de aannemer is gehouden

bijwonen van de voorlopige keuring der werken

opstellen van het proces verbaal van deze keuring

 

2.7.12. Toezicht op onderhouds  en herstellingswerken gedurende de waarborgtermijn, evenals de controle en nazicht van de proeven, eventueel vereist tussen voorlopige en definitieve oplevering.

2.7.13. Medewerking bij de definitieve oplevering:

bijwonen van de definitieve keuring der werken

opstellen van het proces verbaal van keuring

 

Art.3.  Verplichtingen van de opdrachtgever

 

3.2.De opdrachtgever stelt alle bestaande en voor de ontwerper bruikbare plannen en gegevens ter beschikking van de ontwerper zoals o.m. rooilijnplannen, onteigeningsplannen, verkavelinsplannen, mobiliteitsplan, structuurplan, atlas waterwegen en buurtwegen, BPA’s, TRP’s, hydronautstudies, de kadastrale bescheiden en leggers en een lijst van nutsmaatschappijen actief in de gemeente en de bestaande uitvoeringsplannen.

 

3.4.De opdrachtgever zal de ontwerper op de hoogte brengen van alle officiële briefwisseling met de Hogere Overheid en eventueel subsidiërende of adviserende besturen met betrekking tot de realisatie van het bouwprogramma.

 

3.5.Bovenstaande artikelen zijn van toepassing voor zover de middelen beschikbaar zijn.

 

Art.4.  Vaststelling van het ereloon

4.1.    Ereloonpercentage

4.1.1.  Het ereloon, verschuldigd aan de ontwerper wordt bepaald overeenkomstig de KVIV voorwaarden, barema I (infrastructuur), klasse 1.

Voor tussenliggende waarden van de kostprijs der werken wordt dit percentage lineair geïnterpoleerd en afgerond tot op 2 cijfers na de decimalen.

4.2.    Kostprijs der werken

4.2.2.De kostprijs is het uitvoeringsbedrag van de werken, excl. BTW,maar inbegrepen

prijsherzieningen zoals blijkt uit de eindafrekening.

4.2.4.Het ereloonpercentage wordt vermenigvuldigd met de aanpassingscoëfficiënt opgegeven in de offerte van de ontwerper.

 

De aanpassingcoëfficiënt wordt vastgelegd op 0,80.

Het aldus toegepaste ereloonpercentage is geldig op datum van de overeenkomst. Indien evenwel de opdracht niet binnen de 5 jaar na afsluiten van de overeenkomst is voltooid, worden voor de berekening van de prijs van de opdracht de op dat ogenblik geldende FABI-KVIV barema’s toegepast en worden de eerder gefactureerde bedragen als voorschot op het nieuw berekende bedrag beschouwd.

4.2.5.Indien het geheel van de geplande werken niet in het bestek  van een enkele aanneming opgenomen en/of uitgevoerd wordt omdat de werken in twee of meer delen gesplitst zijn op verzoek van de bouwheer of van de Overheid wordt het bedrag van het verschuldigd honorarium berekend aan de hand van elke aanneming.

 

4.2.4.Voor de berekening van het ereloon zullen de boeten of prijsverminderingen, verschuldigd door de aannemer(s), niet in mindering gebracht worden, evenmin als de door de opdrachtgever bevolen minwerken (na de opdracht tot opmaak van het ontwerp). Met de contractuele prijsherzieningen wordt wel rekening gehouden.

 

4.2.5.Voor de werken die door de opdrachtgever in eigen beheer worden uitgevoerd of die na de opdracht tot de opmaak van het ontwerp niet worden uitgevoerd, wordt het ereloon berekend op een raming vanwege de ontwerper, opgemaakt op basis van de gangbare eenheidsprijzen.

 

4.2.5.De BTW is ten laste van de opdrachtgever.

 

4.3 Zijn niet in het ereloonbedrag inbegrepen

4.3.7De bezoldiging van prestaties van derden naar aanleiding van diepsonderingen, laboratoriumproeven, aankoop van kadastrale plannen, plannen der nutsleidingen, enz.

4.3.8De bezoldiging van een toezichter welke bestendig op de werken aanwezig is.

 

4.3.9De kosten voor het uitschrijven van de aanbesteding der werken.

 

4.3.10Volgende eventuele studietaken worden afzonderlijk vergoed tegen volgende tarieven(exclusief BTW) o.m.:

-waterslagberekeningen:

basis: 1.115,00 EUR

ander materiaal: 370,00 EUR

-GPS voor de bepaling van de Lambert 72 coördinatiepunten

REF-punt:1.000,00 EUR per knooppunt, per kilometer as-lengte

GP-punt: 250,00 EUR per knooppunt, per kilometer as-lengte

-Rooilijnplannen gekoppeld aan het project: 2.000,00 EUR per kilometer as-lengte en met een minimum van 620,00 EUR exclusief grensonderzoek

-Innemingsplannen gekoppeld aan het project: 2.000,00 EUR per kilometer as-lengte en met een minimum van 620,00 EUR exclusief grensonderzoek, bijkomend per inname wordt 25,00 EUR gerekend.

-datafiches: 75,00 EUR per fiche,

-as-build voor riolering:40,00 EUR per gecontroleerde inspectieput

-overdrachtsplannen : 0,50 EUR/m²

De hierboven vermelde tarieven zijn geldig op 1 februari 1999 en zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen.

De aanpassingscoëfficient volgens 4.2.2 is niet van toepassing op deze tarieven.

4.3.11Indien voor de hydraulische verantwoording van de diameter en/of bijkomende hydraulische studie, modellering noodzakelijk is, dient deze vergoed te worden volgens de bestede tijd, volgens FABI-KVIV-tarieven, laatste uitgave, evenals verkeers- en stedenbouwkundige studies en as built studies.

De aanpassingscoëfficiënt is niet van toepassing op deze tarieven.

4.3.12 De documenten worden in 2 exemplaren  (voorontwerp) en 5 exemplaren (ontwerp) geleverd aan de opdrachtgever. Eventuele bijkomende exemplaren worden afgeleverd binnen de 10 dagen na schriftelijke bestelling aan volgende tarieven (exclusief  BTW):

in zwart/wit:

oplanafdrukken:  4,00 EUR/m²

okopies:  0,06 EUR/blz A4.

in kleur:

oplanafdrukken : 10,00 EUR/m²

okleurkopie: 0,30 EUR/A4

- reproduceerbare plannen (kalken): 10,00 EUR/m²

 

De prijzen zijn geldig op 1 februari 1999 en zijn gekoppeld aan de index van de consumptieprijzen.

 

Art.5.  Betalingsmodaliteiten

 

De uitbetaling van de globale studiekosten, vastgesteld onder art.4. geschiedt bij afkortingen en tegen voorlegging van een ondertekende en gedagtekende schuldvordering.

5.1. Voor de aanvang van de uitvoering van de werken kunnen volgende kosten worden gevorderd :

 

5.1.1 Tot 30% van de globale studiekosten, voorlopig berekend op basis van de globale raming, na het verzenden van het verslag van de vergadering betreffende het voorontwerp, en uiterlijk 1 maand na het indienen van het voorontwerp, wel te verstaan dat ingevolge de bepalingen van art.2.1. dit voorontwerp gebaseerd is op een opmetingsplan.

5.1.4tot 60% van de globale studiekosten, voorlopig berekend op basis van de gedetailleerde ramingprijs der werken bij indienen van het ontwerp.

 

5.1.5tot 65 % van het globale ereloon voorlopig berekend op basis van de voor toewijzing voorgedragen bieding na het indienen van het aanbestedingsverslag.

 

5.4.Na de aanvang van de uitvoering der werken kunnen volgende kosten worden gevorderd :

 

5.4.1.30% van de globale studiekosten berekend op basis van het bedrag der uitgevoerde voorziene werken, aangepast met de contractuele herzieningen, telkens betaalbaar op het bedrag der goedgekeurde vorderingsstaten.

 

5.4.2.90% van de globale studiekosten berekend op basis van het bedrag der uitgevoerde bijwerken, bevolen ingevolge wijzigingen of toevoegingen aan de oorspronkelijke aanneming aangepast met de contractuele herzieningen, telkens na goedkeuring van de betrokken vorderingsstaten.

 

5.4.3.Tot 99 % van het globale honorarium berekend op basis van de eindafrekening na het indienen ervan, waarbij de som welke als waarborg wordt behouden tot aan de definitieve aanvaarding minimum 124,00 EUR zal bedragen.

 

5.4.4.Het saldo, zijnde 1 % van het globale honorarium of 125,00 EUR na de definitieve aanvaarding en uiterlijk 2 jaar na de voorlopige aanvaarding.

 

5.5.De eventuele aanvullende studietaken en studieopdrachten worden gefactureerd na uitvoering van de opdracht.

 

Art.6.  Termijnen

 

De partij anderzijds verplicht zich tot het indienen van de documenten binnen de volgende termijnen :

6.9.Het voorontwerp binnen een termijn van “zie tabel 1”, afhankelijk van de globale raming van de werken, te rekenen vanaf de aanvangsdatum.

 

6.10.Het ontwerp der werken binnen een termijn “zie tabel 1”, afhankelijk van de

globale raming van de werken en  na de  kennisgeving van goedkeuring van  

het voorontwerp door de opdrachtgever.

 

Tabel 1

 

Terlmijnen in kalenderdagen

Bedrag van de werken in

duizend EUR (exclusief BTW)

Voorontwerp

Ontwerp

125

50

75

250

60

90

500

70

105

750

80

120

1000

90

135

1250

100

150

1500

125

185

Meer

Overeen te komen

 

 

 

De termijnen van tabel 1 worden vermenigvuldigd met de aanpassingscoëfficiënt in de offerte opgegeven door het raadgevend ingenieursbureau. Deze coëfficiënt is vastgelegd op  0,9.

 

6.11.Voor projecten onderworpen aan subsidieaanvragen neemt partij anderzijds de verplichting op zich de termijnen te respecteren die opgenomen zijn de subsidieprocedure.

 

6.12.De uitvoeringstermijn van de opdracht wordt in onderling overleg verlengd bij het uitvoeren van eventuele aanvullende studies.

 

 

6.13.Aan de hogervermelde termijnen wordt de wettelijke vakantieperiode voor het bouwbedrijf toegevoegd.

 

6.14.Indien speciale onderzoeken vereist zijn zoals bijvoorbeeld een grondmechanisch onderzoek, wordt de duur van dit onderzoek bij de hogervermelde termijnen geteld.

 

6.15.Voor projecten onderworpen aan subsidieaanvragen neemt het raadgevend ingenieursbureau de verplichting op zich de termijnen te respecteren die opgenomen zijn in de subsidieprocedure.

 

6.16.Twee maanden na de oplevering en zoverre begrepen in de opdracht:

odatafiches

oas-built plannen met betrekking tot rioleringen op digitale informatiedragers.

 

Art.7.  Boetebepalingen

 

7.3.Zo partij anderzijds de in art.6 gestelde termijnen niet naleeft, kan een maximum boete per kalenderdag toegepast worden van:

 

M

20N

 

waarin:

M = het totaal bedrag van de studiekosten dat vorderbaar is bij het indienen van het ontwerp

N = het aantal kalenderdagen bepaald in art. 6.2

 

Het totaal bedrag van de boete wordt beperkt tot 5 % van het ereloon.

De boete kan enkel worden toegepast indien het niet tijdig inleveren van de nodige documenten uitsluitend te wijten is aan de nalatigheid van de partij anderzijds.  Deze boete zal verschuldigd zijn nadat de ontwerper hiertoe schriftelijk gemaand wordt verwijzende naar dit artikel, tenminste 8 dagen voor de vervaldag van de termijnen.

 

7.4.Overigens kan elke niet naleving van de bepalingen van het contract na ingebrekestelling worden gesanctioneerd met een boete van 25,00 euro.

 

Art.8.  Wijzigingen aan het ontwerp

Indien het ontwerp, na het indienen geheel of gedeeltelijk moet worden gewijzigd op vraag van of ten gevolge van besprekingen met de opdrachtgever, die buiten de wil van het raadgevend ingenieursbureau een aanzienlijke hoeveelheid meerwerk vereist, wordt met betrekking tot het gewijzigd gedeelte door het raadgevend ingenieursbureau een bijzondere vergoeding gevorderd van 2% berekend op basis van de ramingsprijs van de te wijzigen gedeelten.

 

Art.9.  Bij niet uitvoeren van de werken

Indien na de aanvangsdatum van de onderhavige overeenkomst wordt afgezien van de

uitvoering van een gedeelte (minwerken) of van de totaliteit der voorziene werken die het voorwerp uitmaken van de opdracht, wordt door het raadgevend ingenieursbureau een vergoeding gevorderd, die gelijk is aan de prijs van de opdracht verschuldigd voor de uitgevoerde en aangevangen fasen van de opdracht, berekend op basis van de raming van de aan de opdracht onttrokken werken, plus 10%.

 

Art.10  Tijdstip vordering vergoedingen volgens art.8 en art.9

De vergoedingen waarop de partij anderzijds recht heeft ingevolge art.8 en 9 kunnen worden gevorderd na de beslissing der niet uitvoering of der wijziging door het Bestuur.

 

Art.11  Betalingstermijn

Alle rechtmatig te vorderen studiekosten en/of vergoedingen vermeld onder artikelen 4, 8 en 9 worden betaald binnen de termijn van 50 kalenderdagen gerekend vanaf de datum van ontvangst der schuldvordering.

De opdrachtgever heeft 30 kalenderdagen om zijn opmerkingen te formuleren op de schuldvordering.

Laattijdige betalingen geven aanleiding tot verwijlinteresten berekend volgens de vigerende wetgeving.

 

Art.12  Oplevering van de opdracht

De definitieve oplevering van de opdracht van het raadgevend ingenieursbureau vindt plaats bij de definitieve oplevering van de werken die het voorwerp uitmaken van deze opdracht, of ten laatste 2 jaar na de voorlopige oplevering van de werken die het voorwerp uitmaken van deze opdracht.

 

Art.13 Intellectuele eigendom

De resultaten van de intellectuele prestaties zijn de eigendom van het raadgevend ingenieursbureau. Ze kunnen door de opdrachtgever slechts aangewend worden voor de doeleinden die het voorwerp uitmaken van deze overeenkomst.

 

Art.14 Verzekering

Het Raadgevend ingenieursbureau verzekert zijn burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van zijn tienjarige aansprakelijkheid volgens de bepalingen van de artikels 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek.

De verzekering van de beroepsaansprakelijkheid zal uitwerking blijven behouden gedurende een periode van tien jaar vanaf de voorlopige oplevering der werken.

 

Art.15 Geschillen

15.3Voor alle niet voorziene voorwaarden gelden de “voorwaarden betreffende de opdrachten van de raadgevend ingenieurs” van de FABI-KVIV, laatste uitgave.

15.2Voor het regelen van alle betwistingen betreffende de naleving van de voorwaarden van onderhavige overeenkomst is de Rechtbank van Koophandel bevoegd van het arrondissement van de opdrachtgever.

 

Art. 16 Opheffing van het studiebureau

Al wat niet uitdrukkelijk voorzien is in deze overeenkomst onder meer bij overlijden of faillissement van de ontwerper, wordt geregeld door de wettelijke bepalingen

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

5/2/10/5

 

 

Plannen en studies in uitvoering

 

Werken in uitvoering (veiligheidscoördinatie)

8.000 euro

 

 

 

250

 

0 euro

 

 

 

2?750 euro

 

 

Budgetsleutel

0200/21400007

 

0200/22400007

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

Departement financiën - technisch bureau

 

Opdrachten :

De gemeenteraad geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

Technisch bureau

Goedgekeurde overeenkomst overmaken aan studiebureau Talboom

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

CONTRACT OP AFROEP VOOR HET OPSTELLEN VAN ONTWERPEN VAN WEGENIS- EN RIOLERINGSPROJECTEN. - LASTENKOHIER EN RAMING -GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Contract op afroep voor het opstellen van ontwerpen van wegenis-en rioleringsprojecten” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/207 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

Deze opdracht is als volgt opgedeeld:

* Basisopdracht (Contract op afroep voor het opstellen van ontwerpen van wegenis-en rioleringsprojecten - dienstjaar 2014), raming: € 38.450,00 excl. btw of € 46.524,50 incl. 21% btw;

De opdracht kan maximaal 3 keer verlengd worden, telkens voor de duur van 1 jaar.

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 153.800,00 excl. btw of € 186.098,00 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de open offerteaanvraag.

 

Adviezen

Het technisch bureau geeft positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Contract op afroep voor het opstellen van ontwerpen van wegenis-en rioleringsprojecten”.

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 25.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

Diverse acties ikv investeringsprojecten

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De Gemeenteraad beslist het bijzonder bestek met nr. 2014/207 en de raming voor de opdracht “Contract op afroep voor het opstellen van ontwerpen van wegenis-en rioleringsprojecten”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 153.800,00 excl. btw of € 186.098,00 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open offerteaanvraag.

 

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Technisch Bureau

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

AANSTELLEN STUDIEBUREAU VOOR OPMAKEN STUDIE VOOR DE AANSLUITING HOGE VELDEN. - LASTENKOHIER EN RAMING - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Aanstellen studiebureau voor opmaken studie voor de aansluiting Hoge Velden” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/211 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 32.025,00 excl. btw of € 38.750,25 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

Adviezen

Het technisch bureau geeft positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Aanstellen studiebureau voor opmaken studie voor de aansluiting Hoge Velden”.

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet bereikt).

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

006/005/003/006

Ontwikkeling Hoge Velden Fase 1 : ontsluiting

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De Gemeenteraad beslist het bijzonder bestek met nr. 2014/211 en de raming voor de opdracht “Aanstellen studiebureau voor opmaken studie voor de aansluiting Hoge Velden”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 32.025,00 excl. btw of € 38.750,25 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

3

Technisch Bureau

SOLAG

Aanvragen en afleveringen

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

Opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

LEVEREN EN PLAATSEN VAN AFZETPAALTJES OP DE GROTE MARKT IN LIER.  LASTENKOHIER EN RAMING - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Leveren en plaatsen van afzetpaaltjes op de Grote Markt in Lier” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/210 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 22.210,00 excl. btw of € 26.874,10 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

Adviezen

Het technisch bureau geeft positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Leveren en plaatsen van afzetpaaltjes op de Grote Markt in Lier”.

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet bereikt).

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 105.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 3.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

005/002/005/013

Heraanleg Grote Markt

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

12 stemmen tegen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Katrien Vanhove en Olivier Peeters

1 onthouding: Memet Cinar

3 niet gestemd: Katleen Janssens, Marleen Vanderpoorten en Werner Cazaerck

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 12 stemmen tegen - 1 onthouding

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist dat het bijzonder bestek met nr. 2014/210 en de raming voor de opdracht “Leveren en plaatsen van afzetpaaltjes op de Grote Markt in Lier”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 22.210,00 excl. btw of € 26.874,10 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Technisch Bureau

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

Opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

CONTRACT OP AFROEP VOOR GRONDONDERZOEKEN VOOR WEGENIS-EN RIOLERINGSPROJECTEN - BODEMONDERZOEKEN BIJ CALAMITEITEN - BODEMONDERZOEKEN IN HET KADER VAN DE DECRETALE ONDERZOEKSPLICHT.  LASTENKOHIER EN RAMING. - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Contract op afroep voor grondonderzoeken voor wegenis-en rioleringsprojecten - bodemonderzoeken bij calamiteiten - bodemonderzoeken in het kader van de decretale onderzoeksplicht” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/209 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

Deze opdracht is als volgt opgedeeld:

* Basisopdracht (Contract op afroep voor grondonderzoeken voor wegenis-en rioleringsprojecten - bodemonderzoeken bij calamiteiten - bodemonderzoeken in het kader van de decretale onderzoeksplicht - dienstjaar 2014), raming: € 47.363,00 excl. btw of € 57.309,23 incl. 21% btw;

De opdracht kan maximaal 3 keer verlengd worden, telkens voor de duur van 1 jaar.

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 189.452,00 excl. btw of € 229.236,92 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de open offerteaanvraag.

 

Adviezen

Het technisch bureau en aanvragen en afleveringen - dienst leefmilieu geven positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Contract op afroep voor grondonderzoeken voor wegenis-en rioleringsprojecten - bodemonderzoeken bij calamiteiten - bodemonderzoeken in het kader van de decretale onderzoeksplicht”.

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 25.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

diverse acties ikv investeringsprojecten

 

005/001/009/001

 

 

 

staalname en analyse van lucht, water, bodem, geluid, calamiteiten, bodemonderzoeken

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het bijzonder bestek met nr. 2014/209 en de raming voor de opdracht “Contract op afroep voor grondonderzoeken voor wegenis-en rioleringsprojecten - bodemonderzoeken bij calamiteiten - bodemonderzoeken in het kader van de decretale onderzoeksplicht”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed tekeuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 189.452,00 excl. btw of € 229.236,92 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open offerteaanvraag.

Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

 

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

Technisch Bureau

Aanvragen en afleveringen - dienst leefmilieu

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

Opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

PRINCIPES VOOR DE ZUIVERING VAN HUISHOUDELIJK AFVALWATER AFKOMSTIG VAN DE GEMENGDE GEBRUIKSFUNCTIES WONEN EN BEDRIJFSACTIVITEITEN, GELEGEN IN DE INDIVIDUEEL TE OPTIMALISEREN ZONE VAN HET ZONERINGSPLAN: GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 24-1-2011 heeft de gemeenteraad de principes goedgekeurd m.b.t. de taken en kostenverdeling voor het plaatsen van IBA’s (individuele behandelingsinstallaties voor afvalwater) voor woningen die niet op de openbare riolering kunnen aangesloten worden (gelegen in individueel te optimaliseren gebied volgens het zoneringsplan). Het betreft de zonevreemde woningen, gelegen in agrarisch gebied.

 

Het stadsbestuur nam hiermee de taak op zich om bij deze woningen een IBA te plaatsen, te onderhouden en te exploiteren en sloot hiervoor met IGEMO een overeenkomst af tot 31-12-2014. IGEMO staat in voor de trajectbegeleiding, met name voor de plaatsing, planning en opvolging van de IBA’s bij de particulieren. De stad staat in voor het onderhoud.

 

 

Feiten en context

In het agrarische gebied is er naast zonevreemde woningen, eveneens bedrijvigheid aanwezig. Het betreft in hoofdzaak  land- en tuinbouwbedrijven, horeca, toeristische gastenverblijven en clublokalen van verenigingen. Het afvalwater van deze activiteiten moet eveneens verplicht door middel van een IBA gezuiverd worden.

 

Aangezien de afvalwaters van deze bedrijfsactiviteiten in principe enkel huishoudelijk van aard zijn, kan in dergelijke gevallen één IBA geplaatst worden die zowel het huishoudelijk afvalwater van de woning ALS van de bedrijvigheid zuivert.

 

Voor de bewoners/exploitanten biedt deze situatie de meest economische en ecologische oplossing.

 

Om de zuivering van het afvalwater voor deze gemengde functies mogelijk te maken, moet een voorwaardenkader vastgelegd worden.

 

 

Argumentatie

Het is aangewezen een regeling uit te werken waarbij het mogelijk wordt om huishoudelijk afvalwater, afkomstig van de gemengde gebruiksfuncties wonen en bedrijfsactiviteiten op één IBA te mogen aansluiten.

 

Er moeten criteria vastgelegd worden om dit principe te regelen. Deze criteria zijn:

 

- het afvalwater mag enkel afkomstig zijn van de functies land- en tuinbouw, clublokalen van verenigingen, horeca-activiteiten en toeristische gastenverblijven;

 

- het afvalwater van de bedrijfsactiviteit mag enkel van huishoudelijke aard zijn. Hieronder wordt verstaan: huishoudelijk afvalwater zoals gedefinieerd volgens artikel  1, 10° van VLAREM 1;

- de lozing van het huishoudelijk afvalwater van het bedrijfsgedeelte mag niet ingedeeld zijn overeenkomstig bijlage 1 van VLAREM 1, m.a.w. het lozingsdebiet mag maximaal 600 m³/jaar bedragen (max. 20 IE);

 

- de volledige bedrijvigheid, waarvan het huishoudelijke afvalwater afkomstig is moet beschikken over een rechtsgeldige milieuvergunning- en/of stedenbouwkundige vergunning, m.a.w. de activiteiten mogen niet illegaal zijn;

 

Indien aan bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, kan aanspraak gemaakt worden op volgende organisatorische en financiële regeling:

 

- de stad staat in voor de plaatsing van de IBA;

- de bedrijven krijgen van IGEMO dezelfde begeleiding als voor de begeleiding van particuliere IBA’s (infoavond, plaatsbezoek, documentatie en begeleiding);

- het bedrijf draagt volledige het gedeelte van de meerkost van de installatie omwille van de grotere benodigde capaciteit;

- het bedrijf draagt de volledige afkoppelingskost om de private rioleringsinfrastructuur van het bedrijf naar de IBA aan te sluiten;

- de stad neemt het onderhoud en het beheer van de IBA op zich. In ruil hiervoor betaalt het bedrijf een jaarlijkse exploitatievergoeding (EXV), zoals vastgelegd door de gemeenteraad in zitting van 16-12-2013 (exploitatievergoeding voor de zuivering van huishoudelijk afvalwater afkomstig van gemengde gebruiksfuncties wonen en bedrijfsactiviteiten);

- de stad factureert de meerkost  ten gevolge van de technische aansluiting op de IBA door aan het bedrijf.

 

Aangezien de stad instaat voor de plaatsing en het onderhoud van de IBA, dient een overeenkomst afgesloten te worden tussen de bewoner/exploitant en het stadsbestuur. Deze overeenkomst regelt de eigendomsrechten van de IBA, de plaatsing, het beheer, de gebruiksvoorschriften en de financiering.

 

Deze overeenkomst dient bij verkoop van het onroerend goed in de notariële akte opgenomen te worden, zodat deze tegenstelbaar is voor toekomstige eigenaars. De inhoud van de overeenkomst wordt in bijlage gevoegd.

 

 

Financiële weerslag

Per door de stad geplaatste IBA, ontvangt de stad een subsidie van de VMM van 2250 EURO.

 

De meerkosten van de hogere dimensionering van de IBA door de aansluiting van het gemengd gebruik, worden integraal aan het bedrijf doorgerekend.

 

De onderhoudskosten die door de stad worden gedragen, worden volledig gedekt door het aanrekenen van de exploitatievergoeding, zoals vastgesteld door de gemeenteraad van 16-12-2013.

 

De begeleiding door IGEMO voor de bewoners/exploitanten die aan de aansluitingscriteria voldoen, wordt gefinancierd onder actie 5/2/4/3 “voorzien van de nodige middelen om de zuiveringsplannen te verwezenlijken.”

 

Stemming

 

17 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck en Yahya Degirmenci

3 stemmen tegen: Ludo Peeters, Gert Van Eester en Koen Breugelmans

10 onthoudingen: Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Marcel Taelman, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Ella Cornelis, Jef Van der Wee, Memet Cinar, Katrien Vanhove en Olivier Peeters

3 niet gestemd: Katleen Janssens, Marleen Vanderpoorten en Werner Cazaerck

Goedkeuring met 17 stemmen voor - 3 stemmen tegen - 10 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de mogelijkheid aan te bieden om een IBA te plaatsen voor het zuiveren van huishoudelijk afvalwater afkomstig van de gemengde gebruiksfuncties wonen en bedrijfsactiviteiten, gelegen in de individueel te optimaliseren zone.

 

Art 2 :

Een IBA zal geplaatst worden indien aan volgende voorwaarden wordt voldaan:

 

- het afvalwater mag enkel afkomstig zijn van de functies land- en tuinbouw, clublokalen van verenigingen, horeca-activiteiten en toeristische gastenverblijven;

- het afvalwater van de bedrijfsactiviteit mag enkel van huishoudelijke aard zijn. Hieronder wordt verstaan huishoudelijk afvalwater zoals gedefinieerd volgens artikel  1, 10° van VLAREM 1;

- de lozing van het huishoudelijk afvalwater van het bedrijfsgedeelte mag niet ingedeeld zijn overeenkomstig bijlage 1 van VLAREM 1, m.a.w. het lozingsdebiet mag maximaal 600 m³/jaar bedragen (max. 20 IE);

- de volledige bedrijvigheid waarvan het huishoudelijke afvalwater afkomstig is moet beschikken over een rechtsgeldige milieuvergunning- en/of stedenbouwkundige vergunning, m.a.w. de activiteiten mogen niet illegaal zijn;

 

 

Art.3 :

Indien aan de voorwaarden onder artikel 2 wordt voldaan, kan aanspraak gemaakt worden op volgende organisatorische en financiële regeling:

 

- de stad staat in voor de plaatsing van de IBA;

- de bedrijven krijgen van IGEMO dezelfde begeleiding als voor de begeleiding van particuliere IBA’s (infoavond, plaatsbezoek, documentatie en begeleiding);

- het bedrijf draagt volledige het gedeelte van de meerkost van de installatie omwille van de grotere benodigde capaciteit;

- het bedrijf draagt de volledige afkoppelingskost om de private rioleringsinfrastructuur van het bedrijf naar de IBA aan te sluiten;

- de stad neemt het onderhoud en het beheer van de IBA op zich. In ruil hiervoor betaalt het bedrijf een jaarlijkse exploitatievergoeding (EXV), zoals vastgelegd door de gemeenteraad in zitting van 16-12-2013 (exploitatievergoeding voor de zuivering van huishoudelijk afvalwater afkomstig van gemengde gebruiksfuncties wonen en bedrijfsactiviteiten);

- de stad factureert de meerkost  ten gevolge van de technische aansluiting op de IBA door aan het bedrijf.

 

 

Art 4 :

De gemeenteraad keurt de inhoud van de overeenkomst tussen de stad en de eigenaar/exploitant goed.

 

Art 5 :

Kopieën:

Aantal

Bestemmeling

1

Departement aanvragen en afleveringen, cel Leefmilieu  en cel Integraal waterbeheer

1

Departement stadsinfrastructuur – team technisch bureau

1

IGEMO

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

UITBREIDING SAMENWERKINGSOVEREENKOMST MET DE OVAM I.V.M. VOORMALIGE STORTPLAATSEN. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het stadsbestuur heeft op 6 mei 2008 een samenwerkingsovereenkomst met de OVAM afgesloten voor het onderzoeken van de voormalige stortplaatsen op het grondgebied.

 

Naar aanleiding van deze overeenkomst heeft de Vlaamse regering op 31 mei 2008 een sitebesluit voor de voormalige stortplaatsen goedgekeurd.

 

Omwille van het vaststellen van grensoverschrijdende verontreiniging buiten de contouren van stortplaats 5, heeft het college in zitting van 7-10-2013 beslist een bijkomende site 5 BIS af te bakenen.

 

Feiten en context

Een sitebesluit legt de contouren van de voormalige stortplaatsen vast, bepaalt de modaliteiten bij overdracht van de percelen en regelt de verantwoordelijkheden voor het onderzoek en de eventuele sanering.

 

Momenteel zijn alle sites onderzocht. Uit het onderzoek blijkt dat er voor drie sites een bodemsanering noodzakelijk is. Het betreft de sites 4,5 en 9. Overeenkomstig de samenwerkingsovereenkomst en het sitebesluit dient de stad in te staan voor de sanering van stortplaats 5 (terrein Mechelsesteenweg - PIME). Stortplaatsen 4 en 9 worden door de OVAM gesaneerd.

 

Uit het bodemonderzoek op stortplaats 5 blijkt dat de verontreiniging zich verder uitstrekt buiten de afgebakende contour, dewelke reeds door de samenwerkingsovereenkomst en het sitebesluit werd vastgesteld.

 

De OVAM verzoekt het stadsbestuur een standpunt in te nemen m.b.t. het verdere onderzoek, aangezien er indicaties zijn dat de verontreiniging ernstig kan zijn.

 

Het stadsbestuur heeft volgende mogelijkheden:

 

1) de stad laat de percelen buiten de contour van stortplaats 5 opnemen in een nieuwe samenwerkingsovereenkomst en sitebesluit, onder dezelfde voorwaarden en modaliteiten zoals reeds vastgelegd.

 

OF

 

2) de stad laat de percelen niet opnemen in een sitebesluit en laat het initiatief tot onderzoek en eventuele sanering over aan de eigenaars (o.a. provincie Antwerpen).

 

 

 

Mogelijkheid 1 impliceert:

 

- afbakening van bijkomende site 5 BIS d.m.v. een nieuw (aanvullend) sitebesluit;

- kosten van het bodemonderzoek worden door het stadsbestuur gedragen;

- bij overdracht dienen de eigenaar, gelegen binnen de nieuwe contour, geen bodemonderzoek meer uit te voeren;

- kosten van de eventuele sanering vallen ten laste van het stadsbestuur, met mogelijkheid tot regres op de vervuiler (saneringsaansprakelijke);

- start van het onderzoek moet aangevat zijn binnen 180 dagen na bekendmaking van het aanvullende sitebesluit in het Belgisch Staatsblad.

 

 

Mogelijkheid 2 impliceert:

- eigenaars van de percelen worden door de OVAM aangemaand tot het uitvoeren van een bodemonderzoek;

- kosten van het bodemonderzoek worden door de eigenaars gedragen;

- eigenaars kunnen niet onmiddellijk overdragen: resultaten van het bodemonderzoek moet hiervoor eerst gekend zijn;

- kosten van de eventuele sanering vallen ten laste van de eigenaars, dewelke wel een regres op de vervuiler (saneringsaansprakelijke) kunnen uitvoeren.

 

De juridische dienst heeft zich over deze twee mogelijkheden gebogen en komt tot volgend besluit:

 

“Verwijzend naar ons onderhoud en op basis van de documenten en informatie waarover thans beschikking is, luidt het advies dat de Stad Lier haar (mogelijke) aansprakelijkheid en verantwoordelijkheid dient uit te breiden naar stortplaats site 5. Het lijkt juridisch niet verdedigbaar om de vervuiling die door de Stad of mede door de Stad werd veroorzaakt te beperken tot de reeds afgebakende plaatsen, nu de vervuiling zich blijkbaar ook uitstrekt in het daarnaast gelegen gebied.

 

Vermits de stortactiviteiten buiten de grens van stortplaats 5 dezelfde kenmerken vertoont als binnen de stortplaats, is de vervuiling naar alle waarschijnlijkheid ook door de Stad Lier veroorzaakt en is zij op basis van het schrijven van 1971 ook verplicht de eigenaars ook hiervoor te vrijwaren.”

 

Naar aanleiding van deze conclusie, heeft het college beslist om door de OVAM een bijkomende site 5 bis te laten opmaken, onder dezelfde modaliteiten dewelke bij de overige sites werden vastgelegd.

 

De contour van de nieuwe site 5 BIS werd bepaald op basis van verkennend onderzoek door ECOREM (aangesteld bodemsaneringsdeskundige), het advies van de OVAM en een studie door de cel Leefmilieu.

 

Het plan tot afbakening van de contour wordt in bijlage gevoegd. Site 5 BIS betreft volgende kadastrale percelen:

 

Afdeling 3 sectie E nummers 593 f 2, 593 p, 593 a 2, 593 y, 593 e 2, 593 c 2, 599 e, 600 a, 598, 597 a, 601 c, 602 e, 602 f, 607 s 2, 607 t 2, 607 p 2, 607 b 2, 609 c 2, 609 p, 607 n 2, 607 x 2, 593 b 2, 602 f, 607 c 2, 607 m 2, 609 w.

 

 

Juridische grond

Decreet van 27 oktober 2006 betreffende de bodemsanering en de bodembescherming.

 

Ministerieel besluit van 31 mei 2008 voor de sites voormalige stortplaatsen, deelproject 1 en 2.

 

Samenwerkingsovereenkomst van 8 mei 2008 tussen de stad Lier en de OVAM m.b.t. de geïntegreerde aanpak van potentieel verontreinigde sites.

 

 

Argumentatie

Op basis van het advies van de juridische dienst, blijkt dat de stad op zijn minst een mede-verantwoordelijkheid bezit. Het is dan ook aangewezen een aanvullende site in een nieuw sitebesluit op te nemen.  Hierdoor neemt de stad haar verantwoordelijkheid op en worden de eigenaars van de aanvullende site evenwaardig behandeld als de overige eigenaars binnen de reeds afgebakende sites.

 

Bijgevolg wordt een aanvullende site 5 bis afgebakend en wordt een aanvullende samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Aangezien de huidige en aanvullende overeenkomsten samen moeten gelezen worden, worden deze beide opnieuw goedgekeurd.

 

 

Financiële weerslag

De onderzoekskosten voor stortplaats 5 BIS worden door het stadsbestuur ten laste genomen.

 

De onderzoekskosten zijn afhankelijk van de geografische grootte van de verontreiniging. Deze is tot op heden niet gekend, waardoor er ook geen inschatting van de kosten kan gemaakt worden.

 

Het voorzien budget zou de onderzoekskosten moeten kunnen dekken.

 

Actienummer

Omschrijving actie

5.1.9.5

uitvoeren van bodemonderzoek op voormalige stortplaatsen

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het addendum bij de reeds goedgekeurde samenwerkingsovereenkomst dd. 8-5-2008 tussen de stad en de OVAM goed te keuren.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

5.1.9.5

uitvoeren bodemonderzoek op voormalige stortplaatsen

40 000 EURO

40 000 EURO

Budgetsleutel

 

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

ROOILIJNPLAN EN ONTEIGENINGSPLAN FRANS BOOGAERTSLAAN MET VERKLARING TOT GRATIS GRONDAFSTAND.  VOORLOPIGE VASTSTELLING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 31 mei 2010 besliste de gemeenteraad tot de vaststelling van de rooilijn en het faciliteren van een gratis grondafstand in het kader van een stedenbouwkundige aanvraag, en dit overeenkomstig het rooilijnplan van 25 maart 2010 dat werd opgemaakt door landmeter Mark Bernaerts.

 

Het afleveren van deze vergunning bracht bijgevolg een gratis grondafstand van 1854 m² met zich mee.

 

Tijdens het vorderen van de werken werd duidelijk dat er zich nog een aantal verschuivingen voordeden aan het oorspronkelijke plan waardoor de gratis grondafstand 1846 m² bedraagt en er een plaatsing van een hoogspanningscabine door Eandis op het over te dragen domein moet gebeuren.

 

De gemeenteraad besliste op 27 mei 2013 de gewijzigde rooilijn vast te stellen overeenkomstig het plan dd. 22 maart 2013 dat werd opgemaakt door Landmeter-Expert Ludo Van Dun, en het aangeduide perceel in erfpacht te geven aan Eandis voor het oprichten van een hoogspanningscabine.

 

 

Feiten en context

Het oorspronkelijke rooilijnplan, opgemaakt door Mark Bernaerts werd echter niet opgeheven waardoor het nog steeds in voege is.

 

De gemeenteraadsbeslissing van 27 mei 2013 werd niet voorafgegaan door de procedure voor wijziging van een rooilijn (met o.a. voorlopige vaststelling, openbaar onderzoek en definitieve vaststelling).

 

Het aangeduide perceel dat in erfpacht werd gegeven aan Eandis is inmiddels gewijzigd; 3.40 op 2.65 m in plaats van 3.45 op 2.70 m.

 

Heden ligt dan ook de aanvraag tot opheffing van het oorspronkelijke rooilijnplan (dd. 25 maart 2010, opgemaakt door landmeter Mark Bernaerts) voor.

Tevens wordt gevraagd de gemeenteraadsbeslissing van 27 mei 2013 in te trekken en de procedure op te starten tot vaststelling van het rooilijnplan en onteigeningsplan Frans Boogaertslaan met gratis grondafstand.

Later in de procedure (definitieve vaststelling) wordt de vraag naar het toestaan van de cabine van Eandis middels een erfpacht mee behandeld.

 

 

Adviezen

Advies Ruimtelijke Planning:

“Rooilijnplannen en onteigeningsplannen zijn bestuurdocumenten die gedurende een lange periode geraadpleegd moeten worden, vaak als voorbereiding voor stedenbouwkundige aanvragen en als informatiebron bij eigendomskwesties.

Het is daarom erg belangrijk dat deze plannen correct zijn. Ruimtelijke planning adviseert daarom om het oorspronkelijke plan dd. 25 maart 2010 (opgemaakt door landmeter Mark Bernaerts) op te heffen en in de plaats het rooilijnplan en onteigeningsplan van 31/10/2013, opgemeten door Landmeter-Expert Ludo Van Dun vast te stellen.”

 

Advies Patrimonium:

“Wat de voorgestelde erfpacht betreft is het zo dat de verkoop van het kleine stukje grond (3.40 op 2.65 m) niet opportuun lijkt te zijn. Via een erfpacht kan aan Eandis een tijdelijk zakelijk recht worden toegestaan voor maximaal 99 jaar. Deze manier van overdracht lijkt dan ook het meest geschikt te zijn.

Daar waar oorspronkelijk werd voorgehouden dat een erfpacht niet mogelijk was op het openbaar domein wordt vandaag meer en meer aanvaard dat erfpacht wel mogelijk is voor zover dit verzoenbaar is met de openbare bestemming van het onroerend goed.

De voorgestelde erfpacht is dan ook mogelijk op het over te dragen openbaar domein aangezien deze de bestemming daarvan tot het gebruik van allen niet verhindert.

De erfpacht kan in de akte van gratis grondafstand worden opgenomen.”

 

 

Juridische grond

Artikel 42 § 1 van het gemeentedecreet, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 15 juli 2005 en latere wijzigingen, bepaalt dat de gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden die het gemeentelijk belang raken.

 

Artikel 43 § 2, 12° van het gemeentedecreet, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 15 juli 2005 en latere wijzigingen, bepaalt dat de gemeenteraad de bevoegdheid heeft om te beslissen over het verlenen van een recht van erfpacht of opstal.

 

Artikel 57 § 3, 12° van het gemeentedecreet, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 15 juli 2005 en latere wijzigingen, bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling  van de rooilijnen van de wegen, met inachtneming van de algemene plannen als dergelijke plannen bestaan.

 

Volgens artikel 9 § 1 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, stelt de gemeenteraad het ontwerp van rooilijnplan voorlopig vast.

 

Het ontwerp bevat minstens de getroffen percelen en hun oppervlakte, alsook de actuele en toekomstige rooilijn. Het bevat in voorkomend geval ook de nutsleidingen die als gevolg van de realisatie van de toekomstige rooilijn op privaat domein zullen liggen. De Vlaamse Regering kan de inhoud van het ontwerp nader bepalen.

 

Het ontwerp van rooilijnplan en onteigeningsplan voldoet hieraan.

 

Volgens artikel 9 § 2 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, onderwerpt het college van burgemeester en schepenen het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan aan een openbaar onderzoek dat binnen dertig dagen na de voorlopige vaststelling, bedoeld in § 1, minstens wordt aangekondigd door :

1° aanplakking in de gemeente;

2° een bericht in het Belgisch Staatsblad ;

3° een afzonderlijke mededeling, bij aangetekende brief in hun woonplaats, aan de eigenaars van de onroerende goederen die zich bevinden in het ontwerp van rooilijnplan;

4° een afzonderlijke mededeling aan de deputatie;

5° een afzonderlijke mededeling aan de beheerders van aansluitende openbare wegen;

6° een afzonderlijke mededeling aan de maatschappijen van geregeld vervoer.

 

Deze aankondiging vermeldt minstens :

1° waar het ontwerp ter inzage ligt;

2° de begin- en einddatum van het openbaar onderzoek;

3° het adres waar de opmerkingen en bezwaren dienen toe te komen of kunnen worden afgegeven en de te volgen formaliteiten;

4° dat een rooilijnplan ook gevolgen heeft voor werken en handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning is vereist, met verwijzing naar artikel 16, vierde lid, van dit decreet.

 

Art 9 § 3 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, bepaalt dat na de aankondiging het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan gedurende dertig dagen ter inzage wordt gelegd in het gemeentehuis.

 

Art 9 § 4 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, bepaalt dat opmerkingen en bezwaren uiterlijk de laatste dag van het openbaar onderzoek naar de gemeente worden verstuurd per aangetekende brief of afgegeven tegen ontvangstbewijs.

 

Volgens artikel 11 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009 kan de gemeente de onroerende goederen vereist voor de realisatie van de rooilijnplannen verwerven door onteigening in het algemeen belang.

 

Volgens artikel 12 van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009 moet het onteigeningsplan, dat gelijktijdig met het rooilijnplan waarvan het de uitvoering beoogt wordt opgesteld, samen met dit plan worden onderworpen aan de procedure voor de vaststelling van dit rooilijnplan.

 

Volgens Artikel 16, vierde lid van het decreet houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen , goedgekeurd door de Vlaamse regering op 8 mei 2009, heeft een rooilijnplan ook gevolgen voor werken en handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning vereist is.

 

 

Openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek waaraan het ontwerp van het rooilijnplan en onteigeningsplan ‘Frans Boogaertslaan’ wordt onderworpen zal doorgaan van 17 maart 2014 tot en met 15 april 2014.

 

 

Argumentatie

De rooilijn geeft de huidige of de toekomstige grens weer tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen. Het is van groot belang dat het rooilijnplan overeenkomt met de werkelijke situatie en aansluit op het achterliggend bouwproject.

 

Omwille van verschuivingen aan het oorspronkelijke plan is het noodzakelijk het plan op te heffen en een nieuw rooilijnplan en onteigeningsplan vast te stellen.

 

Middels de correcte rooilijn wordt een gebied van 1846m² overgedragen waarop een hoogspanningscabine van Eandis geplaatst dient te worden. Deze cabines worden meestal toegestaan middels een erfpacht. De erfpacht wordt later in de procedure, bij definitieve vaststelling geregeld.

 

Omdat de procedure tot wijziging van het oorspronkelijke plan niet correct werd gevoerd is het aangewezen de gemeenteraadsbeslissing van 27 mei 2013 ‘wijziging rooilijn, gratis grondafstand en erfpacht’ in te trekken.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De Gemeenteraad beslist het oorspronkelijke rooilijnplan, dd. 25 maart 2010 dat werd opgemaakt door landmeter Mark Bernaerts, op te heffen.

 

Art 2 :

De Gemeenteraad beslist de gemeenteraadsbeslissing van 27 mei 2013 ‘wijziging rooilijn, gratis grondafstand en erfpacht’ in te trekken.

 

Art 3 :

De Gemeenteraad beslist het ontwerp van rooilijnplan en onteigeningsplan ‘Frans Boogaertslaan’ met gratis grondafstand van 1846m², opgemeten door Landmeter-Expert Ludo Van Dun dd. 31/10/2013, voorlopig vast te stellen.

 

Art 4 :

Kopieën:

Aantal

Bestemmeling

1

Patrimonium

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

RENOVATIE ATLETIEKPISTE "NETESTADION" IN LIER. - LASTENKOHIER EN RAMING. - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Renovatie atletiekpiste "Netestadion" in Lier” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/206 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 361.034,00 excl. btw of € 436.851,14 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de open offerteaanvraag.

 

 

Adviezen

Uit In Lier - team sport geeft positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Renovatie atletiekpiste "Netestadion" in Lier”.

 

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 25.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

006/005/003/005

Vervangen toplaag atletiekpiste

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het bijzonder bestek met nr. 2014/206 en de raming voor de opdracht “Renovatie atletiekpiste "Netestadion" in Lier”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 361.034,00 excl. btw of € 436.851,14 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open offerteaanvraag.

Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

2

Uit in Lier - team sport

Technisch Bureau

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

Opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

AFBREKEN VAN DE BESTAANDE EN LEVEREN EN PLAATSEN VAN EEN NIEUWE TELESCOPISCHE TRIBUNE IN CULTUREEL CENTRUM "DE MOL. LASTENKOHIER EN RAMING. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Afbreken van de bestaande en leveren en plaatsen van een nieuwe telescopische tribune in Cultureel Centrum "De Mol" in Lier” werd een bijzonder bestek met nr. 2014/208 opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten.

 

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 268.595,04 excl. btw of € 325.000,00 incl. 21% btw.

 

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de open offerteaanvraag.

Deze raming overschrijdt de limieten van de Europese bekendmaking.

 

Adviezen

Uit in Lier geeft positief advies voor de aanbesteding van de opdracht “Afbreken van de bestaande en leveren en plaatsen van een nieuwe telescopische tribune in Cultureel Centrum "De Mol".

 

Juridische grond

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.

Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 25.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten.

Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 5, § 2.

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient het lastenkohier, de wijze van gunnen en het ramingsbedrag  goed te keuren ingeval aanbestedingen van investeringsprojecten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

006/006/011/003

Nieuwe tribune CC De Mol

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist dat het bijzonder bestek met nr. 2014/208 en de raming voor de opdracht “Afbreken van de bestaande en leveren en plaatsen van een nieuwe telescopische tribune in Cultureel Centrum "De Mol" in Lier”, opgesteld door de dienst aankoop en overheidsopdrachten goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 268.595,04 excl. btw of € 325.000,00 incl. 21% btw.

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open offerteaanvraag.

De opdracht zal Europees bekend gemaakt worden.

Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal en Europees niveau.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Uit in Lier

 

Opdrachten :

Het schepencollege geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

aankoop en overheidsopdrachten

opstarten procedure

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

GEMEENTELIJK RETRIBUTIEREGLEMENT OP WERKEN AAN NUTSVOORZIENINGEN OP GEMEENTELIJK OPENBAAR DOMEIN. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Sedert 2005 kunnen de Iveka-gemeenten aan de distributienetbeheerder een retributie aanrekenen voor de hinder op het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan de nutsvoorzieningen elektriciteit en gas.

 

Feiten en context

Het huidige retributiereglement werd in de gemeenteraad van 16 december 2013 goedgekeurd, zijnde een verlenging van het vorige reglement.

 

In het goedgekeurde reglement werd echter ingevolge een miscommunicatie volgende belangrijke toevoeging in artikel drie niet opgenomen :

 

Ter compensatie van de vrijstelling van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,5 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de stad/gemeente.

 

Derhalve wordt het reglement nu opnieuw aan de raad voorgelegd mits toevoeging van deze clausule.

 

Retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein.

 

Gelet op het feit dat de gemeente en burgers voortdurend geconfronteerd worden met de plaatsing en/of onderhoud aan verschillende nutsvoorzieningen op gemeentelijk grondgebied.

 

Gelet op het feit dat deze nutsvoorzieningen werkzaamheden vergen langs de gemeentelijke wegen en aldus een impact hebben op het openbaar domein.

 

Gelet op de goedkeuring door de gemeente van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gemeentewegen die tot doel heeft een snelle en vlotte uitvoering van de werken te bevorderen, teneinde de hinder en de duur van de werken tot een minimum te herleiden.

 

Gelet op het feit dat deze code werd opgemaakt door een overlegplatform bestaande uit een delegatie van nutsbedrijven en een delegatie van de gemeente, de Vlaamse Administratie van Wegen en Verkeer en van Binnenlandse Aangelegenheden.

 

Gelet op het feit dat er op het vlak van het onderhoud en de herstellingen ook geregeld dringende werken moeten worden uitgevoerd die verband houden met de continuïteit van de dienstverlening en dat er daarnaast een aantal weken zijn zoals aansluitingswerken, herstellingen en andere kleine onderhoudswerken die omzeggens constant een impact hebben op het openbaar domein.

 

Gelet op het nieuwe gemeentedecreet.

 

Stemming

 

23 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Jef Van der Wee, Memet Cinar, Annemie Goris, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

7 onthoudingen: Ludo Peeters, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

3 niet gestemd: Katleen Janssens, Marleen Vanderpoorten en Werner Cazaerck

Goedkeuring met 23 stemmen voor - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het onderstaand retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein goed te keuren.

 

Art 2 :

Retributiereglement op werken aan nutsvoorzieningen op gemeentelijk openbaar domein.

Artikel 1 - Algemeen

Er wordt aan de eigenaar van elke nutsvoorziening een retributie aangerekend op de gemeentelijke dienstverlening en het gebruik van het gemeentelijk openbaar domein naar aanleiding van werken aan permanente nutsvoorzieningen op het gemeentelijk openbaar domein, in uitvoering en met toepassing van de Code voor Infrastructuur- en Nutswerken langs gewestwegen.

 

Permanente nutsvoorzieningen zijn:

-alle installaties (zoals kabels, leidingen, buizen), inclusief hun aanhorigheden (zoals kabel-, verdeel-, aansluit-, e.a. kasten, palen, masten, toezichts-, verbindings-, e.a. putten…) dienstig voor het transport van elektriciteit, gas, gasachtige producten, stoom, drink-, hemel- en afvalwater, warm water, brandstof;

-telecommunicatie

-radiodistributie en kabeltelevisie;

-de transmissie van enigerlei data, ongeacht of een privégebruiker al dan niet op die installaties kan aangesloten worden,

-alle trein- en tramsporen die zich bevinden op de openbare weg worden eveneens voorzien als nutsvoorzieningen.

 

De retributie is niet verschuldigd indien werken worden uitgevoerd samen met of onmiddellijk voorafgaand aan wegen- en rioleringswerken uitgevoerd door de gemeente of indien het werken zijn die uitgevoerd worden op verzoek van de gemeente.

Onderhavig retributiereglement gaat in vanaf heden voor een termijn eindigend op 31 december 2016.

 

Artikel 2 - retributie naar aanleiding van sleufwerken

De retributie naar aanleiding van sleufwerken is verschuldigd per dag en per lopende meter openliggende sleuflengte voor alle sleufwerken. Zij bedraagt voor werken in rijwegen 2,0 euro, voor werken in voetpaden 1,5 euro en voor werken in aardewegen 0,9 euro.

 

Wanneer in dezelfde sleuf gelijktijdig werken uitgevoerd worden voor twee of meer nutsvoorzieningen bedraagt voormelde retributie voor de eigenaar van elke nutsvoorziening 60% van hogervermeld(e) bedrag(en).

Een begonnen dag geldt voor een volledige dag.

Elk deel van een lopende meter wordt als een volledige lopende meter in rekening gebracht.

 

Artikel 3 - retributie voor dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen kleine onderhoudswerken.

Voor de hinder veroorzaakt door de dringende werken, aansluitingswerken, herstellingen en kleine onderhoudswerken met een sleufoppervlakte van maximum 3m², wordt per kalenderjaar een retributie geheven van 1 euro per op het grondgebied van de gemeente aanwezig aansluitingspunt.

 

Ter compensatie van de vrijstelling van diverse heffingen en belastingen in hoofde van zowel de distributienetbeheerder als haar werkmaatschappij wordt een retributie voorzien van 0,5 euro per aanwezig aansluitingspunt op het grondgebied van de stad/gemeente.

 

Deze retributies zijn verschuldigd vóór het einde van ieder jaar. In dit kader doet iedere nutsmaatschappij vóór 15 december van ieder jaar opgave van het aantal aansluitingspunten op het grondgebied van de gemeente.

 

Artikel 4 - Inning

De retributie dient te worden betaald binnen de 30 kalenderdagen na toezending van de facturen. De inning van deze retributie gebeurt desnoods overeenkomstig de wettelijke bepalingen betreffende de burgerlijke procedure.

 

Artikel 5 - Definitief karakter

Indien geen bezwaren worden ingediend gedurende het openbaar onderzoek zal deze verordening als definitief worden aanzien en aan een de hogere overheid worden toegezonden voor toepassing van het algemeen toezicht.

 

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Dhr. Verbiesen José - Iveka

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

INTERPELLATIES

 

Interpellatie 1: van Ella Cornelis (Vlaams Belang) i.v.m. Reclamebord Decaux Grote Markt

 

In het uitreksel van het CBS van 30/08/2011 werd vermeld, dat het contract met de firma Decaux verlengd wordt tot 18/09/2022.

 

In ruil voor het verzaken aan de mogelijkheid het contract op te zeggen stelt Decaux voor, de stadsplannen te actualiseren en enkele borden te verplaatsen die “ongelukkig” werden geplaatst of als gevolg van de werken aan de Grote Markt werden verwijderd.

 

Recent werd op de Grote Markt, ter hoogte van apotheek De Lindeboom, een nieuw bord geplaatst.

 

Dit bord is een prachtig voorbeeld van “ongelukkig “ geplaatst.

Decaux noemt dit een stadsplanbord maar het is in werkelijkheid niets meer dan een reclamebord dat op deze onmogelijke plaats ons stadsbeeld ontsiert.

Het ontneemt de voorbijganger het prachtige lengtezicht van de Markt naar de Grote Kerk.

 

Een dergelijke poging was in het verleden reeds ondernomen ter hoogte van BNP Paribas, aan de overkant dus, maar daar zag men blijkbaar tijdig in dat het zicht naar de Nete volledig wegviel.

 

Deze “Art Decaux” is pure beeldpollutie, zoals ik in een vorige interpellatie reeds vermeld had.

 

Mijn vraag is:

         Wie heeft de plaats van dit bord beslist?

         Gaat de Grote Markt nog borden krijgen?

         Zo ja, waar worden ze geplaatst?

         Hoe kan het dat de reclameborden op de Markt worden toegelaten en  het herplaatsen van de oude wegwijzer, en de oude rode brievenbus ,door de architect ,werd geweigerd?

         Is het CBS gelukkig met de plaats van dit reclamebord?

         Zo neen, wordt het bord opnieuw verplaatst en naar welke locatie?

 

 

Interpellatie 2: van Patrick Tersago (Vo-LK) i.v.m. Actieplan Lierse middenstand

 

Graag had ik op de gemeenteraad van februari 2014 een antwoord gekregen op volgende interpellatie:

Ik verwijs naar de eerdere interpellaties van april 2014, september 2014 en oktober 2014 met betrekking tot het actieplan ter ondersteuning van de Lierse middenstand. De schepen beloofde toen met een plan te komen in “het najaar”.

Bij de budgetbespreking was er van een actieplan nog steeds geen sprake. En dit ondanks de verschillende beloftes.

Begin januari 2014 verklaarde de schepen aan de pers dat het actieplan bekend zou worden gemaakt begin februari 2014. Bij het stellen van deze vraag 18 februari 2014 blijkt deze uitspraak weerom geen waarde te hebben.

Tot vervelens toe : mijnheer de schepen : wat is de stand van zaken en wanneer mag de Lierse middenstand eindelijk iets verwachten?

 

 

Interpellatie 3: van Katrien Vanhove (GROEN) i.v.m. Noodplan horeca

 

Eind januari kondigde schepen Lucien Herijgers een noodplan aan om Lier weer aantrekkelijk te maken. Winkeleigenaars en horeca-uitbaters blijken immers hun aantal klanten te zien afnemen en roepen de hulp van de stad in. Ze wijten de vermindering van het aantal klanten aan de zogenaamd slechte bereikbaarheid van het stadscentrum en meer bepaald aan het wegvallen van de parkeerplaatsen op de Grote Markt. Eén van hun eisen is het opnieuw mogelijk maken van parkeren op de Grote Markt en het herzien van de parkeertarieven in de ondergrondse parking op nog geen 100 meter daar vandaan.

 

Het is niet duidelijk wanneer dit noodplan er zal zijn. Wel werd er aangekondigd dat er op 18 februari een onderhoud zou plaatsvinden tussen het stadsbestuur en de winkeliers en horeca-uitbaters.

 

In tussentijd verscheen er ook een open brief van een oud-schepen. De reactie van burgemeester Frank Boogaerts luidde als volgt: ‘Ik begrijp de uitbaters, maar parking op de markt staat niet in ons bestuursakkoord en ik geloof niet dat dit weer mogelijk zal worden. Destijds was ik echter ook voorstander van parking onder de Grote Markt. Ik zit in ieder geval nog samen met de betrokken partijen en dan zullen we ook nog zien met parkeerbeheer. Voorlopig gaan we enkel de besprekingen afwachten.’

 

Uit het voorgaande volgen deze vragen:

 

1.Wanneer zal het noodplan er zijn? Zal dit voorgelegd worden aan de Lierse gemeenteraad?

2.Overweegt het college van burgemeester en schepenen om parkeren op of onder de Grote Markt opnieuw mogelijk te maken?

3.Overweegt het college van burgemeester en schepenen om de tarieven in de ondergrondse parkeergarage vlakbij de Grote Markt te verlagen?

4.Wat was de agenda van het overleg met de winkeliers en horeca-uitbaters op dinsdag 18 februari? Is hier een verslag van? Werden daar toezeggingen of afspraken gemaakt? Zo ja, de welke?

 

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

OPENSTELLING VAN DE VREDEBERGSTRAAT VOOR TWEERICHTINGSVERKEER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het stadsbestuur voerde op 18 februari 2013 een nieuwe verkeerscirculatie in op en rond de Grote Markt. De Vredebergstraat werd hierbij een eenrichtingsstraat.

 

Feiten en context

Het huidige eenrichtingsverkeer in de Vredebergstraat zorgt voor nodeloos rondrijden in de Lierse binnenstad. Autobestuurders die vanuit de richting Koning Albertstraat naar de Werf willen, worden via de nieuwe verkeerscirculatie onnodig over het Zimmerplein gestuurd en moeten zowat de hele stadskern doorkruisen.

Niet in het minst zijn de buurtbewoners het grootste slachtoffer, maar ook veel toeristen weten het dikwijls niet meer. De GPS stuurt hen naar de Vredebergstraat, waar zij niet verder kunnen en de weg moeten vragen om bijvoorbeeld aan de Sint-Gummaruskerk te geraken.

 

Argumentatie

Het openstellen van de Vredebergstraat voor tweerichtingsverkeer zorgt voor een betere spreiding van het verkeer van oost naar west in het centrum.

 

Voorstel besluit

Art 1 :

De gemeenteraad beslist akkoord te gaan om dubbelrichtingsverkeer in de Vredebergstraat toe te laten vanaf de Abtsherbergstraat tot aan de Vismarkt. Het aanvullend reglement op de politie van het wegverkeer zal in die zin worden aangepast.

 

Stemming

 

3 stemmen voor: Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

26 stemmen tegen: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Ludo Peeters, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Els Van Weert, Öztürk Taspinar, Sabine Leyzen, Jef Van der Wee, Memet Cinar, Annemie Goris, Kristof Buelens, Kelly Verheyden, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci en Katrien Vanhove

1 onthouding: Patrick Tersago

3 niet gestemd: Katleen Janssens, Marleen Vanderpoorten en Werner Cazaerck

Verworpen met 3 stemmen voor - 26 stemmen tegen - 1 onthouding

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist niet akkoord te gaan om dubbelrichtingsverkeer in de Vredebergstraat toe te laten vanaf de Abtsherbergstraat tot aan de Vismarkt.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 24 februari 2014

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT: AANPASSING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad werd goedgekeurd tijdens de gemeenteraadszitting van 25 februari 2013. Het stadsbestuur voerde daarbij een aantal wijzigingen door die een onderscheid maken tussen grotere politieke fracties en eenmansfracties.

 

Feiten en context

De commissie voor bestuurszaken van het Vlaams parlement oordeelde dat een dergelijk onderscheid ontoelaatbaar is. Het art. 49, § 1., 2° van het huishoudelijke reglement moet dus worden aangepast, zoals het Vlaams Belang reeds suggereerde tijdens de stemming van dit huishoudelijk reglement in de gemeenteraadszitting van 25 februari 2013 (zie toenmalig amendement nr. 6).

 

Juridische grond

Gemeentedecreet

 

Argumentatie

Het Agentschap Binnenlands Bestuur zegt hieromtrent het volgende: “Artikel 17, §1 van het Gemeentedecreet stelt dat de gemeenteraad voor een aantal vergaderingen bij reglement kan bepalen dat presentiegeld wordt verleend, het is dus geen verplichting. Als gevolg van datzelfde artikel bepaalt de Vlaamse Regering de lijst met voornoemde vergaderingen, die voortvloeien uit de mandaatverplichtingen van de gemeenteraadsleden. Die lijst vindt men terug in artikel 10 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 houdende de bezoldigingsregeling van de lokale en provinciale mandataris en omvat onder andere “de vergaderingen van de commissies, met inbegrip van de vergaderingen waarvoor de raadsleden overeenkomstig artikel 39, §3, vierde lid, van het Gemeentedecreet aangewezen zijn als lid met raadgevende stem, en de afdelingen” (art. 10, §1, 1°).

 

De gemeenteraad bepaalt in uitvoering van artikel 17, § 2, van het Gemeentedecreet, zelf het bedrag van de presentiegelden, binnen de grenzen die vastgelegd zijn door de Vlaamse Regering. De toekenning van deze presentiegelden, worden samen met de nadere regelen betreffende de samenstelling en de werkwijze van de commissie, bepaald in het huishoudelijke reglement (art. 39, §5, Gemeentedecreet).

 

In het verslag aan de regering bij het besluit van 5 juni 2009 staat wel dat de gemeenten, districten en provincies niet verplicht zijn het presentiegeld uniform vast te stellen. Zo lijkt het logisch, vermeldt het verslag, dat het presentiegeld voor de voorzitter hoger kan liggen dan dat voor de overige raadsleden, dit echter met een maximum van een dubbel presentiegeld. De besturen kunnen ook een differentiatie inbouwen naargelang de aard van de vergadering, de duur en de complexiteit evenals het opvragen en raadplegen van de dossiers door de raadsleden. Zij kunnen ook rekening houden met het al dan niet volledig deelnemen aan de zitting.

 

Het is aangewezen om het vaststellen van het presentiegeld te laten afhangen van de werklast die de vergadering meebrengt en niet met het statuut van de raadsleden. Het is niet billijk om raadsleden met een raadgevende stem een lager presentiegeld toe te kennen dan de effectieve leden, indien de belasting voor beiden dezelfde is. Zo is het dus ook niet onlogisch dat éénmansfracties frequenter presentiegeld ontvangen, omdat ze ook meer vergaderingen moeten bijwonen.”

 

Minister Keulen zegt hierover in het Vlaams parlement op 24/04/2007 op een vraag van Vlaams volksvertegenwoordiger Frans Peeters het volgende: “Op uw vraag of er een onderscheid kan worden gemaakt in de hoogte van het presentiegeld voor een effectief gemeenteraadslid en een lid met raadgevende stem, moet ik negatief antwoorden. Het is niet verdedigbaar dat er een gedifferentieerd en lager presentiegeld wordt toegekend aan een gemeenteraadslid dat zetelt als raadslid met raadgevende stem, zelfs als hij zou zetelen in alle commissievergaderingen. Het raadslid dat in een commissie zetelt met raadgevende stem moet dezelfde inspanningen leveren als een effectief commissielid. De voorbereidende stukken moet men voorbereiden en bestuderen en de zitting moet met evenveel aandacht bijgewoond worden. Gemeenteraadsleden, ook eenmansfracties, hebben op basis van het Gemeentedecreet het recht om in commissies te zetelen. Alle deelnemers die, zoals al eerder werd aangehaald, eenzelfde inspanning moeten leveren om aan die commissievergadering te kunnen deelnemen, moeten op eenzelfde manier worden behandeld. Ze hebben zodoende recht op hetzelfde presentiegeld. Het aantal commissievergaderingen waaraan het gemeenteraadslid in theorie kan deelnemen of het aantal leden waaruit de fractie bestaat waartoe de commissieleden behoren, kunnen geen criterium zijn om een differentiatie in het presentiegeld in te voeren.”

 

De bedoeling van de wetgever is duidelijk: discriminatie in de behandeling van gemeenteraadsleden vermijden. Een recente decreetwijziging in het Vlaams Parlement bevestigt dit eens te meer en moet elke foutieve interpretatie van het Gemeentedecreet hieromtrent wegnemen.

 

Financiële weerslag

De noodzakelijke goedkeuring van dit toegevoegd punt hoeft geen extra uitgave te betekenen voor de stadskas. Door een gezamenlijke inlevering van alle gemeenteraadsleden kunnen de drie eenmansfracties toch een commissielid met raadgevende stem aanwijzen in alle commissies zonder dat de begroting bezwaard wordt.

 

Voorstel besluit

Art 1 :

De gemeenteraad beslist in art. 49, § 1., 2° de zin “de gemeenteraadscommissies, met uitzondering van de vergaderingen waarvoor de raadsleden aangewezen zijn als lid met raadgevende stem” te vervangen door “de gemeenteraadscommissies inclusief deze waarvoor raadsleden overeenkomstig art. 39, §3, vierde lid Gemeentedecreet zijn aangewezen als leden met raadgevende stem en overeenkomstig art. 31, § 4. van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad.”

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om in art. 49, § 2, 2 het getal “95” vervangen door “60”, opdat deze aanpassing geen enkele weerslag zou hebben op de Lierse stadskas.

 

 

Na bespreking wordt beslist om dit punt te verwijzen naar een vergadering van de fractieleiders.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist dit punt te verwijzen naar een vergadering van de fractieleiders.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019