Lier

Zitting van 27 november 2017

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

REGELING DER WERKZAAMHEDEN

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

ONTSLAG VAN RAADSLID UIT EEN POLITIEKE FRACTIE. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Met een email op 11 november 2017 aan de secretaris deelt de heer Taelman Marcel dat hij niet langer deel uitmaakt van de gemeenteraadsfractie van Vlaams Belang. De heer Taelman Marcel zal als onafhankelijke raadslid in de gemeenteraad zetelen.

 

Conform het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, kan hij als dusdanig niet meer zetelen in de verschillende commissies en behoudt de gemeenteraadsfractie Vlaams Belang eenzelfde aantal leden in de commissies. Hij dient als dusdanig in de volgende commissies te worden vervangen:

         Commissie 5 (openbare ruimte en mobiliteit)

         Commissie 6 (sport, cultuur, onderwijs en bibliotheek)

 

De voorzitter van Vlaams Belang, Bart Verhoeven, meldde op 15 november 2017 dat de heer Marcel Taelman in commissie 5 zal vervangen worden door mevrouw Ella Cornelis en in commissie 6 door de heer Olivier Peeters.

 

Juridische grond

         Gemeentedecreet art. 38 en 39

         Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 februari 2013 (en latere wijzigingen) - art. 31

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van de raadslid de heer Taelman Marcel uit de Vlaams Belang-fractie.

 

Art 2 :

De gemeenteraad neemt kennis van de gewijzigde samenstelling van de commissies:

         Commissie 5 (openbare ruimte en mobiliteit): Marcel Taelman wordt vervangen door Ella Cornelis

         Commissie 6 (sport, cultuur, onderwijs en bibliotheek): Marcel Taelman wordt vervangen door Olivier Peeters

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

MONDELINGE VRAGEN

 

Mondelinge vraag 1 : van Patrick Tersago (vo-LK) i.v.m. erfpacht woningen begijnhof Lier

Op 17 mei 2016 werd er op de OCMW raad beslist om 4 woningen in het Lierse begijnhof in erfpacht te geven. Dit in navolging van enkele andere steden waar een gelijkaardige procedure er voor heeft gezorgd dat deze huisjes sneller gerenoveerd konden worden.

De openbare procedure werd, na onderzoek en voorbereiding opgestart en inschrijvingen werden opgewacht.

Graag had ik geweten wat het resultaat hiervan is. Zijn, of waren, alle vier de huisjes toegewezen?

Blijkbaar zijn er echter ook problemen. In de OCMW raad van november werd er immers een vraag behandeld van één van de erfpachters om de afgesproken of de geboden vergoeding te herzien. Dit omwille van het feit dat blijkbaar de dienst monumenten beroep heeft aangetekend tegen de vergunning welke door Stad Lier werd afgeleverd. (kennisname op CBS van 6/11)

Is dit dossier een alleenstaand feit of hebben de andere erfpachters hier ook problemen mee?

Was er, in voorbereiding op de aanbesteding, een overleg met de bevoegde dienst om vast te leggen wat kon en wat niet kon ? Waren de erfpachters hiervan op de hoogte?

Tot slot, wat is de stand van zaken en is er een financiële impact voor de stad (buiten de inkomstenderving)?

 

Antwoord schepen Marleen Vanderpoorten:

In de voorbereiding op de erfpachtgeving werd voor elke woning bouwhistorisch- en bouwfysisch onderzoek uitgevoerd.

Elke begijnhofwoning werd gedetailleerd in kaart gebracht. Zo zijn er telkens een grondplan, gevelaanzicht en verschillende sneden beschikbaar. De grenzen waarbinnen de erfpachter zijn gang mag gaan, staan in detail uitgelegd in de bouwhistorische nota. Het onderzoek bevat ook één of meerdere voorstellen waarop staat weergegeven hoe de woning mogelijk kan worden gerenoveerd. Deze studies waren beschikbaar op de website van de stad in aanloop op de vererfpachting.

De studies werden nagelezen door de erfgoedconsulent van de dienst Onroerend Erfgoed Antwerpen. Zijn advies, samen met de brochures van de dienst erfgoed waarin de procedures en de mogelijke te verkrijgen subsidies rond beschermde monumenten worden toegelicht, waren ook beschikbaar op de website van de stad .

Naast deze studies werden de woningen die in erfpacht worden gegeven ook onderzocht door Monumentenwacht. Tijdens een inspectie wordt de bewaringstoestand van het gebouw onderzocht. Het rapport met aanbevelingen voor onderhoud en herstel was ook beschikbaar op de website.

De erfpachtkandidaten waren dus zeer goed ingelicht alvorens tot een erfpacht over te gaan.

 

Na de procedure in 2016 werden 3 van de 4 woningen in erfpacht gegeven.

Eén van de erfpachters heeft inderdaad problemen ondervonden bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning. Om onduidelijke reden werd het advies van het agentschap onroerend erfgoed niet ontvangen op de stedelijke diensten en werd de stedenbouwkundige vergunning afgeleverd. Het agentschap onroerend erfgoed was echter niet akkoord met de aangevraagde werken en is in beroep gegaan, waarop de vergunning terug is ingetrokken. De erfpachter heeft daarop een verlaging van de canon aangevraagd en verkregen van de OCMW-raad.

De overige twee erfpachters hebben hiermee nog geen problemen ondervonden, zij hebben tot op heden nog geen stedenbouwkundige vergunning aangevraagd.

 

 

Mondelinge vraag 2 : van Marcel Taelman (onafhankelijke) i.v.m. wandtapijt 750 jaar stad Lier

In het stadhuis hing een wandtapijt in de traphal. Dit wandtapijt was geschonken in 1962 door de VTB voor de viering van 750 jaar stad Lier. Verschillende historische gebouwen zijn hierop weergegeven, ook Pallieter,  Marieke en de schaapsherders. Er hebben 4 weefsters een jaar aan gewerkt.

Ik hoor dat dit wandtapijt verdwenen is of ergens in het magazijn ligt. Dit heeft volgens mij toch wel een historische en financiële waarde. Graag kom ik te weten wat er met dit wandtapijt gebeurd is en wat de toekomstige plannen hiervoor zijn.

 

Antwoord schepen Rik Verwaest:

Collega Taelman,

Het wandtapijt waar U naar verwijst is bij de renovatie van het stadhuis verplaatst naar het Stedelijk Museum, teneinde het niet te laten beschadigen door de werken. Daar bevindt het zich voorlopig in het depot, opgeslagen en geconserveerd volgens de museale normen.

Het gaat inderdaad om een kwaliteitsvol werk, dat we graag willen gebruiken in een publieke functie. Zowel een plek in het stadhuis als op tentoonstellingen in het toekomstige Stadsmuseum worden overwogen.

 

 

Mondelinge vraag 3 : van Olivier Peeters (Vlaams Belang) i.v.m. laattijdig vervangen van de straatnaamborden

De stad Lier begon sinds 2014 met de vervanging van de straatnaamborden. Uiterlijk tegen begin 2017 zouden alle borden vervangen worden door een nieuw exemplaar.

 

We spreken intussen eind november 2017 en een aanzienlijk deel van deze straatnaamborden werd tot op vandaag nog altijd niet aangepast.

 

Ik had dan ook graag vernomen:

1)Waarom de eerdere doelstelling niet werd gehaald?

2)Wat werd intussen ondernomen om hier zo spoedig mogelijk aan te verhelpen?

3)Binnen welke tijdspanne denkt het CBS de geplande werkzaamheden alsnog te realiseren?

 

Antwoord burgemeester Frank Boogaerts:

1)Waarom de eerdere doelstelling niet werd gehaald?

Het vervangen van de straatnaamborden gebeurt door de verkeersploeg en is een tijdsintensieve taak. Er werd voor geopteerd om voor deze opdracht geen extra personeel in te zetten, maar ze uit te voeren tussen de reguliere taken door. De vervanging van de straatnaamborden gebeurde daarom, zoals van bij het begin afgesproken, stelselmatig als er tijd beschikbaar was. Gezien de verkeersploeg vaak met onverwachte situaties geconfronteerd wordt (bv. dringende vervanging omvergereden verkeersborden), was de beschikbare  tijd voor het vervangen van straatnaamborden niet steeds optimaal en is er vertraging opgelopen. Bovendien is de vervanging van straatnaamborden op een paal een tijdsintensief werk in tegenstelling tot borden aan gevels. Er werd immers voor geopteerd om samen met de vervanging van het bord ook de oude versleten palen te vervangen.

2)Wat werd intussen ondernomen om hier zo spoedig mogelijk aan te verhelpen?

Eind 2016 werd de laatste reeks straatnaamborden besteld. Recent werd ook een overzicht opgesteld van straatnaamborden waar er aanvankelijk enkele te weinig van besteld werden of die ondertussen reeds beschadigd zijn. Het gaat om borden van in totaal 21 straten. De vervanging zal gebeuren in het voorjaar 2018.

Er bleken ook enkele borden kwalitatief niet te voldoen, deze zijn op kosten van de leverancier opnieuw besteld en zullen eveneens in het voorjaar vervangen worden.

3)Binnen welke tijdspanne denkt het CBS de geplande werkzaamheden alsnog te realiseren?

Naast de 21 straten die in het voorjaar vervangen worden, zullen dit jaar de nog 34 andere resterende straten vervangen worden. De palen hiervoor zijn geleverd. Dit is ook zo ingepland bij de verkeersploeg.

 

 

Mondelinge vraag 4 : van Katrien Vanhove (GROEN) i.v.m. ophaling GFT-afval

Begin november verscheen in de Vlaamse media het bericht dat een lid van het Vlaams parlement, Bart Nevens van de N-VA, Vlaamse gemeenten ertoe wil verplichten om GFT apart op te halen. Volgens de berichtgeving wordt nog in een derde van de Vlaamse gemeenten het groente-, fruit- en tuinafval niet apart opgehaald.

 

Ook in Lier is er geen gescheiden ophaling van GFT. Vanuit de Groen-fractie zijn we hier echter wel voorstander van en we zijn blij te merken dat ook N-VA hier niet tegen blijkt te zijn. We stellen dan ook graag de vraag aan het stadsbestuur of dit voornemen betekent of de gescheiden ophaling ook in Lier zal ingevoerd worden.

 

We zijn er vanuit de Groen-fractie immers van overtuigd dat dit een goede zaak zou zijn. Niet alleen vanuit milieuoogpunt, want het zou de berg restafval danig doen verkleinen. Het GFT-afval kan immers nog omgezet worden tot bruikbaar materiaal (zoals compost). Daarnaast zou het ook een verschil kunnen betekenen in de afvalfactuur van de Lierenaar. Die ging met de invoering van de afvaltaks flink omhoog. Aangezien GFT-afval in een afvalcontainer voor een flink deel van het gewicht zorgt, kan dit de kosten voor de goed sorterende burger danig doen dalen.

 

We zijn erg benieuwd naar de reactie van het stadsbestuur op dit voorstel.

 

Antwoord schepen Lucien Herijgers:

De Vlaamse regering heeft Vlaanderen ingedeeld in GFT regio’s en groencompostregio’s. IVAREM is ingedeeld in een groencompostregio. In deze regio is de inzameling van groenafval prioritair en dient maximaal te worden ingezet op composteren van GFT-afval in de eigen tuin.

Een gemeente in een groenregio kan bijkomend een GFT inzameling organiseren.

Op basis van bovenvermeld is IVAREM en stad Mechelen gestart  met een proefproject rond GFT-inzameling.  1 000 gezinnen in de historische binnenstad van Mechelen konden vanaf 6 juni 2016 hun GFT apart inzamelen en aanbieden. IVAREM komt het GFT-afval iedere week ophalen aan huis. De proef liep 18 maanden.

 

Resultaten proefproject

Uit de resultaten van het proefproject blijkt dat gemiddeld 16,21kg GFT/inwoner/jaar werd ingezameld. De referentiestandaard bedraagt 25kg GFT per inwoner/jaar. (cijfers intercommunale INCOVO). De inzameling gebeurde met een wekelijkse frequentie.

Rekening houdend met de compacte binnenstad van Lier, met de smalle straten, en met een bijkomende camion wekelijks in alle straten van de binnenstad, is hier tot nog toe geen initiatief van Lier genomen.

 

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

VERSLAG GEMEENTERAAD 23 OKTOBER 2017. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeenteraad vergaderde op 23 oktober 2017.

 

Juridische grond

Gemeentedecreet

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 23 oktober 2017 goed te keuren.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

AANPASSINGEN ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT LIER OKTOBER 2017. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

GR 24/11/2008 - goedkeuring algemeen politiereglement stad Lier

GR 24/06/2013 - goedkeuring gecoördineerde versie algemeen politiereglement stad Lier

GR 21/01/2016 – goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement 2015-2016

GR 29/05/2017 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement mei 2017

CBS 06/11/2017 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement + verzenden naar gemeenteraad

 

Feiten en context

Het algemeen politiereglement bevat regels en voorschriften die ervoor zorgen dat de openbare veiligheid, openbare rust en openbare gezondheid worden bewaakt en openbare overlast wordt tegengegaan. Overtredingen van dit politiereglement worden vastgesteld door de lokale politie en vaststellende ambtenaren en gesanctioneerd via het systeem van de gemeentelijke administratieve sancties (GAS). De gemeenteraad is bevoegd om de politiereglementen goed te keuren.

 

Voorgestelde wijzigingen/aanvullingen

 

Titel 2: De openbare netheid en gezondheid

Hoofdstuk 1: Netheid van de openbare ruimte

Afdeling 2: Onderhoud van voetpaden, straatgoten, bermen en eigendommen

 

Motivatie: rechtzetten van een anomalie. In Lier zijn straten zonder apart aangelegd en duidelijk onderscheiden voetpad niet verkeersvrij.

 

Huidig artikel

Artikel 8/1. In verkeersvrije straten en pleinen waar geen voetpad is aangelegd, dienen de in artikel 8 vermelde personen in de aldaar vermelde gevallen en onder dezelfde voorwaarden de verplichtingen voorzien in artikel 8 uit te voeren over een breedte van minimum 1,5 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 8/1. In straten en pleinen waar geen voetpad is aangelegd, dienen de in artikel 8 vermelde personen in de aldaar vermelde gevallen en onder dezelfde voorwaarden de verplichtingen voorzien in artikel 8 uit te voeren over een breedte van minimum 1,5 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn.

 

Afdeling 7: Diverse bepalingen

Onderafdeling 9: Aanbieding van afvalstoffen

 

Motivatie: sinds enige tijd werd een aparte ophaling ingevoerd van gemengde plastics. Bij de communicatie hierrond werd meegedeeld dat de mensen de roze zakken mogen aanbieden vanaf 19u de dag daags voor de ophaling. Het strekt tot aanbeveling om dit gelijk te trekken met andere afvalfracties en algemeen het uur te wijzigen van 20u naar 19u in het algemeen artikel daaromtrent.

 

Huidig artikel

Artikel 51. Behoudens de in deze onderafdeling vastgestelde uitzonderingen, mogen de afvalstoffen, vanaf 20u, daags voor de dag voor de inzameling ter aanbieding buiten geplaatst worden. De afvalstoffen dienen te worden aangeboden voordat de inzamelwagen langskomt. De inzameling start om 07.00 uur en om 06.00 uur in de maanden juli en augustus.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 51. Behoudens de in deze onderafdeling vastgestelde uitzonderingen, mogen de afvalstoffen, vanaf  19u, daags voor de dag voor de inzameling ter aanbieding buiten geplaatst worden. De afvalstoffen dienen te worden aangeboden voordat de inzamelwagen langskomt. De inzameling start om 07.00 uur en om 06.00 uur in de maanden juli en augustus.

 

Afdeling 8: Inzameling van afvalstoffen

 

Motivatie: sinds enige tijd werd een aparte ophaling ingevoerd van gemengde plastics. De ophaalregels hieromtrent moeten opgenomen worden in politiereglement.

 

Nieuwe onderafdeling/artikels:

Onderafdeling 11. Selectieve inzameling van gemengde plastics.

 

Artikel 153/1. Onder Gemengde plastic wordt verstaan:  alle gereinigde en zuivere (ontdaan van alle onderdelen die geen plastic zijn) voorwerpen uit plastic zoals blisters, folies, draagtassen, zakjes, kuipjes, vlootjes, potjes, kleerhangers, bloempotjes, speelgoed. De volgende afvalstoffen zijn niet toegelaten: PMD, PVC, rubber, schuimrubber, textiel, fleece, schoenen, leder, piepschuim, geplastificeerd papier, golfplaten, zilverkleurige folies (binnen – en buitenkant),….

 

Artikel 153/2. Gemengde plastics worden om de 8 weken huis-aan-huis ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde dagen. De gemengde plastics worden ook ingezameld op de IVAREM-containerparken.

 

Artikel153/3. De gemengde plastics moeten aangeboden worden in een door de intercommunale IVAREM goedgekeurd recipiënt (roze zak).

 

Artikel 153/4. het recipiënt moet zorgvuldig gesloten worden. Het recipiënt mag noch scheuren, barsten (tenzij zorgvuldig met plakband hersteld) of lekken vertonen.

 

Artikel 153/5.het gewicht van het aangeboden recipiënt mag niet hoger zijn dan 10 kg.

 

Artikel 153/6. De gemengde plastics moeten gereinigd en gezuiverd zijn en moeten ontdaan zijn van alle onderdelen die geen plastic zijn.

 

Titel 3: De openbare veiligheid en vlotte doorgang

Hoofdstuk 2 Openbare veiligheid

 

Motivatie: Moeskopperij, de juridische term voor het stelen van groenten of fruit, is sinds 2004 uit het wetboek van strafvordering geschrapt.

Indien de stad deze gedepenaliseerde handeling nu alsnog wil bestraffen is dit mogelijk via de GAS en het algemeen politiereglement en kunnen overtreders  een administratieve boete opgelegd worden.

 

Nieuwe afdeling:

Afdeling 10. Moeskopperij

Artikel 234/1. Het is verboden zonder toelating veldvruchten of andere nuttige voortbrengselen van de bodem, die al dan niet los van de grond zijn, mee te nemen.

 

Titel 3: De openbare veiligheid en vlotte doorgang

Hoofdstuk 3: Vlotte doorgang

Afdeling 1: Privatieve ingebruikneming van de openbare ruimte

 

         Onderafdeling 5: Plaatsen van terrassen op de Grote Markt, het Felix Timmermansplein en de Koning Albertstraat

 

Motivatie: na overleg met de gebruikers (horecauitbaters) en evaluatie van de toepassing van de regels omtrent terrassen worden deze wijzigingen voorgesteld. Ze omvatten ook de gelijktrekking van de regels tussen de verschillende terraszones.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/19: Iedere toegang naar woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/19: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

         Onderafdeling 6: Plaatsen van terrassen in de Eikelstraat:

 

Voorstel nieuw artikel:

Artikel 247/39bis: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/40.

§1 Het behoort tot de bevoegdheid van de burgemeester , bij uitzonderlijke gelegenheden inname van het openbaar domein toe te staan voor een uitbreiding van de terrassen met tafels en stoelen buiten de gebruikelijke ruimte, ingenomen door het terras, vergund door de burgemeester krachtens onderhavige  onderafdeling. 

Hierbij zal er te allen tijde zorg voor worden gedragen, voor de voetgangers en voor de veiligheidskorpsen een vrije doorgang van min. 4 m te laten. Hiertoe zal de machtiging van de burgemeester telkenmale de precieze oppervlakte, die met de uitbreiding van het terras mag worden ingenomen, vermelden en is de houder van de machtiging verplicht zich strikt aan deze afmetingen te houden.

§2. Tijdens de openbare zaterdagmarkt dienen de terrasconstructies in de Eikelstraat tot 1 m van de gevel te worden ingekort zodat de marktkramers ongehinderd hun, door het stadsbestuur toegekende standplaats kunnen innemen.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/40.

§1. De burgemeester is gemachtigd om gemotiveerde afwijkingen op het voorliggende reglement toe te staan.

§2. Tijdens de openbare zaterdagmarkt dienen de terrasconstructies in de Eikelstraat tot 1 m van de gevel te worden ingekort zodat de marktkramers ongehinderd hun, door het stadsbestuur toegekende standplaats kunnen innemen.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 247/29bis. de breedte van de terrassen dient te worden beperkt tot de gelijkvloerse gevelbreedte van de aanvragende horeca-uitbating

 

         Onderafdeling 7: Plaatsen van terrassen op het Zimmerplein:

 

Huidig artikel:

Artikel 247/47. De machtiging wordt verleend voor de duur van drie terrasseizoenen, die jaarlijks lopen van 1 maart tot en met 31 oktober. De machtiging wordt verleend aan de exploitant van een horeca-uitbating en is strikt persoonlijk en plaatsgebonden. Elke nieuwe exploitant moet een nieuwe machtiging aanvragen.

De betaling van de toepasselijke gemeentelijke belasting op inname van de openbare ruimte voor het plaatsen van een terras ontslaat de horeca-uitbater niet van het verkrijgen van een machtiging volgens deze onderafdeling.

Het plaatsen van verwarming is toegelaten.

Het opstellen van de terrassen mag gebeuren in de week van de 1e maart en het verwijderen dient te gebeuren voor het einde van de periode.

In de periode van 1 november tot 1 maart kunnen tafels en stoelen afhankelijk van de exacte locatie tot maximum 4 meter vanuit de gevel worden uitgezet mits de uitbater over een vergunning beschikt voor het plaatsen van dit terras op de exact opgegeven maximumdiepte . Zijdelingse schutsels zijn toegelaten. In deze periode dient alle los uitgezet materiaal na de openingsuren van het openbaar domein verwijderd te worden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/47. De machtiging wordt verleend voor de duur van drie jaar. De machtiging wordt verleend aan de uitbater van een horecazaak en is strikt persoonlijk en plaatsgebonden. Elke nieuwe uitbater en/of wijziging van het terras dient gevolgd te worden door een nieuwe aanvraag. De betaling van de toepasselijke gemeentelijke belasting op inname van de openbare ruimte voor het plaatsen van een terras ontslaat de horeca-uitbater niet van het verkrijgen van een machtiging volgens deze onderafdeling.

 

De diepte van de terrassen, gemeten vanaf de voorgevel van de horeca-uitbating, mag:

- in de periode van 1 maart tot en met 31 oktober: niet voorbij de “goot” komen

- in de periode van 1 november tot 1 maart: niet meer dan 4 meter bedragen.

 

Het opstellen van de terrassen mag gebeuren in de week van de 1ste maart en de inkorting dient te gebeuren voor 1 november.

Voorstel nieuw artikel:

Artikel 247/60bis: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/61. Het behoort tot de bevoegdheid van de burgemeester, bij uitzonderlijke gelegenheden inname van het openbaar domein toe te staan voor een uitbreiding van de terrassen met tafels en stoelen buiten de gebruikelijke ruimte, ingenomen door het terras, vergund door de burgemeester  krachtens onderhavig reglement.  Hierbij zal er te allen tijde zorg voor worden gedragen, voor de voetgangers en voor de veiligheidskorpsen een vrije doorgang van min. 4 m te laten. Hiertoe zal de machtiging van de burgemeester telkenmale de precieze oppervlakte, die met de uitbreiding van het terras mag worden ingenomen, vermelden en is de houder van de machtiging verplicht zich strikt aan deze afmetingen te houden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/61. De burgemeester is gemachtigd om gemotiveerde afwijkingen op het voorliggende reglement toe te staan.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 247/50bis. de breedte van de terrassen dient te worden beperkt tot de gelijkvloerse gevelbreedte van de aanvragende horeca-uitbating

 

Titel 4: Openbare rust

Hoofdstuk 2: Specifieke bepalingen

Afdeling 8: Inrichtingen die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk zijn

 

Motivatie: volgens de lokale politie zouden sommige publiek toegankelijke inrichtingen na een bepaald uur de deur sluiten maar toch nog muziek en overlast maken. Om een controle te vergemakkelijken wordt dit artikel voorgesteld.

 

Nieuw artikel

Artikel 277/1. Het is verboden voor uitbaters van de voor het publiek toegankelijke inrichtingen, op het moment dat de inrichting in gebruik is, de toegangsdeur slotvast te maken.

 

Adviezen

Advies van de Jeugdraad van 09 oktober 2017:

positief advies over alle voorgestelde aanpassingen aan het algemeen politie reglement van stad Lier

 

Juridische grond

Artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet

Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.

 

Argumentatie

Het algemeen politiereglement is geen statisch document maar dient geregeld up-to-date gebracht worden om de gemeentelijke overheid blijvend in staat te stellen een gepast antwoord te bieden op vlak van bestuurlijke handhaving van fenomenen die de openbare orde verstoren en/of zorgen voor openbare overlast.  De hier voorgelegde voorstellen tot aanpassing en/of aanvulling zijn onder meer tot stand gekomen naar aanleiding van de concrete toepassing van de thans bestaande regels uit het politiereglement. Ze strekken ertoe de concrete toepassing te verfijnen en meer aangepast te maken aan de realiteit.

 

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

9 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Ella Cornelis, Memet Cinar, Katrien Vanhove, Olivier Peeters, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist onderstaande wijzigingen/aanvullingen goed te keuren alsook de gecoördineerde versie van het Algemeen Politiereglement goed te keuren, zoals als bijlage toegevoegd.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist een afschrift van dit Algemeen Politiereglement toe te zenden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg, die van de politierechtbank en de jeugdrechtbank.

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

6

Lokale politie Lier

Jeugddienst

team evenementen

departement infrastructuur

GASAM

departement externe communicatie

 

Opdrachten :

De gemeenteraad geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

externe communicatie

communicatie van wijzigingen op website

 

 

Bijlage:

 

Titel 2: De openbare netheid en gezondheid

Hoofdstuk 1: Netheid van de openbare ruimte

Afdeling 2: Onderhoud van voetpaden, straatgoten, bermen en eigendommen

 

Motivatie: rechtzetten van een anomalie. In Lier zijn straten zonder apart aangelegd en duidelijk onderscheiden voetpad niet verkeersvrij.

 

Huidig artikel

Artikel 8/1. In verkeersvrije straten en pleinen waar geen voetpad is aangelegd, dienen de in artikel 8 vermelde personen in de aldaar vermelde gevallen en onder dezelfde voorwaarden de verplichtingen voorzien in artikel 8 uit te voeren over een breedte van minimum 1,5 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 8/1. In straten en pleinen waar geen voetpad is aangelegd, dienen de in artikel 8 vermelde personen in de aldaar vermelde gevallen en onder dezelfde voorwaarden de verplichtingen voorzien in artikel 8 uit te voeren over een breedte van minimum 1,5 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn.

 

Afdeling 7: Diverse bepalingen

Onderafdeling 9: Aanbieding van afvalstoffen

 

Motivatie: sinds enige tijd werd een aparte ophaling ingevoerd van gemengde plastics. Bij de communicatie hierrond werd meegedeeld dat de mensen de roze zakken mogen aanbieden vanaf 19u de dag daags voor de ophaling. Het strekt tot aanbeveling om dit gelijk te trekken met andere afvalfracties en algemeen het uur te wijzigen van 20u naar 19u in het algemeen artikel daaromtrent.

 

Huidig artikel

Artikel 51. Behoudens de in deze onderafdeling vastgestelde uitzonderingen, mogen de afvalstoffen, vanaf 20u, daags voor de dag voor de inzameling ter aanbieding buiten geplaatst worden. De afvalstoffen dienen te worden aangeboden voordat de inzamelwagen langskomt. De inzameling start om 07.00 uur en om 06.00 uur in de maanden juli en augustus.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 51. Behoudens de in deze onderafdeling vastgestelde uitzonderingen, mogen de afvalstoffen, vanaf  19u, daags voor de dag voor de inzameling ter aanbieding buiten geplaatst worden. De afvalstoffen dienen te worden aangeboden voordat de inzamelwagen langskomt. De inzameling start om 07.00 uur en om 06.00 uur in de maanden juli en augustus.

 

Afdeling 8: Inzameling van afvalstoffen

 

Motivatie: sinds enige tijd werd een aparte ophaling ingevoerd van gemengde plastics. De ophaalregels hieromtrent moeten opgenomen worden in politiereglement.

 

Nieuwe onderafdeling/artikels:

Onderafdeling 11. Selectieve inzameling van gemengde plastics.

 

Artikel 153/1. Onder Gemengde plastic wordt verstaan:  alle gereinigde en zuivere (ontdaan van alle onderdelen die geen plastic zijn) voorwerpen uit plastic zoals blisters, folies, draagtassen, zakjes, kuipjes, vlootjes, potjes, kleerhangers, bloempotjes, speelgoed. De volgende afvalstoffen zijn niet toegelaten: PMD, PVC, rubber, schuimrubber, textiel, fleece, schoenen, leder, piepschuim, geplastificeerd papier, golfplaten, zilverkleurige folies (binnen – en buitenkant),….

 

Artikel 153/2. Gemengde plastics worden om de 8 weken huis-aan-huis ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde dagen. De gemengde plastics worden ook ingezameld op de IVAREM-containerparken.

 

Artikel153/3. De gemengde plastics moeten aangeboden worden in een door de intercommunale IVAREM goedgekeurd recipiënt (roze zak).

 

Artikel 153/4. het recipiënt moet zorgvuldig gesloten worden. Het recipiënt mag noch scheuren, barsten (tenzij zorgvuldig met plakband hersteld) of lekken vertonen.

 

Artikel 153/5.het gewicht van het aangeboden recipiënt mag niet hoger zijn dan 10 kg.

 

Artikel 153/6. De gemengde plastics moeten gereinigd en gezuiverd zijn en moeten ontdaan zijn van alle onderdelen die geen plastic zijn.

 

Titel 3: De openbare veiligheid en vlotte doorgang

Hoofdstuk 2 Openbare veiligheid

 

Motivatie: Moeskopperij, de juridische term voor het stelen van groenten of fruit, is sinds 2004 uit het wetboek van strafvordering geschrapt.

Indien de stad deze gedepenaliseerde handeling nu alsnog wil bestraffen is dit mogelijk via de GAS en het algemeen politiereglement en kunnen overtreders  een administratieve boete opgelegd worden.

 

Nieuwe afdeling:

Afdeling 10. Moeskopperij

Artikel 234/1. Het is verboden zonder toelating veldvruchten of andere nuttige voortbrengselen van de bodem, die al dan niet los van de grond zijn, mee te nemen.

 

Titel 3: De openbare veiligheid en vlotte doorgang

Hoofdstuk 3: Vlotte doorgang

Afdeling 1: Privatieve ingebruikneming van de openbare ruimte

 

         Onderafdeling 5: Plaatsen van terrassen op de Grote Markt, het Felix Timmermansplein en de Koning Albertstraat

 

Motivatie: na overleg met de gebruikers (horecauitbaters) en evaluatie van de toepassing van de regels omtrent terrassen worden deze wijzigingen voorgesteld. Ze omvatten ook de gelijktrekking van de regels tussen de verschillende terraszones.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/19: Iedere toegang naar woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/19: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

         Onderafdeling 6: Plaatsen van terrassen in de Eikelstraat:

 

Voorstel nieuw artikel:

Artikel 247/39bis: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/40.

§1 Het behoort tot de bevoegdheid van de burgemeester , bij uitzonderlijke gelegenheden inname van het openbaar domein toe te staan voor een uitbreiding van de terrassen met tafels en stoelen buiten de gebruikelijke ruimte, ingenomen door het terras, vergund door de burgemeester krachtens onderhavige  onderafdeling. 

Hierbij zal er te allen tijde zorg voor worden gedragen, voor de voetgangers en voor de veiligheidskorpsen een vrije doorgang van min. 4 m te laten. Hiertoe zal de machtiging van de burgemeester telkenmale de precieze oppervlakte, die met de uitbreiding van het terras mag worden ingenomen, vermelden en is de houder van de machtiging verplicht zich strikt aan deze afmetingen te houden.

§2. Tijdens de openbare zaterdagmarkt dienen de terrasconstructies in de Eikelstraat tot 1 m van de gevel te worden ingekort zodat de marktkramers ongehinderd hun, door het stadsbestuur toegekende standplaats kunnen innemen.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/40.

§1. De burgemeester is gemachtigd om gemotiveerde afwijkingen op het voorliggende reglement toe te staan.

§2. Tijdens de openbare zaterdagmarkt dienen de terrasconstructies in de Eikelstraat tot 1 m van de gevel te worden ingekort zodat de marktkramers ongehinderd hun, door het stadsbestuur toegekende standplaats kunnen innemen.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 247/29bis. de breedte van de terrassen dient te worden beperkt tot de gelijkvloerse gevelbreedte van de aanvragende horeca-uitbating

 

         Onderafdeling 7: Plaatsen van terrassen op het Zimmerplein:

 

Huidig artikel:

Artikel 247/47. De machtiging wordt verleend voor de duur van drie terrasseizoenen, die jaarlijks lopen van 1 maart tot en met 31 oktober. De machtiging wordt verleend aan de exploitant van een horeca-uitbating en is strikt persoonlijk en plaatsgebonden. Elke nieuwe exploitant moet een nieuwe machtiging aanvragen.

De betaling van de toepasselijke gemeentelijke belasting op inname van de openbare ruimte voor het plaatsen van een terras ontslaat de horeca-uitbater niet van het verkrijgen van een machtiging volgens deze onderafdeling.

Het plaatsen van verwarming is toegelaten.

Het opstellen van de terrassen mag gebeuren in de week van de 1e maart en het verwijderen dient te gebeuren voor het einde van de periode.

In de periode van 1 november tot 1 maart kunnen tafels en stoelen afhankelijk van de exacte locatie tot maximum 4 meter vanuit de gevel worden uitgezet mits de uitbater over een vergunning beschikt voor het plaatsen van dit terras op de exact opgegeven maximumdiepte . Zijdelingse schutsels zijn toegelaten. In deze periode dient alle los uitgezet materiaal na de openingsuren van het openbaar domein verwijderd te worden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/47. De machtiging wordt verleend voor de duur van drie jaar. De machtiging wordt verleend aan de uitbater van een horecazaak en is strikt persoonlijk en plaatsgebonden. Elke nieuwe uitbater en/of wijziging van het terras dient gevolgd te worden door een nieuwe aanvraag. De betaling van de toepasselijke gemeentelijke belasting op inname van de openbare ruimte voor het plaatsen van een terras ontslaat de horeca-uitbater niet van het verkrijgen van een machtiging volgens deze onderafdeling.

 

De diepte van de terrassen, gemeten vanaf de voorgevel van de horeca-uitbating, mag:

- in de periode van 1 maart tot en met 31 oktober: niet voorbij de “goot” komen

- in de periode van 1 november tot 1 maart: niet meer dan 4 meter bedragen.

 

Het opstellen van de terrassen mag gebeuren in de week van de 1ste maart en de inkorting dient te gebeuren voor 1 november.

Voorstel nieuw artikel:

Artikel 247/60bis: Iedere toegang tot de horecazaak zelf of woningen en kantoren e.d. die boven de horeca-uitbating gelegen zijn, moet steeds over de volle lengte van deze toegang vrij blijven met minstens een breedte van 1,5 meter. Het pand moet te allen tijde ongehinderd betreden kunnen worden.

 

Huidig artikel:

Artikel 247/61. Het behoort tot de bevoegdheid van de burgemeester, bij uitzonderlijke gelegenheden inname van het openbaar domein toe te staan voor een uitbreiding van de terrassen met tafels en stoelen buiten de gebruikelijke ruimte, ingenomen door het terras, vergund door de burgemeester  krachtens onderhavig reglement.  Hierbij zal er te allen tijde zorg voor worden gedragen, voor de voetgangers en voor de veiligheidskorpsen een vrije doorgang van min. 4 m te laten. Hiertoe zal de machtiging van de burgemeester telkenmale de precieze oppervlakte, die met de uitbreiding van het terras mag worden ingenomen, vermelden en is de houder van de machtiging verplicht zich strikt aan deze afmetingen te houden.

 

Voorstel wijziging artikel:

Artikel 247/61. De burgemeester is gemachtigd om gemotiveerde afwijkingen op het voorliggende reglement toe te staan.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 247/50bis. de breedte van de terrassen dient te worden beperkt tot de gelijkvloerse gevelbreedte van de aanvragende horeca-uitbating

 

Titel 4: Openbare rust

Hoofdstuk 2: Specifieke bepalingen

Afdeling 8: Inrichtingen die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk zijn

 

Motivatie: volgens de lokale politie zouden sommige publiek toegankelijke inrichtingen na een bepaald uur de deur sluiten maar toch nog muziek en overlast maken. Om een controle te vergemakkelijken wordt dit artikel voorgesteld.

 

Nieuw artikel

Artikel 277/1. Het is verboden voor uitbaters van de voor het publiek toegankelijke inrichtingen, op het moment dat de inrichting in gebruik is, de toegangsdeur slotvast te maken.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

BIJZONDER POLITIEREGLEMENT KERSTMARKT 2017. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Om de openbare orde en de veiligheid tijdens de verschillende kerstmarkten te kunnen garanderen dient er een bijzonder politiereglement te worden goedgekeurd. 

 

De principes van het reglement van 2016 bleven behouden mits enkele aanpassingen als gevolg van de evaluatie van de vorige editie.

 

In het college van 6/11/2017 werd onderstaand reglement goedgekeurd.

 

Bijzonder politiereglement inzake kerstmarkten 2017

Art.1. Toepassingsgebied

Dit reglement bevat de bepalingen betreffende de organisatie van de kerstmarkten in Lier en Koningshooikt.

 

Art.2. Kerstmarktzone

De maximale kerstmarktzone in Lier wordt als volgt bepaald:

-Grote Markt

-Felix Timmermansplein

-Zimmerplein

-Eikelstraat

 

De maximale kerstmarktzone in Koningshooikt wordt als volgt bepaald:

Centrum Koningshooikt

 

Art.3. Bijzonder nood- en interventieplan of veiligheidsdossier

De organisatie voorziet in een correcte en vlotte medewerking bij de opmaak van een bijzonder nood- en interventieplan (BNIP) of veiligheidsdossier voor de kerstmarkt.

Alle afspraken, die opgesteld werden in samenspraak met de organisator en hulpverleningsinstanties en opgenomen werden in het BNIP of veiligheidsdossier, moeten correct en consequent nageleefd worden.

 

Art.4. Communicatie

De organisatie zorgt voor de nodige informatiedoorstroming zodat de bewoners van de kerstmarktzone en aanpalende straten op de hoogte zijn van het evenement en de specifieke gevolgen daaraan verbonden.

 

Art.5. Algemene exploitatievoorwaarden

Art.5.1. Openings- en sluitingsuren

De openingsuren van de kerstmarkt werden als volgt bepaald:

Grote Markt, Felix Timmermansplein, Zimmerplein en Eikelstraat

Vrijdag 15/12/2017 van 18.00 uur tot 23.30 uur

Zaterdag 16/12/2017  van 14.00 uur tot 23.30 uur

Zondag 17/12/2017 van 14.00u tot 20.00u

 

Koningshooikt

Zaterdag 16/12/2017 van 17.00 uur tot 24.00 uur

 

De openingsuren van het vuurpleintje (Grote Markt) werden als volgt bepaald:

- vrijdag 8 dec: 17-23u

- zaterdag 9 dec: 15-23u

- zondag 10 dec: 15-21u

- 15 tot 17 dec: zelfde openingsuren als de kerstmarkt

- vrijdag 22 dec: 17-23u

- zaterdag 23 dec: 15-23u

- zondag 24 dec: 15-19u

 

De openingsuren moeten strikt nageleefd worden.

 

Art.5.2. Uitbouwen van de standplaats

Het bijplaatsen van parasols, reclamepanelen, koopwaar etc. aan en rondom de chalets of standplaatsen kan niet worden toegestaan in de kerstmarktzone.

 

Art.5.3. Afvalverwerking

Elke standhouder die voedingswaren en/of dranken aanbiedt, is verantwoordelijk voor de inzameling van het afval (glas, papier/karton, rest en PMD) dat ontstaat als gevolg van zijn activiteiten en/of handelingen. Het is niet toegelaten afval achter te laten op het openbaar domein of rondom de chalets of standplaatsen. De stad Lier voorziet de nodige afvalrecipiënten op het terrein maar de standhouder draagt zelf de verantwoordelijkheid om zijn/haar afval in de afvalrecipiënten te deponeren.

 

Art.5.4. Brandveiligheid

1) Elektriciteit

Het totale elektriciteitsverbruik is beperkt tot maximaal 3.000 Watt per tent of chalet (inclusief de voorziene binnenverlichting). Het gebruik van bijkomende elektrische apparaten die dit maximaal verbruik overstijgen is niet toegestaan.

De volledige elektrische installatie met al zijn verbruikers moet voldoen aan de algemene bepalingen en richtlijnen opgenomen in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).

De inplanting van de warmte- en/of verlichtingsbronnen op elektriciteit moet zodanig zijn dat geen brandgevaar kan ontstaan. De verlichtingseenheden mogen niet met papier- of ander brandbaar materiaal worden omwikkeld.

Eventueel bemerkingen die na de controle door de brandweer gemaakt worden, moeten weggewerkt worden alvorens men gebruik kan maken van de volledige installatie en zijn verbruikers.

De stad Lier kan niet aansprakelijk gesteld worden voor ongemakken veroorzaakt door verkeerd gebruik van of onveilig apparatuur door de standhouders, noch voor kortsluitingen en/of het uitvallen van de stroom veroorzaakt door een elektriciteitsverbruik dat het beschikbare vermogen van 3.000 Watt per chalet overschrijdt.

 

2) Gas

Bij het aansluiten van de gasflessen is het verboden te roken of een open vuur te maken. De fleskraan wordt steeds geopend met de hand en niet met werktuigen.

Het totale aantal aanwezige gasflessen mag maximum 5 stuks bedragen (volle flessen, lege flessen en de flessen in gebruik samen). De lege flessen moeten duidelijk aangeduid worden en gescheiden worden van de volle. De totale waterinhoud van de 5 flessen samen mag niet meer dan 300 liter bedragen. De flessen mogen niet geplaatst worden in de nabijheid van eender welke warmtebron. Ze worden steeds rechtop, stabiel en goed geventileerd geplaatst (beschermd tegen aanrijding en omvallen, tegen inwerking van de zon en buiten het bereik van onbevoegden).

In de nabijheid van de gasinstallatie dient minstens 1 ABC-type (poeder of waterig schuim) snelblusser van 1 bluseenheid (conform de norm NBN S 21.014) beschikbaar te zijn. Concreet betekent dit een poedersnelblusser van 6 kg of een waterschuimblusser van 6 liter. Deze blusmiddelen moeten bedrijfsklaar zijn. Ze dienen goed zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar opgesteld te worden. De uitbater moet op eenvoudige vraag een bewijs van nazicht van de blusmiddelen kunnen voorleggen dat niet ouder is dan 12 maanden.

Voor een gasinstallatie met flexibele verbindingen moeten volgende zaken in acht genomen worden:

-Voor ontspannen gas: de slang is oranje, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de fabricagedatum vermelden;

-Voor niet-ontspannen gas (voor onderlinge verbinding van gasflessen): de slang is zwart, maximum 1 meter, beschikt over voorgemonteerde koppelstukken, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de vervaldatum vermelden.

 

3) Braden en bakken

Een bak-, braad- of frituurtoestel moet zodanig worden opgesteld dat het niet kan worden omgestoten. Het moet op voldoende afstand van brandbare materialen en gebouwen worden geplaatst of er zodanig van worden afgescheiden dat brandgevaar wordt voorkomen.

Elke installatie moet uitgevoerd zijn volgens de wettelijke voorschriften en de regels van goed vakmanschap, zodat haar werking geen hinder veroorzaakt, geen gevaar oplevert voor brand en degelijk beschermd is ter voorkoming van ongevallen.

In elke standplaats waar één of meerdere van deze toestellen gebruikt worden,  wordt een branddeken (minimum 1m op 1m) en een snelblusser (ABC-type (poeder of waterig schuim) snelblusser van 1 bluseenheid (conform de norm NBN EN 3-7) voorzien. Concreet betekent dit een poedersnelblusser van 6 kg of een waterschuimblusser van 6 liter.

 

4) Ander gevaarlijk materiaal

In afwijking van artikel 187 van het algemeen politiereglement is het toegelaten om zonder voorafgaandelijke toelating van de burgemeester sfeerverlichting (=kaarsen) te plaatsen in de kerstmarktzone, mits naleving van onderstaande voorwaarden.

 

Sfeerverlichting (uitsluitend kaarsen) op basis van verbranding moet op een vaste plaats worden opgesteld. De houders van de sfeerverlichting  (uitsluitend kaarsen) moeten zodanig opgesteld worden dat ze niet kunnen worden omgestoten. Ze moeten op voldoende afstand, minimaal 60 centimeter, van brandbare materialen en gebouwen worden geplaatst of er zodanig van afgescheiden zijn dat brandgevaar wordt voorkomen. De ondergrond moet vrij zijn van brandbare materialen.

De sfeerverlichting (uitsluitend kaarsen) moet zodanig opgesteld of afgeschermd worden dat onopzettelijk contact van personen en in het bijzonder kinderen, met de houder of het vuur onmogelijk is. Sfeerverlichting op basis van verbranding mag alleszins niet worden opgesteld in de doorgang. Elke andere vorm van verbranding (vb vuurkorven) is niet toegelaten.

 

5) Controle

De stad Lier voert, bijgestaan door de brandweer, voor aanvang van de kerstmarkt op de openingsdag een veiligheidscontrole uit. De verantwoordelijke van de stand dient hierbij aanwezig te zijn om samen te bekijken of de stand in orde is.

 

Art.5.5. Verkoop van alcohol

Het is voor de standhouders verboden

-alcohol te verkopen, te schenken of aan te bieden aan minzestienjarigen;

-sterke drank te verkopen, te schenken of aan te bieden aan minachttienjarigen.

De standhouders moeten bij twijfel nagaan of de persoon die alcohol wil kopen, wel degelijk de vereiste leeftijd heeft bereikt. De koper kan dit bewijzen aan de hand van zijn identiteitskaart of een ander geldig document.

 

Art.5.6. Sanctionering

Voor zover er geen sancties voorzien zijn in wetten, decreten of besluiten, zullen overtredingen op dit reglement worden gesanctioneerd met gemeentelijke administratieve sancties overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Door het aanvaarden van een standplaats en het betalen van de deelnamekosten verklaart de deelnemer zich akkoord met de bepalingen in dit reglement. Bij niet-naleving van één of meerdere bepalingen uit dit reglement of bij het niet naleven van verplichtingen opgelegd door wetten, decreten en besluiten (o.a. met betrekking tot de voedingsmiddelen, ambulante handel, hinderlijke praktijken en alle verordeningen van de stad Lier en in het bijzonder de toepasselijke politiereglementen), zal de kerststand ambtshalve door de politie gesloten worden, op kosten en risico van de overtreder. In voorkomend geval zal de persoon of vereniging aan wie de standplaats toegewezen werd, geen recht hebben op enige schadevergoeding. De bedragen betaald als vergoeding voor de standplaats zullen in deze gevallen definitief verworven zijn door de stad.

 

Art.5.7. Uitsluiting

De niet-naleving van de bepalingen in dit reglement kan leiden tot uitsluiting van de huidige en volgende editie(s) van de kerstmarkt.

 

Art.5.8. Betwisting

Alle betwistingen in verband met dit reglement zullen tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Mechelen behoren.

 

Art.6. Afwijking terrasreglement

Vanaf 7/12/2017 t.e.m. 14/01/2018 wordt er in de volledige kerstzone in Lier (Grote Markt, Felix Timmermansplein, Zimmerplein, Eikelstraat) een afwijking op het terrasreglement toegestaan:

Tijdens deze periode is het toegestaan een tent of andere overkapping te voorzien op de oppervlakte van de vergunde winterterraszone:

Zimmerplein: 4 meter

Eikelstraat: tot aan de goot

Grote Markt: winterterras = zomerterras

Grote Markt – tussen Florent Van Cauwenbergstraat en Antwerpsestraat: 6 meter.

 

Voor de afwijking van het terrasreglement gelden volgende voorwaarden:

-Indien men een overkapping wenst te voorzien dient men dit ten laatste op 6/12 /2017 te melden via economie@lier.be.

-Je bezorgt hierbij een inplantingsplan met de afmetingen van de constructie die geplaatst zal worden.

 

Horecazaken in deze zone krijgen tijdens deze periode de toestemming om een tap te voorzien op hun terras.

Op het terras mag er geen muziek gespeeld worden, tenzij na uitdrukkelijke toelating van het CBS.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het bijzonder politiereglement inzake kerstmarkten 2017, zoals toegevoegd als bijlage, goed te keuren.

 

Art 2 :

Kopieën:

Aantal

Bestemmeling

9

handhaving, verkeersdienst LPL, cel mobiliteit, milieu, ondernemen, noodplanning, Brandweer, Heren van Lier, Dorpsraad Koningshooikt.

 

 

Bijlage:

 

Bijzonder politiereglement inzake kerstmarkten 2017

 

Art.1. Toepassingsgebied

Dit reglement bevat de bepalingen betreffende de organisatie van de kerstmarkten in Lier en Koningshooikt.

 

Art.2. Kerstmarktzone

De maximale kerstmarktzone in Lier wordt als volgt bepaald:

         Grote Markt

         Felix Timmermansplein

         Zimmerplein

         Eikelstraat

 

De maximale kerstmarktzone in Koningshooikt wordt als volgt bepaald:

Centrum Koningshooikt

 

Art.3. Bijzonder nood- en interventieplan of veiligheidsdossier

De organisatie voorziet in een correcte en vlotte medewerking bij de opmaak van een bijzonder nood- en interventieplan (BNIP) of veiligheidsdossier voor de kerstmarkt.

Alle afspraken, die opgesteld werden in samenspraak met de organisator en hulpverleningsinstanties en opgenomen werden in het BNIP of veiligheidsdossier, moeten correct en consequent nageleefd worden.

 

Art.4. Communicatie

De organisatie zorgt voor de nodige informatiedoorstroming zodat de bewoners van de kerstmarktzone en aanpalende straten op de hoogte zijn van het evenement en de specifieke gevolgen daaraan verbonden.

 

Art.5. Algemene exploitatievoorwaarden

Art.5.1. Openings- en sluitingsuren

De openingsuren van de kerstmarkt werden als volgt bepaald:

Grote Markt, Felix Timmermansplein, Zimmerplein en Eikelstraat

Vrijdag 15/12/2017 van 18.00 uur tot 23.30 uur

Zaterdag 16/12/2017  van 14.00 uur tot 23.30 uur

Zondag 17/12/2017 van 14.00u tot 20.00u

 

Koningshooikt

Zaterdag 16/12/2017 van 17.00 uur tot 24.00 uur

 

De openingsuren van het vuurpleintje (Grote Markt) werden als volgt bepaald:

- vrijdag 8 dec: 17-23u

- zaterdag 9 dec: 15-23u

- zondag 10 dec: 15-21u

- 15 tot 17 dec: zelfde openingsuren als de kerstmarkt

- vrijdag 22 dec: 17-23u

- zaterdag 23 dec: 15-23u

- zondag 24 dec: 15-19u

 

De openingsuren moeten strikt nageleefd worden.

 

Art.5.2. Uitbouwen van de standplaats

Het bijplaatsen van parasols, reclamepanelen, koopwaar etc. aan en rondom de chalets of standplaatsen kan niet worden toegestaan in de kerstmarktzone.

 

Art.5.3. Afvalverwerking

Elke standhouder die voedingswaren en/of dranken aanbiedt, is verantwoordelijk voor de inzameling van het afval (glas, papier/karton, rest en PMD) dat ontstaat als gevolg van zijn activiteiten en/of handelingen. Het is niet toegelaten afval achter te laten op het openbaar domein of rondom de chalets of standplaatsen. De stad Lier voorziet de nodige afvalrecipiënten op het terrein maar de standhouder draagt zelf de verantwoordelijkheid om zijn/haar afval in de afvalrecipiënten te deponeren.

 

Art.5.4. Brandveiligheid

1) Elektriciteit

Het totale elektriciteitsverbruik is beperkt tot maximaal 3.000 Watt per tent of chalet (inclusief de voorziene binnenverlichting). Het gebruik van bijkomende elektrische apparaten die dit maximaal verbruik overstijgen is niet toegestaan.

De volledige elektrische installatie met al zijn verbruikers moet voldoen aan de algemene bepalingen en richtlijnen opgenomen in het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI).

De inplanting van de warmte- en/of verlichtingsbronnen op elektriciteit moet zodanig zijn dat geen brandgevaar kan ontstaan. De verlichtingseenheden mogen niet met papier- of ander brandbaar materiaal worden omwikkeld.

Eventueel bemerkingen die na de controle door de brandweer gemaakt worden, moeten weggewerkt worden alvorens men gebruik kan maken van de volledige installatie en zijn verbruikers.

De stad Lier kan niet aansprakelijk gesteld worden voor ongemakken veroorzaakt door verkeerd gebruik van of onveilig apparatuur door de standhouders, noch voor kortsluitingen en/of het uitvallen van de stroom veroorzaakt door een elektriciteitsverbruik dat het beschikbare vermogen van 3.000 Watt per chalet overschrijdt.

 

2) Gas

Bij het aansluiten van de gasflessen is het verboden te roken of een open vuur te maken. De fleskraan wordt steeds geopend met de hand en niet met werktuigen.

Het totale aantal aanwezige gasflessen mag maximum 5 stuks bedragen (volle flessen, lege flessen en de flessen in gebruik samen). De lege flessen moeten duidelijk aangeduid worden en gescheiden worden van de volle. De totale waterinhoud van de 5 flessen samen mag niet meer dan 300 liter bedragen. De flessen mogen niet geplaatst worden in de nabijheid van eender welke warmtebron. Ze worden steeds rechtop, stabiel en goed geventileerd geplaatst (beschermd tegen aanrijding en omvallen, tegen inwerking van de zon en buiten het bereik van onbevoegden).

In de nabijheid van de gasinstallatie dient minstens 1 ABC-type (poeder of waterig schuim) snelblusser van 1 bluseenheid (conform de norm NBN S 21.014) beschikbaar te zijn. Concreet betekent dit een poedersnelblusser van 6 kg of een waterschuimblusser van 6 liter. Deze blusmiddelen moeten bedrijfsklaar zijn. Ze dienen goed zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar opgesteld te worden. De uitbater moet op eenvoudige vraag een bewijs van nazicht van de blusmiddelen kunnen voorleggen dat niet ouder is dan 12 maanden.

Voor een gasinstallatie met flexibele verbindingen moeten volgende zaken in acht genomen worden:

         Voor ontspannen gas: de slang is oranje, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de fabricagedatum vermelden;

         Voor niet-ontspannen gas (voor onderlinge verbinding van gasflessen): de slang is zwart, maximum 1 meter, beschikt over voorgemonteerde koppelstukken, mag niet ouder zijn dan 5 jaar en moet de vervaldatum vermelden.

 

3) Braden en bakken

Een bak-, braad- of frituurtoestel moet zodanig worden opgesteld dat het niet kan worden omgestoten. Het moet op voldoende afstand van brandbare materialen en gebouwen worden geplaatst of er zodanig van worden afgescheiden dat brandgevaar wordt voorkomen.

Elke installatie moet uitgevoerd zijn volgens de wettelijke voorschriften en de regels van goed vakmanschap, zodat haar werking geen hinder veroorzaakt, geen gevaar oplevert voor brand en degelijk beschermd is ter voorkoming van ongevallen.

In elke standplaats waar één of meerdere van deze toestellen gebruikt worden,  wordt een branddeken (minimum 1m op 1m) en een snelblusser (ABC-type (poeder of waterig schuim) snelblusser van 1 bluseenheid (conform de norm NBN EN 3-7) voorzien. Concreet betekent dit een poedersnelblusser van 6 kg of een waterschuimblusser van 6 liter.

 

4) Ander gevaarlijk materiaal

In afwijking van artikel 187 van het algemeen politiereglement is het toegelaten om zonder voorafgaandelijke toelating van de burgemeester sfeerverlichting (=kaarsen) te plaatsen in de kerstmarktzone, mits naleving van onderstaande voorwaarden.

 

Sfeerverlichting (uitsluitend kaarsen) op basis van verbranding moet op een vaste plaats worden opgesteld. De houders van de sfeerverlichting  (uitsluitend kaarsen) moeten zodanig opgesteld worden dat ze niet kunnen worden omgestoten. Ze moeten op voldoende afstand, minimaal 60 centimeter, van brandbare materialen en gebouwen worden geplaatst of er zodanig van afgescheiden zijn dat brandgevaar wordt voorkomen. De ondergrond moet vrij zijn van brandbare materialen.

De sfeerverlichting (uitsluitend kaarsen) moet zodanig opgesteld of afgeschermd worden dat onopzettelijk contact van personen en in het bijzonder kinderen, met de houder of het vuur onmogelijk is. Sfeerverlichting op basis van verbranding mag alleszins niet worden opgesteld in de doorgang. Elke andere vorm van verbranding (vb vuurkorven) is niet toegelaten.

 

5) Controle

De stad Lier voert, bijgestaan door de brandweer, voor aanvang van de kerstmarkt op de openingsdag een veiligheidscontrole uit. De verantwoordelijke van de stand dient hierbij aanwezig te zijn om samen te bekijken of de stand in orde is.

 

Art.5.5. Verkoop van alcohol

Het is voor de standhouders verboden

         alcohol te verkopen, te schenken of aan te bieden aan minzestienjarigen;

         sterke drank te verkopen, te schenken of aan te bieden aan minachttienjarigen.

De standhouders moeten bij twijfel nagaan of de persoon die alcohol wil kopen, wel degelijk de vereiste leeftijd heeft bereikt. De koper kan dit bewijzen aan de hand van zijn identiteitskaart of een ander geldig document.

 

Art.5.6. Sanctionering

Voor zover er geen sancties voorzien zijn in wetten, decreten of besluiten, zullen overtredingen op dit reglement worden gesanctioneerd met gemeentelijke administratieve sancties overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Door het aanvaarden van een standplaats en het betalen van de deelnamekosten verklaart de deelnemer zich akkoord met de bepalingen in dit reglement. Bij niet-naleving van één of meerdere bepalingen uit dit reglement of bij het niet naleven van verplichtingen opgelegd door wetten, decreten en besluiten (o.a. met betrekking tot de voedingsmiddelen, ambulante handel, hinderlijke praktijken en alle verordeningen van de stad Lier en in het bijzonder de toepasselijke politiereglementen), zal de kerststand ambtshalve door de politie gesloten worden, op kosten en risico van de overtreder. In voorkomend geval zal de persoon of vereniging aan wie de standplaats toegewezen werd, geen recht hebben op enige schadevergoeding. De bedragen betaald als vergoeding voor de standplaats zullen in deze gevallen definitief verworven zijn door de stad.

 

Art.5.7. Uitsluiting

De niet-naleving van de bepalingen in dit reglement kan leiden tot uitsluiting van de huidige en volgende editie(s) van de kerstmarkt.

 

Art.5.8. Betwisting

Alle betwistingen in verband met dit reglement zullen tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Mechelen behoren.

 

Art.6. Afwijking terrasreglement

Vanaf 7/12/2017 t.e.m. 14/01/2018 wordt er in de volledige kerstzone in Lier (Grote Markt, Felix Timmermansplein, Zimmerplein, Eikelstraat) een afwijking op het terrasreglement toegestaan:

Tijdens deze periode is het toegestaan een tent of andere overkapping te voorzien op de oppervlakte van de vergunde winterterraszone:

         Zimmerplein: 4 meter

         Eikelstraat: tot aan de goot

         Grote Markt: winterterras = zomerterras

         Grote Markt – tussen Florent Van Cauwenbergstraat en Antwerpsestraat: 6 meter.

 

Voor de afwijking van het terrasreglement gelden volgende voorwaarden:

         Indien men een overkapping wenst te voorzien dient men dit ten laatste op 6/12 /2017 te melden via economie@lier.be.

         Je bezorgt hierbij een inplantingsplan met de afmetingen van de constructie die geplaatst zal worden.

 

Horecazaken in deze zone krijgen tijdens deze periode de toestemming om een tap te voorzien op hun terras.

Op het terras mag er geen muziek gespeeld worden, tenzij na uitdrukkelijke toelating van het CBS.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN  "LAPORTA-CAROLY": DEFINITIEVE VASTSTELLING

 

MOTIVERING

Feiten en context

Overeenkomstig artikel 2.2.14§6 van de Vlaamse Codex voor Ruimtelijke Ordening zal de gemeenteraad het RUP "Laporta Caroly" definitief vaststellen.

 

Aanleiding

 

In het gewestplan zijn een aantal fragmenten perceelsgewijs momenteel aangeduid als gebied voor milieubelastende industrie. De stad Lier wenst een RUP op te stellen, met de bedoeling om de milieubelastende industrie niet langer toe te laten en de zone tussen Antwerpsesteenweg en Dr. Laportalaan – Baron Carolylaan te herbestemmen naar een duurzame woonzone met park.

 

Met de opmaak van dit RUP wordt een globale visie voor een ruimere omgeving ontwikkeld, met volgende uitdagingen:

 

         herkenbaarheid in de ruimtelijke stedelijke structuur van het kruispunt Antwerpsesteenweg/ring als poort tot de stad, langs één van de belangrijkste invalswegen en de ring. Hierdoor heeft het gebied een bovenlokale ambitie en dient het als zichtlocatie te worden erkend;

         de ontwikkeling van de Antwerpsesteenweg tussen de Joseph Van Instraat en de Ring als stedelijke boulevard, daarbij anticiperend op de geplande wijziging van de keerbewegingen op de N10;

         de versterking van het woongebied met beter gebruik van het binnengebied door middel van verdichting met aandacht voor publieke ruimte en landschappelijke kwaliteit;

         bewerkstelligen van een goed nabuurschap met het omliggend woongebied.

 

Situering

 

Het plangebied van het RUP "Laporta Caroly" is gelegen in het noordwesten van Lier en ligt net buiten de ring (R16). Het gebied wordt gekenmerkt door een mix van wonen (vrijstaande eengezinswoningen) en bedrijvigheid (grootschalige detailhandel). De afstand tot het station bedraagt circa 1 km. Het RUP wordt begrensd door de Antwerpsesteenweg, Dr. Laportalaan, Baron Carolylaan en de ring. In totaliteit heeft het RUP een oppervlakte van circa 9 ha.

 

Het gebied wordt ontsloten via de Antwerpsesteenweg in het noordoosten en via de Dr. Laportalaan en Baron Carolylaan naar de G. Gezellelaan en de Donk in het zuidwesten. Het gebied is gelegen tussen volgende ruimtelijke entiteiten:

 

         grootschalige detailhandel ten noorden van de Antwerpsesteenweg;

         residentiële woonwijk Zevenbergen ter hoogte van de Dr. Laportalaan en Baron Carolylaan.

 

Planningscontext

 

1. Gewestelijk niveau

 

Lier wordt in het RSV geselecteerd als structuurondersteunend kleinstedelijk gebied. De afbakening ervan is een taak voor de provincie. Het ruimtelijk beleid is erop gericht enerzijds nieuwe woningtypologieën en kwalitatieve woonomgevingen te ontwikkelen, anderzijds de stedelijke kern en het stedelijke functioneren te consolideren en te versterken door het creëren van ruimte voor een bijkomend aanbod aan woningbouw, aan stedelijke voorzieningen en aan economische activiteiten.

 

Lier maakt tevens deel uit van het stedelijk netwerk op internationaal niveau: de Vlaamse Ruit. De uitwerking van de Vlaamse Ruit gebeurt door het Vlaamse Gewest.

 

Lier is geselecteerd als economisch knooppunt. Economische activiteiten van regionaal belang moeten in de knooppunten worden geconcentreerd.

 

 

2. Provinciaal niveau

 

In het Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Antwerpen maakt Lier deel uit van de hoofdruimten "Antwerpse fragmenten" en "Netegebied". Binnen de hoofdruimte "Antwerpse fragmenten" maakt Lier deel uit van de deelruimte "Antwerpse gordel" en ten zuiden van Lier ligt het "Mechels rasterlandschap". Binnen de hoofdruimte "Netegebied" maakt Lier deel uit van de deelruimte "Gebied van de Grote Nete".

 

Het PRUP "afbakening kleinstedelijk gebied" werd goedgekeurd bij BVR 28-07-2006. De site is gelegen binnen de afbakeningslijn van het stedelijk gebied.

 

Het PRUP "Afbakening Kleinstedelijk Gebied Lier" laat geen verdere uitbreiding toe van de kleinhandel langsheen de Antwerpsesteenweg.

 

Het PRUP werd goedgekeurd in 2006 en heeft deel uitgemaakt van het globale proces waarbij de afbakening van het kleinstedelijk gebied werd vastgelegd. De zuidzijde van de Antwerpsesteenweg maakt deel uit van het stedelijk gebied, net als het achterliggend woongebied Zevenbergen.

 

De memorie van toelichting bij het PRUP "Afbakeningslijn Kleinstedelijk Gebied Lier" stelt als volgt:

 

"Rond grootschalige kleinhandel wordt geen bijkomende ruimte voorzien in het kleinstedelijk gebied. Wel wordt er een actie, als onderdeel van het regionaal bedrijventerrein Antwerpsesteenweg, opgenomen waarin de bestaande zonering als industriegebied (15 ha) naar zonering voor kleinhandel wordt voorgesteld. Hiermee wordt het bestaande kleinhandelslint bevestigd, doch geen bijkomende ruimte gecreëerd. Aandachtspunten hierbij zijn de herstructurering van de bestaande kleinhandelszone en de beeldkwaliteit van deze zone in relatie tot de uitbouw van de Antwerpsesteenweg als "stedelijke boulevard."

 

Het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan "Antwerpsesteenweg te Lier", dat samen met het RUP "Afbakeningslijn Kleinstedelijk Gebied Lier" werd opgemaakt, voorziet in een zone voor grootschalige kleinhandel aan de noordzijde van de Antwerpsesteenweg (en een klein deel, verder van het centrum, aan de zuidzijde). Evenwel is de zuidzijde grotendeels bestemd voor residentieel wonen, waarbij het plangebied van het nu voorliggende RUP 'Laporta Caroly' niet herbestemd wordt. De bestemmingen overeenkomstig het gewestplan werden in het PRUP bevestigd.

 

Er wordt niet in een uitbreiding van de kleinhandelszone voorzien. Nieuwe handelszaken kunnen zich vestigen in leegstaande bedrijfsgebouwen binnen het afgebakende concentratiegebied en door verdichting binnen het gebied.

 

 

3. Gemeentelijk niveau

 

De richtinggevende bepalingen van het Gemeentelijke Ruimtelijk Structuurplan (BD 9 oktober 2003) stellen dat de stad Lier ruimtelijke uitvoeringsplannen kan maken om de in het stedelijk gebied verspreid voorkomende niet-woongebiedjes  om te vormen tot woongebied.

 

 

4. Toepasselijke stedenbouwkundige verordeningen

 

         verordening parkeren, goedgekeurd BD 4-06-2015, in voege 22-06-2015;

         verordening detailhandel, goedgekeurd BD 1-10-2015, in voege 05-12-2015.

 

 

Historiek RUP-procedure

 

De opdracht tot de opmaak van het RUP 'Laporta Caroly' werd op 30 maart 2010 toegewezen aan studiebureau BUUR.

 

De doorstart van de opmaak van het RUP 'Laporta Caroly' door studiebureau BUUR werd door het college beslist in zitting van 26 januari 2015.

 

Voor de opmaak van het mobiliteitsaspect van het RUP werd door het College op 4 januari 2016 het mobiliteitsonderzoek toegewezen aan studiebureau Tractebel Engineering NV (Technum).

 

 

Ontheffing plan-MER

 

Het onderzoek tot milieueffectrapportage werd doorlopen. Op 12 mei 2016 werd het preadvies en de lijst met de uit te nodigen adviesinstanties aan de dienst MER opgevraagd. Dit preadvies werd op 2 juni 2016 ontvangen. Het mer-screeningsdossier werd op 15 juni 2016 aan de uit te nodigen instanties overgemaakt, met verzoek binnen een periode van 30 dagen een advies te verlenen.

 

Op 28 september 2016 werd het screeningsdossier ingediend teneinde de dienst Mer te vragen een beslissing te nemen over de opmaak van een plan-MER. Op basis van de ingediende screeningsnota heeft de dienst Mer op 20 oktober 2016 beslist dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.

 

De dienst Mer motiveert haar beslissing als volgt:

 

"Enkele adviesinstanties hebben opmerkingen over de beschrijving en beoordeling van de milieueffecten van het plan. De opmerkingen werden op een voldoende wijze beantwoord of weerlegd in het screeningsdossier via een aanpassing van de screeningsnota, zodat het screeningsdossier voldoende informatie bevat om een correcte inschatting m.b.t. de milieueffecten te kunnen maken.

 

In het screeningsdossier wordt duidelijk aangetoond dat de milieueffecten die het plan genegeert niet van die aard zijn dat zij als aanzienlijk beschouwd moeten worden.

 

Enkele adviesinstanties hebben ook opmerkingen over het plan zelf. Deze opmerkingen hebben echter geen impact op de beoordeling van de aanzienlijkheid van de milieueffecten van het plan. De initiatiefnemer beschikt in het kader van de plan-m.e.r.-screening over de vrije keuze om al dan niet in te gaan op deze opmerkingen."

 

De screeningsnota en de beslissing tot ontheffing van de plan-Mer-plicht werden voor het publiek raadpleegbaar gemaakt via de website van de stad en aanplakking aan het gemeentehuis. Het dossier lag ter inzage op het gemeentehuis en was digitaal raadpleegbaar op de website www.lier.be.

 

 

Plenaire vergadering en voorontwerp RUP

 

De adviserende overheden en administraties werden op 8 juni 2016 voor de deelname aan de plenaire vergadering aangeschreven. De plenaire vergadering over het voorontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Laporta Caroly vond plaats op 12 juli 2016. Het verslag van deze vergadering wordt in bijlage gevoegd.

 

Op basis van de adviezen die in de plenaire vergadering verleend werden, werden volgende items in het ontwerp herwerkt en/of aangepast:

 

- advies De Lijn:

 

De op het grafisch plan weergegeven indicatieve ontsluitingspunt voor gemotoriseerd verkeer voor de zone 2a en 2b sluit aan op de Antwerpsesteenweg (N10) ter hoogte van de bushalte Plaslaar en conflicteert aldus met de huidige halte-infrastructuur.

 

Uitwerking in het ontwerp:

In de stedenbouwkundige voorschriften zal opgenomen worden dat de ontsluitingspunten voor gemotoriseerd verkeer niet mogen conflicteren met halte-infrastructuur van De Lijn en dat het ontsluitingspunt, om veiligheidsredenen, vóór de bushalte zal moeten liggen.

 

 

- Advies Agentschap Innoveren en Ondernemen:

 

Artikel 1 geeft aan dat ‘bestaande detailhandelszaken in deelzone 2 met hun vergunde winkeloppervlakte behouden kunnen blijven. Bij sloop en nieuwbouw van deze handelszaken dient de functie wonen gestapeld aanwezig te zijn en dit met een minimumoppervlakte gelijk aan de huidige netto winkeloppervlakte.’ Wat indien een bestaande detailhandelszaak van deze regeling gebruik maakt, maar op termijn haar activiteiten toch stopzet. Het is onduidelijk of er zich dan opnieuw een grootschalige detailhandel kan vestigen in de nieuwe ‘verlaten’ winkelruimte of dat deze een woonfunctie dient te krijgen.

 

Uitwerking in het ontwerp:

Bestaande detailhandelszaken kunnen met hun vergunde winkelvloeroppervlakte behouden blijven, dit principe blijft van kracht, ook bij volgende exploitaties. Dit zal worden meegenomen in het RUP.

 

 

- Advies GECORO:

 

In zone 3b zijn 5 bouwlagen toegelaten tegen de Ring. Waar start en eindigt de Ring? Het RUP dient meer in detail aan te geven waar precies 5 bouwlagen zijn toegelaten.

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Het onderscheid dat ter hoogte van de R16 gemaakt wordt tussen zone 3b en 3c is niet logisch. Vorming van een beeldbepalend front langs de R16 loopt inderdaad ook door in zone 3c. Het is aangewezen van in zone 3b en 3c via overdruk vast te leggen waar er 5 bouwlagen worden toegelaten. Er dient te worden onderzocht of de 30 % regel dan nog wel nodig is.

 

 

Kan de deelzone 3c ook ontsluiten langs Baron Carolylaan?

 

Uitwerking in het voorontwerp:

De stedenbouwkundige voorschriften laten dit inderdaad toe, ook in de MOBER bij het RUP werd dit meegerekend. Ook op het grafisch plan moet een ontsluitingspunt voor gemotoriseerd verkeer langs de Baron Carolylaan worden aangeduid.

 

 

De ontsluitingswegen zijn lang/diep (bijna tot tegen de groene zone) ingetekend in het ontwerpplan. Idem voor de ontsluitingen voor voetgangers en fietsers. Wat is daarvan de zin als ze toch maar indicatief zijn?

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Om verwarring te voorkomen zullen op het grafisch plan ontsluitingspunten voor gemotoriseerd verkeer worden weergegeven in plaats van lijnen.

 

 

Zachte ontsluiting tot op de Ring? Waarom tot op de Ring zonder verdere verbinding of oversteekmogelijkheid?

 

Uitwerking in het voorontwerp:

De zachte ontsluiting wordt in eerste instantie voorzien om verbinding te geven vanuit alle deelzones naar de parkzone. Het fietspad langs de R16 geeft verbinding naar de site in één richting. Naast het fietspad is evenwel nog een pad gelegen dat in beide richtingen kan gebruikt worden. Dit pad zal mee worden weergegeven op het grafisch plan als zachte ontsluiting.

 

 

- Advies Afdeling Wegen en Verkeer (AWV):

 

AWV adviseert een achteruitbouwstrook van 8 meter t.o.v. de N10 (17,5 m vanaf de as van de weg) en 15 meter t.o.v. de R16.

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Deze achteruitbouwstrook zal op het grafisch plan in overdruk worden weergegeven. De achteruitbouwstrook zal rekening houden met de ontworpen rooilijn. AWV zal deze gegevens aanleveren.

 

 

- Advies Ruimte Vlaanderen:

 

De detailhandelszaken in deelzone 3 hebben een uitdovend karakter. Hoe zal hiermee worden omgegaan bij de vergunningverlening?

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Er zullen geen stedenbouwkundige vergunningen meer worden uitgereikt voor nieuwe  handelszaken. Het uitdovend maken van de bestaande detailhandel zal verder worden uitgewerkt in de stedenbouwkundige voorschriften.

 

 

De voorschriften vermelden tegenstrijdige voorschriften over de parkeervoorzieningen.

 

Uitwerking in het voorontwerp:

De zin waarin gesteld wordt dat ondergrondse (parkeer)voorzieningen binnen de zone voor park dienen bedekt te worden met een grondmassief van minstens 1 meter zal worden geschrapt.

 

 

- advies provincie Antwerpen:

 

De provincie raadt aan de onderbouwing van het RUP verder uit te werken in de toelichtingsnota.

 

Uitwerking in het voorontwerp:

De toelichtingsnota zal worden aangevuld.

 

 

In het algemeen raadt de provincie aan om de voorschriften te voorzien van een toelichtende tekst.

 

Uitwerking in het voorontwerp:

De voorschriften zullen worden aangevuld.

 

 

Er zijn tegenstrijdigheden met het wetgevend kader omtrent complementaire bedrijvigheid.

 

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Deze 2 zinnen zullen uit de voorschriften worden geschrapt.

 

 

De voorschriften leggen de gewenste dichtheid niet vast. Hoe kan gegarandeerd worden dat deze wordt bereikt?

 

Uitwerking in het voorontwerp:

Het stedelijk gebied Lier werd afgebakend door de provincie (MB 28/07/2006). De vereiste minimum dichtheid van 25 wo/ha zal verordenend opgenomen worden in het RUP.

 

 

Voorlopige vaststelling

 

Op 19 december 2016 heeft de gemeenteraad het ontwerp van Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan "Laporta- Caroly" voorlopig vastgesteld.

 

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 6 februari 2017 tot en met 6 april 2017. Tijdens de duur van het openbaar onderzoek, werden twee infovergaderingen georganiseerd, namelijk op 13 februari en  6 maart 2017.

 

Naast de decretale verplichte aankondigingen van het openbaar onderzoek (bericht van aanplakking in de gemeente, publicatie in het Belgisch Staatsblad van 26 januari 2017 en in drie dagbladen), werd een aankondiging eveneens in een regionaal blad gepubliceerd. De aankondiging, samen met het ontwerp van uitvoeringsplan werd op de gemeentelijke website www.lier.be geplaatst.

 

 

Juridische grond

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) principieel goedgekeurd door de Vlaamse regering in zitting van 27 maart 2009; en latere wijzigingen.

 

De definitieve vaststelling gebeurt overeenkomstig artikels 2.2.14 § 6 en § 8, artikel 2.2.15 § 1 en artikel 2.4.1 van de VCRO.

 

 

Adviezen

De gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening (GECORO) heeft tijdens de periode van het openbaar onderzoek in totaal 112 bezwaarschriften ontvangen. Bij de bezwaarschriften zijn 22 "unieke punten van bezwaar" te onderscheiden.

 

Tijdens het openbaar onderzoek hebben volgende instanties adviezen en/of en opmerkingen geformuleerd:

 

         provincie Antwerpen, Dienst Ruimtelijke Planning dd. 28 maart 2017 - kenmerk GemRUP-2016-0019;

         Ruimte Vlaanderen dd. 16 februari 2017  - kenmerk 2.14/12021/110.1;

         Elia Asset NV dd. 9 februari 2017 - kenmerk GS/N/729068-1;

         Gemeentebestuur Ranst dd. 30 maart 2017.

 

Naar aanleiding van het openbaar onderzoek van het voorlopig vastgestelde ontwerp en de daarbij ontvangen bezwaren, opmerkingen en adviezen, heeft de GECORO op 12 juni 2017 een advies geformuleerd. Het verslag van de GECORO en de adviezen van de instanties worden in bijlage gevoegd.

 

 

Argumentatie

Op basis van artikel 2.2.14§6 van de VCRO, kunnen er bij de definitieve vaststelling van het plan ten opzichte van het voorlopig vastgestelde plan slechts wijzigingen worden aangebracht, die gebaseerd zijn op of voortvloeien uit de tijdens het openbaar onderzoek geformuleerde bezwaren, opmerkingen en adviezen van de instanties of het advies van de GECORO.

 

 

Standpunt gemeenteraad i.v.m. de bezwaren en het advies van de GECORO

 

Naar aanleiding van het openbaar onderzoek van het voorlopig vastgestelde ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, heeft de GECORO bezwaren, adviezen en opmerkingen ontvangen. De GECORO heeft deze bezwaren, opmerkingen en adviezen beoordeeld en op 12 juni 2017 een advies geformuleerd.

 

De gemeenteraad maakt de motieven van het advies van de GECORO tot haar eigen motivering; en vult deze met volgende motivering aan of weerlegt deze als volgt:

 

 

         bezwaren omtrent de aanwezigheid van hoogspanningsleidingen:

 

De hoogspanningsleidingen staan reeds vermeld op het plan feitelijke en juridische toestand. Bij de opmaak van een grafisch plan wordt steeds het Grootschalig Referentie Bestand gebruikt (GRB). De locatie van de pyloon zal ter verduidelijking op het  grafisch plan aangeduid worden.

De aanwezigheid van hoogspanningsleidingen kan resulteren in beperkingen m.b.t. bebouwingsmogelijkheden. Deze beperkingen zijn nu eenmaal eigen aan het feit dat hoogspanningsleidingen bepaalde percelen overspannen, waardoor eigenaars en gebruikers automatisch blootgesteld worden aan bepaalde (gebruiks)beperkingen. Het advies van Elia is gunstig en legt voorwaarden en geen volledig verbod op tot bouwen onder deze leidingen. Er wordt vanuit gegaan dat deze voorwaarden voldoende garanties bieden op gebied van veiligheid en leefbaarheid.

 

In projectzone 3 zijn de voorschriften art. 2 § 3 “inrichting open ruimte” van toepassing. De voorschriften bepalen dat bij een project in zone 3 minimaal 15 % als publiek plein moet ingericht worden. De G/T-index bedraagt minimaal 0,3. Dit impliceert bij uitwerken van een project dat het perfect mogelijk is om de verplichte open en publieke ruimte onder de hoogspanningsleiding in te richten, wat resulteert dat bebouwing verder van de hoogspanningsleidingen kan ingeplant worden en ook bouwbeperkingen worden vermeden. Met de aanwezige hoogspanningsleidingen is bij opmaak van het RUP dan ook rekening gehouden.

 

Bij het indienen van individuele stedenbouwkundige vergunningsaanvragen binnen de zone onder de hoogspanningsleidingen zal een advies van Elia worden gevraagd, waardoor een project aan het advies moet afgestemd worden. Het is niet mogelijk een compensatie in de voorschriften in te bouwen.  De voorschriften, opgenomen in het advies van Elia kunnen in de stedenbouwkundige voorschriften opgenomen worden. Er worden enkel leidingen en pylonen aangeduid en geen gebiedsaanduiding.

 

De voorschriften die bij de legende van de leidingen wordt aangeduid, luidt als volgt:

 

Hoogspanningsleidingen: de aanduiding is bestemd voor bestaande en nieuwe hoogspanningsleidingen en aanhorigheden.

 

Alle werken, handelingen en wijzigingen voor de aanleg, de exploitatie en de wijzigingen van een hoogspanningsleiding en haar aanhorigheden zijn toegelaten. De aanvragen voor vergunningen voor hoogspanningsleidingen en hun aanhorigheden zijn toegelaten. Voor bovengrondse hoogspanningsleidingen gelden veiligheidsafstanden tot constructies en voor werken zoals o.m. bepaald in de artikels 164, 192 en 266 van het AREI. Het advies van Elia moet ingewonnen worden bij bouw- en/of milieuvergunningsaanvragen en bij bouw, graaf- en constructie-activiteiten in de nabijheid.

 

 

         Bezwaren i.v.m. de inrichting van een (openbaar) park:

 

Overeenkomstig artikel 2 § 3 5 en artikel 3 § 1 1.  moet deelzone 3 minimaal voor 15 % als publiek plein worden ingericht en moet het park publiek zijn. De uitwerking van dit voorschrift kan enkel gegarandeerd worden door de publieke delen aan de stad over te dragen.  Bij het verlenen van stedenbouwkundige vergunningen of verkavelingsvergunningen, kunnen bepaalde lasten opgelegd worden ter realisatie van dit voorschrift.

 

I.v.m. de opmerking van de GECORO voor wat betreft de aanbeveling inzake afsluitingen, kan gesteld worden dat in de voorschriften reeds vermeld staat dat afsluitingen uniform dienen te zijn.

 

Er wordt opgemerkt dat er geen kwalitatieve beëindiging van de zone voor park wordt beoogd door de zone voor park aan de noordwestelijk zijde op de grens met het plangebied te laten eindigen. Door de bestaande perceelsconfiguratie van de aanpalende percelen grenzend aan deze zijde van het plangebied, kunnen hierdoor geen garanties geboden worden voor een verdere kwalitatieve aansluiting op het plangebied. Een passende beëindiging van de parkzone is dan ook vereist. Dit kan door middel van bebouwingsmogelijkheden op de kop van het park. Het grafisch plan moet vervolgens aangepast worden, waarbij de noordwestelijke zijde de bestemming zone voor ontwikkeling verkrijgt. Voor de afbakening van de zone voor park wordt geopteerd om de zone voor park als een overdruk aan te duiden.

 

 

         Bezwaren omtrent het aantal bouwlagen en het advies van de GECORO omtrent het voorzien van dakverdiepingen:

 

Het is een bewuste ruimtelijke keuze om het dak of de dakverdieping niet als woonlaag te laten functioneren.

 

De kwalitatieve ruimtelijke inplanting van gebouwen binnen de zone voor vier bouwlagen zal afgetoetst worden binnen een stedenbouwkundige aanvraag.

 

Het college heeft uit beleidsoverwegingen het aantal bouwlagen ter hoogte van de ring verlaagd.

 

 

         bezwaren omtrent foutieve en onduidelijke voorschriften:

 

De kwalitatieve ruimtelijke inplanting zal afgetoetst worden binnen een stedenbouwkundige aanvraag.

 

Het grafisch plan en de legende geven een duidelijk weergave van de deelzones en projectzones. Het onderverdelen van een deelzone in projectzones is noodzakelijk om delen van het plangebied te verfijnen met specifieke voorschriften. De voorschriften van art. 2 § 2 en § 4 vermelden de begrippen deelzones 1 a t.e.m. 3 c. Deze zones moeten projectzone worden genoemd. Aanpassen van de begrippen in de voorschriften is vereist.

 

Schrappen van art.0§3.   Het principe van het globaal richtplan moet in de toelichtende nota opgenomen worden. Hierbij wordt verduidelijk dat het globaal richtplan een informatief  instrument is.

 

Er wordt geopteerd om in de voorschriften criteria op te leggen die bepalen waaraan een stedenbouwkundige aanvraag zal moeten getoetst worden. Onder artikel 2 zal volgend voorschrift opgenomen worden:

 

De aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning voor projecten binnen de deelzones bevat elementen die inzicht geven in:

- de geplande fasering voor de ontwikkeling van de volledige deelzone;

- de ruimtelijke context waarbinnen het project zich situeert;

- het project naar zijn gebruik en voorkomen;

- de effecten en de kwaliteitsverhoging van het project t.o.v. de omgeving.

 

Het geeft uitsluitsel over volgende aspecten van het project:

 

- de bestaande toestand, met een analyse van het perceel zelf en alle percelen in een straal van 50 m er rond wat betreft de aanwezige bestemmingen en activiteiten, de verschijningsvorm, inplanting van gebouwen, bouwvolumes met hoogte, diepte en dakvorm, gevelcomposities met kenmerken en materiaalgebruik, de aanwezige natuurlijke elementen, open ruimte, zichten en relaties;

 

- een interpretatie van deze kenmerken naar kwaliteiten en gebreken, naar mogelijkheden en randvoorwaarden voor het project;

 

- het geplande project, gekaderd in een totaalplan voor de hele projectzone, met een duidelijke voorstelling van de verschijningsvorm en een omschrijving en kwantificering van de functies;

 

- de parkeerbehoeften van het project, gekaderd in een totaal parkeerplan voor de projectzone;

- het beantwoorden van het project aan de harde eisen (inzake functies, parkeerplaatsen, maximaal gabarit,...) uit de stedenbouwkundige voorschriften van dit RUP;

 

- een evaluatie van de effecten die het project op de omgeving zal hebben, van de kwaliteitsverhoging die het project voor perceel en omgeving zal meebrengen en van de ingrepen die voorzien worden om negatieve effecten op de omgeving te milderen. Deze evaluaties hebben betrekking op:

1) de natuurlijke en functionele draagkracht van de plaats en van de omgeving (verkeersdruk, verschuiving van activiteiten,...);

2) het centrumbeeld en de harmonie met de omgeving qua inplanting, volume, gevelcompositie en materiaalgebruik;

3) het belevingsaspect (attractiviteit, comfortverhoging voor bezoekers, complement in voorzieningen, verfraaiing openbaar domein, gezelligheid, sfeerschepping).

 

Artikel 2 §1 van de stedenbouwkundige voorschriften maakt vermelding van bestaande detailzaken, nieuwe handelszaken en bestaande handelszaak. Deze begrippen moeten duidelijker en uniformer gedefinieerd worden.  We spreken over een bestaande en nieuwe detailhandelszaak.

 

Een bestaande detailhandelszaak betreft een handelszaak  die een stedenbouwkundige vergunning heeft verkregen vóór het in voege treden van de stedenbouwkundige verordening detailhandel. Een nieuwe detailhandelszaak betreft een handelszaak die niet voldoet aan het begrip bestaande detailhandelszaak. Het begrip winkeloppervlakte moet aangepast worden naar winkelvloeroppervlakte.

 

Een bestaande detailhandelszaak die vergund is zal dan ook een welbepaalde vergunde winkelvloeroppervlakte bezitten.

 

De voorschriften van artikel 2 § 1 worden met deze begrippen aangepast.

 

De GECORO adviseert om de voorschriften die betrekking hebben op de afwijkingsmogelijkheden voor de ligging van  de harde ontsluitingen, verder te verfijnen. Er wordt geadviseerd om de afwijkingsmogelijkheden te bepalen t.o.v. de as van de weg. Een aantal harde ontsluitingen hebben een indicatieve aanduiding gekregen, waarbij ook afwijkingen vanuit de middellijn van de overdruk worden toegestaan (ontsluiting ter hoogte van projectzone 3 c een afwijking van 5 m en voor ontsluiting deelzone 2 max. 20 m). Men beoogt een flexibel RUP, waarbij het aantal ontsluitingspunten wordt vastgelegd, maar waarbij de ligging ervan moeten kunnen verplaatst worden i.f.v. de optimale aansluiting op bestaande wegenis. 

 

Het is noodzakelijk dat de harde ontsluitingen voor deelzone 1 en 3 c eveneens een afwijkingsmogelijkheid van 20 m verkrijgen.

 

Zowel het grafisch plan als de voorschriften geven een duidelijke locatie van de harde ontsluitingen weer. Een verdere detaillering van de gewenste ligging hypothekeert de flexibiliteit van de inrichting van de deelzones en projectzones. Er wordt net een flexibel plan beoogt, zodat een kwalitatieve invulling van het plan kan gerealiseerd worden.

 

         bezwaren vanwege de inrichting van harde ontsluitingen:

 

De harde ontsluitingen verkrijgen een afwijkingsmogelijkheid van 20 m zodat zij optimaal op het bestaande wegennet kunnen aansluiten.

 

Zowel het grafisch plan als de voorschriften geven een duidelijke locatie van de harde ontsluitingen weer. Een verdere detaillering van de gewenste ligging hypothekeert de flexibiliteit van de inrichting van de deelzones. Er wordt net een flexibel plan beoogt, zodat een kwalitatieve invulling van het plan kan gerealiseerd worden.

 

De voorschriften bepalen een breedte van 3 m voor de zachte ontsluitingen. Er worden geen bepalingen voorzien voor de breedte van de harde ontsluitingen. De voorschriften maken het mogelijk om harde en zachte ontsluitingen in één ontsluiting te ontwerpen. Bij bundeling wordt echter niet afgeweken van een breedte van 3 m voor de zachte ontsluitingen en dit om een comfortabele zachte verbinding te creëren.

 

Om de opbouw van de weg te verduidelijken moet artikel 4 § 2.2 als volgt aangevuld worden: de aanleg en inrichting van de ontsluiting moet aangelegd en ingericht worden volgens de vigerende wetgeving en de regels van burgerlijke bouwkunde. De inrichting van de wegenis moet in overeenstemming zijn met de functie als plaatselijke ontsluitingsweg.

 

De aanduiding van een zone voor park tussen projectzone 1 a en 1 b maakt het onmogelijk om een harde ontsluiting naar projectzone 1 b te creëren, aangezien er geen harde ontsluitingen doorheen de zone voor park toegestaan zijn.  De aangeduide zone voor park moet tussen projectzone 1 a en 1 b over de diepte van projectzone 1 a aangeduid worden naar zone voor ontwikkeling. Enkel op deze manier kan een harde ontsluiting naar projectzone 1 b gerealiseerd worden.

 

Wanneer kan geopteerd worden voor een harde en zachte ontsluiting in één wegenisontwerp, dan bezit zone 1 b voldoende ruimte voor een kwalitatieve ontwikkeling.

 

De voorschriften bepalen een breedte van 3 m voor de zachte ontsluitingen. Er worden geen bepalingen voorzien voor de breedte van de harde ontsluitingen. De voorschriften maken het mogelijk om harde en zachte ontsluitingen in één ontsluiting te ontwerpen. Bij bundeling wordt echter niet afgeweken van een breedte van 3 m voor de zachte ontsluitingen en dit om een comfortabele zachte verbinding te creëren.

 

De ontsluiting moet echter aangelegd en ingericht worden volgens de vigerende wetgeving en de regels van burgerlijke bouwkunde. De inrichting van de wegenis moet in overeenstemming zijn met de functie als plaatselijke ontsluitingsweg.  Deze voorwaarden moeten in de voorschriften opgenomen worden om duidelijkheid te verschaffen omtrent de inrichting van de ontsluiting.

 

Artikel 4 § 2.2 moet aangevuld worden als volgt: De ontsluiting moet aangelegd en ingericht worden volgens de vigerende wetgeving en de regels van burgerlijke bouwkunde. De inrichting van de wegenis moet in overeenstemming zijn met de functie als plaatselijke ontsluitingsweg.

 

         bezwaren vanwege de inrichting van zachte ontsluiting(en):

 

Het RUP voorziet een zachte ontsluiting aan de oostzijde van het plangebied, evenwijdig met de ring. Het fietspad op de ring gelegen tussen de Donk en het kruispunt met de Antwerpsesteenweg, grenzend aan het plangebied, betreft een tweerichtingsfietspad. Er is reeds een verbinding gemaakt tussen de Baron Carolylaan en het fietspad met de ring. Hierdoor kunnen fietsers vanuit de Baron Carolylaan veilig het kruispunt met de Antwerpsesteenweg bereiken.

 

De zachte ontsluiting tussen projectzones 3 b en 3 c kan aangesloten worden op het tweerichtingsfietspad van de ring. Hierdoor zal de zachte ontsluiting haar nut verliezen, waardoor deze uit het plan kan geschrapt worden.

 

Tussen projectzones 1 a en 2 a wordt de indicatieve zachte ontsluiting aangeduid in de zone voor park, dewelke eindigt op de noordwestelijke grens van het plangebied. Om de doorwaadbaarheid maximaal te benutten, moet de opportuniteit geboden worden om zachte ontsluitingen voor toekomstige ontwikkelingen buiten het plangebied met de zachte ontsluitingen binnen het plangebied te verbinden.

 

De zachte ontsluiting doorheen projectzone 1 a kan gesupprimeerd worden aangezien er reeds een zachte ontsluiting voorzien wordt ter hoogte van projectzone 1 b.

 

 

         bezwaren vanwege het niet aanduiden van planschade:

 

Om een welbepaalde zone binnen de gebiedaanduiding "zone voor ontwikkeling" als multifunctioneel park te kunnen inrichten, werden specifieke inrichtingsvoorschriften bepaald. Er wordt geen gebiedsaanduiding "overig groen-parkgebied" beoogd.

 

Om dit principe duidelijk te stellen, wordt de zone voor park aangeduid met de gebiedsaanduiding  "zone voor ontwikkeling"  en de afbakening van de "zone voor park" aangeduid  met een overdruk.

 

 

         bezwaren vanwege het opleggen van een achteruitbouwstrook:

 

AWV ziet de N 10 als een belangrijke secundaire weg, waardoor en rooilijnbreedte van 35 m noodzakelijk is. Om deze breedte te kunnen realiseren, is een achteruitbouwstrook  van 15 m noodzakelijk.

 

 

         bezwaren wegens gebrek aan belangenafweging.:

Het principe van het globaal richtplan zal in de toelichtende nota opgenomen worden. Hierbij wordt verduidelijk dat het globaal richtplan een informatief  instrument is.

 

 

bezwaren wegens het onderzoek naar de milieueffecten (MER):

 

De dienst Mer heeft op 20-10-2016 beslist dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan-MER niet nodig is.

 

 

         bezwaren wegens het niet afschaffen van de verkavelingen:

 

Tijdens de bewonersvergadering van 23 juni 2016 werd door een meerderheid van bewoners van de verkavelingen gevraagd om de verkavelingsvoorschriften te behouden.

 

Met dit meerderheidsverzoek werd rekening gehouden bij het vastleggen van de voorschriften.

 

 

         bezwaren wegens onvoldoende rechtszekerheid:

 

Schrappen van art.0§3.   Het principe van het globaal richtplan moet in de toelichtende nota opgenomen worden. Hierbij wordt verduidelijk dat het globaal richtplan een informatief  instrument is.

 

Er wordt geopteerd om in de voorschriften criteria op te leggen die bepalen waaraan een stedenbouwkundige aanvraag zal moeten getoetst worden.

 

Men beoogt een flexibel RUP.  Er wordt geopteerd om enkel het aantal ontsluitingen per deelzone vast te leggen.  De indicatieve aanduiding geeft richting aan de ligging van een ontsluiting, dewelke niet exact wordt bepaald om bepaalde percelen niet te hypothekeren maar om te streven naar een kwaliteitsvolle inrichting van de deelzones.

 

Het verder definiëren van de locatie van de ontsluitingen is dan ook niet wenselijk.

 

 

         bezwaren wegens visie omtrent detailhandel:

 

De provincie heeft door middel van het PRUP Antwerpsesteenweg de kleinhandel gedeeltelijk zelf afgebakend. Een zone voor grootschalige kleinhandel is gelegen ten noorden van de Antwerpsesteenweg. Het gedeelte ten zuiden van de Antwerpsesteenweg blijft dan ook bestemd als wonen. Het provinciaal structuurplan bepaalt dat bijkomende winkels zich "kunnen" vestigen en dat uitbreiding "mogelijk" is. Dit wil echter niet zeggen dat bijkomende winkels en uitbreidingen "moeten" kunnen. Het RUP is dan ook niet in strijd met de bepalingen van het structuurplan.

 

Overeenkomstig het advies van de provincie, moet de toelichtingsnota  aangepast worden zodat duidelijk wordt geformuleerd dat de stedenbouwkundige verordening inzake detailhandel op 29 juni 2015 door de gemeenteraad definitief werd vastgesteld en dat de Deputatie de verordening bij besluit van 1 oktober 2015 heeft goedgekeurd.

 

 

 

De voorschriften doen geen afbreuk aan de reeds bestaande bouw- en exploitatierechten. Bij de inleidende bepalingen van de toelichtende nota moet verduidelijkt worden dat het RUP de zonevreemde basisrechten onverlet laat, behalve wat de maximaal toegelaten volumes voor herbouw betreft.

 

 

         bezwaren wegens mogelijke procedurefout:

 

Overeenkomstig artikel 2.2.21 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening is de termijn  waarbinnen de publicatie in het Belgisch Staatsblad moet verschijnen  een termijn van orde. De publicatie is binnen een aanvaardbare termijn gebeurd.

 

 

Termijn waarbinnen het RUP definitief moet vastgesteld worden

 

De gemeenteraad moet binnen de 180 dagen na het einde van het openbaar onderzoek, het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan definitief vaststellen, m.a.w. uiterlijk op 3 oktober 2017.

 

De gemeenteraad besliste in zitting van 25-9-2017 om de beslissingstermijn met 60 dagen te verlengen. De uiterlijke beslissingstermijn werd hierdoor gebracht op 2 december 2017.

 

Recht van voorkoop

 

Binnen het RUP zal er geen recht van voorkoop uitgeoefend worden.

 

 

Op te heffen verkavelingen

 

Binnen het plangebied zijn goedgekeurde verkavelingen aanwezig. Deze verkavelingen worden niet opgeheven. De voorschriften van deze verkavelingen blijven dan ook integraal van kracht.

 

 

Waterparagraaf

 

Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het Integraal Waterbeleid (en latere wijzigingen), inzonderheid artikel 8, §1 en 2;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets (en latere wijzigingen), inzonderheid de artikelen 2 en 4;

 

Gelet op de bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets (en latere wijzigingen) in bijlage IX tot XV opgenomen kaarten;

 

Overwegende dat in toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 alle uitvoeringsplannen dienen te worden onderworpen aan een watertoets; dat voor dit plan de watertoets werd onderzocht.

 

Ten behoeve van voorliggend RUP werd, geïntegreerd met de m.e.r-screening, de watertoets opgemaakt. Deze watertoets werd uitgevoerd op planniveau aan de hand van de zeven watertoetskaarten. De bevindingen en resultaten van de watertoets werden mee beoordeeld tijdens het verzoek tot raadpleging.

 

Binnen de afbakening van het RUP worden geen zones als effectief of mogelijk overstromingsgevoelige gebieden geselecteerd. Ten noorden van de Antwerpsesteenweg –

ter hoogte van de grootschalige detailhandelszaken - is evenwel een zone als effectief overstromingsgevoelig gebied aangeduid.

 

Het Koninklijk Besluit van 28 februari 2007 heeft de risicozones voor overstromingen afgebakend. Binnen het plangebied zijn geen risicozones voor overstromingen aangeduid.

 

Het plangebied en de omgeving worden grotendeels als infiltratiegevoelige bodems aangeduid. Het plangebied bevindt zich tevens in een matig gevoelig gebied voor grondwaterstroming (type 2). Indien er in type 2 gebied een ondergrondse constructie gebouwd wordt met een diepte van meer dan 5m én een horizontale lengte van meer dan 100m dient advies aangevraagd te worden bij de bevoegde adviesinstantie.

 

Er kan worden geoordeeld dat de watertoets voor het RUP geen significante problemen met zich mee zal brengen inzake potentiële wateroverlast. Eventuele nadelige effecten zijn hoofdzakelijk te wijten aan de aanwezigheid van verharde oppervlakten. Deze kunnen echter worden beperkt door het voorzien van voldoende buffercapaciteit.

 

Er wordt ruimte voor wateropvang en infiltratie binnen het RUP voorzien. Deze zone kan zo beter dienst doen als buffering voor omliggende constructies en verhardingen. De concrete uitwerking zal aan de stedenbouwkundige aanvraag worden gekoppeld, waarbij een watertoets zal worden uitgevoerd. Er moet minstens worden voldaan aan de bepalingen van de gewestelijke hemelwaterverordening en aan het concept ‘vasthouden-bergen-afvoeren’ dat opgenomen is in de waterbeleidsnota en de bekkenbeheerplannen. Prioriteit moet uitgaan naar hergebruik van hemelwater, vervolgens naar infiltratie, boven buffering met vertraagde afvoer.

 

Het merendeel van het plangebied wordt behouden als open ruimte. Door de bijkomende verharding en constructies zal het verticaal insijpelen van hemelwater afnemen.

 

Stedenbouwkundige vergunningen die in het kader van het RUP verleend worden, dienen steeds te beantwoorden aan de algemene verordeningen inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afval- en hemelwater en worden onderworpen aan een watertoets.

 

 

Definitieve vaststelling

 

Overeenkomstig artikel 2.2.14 van de VCRO stelt de gemeenteraad het RUP "Laporta Caroly" definitief vast.

 

Het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan bevat de overeenkomstig art. 2.2.2. §1 (VCRO) voorgeschreven stukken: het grafisch plan, de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften, een weergave van de feitelijke en juridische toestand, de relatie met het ruimtelijk structuurplan Lier en een register van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding / planbatenheffing.

 

Bovendien is voldaan aan de bepalingen van het decreet van 5 april 1995 houdende de algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M.), zoals aangepast door het decreet van 27 april 2007 (planMERdecreet) en het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s (Plan-m.e.r.-besluit). De screeningsnota plan-MER-plicht en de ontheffingsbeslissing zijn in het bundel opgenomen.

 

De aanpassingen zijn niet van die aard dat er bijkomend of gewijzigde effecten op het milieu of de mobiliteit zullen verwacht worden.

 

Het verslag van de plenaire vergadering samen met de ontvangen adviezen en reacties werden opgenomen in de toelichtingsnota bij het ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

Stemming

 

18 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

7 stemmen tegen: Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

4 onthoudingen: Jan Hermans, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 18 stemmen voor - 7 stemmen tegen - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

Naar aanleiding van de ontvangen adviezen en op basis van het gemotiveerde advies van de GECORO van 12 juni 2017 over het voorlopig vastgesteld ontwerp van Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan " Laporta-Caroly", wordt het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan aangepast zoals hoger in dit besluit beschreven.

 

Art. 2:

Het onderzoek tot milieu-effectrapportage werd doorlopen. Op 20-10-2016 heeft de dienst Mer beslist dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke milieu-effecten en de opmaak van een plan-Mer derhalve niet nodig is.

 

Art. 3:

In toepassing van artikel 8 van het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003 dienen alle uitvoeringsplannen  aan een watertoets te worden onderworpen. Voor dit plan werd de watertoets onderzocht, zoals hoger in dit besluit vermeld onder het deel "waterparagraaf".

 

Art. 4:

De gemeenteraad beslist het bijgevoegd Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan  "Laporta-Caroly" definitief vast te stellen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

WIJZIGING ROOILIJNPLAN SIONSVEST - AKTENEMING ONTWERP WIJZIGING ROOILIJNPLAN. VOORLOPIGE VASTSTELLING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het rooilijn- en onteigeningsplan ‘Sionsvest’ werd oorspronkelijk goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 19 oktober 1973.

De gemeenteraad stelde in zitting van 25 juni 2012 een wijziging van dit rooilijn- en onteigeningsplan Sionsvest definitief vast.

 

Op 6 maart 2006 werd door het college van burgemeester en schepenen besloten tot de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan RUP Sion. In zitting van 14 mei 2012 stelde de gemeenteraad het RUP Sion definitief vast. Op 12 juli 2012 werd dit RUP Sion door de deputatie van de provincie Antwerpen goedgekeurd.

Bij arrest van 13 januari 2015 vernietigde de Raad van State gedeeltelijk het RUP Sion, met name het plangedeelte ten zuiden van de voorziene nieuwe straat die zich in het verlengde van de Lookstraat bevindt.

 

In zitting van 15 april 2013 werd door het college van burgemeester en schepenen een stedenbouwkundige vergunning verleend tot het bouwen van een woningbouwproject met ondergrondse parking op de Sionsite.

In zitting van 2 mei 2016 weigerde het college van burgemeester en schepenen een stedenbouwkundige vergunning voor het afbreken van verouderde bebouwing, renovatie bestaande constructies en het opbouwen van een collectief woonproject betreffende vier appartementen en dit ter hoogte van Sionsplein 20.

Op 22 september 2016 weigerde de deputatie van de provincie Antwerpen dezelfde vergunningsaanvraag.

Door de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar werd op 27 januari 2017 een stedenbouwkundige vergunning aan de stad Lier verleend voor de ophoging en herinrichting van de stadsvesten vanaf het kruispunt Berlarij/Veemarkt tot Sionsvest.

 

Feiten en context

Oorspronkelijk werden de rooilijnen langsheen de stadvesten ter hoogte van de Ros Beiaardstraat, het Sionsplein en de Sionsvest bepaald door het rooilijnplan dat werd goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 19 oktober 1973. Deze rooilijn viel grotendeels samen met de bouwlijn van de bestaande gebouwen langsheen deze straten. Dit met uitzondering van het gedeelte gelegen voorbij de Hazenstraat.

 

Om bebouwing langsheen de vesten mogelijk te maken, werd een wijziging aan dit rooilijnplan doorgevoerd en dit vanaf de Berlarij tot aan de Sionsite. Dit eveneens om de vesten op te waarderen tot een kwalitatieve groene verblijfsruimte.

 

In zitting van 25 juni 2012 werd het gewijzigde rooilijn- en onteigeningsplan definitief vastgesteld door de gemeenteraad. Dit zowel in functie van het project Sion, de realisatie van de kop ‘Ros Beiaard’ als pleinruimte en het creëren van meer ruimte voor de vesten tussen de bebouwing en de Nete.

 

Intussen konden deze ruimtelijke doelstellingen grotendeels gerealiseerd worden. Enerzijds werd een eerste fase van het project Sion gerealiseerd en is de volgende fase in volle uitvoering. Anderzijds werd een stedenbouwkundige vergunning bekomen en uitgevoerd voor de ophoging en herinrichting van de stadsvesten vanaf het kruispunt Berlarij/veemarkt tot de Sionsvest. Met deze herinrichting van de stadsvesten is de opwaardering van de vesten een feit. Zo werd er voorzien in de aanleg van een fietspad, een wandelpromenade, voetpaden, een sportveld, straatmeubilair, nieuwe bomen en aanplanting, enz. Ook werd een nieuwe brug voor zacht verkeer voorzien ter hoogte van de Sionsite. Tot slot werd de voormalige vleeshal op de kop van de Ros Beiaardstraat gesloopt. Op die manier kon een pleinruimte gecreëerd worden langsheen de Nete en stadsvesten.

 

 

Heden kan dan ook worden vastgesteld dat de gewijzigde rooilijnen ter hoogte van de Ros Beiaardstraat en de Sionsite werden gerealiseerd. Ter hoogte van het bouwblok van de Avenir-site (bouwblok voorbij de Hazenstraat) moest echter blijken dat de gewijzigde rooilijn doorheen de bestaande gebouwen kwam te liggen, met slechts een gedeeltelijke beperking van het geldende bouwverbod voor gevolg.

 

Dit gedeelte van de gewijzigde rooilijn strekte er voornamelijk toe om het RUP Sion te realiseren, gezien hier een vernieuwde ontsluitingsweg werd voorzien. Met het arrest van de Raad van State van 13 januari 2015 werd dit gedeelte ten zuiden van de nieuwe doorsteek in het verlengde van de Lookstraat echter vernietigd.

 

Intussen moest blijken dat verschillende eigenaars binnen dit bouwblok wensen over te gaan tot de reconversie van de bestaande gebouwen en dit middels renovatie, herbouw of sloop en nieuwbouw. Teneinde de verdere opwaardering van deze Sionsite en omgeving mogelijk te maken, komt het noodzakelijk voor om de rooilijn ter hoogte van deze Avenir-site te herbekijken.

 

Juridische grond

Het gewijzigde rooilijn- en onteigeningsplan Sionsvest, zoals definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 25 juni 2012.

Het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen.

Het Decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de rooilijnen, in het bijzonder de artikelen 2, 4, 9 en 10.

 

Overeenkomstig artikel 2 Rooilijnendecreet is de rooilijn de huidige of de toekomstige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen en wordt de rooilijn vastgesteld in een rooilijnplan.

Volgens artikel 4 Rooilijnendecreet is de procedure voor het tot stand komen van rooilijnplannen ook van toepassing op het wijzigen ervan.

 

Overeenkomstig artikel 9, §1 Rooilijnendecreet komt het aan de gemeenteraad toe om een ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vast te stellen. Het ontwerp dient minstens de getroffen percelen en hun oppervlakte te bevatten, alsook de actuele en toekomstige rooilijn. Het bijgevoegde ontwerp tot wijziging van het rooilijnplan voldoet hieraan.

 

Vervolgens onderwerpt het college van burgemeester en schepenen het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan aan een openbaar onderzoek, overeenkomstig de bepalingen van het Rooilijnendecreet.

 

Tot slot komt het aan de gemeenteraad toe om het gemeentelijk rooilijnplan definitief vast te stellen.

 

Argumentatie

Artikel 2 van het Rooilijnendecreet bepaalt dat de rooilijn de huidige of toekomstige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen bepaalt, waarbij deze wordt vastgesteld in een rooilijnplan.

 

In 2012 werd een wijziging aan het rooilijnplan Sionsvest van 1973 doorgevoerd ter hoogte van de Ros Beiaardstraat, het Sionsplein en de Sionsvest. Deze wijziging beoogde verschillende doelstellingen te realiseren, waaronder de intekening van de ontsluiting van het project Sion, de realisatie van de kop ‘Ros Beiaard’ als pleinruimte en het creëren van meer ruimte voor de vesten. Met de herinrichting van de stadsvesten en realisatie van de Sionsite, werden deze doelstellingen intussen gerealiseerd.

 

Ter hoogte van het bouwblok van de Avenirsite werd in 2012 de bestaande rooilijn verlegd ten voordele van een groter bebouwbaar bouwlok. Dit overeenkomstig het RUP Sion en de op het grafisch plan voorziene ‘Zone voor woonerf’. In 2015 werd dit gedeelte van het RUP Sion echter door de Raad van State vernietigd.

 

Om een maximale reconversie en opwaardering van de Avenirsite en omgeving van de Sionsite mogelijk te maken, komt het aangewezen en noodzakelijk voor de rooilijn voor dit gedeelte opnieuw te wijzigen. Op die manier komt de rooilijn overeenkomstig de huidige, feitelijke grenzen van de openbare weg te liggen die samenvalt met de perceelgrenzen en bebouwing langsheen het Sionsplein.

 

De wijziging van deze rooilijn sluit aan bij de eerdere verlegging in 2012 en maakt de verdere ontwikkeling van dit gedeelte nabij het centrum en langsheen de Nete mogelijk. Echter dient bij de wijziging ook de ontsluiting van de Sionsite gevrijwaarde te blijven, met voldoende openbare ruimte ter hoogte van de vesten.

 

Opgemerkt kan daarover dat de nieuwe doorsteek zoals voorzien door het RUP Sion, voorbehouden zal blijven voor fietsers en voetgangers. Tevens moest intussen blijken dat door de herinrichting van de stadsvesten, het zacht verkeer gebruik kan maken en maakt van het nieuwe fiets- en wandelpad langsheen de vesten. Hierdoor komt een verdere verbreding van het Sionsplein niet langer noodzakelijk voor. De bestaande breedte is voldoende om het residentiële, beperkte autoverkeer voor de Avenirsite te verwerken. De bestaande feitelijke rooilijnen van de openbare weg blijken daarbij te kunnen volstaan om de ontsluiting van de site te garanderen.

 

Om die reden komt het aangewezen voor de rooilijn ter hoogte van de Avenirsite verder te wijzigen, in die zin dat deze samenvalt met de feitelijke grenzen van de openbare weg zoals deze vandaag aanwezig is. Op die manier wordt enerzijds de reconversie van deze site mogelijk gemaakt, als opwaardering van deze zone langsheen de stadsvesten in navolging van de stadsontwikkeling Sion. Anderzijds doet dit geen afbreuk aan de bestaande breedte en wegenis Sionsplein, welke door de herinrichting van de vesten reeds voorzien is van een afgescheiden fiets- en wandelpad voor traag verkeer.

 

 

Overeenkomstig artikel 9, §1 van het Rooilijnendecreet komt het aan de gemeenteraad toe om tot de voorlopige vaststelling van een ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan te besluiten.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het ontwerp van de wijziging van het rooilijnplan Sionsvest, zoals opgemaakt door landmeter-expert Paul Verhaert met nummer TPV 2398 en plannummer 1-1 voorlopig vast te stellen.

 

Art 2:

De gemeenteraad gelast het college van burgemeester en schepenen met de organisatie van het openbaar onderzoek.

 

Art.3:

De gemeenteraad gelast het college om het dossier na het openbaar onderzoek opnieuw aan de gemeenteraad voor te leggen ter definitieve vaststelling.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

VASTSTELLEN ROOILIJN-WITHOF -SV2017/173 - LMVH- SANDER DE VOSSTRAAT 18 EN Z/N - 4° AFD, SECTIE B 478N. VASTSTELLEN VAN DE ROOILIJN

 

MOTIVERING

VOORGESCHIEDENIS

Er werden weigeringen van stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd:

2011/333 - afbraak van een woning met aanbouwsels en bouwen van 2 gebouwen waarin 31 wooneenheden en een gemeenschapsruimte –Deputatie 30/4/2014.

Het ontwerp werd als laureaat uitgekozen n.a.v. een architectuurwedstrijd. Het project werd besproken en een weinig aangepast naar de gegeven opmerkingen. Hierop werd een stedenbouwkundige aanvraag ingediend met ons kenmerk 2011/64 welke werd ingetrokken na het openbaar onderzoek en het advies van de plangroep verkeer.

 

Nadien werden verschillende overlegvergaderingen gehouden met de vergunnende en de adviesverlenende instanties. Er werd een infovergadering georganiseerd aan de omwonenden en er werd onderzocht om aan de pijnpunten tegemoet te komen.

 

2015/320 - afbraak van een woning met aanbouwsels en alle aanwezige verhardingen alsook het kappen van de bomen, bouwen van 3 gebouwen waarin 26 wooneenheden en een gemeenschapsruimte en het bouwen van een hoogspanningscabine-vergund CBS 13/6/2016– Vergunning Deputatie 17/11/2016 - in beroep bij raad van vergunningsbetwistingen.

 

 

Feiten en context

Er werd een stedenbouwkundige aanvraag 2017/173 ingediend door Lierse Maatschappij voor de Huisvesting BV CVBA voor wat betreft woonproject WITHOF, gelegen Sander De Vosstraat 18 en Sander De Vosstraat z/n.

Deze voorziet hetvolgende :

Er worden 3 gebouwen voorzien met 26 wooneenheden.

Het terrein rondom wordt aangelegd met wegenis, een vijver en groen.

Dit zal gevoegd worden bij het openbaar domein.

Er is grondafstand voorzien van de grond nodig voor het realiseren van de rooilijn en voor de nieuwe wegenisinfrastructuur. De grondafstand noodzakelijk voor het uitvoeren van de rooilijn, en welke op eerste verzoek wordt overgedragen aan de stad Lier,  heeft een oppervlakte van 5075m².

Een belofte van de verkavelaar voor de grondafstand werd bijgevoegd.

De rooilijn is voorzien volgens het plan met titel ‘woonproject Withof inplanting rooilijn nieuwe toestand’ dossiernummer WI 12021.029.002 dd mei 2017 opgemaakt door Sweco.

 

JURIDISCHE BEPALINGEN

Artikel 4.2.25 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

Als de vergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, en het vergunningverlenende bestuursorgaan oordeelt dat de vergunning kan worden verleend, neemt de gemeenteraad een beslissing over de zaak van de wegen, alvorens het vergunningverlenende bestuursorgaan een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

 

Artikel 10 Besluit Vlaamse Regering 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging:

Als het een vergunningsaanvraag betreft die wegeniswerken omvat als vermeld in artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, neemt de gemeenteraad een gemotiveerd besluit over de zaak van de wegen. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de ingediende bezwaren en opmerkingen.

 

Zaak der Wegen

 

Art. 4.2.25. Als de vergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, en het vergunningverlenende bestuursorgaan oordeelt dat de vergunning kan worden verleend, neemt de gemeenteraad een beslissing over de zaak van de wegen, alvorens het vergunningverlenende bestuursorgaan een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

 

Als de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid had, maar geen beslissing heeft genomen over de zaak van de wegen, roept de provinciegouverneur op verzoek van de deputatie of de Vlaamse Regering, de gemeenteraad samen. De gemeenteraad neemt een beslissing over de zaak van de wegen en deelt die beslissing mee binnen een termijn van zestig dagen vanaf de samenroeping door de provinciegouverneur.]

De gemeentelijke wegenis valt onder de in artikel 42 van het Gemeentedecreet bepaalde volheid van bevoegdheid van de gemeenteraad om alle aangelegenheden van gemeentelijk belang te regelen.  Onder de ‘zaak der wegen’ wordt verstaan het bepalen van het tracé en de uitrusting van de aan te leggen of te wijzigen wegen: rooilijnen, rijbanen, voetpaden, aanplanting, openbare nutsvoorzieningen…

In dit geval werd in de gemeenteraad van 27 november 2017 voorgelegd en goedgekeurd:

1/Vaststelling van de rooilijn en grondafstand door stedenbouw

2/Wegenis- en rioleringsdossier door technisch bureau

 

BEOORDELING VAN DE AANVRAAG

1. Stedenbouwkundige bepalingen

1.1. Ruimtelijke Uitvoeringsplannen

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een gemeentelijk, provinciaal of gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

 

1.2. Plannen van Aanleg

1.2.1 Gewestplannen

Het gewestplan van toepassing is het gewestplan Mechelen, goedgekeurd bij K.B. van 5 augustus 76 en gewijzigd bij M.B. op 24 juli 1991, 6 mei 1997, 2 februari 1999, 26 mei 2000 en 30 maart 2001.

 

Het voorste deel van het goed situeert zich volgens dit gewestplan in een woongebied met landelijk karakter. Het achterste deel is woonuitbreidingsgebied.

Volgens artikel 5.1.0. van het K.B. van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de gewestplannen en de ontwerp-gewestplannen zijn de woongebieden bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.

Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Volgens artikel 5.1.1. van het K.B. van 28-12-1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de gewestplannen en de ontwerpgewestplannen zijn de woonuitbreidingsgebieden uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

De ordening voor dit deel van het woonuitbreidingsgebied is voldoende gekend.

De voorgelegde aanvraag heeft een woonfunctie, en gemeenschapsruimte.

Volgens de omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen, gewijzigd op 25 januari 2002 en 25 oktober 2002, zijn geen bijkomende bepalingen van toepassing voor een woonfunctie.

administratief gebouw, kan de woonfunctie daarentegen zeer nadelig beïnvloeden.

 

Volgens de omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen, gewijzigd op 25 januari 2002 en 25 oktober 2002, zijn volgende bijkomende bepalingen van toepassing voor een openbare nutsfunctie.

Hier worden bedoeld inrichtingen, voorzieningen en activiteiten die gericht zijn op de bevordering van het algemeen belang, en ten dienste staan van elkeen. In de woongebieden zijn onder meer toegelaten : scholen, klinieken, gebouwen voor de eredienst, gemeentehuizen, brandweer, rijkswacht, politie, administratieve gebouwen met beperkte omvang.

Voor deze inrichtingen geldt niettemin de algemene voorwaarde dat zij verenigbaar moeten zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5.1.0. i.f. - infra). Het is dan ook mogelijk dat zij omwille van hun oppervlaktebehoefte of hun gebondenheid aan andere openbare nutsvoorzieningen niet meer kunnen worden toegelaten in het woongebied en afgezonderd dienen te worden in de gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen, die specifiek voor dergelijke inrichtingen, voorzieningen en activiteiten zijn bestemd.

Indien de bestaande toestand uitwijst dat er reeds een bepaalde concentratie van dergelijke gebouwen gegroeid is, zullen deze gebieden - indien voldoende groot in oppervlakte - op de gewestplannen worden aangeduid met hun specifieke kleur. Dit zal vooral het geval zijn voor instellingen en openbare nutsvoorzieningen van bovengemeentelijk belang.

De voorgelegde aanvraag is principieel in overeenstemming met de bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

 

1.2.2 Bijzondere plannen van aanleg

Het perceel is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg

1.2.3 Verkavelingen

Het goed maakt geen deel uit van een goedgekeurde verkaveling

 

De beoordeling van de stedenbouwkundige en ruimtelijke impact gebeurt in het stedenbouwkundig dossier dat positief verloopt.

 

2.Openbaar onderzoek

2.1. Decretale bepalingen

Volgens artikel 4.7.15 §1 van de Vlaamse Codex bepaalt de Vlaamse Regering welke vergunningsaanvragen onderworpen zijn aan een openbaar onderzoek, onverminderd artikel 4.4.1, eerste lid.  Aanvragen voor een vergunning waarvoor een milieueffectenrapport moet worden opgemaakt, zijn ten allen tijde aan een openbaar onderzoek onderworpen.  Hetzelfde geldt voor vergunningsaanvragen op grond van artikel 4.4.6, artikel 4.4.10 tot en met 4.4.23, en artikel 4.4.26 §2.

4.7.15 §2. Het openbaar onderzoek duurt dertig dagen.  Iedereen kan gedurende deze termijn schriftelijke en mondelinge bezwaren en technische opmerkingen indienen.

 

Artikel 3 § 3, 8° van het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2000 en 5 juni 2009, bepaalt het volgende:

Aanvragen waarvoor de toepassing is vereist van de artikelen

4.4.7 handelingen van algemeen belang

van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening moeten worden onderworpen aan een openbaar onderzoek.

Artikel 3 § 3, , 2°, 3°, 4°,  van het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2000 en 5 juni 2009, stelt dat volgende aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning worden onderworpen aan een openbaar onderzoek.

Werken van algemeen belang, Infrastructuurwerken meer dan 200m, Een nieuwbouw groter dan 500 m² en meer dan 2000m³

Een openbaar onderzoek werd gehouden van 11 augustus 2017 tot 9 september 2017

 

6.2. Proces-verbaal van sluiting

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd omtrent de aanvraag. Doorheen dit openbaar onderzoek werden 225 bezwaarschriften ontvangen, waarvan 220 identieke. Van de vijf overige bezwaarschriften zijn er drie met identieke inhoud.

 

De bezwaren die betrekking hebben op de aspecten van de zaak van de wegen, worden door de gemeenteraad behandeld. De overige bezwaren zullen door het vergunningverlenende bestuursorgaan worden behandeld.

 

De identieke bezwaarschriften kunnen worden samengevat als volgt:

 

Er werd aan verschillende verzuchtingen van de omwonenden tegemoet gekomen;

Het complex strookt niet met het gabarit in de omgeving en kent een buitensporige lengte en hoogte;

Het complex is te groot voor zijn omgeving;

De derde bouwlaag zorgt voor inkijk bij de omwonenden. Deze bouwlaag moet worden verwijderd.

De publieke toegang moet worden beperkt;

De waterhuishouding wordt aangetast door de grote verharde ruimte en de verkleining van de vijver;

Bij zware regenval zal dit tot wateroverlast leiden;

De brug richting Haverlaan/wijk Fruithoflaan is onaanvaardbaar. Voor een doorsteek tussen het complex Withof en de achterliggende woonwijk bestaat geen draagvlak.

 

Het bezwaarschrift nr. 33 kan worden samengevat als volgt:

 

De voorziene volumes en gabarit zijn totaal onaanvaardbaar in de omgeving en het huidige straatbeeld;

Het gebouw in zone B is te groot (lengte en hoogte) met een enorme visuele impact en schaduwhinder;

De hoge bouwdichtheid hoort niet thuis in Koningshooikt;

Enorme privacyhinder;

Er dient een grondig onderzoek naar de waterhuishouding te gebeuren, gezien het watergevoelig karakter van de buurt;

Er dient een drainagesysteem ten noorden van de parkeergarage aangelegd te worden;

Een dermate groot project zal leiden tot stabiliteitsproblemen van de naastgelegen woningen;

De derde bouwlaag moet weggelaten worden;

Er is geen draagvlak voor dit project in zijn huidige vorm;

Er is geen overleg geweest over deze nieuwe aanvraag.

 

De bezwaren nrs. 175-176-177 kunnen worden samengevat als volgt:

 

Er werd geen enkel overlegmoment ingepland;

De afrastering ter hoogte van de hoogspanningscabine moet worden verwijderd (nrs. 175 & 176);

Gebrekkige inhoud administratief dossier;

Ontwerp is onverenigbaar met de in de omgeving bestaande ruimtelijke ordening omwille van de grootschaligheid en bebouwingsdichtheid;

Er wordt geen aanzienlijke vermindering van het aantal woongelegenheden voorzien;

Er wordt geen opdeling van bouwblok B in twee volumes voorzien;

De beperking van de onderkeldering heeft geen effect;

Er is geen reden om het niet bebouwde deel van de site in het openbaar domein op te nemen;

Er wordt geen kwalitatieve groenbuffer voorzien tussen zone A en de aanpalende terreinen;

De realisatie van het project brengt de plaatselijke waterhuishouding in het gedrang;

De toevoeging van de betonnen trap brengt de architecturale kwaliteit/eenheid van het gebouw in het gedrang;

De betonnen trap maakt een onwettig inname van het openbaar domein uit;

Er worden niet voldoende parkeermogelijkheden op eigen terrein voorzien;

De mer-screeningsnota is onvolledig.

 

Het bezwaarschrift nr. 217 kan worden samengevat als volgt:

 

Het dossier bevat veelvuldige foutieve beweringen en ontbrekende informatie;

De gegevens in de beschrijvende nota en het ingevulde Statistiek Model II zijn tegenstrijdig;

Het dossier is onvolledig;

De nodige studies ontbreken bij de aanvraag;

Er ontbreekt een project-MER bij de aanvraag;

Er ontbreken grondige en meerdere watertoetsen;

Een stabiliteitsstudie ontbreekt;

De aanvraag is in strijd met de ruimtelijke ordening;

De aanvraag is in strijd met het ruimtelijk structuurplan van de stad Lier;

Het perceel kan beter bestemd worden voor een bejaardenverblijf en niet voor sociale woningen;

De derde bouwlaag voor gebouw zone B moet verdwijnen;

De wettelijke afstandsregels worden niet gerespecteerd;

Er is geen ruimte voorzien voor een milieustraat;

Het gebouw in zone B en de ondergrondse parking tasten de precaire waterhuishouding aan;

Er mogen geen reliëfwijzigingen worden doorgevoerd;

Het openbaar maken van het domein is niet aangewezen;

Er wordt onvoldoende groenvoorziening voorzien;

De toegangsweg is te smal en onwettig;

De ontwikkelaar moet voor de bouwwerken voldoende en volledig verzekerd te zijn;

Er moet een plaatsbeschrijving opgemaakt worden;

Er moet een eerlijk beleid worden toegepast.

 

 

Heel wat bezwaarschriften hebben betrekking op de (on)verenigbaarheid van de aanvraag met een goede ruimtelijke ordening, zoals deze overeenkomstig artikel 4.3.1, §2 VCRO beoordeeld dient te worden aan de hand van de aandachtspunten functionele inpasbaarheid, mobiliteitsimpact, schaal, ruimtegebruik, bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, bodemreliëf en hinderaspecten. Deze elementen (gabarit, schaal, bouwlagen, privacy, stabiliteit, …) vallen buiten de zaak van de wegen en zullen door de vergunningverlenende overheid worden beoordeeld.

 

Wat de aspecten van de zaak van de wegen betreft, kunnen de bezwaren worden behandeld als volgt.

 

Publiek toegankelijk

 

In alle bezwaren wordt het openbaar karakter van de site en de opname in het openbaar domein in vraag gesteld. Dit gezien de aanvrager voor de omgevingsaanleg in een publieke buitenruimte voorziet, die toegankelijk is voor het publiek.

 

De aanvraag voorziet in publieke buitenruimten. De delen binnen de rooilijnen worden gratis en kosteloos overgedragen aan de stad Lier, om deel uit te maken van het openbaar domein. De bezwaarindieners menen dat het project enkel aanvaard kan worden indien de publieke toegang wordt beperkt. Het komt aan de gemeenteraad toe om het nut en de noodzaak van de openbare wegenissen en aanhorigheden te beoordelen.

 

Zoals hierboven aangegeven is het noodzakelijk en aangewezen om de buitenruimtes een openbaar karakter te geven. In eerste instantie wordt op die manier met zekerheid gewaarborgd dat de hulpdiensten en overige openbare diensten te allen tijde toegang kunnen nemen tot de site, in het bijzonder de achterin gelegen woonblokken in zone B. Hierdoor is het noodzakelijk dat brandweer en hulpdiensten hier vlot geraken. Een private binnentuin of louter publiek toegankelijke binnentuin in private mede-eigendom van de bewoners, biedt niet dezelfde garanties. Door de publieke bestemming en overdracht naar het openbaar domein, wordt de toegang maximaal verzekerd.

 

Het openbaar karakter is dan ook aangewezen om de toegankelijkheid van de site te verzekeren, de veiligheid te kunnen waarborgen evenals de waterhuishouding te kunnen beheersen. Van private eigenaars kan immers niet verwacht worden dat zij al deze aspecten garanderen, alsook naar de toekomst toe voorzien. Het past om deze voorzieningen aan de overheid toe te kennen.

 

Bovendien vormt een publieke toegankelijkheid -in het bijzonder rond de vijverpartij- een meerwaarde voor de beleving van de site. Momenteel is de vijver afgeschermd van het publiek. Door de herprofilering en heraanleg van de groene omgeving, met brugelementen, zitbanken en pleinaanleg, kan dit binnengebied een meerwaarde vormen voor de omgeving van de woonwijk en Sander De Vosstraat. De traditionele private verkaveling met private tuingedeelten is achterhaald en niet langer aangewezen.

 

Oorspronkelijk werd voorzien in een doorsteek van de site naar de achtergelegen woonwijk. Dit voor traag verkeer. Om tegemoet te komen aan de eerdere bezwaren van de omwonenden, werd deze doorsteek achterwege gelaten door de aanvrager.

 

De vrees voor een erg intensief ingevuld binnengebied onder druk van het publiek is ongegrond. De doorwaadbaarheid van het gebied wordt op vraag van de omwonenden deels ingeperkt doordat de doorsteek verdwijnt. Van een verbindingsfunctie en extra doorsteek om vanuit de woonwijk het centrum te kunnen bereiken en omgekeerd, is geen sprake meer.

 

De vrees voor een overdreven passage doorheen de site is bijgevolg ongegrond. Daar waar in de bezwaren nrs. 175-176-177 een overmatig en hinderlijk publiek gebruik wordt gevreesd, wordt in bezwaar nr. 217 net gesteld dat het publiek gedeelte net amper gebruikt zal worden gelet op de beperkte visibiliteit vanaf de Sander de Vosstraat en het wegvallen van de doorsteek. Gesteld wordt dat de publieke toegang niet evident is, gezien enkel mogelijk gemaakt via de ene toegangsweg. Aangegeven wordt dat buurtbewoners er niet zullen gaan vertoeven, hetgeen bevestigt dat geen overmatig gebruik moet worden verwacht. Samen met deze bezwaarindiener stelt de gemeenteraad dan ook vast dat de vrees voor een overmatige drukte en overmatig publiek gebruik van de voorziene publieke ruimte in deze omgeving ongegrond voorkomt.

 

Door enerzijds het publiek en openbaar karakter te behouden, doch anderzijds de aansluiting op de achtergelegen straten weg te laten, wordt een evenwicht gevonden tussen beide bezorgdheden. De site is openbaar hetgeen een enorme meerwaarde kan betekenen voor de nabije omwonenden, doch zal geen overdreven mobiliteitsbewegingen van traag verkeer kennen. De vrees voor een overschrijding van de draagkracht van de site ten gevolge van deze publieke invulling, is ongegrond.

 

Tot slot valt geen overlast te verwachten van een publieke vijver met enkel rust- en wandelvoorzieningen, zonder enige hoogdynamische functies. Bedoeling is net dat dit een oase van rust vormt in het groen ter facilitering van de omgeven woningen. Er bevinden zich in de omgeving geen aantrekkingspolen (jeugdhuizen, horeca-inrichtingen, dansgelegenheden, …) die voor gevolg zouden hebben dat deze vijver een trekpleister wordt voor plaatselijke jeugd. Indien nodig kan het algemeen politiereglement ten volle toegepast worden.

 

Een hypothetische vrees voor overlast weegt niet op tegen de meerwaarde die de site kan bieden voor de omwonenden als rust- en wandelruimte in het groen.

 

 

Afwatering en verhardingen

 

In elk van de bezwaarschriften wordt gesteld dat de aanvraag een enorme impact zal hebben op de waterhuishouding, met wateroverlast in de omgeving voor gevolg. Daarbij merken bezwaarindieners op dat de buurt watergevoelig is en de waterhuishouding zal worden verstoord door de verharde ruimten en het verkleinen van de vijver. Tot slot wordt ook bekritiseerd dat er bijna geen hergebruik van hemelwater zou worden voorzien.

 

Overeenkomstig artikel 4.3.1, §1, 4° VCRO en artikel 8, §1 van het Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid komt de beoordeling van de waterhuishouding (de watertoets) toe aan de vergunningverlenende overheid. Het college van burgemeester en schepenen zal onderzoeken of er geen schadelijke effecten staan of vermindering van infiltratie van hemelwater of impact op het grondwater en op welke wijze hier in voorkomend geval aan verholpen kan of dient te worden.

 

Wel komt het aan de gemeenteraad toe om de uitrusting van de openbare wegen en gehanteerde materialen te beoordelen als aspect van de zaak van de wegen. Ook de afwatering dient daarbij te worden beoordeeld.

 

De toegangsweg en centrale verharding wordt met kleinschalige materialen in waterdoorlatende betonstraatstenen voorzien. Voor de bovengrondse parkeerplaatsen wordt gewerkt met grasbetontegels. Voor het wandelpad rondom het oostelijke gedeelte van de vijver wordt met een halfverharding gewerkt.

 

Zodoende wordt voor de voorziene verhardingen maximaal met waterdoorlatende materialen gewerkt. De afwatering van deze verharde ruimten wordt voorzien via goten, die aansluiten op het afgescheiden RWA-stelsel. Er wordt geen afwatering voorzien naar de aanpalende percelen.

 

De uitrusting van de voorziene wegenis met pleinfunctie, in het bijzonder de gebruikte materialen en voorziene afwatering komt als aspect van de zaak van de wegen afdoende en aanvaardbaar voor. De buffering en infiltratiemogelijkheden of vereisten dienen door de vergunningverlenende overheid in het licht van de gewestelijke verordening te worden beoordeeld.

 

Doorsteek/brug richting woonwijk

 

In de 220 identieke bezwaarschriften wordt het eerdere bezwaar tegen de brug richting Haverlaan/wijk Fruithoflaan herhaald. Opgemerkt wordt dat er geen draagvlak is voor een doorsteek tussen het complex Withof en de achterliggende woonwijk. In bezwaarschrift nr. 217 wordt opgemerkt dat niet langer een doorsteek wordt voorzien, doch wordt om die reden bezwaar aangetekend tegen de brug die wel nog wordt voorzien. Voor dergelijke brug zou geen draagvlak bestaan.

 

In de oorspronkelijke aanvraag werd een doorsteek voorzien richting de achtergelegen Haverlaan. Dit om de woonwijk te laten aansluiten op het domein Withof. In de vorige en voorliggende aanvraag werd deze aansluiting geschrapt. De voorziene brug blijft op geruime afstand van de achterste perceelsgrens en sluit aan op een padje langsheen deze perceelgrens. Een doorsteek naar de Haverlaan met publiek gebruik wordt niet langer voorzien.

 

Dat de brug over de vijver wordt behouden, betekent niet dat er een doorsteek wordt voorzien. Rondom het perceel ter hoogte van de vijver, de brug en het wandelpad wordt een haag voorzien. Van enige doorgang of verbinding met de woonwijk achtergelegen is geen sprake meer.

 

De brug zelf wordt als positief ervaren, teneinde de vijver meer in de beleving van de site te betrekken. Op die manier wordt de mogelijkheid geboden om rond het oostelijke deel van de vijver te wandelen. Ook fungeert de brug als een uitbreiding van het plein, met zitmogelijkheden op de leuningen.

 

Gelet op de veelvuldige bezwaren op dit punt, werd door de aanvrager de publieke doorsteek en verbinding verlaten. De brug heeft bijgevolg geen verbindende functie meer, doch kent enkel een verblijfsfunctie als onderdeel van de vijver met wandelpad. Dit wordt als positief ervaren.

 

Perceelgrenzen

 

In bezwaarschrift nr. 33 wordt opgemerkt dat de afstandsmetingen en plannen ook de achterkant van de haag als perceelgrens nemen. Dit zou niet correct zijn, gezien de grens nog ruim één meter voorbij de haag gelegen is. In bezwaarschrift nr. 175 & 176 wordt gesteld dat een private afrastering van de tuin zou moeten worden verwijderd voor de hoogspanningscabine.

 

De aanvrager voorziet nieuwe rooilijnen op de site en dit tot tegen de aanpalende perceelgrenzen. De eigendom binnen de rooilijnen zal aan de stad Lier worden overgedragen. Het komt aan de gemeenteraad toe om de ligging van deze rooilijnen en de voorgenomen kosteloze grondafstand te beoordelen.

 

Omtrent de exacte ligging van de perceelgrenzen kan de gemeenteraad zich echter niet uitspreken, gezien dit een element van privaatrechtelijke aard vormt. De nieuwe rooilijnen bepalen louter de grens tussen de openbare wegenissen en de aangelande percelen, zonder zich uit te spreken over de eigendomssituatie. Tevens zal de aanvrager slechts de gedeelten aan de stad Lier kunnen overdragen, welke haar in eigendom toebehoren. Indien hierover discussie zou rijzen dient dit door de burgerlijke rechtbank te worden beslecht.

 

De verklaring van gratis grondafstand heeft enkel betrekking op het perceel Sander de Vosstraat 18, met kadastrale nummer 478n. Bij de overdracht en uitvoering van de werken zal de aanvrager de eigendomsgrenzen dienen te respecteren. De vrees voor een schending van dergelijke eigendomsrechten en miskenning van een aanwezige haag of afrastering, is van burgerrechtelijke aard.

 

De beoordeling van het al dan niet uitvoerbaar karakter van een eventuele stedenbouwkundige vergunning, komt aan het vergunningverlenende bestuursorgaan toe. Wat de zaak van de wegen betreft verhindert een beperkte vaststelling dat rekening moet worden gehouden met een haag en afrastering niet dat de kosteloze grondafstand overeenkomstig de nieuwe rooilijnen die de pereelsgrenzen respecteren, kan worden uitgevoerd.

 

De rooilijnen en kosteloze grondafstand kunnen worden goedgekeurd, onder voorbehoud van burgerlijke rechten.

 

Onwettige innames openbaar domein

 

In de bezwaren nrs. 175-176-177 en 217 wordt opgemerkt dat de betonnen trap uitkomt op het openbaar domeinen en hierdoor een onwettige inname uitmaakt. Dit zou niet stroken met de verklaring van de bouwheer dat de trap enkel zal dienen voor evacuatie.

 

Dat een betonnen evacuatietrap uitkomt op openbaar domein, is niet verboden noch problematisch. Integendeel komen private uitgangen uit woningen in vele gevallen uit op openbaar domein, bijvoorbeeld indien de gebouwen tot tegen het voetpad/de wegenis staan. Dat de betonnen trap uitgeeft op de over te dragen zone doet hieraan dan ook geen afbreuk. Wel wordt op de plannen zelf de betonnen trap zelf mee aangeduid in het geel, als over te dragen zone. Dit betreft vermoedelijk een vergissing, gezien voor de evacuatietrap zelf -aanleunend bij de westelijke vleugel van zone B- geen noodzaak bestaat om deze over te dragen aan de stad Lier. Dit blijkt ook uit de evacuatietrap aan de oostelijke vleugel, die niet binnen de rooilijnen werd opgenomen.

 

Vermoedelijk werd het plan waarop de rooilijnen en grondafstand staat weergegeven niet aangepast, nadat de beperkte toevoeging van de evacuatietrap werd doorgevoerd en de nieuwe vergunningsaanvraag werd ingediend. Overeenkomstig artikel 4.3.1, §1, laatste lid VCRO kan de vergunningverlenende overheid een beperkte aanpassing van de plannen opleggen indien deze 1) geen afbreuk doet aan de bescherming van de mens, het milieu of de goede ruimtelijke ordening, 2) tegemoet komt aan bezwaren tijdens het openbaar onderzoek en 3) geen rechten van derden worden geschonden. Het komt aan de gemeenteraad toe om voorwaarden en lasten met betrekking tot de zaak van de wegen te bepalen, welke door de vergunningverlenende overheid moeten worden overgenomen.

 

Zodoende wordt volgende voorwaarde verbonden aan de beslissing omtrent de zaak van de wegen: de betonnen evacuatietrap moet uit de voorziene kosteloze grondafstand worden gelaten. De rooilijn dient ter hoogte van de betonnen trap beperkt te worden aangepast, zodat deze trap buiten de rooilijnen gelegen is.

 

Dat de trap op openbaar domein uitkomt -ook na uit de over te dragen zone te zijn gelift- is niet problematisch. De trap zal enkel in de vluchtrichting vanop de passerelle geopend kunnen worden, zodat de toegang vanaf het openbaar plein en de parkeerplaatsen in de andere richting niet mogelijk is.

 

Tot slot wordt in de bezwaren nrs. 175-176-177 en 217 opgemerkt dat een deel van de kelder, onder openbaar domein komt te liggen. Dat een private kelder aanwezig is onder het publieke plein met openbaar karakter, doet geen enkele afbreuk aan dit openbaar karakter. Het openbaar domeinstatuut na de overdracht wordt hierdoor niet verhinderd.

 

-Groenvoorzieningen

 

In de bezwaren nrs. 175-176-177 wordt gesteld dat er geen kwalitatieve groenbuffer voorzien wordt tussen zone A en de aanpalende terreinen. Hierdoor zou inkijk mogelijk zijn. Dit laatste aspect (hinderaspecten, privacy) komt aan de vergunningverlenende overheid toe om te beoordelen. De aanplantingen en groenvoorzieningen, over te dragen aan de stad Lier, vormen wel een aspect van de zaak van de wegen.

 

Wat de groenbuffer ter hoogte van zone A betreft, wordt het bouwblok aan oostelijke zijde gescheiden van de perceelsgrens door een haag en private tuinen. Tevens wordt in een voortuinzone voorzien. Rondom het bouwblok in zone A worden maximaal groenvoorzieningen ingetekend. Omtrent een eventuele inkijk dient de vergunningverlenende overheid zich uit te spreken.

 

Ook in bezwaar nr. 217 wordt gesteld dat er niet kan worden gesproken van een kwalitatieve groenbuffer, gezien de vele verhardingen. Ook wordt herhaaldelijk verwezen naar een richtlijn van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, die voorschrijft dat er 20 m² bruikbaar groen per wooneenheid moet zijn.

 

De aanvraag combineert functioneel groen met groeninplantingen die het verblijfskarakter ondersteunen. Ter hoogte van de woningen aan de Sander de Vosstraat wordt een brede groenbuffer voorzien met verschillende niveaus (bomen, hagen, middelhoge en lage heesters). De onverharde ruimte wordt integraal aangelegd als gazon, met enkele water- en oeverbeplanting. Er worden verschillende nieuwe hoogstammige bomen (28) voorzien, enerzijds rondom de site en anderzijds rondom de vijver.

 

Er wordt met inheemse plantensoorten gewerkt. Tevens worden verschillende soorten voorzien. De groenvoorzieningen komen kwalitatief voor en versterken opnieuw de belevingswaarde van het publieke pleingedeelte met vijver.

 

De aangehaalde groennorm van 20 m² vormt een loutere richtlijn van de VMSW, waardoor de gemeenteraad bij de beoordeling van de zaak van de wegen geenszins gebonden is. Ook de VMSW geeft zelf aan dat dit louter richtinggevend is voor projecten vanaf 25 woningen. Bezwaarindieners geven zelf aan dat dit geen bindende regels vormen.  Overigens is sprake van 20m² recreatief bruikbaar groen per wooneenheid, tenzij in de omgeving reeds bruikbaar groen aanwezig is. Verkeerdelijk rekenen bezwaarindieners de vijver en de private tuinen niet mee hierbij. Nochtans vormt dit ook recreatief bruikbaar groen, waarbij de bewoners over een ruime vijverpartij met wandel- en groenvoorzieningen beschikken. In het andere geval zouden alle sociale woonprojecten met een publieke gemeenschappelijke ruimte moeten werken, gezien private tuinen niet als groen mogen worden beschouwd. Dit zou de norm reeds onwerkbaar maken.

 

De aanvraag voorziet dan ook maximaal in openbaar groen, naast een aantal private tuinen. Op het beplantingsplan worden de gekozen boomsoorten wel degelijk weergegeven.

 

-Toegangsweg en weerslag op mobiliteit

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt opgemerkt dat de toegangsweg te smal is om alle verkeer veilig te laten verlopen. Dit gezien er geen afscheiding wordt voorzien tussen voetgangers, fietsers en gemotoriseerd verkeer. Ook is de toegangsweg veel te smal, met slechts een breedte van 5 meter en 4 meter halverwege. Tot slot vormt het gebrek aan enig onderscheid tussen zone rijweg en voetpad een gevaarlijke situatie voor voetgangers en fietsers, in combinatie met de beperkte breedte en de verwachte toename aan verkeer.

 

De aanvraag voorziet bewust in een ‘platte’ opbouw voor gemengd verkeer voor wat de toegangsweg betreft. Dit zonder onderscheid tussen de rijweg en een voetpad of fietspad. Dit zorgt ervoor dat het autoverkeer niet primeert en zich dient aan te passen aan de snelheid van fietsers of voetgangers. Binnen dergelijke woonerven is dit gebruikelijk en veilig. Fietsers en voetgangers zullen hierdoor primeren op het autoverkeer. Overigens zal enkel residentieel verkeer plaatsvinden, van en naar de parkingplaatsen. Dit gezien geen het een loutere toegangsweg betreft zonder verbindend karakter.

 

De aanplantingen aan weerszijde van de toegangsweg moeten wildparkeren en blokkering van de toegangsweg verhinderen. De parkeerplaatsen worden gecentreerd achteraan bouwblok A en aan de westelijke vleugel van zone B. Op die manier worden conflicten met zachte verkeersstromen vermeden. Ook het parkachtige verblijfsgedeelte achteraan wordt gevrijwaard van gemotoriseerd verkeer.

 

Wat de breedte betreft kan deze volstaan gezien de aard van de toegangsweg (louter residentieel gebruik, zonder verbindingsfunctie). In het bezwaarschrift nr. 217 wordt verwezen naar een wettelijk verplichte minimale breedte van 8 meter overeenkomstig de richtlijnen van de VMSW en het KB van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor preventie van brand en ontploffing voor nieuwe gebouwen.

 

In de richtlijnen wordt nochtans voorzien dat een breedte van 4 meter kan volstaan en dit zelfs voor hele woonwijken en woonwijken waarin winkels en bedrijven met een normaal risico gevestigd zijn. De breedte van 8 meter wordt enkel richtinggevend voorgeschreven voor doodlopende wegen waarlangs gebouwen gevestigd zijn met een bovenste bouwlaag die hoger is dan 10 meter. De aanvraag heeft geen betrekking op een bebouwde doodlopende weg en bouwlagen hoger dan 10 meter. Gelijkelijk wordt in het KB van 7 juli 1994 een minimale breedte van 4 meter voorgeschreven voor gebouwen tot 10 meter.

 

Overigens bepaalt dit KB dat de breedte in overleg met de brandweer moet worden bepaald. De minimale breedte is immers ingegeven vanuit de bezorgdheid dat de hulpdiensten de gebouwen goed moeten kunnen bereiken. Het advies van de brandweer was gunstig. De voorziene breedte, draaicirkels en manoeuvreerruimte is voldoende.

 

De breedte van de toegangsweg kan volstaan, evenals diens inplanting en tracé. De mobiliteitsimpact van de aanvraag (26 woningen) op het perceel en de omgeving zal door de vergunningverlenende overheid in het kader van de goede ruimtelijke ordening worden onderzocht.

 

-Overige

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt een bezwaar geformuleerd tegen het plaatsen van een milieustraat langs het trottoir. Men wenst geen ondergronds systeem voor restafval. Dergelijke milieustraat of ondergronds containersysteem wordt niet in de vraag voorzien, zodat de vrees ongegrond is.

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt de veiligheid van het openbaar terrein ter hoogte van de vijver aangekaart. Dit doordat er geen afsluiting wordt voorzien rond de vijver. Dergelijke afsluiting is echter niet noodzakelijk. Ter hoogte van de houten brug en vonder zijn leuningen voorzien. Het omheinen van de vijver zou deze opnieuw afschermen, terwijl het opzet erin bestaat deze in de omgeving en beleving te betrekken. De vijver wordt omgeven door een wandelpad en water- en oeverbeplanting.

 

 

De bezwaren zoals ontvangen doorheen het openbaar onderzoek die betrekking hebben op de zaak van de wegen, worden niet bijgetreden.

 

De rooilijnen en kosteloze grondafstand dienen te worden goedgekeurd.

 

 

ALGEMENE CONCLUSIE

Aangezien de voorgelegde aanvraag voorwaardelijk in overeenstemming is met alle bepalingen uit de Vlaamse Codex kan een gunstig advies gegeven worden onder volgende voorwaarden:

De betonnen evacuatietrap ter hoogte van de westelijke vleugel van zone B dient uit de voorziene kosteloze grondafstand gelaten te worden. De rooilijnen dienen ter hoogte van deze betonnen evacuatietrap beperkt gewijzigd te worden, in die zin dat deze evacuatietrap buiten de rooilijnen gelegen is. De plannen dienen beperkt gewijzigd te worden in deze zin.

De akte van grondafstand moet worden verleden vooraleer er met uitvoering van werken mag worden begonnen.

De gronden welke binnen de rooilijn vallen vastgesteld door GR, op datum van  27 november 2017 moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan en dit op eigen initiatief, waarbij de daaruit voortvloeiende notaris- en opmetingskosten volledig ten laste zijn van de aanvrager.

 

Aldus wordt aan de gemeenteraad voorgesteld de rooilijn vast te stellen volgens het plan met titel ‘woonproject Withof inplanting rooilijn nieuwe toestand’ dossiernummer WI 12021.029.002 dd mei 2017 opgemaakt door Sweco, met de bijhorende grondafstand met een oppervlakte van 5075m².

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

4 stemmen tegen: Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

4 onthoudingen: Memet Cinar, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de rooilijn vast te stellen bij de stedenbouwkundige aanvraag op naam van LMVH voor wat betreft woonproject WITHOF volgens het plan met titel “woonproject Withof inplanting rooilijn nieuwe toestand’ dossiernummer WI 12021.029.002 dd mei 2017 opgemaakt door Sweco, met een gratis grondafstand van 5.075m² - 4,8m² of 5.070,2m², mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

De betonnen evacuatietrap ter hoogte van de westelijke vleugel van zone B dient uit de voorziene kosteloze grondafstand gelaten te worden. Het betreft een zone van 4,8m². De rooilijnen dienen ter hoogte van deze betonnen evacuatietrap beperkt gewijzigd te worden, in die zin dat deze evacuatietrap buiten de rooilijnen gelegen is. De plannen dienen beperkt gewijzigd te worden in deze zin.

 

De akte van grondafstand moet worden verleden vooraleer er met uitvoering van werken mag worden begonnen.

De gronden welke binnen de rooilijn vallen vastgesteld door GR, op datum van  27 november 2017 moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan en dit op eigen initiatief, waarbij de daaruit voortvloeiende notaris- en opmetingskosten volledig ten laste zijn van de aanvrager.

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

1

patrimonium

technisch bureau

 

Opdrachten :

De gemeenteraad geeft opdracht aan:

 

Dienst

Taak

stedenbouw

patrimonium

uittreksel gemeenteraad versturen

opvolgen akte grondafstand

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

WOONPROJECT WITHOF. ZAAK DER WEGEN. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Eerste stedenbouwkundige vergunningsaanvraag op 27 december 2011 vanwege de cvba Lierse Maatschappij voor de Huisvesting voor de bouw van 31 wooneenheden en een gemeenschapsruimte, voor het perceel ter hoogte van de Sander De Vosstraat 18 te Koningshooikt.

Beslissing college van burgemeester en schepenen van 8 mei 2012 waarbij een stedenbouwkundige vergunning werd verleend voor de bouw van 31 wooneenheden en een gemeenschapsruimte.

Beslissing deputatie provincie Antwerpen van 27 september 2012 waarbij deze stedenbouwkundige vergunning onder voorwaarden werd bevestigd.

Arrest Raad voor Vergunningsbetwistingen van 18 februari 2014, waarbij de eerdere vergunning werd vernietigd.

 

Tweede stedenbouwkundige vergunningsaanvraag op 22 december 2015 vanwege de cvba Lierse Maatschappij voor de Huisvesting voor de bouw van 26 wooneenheden en een gemeenschapsruimte.

Beslissing gemeenteraad van 25 april 2016 waarbij de rooilijnen en grondafstand voor het gewijzigde woonproject Withof werden goedgekeurd.

Beslissing gemeenteraad van 25 april 2016 waarbij de ontworpen wegenis en rioleringen voor het gewijzigde woonproject Withof werden goedgekeurd.

Beslissing college van burgemeester en schepenen van 13 juni 2016 waarbij een stedenbouwkundige vergunning werd verleend.

Beslissing deputatie provincie Antwerpen van 17 november 2016 waarbij de stedenbouwkundige vergunning onder voorwaarden werd bevestigd.

 

Derde stedenbouwkundige vergunningsaanvraag op 20 juni 2017 vanwege de cvba Lierse Maatschappij voor de Huisvesting voor de bouw van 26 wooneenheden en een gemeenschapsruimte

 

Feiten en context

De Lierse Maatschappij voor de Huisvesting wenst een sociaal huisvestingsproject ‘Withof’ te voorzien op het perceel met als adres Sander de Vosstraat 18, kadastraal gekend onder het nummer LIER, Afdeling 4, Sectie B, nr. 478N. Hiertoe diende zij een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag in, met als voorwerp de afbraak van de bestaande constructies, verhardingen en het kappen van bouwen, de bouw van 3 gebouwen met 26 wooneenheden en een gemeenschapsruimte, de bouw van een hoogspanningscabine en de realisatie van omgevingsaanleg op het perceel.

 

Het project voorziet twee bouwzones, met een zone A aan de straatzijde en een zone B achteraan het perceel. Het private woongedeelte bevat 26 gestapelde huurwoningen en een gemeenschapsruimte, waarvan 5 wooneenheden in zone A worden voorzien in één volume met twee bouwlagen en plat dak. In zone B langs de vijver worden twee gebouwen met twee respectievelijk drie bouwlagen voorzien met 21 wooneenheden en een gemeenschapslokaal. De vijver wordt behouden doch verkleint in omvang. Er worden 23 ondergrondse en 16 bovengrondse autostaanplaatsen voorzien, evenals overdekte fietsenstallingen.

 

Binnen de aanvraag worden tevens publieke buitenruimten voorzien, opgedeeld in drie zones:

Wegenis en plein tussen gebouwen A en B

Doorsteek tussen beide gebouwen in zone B

Publiek plein achteraan projectzone met vijver

 

In het aanvraagdossier wordt een afzonderlijk onderdeel gewijd aan dit publieke gedeelte, met onder meer een weergave van de voorziene wegenissen, rooilijnen, rioleringen en beplantingen. De aanvrager voegt een verklaring gratis grondafstand toe aan het aanvraagdossier, waarbij wordt voorzien in de overdracht van een oppervlakte van 5075 m² aan de stad Lier om deel uit te maken van het openbaar domein.

 

Meer concreet wordt vooraan in een circulatiezone voorzien die fungeert als toegangsweg tot de site en gebouwen. Enkel in dit gedeelte zijn auto’s toegelaten, om de parkeerplaatsen en ondergrondse parking te bereiken. Langs weerszijden van de toegangsweg worden groenaanplantingen voorzien. Voor het gebouw in zone A worden 6 fietsbeugels voorzien. De bestaande erfdienstbaarheid naar de achterliggende garages wordt gerespecteerd. De toegangsweg is overal minimaal vier meter breed en dient ook als toegangsweg voor de hulpdiensten, rekening houdend met de vereiste draaicirkel.

 

De tweede zone vormt een overgangszone tussen de circulatiezone vooraan en de verblijfszone achteraan. Hier is de toegang tot de ondergrondse parkeergarage voorzien, met ook 14 bovengrondse parkeerplaatsen. Naast twee afgesloten en overdekte fietsenstallingen (58 plaatsen) worden tevens opnieuw 9 fietsbeugels voorzien. Tot slot wordt ook deze zone gebufferd door groenaanplantingen rondom de publieke zone.

 

Tot slot wordt achteraan de bestaande vijver behouden, in verkleinde vorm. In deze zone zijn geen auto’s toegelaten. Er wordt een houten vonder en brug over de vijver voorzien.

 

Juridische grond

Artikel 4.2.25 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

Als de vergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft, en het vergunningverlenende bestuursorgaan oordeelt dat de vergunning kan worden verleend, neemt de gemeenteraad een beslissing over de zaak van de wegen, alvorens het vergunningverlenende bestuursorgaan een beslissing neemt over de vergunningsaanvraag.

 

Artikel 10 Besluit Vlaamse Regering 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging:

Als het een vergunningsaanvraag betreft die wegeniswerken omvat als vermeld in artikel 4.2.25 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, neemt de gemeenteraad een gemotiveerd besluit over de zaak van de wegen. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de ingediende bezwaren en opmerkingen.

 

Argumentatie

Overeenkomstig artikel 4.2.25 VCRO dient de gemeenteraad een besluit over de zaak van de wegen te nemen, indien de vergunningsaanvraag wegeniswerken omvat waarover de gemeenteraad beslissingsbevoegdheid heeft. In voorkomend geval dient dergelijk besluit genomen te worden, vooraleer het vergunningverlenende bestuursorgaan zich uitspreekt over de vergunningsaanvraag zelf. In voorliggend geval werd de gemeenteraad op verzoek van het college van burgemeester en schepenen als vergunningverlenende overheid gevat.

 

Dit artikel omvat een bevestiging van het in de artikelen 2 en 42 van het Gemeentedecreet vervatte principe naar luid waarvan de gemeenteraad beschikt over de volheid van bevoegdheid voor aangelegenheden van gemeentelijk belang, waaronder de aanleg van nieuwe gemeentelijke verkeerswegen. Deze bevoegdheid komt exclusief en autonoom toe aan de gemeenteraad en moet worden onderscheiden van de bevoegdheid van het college in die zin dat enkel deze laatste over de opportuniteit van de vergunning kan oordelen. Het komt bijgevolg niet aan de gemeenteraad toe om zich uit te spreken over de planologische toelaatbaarheid van het aangevraagde, de overeenstemming met stedenbouwkundige voorschriften of het al dan niet verenigbaar karakter van de aanvraag met de goede ruimtelijke ordening.

 

De gemeenteraad kan bijgevolg enkel uitspraak doen over de zaak van wegen, zonder zich over de vergunningsaspecten te mogen buigen. Daarbij dient zij kennis te nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die tijdens het openbaar onderzoek ingediend zijn. De gemeenteraad dient de bezwaren te behandelen die betrekking hebben op deze aspecten van de zaak van de wegen.

 

De zaak van de wegen omvat daarbij niet limitatief het bepalen van het tracé van de wegen, de uitrusting ervan, de rooilijnen, nutsleidingen, voetpaden en wegboorden, parkeerplaatsen, enz. Ook een voorziene gratis grondafstand dient door de gemeenteraad te worden beoordeeld.

 

 

Voorliggende aanvraag omvat de aanleg van wegen en rioleringen binnen het woonproject Withof. Daarbij worden nieuwe rooilijnen voorzien, met gratis grondafstand van de gedeelten die binnen de nieuwe rooilijnen komen te liggen. Tevens worden over heel de site groenvoorzieningen voorzien. Er wordt een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd.

 

De rijweg wordt uitgevoerd in waterdoorlatende betonstraatstenen, de voetwegen in halfverharding. De parkeerplaatsen worden aangelegd in grasbetontegels. De vijver wordt geherprofileerd. Ter hoogte van de vijver wordt een houten vlonder en houten brug voorzien, telkens met zitbanken. De groenaanplantingen bestaan uit bomen, hagen, heesters, oeverplanten en bollen. De plantenkeuze is onderhoudsvriendelijk, met aandacht voor inheemse en bijenvriendelijke planten. Tevens is rekening gehouden met de bochtstralen voor de brandweer.

 

Het gedeelte achter en naast het voorgebouw A doet dienst als inrit naar de ondergrondse garage en het gedeelte tussen het gebouw en de perceelsgrenzen van de aanpalende tuinen is ingericht als ruimte voor de hulpdiensten, parkeerruimte en als manoeuvreerruimte. De vijverpartij wordt gebruikt als collectieve waterbuffering. Deze zones openbaar maken en het voorzien van een nieuwe toegangsweg is noodzakelijk voor de toegankelijkheid, het waarborgen van de veiligheid en de waterbeheersing van de site.

 

De toegangsweg is voldoende ruim om de site te kunnen ontsluiten. Er wordt geopteerd voor een platte opbouw voor gemengd verkeer, aangezien de nieuwe wegenis enkel een ontsluiting is voor het project en geen verbindingsweg (doorrijweg) vormt met een ander project of verkaveling. Het autoverkeer wordt daarbij beperkt tot de toegangsweg. De inrit van de ondergrondse parking wordt zo ingericht dat het in- en uitrijden van de parking zo veilig mogelijk gebeurt, zonder in conflict te komen met de zwakke weggebruikers. Het verkeer op de toegangsweg blijft beperkt gezien dit geen verbindingsweg vormt doch enkel uitgeeft op de ondergrondse parking en bovengrondse parkeerplaatsen. Ook kent dit een louter residentieel gebruik, waarvoor de toegangsweg en diens breedte kan volstaan.

 

De groenvoorzieningen worden hoofdzakelijk voorzien in de zone van de waterbuffering en ter hoogte van de perceelgrenzen. Er wordt gebruik gemaakt van groenstroken en parkeerplaatsen in semi-verhardingen om het groen karakter zo veel mogelijk te accentueren.

 

 

Het komt aan de gemeenteraad toe om de voorziene publieke bestemming van de toegangsweg en vijverzone te beoordelen. In voorliggend geval is het noodzakelijk en wenselijk om de zone binnen de rooilijnen aan de stad Lier over te dragen ter opname in het openbaar domein. Dit zodat de toegang voor de hulpdiensten tot aan de woonblokken te allen tijde kan worden gewaarborgd. Ook vormt het een meerwaarde voor de buurt en omliggende woonwijk dat de aanwezige vijver voor het publiek wordt opengesteld. De vijver met omgeven zitbanken, groenbeplantingen en pleinfunctie kan een ontmoetingsplaats worden voor de bewoners van de site evenals omliggende woningen.

 

De publieke ruimte wordt kwalitatief ingevuld door het gebruik van vier groene niveaus (bomen, hagen, heestermassieven middelhoog en laag).

 

Er wordt in een gescheiden afvoer van regen- en rioleringswater voorzien. De nutsleidingen worden in een gemeenschappelijke sleuf aangebracht. De aanwezige parkeerplaatsen worden in grasbetontegels aangelegd. Dit vormt een groene, kwalitatieve aanleg. Het aantal parkeerplaatsen en de normen zoals opgenomen in de Parkeerverordening van de stad Lier zal door de vergunningverlenende overheid worden beoordeeld.

 

Openbaar onderzoek

 

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd omtrent de aanvraag. Doorheen dit openbaar onderzoek werden 225 bezwaarschriften ontvangen, waarvan 220 identieke. Van de vijf overige bezwaarschriften zijn er drie met identieke inhoud.

 

De bezwaren die betrekking hebben op de aspecten van de zaak van de wegen, worden door de gemeenteraad behandeld. De overige bezwaren zullen door het vergunningverlenende bestuursorgaan worden behandeld.

 

De identieke bezwaarschriften kunnen worden samengevat als volgt:

 

Er werd aan verschillende verzuchtingen van de omwonenden tegemoet gekomen;

Het complex strookt niet met het gabarit in de omgeving en kent een buitensporige lengte en hoogte;

Het complex is te groot voor zijn omgeving;

De derde bouwlaag zorgt voor inkijk bij de omwonenden. Deze bouwlaag moet worden verwijderd.

De publieke toegang moet worden beperkt;

De waterhuishouding wordt aangetast door de grote verharde ruimte en de verkleining van de vijver;

Bij zware regenval zal dit tot wateroverlast leiden;

De brug richting Haverlaan/wijk Fruithoflaan is onaanvaardbaar. Voor een doorsteek tussen het complex Withof en de achterliggende woonwijk bestaat geen draagvlak.

 

Het bezwaarschrift nr. 33 kan worden samengevat als volgt:

 

De voorziene volumes en gabarit zijn totaal onaanvaardbaar in de omgeving en het huidige straatbeeld;

Het gebouw in zone B is te groot (lengte en hoogte) met een enorme visuele impact en schaduwhinder;

De hoge bouwdichtheid hoort niet thuis in Koningshooikt;

Enorme privacyhinder;

Er dient een grondig onderzoek naar de waterhuishouding te gebeuren, gezien het watergevoelig karakter van de buurt;

Er dient een drainagesysteem ten noorden van de parkeergarage aangelegd te worden;

Een dermate groot project zal leiden tot stabiliteitsproblemen van de naastgelegen woningen;

De derde bouwlaag moet weggelaten worden;

Er is geen draagvlak voor dit project in zijn huidige vorm;

Er is geen overleg geweest over deze nieuwe aanvraag.

 

De bezwaren nrs. 175-176-177 kunnen worden samengevat als volgt:

 

Er werd geen enkel overlegmoment ingepland;

De afrastering ter hoogte van de hoogspanningscabine moet worden verwijderd (nrs. 175 & 176);

Gebrekkige inhoud administratief dossier;

Ontwerp is onverenigbaar met de in de omgeving bestaande ruimtelijke ordening omwille van de grootschaligheid en bebouwingsdichtheid;

Er wordt geen aanzienlijke vermindering van het aantal woongelegenheden voorzien;

Er wordt geen opdeling van bouwblok B in twee volumes voorzien;

De beperking van de onderkeldering heeft geen effect;

Er is geen reden om het niet bebouwde deel van de site in het openbaar domein op te nemen;

Er wordt geen kwalitatieve groenbuffer voorzien tussen zone A en de aanpalende terreinen;

De realisatie van het project brengt de plaatselijke waterhuishouding in het gedrang;

De toevoeging van de betonnen trap brengt de architecturale kwaliteit/eenheid van het gebouw in het gedrang;

De betonnen trap maakt een onwettig inname van het openbaar domein uit;

Er worden niet voldoende parkeermogelijkheden op eigen terrein voorzien;

De mer-screeningsnota is onvolledig.

 

Het bezwaarschrift nr. 217 kan worden samengevat als volgt:

 

Het dossier bevat veelvuldige foutieve beweringen en ontbrekende informatie;

De gegevens in de beschrijvende nota en het ingevulde Statistiek Model II zijn tegenstrijdig;

Het dossier is onvolledig;

De nodige studies ontbreken bij de aanvraag;

Er ontbreekt een project-MER bij de aanvraag;

Er ontbreken grondige en meerdere watertoetsen;

Een stabiliteitsstudie ontbreekt;

De aanvraag is in strijd met de ruimtelijke ordening;

De aanvraag is in strijd met het ruimtelijk structuurplan van de stad Lier;

Het perceel kan beter bestemd worden voor een bejaardenverblijf en niet voor sociale woningen;

De derde bouwlaag voor gebouw zone B moet verdwijnen;

De wettelijke afstandsregels worden niet gerespecteerd;

Er is geen ruimte voorzien voor een milieustraat;

Het gebouw in zone B en de ondergrondse parking tasten de precaire waterhuishouding aan;

Er mogen geen reliëfwijzigingen worden doorgevoerd;

Het openbaar maken van het domein is niet aangewezen;

Er wordt onvoldoende groenvoorziening voorzien;

De toegangsweg is te smal en onwettig;

De ontwikkelaar moet voor de bouwwerken voldoende en volledig verzekerd te zijn;

Er moet een plaatsbeschrijving opgemaakt worden;

Er moet een eerlijk beleid worden toegepast.

 

 

Heel wat bezwaarschriften hebben betrekking op de (on)verenigbaarheid van de aanvraag met een goede ruimtelijke ordening, zoals deze overeenkomstig artikel 4.3.1, §2 VCRO beoordeeld dient te worden aan de hand van de aandachtspunten functionele inpasbaarheid, mobiliteitsimpact, schaal, ruimtegebruik, bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, bodemreliëf en hinderaspecten. Deze elementen (gabarit, schaal, bouwlagen, privacy, stabiliteit, …) vallen buiten de zaak van de wegen en zullen door de vergunningverlenende overheid worden beoordeeld.

 

Wat de aspecten van de zaak van de wegen betreft, kunnen de bezwaren worden behandeld als volgt.

 

Publiek toegankelijk

 

In alle bezwaren wordt het openbaar karakter van de site en de opname in het openbaar domein in vraag gesteld. Dit gezien de aanvrager voor de omgevingsaanleg in een publieke buitenruimte voorziet, die toegankelijk is voor het publiek.

 

De aanvraag voorziet in publieke buitenruimten. De delen binnen de rooilijnen worden gratis en kosteloos overgedragen aan de stad Lier, om deel uit te maken van het openbaar domein. De bezwaarindieners menen dat het project enkel aanvaard kan worden indien de publieke toegang wordt beperkt. Het komt aan de gemeenteraad toe om het nut en de noodzaak van de openbare wegenissen en aanhorigheden te beoordelen.

 

Zoals hierboven aangegeven is het noodzakelijk en aangewezen om de buitenruimtes een openbaar karakter te geven. In eerste instantie wordt op die manier met zekerheid gewaarborgd dat de hulpdiensten en overige openbare diensten te allen tijde toegang kunnen nemen tot de site, in het bijzonder de achterin gelegen woonblokken in zone B. Hierdoor is het noodzakelijk dat brandweer en hulpdiensten hier vlot geraken. Een private binnentuin of louter publiek toegankelijke binnentuin in private mede-eigendom van de bewoners, biedt niet dezelfde garanties. Door de publieke bestemming en overdracht naar het openbaar domein, wordt de toegang maximaal verzekerd.

 

Het openbaar karakter is dan ook aangewezen om de toegankelijkheid van de site te verzekeren, de veiligheid te kunnen waarborgen evenals de waterhuishouding te kunnen beheersen. Van private eigenaars kan immers niet verwacht worden dat zij al deze aspecten garanderen, alsook naar de toekomst toe voorzien. Het past om deze voorzieningen aan de overheid toe te kennen.

 

Bovendien vormt een publieke toegankelijkheid -in het bijzonder rond de vijverpartij- een meerwaarde voor de beleving van de site. Momenteel is de vijver afgeschermd van het publiek. Door de herprofilering en heraanleg van de groene omgeving, met brugelementen, zitbanken en pleinaanleg, kan dit binnengebied een meerwaarde vormen voor de omgeving van de woonwijk en Sander De Vosstraat. De traditionele private verkaveling met private tuingedeelten is achterhaald en niet langer aangewezen.

 

Oorspronkelijk werd voorzien in een doorsteek van de site naar de achtergelegen woonwijk. Dit voor traag verkeer. Om tegemoet te komen aan de eerdere bezwaren van de omwonenden, werd deze doorsteek achterwege gelaten door de aanvrager.

 

De vrees voor een erg intensief ingevuld binnengebied onder druk van het publiek is ongegrond. De doorwaadbaarheid van het gebied wordt op vraag van de omwonenden deels ingeperkt doordat de doorsteek verdwijnt. Van een verbindingsfunctie en extra doorsteek om vanuit de woonwijk het centrum te kunnen bereiken en omgekeerd, is geen sprake meer.

 

De vrees voor een overdreven passage doorheen de site is bijgevolg ongegrond. Daar waar in de bezwaren nrs. 175-176-177 een overmatig en hinderlijk publiek gebruik wordt gevreesd, wordt in bezwaar nr. 217 net gesteld dat het publiek gedeelte net amper gebruikt zal worden gelet op de beperkte visibiliteit vanaf de Sander de Vosstraat en het wegvallen van de doorsteek. Gesteld wordt dat de publieke toegang niet evident is, gezien enkel mogelijk gemaakt via de ene toegangsweg. Aangegeven wordt dat buurtbewoners er niet zullen gaan vertoeven, hetgeen bevestigt dat geen overmatig gebruik moet worden verwacht. Samen met deze bezwaarindiener stelt de gemeenteraad dan ook vast dat de vrees voor een overmatige drukte en overmatig publiek gebruik van de voorziene publieke ruimte in deze omgeving ongegrond voorkomt.

 

Door enerzijds het publiek en openbaar karakter te behouden, doch anderzijds de aansluiting op de achtergelegen straten weg te laten, wordt een evenwicht gevonden tussen beide bezorgdheden. De site is openbaar hetgeen een enorme meerwaarde kan betekenen voor de nabije omwonenden, doch zal geen overdreven mobiliteitsbewegingen van traag verkeer kennen. De vrees voor een overschrijding van de draagkracht van de site ten gevolge van deze publieke invulling, is ongegrond.

 

Tot slot valt geen overlast te verwachten van een publieke vijver met enkel rust- en wandelvoorzieningen, zonder enige hoogdynamische functies. Bedoeling is net dat dit een oase van rust vormt in het groen ter facilitering van de omgeven woningen. Er bevinden zich in de omgeving geen aantrekkingspolen (jeugdhuizen, horeca-inrichtingen, dansgelegenheden, …) die voor gevolg zouden hebben dat deze vijver een trekpleister wordt voor plaatselijke jeugd. Indien nodig kan het algemeen politiereglement ten volle toegepast worden.

 

Een hypothetische vrees voor overlast weegt niet op tegen de meerwaarde die de site kan bieden voor de omwonenden als rust- en wandelruimte in het groen.

 

 

Afwatering en verhardingen

 

In elk van de bezwaarschriften wordt gesteld dat de aanvraag een enorme impact zal hebben op de waterhuishouding, met wateroverlast in de omgeving voor gevolg. Daarbij merken bezwaarindieners op dat de buurt watergevoelig is en de waterhuishouding zal worden verstoord door de verharde ruimten en het verkleinen van de vijver. Tot slot wordt ook bekritiseerd dat er bijna geen hergebruik van hemelwater zou worden voorzien.

 

Overeenkomstig artikel 4.3.1, §1, 4° VCRO en artikel 8, §1 van het Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid komt de beoordeling van de waterhuishouding (de watertoets) toe aan de vergunningverlenende overheid. Het college van burgemeester en schepenen zal onderzoeken of er geen schadelijke effecten staan of vermindering van infiltratie van hemelwater of impact op het grondwater en op welke wijze hier in voorkomend geval aan verholpen kan of dient te worden.

 

Wel komt het aan de gemeenteraad toe om de uitrusting van de openbare wegen en gehanteerde materialen te beoordelen als aspect van de zaak van de wegen. Ook de afwatering dient daarbij te worden beoordeeld.

 

De toegangsweg en centrale verharding wordt met kleinschalige materialen in waterdoorlatende betonstraatstenen voorzien. Voor de bovengrondse parkeerplaatsen wordt gewerkt met grasbetontegels. Voor het wandelpad rondom het oostelijke gedeelte van de vijver wordt met een halfverharding gewerkt.

 

Zodoende wordt voor de voorziene verhardingen maximaal met waterdoorlatende materialen gewerkt. De afwatering van deze verharde ruimten wordt voorzien via goten, die aansluiten op het afgescheiden RWA-stelsel. Er wordt geen afwatering voorzien naar de aanpalende percelen.

 

De uitrusting van de voorziene wegenis met pleinfunctie, in het bijzonder de gebruikte materialen en voorziene afwatering komt als aspect van de zaak van de wegen afdoende en aanvaardbaar voor. De buffering en infiltratiemogelijkheden of vereisten dienen door de vergunningverlenende overheid in het licht van de gewestelijke verordening te worden beoordeeld.

 

Doorsteek/brug richting woonwijk

 

In de 220 identieke bezwaarschriften wordt het eerdere bezwaar tegen de brug richting Haverlaan/wijk Fruithoflaan herhaald. Opgemerkt wordt dat er geen draagvlak is voor een doorsteek tussen het complex Withof en de achterliggende woonwijk. In bezwaarschrift nr. 217 wordt opgemerkt dat niet langer een doorsteek wordt voorzien, doch wordt om die reden bezwaar aangetekend tegen de brug die wel nog wordt voorzien. Voor dergelijke brug zou geen draagvlak bestaan.

 

In de oorspronkelijke aanvraag werd een doorsteek voorzien richting de achtergelegen Haverlaan. Dit om de woonwijk te laten aansluiten op het domein Withof. In de vorige en voorliggende aanvraag werd deze aansluiting geschrapt. De voorziene brug blijft op geruime afstand van de achterste perceelsgrens en sluit aan op een padje langsheen deze perceelgrens. Een doorsteek naar de Haverlaan met publiek gebruik wordt niet langer voorzien.

 

Dat de brug over de vijver wordt behouden, betekent niet dat er een doorsteek wordt voorzien. Rondom het perceel ter hoogte van de vijver, de brug en het wandelpad wordt een haag voorzien. Van enige doorgang of verbinding met de woonwijk achtergelegen is geen sprake meer.

 

De brug zelf wordt als positief ervaren, teneinde de vijver meer in de beleving van de site te betrekken. Op die manier wordt de mogelijkheid geboden om rond het oostelijke deel van de vijver te wandelen. Ook fungeert de brug als een uitbreiding van het plein, met zitmogelijkheden op de leuningen.

 

Gelet op de veelvuldige bezwaren op dit punt, werd door de aanvrager de publieke doorsteek en verbinding verlaten. De brug heeft bijgevolg geen verbindende functie meer, doch kent enkel een verblijfsfunctie als onderdeel van de vijver met wandelpad. Dit wordt als positief ervaren.

 

Perceelgrenzen

 

In bezwaarschrift nr. 33 wordt opgemerkt dat de afstandsmetingen en plannen ook de achterkant van de haag als perceelgrens nemen. Dit zou niet correct zijn, gezien de grens nog ruim één meter voorbij de haag gelegen is. In bezwaarschrift nr. 175 & 176 wordt gesteld dat een private afrastering van de tuin zou moeten worden verwijderd voor de hoogspanningscabine.

 

De aanvrager voorziet nieuwe rooilijnen op de site en dit tot tegen de aanpalende perceelgrenzen. De eigendom binnen de rooilijnen zal aan de stad Lier worden overgedragen. Het komt aan de gemeenteraad toe om de ligging van deze rooilijnen en de voorgenomen kosteloze grondafstand te beoordelen.

 

Omtrent de exacte ligging van de perceelgrenzen kan de gemeenteraad zich echter niet uitspreken, gezien dit een element van privaatrechtelijke aard vormt. De nieuwe rooilijnen bepalen louter de grens tussen de openbare wegenissen en de aangelande percelen, zonder zich uit te spreken over de eigendomssituatie. Tevens zal de aanvrager slechts de gedeelten aan de stad Lier kunnen overdragen, welke haar in eigendom toebehoren. Indien hierover discussie zou rijzen dient dit door de burgerlijke rechtbank te worden beslecht.

 

De verklaring van gratis grondafstand heeft enkel betrekking op het perceel Sander de Vosstraat 18, met kadastrale nummer 478n. Bij de overdracht en uitvoering van de werken zal de aanvrager de eigendomsgrenzen dienen te respecteren. De vrees voor een schending van dergelijke eigendomsrechten en miskenning van een aanwezige haag of afrastering, is van burgerrechtelijke aard.

 

De beoordeling van het al dan niet uitvoerbaar karakter van een eventuele stedenbouwkundige vergunning, komt aan het vergunningverlenende bestuursorgaan toe. Wat de zaak van de wegen betreft verhindert een beperkte vaststelling dat rekening moet worden gehouden met een haag en afrastering niet dat de kosteloze grondafstand overeenkomstig de nieuwe rooilijnen die de pereelsgrenzen respecteren, kan worden uitgevoerd.

 

De rooilijnen en kosteloze grondafstand kunnen worden goedgekeurd, onder voorbehoud van burgerlijke rechten.

 

Onwettige innames openbaar domein

 

In de bezwaren nrs. 175-176-177 en 217 wordt opgemerkt dat de betonnen trap uitkomt op het openbaar domeinen en hierdoor een onwettige inname uitmaakt. Dit zou niet stroken met de verklaring van de bouwheer dat de trap enkel zal dienen voor evacuatie.

 

Dat een betonnen evacuatietrap uitkomt op openbaar domein, is niet verboden noch problematisch. Integendeel komen private uitgangen uit woningen in vele gevallen uit op openbaar domein, bijvoorbeeld indien de gebouwen tot tegen het voetpad/de wegenis staan. Dat de betonnen trap uitgeeft op de over te dragen zone doet hieraan dan ook geen afbreuk. Wel wordt op de plannen zelf de betonnen trap zelf mee aangeduid in het geel, als over te dragen zone. Dit betreft vermoedelijk een vergissing, gezien voor de evacuatietrap zelf -aanleunend bij de westelijke vleugel van zone B- geen noodzaak bestaat om deze over te dragen aan de stad Lier. Dit blijkt ook uit de evacuatietrap aan de oostelijke vleugel, die niet binnen de rooilijnen werd opgenomen.

 

Vermoedelijk werd het plan waarop de rooilijnen en grondafstand staat weergegeven niet aangepast, nadat de beperkte toevoeging van de evacuatietrap werd doorgevoerd en de nieuwe vergunningsaanvraag werd ingediend. Overeenkomstig artikel 4.3.1, §1, laatste lid VCRO kan de vergunningverlenende overheid een beperkte aanpassing van de plannen opleggen indien deze 1) geen afbreuk doet aan de bescherming van de mens, het milieu of de goede ruimtelijke ordening, 2) tegemoet komt aan bezwaren tijdens het openbaar onderzoek en 3) geen rechten van derden worden geschonden. Het komt aan de gemeenteraad toe om voorwaarden en lasten met betrekking tot de zaak van de wegen te bepalen, welke door de vergunningverlenende overheid moeten worden overgenomen.

 

Zodoende wordt volgende voorwaarde verbonden aan de beslissing omtrent de zaak van de wegen: de betonnen evacuatietrap moet uit de voorziene kosteloze grondafstand worden gelaten. De rooilijn dient ter hoogte van de betonnen trap beperkt te worden aangepast, zodat deze trap buiten de rooilijnen gelegen is.

 

Dat de trap op openbaar domein uitkomt -ook na uit de over te dragen zone te zijn gelift- is niet problematisch. De trap zal enkel in de vluchtrichting vanop de passerelle geopend kunnen worden, zodat de toegang vanaf het openbaar plein en de parkeerplaatsen in de andere richting niet mogelijk is.

 

Tot slot wordt in de bezwaren nrs. 175-176-177 en 217 opgemerkt dat een deel van de kelder, onder openbaar domein komt te liggen. Dat een private kelder aanwezig is onder het publieke plein met openbaar karakter, doet geen enkele afbreuk aan dit openbaar karakter. Het openbaar domeinstatuut na de overdracht wordt hierdoor niet verhinderd.

 

-Groenvoorzieningen

 

In de bezwaren nrs. 175-176-177 wordt gesteld dat er geen kwalitatieve groenbuffer voorzien wordt tussen zone A en de aanpalende terreinen. Hierdoor zou inkijk mogelijk zijn. Dit laatste aspect (hinderaspecten, privacy) komt aan de vergunningverlenende overheid toe om te beoordelen. De aanplantingen en groenvoorzieningen, over te dragen aan de stad Lier, vormen wel een aspect van de zaak van de wegen.

 

Wat de groenbuffer ter hoogte van zone A betreft, wordt het bouwblok aan oostelijke zijde gescheiden van de perceelsgrens door een haag en private tuinen. Tevens wordt in een voortuinzone voorzien. Rondom het bouwblok in zone A worden maximaal groenvoorzieningen ingetekend. Omtrent een eventuele inkijk dient de vergunningverlenende overheid zich uit te spreken.

 

Ook in bezwaar nr. 217 wordt gesteld dat er niet kan worden gesproken van een kwalitatieve groenbuffer, gezien de vele verhardingen. Ook wordt herhaaldelijk verwezen naar een richtlijn van de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen, die voorschrijft dat er 20 m² bruikbaar groen per wooneenheid moet zijn.

 

De aanvraag combineert functioneel groen met groeninplantingen die het verblijfskarakter ondersteunen. Ter hoogte van de woningen aan de Sander de Vosstraat wordt een brede groenbuffer voorzien met verschillende niveaus (bomen, hagen, middelhoge en lage heesters). De onverharde ruimte wordt integraal aangelegd als gazon, met enkele water- en oeverbeplanting. Er worden verschillende nieuwe hoogstammige bomen (28) voorzien, enerzijds rondom de site en anderzijds rondom de vijver.

 

Er wordt met inheemse plantensoorten gewerkt. Tevens worden verschillende soorten voorzien. De groenvoorzieningen komen kwalitatief voor en versterken opnieuw de belevingswaarde van het publieke pleingedeelte met vijver.

 

De aangehaalde groennorm van 20 m² vormt een loutere richtlijn van de VMSW, waardoor de gemeenteraad bij de beoordeling van de zaak van de wegen geenszins gebonden is. Ook de VMSW geeft zelf aan dat dit louter richtinggevend is voor projecten vanaf 25 woningen. Bezwaarindieners geven zelf aan dat dit geen bindende regels vormen.  Overigens is sprake van 20m² recreatief bruikbaar groen per wooneenheid, tenzij in de omgeving reeds bruikbaar groen aanwezig is. Verkeerdelijk rekenen bezwaarindieners de vijver en de private tuinen niet mee hierbij. Nochtans vormt dit ook recreatief bruikbaar groen, waarbij de bewoners over een ruime vijverpartij met wandel- en groenvoorzieningen beschikken. In het andere geval zouden alle sociale woonprojecten met een publieke gemeenschappelijke ruimte moeten werken, gezien private tuinen niet als groen mogen worden beschouwd. Dit zou de norm reeds onwerkbaar maken.

 

De aanvraag voorziet dan ook maximaal in openbaar groen, naast een aantal private tuinen. Op het beplantingsplan worden de gekozen boomsoorten wel degelijk weergegeven.

 

-Toegangsweg en weerslag op mobiliteit

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt opgemerkt dat de toegangsweg te smal is om alle verkeer veilig te laten verlopen. Dit gezien er geen afscheiding wordt voorzien tussen voetgangers, fietsers en gemotoriseerd verkeer. Ook is de toegangsweg veel te smal, met slechts een breedte van 5 meter en 4 meter halverwege. Tot slot vormt het gebrek aan enig onderscheid tussen zone rijweg en voetpad een gevaarlijke situatie voor voetgangers en fietsers, in combinatie met de beperkte breedte en de verwachte toename aan verkeer.

 

De aanvraag voorziet bewust in een ‘platte’ opbouw voor gemengd verkeer voor wat de toegangsweg betreft. Dit zonder onderscheid tussen de rijweg en een voetpad of fietspad. Dit zorgt ervoor dat het autoverkeer niet primeert en zich dient aan te passen aan de snelheid van fietsers of voetgangers. Binnen dergelijke woonerven is dit gebruikelijk en veilig. Fietsers en voetgangers zullen hierdoor primeren op het autoverkeer. Overigens zal enkel residentieel verkeer plaatsvinden, van en naar de parkingplaatsen. Dit gezien geen het een loutere toegangsweg betreft zonder verbindend karakter.

 

De aanplantingen aan weerszijde van de toegangsweg moeten wildparkeren en blokkering van de toegangsweg verhinderen. De parkeerplaatsen worden gecentreerd achteraan bouwblok A en aan de westelijke vleugel van zone B. Op die manier worden conflicten met zachte verkeersstromen vermeden. Ook het parkachtige verblijfsgedeelte achteraan wordt gevrijwaard van gemotoriseerd verkeer.

 

Wat de breedte betreft kan deze volstaan gezien de aard van de toegangsweg (louter residentieel gebruik, zonder verbindingsfunctie). In het bezwaarschrift nr. 217 wordt verwezen naar een wettelijk verplichte minimale breedte van 8 meter overeenkomstig de richtlijnen van de VMSW en het KB van 7 juli 1994 tot vaststelling van de basisnormen voor preventie van brand en ontploffing voor nieuwe gebouwen.

 

In de richtlijnen wordt nochtans voorzien dat een breedte van 4 meter kan volstaan en dit zelfs voor hele woonwijken en woonwijken waarin winkels en bedrijven met een normaal risico gevestigd zijn. De breedte van 8 meter wordt enkel richtinggevend voorgeschreven voor doodlopende wegen waarlangs gebouwen gevestigd zijn met een bovenste bouwlaag die hoger is dan 10 meter. De aanvraag heeft geen betrekking op een bebouwde doodlopende weg en bouwlagen hoger dan 10 meter. Gelijkelijk wordt in het KB van 7 juli 1994 een minimale breedte van 4 meter voorgeschreven voor gebouwen tot 10 meter.

 

Overigens bepaalt dit KB dat de breedte in overleg met de brandweer moet worden bepaald. De minimale breedte is immers ingegeven vanuit de bezorgdheid dat de hulpdiensten de gebouwen goed moeten kunnen bereiken. Het advies van de brandweer was gunstig. De voorziene breedte, draaicirkels en manoeuvreerruimte is voldoende.

 

De breedte van de toegangsweg kan volstaan, evenals diens inplanting en tracé. De mobiliteitsimpact van de aanvraag (26 woningen) op het perceel en de omgeving zal door de vergunningverlenende overheid in het kader van de goede ruimtelijke ordening worden onderzocht.

 

-Overige

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt een bezwaar geformuleerd tegen het plaatsen van een milieustraat langs het trottoir. Men wenst geen ondergronds systeem voor restafval. Dergelijke milieustraat of ondergronds containersysteem wordt niet in de vraag voorzien, zodat de vrees ongegrond is.

 

In bezwaarschrift nr. 217 wordt de veiligheid van het openbaar terrein ter hoogte van de vijver aangekaart. Dit doordat er geen afsluiting wordt voorzien rond de vijver. Dergelijke afsluiting is echter niet noodzakelijk. Ter hoogte van de houten brug en vonder zijn leuningen voorzien. Het omheinen van de vijver zou deze opnieuw afschermen, terwijl het opzet erin bestaat deze in de omgeving en beleving te betrekken. De vijver wordt omgeven door een wandelpad en water- en oeverbeplanting.

 

 

De bezwaren zoals ontvangen doorheen het openbaar onderzoek die betrekking hebben op de zaak van de wegen, worden niet bijgetreden.

 

De rooilijnen en kosteloze grondafstand dienen te worden goedgekeurd.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

4 stemmen tegen: Patrick Tersago, Marcel Taelman, Ella Cornelis en Olivier Peeters

4 onthoudingen: Memet Cinar, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de bezwaren en opmerkingen ontvangen tijdens het openbaar onderzoek en besluit deze bezwaren en opmerkingen voor wat de zaak van de wegen betreft ontvankelijk te verklaren maar ongegrond.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt de voorziene wegenissen, rioleringen en groenvoorzieningen goed, onder volgende lasten:

 

         De aanleg van de wegenis en riolering zal gebeuren door de aanvrager op kosten van de aanvrager.

         De aanleg van alle nutsvoorzieningen zal gebeuren door de nutsmaatschappijen op kosten van de aanvrager.

         De kosten voor de aanleg van wegenis en riolering omvatten eveneens alle studiekosten voor de opmaak van het wegenis- en rioleringsdossier en de kosten voor het aanstellen van een toezichter die de werken dagelijks zal opvolgen.

         Het gebruik van Grès buizen is niet toegestaan.

         Het restafval en de overige fracties (PMD, papier en karton en gemengd plastic), dienen binnen het project Withof individueel aangeboden te worden. De woningen gelegen aan de voorzijde bieden hun afval aan in de Sander De Vosstraat. Voor de achterin gelegen woningen dient een verzamelplaats voorzien te worden op het openbaar domein, bereikbaar voor de vrachtwagens van IVAREM.

 

Art 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Technisch bureau

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

LEIKE. WEGENISONTWERP. GOEDKEURING .

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Studiebureau S.Bilt heeft een ontwerp opgemaakt voor de riolerings- en wegeniswerken in Leike.

 

Hiervoor is het grondplan ontworpen toestand wegenis (BA_1_P_N_2_Weg) opgemaakt (in bijlage).

 

Feiten en context

De bestaande verharding van de rijweg in Leike bestaat uit asfalt en wordt vervangen door een

nieuwe verharding in betonstraatstenen.

De bestaande zichtbare grenzen worden hierbij gevolgd.

 

Volgend type dwarsprofiel wordt over het grootste deel van de het traject gerealiseerd:

-Rijweg in grijze betonstraatstenen, in elleboogverband, breedte 3,00m (incl. kantstrook)

-Parkeerstrook in zwarte betonstraatstenen, in halfsteensverband, breedte 2,00m

 

Ter hoogte van de aansluiting met de Sint-Antoniuslaan wordt het voetpad over een afstand doorgetrokken tbv de oversteekbewegingen. Het voetpad wordt uitgevoerd in grijze betonstraatstenen, in halfsteensverband.

 

De groenzones worden ingezaaid met gras. De bestaande bomen worden vervangen door aanplant van nieuwe bomen dewelke aangepast zijn aan de beschikbare ruimte.

 

Openbaar onderzoek

Betreffende de zaak der wegen is geen bezwaar ingediend.

 

Juridische grond

De gemeenteraad is bevoegd om te beslissen over de zaak van de wegen op grond van artikel 2 en 42 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005.

Onder de zaak der wegen wordt verstaan het bepalen van het tracé en de uitrusting van de aan te leggen of te wijzigen wegen : rooilijnen, voetpaden, aanplanting, openbare nutsvoorzieningen.

De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (4 april 2015), art. 4.2.2 en de bijhorende toelichtingsnota.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan het ontwerp voor de heraanleg van Leike.

 

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IGEMO - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad is deelnemer van de dienstverlenende vereniging IGEMO.

 

De stad ontving op 12 september 2017 een uitnodiging voor het bijwonen van de buitengewone algemene vergadering van IGEMO op 15 december 2017 om 18.30 uur. De vergadering zal plaats vinden in de kantoren van IVAREM, Leuvensesteenweg 443D in 2812 Muizen, zaal Themis, met op de agenda:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Bespreking van de ondernemingsstrategie van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor 2018

3.

Bespreking van de begroting van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor 2018

4.

Vaststelling van de statutaire bijdrage algemene werkingskosten en basisdienstverlening 2018

5.

Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO)

6.

Volmacht om de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) te coördineren

7.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

8.

Goedkeuring van de notulen van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017

 

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking:

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Statuten van IGEMO

         Gemeentedecreet

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de agenda van de buitengewone algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging IGEMO op 15 december 2017:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Bespreking van de ondernemingsstrategie van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor 2018

3.

Bespreking van de begroting van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor 2018

4.

Vaststelling van de statutaire bijdrage algemene werkingskosten en basisdienstverlening 2018

5.

Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO)

6.

Volmacht om de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) te coördineren

7.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

8.

Goedkeuring van de notulen van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017

 

Art 2 :

De gemeenteraad verleent haar afgevaardigde(n) het mandaat in te stemmen met de voorstellen van de raad van bestuur van IGEMO aan de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van het intergemeentelijke samenwerkingsverband IGEMO, Schoutetstraat 2 te 2800 Mechelen.

 

Art 4 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordigers van de stad die zullen deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van IGEMO van 15 december 2017 op hun stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad in verband met de te behandelen agendapunten.

 

Art 5 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IGEMO

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IGEMO - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - STATUTENWIJZIGING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad is deelnemer van de dienstverlenende vereniging IGEMO.

 

De stad ontving op 12 september 2017 een uitnodiging voor het bijwonen van de buitengewone algemene vergadering van IGEMO op 15 december 2017 om 18.30 uur. Onder punt 5 van de agenda staat "Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO)".

 

De stad ontving volgende documenten:

         het voorstel tot wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO), zoals vastgesteld door de raad van bestuur van IGEMO

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking:

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Statuten van IGEMO

         Gemeentedecreet

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de door de raad van bestuur van de intergemeentelijke vereniging IGEMO voorgestelde wijziging van de statuten, waarover de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO zal beraadslagen en beslissen op 15 december 2017, goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad verleent aan zijn vertegenwoordigers van de stad die zullen deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van IGEMO van 15 december 2017 het mandaat om te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig voormeld besluit.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van het intergemeentelijke samenwerkingsverband IGEMO, Schoutetstraat 2 te 2800 Mechelen.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IGEMO

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IGEMO - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - AANDUIDEN EERSTE VOLMACHTDRAGER, TWEEDE VOLMACHTDRAGER EN DERDE VOLMACHTDRAGER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad is deelnemer van de dienstverlenende vereniging IGEMO.

 

De stad ontving op 12 september 2017 een uitnodiging voor het bijwonen van de buitengewone algemene vergadering van IGEMO op 15 december 2017 om 18.30 uur. De vergadering zal plaats vinden in de kantoren van IVAREM, Leuvensesteenweg 443D in 2812 Muizen, vergaderzaal Themis.

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Bespreking van de ondernemingsstrategie van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor 2018

3.

Bespreking van de begroting van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) voor het boekjaar 2018

4.

Vaststelling van de statutaire bijdrage algemene werkingskosten en basisdienstverlening 2018

5.

Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO)

6.

Volmacht om de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor ontwikkeling van het gewest Mechelen en omgeving (IGEMO) te coördineren

7.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

8.

Goedkeuring van de notulen van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking:

         Art. 44 bepaalt dat de agenda van de algemene vergadering door de vennoten moet worden voorgelegd aan hun respectievelijke raden

         Art. 44 bepaalt dat, afgezien van de jaarvergadering waarvan sprake in artikel 65, 2de lid van het decreet, nog minstens één algemene vergadering wordt belegd in de loop van het laatste trimester van elk jaar, om de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het volgend boekjaar te bespreken.

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Statuten van IGEMO

         Gemeentedecreet

 

Stemming

 

18 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

9 onthoudingen: Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 18 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

Hauwaert Jan, gemeenteraadslid, wordt aangeduid als eerste afgevaardigde in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO. Deze eerste afgevaardigde vertegenwoordigt het volledig stemmenaantal (nl. 3 stemmen) van de stad Lier in de algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO.

 

Art 2 :

Wagner Christina, gemeenteraadslid, wordt aangeduid als tweede afgevaardigde in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO. Deze tweede afgevaardigde vertegenwoordigt geen stemmenaandeel van de stad Lier in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO. Bij afwezigheid van de in artikel 1 van dit besluit aangeduide eerste afgevaardigde, verleent de gemeenteraad aan de tweede afgevaardigde het mandaat om het volledig stemmenaantal (nl. 3 stemmen) van de stad Lier in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO te vertegenwoordigen.

 

Art 3 :

Goris Annemie, gemeenteraadslid, wordt aangeduid als derde afgevaardigde in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO. Deze derde afgevaardigde vertegenwoordigt geen stemmenaandeel van de stad Lier in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO. Bij afwezigheid van de in artikel 1 en 2 van dit besluit aangeduide eerste afgevaardigde, verleent de gemeenteraad aan de tweede afgevaardigde het mandaat om het volledig stemmenaantal (nl. 3 stemmen) van de stad Lier in de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IGEMO te vertegenwoordigen.

 

Art 4 :

De gemeenteraad mandateert de volmachtdragers op deze vergadering om te handelen en te beslissen conform de besluiten die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten van de algemene vergadering van IGEMO op 15 december 2017.

 

Art 5 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan de intergemeentelijke vereniging IGEMO.

 

Art 6 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IGEMO

1

Vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IVAREM - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - STATUTENWIJZIGING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         De gemeenteraad besliste op 25 november 2013 Buelens Kristof, als eerste afgevaardigde, Wagner Christina, als tweede afgevaardigde en Goris Annemie, als derde afgevaardigde, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

         De gemeenteraad besliste op 26 september 2016 Hauwaert Jan als eerste afgevaardigde in de plaats van Buelens Kristof, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

 

Feiten en context

De stad is aangesloten bij de intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

De stad ontving op 6 september 2017 een uitnodiging voor het bijwonen van de buitengewone algemene vergadering van IVAREM op 15 december 2017 om 17.30 uur. Onder punt 2 van de agenda staat "Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM)".

 

Juridische grond

         Nieuwe gemeentewet

         Decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking:

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Statuten van IVAREM, vastgesteld door de algemene vergadering op 26 april 2003, zoals gewijzigd op 5 december 2003, 3 december 2004, 22 juni 2007, 30 november 2007, 26 juni 2009, 17 december 2010, 13 december 2013 en 17 juni 2016

         Gemeentedecreet

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt, de door de raad van bestuur van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voorgestelde wijziging van de statuten, waarover de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging IVAREM zal beraadslagen en beslissen op 15 december 2017, goed.

 

Art 2 :

De gemeenteraad vraagt aan zijn vertegenwoordigers van de stad die zullen deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van IVAREM van 15 december 2017 het mandaat te verlenen om te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig voormeld besluit.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van het intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IGEMO

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IVAREM - BIJZONDERE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         De gemeenteraad besliste op 25 november 2013 Buelens Kristof, als eerste afgevaardigde, Wagner Christina, als tweede afgevaardigde en Goris Annemie, als derde afgevaardigde, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

         De gemeenteraad besliste op 26 september 2016 Hauwaert Jan als eerste afgevaardigde in de plaats van Buelens Kristof, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

 

Feiten en context

De stad is aangesloten bij de intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

De stad Lier werd op 6 september 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van IVAREM die op 15 december 2017 om 17.30 uur plaats heeft in vergaderzaal op de derde verdieping van het administratieve gebouw van IVAREM, Leuvensesteenweg 443D in Muizen (Mechelen).

 

De agenda van de buitengewone algemene vergadering van de intergemeentelijke verenging IVAREM werd als volgt vastgesteld:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen

3.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

4.

Goedkeuring van de notulen van de algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM) van 15 december 2017

 

 

Juridische grond

         Gemeentedecreet

         Nieuwe gemeentewet

         Decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten

         Decreet van 6 juli 2001 van de Vlaamse regering houdende de intergemeentelijke samenwerking - ingevolge artikel 39: het voorstel van statutenwijziging door de vennoten moet worden voorgelegd aan hun respectieve raden

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het Decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking

         Statuten van IVAREM, vastgesteld door de algemene vergadering op 26 april 2003, zoals gewijzigd op 5 december 2003, 3 december 2004, 22 juni 2007, 30 november 2007, 26 juni 2009, 17 december 2010, 13 december 2013 en 17 juni 2016

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017 die als volgt is samengesteld, goed te keuren:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Wijziging van de statuten van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen

3.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

4.

Goedkeuring van de notulen van de algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM) van 15 december 2017

 

Art 2 :

De gemeenteraad verleent aan zijn afgevaardigde(n) in de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017 van de intergemeentelijke vereniging IVAREM het mandaat om te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig artikel 1 van dit besluit.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de onderhavige beslissing en onder meer de kennisgeving hiervan te geven aan de intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IVAREM

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IVAREM - BIJZONDERE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         De gemeenteraad besliste op 25 november 2013 Buelens Kristof, als eerste afgevaardigde, Wagner Christina, als tweede afgevaardigde en Goris Annemie, als derde afgevaardigde, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

         De gemeenteraad besliste op 26 september 2016 Hauwaert Jan als eerste afgevaardigde in de plaats van Buelens Kristof, aan te stellen in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging IVAREM voor de resterende bestuursperiode.

 

Feiten en context

De stad is aangesloten bij de intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

De stad Lier werd op 6 november 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de bijzondere algemene vergadering van IVAREM die op 15 december 2017 om 18.00 uur plaats heeft in vergaderzaal op de derde verdieping van het administratieve gebouw van IVAREM, Leuvensesteenweg 443D in Muizen (Mechelen).

 

De agenda van de bijzondere algemene vergadering van de intergemeentelijke verenging IVAREM werd als volgt vastgesteld:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Bespreking van de ondernemingsstrategie voor 2018

3.

Bespreking van de begroting voor het boekjaar 2018

4.

Vaststelling van de statutaire bijdrage voor de algemene werkingskosten en voor de voorlopige werkingsbijdragen voor afvalbeheer in 2018

5.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

6.

Goedkeuring van de notulen van de algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM) van 15 december 2017

 

Naast de jaarvergadering wordt nog minstens één algemene vergadering belegd in de loop van het laatste trimester van elk jaar, om de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het volgend boekjaar te bespreken.

De agenda van die algemene vergadering moet ook een voorstelling van een door de raad van bestuur opgestelde begroting staan.

Noch de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het volgend boekjaar, noch de door de raad van bestuur opgestelde begroting, maken het voorwerp van een beslissing van de algemene vergadering uit. De gemeenteraad moet bijgevolg het mandaat van zijn afgevaardigde(n) terzake niet bepalen.

 

De algemene vergadering stelt, op voordracht van de raad van bestuur, de bijdragen voor de algemene werkingskosten en de voorlopige bijdragen voor de afvalbeheerskosten vast. Die bijdragen voor de gemeentelijke deelnemers moeten volgens het in de statuten bepaalde opdrachtenmenu en met respect voor de statutair vastgestelde bijdrageplafonds worden vastgesteld.

 

Juridische grond

         Gemeentedecreet

         Nieuwe gemeentewet

         Decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten

         Decreet van 6 juli 2001 van de Vlaamse regering houdende de intergemeentelijke samenwerking - ingevolge artikel 39: het voorstel van statutenwijziging door de vennoten moet worden voorgelegd aan hun respectieve raden

         Omzendbrief (BA 2002/01) van 11 januari 2002 van de Vlaamse Minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid, dhr. P. Van Grembergen, betreffende de toepassing van het Decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking

         Statuten van IVAREM, vastgesteld door de algemene vergadering op 26 april 2003, zoals gewijzigd op 5 december 2003, 3 december 2004, 22 juni 2007, 30 november 2007, 26 juni 2009, 17 december 2010, 13 december 2013 en 17 juni 2016

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking: artikel 44 , de agenda van de algemene vergadering moet door de vennoten worden voorgelegd aan hun respectieve raden.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van de bijzondere algemene vergadering van 15 december 2017 die als volgt is samengesteld, goed te keuren:

 

1.

Aanduiding stemopnemers

2.

Bespreking van de ondernemingsstrategie voor 2018

3.

Bespreking van de begroting voor het boekjaar 2018

4.

Vaststelling van de statutaire bijdrage voor de algemene werkingskosten en voor de voorlopige werkingsbijdragen voor afvalbeheer in 2018

5.

Volmacht aan de raad van bestuur tot uitvoering van de genomen beslissingen

6.

Goedkeuring van de notulen van de algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM) van 15 december 2017

 

Art 2 :

De gemeenteraad verleent aan zijn afgevaardigde(n) in de buitengewone algemene vergadering van 15 december 2017 van de intergemeentelijke vereniging IVAREM het mandaat om te beraadslagen en te beslissen overeenkomstig artikel 1 van dit besluit.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van de onderhavige beslissing en onder meer de kennisgeving hiervan te geven aan de intergemeentelijke vereniging IVAREM.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IVAREM

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

CIPAL - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - STATUTENWIJZIGING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 13 juni 2014 over het aanstellen van Degirmenci Yahya, gemeenteraadslid, wonende te 2500 Lier, Boomlaarstraat 34, als effectief vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van CIPAL gedurende de resterende duur van de legislatuur 2013-2018.

 

Feiten en context

De stad Lier is deelnemer van de dienstverlenende vereniging CIPAL.

 

De stad Lier ontving het ontwerp van statutenwijziging van CIPAL, goedgekeurd door de raad van bestuur van CIPAL in zitting van 12 september 2017 en per aangetekend schrijven van 15 september 2017 aan de stad overgemaakt.

 

De statuten van CIPAL dienen gewijzigd te worden om deze in overeenstemming te brengen met de bepalingen van het wijzigingsdecreet. Daarnaast worden nog een aantal andere wijzigingen in de statuten doorgevoerd, zoals uiteengezet in de toelichtende nota.

Deze statutenwijziging zal op de buitengewone algemene vergadering van CIPAL op 15 december 2017 behandeld worden.

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking

         Decreet van 13 mei 2016 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en het Provinciedecreet van 9 december 2005 (B.S. 17 juni, hierna "het wijzigingsdecreet" genoemd)

         Statuten van CIPAL

         Gemeentedecreet van 15 juli 2005, art. 19 tot en met43 inzake de werking en de bevoegdheid van de gemeenteraad.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad maakt zich na onderzoek van de bekomen documenten en toelichtende nota bij het ontwerp van statutenwijziging, de motieven die hierin vervat zijn met betrekking tot de hierna goedgekeurde artikelen eigen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 1 van de statuten goed.

 

Art 3 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 2, eerste lid van de statuten goed.

 

Art 4 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 4bis, §2 van de statuten goed.

 

Art 5 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 5 van de statuten goed.

 

Art 6 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 7 van de statuten goed.

 

Art 7 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 9, eerste en tweede lid van de statuten goed.

 

Art 8 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 13 van de statuten goed.

 

Art 9 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 15 van de statuten goed.

 

Art 10 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 16, §2 van de statuten goed.

 

Art 11 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 25bis van de statuten goed.

 

Art 12 :

De gemeenteraad keurt de wijziging van artikel 36, §1 van de statuten goed.

 

Art 13 :

De gemeenteraad keurt de invoeging van een nieuw hoofdstuk VI in de statuten goed.

 

Art 14 :

De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan het opschrift van de statuten goed om deze in overeenstemming te brengen met de genomen besluiten.

 

Art 15 :

De vertegenwoordiger van het stad op de buitengewone algemen vergadering van CIPAL van 15 december 2017, die bij afzonderlijke beslissing zal worden aangeduid, wordt gemandateerd om overeenkomstig onderhavige beslissing te stemmen.

 

Art 16 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan CIPAL.

 

Art 17 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

CIPAL

1

vertegenwoordiger

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

CIPAL - ALGEMENE VERGADERING VAN 15 DECEMBER 2017 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 13 juni 2014 over het aanstellen van Degirmenci Yahya, gemeenteraadslid, wonende te 2500 Lier, Boomlaarstraat 34, als effectief vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van CIPAL gedurende de resterende duur van de legislatuur 2013-2018.

 

Feiten en context

De stad Lier is deelnemer van de dienstverlenende vereniging CIPAL.

 

De stad Lier werd opgeroepen op 15 september 2017 om deel te nemen aan de bijzondere algemene vergadering van CIPAL op 15 december 2017 om 10.30 uur in het seminariecomplex "De Vesten", Kanaalweg 6/1, 2430 Laakdal.

 

De agenda van deze algemene vergadering is als volgt:

 

1.

Bespreking en goedkeuring van de begroting voor het boekjaar 2018 met inbegrip van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie.

 

2.

Wijziging van de naam van de vereniging “CIPAL” naar “Cipal” en bijgevolg wijziging van artikel 1 van de statuten.

 

3.

Verplaatsing van de zetel naar 2440 Geel, Winkelom 4 en bijgevolg wijziging van de eerste zin van artikel 5 van de statuten.

 

4.

Wijziging van de eerste zin van artikel 2 van de statuten om deze zin te vervangen door volgende zin:

“Naast gemeenten en provincies kunnen uitsluitend aan de vereniging deelnemen: autonome gemeentebedrijven, openbare centra voor maatschappelijk welzijn en hun verenigingen, in zoverre die uitsluitend uit openbare rechtspersonen bestaan, en andere samenwerkingsverbanden, opgericht volgens de bepalingen van het Vlaams Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (hierna aangeduid als "het decreet"), politiezones, hulpverleningszones, alsook elke andere persoon waarvan de deelname decretaal is toegestaan.”

 

5.

Wijziging aan artikel 4bis van de statuten, om er §2 te vervangen door volgende tekst:

“§2.De vereniging kan overeenkomstig de ter zake geldende decretale voorschriften in eigen naam en voor eigen rekening overgaan tot de onteigeningen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van haar doelstellingen.”

 

6.

Wijziging van artikel 7 van de statuten om dit artikel te vervangen door volgende tekst:

“De toetreding van een nieuwe deelnemer is afhankelijk van een daartoe strekkende beslissing van het daartoe bevoegde orgaan, dat in het geval van gemeenten of provincies wordt genomen op basis van een onderzoek, eventueel vergelijkend in de mate er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden. Een toetredingsbeslissing kan niet genomen worden in de loop van het jaar waarin verkiezingen voor een algehele vernieuwing van de gemeenteraden worden georganiseerd.

Deze beslissing dient door de algemene vergadering van de vereniging te worden aanvaard. Aan een toetreding kan geen terugwerkende kracht worden verleend.”

 

7.

Wijziging van de eerste twee zinnen van artikel 9 van de statuten om deze zinnen te vervangen door volgende tekst:

“De deelnemer die op enig decretaal toegestaan moment uit de vereniging treedt (hierna ook de “uittredende” deelnemer) of de uitgesloten deelnemer (hierna ook de “uitgesloten” deelnemer) kan de vereffening van de vereniging niet vorderen.

De uittredende deelnemer kan enkel aanspraak maken op zijn aandeel aan nominale waarde in de vereniging zoals dat blijkt uit de balans van het boekjaar waarin deze uittreding heeft plaatsgehad.”

 

8.

Wijziging van artikel 13 van de statuten om dit artikel te vervangen door volgende tekst:

Ҥ1. De bedragen die bij de toetreding moeten worden onderschreven door de deelnemers, worden bepaald door de algemene vergadering.

§2. Het maatschappelijk kapitaal wordt bij de plaatsing volledig in speciën gestort. De algemene vergadering kan evenwel ook, ten belope van een door haar aanvaard bedrag, de inbreng in kapitaal aanvaarden van andere materiële of immateriële goederen die dienstig zijn voor het realiseren van de doelstellingen van de vereniging, zoals onder meer meubilair, programma’s, cliënteel, know-how en lopende verbintenissen voor zover deze naar economische maatstaven kunnen worden gewaardeerd, met uitsluiting van verplichtingen tot het verrichten van werk of diensten. Die andere materiële of immateriële inbrengen worden gewaardeerd op grond van een verslag van de commissaris.

§3. In elk jaar dat volgt op het jaar van de verkiezingen voor een algehele vernieuwing van de gemeenteraden, kan door de raad van bestuur besloten worden om het kapitaal te verhogen met het oog op de correctie van de verhoudingen tussen de aandelen die de verschillende deelnemers aanhouden.”

 

9.

Wijziging aan artikel 15 van de statuten, om er in §2, na de eerste zin volgende zin toe te voegen:

“De bestuurders vertegenwoordigen alle deelnemers.”

 

10.

Wijziging aan artikel 16, §2 van de statuten om er na de eerste zin volgende zinsdeel te schrappen:

“- op verzoek, naar gelang van het geval, van de provincieraad, van de gemeenteraad of van de raad van bestuur, respectievelijk het bestuursorgaan, die c.q. hen heeft voorgedragen en voor zover een nieuwe kandidaat werd voorgedragen te hunner vervanging”

 

11.

Afschaffing met ingang van 1 januari 2019 van het adviescomité - schrapping van artikel 25bis van de statuten.

 

12.

Wijziging aan artikel 36, §1 van de statuten, om er na de laatste zin volgende lid toe te voegen:

“Is het aantal vertegenwoordigde stemmen onvoldoende om geldig te beraadslagen en te beslissen, geldt een termijn van 30 kalenderdagen om een nieuwe algemene vergadering bijeen te roepen.”

 

13.

Wijziging aan de statuten om er in fine een nieuw hoofdstuk in te voegen, houdende volgende tijdelijke en overgangsbepalingen:

“HOOFDSTUK VI. – Tijdelijke en overgangsbepalingen

Artikel 48

De provincies treden uiterlijk op 31 december 2018 uit. De provinciale aandelen worden overgenomen of vernietigd tegen een tussen de partijen overeen te komen waarde van de overnameprijs of het scheidingsaandeel.

§1. Van zodra de provincies niet langer deelnemen in de vereniging, worden volgende bepalingen van de statuten van rechtswege opgeheven:

Artikel 2, eerste lid de woorden “en provincies”;

Artikel 7, eerste lid de woorden “of provincies

Artikel 15, §2, eerste lid, eerste gedachtestreepje;

Artikel 23, §2, eerste lid, de woorden “en van de provincieraadsleden op de griffie van de provinciehuizen van de aangesloten provincies”;

Artikel 23, §3 de woorden “en provincies”, de woorden “of van de provincieraad” en de woorden “en provincies”;

Artikel 35, zesde lid “Iedere provincie mag zich slechts door één vertegenwoordiger laten vertegenwoordigen. Desgewenst kan iedere provincie ook één of meer plaatsvervanger(s) met vermelding van hun onderlinge rangorde aanduiden.”

Artikel 40, zevende lid de woorden “in de provinciehuizen van de deelnemende provincies”

§2. Van zodra de provincies niet langer deelnemen in de vereniging, wordt in artikel 15, §1 het getal “vijfentwintig” vervangen door “tweeëntwintig”.

§3. Er wordt volmacht verleend aan de Raad van Bestuur om de statuten te coördineren van zodra de wijzigingen bedoeld in de twee voorgaande paragrafen plaatsvinden.”

 

14.

Wijzigingen aan het opschrift van de statuten om deze in overeenstemming te brengen met de genomen besluiten.

 

15.

Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s).

 

16.

Statutaire ontslagen en benoemingen

 

17.

Machten te verlenen tot uitvoering van de genomen besluiten.

 

 

De dienstverlenende vereniging CIPAL stelt de nodige documenten ter beschikking.

 

Juridische grond

         Decreet van de Vlaamse regering van 6 juli 2001 houdende intergemeentelijke samenwerking - art. 44: de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger moet worden herhaald voor elke vergadering

         Gemeentedecreet

         Statuten van CIPAL DV

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van de bijzondere algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging CIPAL op 15 december 2017, goed te keuren:

 

1.

Bespreking en goedkeuring van de begroting voor het boekjaar 2018 met inbegrip van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie.

 

2.

Wijziging van de naam van de vereniging “CIPAL” naar “Cipal” en bijgevolg wijziging van artikel 1 van de statuten.

 

3.

Verplaatsing van de zetel naar 2440 Geel, Winkelom 4 en bijgevolg wijziging van de eerste zin van artikel 5 van de statuten.

 

4.

Wijziging van de eerste zin van artikel 2 van de statuten om deze zin te vervangen door volgende zin:

“Naast gemeenten en provincies kunnen uitsluitend aan de vereniging deelnemen: autonome gemeentebedrijven, openbare centra voor maatschappelijk welzijn en hun verenigingen, in zoverre die uitsluitend uit openbare rechtspersonen bestaan, en andere samenwerkingsverbanden, opgericht volgens de bepalingen van het Vlaams Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking (hierna aangeduid als "het decreet"), politiezones, hulpverleningszones, alsook elke andere persoon waarvan de deelname decretaal is toegestaan.”

 

5.

Wijziging aan artikel 4bis van de statuten, om er §2 te vervangen door volgende tekst:

“§2.De vereniging kan overeenkomstig de ter zake geldende decretale voorschriften in eigen naam en voor eigen rekening overgaan tot de onteigeningen die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van haar doelstellingen.”

 

6.

Wijziging van artikel 7 van de statuten om dit artikel te vervangen door volgende tekst:

“De toetreding van een nieuwe deelnemer is afhankelijk van een daartoe strekkende beslissing van het daartoe bevoegde orgaan, dat in het geval van gemeenten of provincies wordt genomen op basis van een onderzoek, eventueel vergelijkend in de mate er zich verschillende beheersvormen reëel aanbieden. Een toetredingsbeslissing kan niet genomen worden in de loop van het jaar waarin verkiezingen voor een algehele vernieuwing van de gemeenteraden worden georganiseerd.

Deze beslissing dient door de algemene vergadering van de vereniging te worden aanvaard. Aan een toetreding kan geen terugwerkende kracht worden verleend.”

 

7.

Wijziging van de eerste twee zinnen van artikel 9 van de statuten om deze zinnen te vervangen door volgende tekst:

“De deelnemer die op enig decretaal toegestaan moment uit de vereniging treedt (hierna ook de “uittredende” deelnemer) of de uitgesloten deelnemer (hierna ook de “uitgesloten” deelnemer) kan de vereffening van de vereniging niet vorderen.

De uittredende deelnemer kan enkel aanspraak maken op zijn aandeel aan nominale waarde in de vereniging zoals dat blijkt uit de balans van het boekjaar waarin deze uittreding heeft plaatsgehad.”

 

8.

Wijziging van artikel 13 van de statuten om dit artikel te vervangen door volgende tekst:

Ҥ1. De bedragen die bij de toetreding moeten worden onderschreven door de deelnemers, worden bepaald door de algemene vergadering.

§2. Het maatschappelijk kapitaal wordt bij de plaatsing volledig in speciën gestort. De algemene vergadering kan evenwel ook, ten belope van een door haar aanvaard bedrag, de inbreng in kapitaal aanvaarden van andere materiële of immateriële goederen die dienstig zijn voor het realiseren van de doelstellingen van de vereniging, zoals onder meer meubilair, programma’s, cliënteel, know-how en lopende verbintenissen voor zover deze naar economische maatstaven kunnen worden gewaardeerd, met uitsluiting van verplichtingen tot het verrichten van werk of diensten. Die andere materiële of immateriële inbrengen worden gewaardeerd op grond van een verslag van de commissaris.

§3. In elk jaar dat volgt op het jaar van de verkiezingen voor een algehele vernieuwing van de gemeenteraden, kan door de raad van bestuur besloten worden om het kapitaal te verhogen met het oog op de correctie van de verhoudingen tussen de aandelen die de verschillende deelnemers aanhouden.”

 

9.

Wijziging aan artikel 15 van de statuten, om er in §2, na de eerste zin volgende zin toe te voegen:

“De bestuurders vertegenwoordigen alle deelnemers.”

 

10.

Wijziging aan artikel 16, §2 van de statuten om er na de eerste zin volgende zinsdeel te schrappen:

“- op verzoek, naar gelang van het geval, van de provincieraad, van de gemeenteraad of van de raad van bestuur, respectievelijk het bestuursorgaan, die c.q. hen heeft voorgedragen en voor zover een nieuwe kandidaat werd voorgedragen te hunner vervanging”

 

11.

Afschaffing met ingang van 1 januari 2019 van het adviescomité - schrapping van artikel 25bis van de statuten.

 

12.

Wijziging aan artikel 36, §1 van de statuten, om er na de laatste zin volgende lid toe te voegen:

“Is het aantal vertegenwoordigde stemmen onvoldoende om geldig te beraadslagen en te beslissen, geldt een termijn van 30 kalenderdagen om een nieuwe algemene vergadering bijeen te roepen.”

 

13.

Wijziging aan de statuten om er in fine een nieuw hoofdstuk in te voegen, houdende volgende tijdelijke en overgangsbepalingen:

“HOOFDSTUK VI. – Tijdelijke en overgangsbepalingen

Artikel 48

De provincies treden uiterlijk op 31 december 2018 uit. De provinciale aandelen worden overgenomen of vernietigd tegen een tussen de partijen overeen te komen waarde van de overnameprijs of het scheidingsaandeel.

§1. Van zodra de provincies niet langer deelnemen in de vereniging, worden volgende bepalingen van de statuten van rechtswege opgeheven:

Artikel 2, eerste lid de woorden “en provincies”;

Artikel 7, eerste lid de woorden “of provincies

Artikel 15, §2, eerste lid, eerste gedachtestreepje;

Artikel 23, §2, eerste lid, de woorden “en van de provincieraadsleden op de griffie van de provinciehuizen van de aangesloten provincies”;

Artikel 23, §3 de woorden “en provincies”, de woorden “of van de provincieraad” en de woorden “en provincies”;

Artikel 35, zesde lid “Iedere provincie mag zich slechts door één vertegenwoordiger laten vertegenwoordigen. Desgewenst kan iedere provincie ook één of meer plaatsvervanger(s) met vermelding van hun onderlinge rangorde aanduiden.”

Artikel 40, zevende lid de woorden “in de provinciehuizen van de deelnemende provincies”

§2. Van zodra de provincies niet langer deelnemen in de vereniging, wordt in artikel 15, §1 het getal “vijfentwintig” vervangen door “tweeëntwintig”.

§3. Er wordt volmacht verleend aan de Raad van Bestuur om de statuten te coördineren van zodra de wijzigingen bedoeld in de twee voorgaande paragrafen plaatsvinden.”

 

14.

Wijzigingen aan het opschrift van de statuten om deze in overeenstemming te brengen met de genomen besluiten.

 

15.

Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s).

 

16.

Statutaire ontslagen en benoemingen

 

17.

Machten te verlenen tot uitvoering van de genomen besluiten.

 

 

Art 2 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordigers van de stad die zullen deelnemen aan de algemene vergadering van de dienstverlenende vereniging CIPAL op 9 december 2016 op hun stemgedrag op de beslissing genomen in de gemeenteraad inzake voormeld de artikelen van onderhavig besluit.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen van CIPAL, Bell-Telephonelaan 2D, 2440 Geel.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

CIPAL

1

vertegenwoordiger

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

PIDPA - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 18 DECEMBER 2017. AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad neemt deel aan de opdrachthoudende vereniging PIDPA.

 

De stad Lier werd, per oproepingsbrief van 19 oktober 2017, opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van PIDPA op maandag 18 december 2017 om 11.00 uur in het Congrescentrum van het Aldhem Hotel, Jagersdreef 1 in 2280 Grobbendonk.

 

De agenda van deze buitengewone algemene vergadering werd als volgt samengesteld:

 

1

Nazicht van de volmachten/raadsbesluiten voor de afgevaardigden

2

Begroting 2018 met kennisgeving van de te ontwikkelen activiteiten en te volgen strategieën in 2018

3

Benoeming(en)

4

Goedkeuring van het verslag staande de vergadering

 

Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om deze agendapunten goed te keuren.

 

De voorgelegde documenten omvatten de verslaggeving omtrent de verschillende agendapunten waaronder de begroting voor 2018 met kennisgeving van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategieën in 2018.

 

Juridische grond

         Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, inzonderheid artikel 44 en 59

         De statuten van de opdrachthoudende vereniging PIDPA

         Het gemeentedecreet van 15 juli 2007, inzonderheid artikelen 19 tot en met 26 en artikel 42

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van deze buitengewone algemene vergadering van PIDPA van 18 december 2017 werd als volgt samengesteld, goed te keuren:

 

1

Nazicht van de volmachten/raadsbesluiten voor de afgevaardigden

2

Begroting 2018 met kennisgeving van de te ontwikkelen activiteiten en te volgen strategieën in 2018

3

Benoeming(en)

4

Goedkeuring van het verslag staande de vergadering

 

Art 2 :

De gemeenteraad neemt akte van de strategieën en de te ontwikkelen activiteiten van PIDPA m.b.t. het boekjaar 2018.

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist de door de Raad van Bestuur van PIDPA voorgelegde begroting 2018 en het toelichtend verslag, goed te keuren.

 

Art 4 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordigers van de stad die zullen deelnemen aan buitengewone algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging PIDPA op 18 december 2017 op hun stemgedrag op de genomen beslissingen genomen in de gemeenteraad inzake artikel 1 en 2 van onderhavig besluit en de voorgestelde benoemingen goed te keuren, evenals op elke andere algemene vergadering die wordt bijeengeroepen ter behandeling van de agendapunten van deze buitengewone algemene vergadering.

 

Art 5 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan PIDPA, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen.

 

Art 6 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

PIDPA

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

PIDPA - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 18 DECEMBER 2017 - AANDUIDEN VOLMACHTDRAGER EN EEN PLAATSVERVANGEND VOLMACHTDRAGER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad neemt deel aan de opdrachthoudende vereniging PIDPA.

 

De stad Lier werd, per oproepingsbrief van 19 oktober 2017, opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van PIDPA op maandag 18 december 2017 om 11.00 uur in het congrescentrum van he Aldhem Hotel, Jagersdreef 1 in 2280 Grobbendonk.

 

De agenda van de buitengewone algemene vergadering werd als volgt samengesteld:

 

1.

Nazicht van de volmachten/raadsbesluiten voor de afgevaardigden.

2.

Begroting 2018 met kennisgeving van de te ontwikkelen activiteiten en te volgen strategieën in 2018

3.

Benoeming(en)

4.

Goedkeuring van het verslag, staande de vergadering

 

Juridische grond

         Decreet van de Vlaamse regering van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking: art. 44 bepaalt dat de afgevaardigde door de raad dient aangewezen te worden en dat het mandaat van deze afgevaardigde voor elke algemene vergadering dient worden vastgesteld.

         Statuten van PIDPA

         Gemeentedecreet

 

Stemming

 

18 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

9 onthoudingen: Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 18 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

Als gemeentelijke vertegenwoordiger voor de buitengewone algemene vergadering wordt aangewezen: mevrouw Van Damme Jenny, gemeenteraadslid, wonende Kannunik Davidlaan 55, 2500 Lier met als plaatsvervanger Franquet Marc, gemeenteraadslid, wonende Boomlaarstraat 255, 2500 Lier.

 

Art 2 :

Aan bovengenoemde vertegenwoordiger wordt de opdracht gegeven om op de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2017, overeenkomstig de genomen beslissingen met betrekking tot deze vergadering te stemmen.

 

Art 3 :

Het college wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en zal onverwijld een afschrift van deze beslissing bezorgen aan de opdrachthoudende vereniging PIPDA, Desguinlei 246 te 2018 Antwerpen.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

PIDPA

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

PONTES - GEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 20 DECEMBER 2017 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

         De gemeenteraad besliste op 25 november 2013 dat Verheyden Kelly, gemeenteraadslid, en Wagner Christina, gemeenteraadslid als respectievelijk effectief en plaatsvervangend afgevaardigde van de stad Lier in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging PONTES worden aangesteld (van 18 december 2013 en voor de algemene vergaderingen voor de resterende duur van de legislatuur).

         De gemeenteraad besliste op 28 november 2016 dat Franquet Marc, gemeenteraadslid, ter vervanging van Verheyden Kelly als effectief afgevaardigde van de stad Lier in de algemene vergaderingen van de intergemeentelijke vereniging PONTES wordt aangesteld (van 21 december 2016 en voor de algemene vergaderingen voor de resterende duur van de legislatuur).

 

Feiten en context

De stad Lier is aangesloten bij de intergemeentelijke vereniging PONTES.

 

De stad werd op 27 oktober 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de gewone algemene vergadering van de intergemeentelijke vereniging PONTES die op 20 december 2017 om 18.30 uur in zaal "Salons van Edel", Terbekehofstraat 13 in 2610 Wilrijk.

 

De agenda ziet er als volgt uit:

 

1.

Algemene vergadering: verslag 14 juni 2017 – goedkeuring

2.

Beleid: beleidsnota 2018 - goedkeuring

3.

Financiën: budget 2018 - goedkeuring

4.

Varia en rondvraag

 

Juridische grond

         Gemeentedecreet van 15 juli 2005, in het bijzonder op de artikelen 43, §2, 5° en 195

         Decreet van 6 juli 2001 betreffende de intergemeentelijke samenwerking, in het bijzonder op de artikelen 44, 46, 47 en 48

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt akte van de agenda van de gewone algemene vergadering van PONTES van 20 december 2017, die bestaat uit volgende agendapunten:

 

1.

Algemene vergadering: verslag 14 juni 2017 – goedkeuring

2.

Beleid: beleidsnota 2018 – goedkeuring

3.

Financiën: budget 2018 – goedkeuring

4.

Varia en rondvraag

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist de beleidsnota 2018 en budget 2018 goed te keuren.

 

Art 3 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordiger van de gemeente op om zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de besluiten van de gemeenteraad inzake onderhavige aangelegenheid.

 

Art 4 :

Een afschrift van dit besluit wordt te kennisgeving bezorgd aan de intergemeentelijke vereniging PONTES, gevestigd te 2610 Antwerpen-Wilrijk, aan de Jules Moretuslei 2.

 

Art 5 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

PONTES

1

vertegenwoordiger

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IKA - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 21 DECEMBER 2017 - STANDPUNTBEPALING OVER TOETREDING TOT IVEKA - GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad Lier is aangesloten bij de “Investeringsvereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse”, afgekort tot IKA.

 

De stad werd per aangetekend schrijven van 20 september 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van IKA op 21 december 2017 om 19.00 uur in Den Eyck, Houtum 39, 2460 Kasterlee.

 

 

De agenda van deze algemene vergadering is als volgt:

 

1

Verslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering

2

Jaarrekening 2016

3

Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering

4

Kwijting van de bestuurders en de commissaris

5

Statutaire benoemingen en mededelingen

 

De documenten met betrekking tot de verschillende punten van de dagorde werden door de intercommunale IKA ter beschikking gesteld.

 

De raad van bestuur van IKA stelt de splitsing van IKA voor, door afsplitsing enerzijds naar IVEKA en anderzijds naar Zefier CVBA.

De raad van bestuur van IKA heeft een splitsingsvoorstel opgemaakt samen met de raden van bestuur van IVEKA en Zefier CVBA en dat de raad van bestuur van IKA daarnaast een bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel heeft opgesteld en dit voorstel en verslag aan de gemeente bezorgd zijn naar aanleiding van de oproeping tot de algemene vergadering;

 

Het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag van de raad van bestuur maken melding van bepaalde balanswijzigingen die nodig zijn in het kader van de splitsing (meer bepaald een incorporatie van reserves in kapitaal tot volstorting van die aandelen die nog niet volgestort zijn en een kapitaalvermindering tot vereffening van de rekeningsector met kengetal 1) en die eveneens aan de algemene vergadering worden voorgelegd samen met een statutenwijziging die betrekking heeft op de vereffening van de rekeningsector met kengetal 1.

 

De algemene vergadering van IKA op 19 december 2016 heeft besloten om de duur van de vereniging te verlengen tot en met 31 december 2034.

 

Als gevolg van deze recente verlengingsbeslissing, de splitsing gepaard dient te gaan met een verzoek tot splitsing door ten minste drie vierden van het aantal gemeentelijke deelnemers naar analogie met artikel 37 van het decreet van 6 juli 2001 betreffende de intergemeentelijke samenwerking.

 

Juridische grond

         Decreet van de Vlaamse regering van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking: art. 44, 1° en 3° alinea van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarin opgenomen is dat de gemeenten, deelnemers van een intergemeentelijk samenwerkingsverband hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van het intergemeentelijk samenwerkingsverband bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat dergelijke benoemingsprocedure met de vaststelling van het stemgedrag van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke Algemene Vergadering

         Statuten IKA

         Gemeentedecreet

         Wet van 21 december 1994 houdende sociale en diverse bepalingen, artikel 180

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Olivier Peeters, Jan Hauwaert en Marc Franquet

7 onthoudingen: Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om een verzoek tot splitsing van de dienstverlenende vereniging IKA te doen naar analogie met artikel 37, lid 1 van het decreet van 6 juli 2001 betreffende de intergemeentelijke samenwerking.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om zich, na onderzoek van de documenten die bij de oproeping en de nazending zijn gevoegd, de motieven die hierin vervat zijn eigen te maken en zijn goedkeuring te hechten aan de dagorde en alle afzonderlijke punten van de dagorde van de buitengewone algemene vergadering van IKA van 21 december 2017, zijnde:

 

Gewone gedeelte van de buitengewone algemene vergadering:

 

1.

Statutaire benoemingen

 

2.

Statutaire mededelingen

 

3.

Verhoging van het variabel gedeelte van het kapitaal door incorporatie van reserves

 

4.

Inschrijvingen op de kapitaalverhoging

 

5.

Vaststelling van de verwezenlijking van de kapitaalverhoging

 

 

 

Notariële gedeelte van de buitengewone algemene vergadering:

 

6.

Toestandsverklaring betreffende het voorstel tot herstructureringsoperatie van de Vlaamse financieringsverenigingen en inkanteling van een deel van de activiteiten van IKA in Iveka en Zefier CVBA

 

7.

Incorporatie van reserves in het kapitaal van de rekeningsector van de vereniging met kengetal 4a derwijze dat de aandelen van de gemeente Edegem in rekeningsector 4a volledig volgestort zijn

 

8.

Incorporatie van reserves in het kapitaal van de rekeningsector van de vereniging met kengetal 4b derwijze dat de aandelen van de gemeente Edegem en de gemeente Schelle in rekeningsector 4b volledig volgestort zijn

 

9.

Wijziging van artikel 7 van de statuten met het oog op de vereffening van de rekeningsector met kengetal 1

 

10.

Wijziging van artikel 7 - bis van de statuten met het oog op de vereffening van de rekeningsector met kengetal 1

 

11.

Wijziging van artikel 40 van de statuten met het oog op de vereffening van de rekeningsector met kengetal 1

 

12.

Vereffening van de algemene rekeningsector van de vereniging met kengetal 1, kapitaalvermindering in dat verband en uitkering aan de relevante deelnemers van de vereniging ingevolge deze kapitaalvermindering tegen vernietiging van de aandelen met kengetal 1

 

13.

Kennisname van het voornemen tot uittreding van de provincie Antwerpen, vereffening van de rekeningsector van de vereniging met kengetal 2, kapitaalvermindering in dat verband en uitkering van de waarde van de kapitaalvermindering aan de provincie Antwerpen

 

14.

Kennisname van het verzoek tot splitsing, uitgaande van ten minste drie vierden van de gemeentelijke deelnemers van de vereniging, naar analogie met artikel 37 van het decreet betreffende de intergemeentelijke samenwerking

 

15.

Bespreking van de documenten en verslagen die kosteloos ter beschikking zijn gesteld van de deelnemers van de te splitsen dienstverlenende vereniging Investeringsvereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse, de overnemende opdrachthoudende vereniging Intercommunale Vereniging voor de energiedistributie in de Kempen en het Antwerpse en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, overeenkomstig de bepalingen van artikel 733 van het Wetboek van vennootschappen, met name:

 

 

a)het splitsingsvoorstel opgesteld overeenkomstig artikel 728 van het Wetboek van vennootschappen door de raden van bestuur van de te splitsen dienstverlenende vereniging en van de overnemende opdrachthoudende vereniging en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid.

 

 

b)de volgende bijzondere verslagen:

 

 

(i)het bijzonder verslag van de raad van bestuur over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 730 van het Wetboek van vennootschappen;

(ii)het verslag van de commissaris over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 731 van het Wetboek van vennootschappen;

De deelnemers kunnen één maand voor de algemene vergadering op de zetel van de vereniging kennis nemen van het splitsingsvoorstel, voormelde bijzondere verslagen en de overige stukken bedoeld in de artikelen 730 en 731 van het Wetboek van vennootschappen en kosteloos een kopie van deze stukken verkrijgen.

 

16.

In voorkomend geval, mededeling van de belangrijke wijzigingen die zich hebben voorgedaan in de activa en passiva van het vermogen van de bij de splitsing betrokken verenigingen en vennootschap tussen de datum van het splitsingsvoorstel en de datum van de algemene vergadering die tot de splitsing besluit

 

17.

Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling

 

18.

Onder voorbehoud van de vervulling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden of de afstand van deze opschortende voorwaarden door de raden van bestuur van de bij de splitsing betrokken rechtspersonen in wiens voordeel de relevante opschortende voorwaarden bedongen zijn en alleszins onder de opschortende tijdsbepaling opgenomen in het splitsingsvoorstel:

 

 

a)Goedkeuring, overeenkomstig voormeld splitsingsvoorstel, van de splitsing door overneming, ten gevolge van ontbinding zonder vereffening, van het gehele vermogen, zowel de rechten als de verplichtingen van de dienstverlenende vereniging Investeringsvereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse:

 

(i)deels aan de opdrachthoudende vereniging Intercommunale Vereniging voor de energiedistributie in de Kempen en het Antwerpse, met zetel te Koningin Elisabethlei 38, 2300 Turnhout;

(ii)deels aan de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, met zetel te Ravensteingalerij 4, bus 2, 1000 Brussel;

 

 

b)Beschrijving van de over te dragen activa en passiva;

 

 

c)Vaststelling van de boekhoudkundige bestemming van de overdracht ten gevolge van de splitsing;

 

19.

In het algemeen, casu quo goedkeuring van alle handelingen en/of transacties nodig of nuttig in het kader van de splitsing, al dan niet beschreven in het splitsingsvoorstel of het bijzonder verslag van de raad van bestuur

 

20.

Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machten naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de splitsing, met inzonderheid machtiging aan de raad van bestuur om:

 

 

a)van de opschortende voorwaarden en tijdsbepaling zoals vastgesteld in agendapunt 14 afstand te doen, wat de opschortende voorwaarden betreft, voor zover bedongen in het voordeel van de vereniging en voor zover het volgens het splitsingsvoorstel mogelijk is hiervan afstand te doen;

 

 

b)de al dan niet verwezenlijking van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de splitsing, zoals vermeld onder agendapunt 14, vast te stellen;

 

 

c)het overgedragen vermogen verder te beschrijven overeenkomstig de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel;

 

 

d)de definitieve ruilverhouding in het kader van de splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto en bruto-waarde van de activa en passiva van de te splitsen vereniging, de overnemende vereniging en de overnemende vennootschap per 31 december 2017, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2017;

 

 

e)op basis van de definitieve ruilverhouding zoals vastgesteld door de raad van bestuur, de nieuwe aandelen in de Iveka OV en Zefier CVBA te verdelen over de deelnemers van de vereniging, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel en dit in te schrijven in het register van deelnemers;

 

 

f)het bovenstaande te bevestigen voor de instrumenterende notaris en bijgevolg de verwezenlijking van de splitsing van de te splitsen vereniging en haar ontbinding zonder vereffening als gevolg hiervan, authentiek vast te stellen;

 

 

g)daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;

 

 

h)alle formaliteiten te vervullen m.b.t. de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de buitengewone algemene vergadering en de uitvoering van de splitsing in de meest brede zin.

 

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist om aan de vertegenwoordiger(s) van de gemeente die zal deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van IKA van 21 december 2017 op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad in verband met de te behandelen agendapunten.

 

Art 4 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelasten met de uitvoering van voormelde besluiten en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan het secretariaat van intergemeentelijk samenwerkingsverband IKA, Ravensteingalerij 4 bus 2 te 1000 Brussel, t.a.v. de heer Lieven Ex.

 

Art 5 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IKA

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IKA - KAPITAALVERHOGING EN STORTING RESERVES. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De financieringsvereniging IKA houdt in opdracht van de gemeenten in haar werkingsgebied verschillende strategische participaties aan.

 

Feiten en context

In uitvoering van het splitsingsvoorstel van IKA naar Zefier en Iveka dient een beperkte kapitaalverhoging en volledige volstorting van voorgaande kapitaal verhogingen doorgevoerd te worden, deze maken deel uit van de opschortende voorwaarden.

 

Ook na deze operatie worden nog niet alle financieel vaste activa door het kapitaal gedekt, voor sommige besturen zijn er ruim voldoende reserves opgebouwd, voor enkele dient bijgestort te worden. De raad van bestuur wenst correct in de boeken te laten opnemen en tegelijk de mogelijkheid te bieden overtollige reserves uit te keren aan de gemeenten.

 

Naar aanleiding hiervan legt de raad van bestuur een bijkomende kapitaalverhoging voor, ook deze wordt maximaal gedekt door incorporatie van reserves en aanwending van rekening courant middelen.

 

Voor de stad Lier houdt dit concreet in :

- Volstorting door incorporatie van reserves voor een bedrag van 585.806,14 EUR.

- Na de volstorting blijft er nog een uitkeerbaar bedrag beschikbaar 1.683.831,69 EUR dat kan opgevraagd worden (cfr. budgetwijziging 2 2017).

 

Adviezen

De financieel beheerder adviseert gunstig.

 

Juridische grond

De Raad van Bestuur van IKA heeft op 9 oktober 2017 besloten over te gaan tot een kapitaalverhoging ter dekking van de reeds in opdracht van de gemeenten verworven financieel vaste activa.

 

Het gemeentedecreet.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

1/1/4/3

Deelnemingen IKA

 

Via de tweede budgetwijziging 2017 werden de nodige budgetten voorzien voor de op te vragen reserves IKA.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

6 onthoudingen: Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad beslist haar goedkeuring te hechten aan :

het voorstel van  kapitaalverhoging voor een totaalbedrag van € 15.564.109,72;

de incorporatie van reserves voor een totaal bedrag van € 15.121.602,01;

de aanwending en storting van de rekening courant voor een totaalbedrag van € 13.722.384,55;

de storting van de overtollige reserves bij wijze van tussentijds dividend voor een totaalbedrag van € 8.331.077,92.

 

De gemeenteraad beslist in te tekenen op:

40 aandelen KG 4a voor een nominaal bedrag van 118.945,20 Euro

8 aandelen KG 4b voor een nominaal bedrag van 159.024,00 Euro

2 aandelen KG 4c voor een nominaal bedrag van 77.880,00 Euro

0 aandelen KG 5d voor een nominaal bedrag van 0 Euro

18 aandelen KG 5e voor een nominaal bedrag van 8.006,94 Euro

3.619 aandelen KG 6b voor een nominaal bedrag van 180.950,00 Euro

50  aandelen KG 9c voor een nominaal bedrag van 25.000,00 Euro

8 aandelen KG 9c voor een nominaal bedrag van 4.000,00 Euro

24 aandelen KG 10 voor een nominaal bedrag van 12.000,00 Euro

 

en voorgaande te volstorten door incorporatie van reserves voor een bedrag van 585.806,14 EUR.

 

De gemeenteraad verzoekt IKA het aan de stad cash uitkeerbaar bedrag nav incorporatie reserves en liquidatie rekening courant voor een bedrag van 1.683.831,69 EUR te storten aan de stad voor 31/12/2017.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

1/1/4/3

Opbrengsten uit financieel vaste activa

1.683.831,69

 

Budgetsleutel

0030/75000000

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist het college van burgemeester en Schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en er onder meer kennis van te geven aan:

IKA, p/a  INTERMIXT Ravensteingalerij 4 b 2 , 1000 Brussel.

de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IKA - BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING OP 21 DECEMBER 2017 - AANDUIDEN VAN EEN VOLMACHTDRAGER EN EEN PLAATSVERVANGEND VOLMACHTDRAGER. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad Lier is aangesloten bij de dienstverlenende vereniging voor de gemeenten van de Kempen en het Antwerpse (IKA).

 

De stad werd per aangetekend schrijven van 20 september 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van IKA op 21 december 2017 om 19.00 uur in Den Eyck, Houtum 39, 2460 Kasterlee.

 

Juridische grond

         Decreet van de Vlaamse regering van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking - art. 44, 1ste alinea, van het Vlaams decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, waarbij bepaald wordt dat de gemeenten-deelnemers hun vertegenwoordiger(s) voor een (buitengewone) algemene vergadering van een dienstverlenende vereniging bij gemeenteraadsbesluit moeten aanduiden uit de leden van de gemeenteraad

         Omzendbrief van 11 januari 2002 betreffende de toepassing van het Decreet intergemeentelijke samenwerking

         Statuten IKA

         Gemeentedecreet, art. 42

 

Stemming

 

18 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

9 onthoudingen: Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 18 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

Als vertegenwoordiger van de gemeente wordt mevrouw Goris Annemie, gemeenteraadslid en de heer Hauwaert Jan, gemeenteraadslid respectievelijk als volmachtdrager en als plaatsvervangend volmachtdrager aangeduid om deel te nemen aan de algemene vergadering van IKA op 21 december 2017.

 

Art 2 :

De gemeenteraad mandateert de volmachtdrager en plaatsvervangend volmachtdrager om op deze vergadering te handelen en te beslissen conform de besluiten die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten van de buitengewone algemene vergadering van IKA op 21 december 2017.

 

Art 3 :

Het College van Burgemeester en Schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en onder meer kennisgeving hiervan te geven aan de dienstverlenende vereniging IKA.

 

Art 4 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IKA

1

vertegenwoordigers

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

IVEKA - AGENDA, VOORSTEL TOT HERSTRUCTURERINGSOPERATIE VAN DE VLAAMSE FINANCIERINGSVERENIGINGEN MET INKANTELING VAN DEEL IKA EN IVEKA, STATUTENWIJZIGING EN VASTSTELLING VAN HET MANDAAT VOOR DE ALGEMENE VERGADERING IN BUITENGEWONE ZITTING OP 21 DECEMBER 2017. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 25 november 2013 besliste de gemeenteraad om de mevrouw Goris Annemie, gemeenteraadslid, wonende te 2500 Lier, Haverlaan 22, en mevrouw Wagner Christina, gemeenteraadslid, wonende te 2500 Lier, Zuid-Australiëlaan 79, aan te duiden als vertegenwoordiger, resp. plaatsvervangend vertegenwoordiger van de stad voor de algemene vergadering van de opdrachthoudende vereniging IVEKA van 11 december 2013 en voor de algemene vergaderingen gedurende de resterende duur van de legislatuur 2013-2018.

 

Feiten en context

De stad neemt voor de activiteit distributienetbeheer elektriciteit en/of gas deel aan de opdrachthoudende vereniging Iveka, Intercommunale Vereniging voor de Energiedistributie in de Kempen en het Antwerpse.

 

De stad werd per aangetekend schrijven van 22 september 2017 opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergaderingen in buitengewone zitting van IVEKA die op 21 december 2017 plaats vinden om 18.00 uur in Den Eyck, Houtum 39 in 2460 Kasterlee met volgende agenda:

 

1.

Voorstel tot herstructureringsoperatie van de Vlaamse financieringsverenigingen en inkanteling van deel IKA in Iveka

 

 

1.1. Toestandsverklaring betreffende het voorstel tot herstructureringsoperatie van de Vlaamse financieringsverenigingen en inkanteling van een deel van de activiteiten van IKA in Iveka

 

 

1.2. Kennisname van het verzoek tot toetreding van de gemeenten Boechout en Nijlen en goedkeuring van deze toetredingen onder opschortende voorwaarde van verwezenlijking van de voorgenomen splitsing.

 

 

1.3. Bespreking van de documenten en verslagen die kosteloos ter beschikking zijn gesteld van de deelnemers van de te splitsen dienstverlenende vereniging IKA, de overnemende opdrachthoudende vereniging Iveka en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, overeenkomstig de bepalingen van artikel 733 van het Wetboek van vennootschappen, met name:

a. het splitsingsvoorstel opgesteld overeenkomstig artikel 728 van het Wetboek van vennootschappen door de raden van bestuur van de te splitsen dienstverlenende vereniging en van de overnemende opdrachthoudende vereniging en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid.

b. de volgende bijzondere verslagen:

(i) het bijzonder verslag van de raad van bestuur over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 730 van het Wetboek van vennootschappen;

(ii) het verslag van de commissaris over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 731 van het Wetboek van vennootschappen;

(ii) het verslag van de commissaris over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 731 van het Wetboek van vennootschappen;

De deelnemers kunnen één maand voor de algemene vergadering op de zetel van de vereniging kennis nemen van het splitsingsvoorstel, voormelde bijzondere verslagen en de overige stukken bedoeld in de artikelen 730 en 731 van het Wetboek van vennootschappen en kosteloos een kopie van deze stukken verkrijgen.

 

 

1.4. In voorkomend geval, mededeling van de belangrijke wijzigingen die zich hebben voorgedaan in de activa en passiva van het vermogen van de bij de splitsing betrokken verenigingen en vennootschap tussen de datum van het splitsingsvoorstel en de datum van de algemene vergadering die tot de splitsing besluit.

 

 

1.5. Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling.

 

 

1.6. Onder voorbehoud van de vervulling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden of de afstand van deze opschortende voorwaarden door de raden van bestuur van de bij de splitsing betrokken rechtspersonen in wiens voordeel de relevante opschortende voorwaarden bedongen zijn en alleszins onder de opschortende tijdsbepaling opgenomen in het splitsingsvoorstel:

a. Goedkeuring, overeenkomstig voormeld splitsingsvoorstel, van de splitsing door overneming, ten gevolge van ontbinding zonder vereffening van het gehele vermogen, zowel de rechten als de verplichtingen van de dienstverlenende vereniging IKA:

(i) deels aan de opdrachthoudende vereniging Iveka, met zetel te Koningin Elisabethlei 38, 2300 Turnhout;

(ii) deels aan de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, met zetel te Ravensteingalerij 4, bus 2, 1000 Brussel;

b. Beschrijving van de over te nemen activa en passiva;

c. Vaststelling van de boekhoudkundige bestemming van de overdracht ten gevolge van de splitsing;

d. Goedkeuring van de verhoging van het vaste en het variabele gedeelte van het kapitaal ingevolge splitsing en bijgevolg van aanpassing van artikel 8 van de statuten om dit in overeenstemming te brengen met de verhoging van het vaste gedeelte van het kapitaal;

e. Overeenkomstig artikel 738 van het Wetboek van vennootschappen, wijziging van het doel door toevoeging van volgende activiteiten:

(i) het beheer, verwerven en of financieren van strategische participaties in Publigas en Publi-T,

(ii) het verzorgen en opvolgen van andere financieringen die door de voormalige financieringsvereniging vόόr 1 januari 2018 zijn verstrekt aan de deelnemende gemeenten met het oog op de verwerving van aandelen Ae en Ag van de verkrijgende vereniging en/of het realiseren van investeringen die voorzien zijn in hun budget en (iii) het beheer van de gouden aandelen in Telenet,

en kennisneming in dit verband van het bijzonder verslag van de raad van bestuur en van het verslag van de commissaris met betrekking tot de staat van activa en passiva per 30 juni 2017 in het kader van artikel 413 van het Wetboek van vennootschappen;

f. Artikelsgewijze wijziging van artikel 2bis, 3, 8, 9, 10, 15, 17, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 32 en 37bis van de statuten ten einde onder meer de werking van de vereniging in overeenstemming te brengen met de ingevolge de splitsing verkregen vermogensbestanddelen, dit conform het ontwerp van statutenwijziging gevoegd bij de agenda.

 

 

1.7. Aanvaarding van de uitbreiding van de aansluiting van de deelnemers voor de subactiviteit strategische participaties alsook het verzorgen en opvolgen van andere financieringen die door de voormalige financieringsvereniging vόόr 1 januari 2018 zijn verstrekt aan de deelnemende gemeenten met het oog op de verwerving van aandelen Ae en Ag en/of het realiseren van investeringen die voorzien zijn in hun budget inclusief het beheer van de gouden aandelen en de daaraan verbonden rechten.

 

 

1.8. Goedkeuring van de deelneming van de vereniging in de ondernemingen waarvan participaties overgedragen worden aan de vereniging in het kader van de splitsing, in het bijzonder de ondernemingen Publi-T en Publigas.

 

 

1.9. In het algemeen, casu quo goedkeuring van alle handelingen en/of transacties nodig of nuttig in het kader van de splitsing, al dan niet beschreven in het splitsingsvoorstel of het bijzonder verslag van de raad van bestuur.

 

 

1.10. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machten naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de splitsing en statutenwijziging, met inzonderheid machtiging aan de raad van bestuur, met mogelijkheid van subdelegatie voor de punten g., h. en i., om:

a. van de opschortende voorwaarden zoals vastgesteld in agendapunt 1.5. afstand te doen, voor zover bedongen in het voordeel van de vereniging en voor zover het volgens het splitsingsvoorstel mogelijk is afstand te doen van deze opschortende voorwaarden;

b. de al dan niet verwezenlijking van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de splitsing, zoals vermeld onder agendapunt 1.5., vast te stellen;

c. het overgedragen vermogen verder te beschrijven overeenkomstig de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel;

d. de definitieve ruilverhouding in het kader van de splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto en bruto-waarde van de activa en passiva van de te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2017, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2017;

e. op basis van de definitieve ruilverhouding zoals vastgesteld door de raad van bestuur, de nieuwe aandelen in de vereniging te verdelen over de deelnemers van de te splitsen vereniging, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel en dit in te schrijven in het register van deelnemers;

f. het definitief bedrag van de kapitaalverhoging ingevolge de splitsing in boekhoudkundige continuïteit per 1 januari 2018 vast te stellen, en artikel 8 van de statuten hieraan aan te passen;

g. het bovenstaande te bevestigen voor de instrumenterende notaris en bijgevolg de verwezenlijking van de splitsing van de te splitsen vereniging en de daaruit vloeiende kapitaalverhoging van de overnemende vereniging, authentiek vast te stellen;

h. daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;

i. alle formaliteiten te vervullen m.b.t. de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de buitengewone algemene vergadering en de uitvoering van de splitsing in de meest brede zin.

 

2.

Bespreking in het kader van artikel 44 van het Vlaams decreet houdende de intergemeen-telijke samenwerking van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2018 alsook van de door de raad van bestuur opgestelde begroting 2018.

 

 

3.

3. Aanvaarding van de uitbreiding van de aansluiting van de deelnemers voor de subactiviteit warmte.

 

4.

Bekrachtiging van de volmachtverlening voor het jaar 2018 inzake bestellingen van Iveka aan Eandis System Operator cvba.

 

5.

Statutaire benoemingen.

 

6.

Statutaire mededelingen.

 

 

 

Een dossier met documentatiestukken uitgewerkt door de raad van bestuur in zitting van 19 september 2017 werd aan de stad overgemaakt. Er wordt eveneens verwezen naar het dossier dat de dienstverlenende vereniging IKA aan de gemeente/stad heeft overgemaakt in het kader van haar algemene vergadering die zij in december e.k. organiseert.

 

 

INKANTELING VAN DEEL IKA IN IVEKA – SPLITSING DOOR OVERNEMING

De bestuursorganen van de dienstverlenende vereniging IKA, van de opdrachthoudende vereniging Iveka en van de nieuw opgerichte vennootschap Zefier cvba hebben te kennen gegeven te willen overgaan tot een algehele splitsing van de activa en passiva van IKA waarbij Iveka en Zefier elk een gedeelte van de activiteiten van IKA overnemen.

Deze splitsing kadert in een globale herstructureringsoperatie van de zes huidige Vlaamse financieringsverenigingen die ertoe strekt om de activiteiten van deze verenigingen beter te laten aansluiten bij de huidige organisatie van de energiemarkt en de Vlaamse inter-gemeentelijke structuren te rationaliseren. Concreet leidt dit ertoe dat de productiebelangen in ondernemingen actief in milieuvriendelijke energieopwekking, aangehouden door IKA en de andere financieringsverenigingen, afgesplitst worden naar Zefier cvba, terwijl de belangen in de transportnetbeheerders ingekanteld worden in Iveka, wat IKA betreft, en in de andere zuster-distributienetbeheerders (DNB’s), wat de andere financieringsverenigingen betreft.

De belangen in de transportnetbeheerders Elia en Fluxys zijn gebundeld in de Strategische participaties Publi-T en Publigas die worden overgenomen door de distributienetbeheerders, waaronder Iveka. Samen met deze activa nemen de distributienetbeheerders eveneens de eventuele betrokken leningen over.

Ook de bestaande leningen die in opdracht van de gemeenten/steden zijn aangegaan vóór 1 januari 2018 met het oog op de verwerving van aandelen in de distributienetbeheerder (Ae en Ag) en van het realiseren van investeringen van gemeenten/steden zelf worden onderge-bracht bij Iveka, samen met de zogeheten “gouden aandelen” in Telenet Group Holding nv.

Iveka verkrijgt alle rechten en plichten beschreven in de overeenkomsten waarbij IKA partij is en die met voormelde vermogensbestanddelen verband houden.

Binnen Iveka worden afzonderlijke rekeningsectoren met individuele rekeningstaten gecreëerd teneinde het afzonderlijke beheer van de ingevolge de splitsing ingebrachte vermogens-bestanddelen mogelijk te maken. Zo blijven de bestaande rechten en plichten van de deelnemers ook na de splitsing gerespecteerd. Er wordt voorzien in een voorkeurrecht bij toekomstige kapitaalverhogingen van de rekeningsectoren die op de ingevolge de splitsing ingebrachte vermogensbestanddelen betrekking hebben.

Ingevolge de voorgestelde splitsing bekomt de gemeente/stad aandelen Iveka en Zefier in overeenstemming met de proportionele rechten ten aanzien van het resultaat van de deelnemingen die ingebracht worden. De wijze van toekenning van de nieuwe aandelen wordt toegelicht en verantwoord in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag van de raad van bestuur en is gebaseerd op de rechten van de deelnemers op de strategische participaties die voor rekening van de deelnemers gefinancierd werden.

 

STATUTENWIJZIGINGEN

Het voorstel brengt eveneens een aantal statutenwijzigingen met zich mee die ervoor zorgen dat de bestaande rechten van de deelnemers gerespecteerd blijven en de nieuw verkregen vermogensbestanddelen afzonderlijk beheerd worden.

De voornaamste statutenwijzigingen zijn:

         de uitbreiding van het doel van de vereniging met de subactiviteit inzake het beheer van strategische participaties, waaronder het verwerven en/of het financieren ervan, en bijkomend: het verzorgen en opvolgen van financieringen die door de voormalige financierings-vereniging IKA vόόr 1 januari 2018 zijn verstrekt aan de deelnemende gemeenten met het oog op de verwerving van aandelen distributienetbeheer Ae en Ag en/of het realiseren van investeringen die voorzien zijn in hun budget, het beheer van de Gouden aandelen (Telenet) en de daaraan verbonden rechten;

         de toevoeging van een aantal definities, zoals o.m. deze van de strategische participaties, de rekeningsectoren en de gouden aandelen;

         de creatie van aandelen Apt voor Publi-T en Apg voor Publigas;

         de vermelding van de ‘Gouden aandelen’ in Telenet Group Holding nv en de creatie van aandelen Ate per gemeente/stad;

         het principe dat elke gemeente/stad inbreng doet van de subactiviteit beheer van strategische participaties;

         de opname van de verbintenissen van de gemeenten/steden inzake financiering die vanuit de financieringsvereniging worden overgenomen en de machtiging door de gemeen-ten/steden verleend om voormelde financiële lasten, beheerskosten en tekorten te laten verrekenen op de aan de gemeente/stad toekomende dividenden;

         een aangepaste omschrijving van de bevoegdheden van de bestuursorganen;

         een beperking van de stemrechten van de nieuwe aandelen op de algemene vergadering in het kader van beslissingen die verband houden met het distributienetbeheer van elektriciteit en gas, in die zin dat de deelnemers nooit meer stemrechten kunnen uitoefenen dan dat zij hebben in functie van hun aandelenbezit in het kader van het distributienetbeheer. Met betrekking tot de nieuw ingebrachte vermogensbestanddelen wordt echter gestemd in functie van de aandelen Apt en Apg;

         de invoering van de mogelijkheid om subrekeningsectoren te creëren;

         de verdeling van de winst met betrekking tot de aandelen Apt, Apg en Ate overeenkomstig de participaties binnen de verschillende soorten aandelen;

         bij de beëindiging van de intergemeentelijke samenwerking en de uittreding van een deelnemer worden in het kader van de subactiviteit beheer van strategische participaties en de overgenomen financieringen de bestaande statutaire bepalingen van de financieringsvereniging overgenomen.

 

Juridische grond

Artikel 44 van het Vlaams decreet houdende de intergemeentelijke samenwerking van 6 juli 2001 (en latere wijzigingen), dient de gemeenteraad zijn goedkeuring te hechten aan de agenda-punten van de algemene vergadering en onder meer op expliciete wijze aan de voorgestelde splitsing door overneming en aan de voorgestelde statutenwijzigingen. De gemeenteraad dient tevens het mandaat van de vertegenwoordiger vast te stellen.

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Christel Van den Plas, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Jan Hauwaert en Marc Franquet

2 stemmen tegen: Ella Cornelis en Olivier Peeters

7 onthoudingen: Freddy Callaerts, Patrick Tersago, Jan Hermans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé en Bram Van Oosterwyck

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 2 stemmen tegen - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist goedkeuring te hechten aan de agendapunten van de algemene vergadering in buitengewone zitting van de opdrachthoudende vereniging IVEKA d.d. 21 december 2017:

 

1.

Voorstel tot herstructureringsoperatie van de Vlaamse financieringsverenigingen en inkanteling van deel IKA in Iveka

 

 

1.1. Toestandsverklaring betreffende het voorstel tot herstructureringsoperatie van de Vlaamse financieringsverenigingen en inkanteling van een deel van de activiteiten van IKA in Iveka

 

 

1.2. Kennisname van het verzoek tot toetreding van de gemeenten Boechout en Nijlen en goedkeuring van deze toetredingen onder opschortende voorwaarde van verwezenlijking van de voorgenomen splitsing.

 

 

1.3. Bespreking van de documenten en verslagen die kosteloos ter beschikking zijn gesteld van de deelnemers van de te splitsen dienstverlenende vereniging IKA, de overnemende opdrachthoudende vereniging Iveka en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, overeenkomstig de bepalingen van artikel 733 van het Wetboek van vennootschappen, met name:

a. het splitsingsvoorstel opgesteld overeenkomstig artikel 728 van het Wetboek van vennootschappen door de raden van bestuur van de te splitsen dienstverlenende vereniging en van de overnemende opdrachthoudende vereniging en de overnemende coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid.

b. de volgende bijzondere verslagen:

(i) het bijzonder verslag van de raad van bestuur over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 730 van het Wetboek van vennootschappen;

(ii) het verslag van de commissaris over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 731 van het Wetboek van vennootschappen;

(ii) het verslag van de commissaris over het splitsingsvoorstel overeenkomstig artikel 731 van het Wetboek van vennootschappen;

De deelnemers kunnen één maand voor de algemene vergadering op de zetel van de vereniging kennis nemen van het splitsingsvoorstel, voormelde bijzondere verslagen en de overige stukken bedoeld in de artikelen 730 en 731 van het Wetboek van vennootschappen en kosteloos een kopie van deze stukken verkrijgen.

 

 

1.4. In voorkomend geval, mededeling van de belangrijke wijzigingen die zich hebben voorgedaan in de activa en passiva van het vermogen van de bij de splitsing betrokken verenigingen en vennootschap tussen de datum van het splitsingsvoorstel en de datum van de algemene vergadering die tot de splitsing besluit.

 

 

1.5. Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling.

 

 

1.6. Onder voorbehoud van de vervulling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden of de afstand van deze opschortende voorwaarden door de raden van bestuur van de bij de splitsing betrokken rechtspersonen in wiens voordeel de relevante opschortende voorwaarden bedongen zijn en alleszins onder de opschortende tijdsbepaling opgenomen in het splitsingsvoorstel:

a. Goedkeuring, overeenkomstig voormeld splitsingsvoorstel, van de splitsing door overneming, ten gevolge van ontbinding zonder vereffening van het gehele vermogen, zowel de rechten als de verplichtingen van de dienstverlenende vereniging IKA:

(i) deels aan de opdrachthoudende vereniging Iveka, met zetel te Koningin Elisabethlei 38, 2300 Turnhout;

(ii) deels aan de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zefier, met zetel te Ravensteingalerij 4, bus 2, 1000 Brussel;

b. Beschrijving van de over te nemen activa en passiva;

c. Vaststelling van de boekhoudkundige bestemming van de overdracht ten gevolge van de splitsing;

d. Goedkeuring van de verhoging van het vaste en het variabele gedeelte van het kapitaal ingevolge splitsing en bijgevolg van aanpassing van artikel 8 van de statuten om dit in overeenstemming te brengen met de verhoging van het vaste gedeelte van het kapitaal;

e. Overeenkomstig artikel 738 van het Wetboek van vennootschappen, wijziging van het doel door toevoeging van volgende activiteiten:

(i) het beheer, verwerven en of financieren van strategische participaties in Publigas en Publi-T,

(ii) het verzorgen en opvolgen van andere financieringen die door de voormalige financieringsvereniging vόόr 1 januari 2018 zijn verstrekt aan de deelnemende gemeenten met het oog op de verwerving van aandelen Ae en Ag van de verkrijgende vereniging en/of het realiseren van investeringen die voorzien zijn in hun budget en (iii) het beheer van de gouden aandelen in Telenet,

en kennisneming in dit verband van het bijzonder verslag van de raad van bestuur en van het verslag van de commissaris met betrekking tot de staat van activa en passiva per 30 juni 2017 in het kader van artikel 413 van het Wetboek van vennootschappen;

f. Artikelsgewijze wijziging van artikel 2bis, 3, 8, 9, 10, 15, 17, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 32 en 37bis van de statuten ten einde onder meer de werking van de vereniging in overeenstemming te brengen met de ingevolge de splitsing verkregen vermogensbestanddelen, dit conform het ontwerp van statutenwijziging gevoegd bij de agenda.

 

 

1.7. Aanvaarding van de uitbreiding van de aansluiting van de deelnemers voor de subactiviteit strategische participaties alsook het verzorgen en opvolgen van andere financieringen die door de voormalige financieringsvereniging vόόr 1 januari 2018 zijn verstrekt aan de deelnemende gemeenten met het oog op de verwerving van aandelen Ae en Ag en/of het realiseren van investeringen die voorzien zijn in hun budget inclusief het beheer van de gouden aandelen en de daaraan verbonden rechten.

 

 

1.8. Goedkeuring van de deelneming van de vereniging in de ondernemingen waarvan participaties overgedragen worden aan de vereniging in het kader van de splitsing, in het bijzonder de ondernemingen Publi-T en Publigas.

 

 

1.9. In het algemeen, casu quo goedkeuring van alle handelingen en/of transacties nodig of nuttig in het kader van de splitsing, al dan niet beschreven in het splitsingsvoorstel of het bijzonder verslag van de raad van bestuur.

 

 

1.10. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machten naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de splitsing en statutenwijziging, met inzonderheid machtiging aan de raad van bestuur, met mogelijkheid van subdelegatie voor de punten g., h. en i., om:

a. van de opschortende voorwaarden zoals vastgesteld in agendapunt 1.5. afstand te doen, voor zover bedongen in het voordeel van de vereniging en voor zover het volgens het splitsingsvoorstel mogelijk is afstand te doen van deze opschortende voorwaarden;

b. de al dan niet verwezenlijking van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de splitsing, zoals vermeld onder agendapunt 1.5., vast te stellen;

c. het overgedragen vermogen verder te beschrijven overeenkomstig de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel;

d. de definitieve ruilverhouding in het kader van de splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto en bruto-waarde van de activa en passiva van de te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2017, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2017;

e. op basis van de definitieve ruilverhouding zoals vastgesteld door de raad van bestuur, de nieuwe aandelen in de vereniging te verdelen over de deelnemers van de te splitsen vereniging, berekend volgens de principes vastgelegd in het splitsingsvoorstel en het bijzonder verslag over het splitsingsvoorstel en dit in te schrijven in het register van deelnemers;

f. het definitief bedrag van de kapitaalverhoging ingevolge de splitsing in boekhoudkundige continuïteit per 1 januari 2018 vast te stellen, en artikel 8 van de statuten hieraan aan te passen;

g. het bovenstaande te bevestigen voor de instrumenterende notaris en bijgevolg de verwezenlijking van de splitsing van de te splitsen vereniging en de daaruit vloeiende kapitaalverhoging van de overnemende vereniging, authentiek vast te stellen;

h. daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;

i. alle formaliteiten te vervullen m.b.t. de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de buitengewone algemene vergadering en de uitvoering van de splitsing in de meest brede zin.

 

2.

Bespreking in het kader van artikel 44 van het Vlaams decreet houdende de intergemeen-telijke samenwerking van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2018 alsook van de door de raad van bestuur opgestelde begroting 2018.

 

 

3.

3. Aanvaarding van de uitbreiding van de aansluiting van de deelnemers voor de subactiviteit warmte.

 

4.

Bekrachtiging van de volmachtverlening voor het jaar 2018 inzake bestellingen van Iveka aan Eandis System Operator cvba.

 

5.

Statutaire benoemingen.

 

6.

Statutaire mededelingen.

 

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist zijn goedkeuring te hechten aan:

a.

het voorstel tot splitsing door overneming door de opdrachthoudende vereniging Iveka van een deel van de dienstverlenende vereniging IKA, waarbij op 1 januari 2018 alle betrokken activa en passiva en alle rechten en plichten, boekhoudkundig overgedragen worden aan Iveka, mits toekenning aan de deelnemende gemeenten van Iveka van aandelen Apt voor de deelnemingen in Publi-T, aandelen Apg voor de deelnemingen in Publigas en aandelen Ate voor de deelneming in de ‘Gouden aandelen’ van Telenet Group Holding nv, zonder aanduiding van nominale waarde, volledig volgestort,

 

b.

de inbreng door de gemeente/stad van de activiteit beheer van Strategische participaties bij de opdrachthoudende vereniging Iveka;

c.

de voorgestelde doel- en statutenwijzigingen van de opdrachthoudende vereniging Iveka,

onder de opschortende voorwaarden van de verwezenlijking van de voorgenomen splitsing van IKA;

 

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist zijn goedkeuring te hechten aan de aanvaarding van de toetreding van de gemeenten Boechout en Nijlen tot de opdrachthoudende vereniging Iveka in het kader van de subactiviteit kabelnetwerkparticipaties (beheer van de ‘Gouden aandelen’ in Telenet Group Holding nv), onder opschortende voorwaarde van de verwezenlijking van de voorgenomen splitsing van IKA.

 

Art 4 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordiger van de stad die zal deelnemen aan de algemene vergaderingen van de opdrachthoudende verenigingen Iveka en Eandis Assets op 29 april 2016, op zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormelde artikelen 1, 2 en 3 van onderhavige raadsbeslissing.

 

Art 5 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan Eandis Assets, ter attentie van het secretariaat, uitsluitend op het e-mailadres (pdf) intercommunales@eandis.be.

 

Art 6 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

IVEKA

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

VACANTVERKLARING VAN 1 RECHERCHEUR BIJ DE LOKALE POLITIE - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 houdende het personeelskader van de lokale politie.

 

Feiten en context

Met het hiervoor vermelde gemeenteraadsbesluit werd de personeelsformatie vastgesteld

van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader. In het verleden werd ervoor gekozen om een personeelslid te detacheren naar de dienst recherche. 

 

Juridische grond

Wet van 07/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op

twee niveaus, herhaaldelijk aangepast en aangevuld, in het bijzonder artikel 56.

Koninklijk Besluit van 30/03/2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de

politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/11/2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit

van het personeel van de politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/12/2005 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de

rechtspositie van het personeel van de politiediensten, specifiek het gedeelte dat handelt

over de mobiliteit.

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 dat de formatie van het operationeel en

administratief en logistiek personeel van de lokale politie Lier vaststelt.

Ministeriële omzendbrief GPI15bis en errata betreffende de mobiliteitscyclus.

Ministeriële omzendbrief GPI85 betreffende het eindeloopbaanregime voor de

personeelsleden van het operationeel kader van de geïntegreerde politie.

Ministeriële omzendbrief BA/2001/13 van 07/09/2001 van het Ministerie van de Vlaamse

Gemeenschap betreffende de lokale politie, eengemeentezone en meergemeentezones :

administratief toezicht, specifiek toezicht en gewoon toezicht.

 

Argumentatie

Voorheen werd er gekozen om een personeelslid naar de dienst recherche te detacheren.  Echter, ondertussen zijn de taken binnen de dienst recherche veel complexer geworden (als maar nieuwe wetgevingen en richtlijnen) waardoor het volgen van de opleiding tot rechercheur een duidelijke meerwaarde biedt.  Het probleem is dat een personeelslid de opleiding tot rechercheur pas mag volgen op het moment hij definitief, via mobiliteit, een functie binnen een recherchedienst heeft bekomen.  Dit wil zeggen dat indien we opnieuw kiezen om een personeelslid te detacheren dit personeelslid geen volwaardige rechercheur zal zijn.  Onlangs werd een selectie gehouden tot de aanwerving van een rechercheur ter vervanging van een rechercheur die met non-activiteit voorafgaand aan de pensionering wordt gesteld.  Er waren 4 kandidaten voor de selectie waarvan 2 kandidaten werden weerhouden.  Deze 2 kandidaten betreffen kandidaten uit de eigen zone die beiden een uitstekende quotering bekwamen door de selectiecommissie.

Gezien er 1 vacature vacant was, heeft de burgemeester met zijn besluit van 06/10/2017 de eerst gerangschikte kandidaat benoemd (conform het gemeenteraadsbesluit van 26/05/2014 houdende de delegatie van benoemingen van o.a. het basiskader aan de burgemeester)

In het gemeenteraadsbesluit van de vacantverklaring van de functie werd een wervingsreserve voorzien die een geldigheid heeft tot de publicatiedatum van de 2e mobiliteitsronde die volgt op de mobiliteitscyclus waarin de functie werd aangeboden.  In de praktijk wil dit zeggen dat de werfreserve geldig is tot 01/12/2017. Wanneer een gelijkaardige functie voor die datum vacant verklaard wordt, is de in de rangschikking eerstvolgende kandidaat automatisch benoemd. Door de functie in de gemeenteraad van 27/11/2017 vacant te verklaren, kan dus beroep gedaan worden op deze werfreserve en kan de tweede gerangschikte kandidaat benoemd worden waardoor dit personeelslid de opleiding tot rechercheur kan gaan volgen.

De functie bevindt zich binnen het goedgekeurd kader en binnen de budgettaire mogelijkheden.

 

Stemming

 

28 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Olivier Peeters, Peter Caluwé, Bram Van Oosterwyck, Jan Hauwaert en Marc Franquet

1 onthouding: Marcel Taelman

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 28 stemmen voor - 1 onthouding

 

BESLUIT

Art 1 :

Er wordt 1 functie van inspecteur-rechercheur binnen het operationeel kader van de lokale politie Lier vacant verklaard.

 

Art 2 :

Voor de invulling van deze functie wordt beroep gedaan op de werfreserve die vastgesteld werd in het besluit van de burgemeester van 06/10/2017 houdende de benoeming van een rechercheur.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

VACANTVERKLARING VAN 3 INSPECTEURS VAN POLITIE - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 houdende het personeelskader van de lokale politie.

 

Feiten en context

Met het hiervoor vermelde gemeenteraadsbesluit werd de personeelsformatie vastgesteld

van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader.

Het personeelslid Gustaaf Goolaerts zal de zone verlaten op 01/06/2018 en zal op non-activiteit voorafgaand aan de pensionering worden gesteld.  Het eindeloopbaanregime voorziet dat operationele personeelsleden die toetreden tot dit systeem gesubsidieerd worden door de federale overheid, zowel wat de wedde betreft alsook de toelagen en vergoedingen, eindejaarspremie, vakantiegeld, werkgeversbijdrage,....   De subsidie wordt sowieso toegekend ongeacht of het personeelslid het systeem geniet of ervoor kiest om verder te werken.

Het personeelslid Bram Van Berlo start op 16/10/2017 aan de opleiding tot hoofdinspecteur van politie.  Hij wordt op deze datum benoemd tot aspirant-hoofdinspecteur en zal tot eind juni 2018 aan de opleiding deelnemen en is dus niet inzetbaar.

N.a.v. de mobiliteitsronde 2017-03 konden 5 functies niet ingevuld worden.  4 daarvan worden aangeboden aan de aspirantenmobiliteit.  De vijfde functie wordt opnieuw vacant verklaard via de klassieke mobilieit.

 

Juridische grond

Wet van 07/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op

twee niveaus, herhaaldelijk aangepast en aangevuld, in het bijzonder artikel 56.

Koninklijk Besluit van 30/03/2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de

politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/11/2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit

van het personeel van de politiediensten.

Koninklijk Besluit van 20/12/2005 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de

rechtspositie van het personeel van de politiediensten, specifiek het gedeelte dat handelt

over de mobiliteit.

Gemeenteraadsbesluit van 19/12/2005 dat de formatie van het operationeel en

administratief en logistiek personeel van de lokale politie Lier vaststelt.

Ministeriële omzendbrief GPI15bis en errata betreffende de mobiliteitscyclus.

Ministeriële omzendbrief BA/2001/13 van 07/09/2001 van het Ministerie van de Vlaamse

Gemeenschap betreffende de lokale politie, eengemeentezone en meergemeentezones :

administratief toezicht, specifiek toezicht en gewoon toezicht.

 

Argumentatie

Op 26/06/2017 en 25/09/2017 werden respectievelijk 3 functies en 2 functies van inspecteur eerstelijnszorg vacant verklaard.  Deze functies werden aangeboden in de mobiliteitscyclus 2017-03.  Uit de selectie werd slechts 1 kandidaat weerhouden.  Deze kandidaat liet weten de functie niet te zullen opnemen gezien hij in een andere zone werd benoemd.  Waardoor dus de 5 vacatures niet werden ingevuld.  4 van deze vacatures zullen, conform de regelgeving, aangeboden worden in de zogenaamde aspirantenmobiliteit.   De eerstvolgende aspirantenmobiliteit verschijnt in januari 2018 en wordt aangeboden aan studenten die de opleiding beëindigen op 30/09/2018, waardoor ze dus ten vroegste ingezet kunnen worden vanaf 01/10/2018.  Momenteel bestaat de dienst eerstelijnszorg uit 35 personeelsleden verdeeld over 5 reeksen en met aan het hoofd een hoofdinspecteur.  Van deze 35 personeelsleden geniet 1 personeelslid voltijdse loopbaanonderbreking tot midden 2018,  is 1 personeelslid niet inzetbaar in de interventiedienst omwille van medische redenen,  zijn 2 personeelsleden langdurig afwezig wegens ziekte, start 1 personeelslid aan de opleiding tot hoofdinspecteur en zal 1 personeelslid op 01/11/2017 de zone verlaten wegens non activiteit voorafgaand aan de pensionering.   Verschillende van de personeelsleden hebben, buiten hun reguliere taak als eerstelijnszorg, nog een bijkomende taak zoals schietinstructeur, slachtofferbejegenaar, sporenonderzoeker, videoverhoorder, ....  Tevens zijn het vooral deze personeelsleden die ingezet worden bij hycap  (te leveren capaciteit aan andere politiezones en/of de federale politie).

Door het niet kunnen invullen van onze vacante betrekkingen, komt de basispolitiezorg sterk onder druk te staan.  Om de operationaliteit van deze basispolitiezorg te kunnen blijven waarborgen is het noodzakelijk om alle manieren aan te wenden die mogelijk zijn, om zo snel als mogelijk functies in te vullen. Tussen het vacant verklaren van de functies en het effectief in dienst treden van de personeelsleden zit gemiddeld 6 maanden (d.w.z. indiensttreding ten vroegste in mei of juni 2018.  Wat er op neer komt dat de personeelsleden in dienst zullen treden op het moment de 2 hiervoor vernoemde personeelsleden ook effectief de zone zullen verlaten, waardoor er geen overlapping is.  Komt daarbij dat door het niet invullen van verschillende functies in het kader van de besparingsronde (2013-2014), deze vacatures zich nog steeds binnen het personeelskader en binnen de budgettaire mogelijkheden bevinden.

Het artikel VI.II.12bis voorziet dat elke zone van lokale politie van categorie 2 of 3 jaarlijks

10% van de vacante betrekkingen, met een minimum van 1 betrekking, toewijst aan

personeelsleden van het operationeel kader die ten minste 40 jaar zijn en gedurende ten

minste 10 jaar zijn aangewezen voor een betrekking op het grondgebied van het Brussels

Hoofdstedelijk Gewest en die een betrekking postuleren buiten dit Gewest. Daartoe wordt,

in voorkomend geval, een voorrang toegekend aan de personeelsleden die aan deze

voorwaarden beantwoorden. De functies van inspecteur van politie worden in dit kader

aangeboden.

 

Stemming

 

28 stemmen voor: Frank Boogaerts, Walter Grootaers, Rik Verwaest, Lucien Herijgers, Bert Wollants, Ivo Andries, Rik Pets, Anja De Wit, Gert Van Eester, Koen Breugelmans, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Patrick Tersago, Christel Van den Plas, Jan Hermans, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Memet Cinar, Annemie Goris, Christina Wagner, Hilde De Koninck, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Olivier Peeters, Peter Caluwé, Bram Van Oosterwyck, Jan Hauwaert en Marc Franquet

1 onthouding: Marcel Taelman

1 stem blanco: Marleen Vanderpoorten

Goedkeuring met 28 stemmen voor - 1 onthouding

 

BESLUIT

Art 1 :

Er worden 3 functies van inspecteur van politie binnen het operationeel kader van de lokale politie Lier vacant verklaard.

 

Art 2 :

Als wijze van selectie wordt aangeduid : het inwinnen van het advies van de plaatselijke selectiecommissie die bestaat uit :

Voorzitter : dhr. Stijn Van den Bulck, commissaris of zijn vervanger

Leden : dhr. Dirk Van der Auwera, hoofdinspecteur of zijn vervanger

dhr. Bjorn Vanparys, hoofdinspecteur of zijn vervanger

Secretaris : Marianne Ceusters, assistente korpschef of haar vervanger

 

Art 3 :

De betrekking van inspecteur van politie is een betrekking in het kader van het artikel VI.II.12bis van het K.B. van 20/12/2005 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositieregeling van het personeel van de politiediensten.

 

Art 4 :

Indien de plaatsen niet ingevuld worden in de klassieke mobiliteit, worden ze aangeboden in de aspirantenmobiliteit.  Indien uiteindelijk beroep gedaan wordt op de aspirantenmobiliteit, kan de zone toch nog een apart verslag maken waarbij ze de niet-ingevulde plaatsen opnieuw openstelt in de aspirantenmobiliteit.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

VACANTVERKLARING VAN EEN FUNCTIE VAN ASSISTENT NIVEAU C BIJ DE LOKALE POLITIE MET EEN CONTRACT VAN 1 JAAR - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbesluit van 14/12/2015 houdende de vacantverklaring van een functie van assistent met een contract van 1 jaar binnen het actieplan verkeersveiligheid.

Besluit van de burgemeester en arbeidsovereenkomst van 04/02/2016 waarmee een contractueel assistent niveau C wordt aangesteld.

Arbeidsovereenkomst van 22/09/2016 waarmee de arbeidsovereenkomst van 04/02/2016 met 1 jaar verlengd werd, tot 14/02/2018.

 

Feiten en context

Met het gemeenteraadsbesluit van 14/12/2015 werd een functie van assistent niveau C met een contract van 1 jaar binnen het actieplan verkeersveiligheid vacant verklaard.  Deze aanstelling werd met 1 jaar verlengd wat de maximum duur is van een tijdelijk contract.  Tijdelijke contracten, met geen specifieke taakomschrijving en daaraan gekoppelde duur, worden na 2 jaar aanzien als een contract van onbepaalde duur.

 

Juridische grond

Wet van 07/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, herhaaldelijk aangepast en aangevuld, in het bijzonder artikel 56.

Koninklijk Besluit van 30/03/2002 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.

Ministeriële omzendbrief GPI15bis betreffende de mobiliteitscyclus, inzonderheid punt 2.2.2 en 2.2.3 van de omzendbrief waaarbij voor de betrekkingen die buiten de personeelsformatie behoren de politiezone autonoom kan aanwerven.

Ministeriële omzendbrief BA:2001/13 dd 07/09/2001 van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap betreffende de lokale politie, eengemeentezones en meergemeentezones, administratief toezicht, specifiek toezicht en gewoon toezicht.

 

Argumentatie

In 2015 werd beslist (gemeenteraad 14/12/2015) om, binnen het verkeersactieplan, een assistent niveau C contractueel aan te werven voor een duur van 1 jaar. Deze aanstelling werd met 1 jaar verlengd wat de maximum duur is van een tijdelijk contract. Deze aanstelling loopt af op 14/02/2018.   De zone ziet deze aanstelling als een tewerkstelling waarbij de voorkeur wordt gegeven aan werklozen of personen die terug op de arbeidsmarkt wensen te komen.

Daarenboven wordt bewust gekozen voor een tijdelijke functie en dit in het kader van het eindeloopbaanregime voor personeelsleden van het operationeel kader van de geïntegreerde politie.  Het eindeloopbaanregime kadert in de pijlers van het beleid van de Regering om personeelsleden van operationeel kader van de politie die het einde van hun loopbaan naderen, langer aan het werk te houden.  Het regime is bedoeld voor de personeelsleden van het operationeel kader die de leeftijd hebben van 58 jaar of meer en die van oordeel zijn niet langer in de mogelijkheid te zijn om hun functie efficiënt uit te voerden.  Het voorziet in de mogelijkheid voor deze personeelsleden om een aangepaste betrekking te vragen binnen de geïntegreerde politie en dit zowel voor een operationele functie als een administratief en/of logistieke functie.  Door te kiezen voor een tijdelijke functie, kan, indien een operationeel personeelslid, een aanvraag doet om een aangepaste administratieve betrekking te bekomen, overwogen worden om het tijdelijk contract niet meer in te vullen en de functie toe te kennen aan het operationeel personeelslid.  Daar er momenteel geen aanvragen van personeelsleden zijn, is het noodzakelijk om in de continuïteit te voorzien van de administatieve ondersteuning door een tijdelijk personeelslid aan te werven.

 

Financiële weerslag

Wordt  volledig gesubsidieerd door het verkeersactieplan.

 

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

Er wordt 1 functie van contractueel assistent niveau C met een contract van 1 jaar vacant verklaard.  De functie betreft een vacature buiten het personeelskader.

 

Art 2 :

Voor de invulling van de functie wordt beroep gedaan op een selectiegesprek met de adviseur niveau A of haar vervanger en een personeelslid van de dienst verkeer met de graad van hoofdinspecteur of commissaris.

 

Art 3 :

Er wordt in een werfreserve voor een periode van 3 maand voorzien.  Deze werfreserve neemt ingang op de aanstellingsdatum van de weerhouden kandidaat.

 

Art 4 :

Enkel de eerste 15 inschrijvingen worden weerhouden

 

Art 5 :

Om een geldige kandidatuur te hebben, mag de kandidaat  voorheen niet tewerkgesteld zijn geweest bij de Lokale Politie van Lier.

 

Art 6 :

De in dienst tredings datum wordt voorzien op 01/03/2018.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019
Overzicht punten

Zitting van 27 november 2017

 

INTERPELLATIES

 

Interpellatie 1 : van Ella Cornelis (Vlaams Belang) i.v.m. Leegstand Krakers Lidl

TV VIER startte in het voorjaar van 2017 met  “Project AXEL”.

Een project waarbij men daklozen, via een intensief begeleid traject, hun leven weer op de rails probeert te krijgen.

 

In de eerst uitzending op 26 oktober 2017 werd getoond dat meerdere personen een villa op de Antwerpse steenweg hebben gekraakt, en de lokale politie zou op de hoogte zijn en het gedogen.

 

Verder vernemen we dan dit tijdelijk zou zijn, gezien deze woning en woningen rondom gekocht zijn door groot warenhuisketen LIDL.

Deze zou daar een nieuwe vestiging openen.

 

In verband met deze informatie heb ik dan ook volgende vragen.

 

1.Is/was de politie en burgemeester inderdaad op de hoogte van de aanwezigheid van krakers in die woning(en) ?

2.Zo ja, werd hier dan een gedoogbeleid gevoerd en wat is hiervan de reden?

3.Zijn er via de sociale diensten contacten geweest met de krakers om hun leven opnieuw op de rails te krijgen?

4.Klopt de verklaring in het programma dat er een filiaal van LIDL zal komen op de Antwerpse steenweg?

a. Zo ja, hoe rijmt dit met de verordening detailhandel?

b.Zo neen, wat is de bestemming van deze gebouwen en gronden?

c.Staan deze gebouwen in het leegstandsregister en werd hiervoor leegstandsbelasting betaald?

5.Telt Lier nog woningen die gekraakt zijn en waarvan de politie op de hoogte is? , Zo Ja , hoeveel woningen?

6.Wat is de algemene beleidsvisie van he CBS omtrent krakers in Lier?

 

Antwoord burgemeester Frank Boogaerts:

1.De politie is inderdaad op de hoogte van de aanwezigheid van krakers in twee woningen op de Antwerpsesteenweg. Er werd hiervan melding gemaakt aan de bestuurlijke overheid via de bestuurlijke akte BS060626/2016. Er is een ontruimingsbevel geweest op 23 mei 2017 voor één van de woningen na een vonnis van het Vredegerecht. Sinds oktober heeft een nieuwe bewoonster van het pand zich bij de cel Wonen als alleenstaande ingeschreven. Voor deze nieuwe persoon is er voorlopig nog geen initiatief tot ontruiming door de eigenaar.

2.Het gaat hier geenszins om een gedoogbeleid. Vanaf het ogenblik dat een gekraakte woning wordt ingericht met het oog op het daar vestigen van de werkelijke of effectieve verblijfplaats van de krakers, genieten zij van de onschendbaarheid van de woning zoals voorzien in art. 15 van de grondwet.

Hier gelden dus dezelfde regels als bij regelmatig bewoonde gebouwen waarbij politie zich slechts in bepaalde gevallen toegang kan verschaffen.

De politie heeft bijgevolg in deze geen bevoegdheid om zonder meer de krakers uit de woningen te verwijderen. De eigenaar van het gekraakte pand kan zich echter tot de vrederechter wenden om een uithuiszetting te bekomen. Bij de uitvoering van dit vonnis kan de politie eventueel gevraagd worden de sterke hand te verlenen.

De nieuwe “kraakwet” van 18 oktober 2017 voert bepaalde strafbaarstellingen in door art 442/1 in te voegen in het strafwetboek. Paragraaf 3 van dit artikel vermeldt echter : “ het in paragraaf 1 vermelde misdrijf kan alleen worden vervolgd op klacht van een persoon die houder is van een titel of een recht op het betrokken goed”. Het is m.a.w. een klachtmisdrijf en men heeft net als bij de procedure voor de vrederechter het initiatief van de eigenaar nodig.

3.De sociale dienst werkt vraag gestuurd. Dit wil zeggen dat de bewoners, net zoals iedere inwoner van Lier, een hulpvraag kunnen stellen aan het OCMW. Op basis van deze hulpvraag wordt er voorafgaandelijk een sociaal-financieel onderzoek gedaan. Het is m.a.w. afhankelijk van de specifieke situatie van de cliënt of er al dan niet een recht is op bijvoorbeeld een leefloon, installatiepremie of een andere vorm van financiële steun.

In het kader van het beroepsgeheim is het niet mogelijk in te gaan op eventuele individuele trajecten. Wel kunnen we meegeven dat het pand binnen het OCMW gekend is.

De huidige bewoonster heeft zich in oktober wel bij het team dienstverlening als alleenstaande ingeschreven met de intentie om door te stromen naar sociale huisvesting. De cel Wonen is bovendien samen met de lokale politie ter plaatse geweest. Er werd daarop vastgesteld dat deze persoon inderdaad alleen woont en er geen gevaar is voor de openbare veiligheid.

 

4.Er is een aanvraag is ingediend. Er is echter nog een hangende procedure voor de Raad van State.

4B. Het stedenbouwkundig voorschrift uit het RUP Laporta Caroly:

De betreffende percelen zijn gelegen in een ‘zone voor ontwikkeling’ (artikel 2 deelzone 2 in de stedenbouwkundige voorschriften)

 

Art 2 §1. Bestemming

1.De zone wordt uitsluitend bestemd voor wonen met inbegrip van woongebouwen, aanhorigheden, tuinen, groenzones, toegangen, (ondergrondse) parkings en wegenis.

Detailhandel wordt niet toegelaten.

2.Volgende specificaties worden er per deelzone gegeven:

-Deelzone 2: Bestaande detailhandelszaken kunnen met hun vergunde winkelvloeroppervlakte behouden blijven.  Er worden geen stedenbouwkundige vergunningen voor nieuwe detailhandelszaken afgeleverd. Bij sloop en nieuwbouw van de bestaande detailhandelszaken dient de functie wonen gestapeld aanwezig te zijn en dit met een minimumoppervlakte gelijk aan de huidige netto winkelvloeroppervlakte.

 

C. De twee woningen op de Antwerpsesteenweg zijn allebei eigendom van LIDL.

Deze woningen werden eerder in 2014 gescreend op leegstand maar zij waren toen in fase van verkoop, waarbij de intenties duidelijk waren om de panden te slopen en handel te voorzien. De nieuwe zakelijk gerechtigde zou in het toen geldende reglement 2 jaar vrijstelling van belasting gekregen hebben omwille van het feit dat hij nieuwe zakelijk gerechtigde was. Dit najaar is er een nieuwe inventarisronde leegstand en voor één van de twee panden werd een leegstandsdossier opgestart. Op het adres van de andere woning is wel een persoon ingeschreven.

 

5.Op dit ogenblik zijn er 2 kraakpanden bekend (allebei op de Antwerpsesteenweg). In de eerder vermelde woning (waarvoor een leegstandsdossier is opgestart) werden geen personen aangetroffen bij een bezoek door ambtenaren van de cel wonen.

 

6.De stad kan hierin wettelijk gezien weinig ingrijpen. Het is de zakelijk gerechtigde die met een burgerlijke procedure via het vredegerecht een vordering tot uithuiszetting kan opstarten of die een klacht kan neerleggen bij de procureur met het oog op een ontruimingsbevel, en dit indien het gaat om onbewoonde woningen of gebouwen.

We kunnen als stad in eerste instantie de eigenaar  per aangetekende brief de eigenaar op de hoogte brengen van het feit dat er zich krakers in zijn woning bevinden met een eventuele toelichting van de juridische mogelijkheden. Het is dan aan hem om actie te ondernemen.

Daarnaast kunnen we, met uitdrukkelijke toestemming van de bewoner, een woningkwaliteitsonderzoek opstarten in het kader van de administratieve procedure van de Vlaamse Wooncode om de toestand in de woning te bekijken. Het vooronderzoek zal dan doorgegeven worden aan de Wonen-Vlaanderen voor een nieuw onderzoek ter plaatse met advies aan de burgemeester voor een eventuele ongeschikt/onbewoonbaar verklaring.

 

 

Interpellatie 2 : van Peter Caluwé (GROEN) i.v.m. sluikstort

Voor het CBS is de strijd tegen sluikstort al langer een prioriteit. In het verleden werd hierover al meermaals uitvoerig gediscussieerd op de gemeenteraad. Recent werd de strijd nogmaals opgevoerd. In september werd namelijk de actie "zwerfvuil/sluikstorten blijft niet ongemerkt" gelanceerd. De actie kadert in de zomercampagne van Mooimakers, het Vlaamse initiatief tegen zwerfvuil en sluikstort van de OVAM, Fost Plus en de VVSG.

Voor Lier werden er drie initiatieven gelanceerd, ik verwijs naar het persbericht van 15 september 2017 op de website van Politie Lier:

"Wij staan achter het initiatief van Mooimakers en geven hier graag extra aandacht aan. Voor Lier zijn er 3 privé-initiatieven gelanceerd voor de Spoorweglei , Bareelstraat, Waversesteenweg en de omgeving van de Waterperels. De lokale politie van Lier zal in samenwerking met de gemeenschapswachten van stad Lier de komende week hier extra focus opleggen en indien nodig zal er ook repressief opgetreden worden."

Graag had ik van het CBS het volgende vernomen:

         Wanneer zullen de resultaten van deze actie(s) worden gecommuniceerd?

         Wat houden die verschillende 'privé-initiatieven' in. Is hier ook een rol weggelegd voor stads- en politiediensten?

         Wat betreft de acties van Politie Lier en de gemeenschapswachten: welke aanpak wordt hier gehanteerd en waar zal de focus liggen: achterlaten van zwerfvuil, sluikstort of beiden?

         Het CBS antwoordde een tijd terug dat er bijkomende acties worden ondernomen bij de OCT's door ook camera's in te zetten. Eveneens worden zakken gecontroleerd om op die manier de sluikstorter op te kunnen sporen. Wanneer het gaat over andere vormen van sluikstort, denk maar aan de zakjes die terechtkomen in een naast vuilbakjes (stadsvesten), maar ook achtergelaten worden tussen struiken en in steegjes (bijvoorbeeld verbinding Waterperels - Schilderswijk), is de sluikstorter vaak moeilijker op te sporen. In die gevallen is het al een kwestie om de overtreder op heterdaad te kunnen betrappen:

         Ondernemen de politiediensten acties om overtreders op heterdaad te betrappen, worden hiervoor camera's ingezet/is het mogelijk en haalbaar om hiervoor camera's in te zetten?

         Camera's bij de OCT's: Dragen die merkbaar bij tot een groter afschrikeffect en werden er sindsdien meer sluikstorters gevat?

 

Antwoord burgemeester Frank Boogaerts

         Wanneer zullen de resultaten van deze actie(s) worden gecommuniceerd?

Enkel de bewoners hebben eventueel resultaten van hun acties. Wij hebben geen resultaten ontvangen. Enkel de dame die het project in de Spoorweglei behartigt is bij ons ook gekend als vrijwilliger openbaar domein.

Vanuit de gemeenschapswachten is de focus hierop er altijd, ze nemen dit mee in hun reguliere werking. In 2016 werden er 184 pv’s opgemaakt in verband met sluikstort en zwerfvuil. In 2017 werden er tot en met september 113 pv’s sluikstort opgemaakt.

Momenteel loopt er een sensibiliserende actie rond zwerfvuil, voornamelijk sigarettenpeuken, aan schoolpoorten en bepaalde ‘hotspots’. De gemeenschapswachten spreken rokers aan en geven hen een peukenzakje. In de maand december zal er dan een repressieve actie volgen in samenwerking met de lokale politie Lier.  In de lente zal er een vervolg actie komen door peukenzakjes uit te delen op de Zaterdagse markt of bepaalde evenementen.

 

         Wat houden die verschillende 'privé-initiatieven' in. Is hier ook een rol weggelegd voor stads- en politiediensten?

De privé initiatieven worden gedragen door de bewoners die zich hebben geëngageerd om hier aan deel te nemen. Deze initiatieven worden gedragen door die bewoners, hier heeft stad of politie geen rol in. Uiteraard kunnen zij materiaal bekomen via het project ‘vrijwilligers openbaar domein’ en is er een mogelijkheid tot samenwerking. De stad noch de politie weet echter welke burgers dit initiatief hebben opgestart en kunnen dus ook geen contact zoeken.

 

         Wat betreft de acties van Politie Lier en de gemeenschapswachten: welke aanpak wordt hier gehanteerd en waar zal de focus liggen: achterlaten van zwerfvuil, sluikstort of beiden?

De gemeenschapswachten doen beide. Ze werken zowel preventief als repressief op zwerfvuil maar gaan ook 3x per week concreet op zoek naar identificatie gegevens in sluikstort.

 

         Ondernemen de politiediensten acties om overtreders op heterdaad te betrappen, worden hiervoor camera's ingezet/is het mogelijk en haalbaar om hiervoor camera's in te zetten?

De LPL onderneemt geen acties op heterdaad. Team handhaving en preventie organiseert zulke acties meermaals per jaar (2 tot 4 keer per jaar). In december zal er een jaarplanning worden opgemaakt met 4 acties heterdaad aan bepaalde hotspots met verschillende vaststellende ambtenaren. Het is niet altijd mogelijk om overal camera’s te plaatsen. Hoewel de camera’s mobiel zijn moeten de omstandigheden goed zijn (genoeg licht, goed zicht op de hotspot, ...).

 

         Camera's bij de OCT's: Dragen die merkbaar bij tot een groter afschrikeffect en werden er sindsdien meer sluikstorters gevat?

De stad heeft twee mobiele camera’s ter beschikking die ingezet worden tegen het sluikstorten aan OCT’s. De eerste camera wordt ingezet sinds september 2015, de tweede sinds september 2016. Aan de hand van beelden van de eerste camera werden er in 2015 (sept-december) 21 bestuurlijke verslagen opgemaakt tav  personen die met een voertuig kwamen sluikstorten. Er werden in 2015 een 10-tal beelden van sluikstorters doorgestuurd naar de politie van personen die te voet kwamen sluikstorten. Vijf daarvan werden herkend en kregen een GASpv.

In 2016 tot eind februari 2017 werden er aan de hand van camerabeelden 14 bestuurlijke verslagen opgemaakt ten aanzien van personen die met een voertuig kwamen sluikstorten. Er werden in 2016 tot eind februari 2017 een 40-tal beelden doorgestuurd van personen die te voet kwamen sluikstorten.  Een 13-tal personen werden door de politie herkend en kregen een GASpv.

Er worden de laatste tijd veel meer personen gefilmd die te voet komen sluikstorten. Dit is afhankelijk van de locatie waar de camera wordt opgesteld. De beelden worden dan doorgestuurd naar de politie ter identificatie van de sluikstorters. Het aantal personen dat wordt herkend is afhankelijk van locatie tot locatie. Door de camera’s vergroot dus wel de pakkans. Camera’s hebben wel degelijk een afschrikeffect.

 

 

Interpellatie 3 : van Marcel Taelman (onafhankelijke) i.v.m. verkeersborden en parkeerreglement

Maanden voor het verlof had ik een interpellatie gebracht voor het aanpassen van het parkeer verordening reglement en de verkeersborden die verkeerd staan volgens het politiereglement.

 

Graag zou ik van de schepen horen wat er eigenlijk al uitgevoerd is of besproken is want Hij had beloofd vlak voor het verlof of kort daarna actie te ondernemen.

 

Antwoord Bert Wollants:

Geacht raadslid,

Enerzijds moet ik u erop wijzen dat de borden niet verkeerd staan volgens politiereglement, maar dat het wel aan te bevelen is om de hoogte aan te passen. Daarin en in het kader van het reglement rond de bewonerskaarten hebben nog geen verdere stappen kunnen zetten, o.a. ten gevolge van de langdurige ziekte van onze mobiliteitsambtenaar, die nog steeds buiten strijd is. Hierdoor moeten er keuzes worden gemaakt op vlak van de prioritair aan te pakken dossiers. Ondertussen verwachten we door de recente aanwerving van een bijkomende deskundige mobiliteit verbetering op dat vlak.

 

 

Interpellatie 4 : van Katrien Vanhove (GROEN) i.v.m. Normaalschool

De Groen-fractie volgt het dossier van de site van de voormalige Normaalschool al geruime tijd op. De afgelopen jaren stelden we regelmatig vragen, voornamelijk met betrekking tot de voorbereiding van het project. Zo was er bij aanvang sprake van een ruim participatieproces. Hier zagen we echter nauwelijks wat van.

 

Vandaag zijn de plannen voor de site ver gevorderd. Vanuit de Groen-fractie zijn we voorstander van het herinvullen van deze site. We zijn ervan overtuigd dat het project zoals het vandaag voorgesteld wordt, mooie troeven biedt aan onze stad.

 

Niettemin stellen we ons verschillende vragen en hebben we bezorgdheden bij de concrete plannen voor de Normaalschoolsite. Aangezien dit project een belangrijke landmark in onze stad zal zijn, vinden we het belangrijk hier met de voltallige gemeenteraad over te discussiëren. Daarom leggen we onderstaande vragen graag aan het college en de voltallige gemeenteraad voor.

 

1.We maken ons grote zorgen over de mogelijke in- en uitrit van een ondergrondse parking op het Kluizeplein. Dit is niet wat de buurt rondom dit gezellige plein nodig heeft of waar men op zit te wachten. Meer zelfs, dit zou een enorme negatieve impact hebben op de beleving en de leefbaarheid op en rond het plein en in de ruimere buurt.

 

2.In het voorstel is er een klein aandeel aan sociale huisvesting voorzien. We betreuren dit vanuit de Groen-fractie. Binnen dit project, binnen dit deel van de stad zou het net interessant zijn om meer ruimte te maken voor sociale woningen. In het project zijn er wel starterswoningen voorzien. Alleen zouden deze eenmalig (bij aanvang van het project) deze functie hebben en nadien niet meer. De eerste huurders van zo’n woning kunnen er onbeperkt blijven wonen wat natuurlijk voorbij gaat aan het idee van een starterswoning. Waarom wordt er niet gekozen voor een meer permanente invulling van het concept ‘starterswoning’ en dus werken met tijdelijke contracten?

 

3.We vermelden reeds hoezeer we het betreuren dat er geen aandacht is geweest voor participatie voorafgaand en in het proces van de ontwikkeling van deze plannen. De plannen konden kwaliteitsvoller en meer gedragen zijn, mochten er doorgedreven participatieprocessen hebben plaats gevonden. Maar onder het motto ‘zeg nooit, nooit’, kan het stadsbestuur hier nog een tandje bijsteken. Overweegt het stadsbestuur om nog participatie op te zetten met het oog op de artistieke en socio-culturele invulling van de site? Of in functie van de uitwerking van de incubatorfunctie?

 

Antwoord Bert Wollants:

1.In de bilaterale overlegmomenten met de buurt is in het verleden vooral de bekommernis gebleken dat  het verkeer, afkomstig van de nieuwe ontwikkelingen op de Normaalschool, via de Lindenstraat/Hazenstraat naar de ring zou rijden. Tijdens deze overlegmomenten is er het engagement geweest om met deze bekommernis rekening te houden.

Het ontsluiten van een beperkt deel van de parking is een gevolg van de parkeerverordening en voorafgaand studiewerk waaruit blijkt dat de impact beperkt is. Tevens leert de ervaring dat er bij dergelijke projecten misvattingen zijn omtrent de impact van dergelijke parkings waarbij men veeleer alleen rekening met de maximum capaciteit van de parking in plaats van het aantal gelijktijdige bewegingen.

Er werd ook een mobiliteitsscreening uitgevoerd vóór de gunning van het project. Daarbij werd rekening gehouden met met 177 wooneenheden. Nu weten we dat het project kleiner zal zijn en er ongeveer 140 woonheden op de site zullen komen. Uit deze oefening bleek dat in de ochtendspits ter hoogte van het kluizeplein rekening dient te worden gehouden te worden met 12 uitrijdende wagens en 6 toekomende wagens per uur. In de avondspits gaat het om 7 uitrijdende wagens en 13 toekomende wagens per uur.

Er wordt momenteel nog een meer gedetailleerde studie gemaakt op basis van het gewijzigde programma.

Uit de recente overlegmomenten is de bekommernis gebleken voor de mogelijke impact. Hier zal grotendeels tegemoet aan worden gekomen door de inplanting in-/uitrit op een plaats op het Kluizeplein dichter bij het kruispunt met de Berlarij. Het Kluizeplein zal zodoende worden aangelegd teneinde met deze nieuwe inplanting rekening te houden. In de begeleidende verkeersstudie wordt met dit alles rekening gehouden en zal zodoende terug met de buurt overleg worden.

 

2.Het Vlaamse woonbeleid wilt het sociaal woonaanbod versneld uitbreiden en geografisch spreiden. Elke gemeente kreeg daarom een bindend sociaal objectief (BSO) opgelegd. Binnen een vooropgestelde termijn moet de gemeente op haar grondgebied een aantal bijkomende sociale huurwoningen realiseren. Vanuit haar regisseursrol op het vlak van lokaal woonbeleid neemt de gemeente concrete initiatieven om tijdig dit BSO te behalen. Het bindend sociaal objectief is de rechtsplicht voor de gemeente om de opgelegde doelstelling inzake bijkomende sociale huurwoningen te realiseren in de periode 2009-2025. Lier heeft dit objectief DIT JAAR behaald. Indien men nog bijkomende sociale huurwoningen wil bouwen moet de gemeente een sociaal woonbeleidsconvenant afsluiten met de Vlaamse minister voor wonen. Lier vroeg 50 bijkomende sociale huurwoningen. De minister keurde er 15 goed voor de  sociale woonbeleidsconvenant die werd goedgekeurd op de gemeenteraad van september werd deze goedgekeurd voor 15 bijkomende sociale woningen. Zodra deze zijn ingevuld kan er een nieuwe convenant aangevraagd worden. Ter info: Lier beschikt nu over 7% sociale huurwoningen, het Vlaams gemiddelde bedraagt 6%. Inzake lopende projecten geven we tevens mee dat er reeds voorzien wordt in:

- In 2017 het project “Gendarmerie” werd opgeleverd met 6 woningen en 20 appartementen en is de aanbesteding lopende voor volgende projecten:

               Rivierstraat: 42 appartementen

               Donk: 40 appartementen

In 2018 worden volgende projecten opgeleverd:

               Handbogenhof: 35 appartementen

               Bogerse Velden Oost: 33 appartementen

Het inplannen van sociale woningen in dergelijke projecten (cfr Dungelhoeff, SION) is trouwens geen evidentie gebleken, zelfs niet toen deze wettelijk verplicht werden. Technische aspecten maar ook juridische aspecten liggen hieraan aan de basis (bijvoorbeeld medeëigendom).

Buiten de starterswoningen wordt in het project Normaalschool overwogen aan Kluizeplein doelgroepenwoonéénheden te voorzien (begeleid zelfstandig wonen, ed), evenzeer als de starterswoningen dienen de modaliteiten hier verder te worden bepaald. De opmerking dat starterswoningen slechts beperkt in de tijd dit karakter zouden hebben, is niet de ambitie van dit project.

 

3.Er zijn verschillende bilaterale overlegmomenten geweest met vertegenwoordigers van de buurt alsmede een globale voorstelling van het project waarop bezoekers hun opmerkingen schriftelijk kwijt kunnen. Deze opmerkingen worden verder besproken en zullen op korte termijn teruggekoppeld worden. Het is evenwel niet de opzet geweest om “luchtkastelen” te beloven aan de buurt maar een kwaliteitsvol en haalbaar project voor te  stellen. Bedoeling van deze manier van werken is om in de mate van het mogelijke wel degelijk rekening te houden met de opmerkingen van de buurt. Inzake de incubator bijvoorbeeld zullen startende bedrijven gezocht worden die een link met de creatieve sector hebben.

 

 

Interpellatie 5 : van Olivier Peeters (Vlaams Belang) i.v.m. toenemende verkeersdrukte op de gewestweg Antwerpsesteenweg Ring/Boechout/Ring (N10)

De gewestweg Antwerpsesteenweg is tussen de Ring en de grens met Boechout (N10) door de jaren heen volop ontwikkeld met winkels en winkelcentra. Deze zone wordt tot op vandaag uitgebreid met allerhande winkelmogelijkheden buiten het stadscentrum.

 

Tegelijkertijd werden de bestaande parellelwegen in beide rijrichtingen herleid tot slechts 1 rijbaan voor doorgaand verkeer, inclusief een inhaalverbod.

 

Voertuigen die vertragen om af te slaan naar een winkel zorgen er al eens voor dat achterliggend verkeer (onverwacht) in de remmen moet. Verder is het zo dat de verkeersdrukte op 1 rijbaan is toegenomen en ook in de toekomst vermoedelijk zal aanzwellen gezien het verhoogde aanbod aan winkels.

 

De creatie van zogenaamde ventwegen biedt hier mogelijk een oplossing. Beide rijstroken zouden in dat geval aan weerskanten worden opengesteld en een splitsing maken tussen doorgaand verkeer en afslaande voertuigen voor winkels.

 

Mijn vragen zijn hierover de volgende:

 

1)      Is het CBS zich bewust van de toenemende verkeersdrukte op deze as en van de gevaren om alle verkeersdrukte te kanaliseren op 1 rijstrook?

2)      Werd de huidige verkeerssituatie recent geëvalueerd met het Vlaams Gewest?

3)      Zo ja, in welke mate?

4)      Zo neen, wat vindt het CBS van het idee om werk te maken van ventwegen die de parallelwegen in beide rijrichtingen weer zouden openstellen?

 

Antwoord Bert Wollants:

Geacht raadslid,

De situatie van de Antwerpsesteenweg staat al jarenlang ter discussie. De stad stuurt hier aan op een bijsturing van de inrichting, maar het is wel zo dat deze weg onder het beheer van het Vlaams gewest. Dat maakt dat er steeds overleg nodig is om het Vlaams gewest hier tot de juiste conclusies te laten komen. Bovendien stellen zich op deze weg ook andere problemen dan deze die er door u worden aangehaald.

Ik schets ook tegelijk het ruimere kader, want ook die aspecten dienen te worden meegenomen in functie van de inrichting van de Antwerpsesteenweg.

 

Categorisering

De Antwerpsesteenweg werd in het verleden aangeduid als een secundaire weg type III, in het  mobiliteitsplan aangegeven met de extra vermelding ‘met goede doorstroming personenautoverkeer’. Deze typologie houdt het volgende in:

 

Secundaire wegen type III: de hoofdfunctie van deze wegen is het verbinden en/of verzamelen op (boven)lokaal niveau. De toegang gevende functie is echter dermate bepalend dat de verkeersfunctie van de weg niet gerealiseerd kan worden zonder de leefbaarheid van de omgeving in het gedrang te brengen. De weg zal als drager van belangrijke fiets- en openbaar-vervoerverbindingen, zowel lokaal als bovenlokaal, uitgebouwd worden.

 

Dat maakt dat bij de inrichting voor deze weg zowel aandacht moet zijn voor de verbindingsfuncties en dus is ook de doorstroming daar onlosmakelijk mee verbonden, maar de weg moet eveneens als drager van busverbindingen en fietsverbindingen goed functioneren. De combinatie van deze zaken maakt dat er ook aandacht moet zijn naar de oversteekbaarheid. Het immers zo dat als men de bus wil nemen vanuit Lier of vanuit de gemeenten ten noorden van Lier en men wil op die manier winkels of het bedrijventerrein bereiken, er altijd oversteekbewegingen noodzakelijk zijn. Ofwel in de ene dan wel in de andere richting.

 

Profiel Antwerpsesteenweg

Het profiel van de Antwerpsesteenweg is in de voorbije decennia al gewijzigd en ook in bijvoorbeeld het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan heeft hier ook uitspraken over gedaan. Ik was niet nauw betrokken bij de herinrichting in het verleden, Maar afgaande op de luchtfoto’s die beschikbaar zijn, lijkt deze te zijn uitgevoerd vóór 2003. Het concept daarvan lijkt te zijn dat op die stukken die zijn gelegen vlak voor een kruispunt er een verdrijvingsvak werd aangebracht, waardoor het verkeer terechtkomt op 1 rijstrook. Dit lijkt in de eerste plaats te zijn gedaan om kop-staartaanrijdingen te voorkomen.  Verkeer dat aan de kruispunten wil afdraaien, staat immers stil om die terugkeerbeweging te kunnen maken.  Gevolg daarvan is dat inhalend verkeer plots geconfronteerd wordt met stilstaande wagens. Ik kom daar straks op terug bij de analyse van uw voorstel.

 

Het provinciaal ruimtelijk uitvoeringplan heeft een aantal ontwerpmatige schetsen opgenomen die uitgaan van het aanleggen van ventwegen. Deze vereisen een grondige heraanleg van de Antwerpsesteenweg over een breedte van 35 meter. Dit ontwerp kan vandaag onder deze vorm wellicht geen goedkeuring meer krijgen. De rijstroken zijn immers te smal uitgetekend naar huidige normen, er is geen rekening gehouden met uitzonderlijk vervoer, er werd aan 1 zijde rekening gehouden met een fietspad dat een te smalle schuwstrook heeft ten opzichte van het autoverkeer en op sommige stukken is er zelfs sprake van gemengd verkeer voor fietsers, auto’s en vrachtwagens op de ventwegen. Mijn aanvoelen is dat dit plan een kind van haar tijd is.  Als men kiest voor een dergelijk ontwerp, zullen daarvoor de bouwvrije zones die gelegen zijn tussen de verschillende handelszaken en de Antwerpsesteenweg onteigend moeten worden om dit realiseren.

 

Ventwegen

Dat wil niet zeggen het Vlaams gewest zich verzet tegen het concept van de ventwegen, het Vlaams gewest heeft meer dan eens aangegeven, dat voor dit soort wegen dat wellicht de enige oplossing is, maar dat zij van mening zijn dat deze dienen te worden aangelegd buiten het huidig profiel van de Antwerpsesteenweg ter hoogte van de huidige parkeergelegenheid van een aantal handelszaken. Gelet op het ingrijpend karakter van een dergelijk heraanleg, zijn hiervoor op hun budgetten geen middelen voorzien. Dit is iets waar zij aan denken op lange termijn en niet op korte termijn.  Dit soort herinrichtingswerken vraagt overigens een grondig debat, want het heeft een belangrijke impact op de organisatie van de parkeergelegenheid voor de handelszaken in kwestie.

 

Evaluatie en plannen op korte termijn

Het is zo dat de stad al geruime tijd voorstander is van het vervangen van de huidige kruispunten door keerpunten waarin de verschillende bewegingen van elkaar gescheiden zijn. Momenteel is het bijvoorbeeld zo dat ter hoogte van de Guido Gezellelaan er verkeer van de Colruytparking doorsteekt  naar wijk Zevenbergen, verkeer van de Colruyt stad inwaarts draait, terugkeerbewegingen zijn van verkeer dat over de Antwerpsesteenweg richting Boechout rijdt en dat naar Lier wil terugdraaien, verkeer dat van de Antwerpsesteenweg richting Boechout naar wijk Zevenbergen wil en omgekeerd, verkeer dat van zevenbergen naar parking Hubo wil, zelfde voor verkeer komende van Antwerpen richting Hubo…. En wellicht vergeet ik er een paar.

We hebben hierover al meermaals contact gehad met het Vlaams gewest, dat een drietal varianten heeft uitgewerkt. Collega Breugelmans verwijst er in zijn interpellatie naar, nl. een voorstel met 7 keerpunten, een voorstel met 5 keerpunten en een voorstel met een lichtengeregeld kruispunt ter hoogte van de Guido Gezellelaan. Uit een eerste bespreking bleek dat het voorstel met 7 keerpunten geen extra meerwaarde heeft ten opzichte van het voorstel met de 5 keerpunten. De 2 mogelijkheden die momenteel worden meegenomen zijn dan ook het lichtengeregeld voorstel en het voorstel met de 5 keerpunten. Het is inderdaad zo dat er geen voorstel met een rotonde is opgenomen. Het enige voorstel dat ik daarover heb zien passeren in het licht van het dossier laporta-caroly is een voorstel waarbij tussen de rijbanen van de huidige Antwerpsesteenweg de 2 keerpunten in de vorm van een rotonde werden uitgevoerd. Dit levert echter bijzonder korte afslagstroken op, waardoor dit minder capaciteit geeft dan wanneer de keerpunten verder uit elkaar komen te liggen.

Er zijn in het verleden ook tellingen uitgevoerd, maar deze geven enkel een beeld van de ochtend en de avondspits tijdens de week. Een gedetailleerd beeld over bijvoorbeeld zaterdag, is hierin niet opgenomen. Wat gegevens zijn die absoluut nog ontbreken in het plaatje.

Voor wat betreft de site Anthonis werden de intensiteiten dit onderzocht in het kader van de Socio-economische vergunning. Dit levert voor de herinrichting echter geen bijkomende uitdaging omdat het concept van de keerpunten ter hoogte van colruyt de noodzakelijke capaciteit voorzien en dat de andere keerpunten naar dit voorbeeld worden uitgevoerd. Alle keerpunten zouden uitgevoerd worden met een in- en uitvoegstrook, zodat het al dan niet invullen van de Anthonissite geen verschil maakt, de capaciteit is immers al voorzien. Het concept met de verkeerslichten kan dat eventueel wel een uitdaging zijn, maar op dat vlak lijkt de keuze voor een concept met keerpunten dan verstandiger. Dat is ook altijd de voorkeur geweest van de stad. Dat is meteen ook het antwoord op de vragen van collega Breugelmans de noodzakelijke ingrepen zitten vervat in de plannen die momenteel worden voorbereid. Het is natuurlijk wel zo dat de geplande maatregelen effectief moeten worden uitgevoerd, dat de knoop met het Vlaams gewest moet doorgehakte worden over het ontwerp en dat de werken moeten kunnen starten. Het Vlaams gewest heeft deze middelen voorzien op hun meerjarenbegroting, maar er dient natuurlijk wel een ontwerp te zijn waar iedereen kan achterstaan.

 

Uw voorstel

Daarmee komen we dan naadloos op het voorstel van collega Peeters. Als ik het goed heb begrepen, stelt u voor de inrichting van de Antwerpsesteenweg te herstellen naar de toestand zoals deze was vóór de herinrichting meer dan 15 jaar geleden.  Zoals ik uw punt begrijp zou het doorgaand verkeer dan geacht worden te rijden op het linkervak en zou het rechtervak dan dienen als ventweg. De redenering die daarachter zit lijkt ervan uit te gaan dat afslaand verkeer naar de handelszaken het verkeer ophoudt en dat dit kan verholpen worden door het doorgaand verkeer op het linkervak te brengen. Mijns inziens gaat het verkeer op dat vak geconfronteerd worden met stilstaand verkeer dat wenst af te slaan aan de 4 kruispunten, nl. kruispunt plaslaar, kruispunt met de Guido Gezellelaan (richting Zevenbergen), kruispunt aan de Duwijckstraat en het keerpunt tegenover monti.

Ik kan u nu al voorspellen dat zo’n plan nooit zal goedgekeurd worden. Enerzijds omdat het agentschap voor wegen en verkeer nooit zal willen terugkeren naar een situatie die het risico op kop-staartaanrijdingen ernstig vergroot. Men combineert immers inhaalbewegingen over de  tussen haakjes ‘doorgaande‘ strook met stilstaand verkeer ter hoogte van de 4 punten. Het wisselt met andere woorden het ene probleem in voor een probleem dat zo mogelijk groter is. Anderzijds ook omdat dit soort zaken moet worden voorgelegd aan een gemeentelijke begeleidingscommissie waarin ook De Lijn en de mobiliteitsadviseurs van het departement mobiliteit en openbare werken zetelen. Nadien moet dit nog eens beoordeeld worden door een kwaliteitsadviseur, ik zie dit echt niet gebeuren.

Tot slot maakt een dergelijke keuze de herinrichting met keerpunten onmogelijk, waardoor de extra capaciteit en verbeterde verkeersveiligheid niet kan worden gerealiseerd. Hiermee zal de situatie aan die kruispunten problematischer worden en bovendien in de komende jaren niet meer worden aangepakt. Dat is voor de stad geen aanvaardbaar toekomstbeeld.

 

 

Interpellatie 6 : van Freddy Callaerts (sp.a) i.v.m. nieuw winkelcentrum Antwerpsesteenweg

Op 15/11/2017 verscheen er in de pers een artikel ivm een nieuw winkelcentrum op de Antwerpsesteenweg dat plaats moet bieden aan 4 handelsvestingen.

Sp.a Lier verwelkomt graag nieuwe iniatieven,zeker als deze gepaard gaan met extra werkgelegenheid,maar we stellen ons evenzeer vragen bij de gebrekkige communicatie en snelheid waarmee dit dossier behandeld wordt.

Op vele plaatsen is deze gewestweg meermaals per dag oververzadigd,ter hoogte van het kruispunt Colruyt durven vele Lierenaars de N13 tijdens de spits niet meer dwarsen.

 

Ik heb dan ook volgende vragen aan het cbs:

         Hoe past dit in de bredere strategie waarbij men de kleinhandel in de stad wil ondersteunen?

         Dreigt de Antwerpsesteenweg geen 2de Boomsesteenweg te worden?

         Welke concrete inspanningen werden er geleverd om de Albert-Heijn toestanden van enkele jaren geleden te vermijden?

         Werd de buurt hierbij betrokken en- of geinformeerd?

 

Antwoord schepen Lucien Herijgers:

I)Op 23 december 2016 kwam er een aanvraag binnen voor een socio-economische vergunning voor YGO bvba, Waterschransweg 2 te 2500 Lier. Het betreft een aanvraag dat betrekking heeft op de inplanting van een handelsgeheel met een totale netto handelsoppervlakte van 14.839 m², bestaande uit 4 handelsunits, namelijk:

         een detailhandel in meubelen en artikelen voor wooninrichting, onder het embleem YGO Meubelen, met een netto handelsoppervlakte van 9.348 m²

         netto handelsoppervlakte voorzien voor assortiment elektro, decoratie (meubelen) en non-food, bedragende 1.421 m²

         een detailhandel in sport- en vrijetijdskleding, sport-, vrijetijds- en kampeerartikelen, onder het embleem Decathlon, met een netto handelsoppervlakte van 3.270 m²

         een keukenspeciaalzaal, onder het embleem Keuken De Abdij, met een netto handelsoppervlakte van 800 m².

Het college besliste op basis van dit dossier in zitting van 13 maart ‘17 om de socio-economische vergunning: i.c. de inplanting van een handelsgeheel, bestaande uit de voornoemde 4 handelsunits - YGO bvba - Antwerpsesteenweg 467, 477, 479 en 489 GEDEELTELIJKE GOED TE KEUREN /GEDEELTELIJK TE WEIGEREN.

 

Het BESLUIT dd. 13 maart ’17 werd als volgt beargumenteerd:

Art 1 :

Het college verleent vergunning voor een handelsgeheel, bestaande uit 4 handelsunits,

namelijk:

         een detailhandel in meubelen en artikelen voor wooninrichting, onder het embleem YGO Meubelen

         een handelsoppervlakte voorzien voor assortiment elektro en decoratie (meubelen)

         een detailhandel in sport- en vrijetijdskleding, sport-, vrijetijds- en kampeerartikelen, onder het embleem Decathlon, behalve voor de vermelde “casualkledij”

         een keukenspeciaalzaak, onder het embleem Keuken De Abdij

Deze vergunning wordt verleend mits de mobiliteit op de Antwerpsesteenweg wordt

herbekeken en bijgestuurd in samenspraak met AWV.

Art 2:

Het college weigert derhalve :

         voor de tweede unit: het gedeelte voorzien voor “non-food”, daar dit onvoldoende

weergeeft welke soort goederen hiermee bedoeld worden, dit dient verduidelijkt te

worden

         voor de unit onder het embleem Decathlon, het gedeelte vermeld als “casualkledij”,

daar deze als periodieke goederen dienen beschouwd, welke door de toepasselijke

detailhandelsverordening hier niet toelaatbaar zijn. De kledij telkens vermeld bij de

onderscheiden sporten wordt beschouwd als uitzonderlijke goederen, en is dus wel

aanvaardbaar.

 

II)Collegebesluit dd. 6 juni 2017 houdende het afleveren van een stedenbouwkundige vergunning voor het bouwen van een handelsgeheel met 4 units en bijgaande parkings.

 

III)In aanvulling op voorgaand dossier omtrent het handelsgeheel vroeg bvba YGO recent de nodige socio-economische aan voor het wijzigen van het vergunde assortiment electro, decoratie (meubelen) van 1.421 m² naar een assortiment papierwaren, horeca-, bureau- en seizoensartikelen (verhuis) met een netto-verkoopoppervlakte 1.253 m². De totale netto-verkoopoppervlakte van het handelsgeheel neemt hierdoor af met 168 m², zodat de totale netto-verkoopoppervlakte 14.671 m² zal bedragen.

 

In zitting van 23 oktober ll. werd de socio-economische vergunning, i.c. de aanvraag voor de beperkte wijziging van een vergunning handelsgeheel langsheen de Antwerpsesteenweg in Lier,  geweigerd.

 

Het BESLUIT dd. 23 oktober ’17 luidde:

Art 1 :

Het college beslist de aanvraag van YGO bvba, Waterschransweg 2 te 2500 Lier

betreffende de beperkte wijziging van het reeds eerder goedgekeurde assortiment electro, decoratie (meubelen) van 1.421 m² naar een assortiment papierwaren, horeca-,bureau- en seizoensartikelen (verhuis) met een netto verkoopoppervlakte van 1.253 m² te weigeren.

Papierwaren kunnen noch als dagelijkse noch als uitzonderlijke goederen beschouwd

worden en kunnen dus volgens de stedenbouwkundige verordening detailhandel daar niet worden toegestaan.

 

Art 2 :

Het college beslist tevens deze aanvraag te weigeren omwille van de redenen aangehaald in het hierboven geformuleerde advies betreffende de mobiliteit, i.c.:  “Op zaterdag wordt er voor de verschillende vestigingen een bezoekersaantal van 3750 vooropgesteld. Op dergelijke piekdagen zullen er dan ook onvoldoende parkeerplaatsen ter beschikking zijn op de site (cfr. Albert Hein). Hierdoor zullen er op de Antwerpsesteenweg extra op- en afrijbewegingen gebeuren t.h.v. de vestiging en meer keerbewegingen op de Antwerpsesteenweg zelf. Bijgevolg zal de doorstroming nog meer in het gedrang komen dan momenteel op zaterdagen het geval is.

Openbaar vervoer en fietsverkeer zullen bijkomend extra gehinderd worden door afslaand en stilstaand verkeer. Meer conflictsituaties zullen ontstaan.

De bijkomende verkeerstromen vanuit het project veroorzaken een duidelijke toename van de verzadigingsgraad op de omliggende kruispunten en zeker op het kruispunt R16 – N10 zal er sterke hinder veroorzaakt worden. Hiervoor dienen er op de kruispunt R16 – N10 maatregelen toegepast te worden, zoals een grondige heraanleg dmv ondertunneling voor het doorgaand verkeer op de R16.”

De aangevraagde wijziging (cfr. AVA – component) zal aan deze situatie niets milderen, waardoor wordt gesteld dat de aanvraag te zwaar is om toe te laten zonder dat er ingrijpende maatregelen gebeuren op zowel de Antwerpsesteenweg zelf als op het aanliggende kruispunt R16 – N10.

 

 

Interpellatie 7 : van Koen Breugelmans (CD&V) i.v.m. herinrichting Antwerpsesteenweg

De afgelopen week kaartte ik zowel tijdens de commissie van schepen Wollants als deze van schepen Grootaers de herinrichting van het kruispunt Guido Gezellelaan / N10 aan.

 

Wat mij opviel is dat de schepen Wollants gewag maakte van 2 opties die het Vlaams Gewest momenteel onderzoekt, zijnde verkeerslichten of het dichtzetten van de doorsteek met creëren van keermogelijkheden (5 of 7 op het traject tussen de grens Boechout en de Ring). Schepen Grootaers ging er dan weer van uit dat er rotonde zou worden aangelegd.

 

Ik heb ook genoteerd dat er nieuwe tellingen zullen worden uitgevoerd om een en ander in kaart te brengen alvorens hierover een beslissing zal worden genomen.

 

Op mijn vraag of de nieuwe ontwikkelingen op de site Anthonis enige impact zullen hebben op de herinrichting van de N10 was het antwoord negatief. En dit verwondert ons toch wel.

 

Mijn vragen hieromtrent zijn:

         Is de impact van de nieuwe ontwikkeling (site Anthonis) op de verkeersafwikkeling op de N10 effectief onderzocht en in kaart gebracht?

         Is het CBS ervan overtuigd dat deze ontwikkeling geen impact heeft op de herinrichting van de Antwerpsesteenwegb en  van het kruispunt G.Gezellelaan – N10 en de ontsluiting van de wijk Zevenbergen in het bijzonder?

         Welke bijkomende infrastructurele maatregelen dringen er zich hierdoor eventueel op?

         Welke initiatieven zal het CBS ondernemen teneinde een vlotte én veilige ontsluiting van de wijk Zevenbergen te (laten) realiseren?

 

Antwoord Bert Wollants:

Aangezien de antwoorden overlappen worden de Interpellaties 5,6 & 7 samen beantwoord.

 

 

 

BESLUIT:

Kennisgenomen.

 

 

 

 

Publicatiedatum: 21/01/2019