Lier

Zitting van 19 december 2022

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

REGELING DER WERKZAAMHEDEN

 

 

Besluit:

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

MONDELINGE VRAGEN

 

MOTIVERING

Mondelinge vraag 1 : van Jan Hermans (Groen-Lier&Ko) i.v.m. Normaalschool

Het wooninbreidingsproject van de Normaalschaal is intussen goed op gang getrokken. In dat project is een aanzienlijk deel voorzien om openbaar domein te worden en als dusdanig vergund.

 

Naar aanleiding van enige ongerustheid in de buurt heb ik daarover de volgende vragen:

        Wie zal instaan voor het onderhoud van het groen op het toekomstig openbaar domein?

        Er wordt gefluisterd dat het (toekomstig) openbaar domein niet steeds voor iedereen toegankelijk zou zijn?

 

Kan het CBS enige duidelijkheid desbetreffende verschaffen en / of de voornoemde ongerustheid wegnemen

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Het openbaar domein van de normaalschool zal volgens de normale regels worden onderhouden in opdracht van de stad. Mogelijk vindt de verwarring haar oorzaak in het feit dat niet elke stuk terrein binnen de contouren van de normaalschool ook effectief openbaar domein is. Het rooilijnplan goedgekeurd door de gemeenteraad op 14/12/2020, geeft hier meer duidelijkheid.
Er is 1 uitzondering qua permanente openbaarheid, nl. het Barbara Vettersplein. Daar werd als gevolg van de dading met de buurtbewoners (GR 24 juni 2019) opgenomen:

“Er zal een geluidsarme poort voorzien worden naar het incubatorplein die voldoende hoog is (minimaal 3 meter) en welke sluit vanaf 22u tot 7u.”

 

 

Mondelinge vraag 2 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. bestuursdocumenten zonale reglementering bewonersparkeren

Een inwoner vraagt, in het kader van het bestuursdecreet van 7 december 2018, aan de stad Lier de bestuursdocumenten aangaande de invoering van een zonale reglementering bewonersparkeren in Anton Bergmannlaan, tussen Fredrerik Peltzerstraat en Ernest Staatslei in Lier.

 

Als antwoord krijgt de inwoner te horen dat er geen specifieke bestuursdocumenten meegedeeld kunnen worden met betrekking tot deze plaatsing. Er wordt dan nog meegedeeld dat deze borden ten tijdelijke titel geplaatst zijn tijdens de duur van de werken en dat er mogelijks een afspraak gemaakt is met de Parkeerwinkel.

 

Met andere woorden, er wordt in Lier een (tijdelijke) Blauwe Zone ingevoerd en verkeerstekens geplaatst zonder dat daar een besluit van bestaat, zonder dat van deze beslissing een document voorhanden is.

Conform artikel 56 van het Decreet Lokaal Bestuur dient hiervoor nochtans een beslissing genomen te worden door het schepencollege wanneer deze bevoegdheid door de gemeenteraad aan hen gedelegeerd is.

 

Ik had dan ook graag volgende van het CBS vernomen:

 

  1. Wie heeft de beslissing genomen voor de invoering van een zonale reglementering bewonersparkeren in Anton Bergmannlaan, tussen Frederik Peltzerstraat en Ernest Staatslei?
  2. Is dit besproken geweest binnen het cbs?
  3. Hoe verklaart het cbs dat hier geen besluit van hen of van de burgemeester over bestaat?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

De tijdelijke blauwe zone is rechtstreeks gekoppeld aan de werken die de Vlaamse Waterweg uitvoert aan de damplanken van de omleidingsvaart. Voor deze werken diende alle parkeerplaatsen in de Gaslei te worden geschrapt. Om die reden werd geopteerd voor het instellen van een tijdelijke blauwe zone om deze problematiek aan te pakken. Zoals u weet kunnen de bewoners met hun bewonerskaarten in normale omstandigheden quasi enkel terecht in de Gaslei en een stuk van de Van Boeckellaan in de onmiddellijke omgeving. Om die reden is er in het kader van de signalisatievergunning voor deze werken, geopteerd voor deze tijdelijke blauwe zone. Deze eindigt ook weldra, omdat de werken deze week worden beëindigd.
Het klopt dat dit diende te worden opgenomen in een tijdelijke politieverordening. Door het uitvallen van personeelsleden blijkt dit inderdaad administratief fout te zijn gelopen.

 

 

Mondelinge vraag 3 : van Nancy Dresen (Vlaams Belang) i.v.m. fietsen over de vesten op zondag

Fietsen op de Vesten is op zondag niet toegelaten. Deze regel is een viertal maanden geleden aangepast. Toch zijn er nog altijd mensen die denken dat deze regel voor hen niet van toepassing is.

 

In een krantenartikel las ik dat schepen Wollants verklaarde dat wie dat wel nog zou doen een boete riskeert. Wat uiteraard terecht is.

 

De realiteit vandaag is echter dat er nog heel wat fietsers geen gehoor geven aan dit fietsverbod op zondag over de Vesten.

 

Ik heb hierover dan ook volgende vraag voor het CBS:

        Is het cbs van mening dat er genoeg aan handhaving gedaan wordt om het fietsverbod op zondag over de Vesten af te dwingen?

 

Antwoord burgemeester Rik Verwaest:

Op een overleg (stad-handhaving-politie)  eind september werd afgesproken om in eerste instantie te sensibiliseren en dan pas te verbaliseren.

De communicatiedienst voorzag in een aantal affiches en spandoeken die op de Vesten werden geplaatst om fietsers erop te wijzen dat zaterdag de hele dag en zondag niet mocht worden gefietst. De gemeenschapswachten van dienst handhaving organiseerden drie zondagen een permanentie op de Vesten waarbij fietsers werden aangesproken.

Eerste maal werden een 32-tal fietsers aangesproken op de vesten. Enkel 1 fietser (met een elektrische fiets) is doorgereden (tegen snel tempo) zonder te luisteren, al de rest was vriendelijk en beleefd en is afgestapt. Tweede maal werden een 30-tal fietsers aangesproken op de vesten. Er werd ook 1 brommer gespot maar niet aangesproken gezien die te snel was. Derde maal, bij slecht weer, werd slechts 10-tal fietsers onderschept en aangesproken.

Op 16 oktober heeft de politie in uniform een actie op de vesten gehouden en fietsers aangesproken. 69 fietsers werden daarbij aangesproken en gevraagd om af te stappen. 1 bromfietser werd onmiddellijk beboet. De politie adviseerde om een grondige controle te doen van de signalisatie langs alle mogelijke invalswegen van de Vesten voor fietsers, om erover te waken dat er overal de wettige aanduidingen zijn.

Het is de bedoeling om nog acties te ondernemen, zowel door handhaving als LPL. De finaliteit van die acties zal uiteindelijk ook zijn om te verbaliseren: net zoals in de fietserstunnel of de fietszone zijn er limieten aan de effectiviteit van louter sensibilisering.  Zondag is geen evidente dag voor een brede personeelsinzet, dus het is een kwestie van plannen.

Met de communicatiedienst bekijken we ook de mogelijkheid om nog duidelijker aan te geven op de Vesten dat zondag uitsluitend wandeldag is daar. We zitten daar op het snijpunt tussen de verplichting om borden conform het verkeersreglement te gebruiken en de boodschap opvallend en duidelijk te formuleren, maar we vinden daar wel een oplossing.

 

 

Mondelinge vraag 4 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. parking De Mol

De lamentabele toestand van parking De Mol is schrijnend. Het wegdek op de parking is rot versleten met putten en scheuren die niet te zien zijn wanneer het donker is. Hierbij zijn er meerdere diepe putten die mogelijks schade kunnen toebrengen aan voertuigen.

De wegmarkeringen op de parking zijn zo goed als overal weggesleten waardoor voertuigen niet meer zien waar ze moeten parkeren en auto’s zich ‘op het zicht’ parkeren. Geen enkele aanduiding is terug te vinden hoe je van de parking weer afgeraakt waardoor auto’s nutteloze rondjes rijden op zoek naar de uitgang.

 

Ook op parking Tramweglei aan het station zijn de wegmarkeringen weggesleten.

 

Ik had dan ook graag volgende van het CBS vernomen:

 

  1. Staat een herstelling van het wegdek van parking De Mol op de planning? Zo ja, wanneer?
  2. Staat het (her)beschilderen van markeringen op parking De Mol op de planning? Zo ja, wanneer?
  3. Staat het (her)beschilderen van markeringen op parking Tramweglei op de planning? Zo ja, wanneer?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Herstellingen en hermarkering worden mee bekeken in het budget dat daarvoor wordt voorzien in 2023. Daarbij is er echter wel prioriteit voor fietspaden, fietsoversteken en aslijnen, vooraleer loutere parkeerlijnen aan bod komen.

 

 

Mondelinge vraag 5 : van Freddy Callaerts (Vooruit Lier) i.v.m. beveiliging netwerk

Na de cyberaanvallen van de laatste weken op de gemeente Zwijndrecht en de steden Antwerpen en Diest zou ik van het cbs graag vernemen hoe het gesteld is met de beveiliging van de netwerken van stad, OCMW en politie.

Zijn er in de nabije toekomst nog bijkomende maatregelen gepland om de beveiliging te verbeteren?

 

Antwoord schepen Rik Pets:

zie mondelinge vraag 6.

 

 

Mondelinge vraag 6 : van Geert Marrin (Groen-Lier&Ko) i.v.m. cyberveiligheid

Zoals we allen konden vernemen via de pers zijn de stedelijke overheidsdiensten van Antwerpen en Diest getroffen door een cyberaanval die grote schade toebrengt aan hun diensteverlening. Deze cyberaanvallen brengen bovendien ernstige risico’s met zich mee op het vlak van de bescherming van de persoonsgegevens van burgers.

 

Experten kunnen niet uitsluiten dat ook andere steden en gemeenten mogelijk reeds gehackt zijn, maar dat cybercriminelen wachten op een voor hen geschikt moment om ook effectief toe te slaan.

 

Mijn vragen ten aanzien van de schepen van ICT zijn de volgende:

 

  1. Ging Stad Lier reeds in op het aanbod om door een gespecialiseerde firma een ICT-veiligheidsaudit  te laten uitvoeren met cofinanciering van de Vlaamse overheid?

 

  1. Zo ja, wanneer vond deze audit plaats? Wat waren de voornaamste lessen die eruit werden getrokken en tot welke concrete acties hebben deze reeds geleid?

 

  1. Trad de schepen van ICT naar aanleiding van deze crisissituatie reeds in overleg met collega-schepenen van andere steden en gemeenten en/of met andere relevante actoren? En zo ja, tot welke vormen van bovenlokale samenwerking zal dit overleg mogelijk leiden?

 

Antwoord schepen Rik Pets:

In 2019 is er ingegaan op het aanbod van de Vlaamse overheid om een security audit uit te laten voeren.  Deze is eind 2019 uitgevoerd en bevatte een OSINT test (waarbij men op zoek gaat naar vrij op het internet beschikbare data over Lier), een externe netwerk audit (penetration test), een interne netwerk audit en een phishing test.

Uit de osint test bleek dat een aantal @lier.be mailadressen in het verleden betrokken waren bij enkele bekende lekken van externe sites.  Deze lekken waren al gekend bij de ict-dienst en de desbetreffende personen waren reeds verwittigd en hadden de verplichting gekregen hun wachtwoorden te wijzigen. 

Uit de netwerkaudits bleek dat op het netwerk hardware/software aanwezig was met bekende beveiligingslekken ondanks dat er een patch beleid is.  Om dit in de toekomst beter onder controle te houden en een beter zicht te hebben op aangesloten toestellen zoals toegangscontroles, sensoren, camera’s,… is een Next Generation Vulnerability management software aangekocht.  Deze software scant dagelijks het netwerk en de toegang tot het netwerk op mogelijke kwetsbaarheden. 

De phishing awareness is een continu aandachtspunt.  Er wordt meermaals per jaar een phishingtest uitgevoerd en op regelmatige basis worden richtlijnen opgenomen in de personeelscommunicatie.

Leden van de IT dienst volgden reeds de infosessies die de Vlaamse overheid heeft gehouden over deze specifieke hackings en volgen de maatregelen die de Vlaamse overheid nu neemt, zoals de opstart van een war room in samenwerking met het Centrum voor Cybersecutity België (CCB) mee op.

Daarnaast gebruikt de stad reeds twee jaar de diensten van C-smart voor het aanleveren van een DPO.  Deze overziet voor meerdere gemeentes het informatiebeveiligingsbeleid en leid de veiligheidscel.  Op dit moment is een nieuw veiligheidsplan in opmaak.

 

 

Mondelinge vraag 7 : van Marcel Taelman (Hart voor de Burger) i.v.m. afvoer Gaslei

Graag zou ik antwoord krijgen van het CBS of er al vorderingen zijn voor de aansluitingen van de rioleringen voor de woningen in de Gaslei.

Zijn er al maatregelen of voorbereidingen gebeurd om de afvalwaters af te leiden naar de straatriool.

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

De woningen in de Gaslei zijn allemaal aansluitbaar op de straatriolering. Het gaat daarbij om de leidingen binnenin de woning die voor 6 à 7 huizen nog niet conform zijn. We voorzien terugkoppeling naar de bewoners op dit vlak, voornaamste discussie blijft de overgangstermijn waarbinnen de bewoners de toestand in orde moeten brengen. Vanuit de buurt is de vraag gesteld om hiervoor een periode van 10 jaar te krijgen, terwijl deze termijn voor de stad nogal ruim lijkt te zijn.

 

 

Mondelinge vraag 8 : van Stijn Coenen (CD&V) i.v.m. tijdelijke verkeersborden

Meer en meer inwoners signaleren een manke aankondiging/communicatie i.v.m. wegen(werken) die een tijdelijk parkeerverbod vereisen. Al te vaak stellen inwoners ’s ochtends vast dat de dag voordien of zelfs de ochtend zelf borden geplaatst werden en dat ze dus de facto in overtreding stonden. In verschillende gevallen ook met een boete tot gevolg.

 

Mijn vragen:

        Hoeveel parkeerboetes op plaatsen met tijdelijke verkeersborden worden uitgeschreven?

        Tegen hoeveel van deze parkeerboetes wordt owv bovenstaande reden bezwaar aangetekend?

        Welke opvolging wordt hieraan gegeven?

        Wat is de oorzaak van dergelijke laattijdige communicatie en plaatsing van borden?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Voor vragen 1, 2 & 3: De stad beschikt niet over gegevens rond PV’s bij tijdelijke borden. Het PV wordt immers opgemaakt op basis van artikel 70.2.1. De wegcode maakt geen onderscheid op dit vlak tussen tijdelijke borden en vaste borden. Het is dan ook niet mogelijk afzonderlijke info te verkrijgen over het aantal bezwaren bij tijdelijke borden. De stad zal de vraag richten aan de sanctionerend ambtenaar, maar het is twijfelachtig of deze wel over deze info beschikt.

Het opvolgen van het verweer tegen deze boetes gebeurt ook niet door de Stad Lier, maar door de sanctionerend ambtenaar. Deze zal uiteraard elke situatie geval per geval bekijken en beoordelen.

De plaatsing van deze borden valt onder de verantwoordelijkheid van de titularis van de vergunning. Er worden ca. 5000 vergunningen per jaar afgeleverd hiervoor. Indien foute borden worden geplaatst of er worden borden geplaatst waarvoor de aanvrager geen vergunning heeft, kan de aanvrager hiervoor geverbaliseerd worden. Het is wel zo dat bij de plaatsing verschillende formaliteiten dienen te worden vervuld. Zo dienen volgende gegevens aan de politie te worden bezorgd:

        Naam van de uitvoerder

        datum en tijdstip van het plaatsen van de borden

        locatie van de geplaatste borden

        nummerplaten van de voertuigen die al geparkeerd staan ten tijde van het plaatsen van de borden en de locaties van de betreffende voertuigen.

 

De verbaliserende instanties houden ook rekening met deze gegevens. Indien toch een PV wordt opgemaakt kan via verweer aan de sanctionerend ambtenaar worden gevraagd hier rekening mee te houden. Indien men in gebreke is gebleven bij het plaatsen van de borden en het vervullen van de nodige formaliteiten zal de sanctionerend ambtenaar hier algemeen gesproken in het voordeel van de verweerder oordelen.

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

ACTUELE VRAGEN

 

MOTIVERING

Er werden geen actuele vragen ingediend.

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

VERSLAG GEMEENTERAAD 28 NOVEMBER 2022. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeenteraad vergaderde op 28 november 2022.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 28 november 2022 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

STAD & OCMW LIER - AANPASSING MEERJARENPLAN - DEEL STAD. VASTSTELLING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Stad en OCMW Lier hebben in december 2021 een aanpassing meerjarenplan opgemaakt voor de periode van 2022 tot 2025. Op financieel vlak bevat het de ramingen van de verwachte ontvangsten en uitgaven voor de periode van 2022 tot 2025 en de kredieten voor het boekjaar 2022.

 

Feiten en context

Het meerjarenplan moet minstens 1 keer per jaar worden aangepast om de ramingen uit het initiële meerjarenplan te herzien en de kredieten van het daaropvolgende jaar vast te stellen. In dezelfde aanpassing zullen tevens de kredieten van het lopende jaar worden bijgestuurd. Daarnaast dient ook het resultaat van het voorgaande jaar verwerkt te worden in het meerjarenplan.

 

De aanpassing van het meerjarenplan bestaat uit volgende onderdelen :

1. Een motivering van de wijzigingen

2. Een aangepaste strategische nota

3. Een aangepaste financiële nota, bestaande uit :

a. het aangepaste financieel doelstellingenplan (M1)

b. de aangepaste staat van het financieel evenwicht (M2)

c. het aangepaste overzicht van de kredieten (M3)

4. Toelichting

 

Bij de aanpassing van het meerjarenplan hoort ook nog een uitvoerige documentatie.

 

De beleidsrapporten van het meerjarenplan worden voortaan opgemaakt in het Pepperflow softwarepakket en zijn dus raadpleegbaar op het beleidsportaal van deze toepassing. Het geheel van de rapporten inclusief de aanvullende documentatie wordt op 1 locatie gebundeld op het beleidsportaal.

 

In het beleidsrapport worden de voorgestelde wijzigingen aan het MJP toegelicht, evenals de impact ervan op de autofinancieringsmarge (AFM) en schuldniveau.

 

Rekening houdend met alle voorgestelde bijsturingen, blijft de AFM van de groep (stad + OCMW) relatief stabiel tegen eind 2025. De AFM eind 2025 bedraagt nu 819.871 EUR.

 

Fasering

Volgende fasering dient gevolgd te worden in de besluitvorming rond de aanpassing van het meerjarenplan volgens art. 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur :

1. de OCMW-raad stelt eerst zijn deel van het aangepast meerjarenplan vast;

2. de gemeenteraad stelt vervolgens zijn deel van het aangepast meerjarenplan vast;

3. de gemeenteraad keurt ten slotte het deel goed dat de OCMW-raad heeft vastgesteld

 

Juridische grond

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen van 30 maart 2018;

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het aangepaste meerjarenplan en de aangepaste kredieten voor 2022 en 2023 voor wat betreft het gedeelte van de Stad vast te stellen. Het beschikbaar budgettair resultaat is jaarlijks positief en de autofinancieringsmarge eind 2025 bedraagt 819.871 EUR.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

STAD & OCMW LIER - AANPASSING MEERJARENPLAN - DEEL OCMW. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Stad en OCMW Lier hebben in 2019 een meerjarenplan opgemaakt voor de periode van 2020 tot 2025. Dat meerjarenplan vormt de basis voor het beleid tot 2025. Het bevat de te bereiken

resultaten of effecten en de actieplannen en acties die het bestuur daarvoor zal uitvoeren. Op

financieel vlak bevat het de ramingen van de verwachte ontvangsten en uitgaven voor de periode van 2020 tot 2025 en de kredieten voor het boekjaar 2020.

 

Feiten en context

De OCMW-raad heeft de aanpassing van het meerjarenplan, versie December 2022, voor wat betreft het OCMW-gedeelte vastgesteld. Via dit besluit keurt de gemeenteraad het OCMW-gedeelte van de aanpassing meerjarenplan dat door de OCMW-raad werd vastgesteld goed.

 

Fasering

Volgende fasering dient gevolgd te worden in de besluitvorming rond de aanpassing van het meerjarenplan volgens art. 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur :

1. de OCMW-raad stelt eerst zijn deel van het aangepast meerjarenplan vast;

2. de gemeenteraad stelt vervolgens zijn deel van het aangepast meerjarenplan vast;

3. de gemeenteraad keurt ten slotte het deel goed dat de OCMW-raad heeft vastgesteld

 

Juridische grond

Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;

Besluit van de Vlaamse Regering over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen van 30 maart 2018;

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

14 stemmen tegen: Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen, Jan Hermans en Gert Van Eester

1 onthouding: Freddy Callaerts

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 14 stemmen tegen - 1 onthouding

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de vaststelling door de OCMW-raad van het OCMW-gedeelte van de aanpassing van het meerjarenplan, versie december 2022, goed te keuren.

Het beschikbaar budgettair resultaat is jaarlijks positief en de autofinancieringsmarge eind 2025 bedraagt 819.871 EUR.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

ALGEMENE GEMEENTEBELASTING - AANPASSING REGLEMENT. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 27 januari 2020 heeft de gemeenteraad het belastingreglement algemene gemeentebelasting goedgekeurd voor de periode 01 januari 2020 tem 31 december 2025.

 

Feiten en context

In artikel 3 Belastingplichtige bestaat er momenteel onduidelijkheden en zijn er meerdere interpretaties mogelijk mbt de belasting voor ondernemingen. Met de aanpassing wensen we het reglement te verduidelijken.

De volgende bepaling werd toegevoegd "Indien een onderneming meerdere vestigingen heeft op het grondgebied van de stad Lier wordt elke vestiging apart belast."

 

Juridische grond

Artikel 173  van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 , artikel  41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

11 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 11 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt de aanpassing van artikel 3 van het reglement algemene gemeentebelasting goed met ingang op 1 januari 2023, zoals hierna vermeld.

 

Huidig artikel:

Artikel 3: Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de alleenstaanden en de gezinnen ingeschreven in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister van de stad alsook door elke onderneming met een maatschappelijke zetel of vestiging op het grondgebied van de stad.

 

wordt vervangen door:

Nieuw artikel:

Artikel 3: Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de alleenstaanden en de gezinnen ingeschreven in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister van de stad alsook door elke onderneming met een maatschappelijke zetel of vestiging op het grondgebied van de stad. Indien een onderneming meerdere vestigingen heeft op het grondgebied van de stad Lier wordt elke vestiging apart belast.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt de gecoördineerde versie van het reglement algemene gemeentebelasting goed.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

BELASTINGREGLEMENT OP DE AANVULLENDE PERSONENBELASTING 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In het verleden werd er een aanvullende belasting geheven op de personenbelasting. De looptijd van het bestaande reglement houdt op per 31 december 2022.

Het is aangewezen om het bestaande reglement te vernieuwen voor het jaar 2023.

 

Feiten en context

Voor het aanslagjaar 2023 wordt een aanvullende personenbelasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 01 januari van het aanslagjaar.

De belasting wordt vastgesteld op 7,9 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar.

Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande kalenderjaar.

 

Juridische grond

Gelet op de artikelen 464 tot en met 470/2 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992;

Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

6 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement op de aanvullende personenbelastingen aanslagjaar 2022, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 november 2021 op 1 januari 2023 op te heffen.

 

Art. 2 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement om aanvullende personenbelastingen aanslagjaar 2023, overeenkomstig het voorstel als bijlage goed te keuren.

 

Art. 3 :

De gemeenteraad beslist om voor het belastingreglement op de aanvullende personenbelasting een geldigheidstermijn vast te leggen van 01 januari 2023 tot en met 31 december 2023.

 

Bijlage:

 

GEMEENTELIJKE AANVULLENDE PERSONENBELASTING AANSLAGJAAR 2023

 

Juridische grondslag

Artikel 173 van de Grondwet,

Artikel 40 § 3, artikel  41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur, Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentelbelastingen,

Artikel 464/1,tot en  met 470/2 1° van het wetboek van inkomstenbelastingen 1992

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

 

Art. 1: Belastbaar feit

Voor het aanslagjaar 2023  wordt een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

 

Art. 2: Tarief en voorwaarden

De belasting wordt vastgesteld op 7.9 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

 

Art. 3: Vestiging en invordering

De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.

 

Art 4: Bekendmaking:

Het reglement treedt in voege op 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen. Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285, 286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

BELASTINGREGLEMENT GEMEENTELIJKE OPCENTIEMEN ONROERENDE VOORHEFFING AANSLAGJAAR 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het huidige belastingreglement waarin de opcentiemen op de onroerende voorheffing werden vastgesteld door de gemeenteraad, vervalt per 31 december 2022. Gezien de financiële toestand van de stad is het belangrijk om dit reglement te vernieuwen.

 

Feiten en context

Voor een termijn ingaand op 01 januari 2023 en eindigend op 31 december 2023 worden ten behoeve van de stad Lier 787 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.

 

Juridische grond

Artikel 170, §4, van de Grondwet, geen last of belasting kan door de agglomeratie, de federatie van gemeenten en de gemeente worden ingevoerd dan door een beslissing van hun raad.

Artikel 464, §1, van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 10 april 1992: De gemeente is niet gemachtigd tot het heffen van opcentiemen op de personenbelasting, op de vennootschapsbelasting, op de rechtspersonenbelasting en op de belasting van niet-inwoners of van gelijkwaardige belastingen op de grondslag of op het bedrag van die belastingen, uitgezonderd evenwel wat de onroerende voorheffing betreft.

Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit betreffende de onroerende voorheffing.

Decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

6 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement op de opcentiemen onroerende voorheffing aanslagjaar 2022, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 november 2021 op 1 januari 2023 op te heffen.

 

Art. 2 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement op de opcentiemen onroerende voorheffing aanslagjaar 2023, overeenkomstig het voorstel als bijlage goed te keuren.

 

Art. 3 :

De gemeenteraad beslist om voor het belastingreglement op de opcentiemen onroerende voorheffing een geldigheidstermijn vast te leggen van 01 januari 2023 tot en met 31 december 2023.

 

 

BIJLAGE:

 

Gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing, aanslagjaar 2023

 

Juridische grond

Artikel 170, §4, van de Grondwet, geen last of belasting kan door de agglomeratie, de federatie van gemeenten en de gemeente worden ingevoerd dan door een beslissing van hun raad.

Artikel 464, §1, van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 10 april 1992: De gemeente is niet gemachtigd tot het heffen van opcentiemen op de personenbelasting, op de vennootschapsbelasting, op de rechtspersonenbelasting en op de belasting van niet-inwoners of van gelijkwaardige belastingen op de grondslag of op het bedrag van die belastingen, uitgezonderd evenwel wat de onroerende voorheffing betreft.

Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit betreffende de onroerende voorheffing.

Decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies.

Artikel 41 §1 14° van het decreet lokaal bestuur

 

Artikel 1: Basis voor de belasting:

Voor een termijn ingaand op 01 januari 2023 en eindigend op 31 december 2023 worden ten behoeve van de stad Lier 787 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.

 

Artikel 2: Vestiging en inning

De vestiging en inning van deze gemeentebelasting zal gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.

 

Artikel 3: Bekendmaking

Het reglement treedt in voege op 01 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen.

Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285,286, inzonderheid § 1,1° van het decreet lokaal bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

OPCENTIEMEN OP DE DOOR HET VLAAMS GEWEST GEHEVEN HEFFING OP LEEGSTAANDE EN VERWAARLOOSDE BEDRIJFSRUIMTEN 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Jaarlijks dient het reglement op de opcentiemen op de gewestelijke heffing op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten te worden goedgekeurd.

 

Juridische grond

        Het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten

        Besluit van de Vlaamse regering van 01 juli 1997 tot uitvoering van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten.

        Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie-en gemeentebelastingen

        Artikelen 40,286,287 en 288 van het decreet lokaal bestuur

        Artikelen 41,162 en 170 van de grondwet

        Het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

 

Argumentatie

De stad Lier dient over de nodige financiële middelen te beschikken om de haar opgelegde taken naar behoren te kunnen vervullen. Hiervoor kan de stad Lier opcentiemen op de gewestelijke heffing op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten vestigen.

Het aanvullende percentage gemeentebelasting voor het aanslagjaar 2023 dient door de gemeenteraad te worden vastgelegd op voorstel en advies van het College van Burgemeester en Schepenen.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

10 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen en Jan Hermans

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 10 onthoudingen

 

BESLUIT

Art. 1 :

De gemeenteraad beslist om voor het aanslagjaar 2023 het aantal opcentiemen op de door het Vlaamse gewest geheven heffing op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten vast te stellen op 100 conform het reglement als bijlage.

 

Art. 2 :

De gemeenteraad beslist voor de invordering van de opcentiemen een beroep te doen op de administratie bevoegd voor ruimtelijke ordening.

 

 

BIJLAGE:

 

Opcentiemen op de door het Vlaams Gewest geheven heffing op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten

 

Juridische grondslag

Artikel 170,§4, Grondwet ;

Decreet over het Lokaal Bestuur;

de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, artikel 2.6.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4

het besluit van de Vlaamse Regering van 20 december 2013 houdende de uitvoering van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013 ;

het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten ;

het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juli 1997 tot uitvoering van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, inzonderheid Hoofdstuk III, artikel 15, betreffende de mogelijkheid om gemeentelijke opcentiemen te heffen ;

het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, art 464/1,2° ;

 

Artikel 1.- Belastbaar feit

Er worden voor het aanslagjaar 2023 ten voordele van de gemeente Lier, 100 opcentiemen geheven op de Vlaamse heffing op leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten.

 

Artikel 2.-  invordering en inning

De gemeente doet een beroep op de medewerking van het Agentschap Vlaamse Belastingdienst voor de inning van deze opcentiemen.

 

Artikel 3.- bekendmaking

Een afschrift van deze verordening wordt aan het Agentschap Vlaamse Belastingdienst toegezonden.

 

Artikel 4.- inwerkingtreding

Het reglement treedt in voege op 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen.

Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285, 286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

BELASTINGREGLEMENT OP GEBOUWEN EN/OF WONINGEN DIE BESCHOUWD WORDEN ALS ONBEWOONBAAR, ONGESCHIKT, VERWAARLOOSD, BOUWVALLIG OF LEEGSTAAND - AANPASSING VRIJSTELLING I.K.V. TIJDELIJKE TERBESCHIKKINGSTELLING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 17 februari 2020 keurde de gemeenteraad het belastingreglement op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd, bouwvallig of leegstaand goed.

 

Op 25 januari 2021 keurde de gemeenteraad een actualisatie van dit reglement goed.

 

Feiten en context

Leegstaande panden verlagen de aantrekkelijkheid van een handelskern. De stad maakte een reglement op om leegstaande gebouwen in kaart te brengen en de eigenaars te activeren tot nieuwe invulling aan de hand van een belasting.

Sinds 2020 is er een gecombineerd belastingreglement voor leegstaande woningen en gebouwen, verwaarloosde woningen en gebouwen en ongeschikte/onbewoonbare woningen.

 

Volledige vrijstelling voor kwalitatieve pop-up invullingen

Definitie pop-up: de huur van onroerende goederen of gedeelten van onroerende goederen die krachtens een uitdrukkelijke overeenkomst van partijen in de loop van de huur, door de huurder in hoofdzaak gebruikt worden voor het uitoefenen van een kleinhandel of het bedrijf van de ambachtsman, waarbij er een rechtstreeks contact is tussen de huurder en het publiek en die uitdrukkelijk is gesloten voor een termijn die gelijk is aan of korter is dan één jaar.

 

HUIDIG artikel 39 - Gedeeltelijke vrijstelling voor tijdelijk gebruik van een leegstaand gebouw in functie van het stimuleren van het ondernemerschap

§1. De houder van het zakelijk recht ontvangt een gedeeltelijke vrijstelling voor het eerstvolgende aanslagjaar nadat hij zijn pand minimum voor een periode van vier maanden aaneensluitend ter beschikking heeft gesteld voor een tijdelijk, publiek toegankelijk (socio-) cultureel initiatief of voor een pop-up handels- of horecazaak en zolang de functie(wijziging) strookt met de bepalingen die in omschreven zones gelden conform de Beleidsvisie detailhandel.

 

§2. Tijdens de vrijstellingsperiode stelt de houder van het zakelijk recht via de ondertekening van een lastgeving zijn leegstand gebouw ter beschikking voor tijdelijke invullingen, zoals pop-up (i.k.v. het decreet houdende de huur van korte duur van handel en ambacht) en startende ondernemers.

De houder van het zakelijk recht dient tijdens de vrijstellingsperiode de administratie op de hoogte te houden van elk bezettingscontract dat getekend wordt.

 

§3. De gedeeltelijke vrijstelling betreft een halvering van het heffingsbedrag, zoals bepaald in artikel 25 en wordt verleend voor een termijn van één jaar. Na deze vrijstellingsperiode wordt de houder van het zakelijk recht terug heffingsplichtig tenzij er opnieuw een gedeeltelijke vrijstelling kan worden aangevraagd voor een tijdelijk gebruik gedurende minimum vier maanden aaneensluitend. Het eerste jaar na de gedeeltelijke vrijstelling betaalt de houder van het zakelijk recht van het gebouw de heffing, zoals bepaald in artikel 25.

 

NIEUW artikel 39 - Vrijstelling voor tijdelijk gebruik van een leegstaand gebouw in functie van het stimuleren van het ondernemerschap

§1. De houder van het zakelijk recht ontvangt een vrijstelling voor het eerstvolgende aanslagjaar waarbij hij zijn pand minimum voor een periode van vier maanden aaneensluitend ter beschikking heeft gesteld voor een kwalitatief tijdelijk, publiek toegankelijk (socio-) cultureel initiatief of voor een kwalitatieve pop-up handels- of horecazaak en zolang de functie(wijziging) strookt met de bepalingen die in omschreven zones gelden conform de Beleidsvisie detailhandel. Bij een kwalitatieve pop-up zal de huurder het pand gebruiken bij de uitoefening van een kleinhandelszaak of de opstart van een bedrijf van de ambachtsman, waarbij er een rechtstreeks contact is tussen de huurder en het publiek. Het college van burgemeester en schepenen zal bij de behandeling van de vrijstelling de kwaliteit van de pop-up verder beoordelen op basis van objectieve data verkregen uit de detailhandelsdatabank Locatus, openingsuren, aankleding van de winkel,...(niet-limitatieve lijst).

 

§2. Tijdens de vrijstellingsperiode stelt de houder van het zakelijk recht via de ondertekening van een lastgeving zijn leegstaand gebouw ter beschikking voor tijdelijke invullingen, zoals pop-up (i.k.v. het decreet houdende de huur van korte duur van handel en ambacht) en startende ondernemers.

 

De houder van het zakelijk recht dient tijdens de vrijstellingsperiode de administratie op de hoogte te houden van elk bezettingscontract dat getekend wordt.

 

§3. Na deze vrijstellingsperiode wordt de houder van het zakelijk recht terug heffingsplichtig tenzij er opnieuw een vrijstelling kan worden aangevraagd voor een tijdelijk gebruik gedurende minimum vier maanden aaneensluitend.

 

Andere wijzigingen

Bovenstaande aanpassing gericht op leegstaande handelspanden kan meegenomen worden met andere aanpassingen van het belastingreglement op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd, bouwvallig of leegstaand, die voorgesteld worden vanuit de ervaring met de uitvoering van het reglement. Deze verdere aanpassingen beogen het reglement beter uitvoerbaar te maken en betreffen: juridische aanpassingen, administratieve vereenvoudigingen en aanpassingen aan enkele vrijstellingsgronden. Het gaat voornamelijk over:

        update van definities: conform de hogere wetgeving en naar een meer zuivere omschrijving (verschillende artikels, bv. in de definitie van een leegstaande woning in artikels 19 en 20 worden de niet-omschreven gelijkgestelde functies geschrapt en wordt de beoordeling van een tweede verblijf overgelaten aan het reglement op tweede verblijven);

        schrapping van de bepaling dat vrijstellingen konden vervallen; vrijstellingen zijn definitief (verschillende artikels: 25, 27, 30, 40);

        schrapping van de geldboete die verschuldigd was indien termijnen niet gerespecteerd werden (verschillende artikels: 3, 26, 29);

        aanpassingen met betrekking tot de administratieve procedure en bewijslast (bv. artikel 23);

        afronding van een vast heffingsbedrag van €2800 voor woningen en voor gebouwen buiten het kernwinkelgebied en €5600 voor gebouwen in het kernwinkelgebied (artikel 25);

        verruiming van de voormalige vrijstelling voor sociale huisvestingsmaatschappijen naar andere actoren die werken aan meerdere woningen en/of gebouwen willen uitvoeren, volgens suggestie van Wonen-Vlaanderen om een schending van het gelijkheidsbeginsel te vermijden (artikel 28);

        aanpassing in verband met de mogelijke onderbreking in de vrijstelling voor renovatie (artikel 29);

        vervanging van de vrijstelling voor de nieuwe houder van het zakelijk recht van een beschermd momument, voor vijf jaar zonder verdere voorwaarden, (voormalig onderdeel van artikel 27) en de extra vrijstelling van één jaar voor de renovatie van een beschermd monument (voormalig artikel 31) door een nieuwe vrijstelling voor onroerend erfgoed, die in schijven wordt toegekend na jaarlijkse rapportering en in overleg met erfgoedconsulent, met de bedoeling om korter op de bal te kunnen spelen in het voortraject van de renovatie (nieuw artikel 31);

        verruiming van de vrijstelling voor de enige, eigen woning die van toepassing was op de inventaris ongeschikt-onbewoonbaar naar de inventaris verwaarlozing, voor zover de eigenaar beperkte middelen heeft, volgens suggestie van Wonen-Vlaanderen (artikel 33).

        Artikel 20: toevoeging van indicatie voor leegstand bij gebouwen: Gebouwen die voorkomen in de KBO maar slechts in zeer beperkte mate worden aangewend voor beroepsmatige en/of economische doeleinden, bv. door er een vestigingseenheid in onder te brengen die slechts voor het publiek toegankelijk is gedurende beperkte openingstijden. Beperkte openingstijden zijn openingstijden die minder dan de helft bedragen van de openingstijden van soortgelijke vestigingseenheden.

 

Juridische grond

Gelet op de grondwet, meer bepaald artikel 170 §4; Gelet op het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 (ook wel heffingsdecreet genoemd); Gelet op de Vlaamse Codex Wonen van 2021; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen[1]procedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, artikel 2.2.6, met latere wijzigingen; Gelet op het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, en latere wijzigingen, in het bijzonder op het artikel 40 §3, artikel 41 14°, artikel 286 §1, artikel 287, artikel 288 en artikel 330; Gelet op het decreet van 23 december 2016 houdende diverse fiscale bepalingen omtrent de invordering van niet-fiscale schuldvorderingen, ingezonderd artikels 12, 24 en 25; Gelet op de omzendbrief van 15 februari 2019 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding houdende de onderrichtingen betreffende de gemeentefiscaliteit;

 

Adviezen

Team Ondernemen

Voor team Ondernemen is het verminderen van de leegstand van gebouwen (handelspanden) in het kernwinkelgebied van Lier een topprioriteit. De marktwerking bepaalt in eerste instantie of ondernemers beslissen een vestiging in Lier te openen. Op basis van vraag en aanbod komen ondernemers en vastgoedeigenaars al dan niet tot een akkoord over de invulling van een leegstaand pand.  De stad is dus afhankelijk van externe factoren, maar kan wel verschillende rollen spelen in dat proces: 

        Een kader scheppen over welke functies toegestaan zijn in het kernwinkelgebied (via de beleidsvisie detailhandel)

        Faciliterende acties nemen: door de begeleiding van geïnteresseerde ondernemers die een vestiging in Lier willen openen, door vastgoedeigenaars/makelaars en ondernemers met elkaar in contact te brengen, pop-ups te faciliteren, door panden aantrekkelijker te maken via bestickering, beleving te creëren in het kernwinkelgebied, etc

        Financiële ondersteuning bieden (de wortel): ondernemers die een leegstand pand in het kernwinkelgebied invullen, kunnen tot 8000 euro premie krijgen voor de invulling en 500 euro om de etalage in te richten. Er ligt nu een voorstel klaar om ook wonen en werken boven handelspanden financieel te ondersteunen via een premiereglement.

        Financieel bestraffend optreden (de stok): wanneer een gebouw (handelspand) langdurig blijft leegstaan, via een belasting eigenaars aanmoedigen voor een invulling te zorgen, bijv. door hun huurprijs marktconform te maken.

 

Team Ondernemen laat momenteel de beleidsvisie detailhandel evalueren door provincie Antwerpen. Op faciliterende acties zoals hierboven omschreven wordt eveneens sterk ingezet. De financiële ondersteuning in de vorm van de invullingspremie moet ook zeker behouden blijven, aangezien er grote interesse in deze maatregel is vanuit startende ondernemers.

 

Een eerste aanpassing die team Ondernemen voorstelt, is het aantrekkelijker maken van pop-ups in leegstaande handelspanden. Momenteel krijgt de eigenaar of zakelijke gerechtigde van een handelspand die een pop-up toestaat een gedeeltelijke vrijstelling van de leegstandsbelasting na 4 maanden.

 

Team Ondernemen is vragende partij om een volledige vrijstelling toe te kennen na 4 maanden aaneensluitende pop-up in een leegstaand handelspand. De maatregel kan naar onze mening meer dynamiek brengen in ons handelsapparaat en meewerkende eigenaars belonen voor hun inspanningen. Nu komen we vaak in situaties waarin meewerkende eigenaars alsnog deels belast worden, wat de samenwerking niet bevordert. Het creëren van twee termijnen voor gedeeltelijke en volledige vrijstelling zou leiden tot meer administratie en kans op discussie, wat niet wenselijk is vanuit ons perspectief.

 

Wat betreft de eerder bestraffende maatregelen, stelt team Ondernemen voor de termijn voor het heffen van de belasting te behouden op 1 jaar. De conjunctuur en de markt bepalen grotendeels de kans op invulling. Zes maanden, zoals Mechelen als enige Vlaamse stad doet, is in moeilijke economische tijden, in een kleinere stad als Lier, kort. Lier heeft een beperkt bovenlokaal verzorgingsgebied, terwijl zeker de ketens hun fysieke vestigingen steeds meer voorbehouden voor de centrumsteden. De energiecrisis zorgt voor onzekere tijden voor ondernemers. We moeten dus realistisch zijn en verwachten niet dat ondernemers de komende tijd in de rij gaan staan voor de leegstaande Lierse panden.

 

Team Ondernemen is als experiment in augustus 2022 reeds gestart met het sneller contacteren van eigenaars van leegstaande handelspanden. Na 3 maanden krijgen ze een eerste waarschuwing waarin staat dat ze na een jaar belast zullen worden en dat we vanuit de stad willen meewerken aan een invulling van het pand. We stellen voor deze aanpak een jaar te laten lopen en nadien te evalueren of die geleid heeft tot snellere invullingen.

 

Team Ondernemen is geen vragende partij om het bedrag van de belasting nog verder te verhogen. De leegstandsbelasting van Lier is al bij de hogere in de omgeving:

 

        Mechelen 

Het basisbedrag van de heffing voor gebouwen wordt vastgesteld op:

a) 28,00 euro/m² van de perceeloppervlakte in het gebied extra muros met een minimum van 4.218,00 euro per belastbaar gebouw.

b) 52,00 euro/m² van de perceeloppervlakte in het basisgebied met een minimum van 4.218,00 euro per belastbaar gebouw.

c) 73,00 euro/m² van de perceeloppervlakte in het kernwinkelgebied met een minimum van 6.240,00 euro per belastbaar gebouw.

 

        Antwerpen

2800 euro per gebouw met een maximum van 5 x 2800 euro na +5 jaar leegstand.

 

        Heist-op-den-Berg 

voor een leegstaand gebouw:

a) 990 euro voor een leegstaand gebouw buiten het kernwinkelgebied ‘Bergstraat’

b) 1.800 euro voor een leegstaand gebouw in kernwinkelgebied ‘Bergstraat’

maximaal maal 5 na  +5 jaar leegstand

 

        Herentals

1500 euro maximaal maal 5 na +5 jaar leegstand

 

        Geel

a) 2.000,00 euro voor een gebouw gelegen in de handelskern;

b) 1.500,00 euro voor een gebouw gelegen buiten de handelskern

Maximaal 4 maal met 1,5 te vermenigvuldigen na +4 jaar leegstand

 

        Mortsel

1.250 € voor de eerste termijn van 12 maanden.

1.250 € per bijkomende termijn van 12 maanden tot maximum 5 x 1.250 euro na +5 jaar leegstand.

 

Enkel Mechelen (een centrumstad met een ruimer verzorgingsgebied) treedt financieel nog strenger op. Team Ondernemen denkt niet dat een verhoging van het bedrag de leegstand in Lier significant zal doen afnemen en vreest hiermee eerder kleine vastgoedeigenaars met slechts 1 pand bovenmatig te treffen, terwijl grote vastgoedeigenaars de verhoging niet zullen voelen of juridisch zullen aanvechten.

 

Team Ondernemen wil zich vooral focussen op het actief contacteren en begeleiden van zowel eigenaars, makelaars als kandidaat-huurders/investeerders om zo positieve verandering in het kernwinkelgebied teweeg te brengen.

 

Economische raad

In de zitting van 11/10/22 kreeg de economische raad de vraag welke strategie vanuit hun perspectief de meest aangewezen is om snellere invulling van leegstaande handelspanden in het kernwinkelgebied te bekomen? Daarbij werden volgende opties als te overwegen voorgelegd:

        Verlagen of verhogen van het bedrag van de leegstandsbelasting

        Verkorten of verlengen van de termijn (momenteel 1 jaar) waarna een pand belast wordt op leegstand

        Pop-ups aantrekkelijker of minder aantrekkelijk maken door een kleinere of grotere vrijstelling te geven of meer of minder langdurige pop-ups recht geven op de vrijstelling

        Verbouwingen van handelspanden meer of minder aantrekkelijk maken

        Meer inzetten op het begeleidingsaspect (de wortel) versus sterker inzetten op het bestraffende aspect (de stok)

       

 

Na een grondige discussie over de verschillende mogelijke pistes, formuleerde de economische raad volgend advies:

        Het bedrag van de leegstandsbelasting zou verhoogd mogen worden naar 3000 euro per jaar voor gebouwen buiten het kernwinkelgebied en 6000 per jaar voor gebouwen binnen het kernwinkelgebied, maximaal met 4 te vermenigvuldigen.  Deze verhoging heeft financieel niet meteen een grote positieve impact, maar geeft wel het signaal dat het stadsbestuur streng wil optreden tegen leegstand.

        Pop-ups kunnen nog aantrekkelijker gemaakt worden, maar 4 maanden is het minimum voor een kwalitatieve invulling die recht geeft op vrijstelling. Daarom stelt de economische raad voor de gedeeltelijke vrijstelling van 50% na 4 maanden te behouden en de volledige vrijstelling toe te kennen na in totaal 6 maanden invulling met een kwalitatieve pop-up.

        De termijn waarna een pand belast wordt, mag voorlopig behouden blijven op 1 jaar leegstand. Als blijkt dat de aanpak waarbij team Ondernemen al na drie maand contact opneemt met de eigenaar zijn vruchten niet afwerpt, dan kan een verkorting alsnog overwogen worden.

 

Lokaal Woonoverleg

Op het lokaal woonoverleg van 16/06/2021 werd het belastingreglement geëvalueerd en mogelijke wijzigingen besproken.

Op het lokaal woonoverleg van 06/10/2022 werd de volledige, aangepaste versie van het belastingreglement, met uitgelichte artikels 28, 31 en 33, besproken. Het lokaal woonoverleg gaat akkoord met het voorstel om een advies te verlenen aan het college in kader van vrijstellingsaanvragen volgens artikel 28. Het doet hierbij beroep op de kennis van de omgevingsambtenaar, die lid is van het lokaal woonoverleg. Het lokaal woonoverleg geeft een positief advies over de aanpassingen.

 

Juridische dienst

Positief advies

 

Financiële dienst

Geen opmerkingen

 

Technisch Bureau - Erfgoed

Er dient minstens een jaarlijkse schriftelijke rapportage over de voortgang van de voorbereidingen te gebeuren. Het is belangrijk dat de dossiers kort op de bal kunnen worden opgevolgd om verder leegstand te vermijden. Ook het plaatsbezoek wordt best gekoppeld aan de rapportage.

 

 

Argumentatie

Overwegende dat de langdurige leegstand en verwaarlozing van woningen en gebouwen op het grondgebied van de gemeente van de gemeente voorkomen en bestreden moet worden om de verloedering van de leef- en woonomgeving tegen te gaan;

Overwegende dat leegstand één van de meest hinderlijke elementen in het straatbeeld van een handels- en/of dorpskern en omliggende straten vormt. Het beïnvloedt op een negatieve wijze de aantrekkelijkheid van een gemeente doordat een desolate indruk wordt gecreëerd;

Overwegende dat de langdurige leegstand en/of verwaarlozing van woningen en gebouwen een negatieve impact hebben op het straatbeeld en veiligheidsgevoel;

Overwegende dat leegstaande en/of verwaarloosde gebouwen hierdoor een grotere negatieve impact hebben op de aantrekkelijkheid van de gemeente dan leegstaande woningen;

Overwegende dat de gemeente ook opteert om de belasting voor gebouwen reeds verschuldigd te maken vanaf opname in het register van leegstand en verwaarlozing, zodat het positieve effect van deze belasting sneller zal kunnen worden waargenomen en negatieve effecten van de leegstand en verwaarlozing minder lang aanslepen;

Overwegende dat een concentratie van kleinhandelsactiviteiten in het kernwinkelgebied bijdraagt tot een nabij en bereikbaar aanbod voor een grote bevolkingsconcentratie, wat tegelijkertijd kleinhandelslinten op het grondgebied vermijdt;

Overwegende dat de aantrekkingskracht voor dit verblijfsklimaat sterk bepaald wordt door het pakket aan voorzieningen inzake detailhandel en horeca, alsook de kwaliteit ervan;

Overwegende dat leegstand en verwaarlozing nefast is voor de commerciële ontplooiing van het kernwinkelgebied en negatief is voor de uitstraling en imago van de stad noopt dit tot een gedifferentieerde fiscale aanpak van de leegstand en verwaarlozing van handelspanden in het kernwinkelgebied;

Overwegende dat de gemeente daarom opteert voor een gedifferentieerd tarief afhankelijk van de zone waarin het gebouw gelegen is;

Overwegende dat deze leegstand en verwaarlozing structureel aangepakt moet worden. Het verminderen van het aantal leegstaande handelspanden en de tijdelijke invulling van leegstaande handelspanden werden hierdoor mee voorzien als activeringsmogelijkheid;

Overwegende dat de vrijstellingen van registratie en/of belasting die in dit reglement zijn opgenomen, het best aansluiten bij de noden en het beleid van de gemeente;

 

De gemeenteraad overweegt een volledige vrijstelling voor kwalitatieve pop-up invullingen goed te keuren en mee te nemen in het geheel van aanpassingen aangaande het belastingreglement op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, bouwvallig of leegstaand.

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

11 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 11 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het belastingsreglement op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd, bouwvallig of leegstand, zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van 25 januari 2021, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art. 2 :

De gemeenteraad beslist het belastingsreglement op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd, bouwvallig of leegstand, zoals hierna toegevoegd als bijlage, goed te keuren.

 

 

Art. 3 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

4

financiële dienst, wonen, erfgoed, juridische dienst

 

 

Bijlage:

 

Belasting op gebouwen en/of woningen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd, bouwvallig of leegstand

 

 

Juridische grond

Gelet opdegrondwet,meerbepaaldartikel170§4;

Geletophetdecreetvan22december1995houdendebepalingentotbegeleidingvandebegroting1996(ookwelheffingsdecreetgenoemd);

GeletopdeVlaamseCodexWonenvan 2021;

GeletophetbesluitvandeVlaamseRegeringtotuitvoeringvandeVlaamseCodexWonenvan2021;

Geletophet decreetvan26maart 2004betreffendeopenbaarheidvanbestuur;

Geletophetdecreetvan30mei2008betreffendedevestiging,deinvorderingendegeschillen-procedurevanprovincie-engemeentebelastingen,enlaterewijzigingen;

Geletophetdecreetvan27maart2009betreffendehetgrond-enpandenbeleid,artikel2.2.6,metlatere wijzigingen;

GeletophetdecreetLokaalBestuurvan22december2017,enlaterewijzigingen,inhetbijzonderophetartikel40§3,artikel4114°,artikel286§1,artikel287,artikel288enartikel 330;

Gelet op het decreet van 23 december 2016 houdende diverse fiscale bepalingen omtrent deinvorderingvanniet-fiscaleschuldvorderingen,ingezonderdartikels12,24en25;

Gelet op de omzendbrief van 15 februari 2019 van de Vlaamse minister van BinnenlandsBestuur,Inburgering,Wonen,GelijkeKansenenArmoedebestrijdinghoudendedeonderrichtingenbetreffende degemeentefiscaliteit;

Gelet opdefinanciële toestand van degemeente;

 

Motivering

Overwegende dat het besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse CodexWonenvan 2021degemeenteaanduidtalscoördinatorvan hetwoonbeleid;

Overwegende dat op basis van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 gemeenten een registervan leegstaande en/of verwaarloosde woningen en gebouwen kunnen bijhouden;

Overwegendedateengemeentelijkreglementaangenomendienttewordenwaarindeindicatiesvanleegstanden/ofverwaarlozingendeproceduretotvaststellingvandeleegstanden/ofverwaarlozingworden vastgesteld;

Overwegende dat de langdurige leegstand en verwaarlozing van woningen en gebouwen ophetgrondgebiedvandegemeentevoorkomenenbestredenmoetwordenomdeverloederingvan de leef-en woonomgevingtegen tegaan;

Overwegendedatleegstandéénvandemeesthinderlijkeelementeninhetstraatbeeldvaneenhandels-en/ofdorpskernenomliggendestratenvormt.Hetbeïnvloedtopnegatievewijze de aantrekkelijkheid van een gemeente doordat een desolate indruk wordt gecreëerd;

Overwegendedatdelangdurigeleegstanden/ofverwaarlozingvanwoningenengebouweneennegatieveimpacthebbenop hetstraatbeeldenveiligheidsgevoel;

Overwegendedathetwenselijkisdathetophetgrondgebiedvandegemeentebeschikbarepatrimonium voorwonen optimaalbenutwordt;

Overwegendedatleegstaandeen/ofverwaarloosdegebouwenhierdooreengroterenegatieveimpacthebbenopdeaantrekkelijkheidvandegemeentedanleegstaandewoningen;

Overwegendedatdegemeenteookopteertomdebelastingvoorgebouwenreedsverschuldigd te maken vanaf opname in het register van leegstand en verwaarlozing, zodathetpositieveeffectvandezebelastingsnellerzalkunnenwordenwaargenomenennegatieveeffectenvan deleegstandenverwaarlozingminderlang aanslepen;

Overwegende dat de strijd tegen leegstand en verwaarlozing echter slechts een effect zalhebben alsde opname van dergelijke woningen en gebouwen ineenleegstandsregisteren/ofregister vanverwaarlozingookdaadwerkelijkleidttoteenbelasting;

Overwegendedateenconcentratievankleinhandelsactiviteiteninhetkernwinkelgebiedbijdraagt tot een nabij en bereikbaar aanbod voor een grote bevolkingsconcentratie, wattegelijkertijdkleinhandelslinten op hetgrondgebiedvermijdt;

Overwegendedatdeaantrekkingskrachtvoorditverblijfsklimaatsterkbepaaldwordtdoorhet pakket aan voorzieningen inzake detailhandel en horeca, alsook de kwaliteit ervan;

Overwegendedatleegstandenverwaarlozingnefastisvoordecommerciëleontplooiingvanhetkernwinkelgebiedennegatiefis voor de uitstralingenimago vandestad nooptdittoteengedifferentieerdefiscaleaanpakvandeleegstandenverwaarlozingvanhandelspandeninhetkernwinkelgebied;

Overwegendedatdegemeentedaaromopteertvooreengedifferentieerdtariefafhankelijkvande zone waarin hetgebouwgelegenis;

Overwegendedatdezeleegstandenverwaarlozingstructureelaangepaktmoetworden.Hetverminderenvanhetaantalleegstaandehandelspandenendetijdelijkeinvullingvanleegstaande handelspanden werden hierdoor mee voorzien als activeringsmogelijkheid;

Overwegendedatdevrijstellingenvanregistratieen/ofbelastingdieinditreglementzijnopgenomen,hetbestaansluitenbijdenodenenhetbeleid vandegemeente;

Overwegende dat een volledige vrijstelling voor pop up invullingen de handelsdynamiek verder stimuleert.

 

 

HOOFDSTUK I

ALGEMEEN

 

Artikel 1 - Belastbaar feit

Metingangvan1januari2021,vooreentermijneindigendop31december2025,wordteenbelastinggehevenop:

        dewoningendiemiddelseenBesluitvandeBurgemeesterofvandebevoegdeVlaamseministeronbewoonbaarzijn verklaard;

        dewoningendiemiddelseenBesluitvandeBurgemeesterofvandebevoegde Vlaamseministerongeschiktzijn verklaard;

        dewoningenengebouwendieverwaarloosdzijn;

        leegstaandewoningenengebouwen;

 

én diezijnopgenomeninéénvan dedrie gemeentelijkeinventarissen, zoalsbedoeldin artikel5van hetreglement.

 

Artikel 2 - Definities

Devolgendebegrippenwordengebruikt:

 

  1. aanslagjaar:jaarwaaropdeheffingbetrekkingheeft;
  2. administratie:degemeentelijkeadministratieveeenheiddiedoorhetcollegevanburgemeester en schepenen wordt belast met het beheer van de inventarissen leegstanden verwaarlozing zoals bedoeld in artikel 5, inclusief de mogelijkheid tot ambtshalveschrapping,nagoedkeuringvanhetcollegevan burgemeesteren schepenen;
  3. beroepsinstantie:collegevanBurgemeester enSchepenen;
  4. beveiligdezending:een(elektronisch)aangetekendezendingofeenafgiftetegenontvangstbewijs;
  5. college: hetcollegevanburgemeesterenschepenenvandestadLier;
  6. decreetgrond-enpandenbeleid:decreetvan27maart2009betreffendehetgrond-enpandenbeleiden laterewijzigingen;
  7. functie van het gebouw: de functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan uitgereikte omgevingsvergunning of meldingsakte als vermeld in artikel 6 van het decreet van 25 april 2014 betreffende deomgevingsvergunning. Bij een gebouw waarvoor geen vergunning of melding voorhanden is, of waarvan de functie niet duidelijk uit een vergunning of melding blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik van het gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften, akten of bescheiden;
  8. gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2,1°, van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten;
  9. inventarisatiedatum:dedatum waaropdewoningof hetgebouwwordtopgenomen;
  10. kamer: een woning waarin één of meer van volgende voorzieningen ontbreken: wc, badofdouche,kookgelegenheid,enwaarvandebewonersvoordezevoorzieningenafhankelijk zijn van de gemeenschappelijke ruimten in of aansluitend bij het gebouwwaarvande woningdeeluitmaakt;
  11. kernwinkelgebied:de door het Lierse stadsbestuur afgebakende zones zoals vastgesteld door de gemeenteraad en voorzien in de beleidsvisie detailhandel Lier, i.c.:

        Kernwinkelgebied A3: Antwerpsestraat, Kartuizersvest oneven nummers t.e.m. 29/31 én Kartuizersvest even nummers t.e.m. 28.

        Kernwinkelgebied A6: Grote Markt

        Kernwinkelgebied A7: Rechtestraat

  1. ramp: een gebeurtenis die zich voordoet buiten de wil van de houder van het zakelijkrecht en waardoor de schade dermate is dat het gebruik onmogelijk is, bijv. brand,gasontploffing, blikseminslag,…;
  2. renovatienota:eennotadie bestaatuit:
    1. een gedetailleerd overzicht van welke niet-vergunningsplichtige werken wordenuitgevoerd,
    2. eengedetailleerdtijdschema waarindefaseringvandewerkenwordttoegelicht,
    3. een gedetailleerd bestek van een geregistreerd aannemer of van debelastingplichtigeindienhijzelfde werken zaluitvoeren,
    4. fotoreportagemetweergavevandebestaandetoestandvandeterenoverenonderdelenen,
    5. indienvantoepassing,eenakkoordvandemede-eigenaars;
  3. stedenbouwkundigvergunningsplichtigewerken:werkenwaarvoorvolgensdeVlaamseCodexRuimtelijkeOrdeningeenomgevingsvergunningmoetwordenaangevraagd;
  4. Vlaamse CodexWonen:deVlaamse CodexWonen van2021;
  5. vrij beroep: onder een vrij beroep verstaat men elke zelfstandige beoefenaar van eendienstverlenendintellectueelberoepwaarbijdedienstverleninghoofdzakelijkuiteenintellectueleprestatiebestaat.Debeoefenaargenoothiervooreenbelangrijkevoorafgaande opleiding en permanente vorming blijft vereist. De beoefenaar draagt eenpersoonlijke verantwoordelijkheid. De dienstverlening gebeurt zowel in het belang van decliënt als het algemeen belang. De beroepsuitoefening is onderworpen aan een erkendedeontologie;
  6. woning:elkonroerendgoedofdeelervandathoofdzakelijkbestemdisvoordehuisvestingvan eengezin ofalleenstaande,metinbegripvankamers.

 

Artikel 3 - Belastingplichtige en kennisgeving

§1. Als belastingplichtige wordt beschouwd diegene die op de inventarisatiedatum de houderis vanéénvan de hierna vermeldezakelijke rechten metbetrekking toteen woningofgebouwdatzich opéénvan de inartikel5 bedoeldeinventarissen bevindt:

        devolleeigendom;

        hetrechtvanopstalofvanerfpacht;

        hetvruchtgebruik.

 

§2. Behoort één van die zakelijke rechten in onverdeeldheid toe aan meer dan één houderdan geldt de onverdeeldheid als belastingplichtige. De belasting is hoofdelijk verschuldigddoor alle leden van de onverdeeldheid.

 

§3.Degenediehetzakelijkrechtoverdraagt,istevensverplichtbinnendemaandnahetverlijdenvandenotariëleakte,perbeveiligdezendingaanhetcollegemeetedelen:

        naamenadresvandeverkrijgervanhetzakelijkrecht;

        datumvandeoverdrachtvanhetzakelijk recht;

        naamenstandplaats vandenotaris;

        nauwkeurigeaanduidingvanhetonroerendgoed.

 

Bijontstentenisvandezekennisgevingblijftdeoverdragervaneenzakelijkrechtalsbelastingplichtige beschouwdvoorde volgende heffingen die na deoverdrachtvan hetzakelijk recht worden geheven. Van zodra de overdracht van het zakelijk recht gemeld wordtaanhetcollege,wordtdeoverdragervanhetzakelijkrechtnietmeerbeschouwdalsbelastingplichtigeenditvanafhetmomentvanoverdracht.

 

§4. De administratie geeft de houder van het zakelijk recht kennis van de opname op één oftwee van de inventarissen. De administratieve akte wordt hiertoe betekend, geadresseerd aan de woonplaats of maatschappelijke zetel of, indien dewoonplaatsofmaatschappelijkezetelnietbekendis,aandeverblijfplaatsofaaneenvestigingvandemaatschappelijkezetel vandehoudervanhetzakelijkrecht.

 

Artikel 4 - Belasting

Debelastingisverschuldigd vanafdeinventarisatiedatumendaarnajaarlijks.

 

 

HOOFDSTUK II       DE INVENTARISSEN

 

Artikel 5 - De inventarissen

§1.Deadministratiemaaktdrieafzonderlijkeinventarissen:

        een‘inventarisverwaarlozing’;

        een‘inventarisongeschikt-onbewoonbaar’;

        een‘inventarisleegstand’.

 

§2. De administratie is bevoegd om de verwaarlozing, ongeschiktheid- onbewoonbaarheid ofde leegstand van een woning en/of gebouw op te sporen en in een administratieve akte vasttestellen.

 

§3. De door het college met de opsporing van leegstaande en verwaarloosde gebouwen enwoningenbelasteambtenarenbezittendeonderzoeks-,controle-envaststellingsbevoegdheden, vermeld in artikel 6 van het decreet van 30 mei 2008 betreffendedevestiging,deinvorderingendegeschillenprocedurevanprovincie-engemeentebelastingen.

 

A. INVENTARISATIE VAN VERWAARLOOSDE WONINGEN/KAMERS EN/OF GEBOUWEN

 

Artikel 6 - De inventaris

§1. De administratie stelt een ‘inventaris verwaarlozing’ op, en voorziet een onderscheidtussenverwaarloosde woningen engebouwen.

 

§2.Bijeengelijkvloerscommercieel pandwordtuitgegaandatde economische functieprimair is. Bij een volwaardige opdeling met bv. een vergunde afzonderlijke toegang zal hetwoongedeelteafgescheidenwordenvandeeconomischefunctie.Danzijnhettweeafzonderlijkeentiteiten.

 

Artikel 7 - Definities

Een woning of gebouw wordt als geheel of gedeeltelijk verwaarloosd beschouwd wanneer dewoning of het gebouw aan de structuur uitgesproken gebreken van algemene of beperkteomvang vertoont. Dit houdt gebreken in aan private buitenruimten aan de woning of hetgebouwofaanbuitenmuren,voegwerk,schoorstenen,dakbedekking,dakgebinte,buitenschrijnwerk,kroonlijst ofdakgoten.

Uitgesproken gebreken zijn algemeen indien ze zich voordoen over meer dan de helft van deoppervlakte,delengteofde breedtevande woning ofhetgebouw.

Gebreken zijn beperkt van omvang indien ze zich voordoen over minder dan de helft van deoppervlakte,delengteofde breedtevande woning ofhetgebouw.

Omalsverwaarloosdtewordengekwalificeerd,moeterminstenssprakezijnvandriebeperkte gebreken of één algemeen gebrek. Er is echter steeds sprake van verwaarlozingwanneer het gebreken betreft die de stabiliteit of veiligheid van de woning of het gebouw ingevaarbrengen ofwanneerhetwoningenofgebouwenbetreftdieaangetastzijndoorvochtindringing.

 

Artikel 8 - De vaststelling

§1. De administratie beoordeelt de verwaarlozing aan de hand van het ‘technisch verslagverwaarlozing’opbasisvanvaststellingenvanop hetopenbaardomein.

 

§2. De vaststelling van de verwaarlozing van een woning of een gebouw resulteert in eenadministratieve akteopbasisvanhet‘technisch verslagverwaarlozing’.

 

Artikel 9 - De opname in de inventaris

De opname in de inventaris gebeurt, na verloop van de betwistingstermijn, op datum van debetekeningvande administratieve aktevanvaststellingvan verwaarlozing.

 

Artikel 10 - Betwistingen inventarisatie

§1. De houder van het zakelijk recht beschikt over een termijn van vier maanden vanaf dedatum van betekening van de administratieve akte om de vastgestelde gebreken en tekenenvan verval te herstellen of de juistheid ervan te betwisten. Zolang de indieningstermijn vanvier maanden niet verstreken is, kan een vervangende betwisting ingediend worden, waarbijde eerdere betwisting als ingetrokken beschouwd wordt. Als de houder er niet in slaagt ombinnen deze termijn de juistheid van het verslag te weerleggen of aan te tonen dat hetgebouw en/of de woning na afloop van deze termijn geen ernstige zichtbare en storendegebrekenoftekenenvanvervalmeervertoont,wordtdewoningen/ofhetgebouwgeïnventariseerd overeenkomstigde bepalingenvanartikel9vanditbesluit.

 

§2. De houder van het zakelijk recht die de inventarisatie wenst te betwisten, dient hiervoorzelfallenodigebewijsstukkenvoorteleggen aanhetcollege viaeenbeveiligdezending.

 

§3. Het college geeft de houder van het zakelijk recht binnen drie maanden na ontvangst vandebetwisting kennisvan haarbeslissing daaromtrent.

 

Artikel 11 - Schrapping

§1.Deverwaarloosdewoningenen/ofgebouwenwordengeschraptuitde‘inventarisverwaarlozing’opdatumvanvaststellingdoordeadministratiedatdewoningenen/ofgebouwen volgens de criteria van het technisch verslag niet meer als verwaarloosd kunnenwordenbeschouwd. In geval van sloop moet alle puin geruimd zijn.

 

§2. Het controleonderzoek gebeurt op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige aan hetcollegevia een beveiligde zending.

 

§3. Het college geeft de houder van het zakelijk recht of desgevallend zijn rechtsopvolgerbinnendriemaandennahetverzoek totschrappingkennisvanhaarbeslissingdaaromtrent.

 

§4.Dehouder van het zakelijkrecht kan tegeneenweigering totschrapping van eengebouw ofwoningvan de stedelijke inventaris binnen drie maanden na de betekeningvande weigering, beroep aantekenen bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen, afdelingAntwerpen.

 

B. INVENTARISATIE VAN WONINGEN/KAMERS EN/OF GEBOUWEN DIE WORDEN BESCHOUWD ALS ONBEWOONBAAR OF ONGESCHIKT

 

Artikel 12 - De inventaris

De administratie volgt de ‘inventaris ongeschikt-onbewoonbaar’ zoals opgesteld door deinventarisbeheerder, in casu Wonen Vlaanderen. De inventaris bestaat uit twee afzonderlijkelijsten. Enerzijds is er een lijst met woningen die ongeschikt en/of onbewoonbaar werdenverklaard op basis van artikel 3.12 tot en met artikel 3.18 uit de Vlaamse Codex Wonen.Anderzijds is er een lijst van panden die onbewoonbaar worden verklaard op basis van art.135uitdeNieuwe Gemeentewet.

 

Artikel 13 - Definities

§1. Eenongeschikt verklaardewoningiseenwoning dieniet beantwoordtaandeveiligheids-, gezondheids- of kwaliteitsnormen, opgelegd door de Vlaamse Codex Wonen van 2021 enhet decreet op de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting d.d. 22 december 1995en latere wijzigingen,en die door de bevoegde instantie als dusdanigongeschikt werdverklaard.

 

§2. Een onbewoonbaar verklaarde woning en/of gebouw is een woning die op grond vanveiligheids- en/of gezondheidsaspecten niet meer mag worden bewoond en die door debevoegde instantie als dusdanig onbewoonbaar werd verklaard conform artikelen 64 en 42van het gemeentedecreet of de Vlaamse Codex Wonen van 2021. Dit geldt ook bij eenwoningofkamerwaarvoorconformartikel135vandeNieuweGemeentewetdeburgemeesterhetbesluittotonbewoonbaarheidheeftgenomen.

 

Artikel 14 - De vaststelling

De vaststelling van de ongeschikt- of onbewoonbaarheid gebeurt volgens de procedureomschreven in de Vlaamse Codex Wonen of volgens de procedure in toepassing van artikel135van de Nieuwe Gemeentewet.

 

Artikel 15 - Opname in de inventaris

De inventarisatie van een ongeschikt- en/of onbewoonbaar verklaarde woning gebeurt opdatum van het desbetreffende besluit van de burgemeester of van de bevoegde Vlaamseminister.

 

Artikel 16 - Betwisting inventarisatie

Een betwisting tegen de opname in deze inventaris is niet meer mogelijk. Deze mogelijkheidzitvervatindeadministratieveproceduredieomschrevenwordtinartikel14vanditreglement.

 

Artikel 17 - Schrapping uit de inventaris

§1. Een ongeschikt- of onbewoonbaar verklaarde woning wordt geschrapt uit de ‘inventaris ongeschikt-onbewoonbaar’ op datum van de afgifte van het conformiteitsattest, waarbij de woning geschikt voor bewoning wordt verklaard, of op datum van het opheffingsbesluit, of op datum van het proces-verbaal van uitvoering waarin de sloop of herbestemming wordt vastgesteld. In geval van vernietiging of intrekking bij ministerieel besluit van het besluit van de burgemeester, wordt de woning geschrapt op de datum bepaald in het ministerieel besluit.

 

§2. De inventarisbeheerder deelt de datum van schrapping uit de inventaris mee aan de houder van het zakelijk recht.

 

C. INVENTARISATIE VAN GEBOUWEN EN/OF WONINGEN DIE WORDEN BESCHOUWD ALS LEEGSTAAND

 

Artikel 18 - De inventaris

De administratie stelt een ‘inventaris leegstand’ open voorziet een onderscheid tussenleegstaandewoningenengebouwen.

 

Artikel 19 - Definities

§1. Een woning wordt beschouwd als leegstaand indien de woning gedurende ten minstetwaalf opeenvolgende maanden niet effectief wordt gebruikt in overeenstemming met de woonfunctie.

 

§2. Een gebouw wordt als leegstaand beschouwd indien meer dan de helft van de totalevloeroppervlaktenietovereenkomstigdefunctievanhetgebouwwordtaangewendgedurende een termijn van ten minste twaalf opeenvolgende maanden. Daarbij wordt geenrekening gehouden met woningen die deel uitmaken van het gebouw.

 

De functie van het gebouw is deze die overeenkomt met een voor het gebouw of voor gedeelten daarvan uitgereikte omgevingsvergunning of meldingsakte als vermeld in artikel 6 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.

Bijeengebouwwaarvoorgeenvergunningvoorhandenis,ofwaarvandefunctienietduidelijk uit een vergunning blijkt, wordt deze functie afgeleid uit het gewoonlijk gebruik vanhet gebouw voorafgaand aan het vermoeden van leegstand, zoals dat blijkt uit aangiften,aktenofbescheiden.

 

§3. In afwijking van §1 en §2, wordt een nieuw gebouw of een nieuwe woning als leegstaandbeschouwdindien datgebouw ofdiewoningbinnenzevenjaarnade afgiftevan eenomgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen in laatste administratieve aanlegnietaangewendwordtovereenkomstig§1respectievelijk §2.

 

Artikel 20 - De vaststelling

§1.Devaststellingvanleegstandvoorwoningengebeurtopbasisvanondermeervolgendeindicaties:

        het ontbrekenvaneeninschrijvinginhetbevolkingsregister;

        het aanbiedenals“tekoop” of“tehuur”;

        hetontbrekenvanaansluitingenopnutsvoorzieningen;

        de vaststelling van een dermate laag verbruik van de nutsvoorzieningen dat een gebruikovereenkomstig de woonfunctie of het normale verbruik van het gebouw kan wordenuitgesloten;

        deaanvraagomverminderingvanonroerendevoorheffingnaaraanleidingvaneenleegstandofimproductiviteit;

        deonmogelijkheidomhetgebouwtebetreden;

        sporendiewijzenoplangdurigniet-gebruik,zoalseenuitpuilendebrievenbus,geblindeerderamen,afvalofonkruid,…;

        getuigenissen;

        bestuurlijkverslagvandewijkagent;

        proces-verbaalvan deGAS-ambtenaar;

        endevaststellingenterplaatsedoordeonderzoekervandestadLieropbasisvanhettechnischverslagleegstand.

 

§2. De leegstaande gebouwen worden vastgesteld op basis van één of meer van volgendeindicaties,d.m.v. foto’svanopde openbare wegofeenmelding:

        opnameindedetailhandelsdatabank“Locatus”;

        het ontbreken van aangeduide openingsuren die duidelijk maken aan de consumentwanneer erklantenterechtkunnen;

        hetontbrekenvaneenneergelegdejaarrekeningx-1inhetjaarxvandefeitelijkeopname van de onderneming die gevestigd is op het adres van het te inventariserenpand;

        hetontbrekenvaneenvestigings-/ondernemingsnummerindeKruispuntbankvoorOndernemingen;

        hetlangdurignietvoorhetpubliektoegankelijkzijntijdensdegebruikelijkeofgeafficheerdeopeningsuren vaneengebouwmetalsbestemminghandel;

        de aanvraag om vermindering van onroerende voorheffing naar aanleiding van leegstandofimproductiviteit;

        de onmogelijkheid om het gebouw normaal te betreden,bv. door een geblokkeerdeingang,…;

        sporendiewijzenoplangdurigniet-gebruik,zoalseenuitpuilendebrievenbus,geblindeerderamen,afvalofonkruid,…;

        hetontbrekenvanaansluitingenvoornutsvoorzieningenofhetvermoedenvaneendermate laag verbruik van de nutsvoorzieningen dat het normale gebruik van het gebouwkanuitgeslotenwordentenzijdehoudervanhetzakelijkrechthiervooreenverantwoordingkangevengesteundop zijntoestand;

        bestuurlijkverslagvandewijkagent;

        proces-verbaalvandeGAS-ambtenaar;

        devaststelling(en)terplaatsedoordeonderzoekervandestadopbasisvanhet‘beschrijvendverslag’;

        Gebouwen die voorkomen in de KBO maar slechts in zeer beperkte mate worden aangewend voor beroepsmatige en/of economische doeleinden, bv. door er een vestigingseenheid in onder te brengen die slechts voor het publiek toegankelijk is gedurende beperkte openingstijden. Beperkte openingstijden zijn openingstijden die minder dan de helft bedragen van de openingstijden van soortgelijke vestigingseenheden.

 

§3. Een ander gebruik van een woning dan effectieve bewoning wordt niet aanvaard alszijndegebruikvandewoning.Alseffectievebewoninggeldtzowelhetgebruikalshoofdverblijfplaatsalshetgebruikals tweede verblijf.

 

Het gebruik als tweede verblijf wordt beoordeeld op basis van een plaatsbezoek en hetverbruikvan nutsvoorzieningen, volgens de bepalingen uit het gemeentelijk reglement op tweede verblijven.

 

§4.Deadministratiebeoordeeltdeleegstandaandehandvanhet‘verslagleegstand’.

 

§5. De vaststelling van de leegstand van een woning ofeen gebouw resulteert in eenadministratieveaktemethet‘verslag leegstand’.

 

Artikel 21 - De opname in de inventaris

De opname in de inventaris gebeurt, na verloop van de betwistingstermijn, op datum van debetekeningvande administratieveaktevanvaststellingvanleegstand.

 

Artikel 22 - Betwistingen inventarisatie

§1.Dezakelijkgerechtigdekanbinnenéénmaandnabetekeningvandeadministratieveakte de opname betwisten bij het college. De administratie registreert elke betwisting in deinventarisen meldtdeontvangstervanaande indiener van de betwisting.

 

§2.Deadministratietoetstdeontvankelijkheidvandebetwistingaf.Debetwistingisenkelonontvankelijk in één van de volgendegevallen:

        Indientelaatingediendofnietingediendovereenkomstigdebepalingenvan§3;

        Indien dit niet uitgaat van een zakelijk gerechtigde of zijn rechtsgeldigevertegenwoordiger;

        Indiennietondertekend.

 

Alsdeadministratiedeonontvankelijkheidvaststelt,deeltzedataandeindienermeemetdevermeldingdatdeprocedurevandebetwistingalsafgehandeldbeschouwdwordt.

 

§3.Debetwisting wordtgedagtekendenbevatminimaaldevolgendegegevens:

        deidentiteitenhetadresvandeindiener;

        de aanwijzing van de administratieve akte en van het gebouw of de woning waarop debetwistingbetrekkingheeft;

        een of meer bewijsstukken die de leegstand weerleggen, met dien verstande dat devaststelling van de leegstand betwist kan worden met alle bewijsmiddelen van gemeenrecht,metuitzonderingvan de eed.

 

Alsdebetwistingingediendwordtdooreenpersoondieoptreedtnamensdezakelijkgerechtigde, voegt hijbijhetdossier een schriftelijke machtigingtotvertegenwoordiging,tenzijhijoptreedtalsadvocaatvan dezakelijkegerechtigde.

 

De indiener dient bij de betwisting de overtuigingsstukken te voegen die hij nodig acht. Deovertuigingsstukken worden door de indiener gebundeld en op een bijgevoegde inventarisopgenomen.

 

§4. De administratie onderzoekt de gegrondheid van de ontvankelijke betwisting op stukkenals de feiten vatbaar zijn voor directe, eenvoudige vaststelling, of met een feitenonderzoek,dat uitgevoerd wordt door een met de opsporing van leegstaande gebouwen en woningenbelasteambtenaar.De betwistingwordtgeacht ongegrond te zijn alsde toegangtoteenpandgeweigerdofverhinderdwordtvoorhetfeitenonderzoek.

 

§5. Het college geeft de houder van het zakelijk recht binnen de drie maanden na ontvangstvande betwistingkennisvan haarbeslissingdaaromtrent.

 

Artikel 23 - Schrapping

§1. Een woning wordt geschrapt uit de inventarislijst van de leegstaande woningen als ze tenminstezesmaandenononderbrokenwordtbewoond,terekenenvanafdedatumvanbewoning. De ingebruikname moet door de belastingplichtige worden gemeld aan het teamWonenvan de stad Lier.

De administratie kan steeds een tussentijds plaatsbezoek uitvoeren. Indien tijdens dezetussentijdse controle wordt vastgesteld dat de woning niet bewoond wordt, dan wordt deprocedurevan schrapping stopgezet.

 

Indien de melding van de ingebruikname meer dan zes maanden na datum van de effectieveingebruiknamewordtgemeldaandeadministratie,zal het effectief gebruik onder meer blijken uit de inschrijving in het  Bevolkingsregister of na een plaatsbezoek indien de woning niet als hoofdverblijfplaats dient. Bij het plaatsbezoek wordt de eigenaar verzochtom facturen van gas en elektriciteit van de laatste zes maanden voor te leggen. De datumvanhetplaatsbezoekgeldtalsschrappingsdatumindienereffectiefbewoningwerdvastgestelden denodigebewijsstukken werdenvoorgelegd.

 

§2. Een gebouw wordt geschrapt uit de inventarislijst van de leegstaande gebouwen indienmeer dan 50% van de totale vloeroppervlakte van het gebouw, na de periode van leegstand,ten minste zes opeenvolgende maanden effectief wordt gebruiktvolgens de functie. Deingebruiknamemoetdoordebelastingplichtigewordengemeldaanteamondernemen a.d.h.v. een handelshuurovereenkomst. De periode van zes maanden begint te lopen vanafhet moment van vaststelling door de administratie via een plaatsbezoek. Na zes maandenkanopnieuw eenplaatsbezoekwordenuitgevoerd. Wanneerblijktdathetgebouw nogsteeds in gebruik is volgens de functie, dan wordt het geschrapt op datum van de eerstecontrole. De administratie kan steeds een tussentijds plaatsbezoek uitvoeren. Indien tijdensdeze tussentijdse controle wordt vastgesteld dat het gebouw niet in gebruik is, dan wordt deprocedurevan schrapping stopgezet.

 

§3. Een woning waarvoor een functiewijziging werd vergund, wordt geschrapt uit de inventarislijst van de leegstaande woningen en/of gebouwen op datum van vergunning van de functiewijziging.

Een gebouw waarvoor een functiewijziging naar een andere functie dan een handel-, horeca- of dienstenfunctie werd vergund, wordt geschrapt uit de inventarislijst van de leegstaande woningen en/of gebouwen op de datum van vergunning van functiewijziging.

Wanneer de administratie de invulling van het gebouw vaststelt gedurende minstens zes opeenvolgende maanden en oordeelt dat er voldoende bewijslast ter staving van de invulling is, kan een ambtshalve schrapping aan het college worden voorgelegd.

 

§4. Indien een plaatsbezoek wordt geweigerd of indien aan de administratie geen toegangwordt verleend tot de woning en/of het gebouw, dan wordt de aanvraag tot schrappingautomatischverworpenenblijftdewoningen/ofhetgebouwgeïnventariseerd.

 

§5. Het college van burgemeester en schepenen geeft de houder van het zakelijk recht ofdesgevallend zijn rechtsopvolger binnen drie maanden na het verloop van de zes maandenen na het eventuele plaatsbezoek, kennis van haar beslissing omtrent het schrappingsverzoek per beveiligdezending.

 

§6.Dehouder van het zakelijkrecht kan tegeneenweigering totschrapping van eengebouw ofwoningvan de stedelijke inventaris,binnen drie maanden na de betekeningvande weigering, beroep aantekenen bij de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen, afdelingAntwerpen.

 

TEGELIJKERTIJD VOORKOMEN OP VERSCHILLENDE INVENTARISSEN

 

Artikel 24 - Onverenigbaarheden

Woningendiereedsvoorkomenopdeinventaris‘ongeschikt-onbewoonbaar’,kunnennietopgenomenworden opde inventaris leegstand.

 

 

HOOFDSTUK III

TARIEVEN EN BEREKENING VAN DE BELASTING

 

Artikel 25 - Berekening van de heffing

§1.Tarieven:

        hetbasisbedragvandeheffingvoorwoningenwordtperbelastbarewoningvastgesteld  op2.800 euro;

        hetbasisbedragvandeheffingvooreengebouwbuitenhetkernwinkelgebiedwordtper  belastbaargebouwvastgesteld op2.800 euro;

        hetbasisbedragvandeheffingvoor eengebouwgelegenin het kernwinkelgebied,zoalsbepaald  inde BeleidsvisieDetailhandelwordtvastgesteldop5.600euro.

 

§2.Berekening:

Hetbedragvandeheffingisgelijkaanhetresultaatvanvolgendeformule:

        het basisbedrag vermenigvuldigd met x+1, waarbij x gelijk is aan het aantal periodes vantwaalf maanden dat de woning en/of het gebouw zonder onderbreking opgenomen is indegemeentelijke inventaris;

        xmagnietmeerbedragendan4;

        in het geval dat een woning en/of gebouw tegelijkertijd op verschillende inventarisseningeschrevenstaat,is devoormeldeheffingverschuldigdperafzonderlijkeopname;

 

 

HOOFDSTUK IV

PROCEDURE AANVRAAG EN GRONDEN VAN VRIJSTELLING

 

Artikel 26 - Aanvraag van de vrijstelling

§1.Eenvrijstellingvandeheffingdienttewordenaangevraagdbijvoorkeurdigitaalofperaangetekendschrijven oftegenontvangstbewijs bijstad Lier.

Deaanvrager dientzelfdenodigebewijsstukkenaanteleveren.

 

§ 2. De aanvraag van een vrijstelling moet tijdens het eerste (aanslag)jaar gebeuren binnen vier maanden nadat de administratieve akte betekend werd. Dit geldt voor alle akten die in dit reglement het onderwerp vormen van de heffing.

 

§3. Vanaf het tweede (aanslag)jaar moet de aanvraag tot een vrijstelling bij stad Lier worden ingediend en dit twee maanden vóór de verjaardag van de toepasselijke inventarisatiedatum.

 

§4. Als een aanvraag tot een vrijstelling onvolledig is, moet dezebinnen de maand waaropdeaanvraagwerdingediendvervolledigdworden.

 

§5. De administratie geeft de houder van het zakelijk recht kennis van haar beslissing daaromtrent. Van de vrijstelling die wordttoegekend,vermeldtdeadministratiedebegin-eneinddatumindeinventaris.Dezekennisgeving bevat minimum de begin- en einddatum van de vrijstelling.

 

Artikel 27 - Vrijstelling voor een nieuwe houder van het zakelijk recht

§1. De belastingplichtige die een nieuwe houder van het zakelijk recht is, kan een vrijstellingtoegekend krijgen van twee jaar. Dit geldt vanaf het moment van overdracht waarbij devastgesteldedatumop de notariële aktealsstartdatumgeldt.

De nieuwe houder van het zakelijk recht kan zich hier twee jaar op beroepen, in casu blijft devastgesteldedatumopde notariëleaktealsstartdatumvan toepassing.

 

§2.Dezevrijstellinggeldtnietvooroverdrachtenaan:

        vennootschappenwaarindevroegerehoudervanhetzakelijkrechtparticipeert,rechtstreeks ofonrechtstreeks,voormeerdan10% vanhetaandeelhouderschap;

        vzw’s waardehoudervanhetzakelijkrechtlidvanis;

        bloed-enaanverwantentotenmetdederdegraad,tenzijingevalvanoverdrachtbijerfopvolgingoftestament.

 

Artikel 28 - Vrijstelling voor werken aan groepen van woningen en/of gebouwen

§1. Er wordt een vrijstelling verleend aan de belastingplichtige die houder van het zakelijk recht is over meerdere woningen en/of gebouwen in één project die hij of tegelijk wil slopen, verbouwen of renoveren om economische en praktische efficiëntieredenen. Deze vrijstelling kan ten hoogste vier opeenvolgende belastingjaren verleend worden, voor zover de belastingplichtige een gedetailleerde planning voorlegt voor de uit te voeren sloop-, verbouwings- of renovatiewerken. Een door het agentschap Wonen in Vlaanderen gevalideerd renovatiedossier komt hiervoor in aanmerking.

 

§2. Om deze vrijstelling te vernieuwen moet de belastingplichtige in de loop van het jaar voorafgaand aan de vernieuwing mondeling of schriftelijk rapporteren over de voortgang van de voorbereidingen en de werken op het Lokaal Woonoverleg. Indien hij geen deel uitmaakt van woonoverleg, kan hij voor dit punt jaarlijks uitgenodigd worden. Het woonoverleg formuleert een advies voor het college van burgemeester en schepenen over de vrijstelling voor het betreffende belastingjaar. Als er geen of onvoldoende voortgang blijkt, wordt geen nieuwe vrijstelling verleend.

 

§3. Deze vrijstelling is niet van toepassing voor gebouwen in het kernwinkelgebied.

 

Artikel 29 - Vrijstelling voor renovatie

§1. Er wordt in een periode van tien jaar aan dezelfde belastingsplichtige éénmaal een vrijstellingvan maximaal vier jaar gegeven voor de renovatie van de woning en/of het gebouw, waarbijde problematische situatie die aanleiding gaf tot opname ten gronde wordt aangepakt. Binnen de renovatieperiode kaneen onderbreking worden toegestaan waarin er geen renovatiewerkenworden uitgevoerd. In een jaarwaarin er geen werken worden uitgevoerd is de heffing verschuldigd zoals bepaald in artikel25.

 

§2. De geplande renovatiewerken dienen aangetoond te worden aan de hand van ofwel eenniet-vervallenomgevingsvergunningvoorvergunningsplichtigewerken,ofweleenrenovatienotavoorniet-vergunningsplichtigewerken.

 

De omgevingsvergunning moet aangevuld worden met een gedetailleerd tijdschema waarinde fasering van de werken wordt toegelicht. Uit deze documenten moet duidelijk blijken datdeproblematischesituatie die aanleiding gaf tot opname tengrondezalwordenaangepakt.Determijnenvandeomgevingsvergunningmoetengerespecteerdworden.Bijpandenwaarrenovatiewerkenzonder vergunningsplichtige werken worden uitgevoerd, moet het pand binnen de twee jaarnainventarisatiedatumwind-en waterdichtzijn.

 

§3.Devrijstellingwordtverleendopvoorwaardedatdewerkenookeffectiefwordenuitgevoerd.Daaromwordt devrijstellingverleend inschijven vanéénjaar.

 

§4. Deeersteschijfgaatin:

        inhetjaarvandeopname:vanafdedatumvaninventarisatie;

        in de daaropvolgende jaren: op de eerstvolgende verjaardag van de inventarisatiedatum na datum vanontvangst op de administratie van ofwel de omgevingsvergunning en het gedetailleerdtijdschema,ofwelde volledigerenovatienota.

 

§5. De aanvraagvan detweede, de derde en de vierde schijfmoetingediendworden bij de administratie. In deze gemotiveerde vraag wordt onder andereeen gedetailleerde stand van zaken en planning van de werken opgenomen. Deze stand vanzakenwordtonderandere aangetoondaan dehand vanfoto’senfacturen.

 

§6. De aanvraag van de tweede schijf moet ingediend worden uiterlijk twee maanden voor deeerste schijf verstrijkt indien de tweede schijf aansluit op de eerste. Om voor de tweede schijfin aanmerking te komen, moet uit de stand van zaken blijken dat de werken gestart zijn zoalsgepland in de renovatienota of het gedetailleerd tijdschema. De toekenning van de tweedeschijf kan worden voorafgegaan door een plaatsbezoek van de administratie ter controle.Indien blijkt uit de stand van zaken of uit het verslag van het plaatsbezoek dat de werken nogniet zijngestart,dan wordtdetweede schijfgeweigerd.

 

§7. De aanvraag van de derde schijf moet ingediend worden uiterlijk twee maanden voor detweede schijfverstrijktindien de derde schijfaansluit op de tweede.Om voor een derdeschijf in aanmerking te komen, moet uit de stand van zaken blijken dat de werken uitgevoerdwordenzoals gepland in de renovatienota ofhet gedetailleerd tijdschema. De toekenningvandederdeschijfkanwordenvoorafgegaandooreenplaatsbezoekvandeadministratieter controle. Indien blijkt uit de stand van zaken ofuit het verslag van het plaatsbezoekdatde werken niet uitgevoerd worden zoals gepland in de renovatienota of in het gedetailleerdtijdschema,dan wordtdetoekenningvandederdeschijfgeweigerd.

 

§8. De aanvraag van de vierde schijf moet ingediend worden uiterlijk twee maanden voor de derde schijf verstrijkt indien de vierde schijf aansluit op de derde. Om voor een vierde schijf in aanmerking te komen, moet uit de stand van zaken blijken dat de werken uitgevoerd worden zoals gepland in de renovatienota of het gedetailleerd tijdschema. De toekenning van de vierde schijf kan worden voorafgegaan door een plaatsbezoek van de administratie ter controle. Indien blijkt uit de stand van zaken of uit het verslag van het plaatsbezoek dat de werken niet uitgevoerd worden zoals gepland in de renovatienota of in het gedetailleerd tijdschema, dan wordt de toekenning van de vierde schijf geweigerd.

 

§9. Indien een plaatsbezoek tot vaststelling van de voortgang van de werken wordt geweigerd of indien aan de administratie geen toegang wordt verleend tot de woning en/of het gebouw, dan wordt de toekenning van een tweede, derde of vierde schijf automatisch geweigerd.

 

Artikel 30 - Vrijstelling naar aanleiding van aanvraag omgevingsvergunning

§1. Er wordt een vrijstelling van heffing verleend van zodra de belastingplichtige een schriftelijke bevestiging van de volledig bevonden aanvraag voor een omgevingsvergunning opgemaakt door een ambtenaar van de dienst omgeving voorlegt.

 

§2. De vrijstelling eindigt op het moment dat er een beslissing is omtrent de aanvraag.

 

§3. Indien de vergunning wordt verleend, kan de belastingplichtige aansluitend de vrijstelling zoals beschreven in artikel 29 aanvragen.

 

Artikel 31 - Vrijstelling voor beschermd onroerend erfgoed

§1. Voor de overdracht en/of renovatie van beschermd onroerend erfgoed kan ten hoogste vijf opeenvolgende belastingjaren een vrijstelling worden toegekend. De vrijstelling moet jaarlijks opnieuw aangevraagd worden. Deze vrijstelling kan verleend worden, voor zover de belastingplichtige een gedetailleerde planning voorlegt voor de te doorlopen erfgoedprocedure en de uit te voeren renovatiewerken.

 

§2. Om deze vrijstelling te vernieuwen moet de belastingplichtige in de loop van het jaar voorafgaand aan de vernieuwing mondeling of schriftelijk rapporteren over der voortgang van de voorbereidingen en de werken aan de erfgoedconsulent van de stad. De erfgoedconsulent van de stad formuleert een advies voor het college van burgemeester en schepenen over de vrijstelling voor het betreffende belastingjaar. Als er geen of onvoldoende voortgang blijkt, wordt geen nieuwe vrijstelling verleend.

 

§3. Indien de administratie op basis van de rapportage oordeelt dat een plaatsbezoek nodig is, zal een plaatsbezoek worden ingepland om de voortgang van de werken te controleren. Indien het plaatsbezoek wordt geweigerd of indien aan de administratie geen toegang wordt verleend tot de woning en/of het gebouw, dan wordt de toekenning van de vrijstelling automatisch geweigerd. Als er geen of onvoldoende voortgang blijkt, wordt geen nieuwe vrijstelling verleend.

 

Artikel 32 - Vrijstelling voor verblijf in een woon- en verzorgingsinstelling

Erwordteenvrijstellingvanheffingvantweejaarverleendvanafdedatumvandeadministratieve akte aan de houder van het zakelijk recht die in een instelling verblijft enwaarvandewoningdeenigewoninginbezitis.

 

Artikel 33 - Vrijstelling voor de enige eigen woning

Er wordt een vrijstelling voor onbepaalde duur verleend aan de houder van het zakelijk rechtvan een ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaarde of verwaarloosde woning, indien de woning de enige iswaarvan hij houder is van het zakelijk recht en hij die volledig gebruikt als hoofdverblijfplaats.

In geval van een verwaarloosde woning komt de belastingplichtige enkel in aanmerking voor deze vrijstelling indien elke belastingplichtige onder de inkomensgrenzen voor een sociale huurwoning valt, zoals bepaald in artikel 6.13 van Boek 6 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021.

Dehoudervan hetzakelijkrechtis vrijgesteldzolanghij aan dievoorwaarden voldoet.

 

Artikel 34 - Vrijstelling voor woningen en/of gebouwen getroffen door een ramp

Er wordt een vrijstelling verleend aan houders van het zakelijk recht van woningen en/ofgebouwen die getroffen zijn door een ramp gedurende een periode van twee jaar volgend opdedatumvan deramp.

 

Artikel 35 - Vrijstelling voor onteigening

Er wordt een vrijstelling verleend voor een woning of gebouw dat gelegen is binnen degrenzenvaneenvoorlopigofgoedgekeurdonteigeningsplanofwaarvoorgeenomgevingsvergunning meer wordt afgeleverd omdat een onteigeningsplan wordt voorbereid.De vrijstelling loopt vanaf de datum bekendmaking van de intentie tot onteigening tot de datum van effectieve onteigening.

 

Artikel 36 - Vrijstelling voor sloop

§1. De belastingplichtige kan aan de hand van een goedgekeurde omgevingsvergunningwaarbijdesloopvanhetgebouwmeehetonderwerpvormtvandevergunningeenvrijstellingaanvragen.

 

§2. Deze vrijstelling geldt tot het slopen van het gebouw (bewijs via voorgelegde foto’s) of totheteinde van degeldigheid van de vergunning.

 

Artikel 37 - Vrijstellingen voor woningen en/of gebouwen die het onderwerp vormen van een gerechtelijke procedure

§1. Er wordt een vrijstelling verleend voor woningen en/of gebouwen waarvan het effectiefgebruikonmogelijkisomwillevaneenverzegelinginhetkadervaneenstrafrechtelijkonderzoek, vanaf het begin van de onmogelijkheid tot effectief gebruik, tot één jaar na heteindevan de onmogelijkheid.

 

§2. Er wordt een vrijstelling verleend voor woningen en/of gebouwen waarvan het effectiefgebruik onmogelijk is omwille van een gerechtelijke procedure, vanaf het begin van deonmogelijkheidtoteffectiefgebruik,totéénjaarnaheteindevandeonmogelijkheid.

 

§3. De belastingsplichtige levert stukken aan die de stand van zaken van het strafrechtelijkonderzoekofdegerechtelijkeprocedure weergeven.

 

Artikel 38 - Vrijstelling voor de leegstand van een gebouw dat in hoofdzaak gediend heeft voor de uitbating van een economische activiteit en waarvan de oorspronkelijke beoefenaar van deze activiteit en eigenaar van het gebouw een gedeelte van het gebouw bewoont

Er wordt voor een gebouw gevestigd in het kernwinkelgebied een vrijstelling verleend - totwanneer de voornoemde voorwaarden niet meer van toepassing zijn - mits het pand visueeldeel blijft uitmaken van het heersend straatbeeld en aldus de voormalige etalage niet wordtafgesloten,zoalsbv.doorgrillewerkofdooreenrolluik.

 

Artikel 39 - Vrijstelling voor tijdelijk gebruik van een leegstaand gebouw in functie van het stimuleren van het ondernemerschap

§1. De houder van het zakelijk recht ontvangt een vrijstelling voor het eerstvolgende aanslagjaar waarbij hij zijn pand minimum voor een periode van vier maanden aaneensluitend ter beschikking heeft gesteld voor een kwalitatief tijdelijk, publiek toegankelijk (socio-) cultureel initiatief of voor een kwalitatieve pop-up handels- of horecazaak en zolang de functie(wijziging) strookt met de bepalingen die in omschreven zones gelden conform de Beleidsvisie detailhandel. Bij een kwalitatieve pop-up zal de huurder het pand gebruiken bij de uitoefening van een kleinhandelszaak of de opstart van een bedrijf van de ambachtsman, waarbij er een rechtstreeks contact is tussen de huurder en het publiek. Het college van burgemeester en schepenen zal bij de behandeling van de vrijstelling de kwaliteit van de pop-up verder beoordelen op basis van objectieve data verkregen uit de detailhandelsdatabank Locatus, openingsuren, aankleding van de winkel,...(niet-limitatieve lijst).

 

§2. Tijdens de vrijstellingsperiode stelt de houder van het zakelijk recht via de ondertekening van een lastgeving zijn leegstaand gebouw ter beschikking voor tijdelijke invullingen, zoals pop-up (i.k.v. het decreet houdende de huur van korte duur van handel en ambacht) en startende ondernemers.

 

De houder van het zakelijk recht dient tijdens de vrijstellingsperiode de administratie op de hoogte te houden van elk bezettingscontract dat getekend wordt.

 

§3. Na deze vrijstellingsperiode wordt de houder van het zakelijk recht terug heffingsplichtig tenzij er opnieuw een vrijstelling kan worden aangevraagd voor een tijdelijk gebruik gedurende minimum vier maanden aaneensluitend.

 

Artikel 40 - Vrijstelling wegens het aanvragen van de schrapping van leegstaande woningen en/of gebouwen

§1.Erwordteenvrijstellingvandeheffing,zoalsbepaaldinartikel25,automatischverleendgedurendeeenperiodevanzes maandenvanaf de inschrijving in het Bevolkingsregister of hetmomentvanheteersteplaatsbezoek.

 

§2.Devrijstellingeindigtophetmomentdat ereenbeslissingisomtrentdeschrapping.

 

Artikel 41 - Vrijstelling voor het uitoefenen van een vrij beroep in een woning

§1.Erwordteenvrijstellingvoorde belastingop leegstandverleendvoorwoningen diegebruiktworden voorhetuitoefenenvan eenvrijberoep.

 

Onder een vrij beroep verstaat men elke zelfstandige beoefenaar van een dienstverlenendintellectueel beroep, waarbij de dienstverlening hoofdzakelijk uit een intellectuele prestatiebestaat, er een belangrijke voorafgaande opleiding en permanente vorming vereist is, debeoefenaareen persoonlijke verantwoordelijkheid draagt,de dienstverlening gebeurtzowelinhetbelangvandecliëntalshetalgemeenbelangendeberoepsuitoefeningonderworpenis aan een deontologie.

 

§2. Deze vrijstelling wordt enkel verleend wanneer er geen structurele wijzigingen aan dewoning worden uitgevoerd, zodat wanneer de woning niet meer door de vrije beroeper wordtgebruikt,zemeteenteruggebruiktkanwordenvoorhaareigenlijkefunctie,namelijkwonen.

 

 

HOOFDSTUK V INKOHIERING, BEZWAARPROCEDURE,

OVERGANGSMAATREGELENENBEKENDMAKING.

 

Artikel 42 - De belasting wordt door middel van een kohier ingevorderd

De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van hetaanslagbiljet.

 

De vestiging en invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zakegebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreetvan 30 mei 2008 betreffende devestiging, deinvorderingendegeschillenprocedurevanprovincie-engemeentebelastingen.

 

Artikel 43 - Bezwaarprocedure

§1.Indienenbezwaar:

Debelastingplichtigekanbezwaar indienentegendezebelasting.

De indiening van het bezwaarschift moet op straffe van verval gebeuren binnen een termijnvan drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzendingvanhetaanslagbiljet.

De bezwaarindiener richt het bezwaarschrift aan het college van burgemeester en schepenen. Dit dient steedsschriftelijk,gedateerd enondertekendtegebeuren.

 

College van burgemeester en schepenen

Paradeplein2bus1

2500LIER

 

Uitgebreide info omtrent de bezwaarprocedure kan de bezwaarindiener terugvinden op de website van de StadLier:www.Lier.be.

 

§2.Behandelingbezwaar:

Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding verstuurd, binnen vijftien kalenderdagenna indiening ervan. Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over hetbezwaar en betekent zijn beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van zesmaanden ingaand de dag na deze van de betekening van het bezwaarschrift. De uitspraakwordtperbeveiligde zendingbetekend.

 

Artikel 44 - Overgangsmaatregelen

§1. Dit reglement vervangt alle voorgaandegemeentelijke reglementen met betrekking tothetinventariserenenhetbelastenvan leegstaandewoningen ofgebouwen.

 

§2. De woningen en gebouwen die al vóór het inwerking treden van onderhevig reglementop één van voormelde inventarissen, die mee onderwerp van dit reglement vormen, stondenopgenomen,behoudenhuninventarisdatum.Bijdeinkohieringvandebelastingdiebetrekking heeft op het jaar 2023 en later worden de bedragen geïnd zoals voorzien in ditreglement.

 

Artikel 45 - Inwerkingtreding en bekendmaking

Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2023. Dit reglement wordt online bekendgemaaktopdegemeentelijkewebtoepassing,binnendetiendagennadathetreglementwerdaangenomen.Degemeentebrengtdetoezichthoudendeoverheiddiezelfdedagopdehoogtevan depublicatie,volgens debepalingenvan hetdecreetlokaal bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

BELASTINGREGLEMENT ONGEADRESSEERD DRUKWERK, FLYERING/SAMPLING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van de gemeenteraad van 21 februari 2022 (en gewijzigd op 23 mei 2022) werd voor een periode van 1 april 2022 en eindigend op 31 december 2025 een belasting geheven op het huis-aan-huis verspreiden van niet-geadresseerd reclamedrukwerk en daarmee gelijkgestelde producten en op sampling.

 

Feiten en context

Een aantal grote bedrijven doen voor hun publicaties ongeadresseerd drukwerk beroep op een uitgeverij gevestigd in het buitenland. Dit bedrijf  laat vaak na aangiftes te doen, dient tegen elke aanslag bezwaar in en start gerechtelijke procedures en wat nog belangrijker is betaalt niet.

Om in de toekomst deze dure en zeer tijdrovende procedures te vermijden passen we het artikel van de hoofdelijke solidariteit aan met een speciale clausule.

 

Juridische grond

Artikel 170 § 4 van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Gelet op het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd.15 februari 2019

 

Argumentatie

De gemeenteraad beslist ter zitting - na bespreking - dat artikel 5 nog wordt aangevuld met volgende tekst "en erkende politieke partijen" (zie onderstaande tekst:

"Artikel 5: Vrijstellingen

De belasting is niet verschuldigd voor:

  1. Gratis bedeelde kranten met een redactionele inhoud van minimaal 40 %, verzorgd door journalistieke medewerkers, mits minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan:

        wekelijkse nieuwsberichten van de stad worden kosteloos opgenomen in een vast redactioneel gedeelte

        de krant verschijnt minimaal 48 keer per jaar

 

  1. Publicaties van publiekrechtelijke personen en socio-culturele, jeugd -en sportverenigingen en erkende politieke partijen die niet aan bovenstaande periodieke verschijning voldoen op voorwaarde dat maximum 60 % is ingevuld met reclame van minimaal 2 adverteerders"

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

5 stemmen tegen: Marcel Taelman, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

6 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 5 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement op het verspreiden van ongeadresseerd drukwerk en gelijkgestelde producten, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 mei 2022, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op het verspreiden van ongeadresseerd drukwerk en gelijkgestelde producten, zoals als bijlage toegevoegd, goed.

 

 

BIJLAGE

 

BELASTING OP HET VERSPREIDEN VAN NIET-GEADRESSEERD DRUKWERK EN DAARMEE GELIJKGESTELDE PRODUCTEN EN SAMPLING/FLYERING

 

Juridische grondslag

Artikel 170 § 4 van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Gelet op het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA)

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentelbelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

 

Motivering

Voor haar algemene financiering heft de stad Lier een belasting op niet-geadresseerd drukwerk en daarmee gelijkgestelde producten en samplingdoeleinden. Deze belasting is verantwoord aangezien het ongevraagd en systematisch verspreiden van ongeadresseerd drukwerk en gelijkgestelde producten in alle brievenbussen of op de openbare weg  nadelig is voor het milieu en hierdoor het volume papierafval verhoogt en bijkomende kosten mee brengt voor afhaling en verwerking ervan.

 

Artikel 1: Belastbaar feit

Voor de termijn ingaand op 01 januari 2023 en eindigend op 31 december 2025  wordt ten behoeve van de stad Lier een belasting geheven op de verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en van gelijkgestelde producten, ongeacht of ze in brievenbussen worden gedeponeerd of op de openbare weg worden verspreid.

 

Artikel 2: Definities

Verspreiding : de bedeling in brievenbussen en de uitdeling of afgifte van niet-geadresseerd drukwerk en van gelijkgestelde producten op de openbare weg

Gelijkgestelde producten : onder meer alle stalen en reclamedragers inclusief flyers, door de adverteerders aangeboden, die willen aanzetten tot het gebruik of verbruik van diensten, producten of transacties. Deze opsomming is niet limitatief

Niet-geadresseerd : het ontbreken van een individuele adressering, waarbij ook de collectieve adresaanduiding per straat, of gedeeltelijke adresvermelding, wordt  beschouwd als niet-geadresseerd

 

Artikel 3: Belastingplichtige

De belasting is verschuldigd door de verantwoordelijke uitgever. Wanneer de verantwoordelijke uitgever niet gekend is, is de belasting in afnemende volgorde verschuldigd door de genieter wiens naam, logo of embleem het niet-geadresseerde drukwerk of gelijkgestelde product draagt, de persoon die opdracht gaf aan de drukker om te drukken of om het gelijkgestelde product te vervaardigen of de drukker zelf.

 

Indien de verantwoordelijke uitgever in het buitenland is gevestigd, is de belasting verschuldigd door de Belgische vestiging van de verantwoordelijke uitgever. Wanneer er geen Belgische vestiging is, is de belasting in afnemende volgorde verschuldigd door de genieter wiens naam, logo of embleem het niet-geadresseerde drukwerk of gelijkgesteld product draagt, de persoon die opdracht gaf aan de drukker om te drukken of om het gelijkgestelde product te vervaardigen of de drukker zelf.

 

De genieter wiens naam, logo of embleem het niet-geadresseerde drukwerk of gelijkgesteld product draagt is steeds hoofdelijk gehouden tot betaling van de belasting.”.

 

Artikel 4: Tarieven en berekening

De belasting op het verspreiden van niet-geadresseerd drukwerk en daarmee gelijkgestelde producten is verschuldigd telkens en een verspreiding van niet-geadresseerd drukwerk en daarmee gelijkgestelde producten plaatsvindt.

De belasting wordt vastgesteld op :

        0,01 EUR per exemplaar met een minimum van 45,9 EUR per bedeling voor publicaties kleiner of gelijk aan A4 met maximum 2 bladzijden

        0,02 EUR per exemplaar met een minimum van 85,90 EUR per bedeling voor publicaties kleiner of gelijk aan A4  vanaf 3 tem 10 bladzijden

        0,04 EUR per exemplaar met een minimum van 110,00 EUR per bedeling voor publicaties kleiner of gelijk aan A4 van meer dan 10 bladzijden of voor publicaties groter dan een A4 formaat ongeacht het aantal bladzijden bij bedeling van maximum 2000 exemplaren en een minimum van 170,00 EUR per bedeling voor publicaties kleiner of gelijk aan A4 van meer dan 10 bladzijden of voor publicaties groter dan een A4 formaat ongeacht het aantal bladzijden bij bedeling van meer dan 2000 exemplaren

        € 276,70/dag voor gebruik van het openbaar domein voor sampling /flyering voor doeleinden van commerciële reclame, opsplitsen in dagdelen is niet mogelijk

De bedragen van de belasting worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex (basis 2004).

Ze worden op 01 januari van ieder jaar aangepast aan de index van de maand december van het voorgaande jaar volgens de formule:

 

 

                                R x I                                               waarbij R = tarief vastgesteld in artikel 3

                                    i  I = index van de maand december van het voorgaande jaar

 i = index van de maand december 2021 (basis 2004)

 

 

Artikel 5: Vrijstellingen

De belasting is niet verschuldigd voor:

  1. Gratis bedeelde kranten met een redactionele inhoud van minimaal 40 %, verzorgd door journalistieke medewerkers, mits minimaal aan volgende voorwaarden wordt voldaan:

       wekelijkse nieuwsberichten van de stad worden kosteloos opgenomen in een vast redactioneel gedeelte

       de krant verschijnt minimaal 48 keer per jaar

 

  1. Publicaties van publiekrechtelijke personen en socio-culturele , jeugd -en sportverenigingen die niet aan bovenstaande periodieke verschijning voldoen op voorwaarde dat maximum 60 % is ingevuld met reclame van minimaal 2 adverteerders
  2. Wanneer de opdracht tot drukken of produceren uitgaat van politieke partijen die een lijst indienen voor de Europese, federale, gewestelijke provinciale of gemeentelijke verkiezingen, of van kandidaten die op deze lijsten voorkomen, en dit voor zover de drukwerken of gelijkgestelde producten verspreid worden in de periode tussen de in de kieswetgeving vastgestelde datum van terhandstelling van de voordrachten van de kandidaten en de dag van de verkiezing
  3. Drukwerken of gelijkgestelde producten die verspreid worden en die hoofdzakelijk verband houden met een gemeentelijke volksraadpleging, dit voor zover de drukwerken of producten verspreid worden in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in art 310 en volgende  van het decreet lokaal bestuur en de beslissing van de gemeenteraad om op een dergelijk verzoek niet in te gaan, of in de periode tussen de indiening van het verzoek bedoeld in art 310 en volgende van het decreet lokaal bestuur en de dag van de volksraadpleging of in de periode tussen de beslissing van de gemeenteraad op eigen initiatief en de dag van de volksraadpleging
  4. Het samplen/flyeren in kader van doeleinden die geen handels- of nijverheidsdoel en geen winstoogmerk nastreven door onder meer (feitelijke) verenigingen zonder winstoogmerk.
  5. Het samplen/flyeren ter gelegenheid van een evenement welke toegelaten is door het college van burgemeester en schepenen en uitsluitend voor de locatie die werd toegestaan voor dit evenement. Onder een evenement wordt verstaan: een publieke gebeurtenis of bijeenkomst op publiek domein, met meer dan 50 al dan niet betalende bezoekers en/of deelnemers. Een dergelijke gebeurtenis of bijeenkomst kan verschillende oogkenmerken hebben: vrije tijdsbeleving, beleving van kunst, cultuur, muziek, sport, beurzen, braderijen, markten, kermissen, feesten en vieringen.
  6. Sampling /flyering door openbare besturen of openbare diensten en onderwijsinstellingen.
  7. Sampling door verenigingen aangesloten bij een door de stad erkende adviesraad.
  8. Het voeren van reclame op voertuigen, die enkel betrekking heeft op beroepsactiviteit van de eigenaar van het voertuig.

 

Artikel 6: aangifte

De belastingplichtigen  zijn ertoe gehouden aangifte te doen van de belastbare elementen 3 dagen voor de datum waarop de verspreiding wordt aangevangen van het niet-geadresseerd drukwerk of daarmee gelijkgesteld product dat het voorwerp uitmaakt van de aanslag. Een exemplaar van het te verspreiden drukwerk of product dient bij de aangifte te worden gevoegd.

 

Het verdelingsprogramma van een  periode bv. kwartaal, maand kan vooraf worden aangegeven. In dit geval dient een specimen 2 dagen na de verspreiding aan het gemeentebestuur te worden overgemaakt.

 

Bij sampling / flyeren zijn de belastingplichtigen er toe gehouden aangifte te doen van de belastbare elementen 14 dagen voor de datum van de bedeling op het openbaar domein.

 

Artikel 7: vaststelling

De belastbare elementen worden vastgesteld door het stadsbestuur.

De beëdigde aangestelden van de stad Lier zijn gemachtigd alle inbreuken op deze verordening vast te stellen.

 

Artikel 8: ambtshalve inkohiering

§ 1. Wanneer er geen, een onvolledige, onnauwkeurige of onjuiste aangifte wordt gedaan, gaat de gemeente over tot ambtshalve inkohiering volgens de gegevens waarover de gemeente beschikt, onverminderd het recht van bezwaar of beroep.

Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het gemeentebestuur aan de belastingplichtige, per beveiligde zending, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.

 

De belastingplichtige beschikt over een termijn van 30 kalenderdagen te rekenen van de 2 de werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk kenbaar te maken.

 

§ 2. De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 25 % , indien de belastingplichtige het samplen of flyeren op het openbaar domein niet spontaan aangeeft en de stad ambtshalve inkohiert, wordt deze belasting verhoogd met 25 %.

 

Het bedrag van de verhoging wordt mee ingekohierd.

 

Artikel 9 : Inning en invordering

De belasting wordt ingevorderd bij middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De kohierbelasting moet worden betaald binnen twee maanden na de verzendingsdatum van het aanslagbiljet.

 

Artikel 10: Bezwaarprocedure

§ 1 indienen bezwaar

De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting.

De indiening van het bezwaarschift moet op straffe van verval gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde  werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.

Je richt je bezwaarschrift aan het college van burgemeester en schepenen. Dit dient steeds schriftelijk, gedateerd en ondertekend te gebeuren.

 

College van burgemeester en schepenen,

Paradeplein 2 bus 1

2500 LIER

 

Uitgebreide info omtrent de bezwaarprocedure kan je terugvinden op de website van de Stad Lier:

www.Lier.be

 

§ 2 behandeling bezwaar

Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding verstuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.

Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het bezwaar en betekent zijn beslissing aan de indiener ervan, binnen een termijn van zes maanden , ingaand de dag na deze van de betekening van het bezwaarschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend.

 

Artikel 11: Inwerkingtreding

Het reglement treedt in voege op 01 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen.

Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikels 285,286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

AFVALBELASTING VARIABELE BIJDRAGE - AANPASSING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van de gemeenteraad dd 29 november 2021 werd het huidige belastingreglement op de afvalbelasting variabele bijdrage goedgekeurd. Er wordt gestreefd om deze contantbelasting in de gemeenten aangesloten bij het samenwerkingsverband IVAREM zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen, daarom is het wenselijk dat ook de tarieven op mekaar worden afgestemd.

 

Feiten en context

De gemeente zamelt volgende afvalstoffen in:

        huisvuil, papier & karton en PMD via huis-aan-huis inzameling

        snoeihout en grof vuil selectief op afroep

        textiel en hol glas via containers die op verschillende plaatsen in de gemeente zijn opgesteld

        o.a. papier & karton, PMD, glas, groenafval, houtafval, oude metalen, bouw- en sloopafval, textiel, grof vuil, piepschuim, kunststoffen, matrassen, asbestcement, batterijen, KGA en AEEA via het recyclagepark;

 

Aan deze inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen zijn kosten verbonden, die zwaar doorwegen op de gemeentelijke financiën.

 

Om de scheiding aan de bron aan te moedigen is het niet aangewezende inzameling- en verwerkingskosten voor de selectieve afvalsoorten volledig in functie van het aanbod door te rekenen aan de aanbieders;

 

Deze contantbelasting neemt de financiële toestand van de gemeente in overweging en heeft als doel ontradend te werkendoor de vervuiler te laten betalen voor het restafvaldat hij produceert.

Bijgevolg is het wenselijk om een belasting te heffen op het inzamelen en verwijderen van huishoudelijke en daarmee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, zodat op die manier wordt bijgedragen in de gemeentelijke uitgaven

 

Overwegende dat sociale toelagen worden voorzien bij gezinnen die om medische redenen extra afval produceren;

 

Overwegende dat ernaar gestreefd wordt om deze contantbelasting in de gemeenten aangesloten bij het samenwerkingsverband IVAREM  zo optimaal mogelijkop elkaar af te stemmen;

 

Gelet op het feit dat detariefzetting van de variabele kosten van deze gedifferentieerde contantbelastingconform de door OVAM opgelegde min- en max tarieven moeten zijn;

Overwegende dat artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen toelaat dat de gemeente het intergemeentelijk samenwerkingsverband machtigt de kosten voor het beheer van huishoudelijk afval te innen;

Overwegende dat het innen van een belasting gedefinieerd wordt als het in ontvangst nemen van de schuld;

 

Gelet op de beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM).

 

 

Juridische grond

Gelet op de Grondwet, inzonderheid artikel 170, §4;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;

 

De algemene bestuurlijke politieverordening, meer bepaald de artikelen betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen;

 

Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, inzonderheid artikel 26, en latere wijzigingen;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), en latere wijzigingen;

Het besluit van de Vlaamse regering van 16 september 2016 tot vaststelling van het uitvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval;

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

6 stemmen tegen: Freddy Callaerts, Marcel Taelman, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

9 onthoudingen: Koen Breugelmans, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 6 stemmen tegen - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het belastingreglement op de afvalbelasting variabele bijdrage, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 29 november 2021, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt het belastingreglement op de afvalbelasting variabele bijdrage, als bijlage toegevoegd, goed.

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist om het nieuwe reglement te laten ingaan vanaf 1 januari 2023.

 

 

BIJLAGE

 

Belastingreglement op de afvalbelasting variabele bijdrage

 

Juridische grond

Gelet op de Grondwet, inzonderheid artikel 170, §4;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;

De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;

 

De algemene bestuurlijke politieverordening, meer bepaald de artikelen betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen;

 

Het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, inzonderheid artikel 26, en latere wijzigingen;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), en latere wijzigingen;

Het besluit van de Vlaamse regering van 16 september 2016 tot vaststelling van het uitvoeringsplan voor het huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval;

 

Feiten en context

De gemeente zamelt volgende afvalstoffen in:

       huisvuil, papier & karton en PMD via huis-aan-huis inzameling

       snoeihout en grof vuil selectief op afroep

       textiel en hol glas via containers die op verschillende plaatsen in de gemeente zijn opgesteld

       o.a. papier & karton, PMD, glas, groenafval, houtafval, oude metalen, bouw- en sloopafval, textiel, grof vuil, piepschuim, kunststoffen, matrassen, asbestcement, batterijen, KGA en AEEA via het recyclagepark;

 

Aan deze inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen zijn kosten verbonden, die zwaar doorwegen op de gemeentelijke financiën.

 

Om de scheiding aan de bron aan te moedigen is het niet aangewezen de inzameling- en verwerkingskosten voor de selectieve afvalsoorten volledig in functie van het aanbod door te rekenen aan de aanbieders;

 

Deze contantbelasting neemt de financiële toestand van de gemeente in overweging en heeft als doel ontradend te werken door de vervuiler te laten betalen voor het restafval dat hij produceert.

Bijgevolg is het wenselijk om een belasting te heffen op het inzamelen en verwijderen van huishoudelijke en daarmee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, zodat op die manier wordt bijgedragen in de gemeentelijke uitgaven.

 

Overwegende dat sociale toelagen worden voorzien bij gezinnen die om medische redenen extra afval produceren;

Overwegende dat ernaar gestreefd wordt om deze contantbelasting in de gemeenten aangesloten bij het samenwerkingsverband IVAREM  zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen;

Gelet op het feit dat de tariefzetting van de variabele kosten van deze gedifferentieerde contantbelasting conform de door OVAM opgelegde min- en max tarieven moeten zijn;

Overwegende dat artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen toelaat dat de gemeente het intergemeentelijk samenwerkingsverband machtigt de kosten voor het beheer van huishoudelijk afval te innen;

Overwegende dat het innen van een belasting gedefinieerd wordt als het in ontvangst nemen van de schuld;

Gelet op de beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM).

 

Artikel 1: Belastbare feiten en definities

Met ingang van 1 januari 2023 wordt een contantbelasting gehevenop de ingezamelde afvalsoorten van huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsmatige oorsprong.

Voorde toepassing van deze contantbelasting wordt verstaan:

        onder container: “het aan een aansluitpunt ter beschikking gestelde en verplicht te gebruiken recipiënt voor de inzameling van huisvuil en de vergelijkbare restfractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval voorzien van een identificatiechip waardoor de identiteit van de aanbieder en het aantal aanbiedingen alsook de aangeboden hoeveelheid afval via een geautomatiseerd systeem kunnen worden geregistreerd”

        onder tijdelijkecontainer: “de aan een inrichter van een evenement ter beschikking gestelde container(s) voor maximaal 1 maand voor het inzamelen en verwerken van huisvuil dat op het evenement ontstaat”

        onder verzamelcontainer: “het permanent of tijdelijk voorziene ondergrondse of bovengrondse brengsysteem dat door meerdere aansluitpunten verplicht of aanvullend wordt gebruikt voor de inzameling van huisvuil en de vergelijkbare restfractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval of PMD door middel van een aanmeldkaart”

        onder piekzak: “een recipiënt, zijnde een plastic afvalzak met een inhoudsvermogen van 60 liter, dat door aansluitpunten aanvullend met de aanbieding van de inzamelcontainer(s), wordt gebruikt voor de aanbieding van het huisvuil of de vergelijkbare restfractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, indien ingevolge unieke en bijzondere omstandigheden de ter beschikking gestelde inzamelcontainer niet volstaat voor het aanbieden van de voormelde restafvalstoffen”

        onder aansluitpunt: “iedere entiteit (gebouw, constructie, appartement, woongelegenheid, infrastructuur, domein, openbaar gebouw en andere) op het grondgebied van de gemeente die geïnitialiseerd is als ophaalpunt en die per ophaalpunt van afvalstoffen als dusdanig gekend is als afvalproducent en gebruik maakt van de (inter)gemeentelijke dienstverlening inzake het inzamelen van afvalfracties”

        onder aanmeldkaart: “een digitale kaart met onbepaalde geldigheidsduur die ter beschikking wordt gesteld van een aansluitpunt en die de houder van de kaart toegang verleent tot een verzamelcontainer”

        onder toegangskaart: “een digitale kaart met onbepaalde geldigheidsduur die ter beschikking wordt gesteld aan een aansluitpunt en die de houder van de kaart toegang verleent tot het recyclagepark”

        onder maandkaart: “een digitale kaart die gedurende 31 kalenderdagen toegang verleent tot het recyclagepark en die ter beschikking wordt gesteld aan een gebruiker bij verlies of beschadiging van de eID”

        onder gezin : “dezelfde betekenis als in de bepaling van de laatste algemene onderrichtingen betreffende het houden van de bevolkings- en vreemdelingenregisters”

 

Artikel 2: Tarieven opgehaalde afvalstoffen:

De hieronder vermelde contantbelasting is verschuldigd door eenieder die gebruik maakt van de (inter)gemeentelijke dienstverlening inzake de inzameling aan huis van volgende afvalfracties:

 

Fractie

Contantbelasting

A) Huisvuil

i. rolcontainers

 

 

 

 

 

 

 

ii. verzamelcontainers

 

 

iii. piekzak

 

iv. plaatsingstarieven voor tijdelijke containers

 

 

v. vervanging of bijkomende aanmeldkaart naast container

 

vi. slot

 

 

vii. omruiling container

 

viii. vervanging of herstelling containers (incl chip en interventie)

0,30 euro per kg vermeerderd met een

aanbiedingskost van

        0,94    euro per  40 liter container

        1,61    euro per 140 liter container

        2,28    euro per 240 liter container

        3,08    euro per 360 liter container

        5,82    euro per 770 liter container

        8,03    euro per 1 100 liter container

 

1,18 euro per 20 liter vulsluis

3,53 euro per 60 liter vulsluis

 

3,53 euro per zak (max. 15 kg per zak)

 

12 euro per container van 140 liter of 240 liter

25 euro per container van 1 100 liter

 

12 euro per aanmeldkaart

 

 

 

Plaatsen van een slot 40 euro
Verwijderen van een slot 15 euro

 

12 euro (eerste omruiling gratis)

 

46 euro / 40 liter container

46 euro / 140liter container

53 euro / 240 liter container

145 euro / 770 liter container

235 euro / 1100 liter container

Vervanging van enkel chip 15 euro

B) Grofvuil

        per ophaaladres + gewicht

 

20 euro / ophaaladres + 0,39 euro /kg

C)PMD-afval

        blauwe PMD zakken

 

                                          verzamelcontainers

 

0,15 euro / 60 liter zak
0,30 euro / 120 liter zak

 

0,05 euro / 20 liter vulsluis

0,15 euro / 60 liter vulsluis

D) Snoeihout

   per volume

 

14 euro / m³

E) Papier en karton (rolcontainers)

Plaatsen van een slot 40 euro
Verwijderen van een slot 15 euro

 

De belasting betreffende het inzamelen en verwerken van huisvuil via rolcontainers , verzamelcontainers en piekzakken wordt jaarlijks op 1 januari aangepast op basis van de evolutie van de afgevlakte gezondheidsindex en wel als volgt: elk bedrag wordt vermenigvuldigd met een factor in de teller de afgevlakte gezondheidsindex die van toepassing was op oktober van het jaar dat voorafgaat aan het jaar waarin het bedrag wordt gewijzigd, en met de noemer de afgevlakte gezondheidsindex die van toepassing was op oktober van 2022. Het zo verkregen getal wordt wiskundig afgerond op 0,01 euro.

 

Artikel 3 Tarieven afvalstoffen aangeboden op een recyclagepark

De hieronder vermelde contantbelasting is verschuldigd door eenieder die gebruik maakt van de intergemeentelijke dienstverlening inzake het inzamelen van volgende afvalfracties op het recyclagepark:

 

Fractie

Contantbelasting

A) Grofvuil (per gewicht)

 

     Grofvuil (per volume)

        zetels en zitbanken

        ander grofvuil (per volume)

 

0,33 euro per kilogram met een minimum van 3,30 euro per weging

 

11 euro per zitplaats

11 euro per begonnen ¼ m³

 

B) Betalende zone 
asbestcement, grond, houtafval, vlak glas, steenpuin, kalk, gips, porselein , treinbielzen

        toegang tot de betalende zone met de wagen via slagboom

 

        toegang tot de betalende zone te voet via draaikruis



 

7,50 euro per begonnen m³
asbestcement is gratis tot 1 m³ / jaar per gezin

1 x gratis per bezoek en per gezin

C) Gratis zone
papier en karton, hol glas, KGA, batterijen, textiel, oude metalen, groenafval, AEEA, herbruikbare voorwerpen, piepschuim, harde kunststoffen, matrassen, snoeihout en kleine boomstronken

PMD
Incontinentie materiaal


gratis





aan te leveren in blauwe zakken van IVAREM
aan te leveren in inco zakken van IVAREM

D) Andere artikelen/diensten

        ter beschikking stelling van naaldcontainer

        ter beschikking stellen van blauwe zak

        ter beschikking stellen van inco zak

        ter beschikking stellen van plaat-en kuubzakken voor hechtgebonden asbest

        ter beschikking stellen van piekzak

 

        extra toegang bovenop de basis toegekende 28 gratis beurten per jaar

 

        toegangskaart per aansluitpunt

 

        maandkaart per aansluitpunt

 

gratis

1,50 euro per rol van 10 zakken van 60 liter

10,70 euro per rol van 10 zakken van 30 liter

30 euro voor de eerste zak en 20 euro per volgende zak

 

3,53 euro per zak (max. 15 kg per zak)

 

5 euro / bezoek
 

 

10 euro per toegangskaart

 

5 euro per maandkaart

 

Artikel 5 : Contante inning :

§ 1. Diegenen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven zakken voor inzameling aan huis zijn de in artikel 2 vermelde contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en). Deze recipiënten zijn uitsluitend te verkrijgen in voorverpakte hoeveelheden van 10 stuks.

§ 2. Diegenen die voor de aanbreng van afvalstoffen gebruik maken van het recyclagepark zijn de in artikel 3 vermelde contantbelasting verschuldigd. Wanneer het weegsysteem op het recyclagepark in storing is, zal de tarief bepaling van het aangeboden grofvuil gebeuren op basis van het aantal zitplaatsen en op basis van het aangeboden volume van het overige grofvuil.

§ 3. Diegenen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting verschuldigd op het ogenblik dat de kipbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen worden geregistreerd. De contantbelasting wordt in mindering gebracht van de vooraf betaalde provisie. Indien geen gewicht kon worden geregistreerd wordt een bedrag voor de aangeboden kilograms aangerekend van overeenkomstig 3 kg bij 40 liter, 10,5 kg bij 140 liter, 18kg bij 240 liter, 27 kg bij 360 liter, 58kg bij 770 liter en 82,5kg bij 1100 liter containers.

§ 4. Diegenen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven aanmeldkaart voor een verzamelcontainer zijn de contantbelasting verschuldigd bij de sluiting van de vulsluis van de verzamelcontainer. De contantbelasting wordt in mindering gebracht van de provisie.

§ 5. Diegenen die gebruik maken van inzameling huis-aan-huis op afroep van grofvuil en snoeihout zijn de contantbelasting verschuldigd op het ogenblik dat IVAREM de lijst definitief opstelt van de ophaalronde waarin het betrokken ophaalpunt wordt aangedaan. De contantbelasting wordt in mindering gebracht van de provisie.

§ 6. De contantbelasting voor vervanging of herstelling van containers en/of chip die door toedoen van de containergebruiker onbruikbaar zijn geworden, wordt aangerekend bij de vervanging. De contantbelasting wordt in mindering gebracht van de provisie. Deze contantbelasting is niet verschuldigd wanneer de containerhouder het bewijs levert dat het verlies of de beschadiging van de container niet werd veroorzaakt door of het resultaat is van enige nalatigheid van zijnentwege.

§ 7. De contantbelasting voor het plaatsen van tijdelijke containers wordt aangerekend bij de levering.Indien de containers bij ophaling vuil zijn wordt een contantbelasting aangerekend van 12 euro per container van 140 liter of 240 liter en 25 euro per container van 1100 liter.

 

§ 8. De contantbelasting bij vervanging wegens verlies, beschadiging of vernietiging van een aanmeldkaart wordt in mindering gebracht van de provisie bij levering of vervanging van de aanmeldkaart. Deze contantbelasting is niet verschuldigd wanneer de houder van de aanmeldkaart het bewijs levert dat het verlies of de beschadiging van de aanmeldkaart niet werd veroorzaakt door of het resultaat is van enige nalatigheid van zijnentwege.

§ 9. De contantbelasting voor een bijkomende aanmeldkaart die aanvullend kan gebruikt worden naast het gebruik van de container wordt in mindering gebracht van de provisie bij levering van de aanmeldkaart.

§ 10. De contantbelasting bij omruiling van een container op vraag van de containerhouder, wordt in mindering gebracht van de provisie bij omruiling van de container. Bij een nieuwe containerhouder zal (zullen), bij wijze van overgangsmaatregel, de container(s) op verzoek éénmalig gratis worden omgeruild.
Indien de container niet leeg en proper wordt aangeboden op het moment van omruiling wordt voor de voorrijkosten een contantbelasting van 20 euro in mindering gebracht van de provisie.

§ 11. De contantbelasting voor het plaatsen van een slot op de container op verzoek van de containerhouder, wordt in mindering gebracht van de provisie bij het aanbrengen van het slot.

 

Artikel 6 : Drempelbedrag en betalingsuitnodigingen

§ 1. Bij een eerste betalingsuitnodiging voor de vooraf te betalen provisie wordt 60,00 euro aangerekend  dat binnen een termijn van twee weken vanaf ontvangst van de betalingsuitnodiging op het vermelde rekeningnummer gestort moet worden.

§ 2. Van zodra het drempelbedrag van 15 euro is bereikt, wordt een aanvulling van de provisie verwacht. De provisie wordt aangevuld volgens het geraamde gebruik voor het volgende jaar gebaseerd op de historiek van het aansluitpunt van de afgelopen 3 maanden. Indien de historiek korter is dan 3 maanden, dan is het bedrag van de nieuwe betalingsuitnodiging vastgesteld op 60 euro. De gebruiker stort dit bedrag binnen een termijn van twee weken vanaf de ontvangst van de betalingsuitnodiging op het vermelde rekeningnummer. De aanvulling van de provisie bedraagt maximaal 100 euro per aansluitpunt en wordt verhoogd met een openstaande schuld.

§ 3. De container wordt geledigd zolang de provisie niet lager is dan 0 euro. De verzamelcontainers en recyclageparken blijven toegankelijk zolang de provisie de 0 euro niet bereikt.

 

Artikel 7 : Terugbetaling

Bij verhuis buiten het werkingsgebied van IVAREM of overlijden van de alleenwonende wordt het nog beschikbare bedrag van de voorafbetaalde provisie door IVAREM teruggestort op het laatste gekende rekeningnummer.

De containers, aanmeldkaarten en toegangskaarten worden voor verder gebruik geblokkeerd.

 

Artikel 8 : Toewijzingsregels container

De containers zijn eigendom van IVAREM. De container bevat een ingebouwde elektronische gegevensdrager waardoor de identiteit van de gebruiker is gekend. De containers behoren toe aan de fysische locatie (gebouw, infrastructuur of domein) van het aansluitpunt.

 

Bij gezinnen zijn de volgende toekenningsregels voor de containers van toepassing per aansluitpunt:

        Het standaard volume voor de container is 140 liter bij huisvuil en 240 liter bij  papier en karton

        De standaard container kan worden omgewisseld naar een container van 40 of 240 liter

        Maximum 1 container per aansluitpunt

        Meerdere containers van 40 liter tot een maximum van drie zijn mogelijk bij:

        appartement, studio, aaneensluitende bebouwing, serviceflats zonder mogelijke berging

        woning verder dan 50 meter gelegen van de openbare weg die bediend wordt tijdens de reguliere inzameling

        Afwijkingen op deze toewijzingsregels worden enkel toegestaan door de gemeente mits afdoende motivering.

 

Artikel 9 : Toegang tot de recyclageparken :

De toegang tot de recyclageparken verloopt via het “HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE RECYCLAGEPARKEN VAN IVAREM” terug te vinden op de website www.ivarem.be en op de aanplakborden aan de ingang van het recyclagepark.

 

Artikel 10 Intergemeentelijke inning :

Uitgezonderd artikel 2.A.iv worden de vermelde contantbelastingen geïnd door het intergemeentelijk samenwerkingsverband IVAREM.

Bij ontstentenis van betaling wordt de belasting een kohierbelasting.

 

Artikel 11: Bezwaar

De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.

Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.

Het college van burgemeester en schepenen, of een gemeentelijk personeelslid dat daartoe bijzonder door het college van burgemeester en schepenen is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na indiening de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding.

 

Artikel 12:

Dit reglement heft elk voorgaande ten deze op en gaat in vanaf 01 januari 2023.

 

Artikel 13: Bekendmaking :

Dit reglement wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.

Ter kennisgeving zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan de intergemeentelijke vereniging voor duurzaam afvalbeheer regio Mechelen (IVAREM).

Het reglement zal worden afgekondigd en bekendgemaakt volgens artikel 286 van het decreet over het lokaal bestuur. Overwegende dat sociale toelagen worden voorzien bij gezinnen die om medische redenen extra afval produceren;

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

RETRIBUTIE OP AANMANINGEN - AANPASSING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2019 over de goedkeuring van het retributiereglement voor het verzenden van aanmaningen, laatste berichten en aangetekende zendingen

In het verleden werd er een retributie geheven op het verzenden van aanmaningen, laatste berichten en aangetekende zendingen  Nu worden alle tweede aanmaningen aangetekend verstuurd en worden enkel hiervoor kosten aangerekend.

 

Feiten en context

Een aantal debiteuren laten na de door hen verschuldigde bedragen tijdig te voldoen, het groot aantal herinneringsbrieven en aangetekende zendingen verhogen de administratieve en frankeringskosten aanzienlijk. Het is aanvaardbaar dat hiervoor een kost wordt aangerekend.

 

Juridische grond

Artikel 170 § 4 van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

11 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 11 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglemen voor het verzenden van herinneringen en aanmaningen, zoals goedgekeurd op de gemeenteraad van 16 december 2019, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt het retributiereglement voor het verzenden van herinneringen en aanmaningen, zoals als bijlage toegevoegd, goed.

 

Art 3 :

De gemeenteraad beslist om het retributiereglement op het verzenden van aanmaningen, laatste berichten en aangetekende zendingen goed te keuren voor de looptijd  van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2025.

 

 

BIJLAGE

 

Retributiereglement voor het verzenden van herinneringen en aanmaningen,

 

Juridische grondslag

Artikel 173 van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019.

Motivering

Een aantal debiteuren laten na de door hen verschuldigde bedragen tijdig te voldoen, het groot aantal herinneringsbrieven en aangetekende zendingen verhogen de administratieve en frankeringskosten aanzienlijk. Het is aanvaardbaar dat hiervoor een kost wordt aangerekend.

 

Artikel 1  Belastbaar feit

Voor een termijn ingaand vanaf 01 januari 2023 en eindigend op 31 december 2025 wordt ten behoeve van de stad Lier een retributie geheven op het verzenden van aanmaningen, laatste berichten en aangetekende zendingen..

 

Artikel 2 :  Definities

herinnering :  eerste herinnering nadat de betalingstermijn is verstreken

aanmaning : tweede herinneringsbrief ongeacht of die per gewone post of aangetekend wordt verstuurd nadat de betalingstermijn toegestaan in de herinnering verstreken is zonder dat een betaling volgde.

Invorderingskost : verschuldigd wanneer de invordering van onbetwiste en opeisbare fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen en gemeentelijke administratieve sancties dient te worden uitbesteed.

 

Artikel 3 : Tarieven 

De tarieven worden vastgesteld als volgt :

Herinnering  : kosteloos

Aanmaning  :   € 15

Invorderingskost voor niet-fiscale vorderingen : € 30

 

Artikel 4 :  Jaarlijkse indexering

Het bedrag van de  retributie wordt jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex (basis 2004). Ze worden op 01 januari van ieder jaar aangepast aan de index van de maand december van het voorgaande jaar volgens de formule :

   R x I  waarbij R = tarief vastgesteld in artikel 3

      i    I = index van de maand december van het voorgaande jaar                                       i = index van de maand december 2019 (basis 2004)

 

De aldus bekomen bedragen worden afgerond naar een veelvoud van 10 cent. Dit houdt in  dat een geïndexeerd bedrag dat eindigt op 1,2,3 en 4 eurocent wordt afgerond naar het lagere veelvoud van 10 cent. Het geïndexeerd bedrag dat eindigt op 5,6,7, 8 en 9 eurocent wordt afgerond naar het hogere veelvoud van 10 cent.

 

Artikel 5 : Retributieplichtige en inning

De retributie is verschuldigd door de debiteur voor wiens openstaande schulden de aangetekende zendingen worden verstuurd of de invordering wordt uitbesteed.

Deze kosten worden samen met de openstaande schuld aan gerekend.

Deze bijkomende kosten worden bij betaling eerst geboekt en pas daarna de hoofdsom.

 

Artikel 6 :

Naast dit reglement zullen tevens de geldende wettelijke intrestvoeten worden toegepast.

 

Artikel 7 : Inwerkingtreding

Het reglement treedt in voege op 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen.

Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikels 285,286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

RETRIBUTIE OP INLICHTINGEN OVER EN DE REPRODUCTIE VAN COLLECTIESTUKKEN IN STEDELIJK BEZIT - AANPASSING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het huidige retributiereglement op en voorwaarden voor het reproductierecht op kunstwerken werd goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 25 november 2019.

 

Feiten en context

Vermits  het bestaande reglement geen melding maakt van de nieuwste reproductie technieken en de erin opgenomen bepalingen achterhaald zijn dringt een actualisering zich op.

 

De tarieven voor fotokopieën worden tevens aangepast.

 

Juridische grond

Artikel 173 van de Grondwet, Artikel 40 § 3 , artikel 41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur, Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentelbelastingen, Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Bart Verhoeven, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Nancy Dresen, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

10 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 10 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglement op en voorwaarden voor reproductie van collectiestukken in stedelijk bezit, zoals goedgekeurd op 25 november 2019, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglement op en voorwaarden voor reproductie van collectiestukken in stedelijk bezit, zoals als bijlage toegevoegd, op 31 december 2022 goed te keuren.

 

 

BIJLAGE

 

Retributie op inlichtingen over en de reproductie van collectiestukken in stedelijk bezit

 

Juridische grondslag

Artikel 173 van de Grondwet, Artikel 40 § 3 , artikel 41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur, Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentelbelastingen, Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019.

 

Artikel 1 : Basis voor de retributie

Voor een termijn ingaand op 1 januari 2023 en eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie ingevoerd op het verrichten van opzoekingen en het aanleveren van hoge resolutiebeelden van collectiestukken in stedelijk bezit. Het college van burgemeester en schepenen verleent de toelating voor de fotografie en de reproductie van de betrokken collectiestukken.

 

Artikel 2 : Tarieven

De tarieven worden als volgt vastgesteld:

  1. Voor opzoekingen in het collectiebeheerssysteem, waarbij het gaat om ruim opzoekwerk, het uithalen van dossiers en kunstwerken en/of begeleiding door een medewerker in het depot.

        Opzoekingen van minder dan 15 minuten: gratis, mits een beperking van 5 kleine opzoekingen per kalenderjaar

        Opzoekingen van meer dan 15 minuten: 20 euro per begonnen half uur, gerekend vanaf de start van de opzoekingen

  1. Voor het aanleveren van hoge resolutiebeelden (TIFF en/of JPEG, minstens 300 dpi)

        5 euro per beeld

  1. Fotokopieën:

        Formaat A 4 per kopie : zwart/wit € 0,20 kleur € 0,60

        Formaat A 3 per kopie : zwart/wit € 0,40 kleur € 1,20

 

Artikel 3: Voorwaarden

  1. Indien geen hoog resolutiebeeld van een collectiestuk beschikbaar is, kan de aanvrager het collectiestuk op eigen rekening en door een fotograaf naar eigen keuze of voorgesteld door het stadsmuseum laten fotograferen. De aanvrager bezorgt een kopie van het beeld aan het stadsmuseum. De aanvrager is verantwoordelijk voor het naleven van de auteurswet waaraan de fotografie van een collectiestuk onderworpen is. Het college van burgemeester en schepenen wijst hierin elke verantwoordelijkheid af.
  2. De aanvrager bezorgt stadsmuseum Lier een gratis exemplaar van de publicatie waarin het collectiestuk uit stedelijk bezit is opgenomen
  3. De reproductie van collectiestukken uit stedelijk bezit dient van volgende credits te zijn voorzien: de naam van de vervaardiger, de titel en de datering van het collectiestuk, collectie stadsmuseum Lier, het inventarisnummer.

 

Artikel 4 : Vrijstellingen

De retributie wordt niet geïnd voor opzoekingen en reproducties:

  1. Ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek (niet privé)
  2. Ten behoeven van publicaties of tentoonstellingen ter promotie en educatie van de stad en haar collecties
  3. Ten behoeve van personen en instellingen die werken in opdracht van de stad

 

Artikel 5 : Jaarlijkse indexaanpassing

De bedragen in artikel 2 worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex (basis 2004).

Ze worden op 01 januari van ieder jaar aangepast aan de index van de maand december van het voorgaande jaar volgens de formule:

 

                        R x I         waarbij R = tarief vastgesteld in artikel 4 b

                           i 

 I = index van de maand december van het voorgaande jaar

 i = index van de maand december 2019 (basis 2004)

 

De aldus bekomen bedragen worden afgerond naar een veelvoud van 10 cent. Dit houdt in  dat een geïndexeerd bedrag dat eindigt op 1,2,3 en 4 eurocent wordt afgerond naar het lagere veelvoud van 10 cent. Het geïndexeerd bedrag dat eindigt op 5,6,7, 8 en 9 eurocent wordt afgerond naar het hogere veelvoud van 10 cent.

 

Artikel 6: Retributieplichtige

De retributie is verschuldigd door de persoon, die een opzoekingen of de reproductie van één of meerdere collectiestukken aanvraagt.

 

Artikel 7: Invordering en betaling

De retributie dient te worden betaald vooraleer de inlichtingen of het reproductierecht worden uitgeoefend. Bij gebreke aan betaling van de retributie kan het bedrag gevorderd worden overeenkomstig art. 177 van het decreet lokaal bestuur.

 

Artikel 8: Bekendmaking

Het reglement treedt in voege op 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen. Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285, 286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

RETRIBUTIEREGLEMENT OP HET TER BESCHIKKING STELLEN VAN CULTURELE STEDELIJKE LOCATIES - AANPASSING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De gemeenteraad heeft in zitting van 25 november 2019 het retributiereglement op het ter beschikking stellen van stedelijke culturele locaties goedgekeurd.

 

Feiten en context

In het geldende reglement is een tarief  bepaald voor het ter beschikking stellen van een technieker voor CC De Mol en CC Vredeberg zijnde € 200 (geïndexeerd)

We doen momenteel aan concurrentievervalsing ten opzichte van het inhuren van een externe freelance technieker wat veel duurder is voor de organisatoren.

We wensen het bedrag op te trekken naar € 350.

We hopen hiermee ook de druk op onze techniekers iets te kunnen doen afnemen (er wordt dan misschien iets makkelijker een freelance technieker ingehuurd) waardoor de roostering van de techniekers beter haalbaar wordt.

 

Juridische grond

Artikel 173  van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 , artikel  41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Bart Verhoeven, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Nancy Dresen, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

11 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 11 onthoudingen

 

BESLUIT

 

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglement op het ter beschikking stellen van culturele stadslocaties, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 november 2019, op 31 december 2022 op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglement op het ter beschikking stellen van culturele stadslocaties, zoals als bijlage toegevoegd, goed te keuren.

 

 

Bijlage:

 

Retributiereglement op het ter beschikking stellen van culturele stedelijke locaties

 

Juridische grondslag

Artikel 173  van de Grondwet,

Artikel 40 § 3 , artikel  41 ° 14, artikelen 177 en 369 van het Decreet over het lokaal bestuur,

Bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen,

Omzendbrief van de Vlaamse Regering betreffende de gemeentefiscaliteit dd. 15 februari 2019

Motivering

Het stadsbestuur wenst haar culturele locaties ter beschikking te stellen van haar burgers, verenigingen, organisaties, …. Het is wenselijk om voor dit gebruik een passende vergoeding te vragen.

 

Artikel 1: Basis voor de retributie

Voor een termijn ingaand op 1 januari 2020 en eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie ingevoerd op het gebruik van stadslocaties en hun uitrusting.

 

Artikel 2: Definities

§ 1 Culturele stadslocaties:

        CC De Mol

        CC Vredeberg

        CC Vleeshuis

        CC Het Spui (in beheer door Sociëteit De Schaepshoofden

        CC Colibrant

        Stadhuis

        Wezenkapel

§ 2 Gebruikers: de inrichter van de activiteiten- de gebruiker- genoemd- schikt zich naar dit regelement.  Het stadsbestuur maakt voor toepassing van dit reglement een opdeling in 4 categorieën gebruikers               en werkt een aangepast tariefreglement uit.

 

 A  .CATEGORIE A :  tarief A GRATIS

1. Voor alle locaties:

a. Stadsbestuur en OCMW Lier,

b. vzw PROLIER,

c. de erkende Lierse adviesraden,

d. stedelijke commissies en beheersorganen

 

2. Voor vergaderlokalen in CC Colibrant en CC Vredeberg voor vergaderingen en vormingsactiveiten:

a. Lierse politieke partijen en erkende LIerse verenigingen

b. Lierse scholen met een maximum van 4 dagen per jaar

 

3. Voor CC De Mol en CC Vredeberg :

a. Lierse scholen, die actieve kunstbelevingen verzorgen met en door hun leerlingen met een maximum van 4 dagen per jaar

 

  B. CATEGORIE B : TARIEF B

1.  Voor alle locaties :

a. Erkende Lierse verenigingen aangesloten bij de Lierse adviesraden voor een socio-culturele activiteit. De eventuele opbrengst van de activiteit is integraal bestemd voor de eigen werking van de organisatie  of voor een sociaal, cultureel of menslievend doel

 

b. Lierse politieke partijen voor een socio-culturele activiteit zonder commercieel doel

c. Lierse scholen voor een socio-culturele activiteit  zonder commercieel doel

 

 C. CATEGORIE C : TARIEF C

1.  Voor alle locaties :  inrichters van activiteiten met een sociaal of cultureel karakter die niet thuishoren in de categorieën A en B. De eventuele opbrengst van de activiteit is integraal bestemd voor de eigen werking van de organisatie of voor een sociaal, cultureel of menslievend doel

 

 D. CATEGORIE D: TARIEF D

1.  Voor alle locaties : inrichters van activiteiten met een commercieel karakter en de inrichters van persoonsgebonden activiteiten. (vb tentoonstellen van beeldende kunst met als doel deze te verkopen is een commerciële activiteit)

 

Artikel 3  : Tarieven en voorwaarden per locatie

 § 1  TARIEVEN CC DE MOL  

  

Tarieven ter beschikking stellen materiaal en technische uitrusting (prijzen per dag)(enkel in combinatie met huur zaal en/of foyer CC De Mol)

 

 

 

   Volgende materialen zijn gratis beschikbaar na reservatie: 

        spreekgestoelte

        muziekstandaarden (max. 40)

        trapje (max. 2)

        podiumelementen 1x2m (max. 12)

        receptietafels (max. 8)

        tafels (max. 115)

        stoelen (max. 750)

        tentoonstellingspanelen (max. 20)

        mogelijkheid tot gebruik zaaltoog (af te spreken met de verantwoordelijke cultuurcafé)

 

   Bijkomende bepalingen:

  1. Vanaf de tweede opeenvolgende dag geldt een korting van 50% voor categorie B en C.
  2. In de terbeschikkingstelling zijn energiekosten, nutsvoorzieningen, schoonmaak voor en na de gebruiksperiode inbegrepen. Tijdens de gebruiksperiode staat de gebruiker zelf in voor de schoonmaak.
  3. De medewerker zaalverhuur begeleidt de gebruiker in het goed gebruik van de zaal en de technische faciliteiten. Indien de gebruiker tijdens zijn verblijf een technieker van het Liers Cultuurcentrum nodig heeft voor het verzorgen van licht of geluid tijdens de voorstelling of voor hulp bij het inhangen van een lichtplan of het installeren van een geluidsontwerp, dan kan dit als de werkplanning dit toelaat en mits betaling van 350 euro per periode van 8 uur.
  4. De gebruiker zorgt ervoor dat CC De Mol uiterlijk om 2 uur opgeruimd en ontruimd is.
  5. Wanneer de locatie niet netjes achtergelaten wordt, wordt er voor de opruim € 30,00 per begonnen uur aangerekend.
  6. Wanneer de gebruiker tijdens de activiteit catering wenst, dan neemt hij zelf contact op met de uitbater van het cultuurcafé in CC De Mol. In geen geval is het de gebruiker toegestaan zelf voor eten en drank te zorgen. Ook voor het gebruik van de vestiaire en regelingen i.v.m. het gebruik van de toiletten bij een meerdaagse activiteit, maakt de gebruiker de nodige afspraken met de uitbater. Info op www.lierscultuurcentrum.be.
  7. CC De Mol betaalt voor de gebruikers een jaartarief “billijke vergoeding polyvalente zaal met drank”. Organisatoren van activiteiten met dans dienen zelf aangifte te doen via www.ikgebruikmuziek.be. Meer info op www.vlaanderen.be/billijkevergoeding of info@bvergoed.be.
  8. Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg ingehouden.

  

 § 2  TARIEVEN CC VREDEBERG

        

 

Tarief B

Tarief C

Tarief D

Zaal (lichtinstallatie inbegrepen)

€ 86,50

€ 129,80

€ 346,00

Max. aantal personen zittend: 243 (zaal + balkon)

 

€ 108,10

€ 162,20

€ 432,50

Zaal (lichtinstallatie inbegrepen)

+ cafetaria (geluidinstallatie ingebouwd)

Max. aantal personen zittend: 243 (zaal + balkon) / cafetaria 80

Zaal (lichtinstallatie inbegrepen)

€ 129,80

€ 194,60

€ 519,00

+ cafetaria (geluidinstallatie ingebouwd) + keuken

Cafetaria  (geluidinstallatie ingebouwd) + keuken

€ 54,10

€ 86,50

€ 216,20

Repetitielokaal beneden

€ 10,80

€ 27,00

€ 43,30

Repetitielokaal boven

€ 10,80

€ 27,00

€ 43,30

Repetitielokaal beneden + boven

€ 16,20

€ 43,30

€ 64,90

Volledig CC Vredeberg

€ 146,00

€ 237,90

€ 583,90

 

  Tarieven terbeschikkingstelling materiaal en technische uitrusting

  (prijzen per dag)

   (enkel in combinatie met huur zaal en/of cafetaria CC Vredeberg)

 

 

  Volgende materialen zijn gratis beschikbaar na reservatie:

        spreekgestoelte

        muziekstandaarden (max. 40)

        podiumelementen 1x2m (max. 14)

        mogelijkheid tot uitbouw podium op 2 of 3 meter 

 

  Bijkomende bepalingen:

  1. Vanaf de tweede opeenvolgende dag geldt een korting van 50% voor categorie B en C en 10 % voor categorie D.
  2. In de terbeschikkingstelling zijn energiekosten, nutsvoorzieningen, schoonmaak voor en na de gebruiksperiode inbegrepen. Tijdens de gebruiksperiode staat de gebruiker zelf in voor de schoonmaak.
  3. In de keuken zijn volgende toestellen beschikbaar: elektrisch kookvuur (4 kookplaten), steamer, vaatwasser, ijskast en ingebouwd werkblok met aanrecht en spoelbak. De gebruiker is verantwoordelijk voor een correcte toepassing van de toestellen in keuken en cafetaria.
  4. De gebruiker houdt altijd rekening met de buren. De gebruiker verlaat CC Vredeberg uiterlijk om 2 uur. Alle gebruikte elektrische apparaten worden uitgezet, de chauffage wordt op nachtstand gezet, de lichten worden gedoofd en het gebouw wordt volledig afgesloten. De gebruiker bezorgt de sleutels van het gebouw terug aan de verantwoordelijke zaalverhuur.
  5. Wanneer de locatie niet netjes achtergelaten wordt, wordt er voor de opruim € 30,00 per begonnen uur aangerekend.
  6. CC Vredeberg beschikt over een drankvoorraad die toebehoort aan de drankenhandelaar waarmee het stadsbestuur een overeenkomst “drankafname” heeft afgesloten. De gebruiker is verplicht om alle dranken die hij tijdens zijn verblijf verbruikt van deze voorraad af te nemen. Voor het drankverbruik uit de voorraad krijgt elke gebruiker een rechtstreeks factuur van de drankenhandelaar na afloop van zijn huurperiode. De (prijs)lijst van de dranken is verkrijgbaar bij de verantwoordelijke zaalverhuur.
  7. In CC Vredeberg staat de gebruiker zelf in voor de praktische organisatie van zijn activiteit.
  8. CC Vredeberg betaalt voor de gebruikers een jaartarief “billijke vergoeding polyvalente zaal met drank”. Organisatoren van activiteiten met dans dienen zelf aangifte te doen via www.ikgebruikmuziek.be. Meer info op www.vlaanderen.be/billijkevergoeding of info@bvergoed.be.
  9. Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg ingehouden

 

 

 

§ 3  TARIEVEN CC VLEESHUIS

 

       

 

    Volgende materialen zijn gratis beschikbaar:

        tentoonstellingspaneel 2 x 2 (10)

        tentoonstellingspaneel 1,5 x 2 (6)

        tentoonstellingspaneel 1 x 2 (12)

 

    Bijkomende bepalingen:

  1. CC Vleeshuis wordt voor een periode van 6 opeenvolgende dagen ter beschikking gesteld die loopt van woensdag t.e.m. maandag. Meerdere aansluitende periodes zijn mogelijk.
  2. In de terbeschikkingstelling zijn energiekosten, nutsvoorzieningen, schoonmaak voor en na de gebruiksperiode inbegrepen. Tijdens de gebruiksperiode staat de gebruikers zelf in voor de schoonmaak.
  3. Wanneer de locatie niet netjes achtergelaten wordt, wordt er voor de opruim € 30,00 per begonnen uur aangerekend.
  4. De gebruiker is verantwoordelijk voor de bewaking en het afsluiten van een verzekering ‘van nagel tot nagel’ (zie IX. Verzekeringen).
  5. De gebruiker haalt de sleutel af vóór de activiteit tijdens de kantooruren in CC De Mol en brengt deze na de activiteit terug.
  6. De gebruiker zorgt zelf voor de nodige ophangsystemen.
  7. Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg ingehouden.

 

 

 § 4  TARIEVEN CC HET SPUI

 

       De tarieven voor het gebruik van CC Spui worden vastgesteld per dag, met

       uitzondering van tentoonstellingen (tarief per 6 dagen).

  

 

Bijkomende bepalingen:

 

  1. Vanaf de tweede opeenvolgende dag geldt een korting van 50% voor categorie B en C en 10% voor categorie D.
  2. In de huurprijs zijn energiekosten en nutsvoorzieningen inbegrepen.
  3. Tijdens de gebruiksperiode staat de gebruiker zelf in voor de schoonmaak
  4. In de huurprijs zit gebruik materiaal inbegrepen oa. keukenmateriaal, nespressomachine, muziek- en klankinstallatie met micro,  flatscreen, beamer en projectiedoek, ledspots, staantafels, …
  5. De gebruik er zorgt ervoor dat CC Spui uiterlijk om 1 uur opgeruimd en ontruimd is.
  6. CC Spui kan als tentoonstellingsruimte gebruikt worden voor een periode van 6 opeenvolgende dagen die loopt van woensdag t.e.m. maandag. Meerdere aansluitende periodes zijn mogelijk.
  7. De gebruiker is verantwoordelijk voor de bewaking en het afsluiten van een verzekering ‘van nagel tot nagel’ (zie IX. Verzekeringen). De gebruiker zorgt zelf voor de nodige haken en ophangsystemen.
  8. CC Het Spui beschikt over een drankvoorraad die toebehoort aan sociëteit De Schaepshoofden. De gebruiker is verplicht om alle dranken die hij tijdens zijn verblijf verbruikt van deze voorraad af te nemen. De (prijs)lijst van de dranken is verkrijgbaar bij de verantwoordelijke van  sociëteit De Schaepshoofden.
  9. CC Spui is voorzien van een toilet voor mindervaliden, een ingebouwd werkblok met aanrecht, spoelbak, koelkast.

 

 § 5  TARIEVEN CC  COLIBRANT

 

vergaderlokalen en de Colibrantzaal, worden vastgesteld per dagdeel.

Dagdeel voormiddag: 9-13 uur

Dagdeel namiddag: 13-18 uur

Dagdeel avond: 18-23 uur

 

 

Op zon- en feestdagen is CC Colibrant gesloten.

Alle vergaderlokalen zijn voorzien van beamer, uitgezonderd lokaal Bérenice.

 

Volgende materialen zijn gratis beschikbaar in de Colibrantzaal, na      reservatie:

        Geluidinstallatie met microfoon (enkel voor spraak, geen muziek)

        beamer

        scherm

        vleugelpiano (min. 2 weken op voorhand reserveren en zelf te stemmen door de gebruiker)

 

Bijkomende bepalingen:

  1. Energiekosten, nutsvoorzieningen, schoonmaak voor en na de gebruiksperiode zijn inbegrepen.
  2. De gebruiker zorgt ervoor dat locatie CC Colibrant uiterlijk om 24 uur opgeruimd en ontruimd is.
  3. Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg ingehouden

 

 

 § 6  TARIEVEN STADHUIS

 

     De tarieven voor het gebruik van het stadhuis worden vastgesteld per dag .     

 

  

  Bijkomende bepalingen:

 

  1 .volgende materialen zijn inbegrepen in de huurprijs:

       - Opwarmkeuken met oven, microgolfoven, koelkast, vaatwasmachine voor glazen   

      - 70 stijlvolle stapelstoelen, 15 receptietafels met hoes en een

                           muziekinstallatie    

  2. Er mag niets aan de wanden, vloer, plafond, trap worden aangebracht of bevestigd.

3. De gebruiker laat de lokalen achter zoals verkregen: alle materialen schoon en op hun       plaats, stoelen en tafels zoals voorzien op het plan. 

  4. Alle afval dient nadien verwijderd te worden.

5. Wanneer de locatie niet netjes achtergelaten wordt, wordt er voor de opruim€ 30,00 per      begonnen uur aangerekend.

6. Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg ingehouden

 

 

 § 7  TARIEVEN WEZENKAPEL

 

  De tarieven voor het gebruik van de Wezenkapel worden vastgesteld  per dag.

  

  

  Bijkomende bepalingen:

  1. Vanaf de tweede opeenvolgende dag geldt een korting van 50%

  2. Volgende materialen zijn inbegrepen in de huurprijs: Opwarmkeuken met kookvuur, oven,  koelkast en spoelbakken. Ophangsysteem voor kunstwerken.

  3.  Er mag niets aan de wanden, deur, vloer, plafond, trap worden aangebracht of bevestigd, indien niet gebruik gemaakt wordt van het voorziene ophangsysteem.

  4.  De gebruiker laat de lokalen achter zoals verkregen: alle materialen schoon en op hun plaats.

  5.   De tentoonstellingsruimte, opwarmkeuken en toiletten worden door de gebruiker volledig gepoetst en met nat gereinigd.

  6.       Alle afval dient nadien verwijderd te worden.

  7.      Wanneer de locatie niet netjes achtergelaten wordt, wordt er voor de opruim €30,00          

                           per begonnen uur aangerekend.

  8.      Bij verlies van toegangsbadge/sleutel wordt de werkelijke kostprijs van de waarborg

           Ingehouden

 

 

 § 8  TICKETINGSERVICE

 

De gebruiker kan beroep doen op de ticketservice van Uit in Lier. D.w.z. dat de verkoop van tickets voor een bepaalde activiteit wordt verzorgd door de administratie van Uit in Lier. De gebruiker bepaalt de start van de verkoop. Hij verklaart zich akkoord met de openingsuren van Uit in Lier.

Voor deze dienstverlening wordt 20% op de netto-inkomsten aangerekend + 21% btw.

 

Artikel 4 : Jaarlijkse indexaanpassing

De bedragen in artikel 3 worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex (basis 2004).

Ze worden op 01 januari van ieder jaar aangepast aan de index van de maand december van het voorgaande jaar volgens de formule :

  R x I waarbij R = tarief vastgesteld in artikel 3

     i   I = index van de maand december van het voorgaande jaar

         i = index van de maand december 2019 (basis 2004)

 

De aldus bekomen bedragen worden afgerond naar een veelvoud van 10 cent. Dit houdt in  dat een geïndexeerd bedrag dat eindigt op 1,2,3 en 4 eurocent wordt afgerond naar het lagere veelvoud van 10 cent. Het geïndexeerd bedrag dat eindigt op 5,6,7, 8 en 9 eurocent wordt afgerond naar het hogere veelvoud van 10 cent.

 

Artikel 6: Retributieplichtige

De retributie is verschuldigd door de natuurlijke persoon, rechtspersoon of vertegenwoordiger van een feitelijke vereniging,  die inrichter is van de activiteit

 

Artikel 7: Invordering en betaling

De retributie op het gebruik van de culturele stedelijke locaties die steeds vooraf te worden betaald aan de hand van een factuur.

Bij gebreke aan betaling van de retributie kan het bedrag gevorderd worden overeenkomstig art. 177 van het decreet lokaal bestuur.

 

Artikel 8: Bekendmaking

Het reglement treedt in voege op 1 januari 2023 en vervangt alle voorgaande reglementen.

Het wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikelen 285, 286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

REGLEMENT HOUDENDE DE ERKENNING EN SUBSIDIËRING VAN CULTURELE VERENIGINGEN VAN LIER - WIJZIGING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In de zitting van 24 juni 2019 keurde de gemeenteraad de statuten van het Cultuurforum goed.
In de zitting van 25 november 2019 keurde de gemeenteraad het reglement houdende de erkenning en subsidiëring van culturele verenigingen van Lier goed.

Voor de uitkering van de werkingssubsidies van 2020 werd er een uitzonderingsregeling goedgekeurd door het CBS van 11 januari 2021, omwille van corona.
Voor de uitkering van de werkingssubsidies van 2021 werd dezelfde uitzonderingsregeling goedgekeurd door het CBS van 20 december 2021, omwille van corona.

 

Feiten en context

Het reglement houdende de erkenning en subsidiëring van culturele verenigingen heeft een lichte wijziging nodig voor de werking van 2023 m.b.t. onderstaande artikelen.

Een grondige herwerking vraagt dossierkennis en wordt tegen de volgende legislatuur verwacht. De nieuwe consulent lokaal cultuurbeleid Eva Van Eynde heeft tijd nodig om zich inhoudelijk goed en breed voor te bereiden en om beter zicht te krijgen op het culturele landschap van Lier vooraleer een grondige herwerking kan gebeuren.

 

Wijzigingen zijn hieronder weergegeven. Gele tekst is een nieuwe toevoeging.
Het volledige reglement vindt u in bijlage, zowel de versie van 2019 als de nieuwe versie.

 

ARTIKEL3. ERKENNING

NagunstigadviesdoordeKern van het Cultuurforumwordtdeerkenningterkennisgebrachtaanhet College van Burgemeester en Schepenen. De vereniging wordt ingedeeld in één van de vier deelraden (sociocultureel / muziek- en podiumkunsten / erfgoed en beeldende kunsten / toerisme).

 

ARTIKEL4.VEREISTEN

DeverenigingdientzichtehoudenaanhetorganiekreglementvandeKern van het Cultuurforum, alsook aan het huishoudelijk reglement van de deelraad waartoe ze behoort.

 

ARTIKEL5.SANCTIES

5.1 Wanneer vastgesteld wordt dat een vereniging niet meer beantwoordt aan de hiervoor gestelde criteria, kan deKern van het Cultuurforum deerkenningintrekken.Degemotiveerdebeslissingwordtbinnendeacht

dagenterkennisgebrachtbijaangetekendebriefgerichtaandeadministratievezetelvandevereniging,nadat haar voorzitter, behoorlijk opgeroepen, gehoord werd door de bestuursleden van de Kern.
5.2 Is een aangeduide afgevaardigde of zijn/haar plaatsvervanger van een vereniging driemaal zonder verontschuldigingafwezig opeen algemene vergadering van de Kern van het Cultuurforum en/of deze vaneendeelraadwaarzijn/haarverenigingwerdbijingedeeld,geeftdevoorzittervandeKernhiervankennis bij aangetekend schrijven aan de voorzitter van deze vereniging. Zo de vereniging bij een volgende algemene vergadering niet vertegenwoordigd is, heft dit van rechtswege de erkenning op.

 


ARTIKEL 6. SUBSIDIES

6.2 Werkingssubsidies

Elkeerkendeculturelevereniging,behalvezijdieinhuntoetredingsformulierafstandvan

betoelagingheeftgedaan,kanookeenwerkingssubsidiebekomen.Dezewordttoegekendopbasisvande activiteiten die zij ontwikkelde in het voorbije werkingsjaar, dat loopt van 1 januari tot en met 31 december1 september tot en met 31 augustus.

Behoudens de omkaderingsactiviteiten, vermeld in 6.2.4.a, komen hierbij de activiteiten in aanmerking die openstaanvoordeledenen/ofdeLiersebevolking.Activiteitenmeteenuitgesprokencommercieelkarakter komen echter niet in aanmerking.

 

6.2.1 Verdelingwerkingssubsidie

Voordewerkingssubsidiewordthettotaalbegrotesubsidiebedragmindetotaletoegekendebasissubsidie en de totale toegekende projectsubsidies gereserveerd. De werkingssubsidie wordt verdeeld op basis van een puntenstelsel.Elkeactiviteitkrijgteenaantalpuntentoegekend,zoalshiernanader omschreven.

Dewaardevanéénpuntwordtbekomendoorhettotalebedragvandewerkingssubsidietedelendoorhettotale aantal behaalde punten van alle verenigingen samen.

Iedereerkendevereniging,dieeromgevraagdheeft,ontvangt eensubsidiegelijkaanhetaantalpuntendatzij gedurende het werkingsjaar heeft behaald, vermenigvuldigd met de toegekende waarde per punt.

Zohetproductdevijfhonderdeuro (500,00 euro)overschrijdt,wordthetherleidtotditbedrag.Heteventueelaldusontstane resterend saldo, waarvoor opnieuw een waarde per punt wordt berekend, wordt verdeeld onder de erkende verenigingen wiens werkingssubsidie beneden dit maximum bedrag ligt.

 

6.2.3 Indienenvanhet subsidiedossier

Deaanvraagtotsubsidiëring,waaraanallebewijsstukkenzijntoegevoegd,dientuiterlijkop31 januari30 septemberingediend te zijn. Na controle en goedkeuring door de Kern van het Cultuurforum wordt de waarde berekend. De resultatenwordenmedegedeeldaanhetCollegevanBurgemeesterenSchepenen, dieopdrachtgeefttot uitbetaling van de subsidie.

 

6.2.4 Indelingvanhetpuntenstelsel

Detoekenningvanpuntenopbasis vandeactiviteitenvaneenverenigingis eropgerichtdemeerwaardevandie activiteitenvoordeLiersegemeenschaptehonoreren. Daaromwordtnietvoorelkesoortvanactiviteiteenzelfde puntenaantal toegekend, vandaar de onderverdeling in vier rubrieken:

  1. Omkadering
  2. Activiteiten
  3. Vorming
  4. Communicatiemiddelen

 

1. Omkadering

Omkaderingwordtonderverdeeldin:

  1. Aantaleffectieveledendatdeverenigingteldetijdenshetwerkingsjaar:

       tot19leden=5 punten,

       van20tot99leden=10punten,

       vanaf100enmeerleden=15 punten.

  1. AanwezigzijnopalgemenevergaderingvandeKern van het Cultuurforum ofdeDeelraadwaarbijde erkende vereniging is ingedeeld:

       10puntenpervergadering.Maximaalworden6bijeenkomstengesubsidieerd,hetzij3algemene informatievergaderingen van de Kern en 3 vergaderingen van de Deelraad.

  1. UiTPAS

       IsdeverenigingUiTPAS-partner?=100punten

       HeeftdeverenigingenledendiehouderzijnvaneenUiTPASmet kansentarief?=50puntenperlid

 

ARTIKEL8. OVERGANGSBEPALING

Ditreglement,goedgekeurddoordegemeenteraadop19 december 2022treedtinwerkingopdevijfdedagna de bekendmaking.

 

Adviezen

De Kern van het Cultuurforum geeft gunstig advies voor de aanpassing van het reglement.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

 

Argumentatie

Het indienen van het bewijsmateriaal tot aanvraag werkingssubsidies gebeurde tot op heden in januari en besloeg het voorgaande kalenderjaar (januari t.e.m. december). De uitbetaling vond telkens plaats in het voorjaar. Door de uitzonderingsregeling die hierboven vermeld staat, gebeurde de aanvraag en de uitbetaling van de werkingssubsidies 2021 pas in het najaar van 2022. Dit is het uitgelezen moment om deze timing van uitbetaling voort te zetten.

De voordelen:

        De effectieve werking van de culturele verenigingen loopt vaker volgens seizoensjaar (september t.e.m. augustus). Het wordt voor hen makkelijker om een dossier samen te stellen.

        Het totale bedrag voorzien in de begroting kan optimaal ingezet worden, aangezien er in september zicht is op alle lopende projectsubsidies van dat kalenderjaar.

        De uitbetaling loopt samen met die van de verenigingen van sport en jeugd.

 

Sinds 2019 zijn de statuten van de Kern van het Cultuurforum aangepast. Men is toen afgestapt van de vaste deelraden en heeft een nieuwe vorm van burgerparticipatie en adviesraden geïmplementeerd, waarbij het halfjaarlijks Open Cultuurforum de spil vormt tot optimale werking.
De Kern van het Cultuurforum wil deze bijeenkomsten vrijblijvend maken, zodat de deelnemers gemotiveerd en geëngageerd verschijnen i.p.v. een passieve deelname voor de puntentelling bij de werkingssubsidies. Daarom zouden we geen punten meer toekennen aan aanwezigheid op het Open Cultuurforum.

Door de aanpassingen aan het reglement wordt er geen extra budget gevraagd aan de stad en wordt de huidige subsidie op een andere, eerlijkere manier verdeeld onder de erkende culturele verenigingen.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

10 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen en Jan Hermans

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 10 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het reglement houdende de erkenning en subsidiëring van culturele verenigingen van Lier, goedgekeurd door de de gemeenteraad op 25 november 2022, op te heffen.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist het reglement houdende de erkenning en subsidiëring van culturele verenigingen van Lier, zoals als bijlage toegevoegd, goed te keuren.

 

 

Bijlage

 

Reglement houdende de erkenning en de subsidiëring van culturele verenigingen van Lier

 

Erkenning van een culturele vereniging


ARTIKEL1.ALGEMENE BEPALINGEN

Het gemeentebestuur van Lierkanjaarlijks subsidies verlenen aande erkendeculturele verenigingen van Lier, binnendeperkenvandekredietenvoorzieninhetgemeentebudget.DatgebeurtnaadviesvandeKern van het Cultuurforum. Indien het gemeentebestuur dat advies niet volgt, dient het dit te motiveren.

Deerkenningendesubsidiëringgebeurenvolgensdevoorwaardendieinditreglementzijnvastgelegd.

 

ARTIKEL2. TOEPASSINGSGEBIED

Ditreglementisenkelvantoepassingopdeplaatselijkecultureleverenigingen.Hiermeewordendeverenigingen bedoeld die in Lier activiteiten uitoefenen die behoren tot de culturele aangelegenheden. De voertaal is Nederlands.

Verenigingendieviaeenanderewegsubsidiesontvangenvandestadvoorhun activiteitenkunnenvoordeze activiteitengeensubsidiesmeerontvangenviaditreglement,bijvoorbeeldvan:degemeentelijkesportraad,de gemeentelijkejeugdraad,decultureleraadvaneenanderegemeente,ofdieopeenanderewijzedoordestad worden betoelaagd, zoals een projectsubsidie (artikel 7).

 

ARTIKEL3. ERKENNING

NagunstigadviesdoordeKern van het Cultuurforumwordtdeerkenningterkennisgebrachtaanhet College van Burgemeester en Schepenen.


3.1 Erkenningsvoorwaarden
Omerkendtewordenenteblijvenmoeteenverenigingvoldoenaandevolgende voorwaarden:

- activiteitenuitoefenendiehetcultureleleveninLierbevorderen,metinbegripvancultuurspreiding,de permanente vorming en de vrijetijdsbesteding.

- de organisatie, vereniging of instelling dient haar actieve culturele werking hoofdzakelijk te ontplooien op het grondgebied van de gemeente Lier. Deze actieve culturele werking dient door de organisatie, vereniging of instellingaangetoondtewordendoorhetvoorleggenvandestatutenvandeverenigingofeenanderdocument, waaruit de oprichting en de doelstellingen of de werking van de vereniging blijkt.

- de organisatie, vereniging of instelling dient haar administratieve zetel in Lier te hebben en te bewijzen dat minstensdehelftvandebestuursledeninLierwoont.VandelaatstevoorwaardekandeKern van het Cultuurforum, bij gemotiveerde beslissing, een afwijking toestaan.

- verenigingenmetcommerciëledoeleindenkunnennietalscultureleverenigingerkendworden.

- een vereniging komt in aanmerking voor erkenning na 1 jaar culturele werking.
 

3.2 Erkenningsaanvraag
Deverenigingmoeteenaanvraagtoterkenningindienenviawww.uitinlier.be met bijgevoegd:

  1. eenkopievandestatutenof,alsdieernietzijn,dedoelstellingenvandevereniging;
  2. eenlijstvandebestuursledenmethunnaamenadres;
  3. eenbeknoptverslagvanhetafgelopen werkingsjaar.

 

3.3 Voordelenvandeerkenning

Deerkenningalsculturelevereniginggeeftrecht op:

        de faciliteiten opgesomd in het huishoudelijk reglement en tariefreglement voor de huur en het gebruik van stedelijkelokalenenaccommodatiesengebruikvanmaterialenvandegemeenteonderbepaaldevoorwaarden;

   subsidiesvoordewerkingvandevereniging.

 

ARTIKEL4.VEREISTEN

DeverenigingdientzichtehoudenaanhetorganiekreglementvandeKern van het Cultuurforum.

 

ARTIKEL5.SANCTIES

Wanneer vastgesteld wordt dat een vereniging niet meer beantwoordt aan de hiervoor gestelde criteria, kan deKern van het Cultuurforum deerkenningintrekken.Degemotiveerdebeslissingwordtbinnendeacht

dagenterkennisgebrachtbijaangetekendebriefgerichtaandeadministratievezetelvandevereniging,nadat haar voorzitter, behoorlijk opgeroepen, gehoord werd door de bestuursleden van de Kern.

 

Subsidiëring van de erkende culturele verenigingen

 

ARTIKEL6.SUBSIDIES

Erzijndriesoortensubsidies:

  1. basissubsidie,
  2. werkingssubsidie,
  3. projectsubsidie.

Omopdeeersteen/oftweedesubsidierechttehebben,moeterrespectievelijk voldaanwordenaanartikel6.1 en/of 6.2, de derde aan artikel 7.

 

6.1 Basissubsidie
Erkendeverenigingenkrijgenjaarlijkseenforfaitairbedragvantachtigeuro(80,00euro)als basissubsidie,behalveindienzijviaeenanderewegsubsidiesontvangen,zoalsbepaaldinart.2ofwanneerzij in hun toetredingsformulier afstand van betoelaging hebben gedaan.

Eenerkendevereniging,dieafstandgedaanheeftvanbetoelaging,kaneenschriftelijkverzoek indienen bij de Kern van het Cultuurforum om vanaf het eerstkomende werkingsjaar betoelaagd te worden. Zij blijft wel het recht behouden om gebruik te maken van andere faciliteiten, zoals onder meer het ontlenen van materialen, enz.
 

6.2 Werkingssubsidies

Elkeerkendeculturelevereniging,behalvezijdieinhuntoetredingsformulierafstandvan

betoelagingheeftgedaan,kanookeenwerkingssubsidiebekomen.Dezewordttoegekendopbasisvande activiteiten die zij ontwikkelde in het voorbije werkingsjaar, dat loopt van 1 september tot en met 31 augustus.

Behoudens de omkaderingsactiviteiten, vermeld in 6.2.4.a, komen hierbij de activiteiten in aanmerking die openstaanvoordeledenen/ofdeLiersebevolking.Activiteitenmeteenuitgesprokencommercieelkarakter komen echter niet in aanmerking.

 

6.2.1 Verdelingwerkingssubsidie

Voordewerkingssubsidiewordthettotaalbegrotesubsidiebedragmindetotaletoegekendebasissubsidie en de totale toegekende projectsubsidies gereserveerd. De werkingssubsidie wordt verdeeld op basis van een puntenstelsel.Elkeactiviteitkrijgteenaantalpuntentoegekend,zoalshiernanader omschreven.

Dewaardevanéénpuntwordtbekomendoorhettotalebedragvandewerkingssubsidietedelendoorhettotale aantal behaalde punten van alle verenigingen samen.

Iedereerkendevereniging,dieeromgevraagdheeft,ontvangt eensubsidiegelijkaanhetaantalpuntendatzij gedurende het werkingsjaar heeft behaald, vermenigvuldigd met de toegekende waarde per punt.

Zohetproductdevijfhonderdeuro (500,00 euro)overschrijdt,wordthetherleidtotditbedrag.Heteventueelaldusontstane resterend saldo, waarvoor opnieuw een waarde per punt wordt berekend, wordt verdeeld onder de erkende verenigingen wiens werkingssubsidie beneden dit maximum bedrag ligt.

 

6.2.2 Aanvraagtothetbekomenvaneenwerkingssubsidie
Omeenwerkingssubsidietekunnenontvangen, moet een aanvraag ingediend worden via www.uitinlier.be.

Bijdeaanvraagvoegtdeverenigingvolgende documenten:

        eenlijstvandebestuursledenvanhetwerkingsjaarmetnaamenadres;

        eenkopievandestatuten,zodezeindeloopvanhetjaargewijzigdwerden;

        allemogelijkedocumentendieheteffectiefplaatsvindenvandevermeldeactiviteitenstaven,zoals: uitnodigingen, affiches, folders, krantenknipsels;

        eenkopievandetijdenshetwerkingsjaar,viapostofeenandermedium,verspreideledenbladen(met artikelsenaankondigingen)ofeengelegenheidsuitgave.Hiervoorkomennietinaanmerkingdegewone uitnodigingen voor vergaderingen of activiteiten.

 

6.2.3 Indienenvanhet subsidiedossier

Deaanvraagtotsubsidiëring,waaraanallebewijsstukkenzijntoegevoegd,dientuiterlijkop30 september ingediend te zijn. Na controle en goedkeuring door de Kern van het Cultuurforum wordt de waarde berekend. De resultatenwordenmedegedeeldaanhetCollegevanBurgemeesterenSchepenen, dieopdrachtgeefttot uitbetaling van de subsidie.

 

6.2.4 Indelingvanhetpuntenstelsel

Detoekenningvanpuntenopbasis vandeactiviteitenvaneenverenigingis eropgerichtdemeerwaardevandie activiteitenvoordeLiersegemeenschaptehonoreren. Daaromwordtnietvoorelkesoortvanactiviteiteenzelfde puntenaantal toegekend, vandaar de onderverdeling in vier rubrieken:

1. Omkadering

2. Activiteiten

3. Vorming

4. Communicatiemiddelen


 

1. Omkadering

Omkaderingwordtonderverdeeldin:

  1. Aantaleffectieveledendatdeverenigingteldetijdenshetwerkingsjaar:

       tot19leden=5 punten,

       van20tot99leden=10punten,

       vanaf100enmeerleden=15 punten.

  1. UiTPAS

       Isdevereniging actieve UiTPAS-partner?=100punten

       HeeftdeverenigingenledendiehouderzijnvaneenUiTPASmetkansentarief?=50puntenperlid


2. Activiteiten
Komeninaanmerkingalledoordeerkendeverenigingzelfgeorganiseerdeactiviteiten,aldanniet in samenwerking met één of meerdere andere verenigingen, voor zover ze niet gehonoreerd worden met een projectsubsidie of een bijzondere subsidie.

        10puntenperactiviteit.Perjaarwordenmaximum30activiteitengesubsidieerd.

 

3. Vorming
Heeftdeverenigingzelflessenofvormingsactiviteitengeorganiseerdoferaandeelgenomengeeftdit recht op:

        5 punten.Perjaarkomen5vormingsactiviteiteninaanmerking.

 

4. Communicatiemiddelen
Zo de erkende vereniging tijdens het werkingsjaar ledenbladen met artikels en aankondigingenof eengelegenheidsuitgaveheeftverspreidaanhaarledenofuitgegeven,hetmediumdoetniets ter zake, geeft dit recht op:

        5punten.Maximum10uitgavenkomeninaanmerking,vallennietonderdezenoemerdegewoneuitnodigingen voor vergaderingen of activiteiten.

 

Regels betreffende het bekomen van een projectsubsidie

 

ARTIKEL7. PROJECTSUBSIDIE

Tenbehoevevandeprojectsubsidiewordterjaarlijksinhetgemeentebudgeteenminimumvan7.440euro ingeschreven bestemd voor het verlenen van subsidies aan culturele samenwerkingsprojecten.

 

7.1 Toepassingsgebied

a. Komeninaanmerkingvooreen projectsubsidie:

        Samenwerkingsverbandentussencultureleverenigingen,waarvanminstenséénLierseverenigingzoals bepaald in paragraaf b. van dit artikel.

        Samenwerkingsverbandentussen(een)Lierseculturelevereniging(en)zoalsbepaaldinparagraafbvandit artikel en het Liers Cultuurcentrum.

        Samenwerkingsverbandentussen(een)Lierseculturelevereniging(en)zoalsbepaaldinparagraafbvandit artikel en (een) andere Lierse culturele stedelijke instelling(en).

        Samenwerkingsverbandentussen(een)Lierseculturelevereniging(en)zoalsbepaaldinparagraafbvandit artikel en minstens 2 particulieren of één of meerdere Lierse onderwijsinstellingen.



 

b. Voordetoepassingvanditreglementwordtonder‘Liersevereniging’verstaan:

Elke vzw of feitelijke vereniging met een secretariaat in de Stad Lier, een werking in hoofdzaak gericht op de Liersebevolkingenmetalsdoelstellinghetverrichtenvancultureelwerk. Bovendiendientminstenséénvande deelnemende verenigingen een erkende culturele vereniging van Lier te zijn.

 

7.2 Definitievanhetproject

a. Inhoud
Eenprojectiseenuitzonderlijke,liefstmultidisciplinaireactiviteit(ofgeheelvanactiviteiten), die beperkt is in tijd en een kwalitatieve meerwaarde biedt aan het Lierse culturele leven.

Verderdienthet project:

       gerichttezijnopdecreatievanpodium-ofkunstactiviteiten;

en/of

       gerichttezijnopeducatieveculturelewerkingencultuurspreiding bijspecifiekedoelgroepen;

en/of

   vernieuwend en/of experimenteel te zijn, duidelijk buiten het normale verenigingsleven te staan en tot confrontatiemetofparticipatieaaneenkunstvorm(o.a.instrumentaleenvocalemuziek,beeldendekunst, toneel, kleinkunst, cabaret, mime, dans) aan te zetten,m.a.w. een duidelijk artistiek vernieuwend karakter hebben.

b. Bijkomendevoorwaarden

        deactiviteitwordtingerichtophetgrondgebiedvanLier;

        deactiviteitistoegankelijkvoorelke geïnteresseerde;

        deactiviteitisnietvancommerciëleaard(heeftniettotdoelwinsttemaken).

 

7.3 Procedure projectsubsidie

7.3.1 Procedure

a. Aanvraag

Deaanvraagvooreenprojectsubsidiemoetgebeurenviawww.uitinlier.be

b.Tijdstip van indiening
De aanvraag wordt ingediend vóór 1 april voor producties en manifestaties die gerealiseerdwordenindetweedehelftvanhetlopendekalenderjaarenvóór1oktobervoorproductiesen manifestaties die uitgevoerd worden in de eerste helft van het daarop volgende kalenderjaar.

c. Inhoudverzoek

Deaanvraagbevatdevolgendegegevens:

deidentificatiegegevensvandedeelnemendeverenigingen,instellingenofparticulierenopgesomd
inart. 7.1.benhunvertegenwoordiger;

hetrekeningnummervandeinitiatiefnemendeverenigingofhaar vertegenwoordiger;

eenkopieofeenexemplaarvanhetBelgischStaatsbladwaarindestatutengepubliceerdwerden,indiende vereniging(en) rechtspersoonlijkheid bezit(ten);

eenomschrijvingvanhetproject,metvermeldingvaninhoud,doelstellingenendoelgroep(en);

praktischegegevens:plaats,dataenurenvandeuitvoeringvanhetproject,eventueeltoegangsprijzen;

eengedetailleerdebegrotingvaninkomsten(o.m.anderesubsidies,sponsoringeneigeninkomsten)en uitgaven.

 

7.3.2 Vereistevermelding
Deorganisatordientinalle publicatiesmetbetrekkingtothetproject,zoalscirculaires, publiciteit, uitnodigingen, affiches, programma’s, persberichten enz., de ondersteuning door het stadsbestuur duidelijk leesbaar te vermelden.

 

7.4 Verloopprocedure

Binnendedriemaandenvolgendopdeaanvraag,beslisthetCollegevanBurgemeesterenSchepenenopbasis van een gemotiveerd advies van de Kern van het Cultuurforum, over het al dan niet toekennen van de subsidie. De beslissing wordt schriftelijk ter kennis gebracht van de aanvrager(s). Bij afwijking van het advies wordt de motivatie hiervoor eveneens schriftelijk meegedeeld aan de Kern van het Cultuurforum.

Deuitbetalingvandesubsidiegebeurtinprincipenarealisatievanhetproject.HetCollegevanBurgemeesteren Schepenen beslist hiertoe na ontvangst en goedkeuring van een evaluatieverslag waarin een volledige balans is opgenomen.

Ditverslagmoetbinnendetweemaandennaderealisatievanhetprojectwordentoegezondenmettoevoeging van :

a) bewijsstukkenwaaropdemedewerkingvanhetStadsbestuurvermeldstaat,zoalsaffiches,uitnodigingen, persberichten,… (zie art. 7.3.2);

b) een financieel overzicht met vermelding van eventuele inkosten en kopiesvandefacturen.

 

7.5 Subsidiebedrag

Deondersteuningbestaatuiteensubsidiedieniethogerkanzijndan 50%vandeeffectievekost(opbasisvan de vooropgestelde begroting) van het project, echter gelimiteerd tot 1240,00 euro.

Eventueelkandeverenigingvragendatmaximaal50%vandesubsidiealsvoorschotwordtuitbetaald,mits duidelijke budgettering en voorlegging van facturen voor een minimumbedrag van 250,00 euro.

Desubsidiekanslechts1maalperjaarwordentoegekendaandezelfde vereniging(en).

 

7.6 Controle

HetCollegevanBurgemeesterenSchepenenendeKern van het Cultuurforumkunnentenallentijde controle laten uitvoeren op de verwezenlijking van het project. Bovendien moet de organisator aan het stadsbestuur en de voorzitter van de Kern van het Cultuurforum een uitnodigingvoor de activiteit(en) sturen.

Als blijkt dat een vereniging onjuiste gegevens heeft verstrekt of de activiteit(en) op essentiële punten heeft gewijzigd t.o.v. de aanvraag en daardoor onterecht een subsidie heeft toegekend gekregen of één van de voorwaardentothetbekomenvandeprojectsubsidienietheeftnageleefd,kanhetCollegevanBurgemeesteren Schepenendetoezeggingvandesubsidieintrekkenen -zoerreedsuitkeringenhebbenplaatsgevonden –deze terugvorderen. Die vereniging kan in de toekomst geen aanspraak meer maken op een projectsubsidiëring.

 

ARTIKEL8. OVERGANGSBEPALING

Ditreglement,goedgekeurddoordegemeenteraadop19 december 2022treedtinwerkingopdevijfdedagna de bekendmaking.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

PREMIEREGLEMENT 'WONEN EN WERKEN BOVEN HANDELSPANDEN' - GOEDKEURING DOOR VLAIO. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 26 september 2022 over de goedkeuring van het premiereglement 'Wonen en werken boven handelspanden'

 

Feiten en context

De gemeenteraad van 26 september 2022 besliste om het premiereglement 'Wonen en werken boven handelspanden' goed te keuren voor definitieve invoering vanaf 1 november 2022, zoals hierna als bijlage toegevoegd, met als opschortende voorwaarde de goedkeuring van het projectvoorstel en de daaraan gekoppelde Vlaamse cofinanciering door VLAIO.

 

Op 16 november 2022 ontving de dienst Ondernemen van VLAIO het bericht dat minister Jo Brouns heeft beslist een subsidie van 100.000 euro toe te kennen aan stad Lier voor premies voor verfraaiing en verduurzaming, gericht op handelspanden in de handelskern(en). Deze subsidie dekt 50% van de gemaakte kosten door de stad Lier, die dus voor 200.000 euro subsidies kan toekennen met Vlaamse cofinanciering, op basis van het premiereglement 'Wonen en werken boven handelspanden'.

 

Deze beslissing gaat van kracht op 16 november 2022. Vanaf die dag is het premiereglement dus in voege gegaan en zal de dienst Ondernemen premieaanvragen kunnen aanvaarden.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de goedkeuring van het premiereglement 'Wonen en werken boven handelspanden' door VLAIO.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

ALGEMEEN POLITIEREGLEMENT LIER - AANPASSING DECEMBER 2022. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

GR 24/11/2008 - goedkeuring algemeen politiereglement stad Lier

GR 29/06/2009 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 28/03/2011 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 26/03/2012 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 24/09/2012 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 26/11/2012 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 24/06/2013 - goedkeuring gecoördineerde versie algemeen politiereglement stad Lier

GR 26/01/2015 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 29/02/2016 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 25/04/2016 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 29/05/2017 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 27/11/2017 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 17/12/2018 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

GR 25/11/2019 - goedkeuring aanpassingen algemeen politiereglement

 

Feiten en context

Het algemeen politiereglement bevat regels en voorschriften die ervoor zorgen dat de openbare veiligheid, openbare rust en openbare gezondheid worden bewaakt en openbare overlast wordt tegengegaan. Overtredingen van dit politiereglement worden vastgesteld door de lokale politie en vaststellende ambtenaren en gesanctioneerd via het systeem van de gemeentelijke administratieve sancties (GAS). De gemeenteraad is bevoegd om de politiereglementen goed te keuren.

 

Voorgestelde wijzigingen/aanvullingen

 

Titel 1 - Toepassingsgebied.

Hoofdstuk 2. Begrippen.

 

Motivatie: Vaak spreekt de stad over het "Kernwinkelgebied", dit is gemakkelijker dan steeds alle zones op te lijsten.

 

Voorstel nieuw artikel:

Artikel 3/1 Voor de toepassing van onderhavig reglement, verstaat men onder “Kernwinkelgebied” de door het Lierse stadsbestuur afgebakende zones i.c.:
- Antwerpsestraat
- Kartuizersvest: oneven nummers t.e.m. 29/31 én Kartuizersvest even nummers t.e.m. 28.
- Grote Markt
- Rechtestraat

 

 

Titel 2 - De openbare netheid en gezondheid.

Hoofdstuk 1. Netheid van de openbare ruimte.

Afdeling 5. Aanplakking en graffiti.

 

Motivatie: Voor het aanbrengen van tijdelijke bewegwijzering moet men een toelating van de burgemeester aanvragen, dit wordt zo al jaren gehanteerd. Echter was er tot op heden geen  uitzondering voorzien in artikel 25 van het APR om effectief ook een toelating te geven.

 

Huidig artikel

Artikel 25. Behoudens andersluidende bepalingen is het verboden opschriften, affiches, beeld- en fotografische voorstellingen, vlugschriften en plakbriefjes aan te brengen op de openbare weg, op bomen, aanplantingen, plakborden, voor- en zijgevels, muren, omheiningen, pijlers, palen, zuilen, bouwwerken, monumenten en op ieder ander voorwerp of andere plaats van de openbare ruimte.

Dit alles is eveneens verboden op huizen, afsluitingen, of om het even welk privaat bezit, zonder daartoe vooraf van de eigenaar en van de gebruiksgerechtigde schriftelijke toelating te hebben verkregen.

 

Het is verboden wettig aangebrachte aanplakbiljetten kwaadwillig af te trekken, onleesbaar te maken, af te scheuren, te bevuilen of te bedekken.

 

bij overtreding zal de aanbrenger van de aanplakkingen vooreerst als verdachte worden aangeduid. Is de aanbrenger niet gekend, dan zal de verantwoordelijke uitgever als verdachte worden weerhouden. Is er geen verantwoordelijke uitgever vermeld, dan is de organisator van de activiteit, waarvoor reclame wordt gemaakt, de verdachte.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 25. Behoudens voorafgaande en schriftelijke vergunning van de burgemeester en onverminderd andersluidende bepalingen is het verboden opschriften, affiches, beeld- en fotografische voorstellingen, vlugschriften en plakbriefjes aan te brengen op de openbare weg, op bomen, aanplantingen, plakborden, voor- en zijgevels, muren, omheiningen, pijlers, palen, zuilen, bouwwerken, monumenten en op ieder ander voorwerp of andere plaats van de openbare ruimte.

Dit alles is eveneens verboden op huizen, afsluitingen, of om het even welk privaat bezit, zonder daartoe vooraf van de eigenaar en van de gebruiksgerechtigde schriftelijke toelating te hebben verkregen.

 

Het is verboden wettig aangebrachte aanplakbiljetten kwaadwillig af te trekken, onleesbaar te maken, af te scheuren, te bevuilen of te bedekken.

 

bij overtreding zal de aanbrenger van de aanplakkingen vooreerst als verdachte worden aangeduid. Is de aanbrenger niet gekend, dan zal de verantwoordelijke uitgever als verdachte worden weerhouden. Is er geen verantwoordelijke uitgever vermeld, dan is de organisator van de activiteit, waarvoor reclame wordt gemaakt, de verdachte.

 

 

Afdeling 8. inzameling van afvalstoffen

Onderafdeling 11. Selectieve inzameling van gemengde plastics

 

Motivatie: Er werd een fout gemaakt bij de toevoeging van dit artikel, de ophaling van gemengde plastic  wordt namelijk om de 4 weken uitgevoerd en niet om de 8 weken.

 

Huidig artikel

Artikel 153/2. Gemengde plastics worden om de 8 weken huis-aan-huis ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde dagen. De gemengde plastics worden ook ingezameld op de IVAREM-containerparken.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 153/2. Gemengde plastics worden om de 4 weken huis-aan-huis ingezameld langsheen de voor de ophaler toegankelijke straten, wegen en pleinen op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde dagen. De gemengde plastics worden ook ingezameld op de IVAREM-containerparken.

 

 

Hoofdstuk 2. Openbare gezondheid.

Afdeling 4. Dieren.

Onderafdeling 3. Houden van huisdieren.

 

Motivatie: Gezien er in de Vlarem- wetgeving onder rubriek 9 al wordt gesproken over het houden van katten en honden, is het niet aangewezen om ook regelgeving hieromtrent op te nemen in het APR.

 

Voorstel schrapping artikel

Artikel 185. Het is verboden meer dan vijf katten of honden te houden in een gesloten bebouwing of appartementsgebouw.

 

 

Titel 3 –De openbare veiligheid en vlotte doorgang.

Hoofdstuk 1. Gemeenschappelijke bepalingen ter bevordering van de openbare veiligheid en de vlotte doorgang.

Afdeling 5. Bedelverbod.

 

Motivatie: De Raad van state heeft bij arrest n°227.729 van 6 januari 2015 geoordeeld dat het bedelen op zich geen inbreuk vormt op de openbare orde, zelfs al zou het een bepaald ongemak veroorzaken bij de populatie, maar dat de praktijk op bepaalde plaatsen, op bepaalde momenten en volgens bepaalde modaliteiten mag worden verboden, dit in overeenstemming met het proportionaliteitsbeginsel.
Een winkelstraat blijkt een belangrijk trefpunt voor bedelactiviteiten, zo ondervinden ook de handelaars uit de winkelstraten. De stad Lier is al jaren bezig om verschillende overlastfenomenen in de belangrijke winkelstraten, die heel wat klanten en passanten aantrekken, te beperken.

 

Huidig artikel

Artikel 207. Het is verboden zowel op de openbare weg als in elke voor het publiek toegankelijke plaats en met name in de commerciële centra en straten:

- te bedelen door het op een opdringerige of agressieve wijze aanklampen van voorbijgangers;

- door het bedelen de vlotte doorgang van het voetgangers- en andere verkeer te hinderen of belemmeren.

 

Het is tevens verboden aan de deuren te bellen of te kloppen met het doel een aalmoes te bekomen.

 

Diegene die de bepalingen van deze afdeling overtreedt, kan bestraft worden met politiestraffen zoals voorzien in het strafwetboek. Bovendien kan overgegaan worden tot inbeslagname van de in overtreding van deze afdeling verzamelde gelden of goederen en kan de verbeurdverklaring ervan worden uitgesproken.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 207. Het is verboden te bedelen in het kernwinkelgebied.
 

Het is op het hele grondgebied verboden te bedelen op volgende wijze:

a) aanklampen van personen of zich opdringerig gedragen;

b) de doorgang voor verkeer of voetgangers hinderen;

c) het zich begeven op een horecaterras;

d) in het gezelschap van kinderen of dieren;

e) het expliciet tonen van lichaamsgebreken, verwondingen of  verminkingen;

f) bij huizen aanbellen.

 

 

Hoofdstuk 2. Openbare veiligheid.

Afdeling 7. Toegangsverbod voor onbevoegden.

 

Motivatie: De stad krijgt soms klachten over werven die niet zijn afgesloten waardoor ze een onveilige situatie kunnen creëren voor spelende kinderen, passanten,...

 

Huidig artikel

Artikel 229. Onbevoegde personen mogen niet binnendringen in voor het publiek niet toegankelijke constructies of installaties van openbaar nut. De eigenaar is verplicht gepaste maatregelen te nemen om de toegang tot de onbezette gebouwen te voorkomen.

 

De afsluitingen, schutsels, omheiningen die verankerd zijn in de grond en niet-bebouwde terreinen begrenzen, evenals deze welke bevestigd zijn aan gebouwen, moeten stevig vastgemaakt zijn opdat ze niet kunnen wegwaaien, vallen of omgestoten worden. De stabiliteit en verankering moeten regelmatig nagekeken worden.

 

Voorstel wijziging artikel

Artikel 229. Onbevoegde personen mogen niet binnendringen in voor het publiek niet toegankelijke constructies of installaties van openbaar nut.
Zo ook mogen onbevoegde personen zich niet op een werf begeven.

De eigenaar is verplicht gepaste maatregelen te nemen om de toegang tot de onbezette gebouwen of werf te voorkomen.

 

De afsluitingen, schutsels, omheiningen die verankerd zijn in de grond en niet-bebouwde terreinen begrenzen, evenals deze welke bevestigd zijn aan gebouwen, moeten stevig vastgemaakt zijn opdat ze niet kunnen wegwaaien, vallen of omgestoten worden. De stabiliteit en verankering moeten regelmatig nagekeken worden.

 

 

Voorstel nieuwe afdeling toe te voegen

Afdeling 11. Magneetvissen en metaaldetectie

 

Motivatie: magneetvissen kan voor gevaarlijke situaties zorgen, zo zijn er in het verleden al oude bommen opgevist, en metaaldetectie kan de grond en/of natuur beschadigen. Daarom is het aangewezen dat men steeds toelating vraagt bij de stad alvorens dit uit te voeren zodat de betreffende diensten hun advies kunnen geven en er desnoods in de toelating bepaalde voorwaarden kunnen opgelegd worden.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 234/2. Behoudens voorafgaande en schriftelijke toelating van de burgemeester en onverminderd andersluidende bepalingen is het verboden om recreatief magneetsvissen en/of metaaldetectie uit te voeren op openbaar domein, in waterlopen in het beheer van de stad en op privé eigendommen van de stad.

 

 

Voorstel nieuw hoofdstuk toe te voegen

Hoofdstuk 4. Exploitatie van deelsystemen voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen.

 

Motivatie: In bepaalde grote steden is de exploitatie van deelsystemen aan het toenemen, hierbij stuit men soms op verschillen problemen en overlastfenomenen zoals firma's die zonder een echte overeenkomst zich hebben gevestigd in de stad, fietsen die dan ook gewoon op het openbaar domein worden achter gelaten op onreglementaire plaatsen... In Lier zijn er momenteel nog geen problemen, maar er kan al beter op voorhand een reglement uitgewerkt worden.

 

Voorstel nieuw artikel

Artikel 266/1. §1. Het is verboden een deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen te exploiteren zonder voorafgaande toelating, vergunning of concessie, zoals hierna bepaald: 

- Voor de exploitatie van een systeem voor commercieel autodelen, is een toelating van het schepencollege voor autodelen vereist;
- Voor de exploitatie van een deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen zonder vaste stallingsinfrastructuur, met uitzondering van autodelen, is een toelating vereist van het college van burgemeester en schepen. De gemeenteraad kan nadere regels bepalen die op een dergelijke toelating van toepassing zijn:

- Voor de exploitatie van een deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen met vaste stallingsinfrastructuur, met uitzondering van autodelen, is een voorafgaande concessie of toelating vereist die wordt afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen. De gemeenteraad kan nadere regels bepalen die op een dergelijke toelating van toepassing zijn. 

Onder ‘deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen ’ wordt verstaan: een systeem/netwerk van voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen die in de openbare ruimte ter beschikking gesteld worden om voor beperkte duur, al dan niet tegen betaling, gebruikt te worden overeenkomstig de gebruiksvoorwaarden zoals bepaald door de exploitant.
 

Onder ‘deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen met vaste stallingsinfrastructuur’ wordt verstaan: een deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen waarbij het voertuig voor aanvang en na afloop van elke gebruikssessie dient gestationeerd te zijn in de uitsluitend hiervoor bestemde stallingsinfrastructuur in de openbare ruimte.
 

Onder ‘deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen zonder vaste stallingsinfrastructuur’ wordt verstaan: een deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerde rijwielen en voortbewegingstoestellen waarbij het voertuig voor aanvang en na afloop van elke gebruikssessie met naleving van de toepasselijke regelgeving in de openbare ruimte dient gestationeerd te zijn, zonder dat dit vastgemaakt wordt aan stallingsinfrastructuur die eigen is aan het deelsysteem.

§2. De exploitant moet de voorwaarden van de toelating, vergunning of concessie te allen tijde naleven.

§3. De exploitant is ertoe gehouden de nodige maatregelen te treffen om elke vorm van verstoring van de openbare orde, met inbegrip van overlast, waarbij een voertuig, rijwiel, gemotoriseerd rijwiel of voortbewegingstoestel betrokken is dat door hem ter beschikking werd gesteld, te voorkomen.

 

De exploitant voorziet in een registratiesysteem waardoor hij de werkelijke gebruiker van het voertuig, rijwiel, gemotoriseerd rijwiel of voortbewegingstoestel te allen tijde kan registreren en identificeren. Het registratiesysteem is dermate uitgerust dat misbruik van het deelsysteem vermeden wordt. De exploitant zal de identiteit van de gebruiker op eerste gemotiveerd verzoek meedelen aan de politie- en/of stadsdiensten.

 

Bij verstoring van de openbare orde ten gevolge van de exploitatie van het deelsysteem voor voertuigen, rijwielen, gemotoriseerd rijwielen of voortbewegingstoestellen zal de exploitant aansprakelijk gesteld worden indien de overtreder zelf niet geïdentificeerd kan worden door de bevoegde diensten.  

 

 

Titel 6. Diverse bepalingen.

 

Voorstel nieuw hoofdstuk toe te voegen

Hoofdstuk 5: Clubhuizen motorclubs

 

Motivatie: Ingevolge de bestuurlijke aanpak van criminele motorbendes in Nederland en Duitsland hebben tal van clubhuizen van motorbendes zich gevestigd in België, of willen dit doen. Daarom is het nodig om de risico’s die de inplanting en de exploitatie van clubhuizen van motorclubs met zich kunnen meebrengen (o.a. het aan- en afrijden van lawaaierige voertuigen, ’s nachts en overdag, wildparkeren, geluidsoverlast, enz.) te controleren ter vrijwaring van de openbare rust en veiligheid. Het doel van deze politieverordening is dus om motorbendes en straatbendes die veelal hiërarchisch zijn gestructureerd, te weren uit de gemeente om de verstoring van de openbare orde met inbegrip van overlast tegen te gaan.

 

Voorstel nieuwe artikels

Artikel 323/1. Voor de toepassing voor deze afdeling wordt verstaan onder:

        Exploitant: de natuurlijke persoon, feitelijke vereniging of de rechtspersoon, al dan niet eigenaar, die een clubhuis in feite of in rechte faciliteert of uitbaat.

        Motorclub: een hiërarchisch gestructureerde groep van twee of meer personen met een gemeenschappelijke belangstelling, gekenmerkt door een gemeenschappelijke ideologie of groepscultuur, die naar de buitenwereld wordt veruitwendigd door het gebruik van gemeenschappelijke kenmerken, zoals symbolen, clubemblemen, colors, tatoeages, materialen, voertuigen, kledij en foto’s, ongeacht het effectieve bezit of gebruik van een motor.

        Clubhuis: een ruimte of locatie waar een bijeenkomst van een motorclub plaatsvindt

        Organisator: de natuurlijke persoon of personen, de feitelijke vereniging, of de rechtspersoon, die een bijeenkomst van een motorclub in feite of in rechte organiseert

        Deelnemer: de natuurlijke persoon die aanwezig is op een bijeenkomst van een motorclub

 

Artikel 323/2. Deze afdeling is van toepassing op alle bestaande en nieuw te openen clubhuizen die, rekening houdend met de begripsomschrijvingen van artikel 323/1 van deze afdeling, beschouwd worden als een clubhuis voor motorclubs. Onverminderd de naleving van andere federale, regionale of lokale bepalingen is deze afdeling niet van toepassing op

        erkende jeugdverenigingen: verenigingen erkend volgens het Decreet van 20 januari 2012 houdende een vernieuwd jeugd- en kinderrechtenbeleid, of volgens een besluit van de gemeentelijke overheid

        erkende beroepsverenigingen: verenigingen erkend volgens de wet van 31 maart 1898 op de beroepsverengingen of volgens een besluit van de gemeentelijke overheid.

 

Artikel 323/3. De opening en uitbating van een clubhuis voor motorclubs is onderworpen aan een voorafgaandelijke en schriftelijke uitbatingsvergunning afgeleverd door de burgemeester. Het is verboden deel te nemen aan bijeenkomsten van clubhuizen van motorclubs die niet voldoen aan de bepalingen van deze afdeling of deze te faciliteren.

 

Artikel 323/4. Voor elke uitbating van een clubhuis van een motorclub zoals bedoeld in artikel 323/1 van dit reglement moet de uitbater schriftelijk een uitbatingsvergunning aanvragen bij de burgemeester door middel van het daarvoor voorziene aanvraagformulier, overeenkomstig de bepalingen opgenomen op de stedelijke website.

 

Artikel 323/5. Voor de bestaande clubhuizen van motorclubs moet de uitbater uiterlijk binnen een periode van 6 maanden na de inwerkingtreding van deze afdeling een uitbatingsvergunning aanvragen. De aanvraag geldt als tijdelijke uitbatingsvergunning tot de definitieve vergunning wordt verleend of geweigerd. Alle andere clubhuizen worden bij de inwerkingtreding van dit reglement als nieuw te openen beschouwd en zijn verplicht om in het bezit te zijn van een uitbatingsvergunning bij aanvang van de uitbating. 

 

Artikel 323/6. De uitbatingsvergunning kan enkel worden verleend door de burgemeester na een administratief onderzoek dat volgende componenten bevat:

 

        a) Een brandveiligheidsonderzoek: een onderzoek of het clubhuis voldoet aan de minimumnormen inzake brandpreventie zoals omschreven in de Politieverordening Hulpverleningszone Rivierenland houdende maatregelen tot het voorkomen en bestrijden van brand in publiek toegankelijke inrichtingen, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 september 2017. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de brandweer;
 

        b) Indien van toepassing: een onderzoek naar de naleving van de verzekeringsverplichtingen zoals omschreven door de wet betreffende de preventie van brand en ontploffing en betreffende de verplichte verzekering van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid in dergelijke gevallen;
 

        c) Een stedenbouwkundig onderzoek: een onderzoek naar de naleving van de geldende stedenbouwkundige - en milieuvoorwaarden en het beschikken over de benodigde vergunningen, zowel op gemeentelijk als op Vlaams en federaal niveau. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de afdeling omgeving;
 

        d) Een onderzoek naar de handhaving van de openbare orde, veiligheid en rust: een onderzoek naar de mogelijke verstoring van de openbare orde, veiligheid en rust door de vestigingseenheid en naar eventuele aanbevelingen om deze verstoring te voorkomen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door de lokale politie. Dit omvat tevens een onderzoek om na te gaan of de exploitant of een persoon die betrokken is bij de exploitatie al eerder betrokken was bij de exploitatie van een publiek toegankelijke inrichting waar een bestuurlijke maatregel of een gemeentelijke administratieve sanctie aan werd opgelegd.
 

        e) een financieel onderzoek: dit onderzoek wordt verricht door de lokale politie of de daartoe bevoegde diensten en bestaat uit:

 

 o een onderzoek naar de betaling van alle verschuldigde niet-betwiste
 vorderingen van welke aard ook, die betrekking hebben op de exploitatie

 en de exploitant;   

 o een onderzoek naar de herkomst van de gelden waarmee investeringen

 worden gedaan in de publiek toegankelijke inrichting en/of waarmee de
 aankoop gefinancierd wordt;

 

 o een onderzoek of er ernstige aanwijzingen zijn van fraude;

 

        f) een moraliteitsonderzoek: dit onderzoek wordt verricht door de lokale politie en bestaat uit:

 

 o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting,

 of eenvoudige schuldverklaring, voor inbreuken op de wet op het racisme

 en/of de xenofobie en/of tegen de drugswetgeving en/of wegens daden

 van weerspannigheid ten overstaan van politie of andere overheidsdiensten

 en/of tegen de wapenwetgeving en/of tegen de wet private militie en/of de

 vreemdelingenwet;
   o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting, of

 eenvoudige schuldverklaring, voor feiten van opzettelijk doden, opzettelijk

 toebrengen van lichamelijk letsel, foltering, onmenselijke behandeling en

 onterende behandeling, zoals bedoeld in hoofdstuk 1, titel VIII van boek II

 van het strafwetboek;

 

 o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting, of

 eenvoudige schuldverklaring, voor feiten van criminele organisatie zoals 

 bedoeld in hoofdstuk I, titel VI van boek II van het strafwetboek;

 

 o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting, of

 eenvoudige schuldverklaring, voor feiten van bedreiging, zoals bedoeld in

 hoofdstuk II, titel VI van boek II van het strafwetboek;

 

 o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting, of

 eenvoudige schuldverklaring, voor feiten van diefstal en afpersing, zoals

 bedoeld in hoofdstuk I, titel IX van boek II van het strafwetboek;

 

 o Een onderzoek naar recente – tijdens de drie voorgaande jaren -

 vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel, opschorting, of

 eenvoudige schuldverklaring, voor feiten van heling en witwassen, zoals

 bedoeld in afdeling IV van hoofdstuk II, titel IX van boek II van het

 strafwetboek;

 

 o Een onderzoek of er ernstige aanwijzingen zijn van fraude;

 

 o Een onderzoek of er ernstige aanwijzingen voorhanden zijn dat in de private

 doch door het publiek toegankelijke plaats, herhaaldelijk illegale activiteiten

 plaatsvinden die betrekking hebben op de verkoop, de aflevering of het

 vergemakkelijken van het gebruik van gifstoffen slaapmiddelen, verdovende

 middelen, psychotrope stoffen, antiseptica of stoffen die gebruikt worden

 voor de illegale vervaardiging van verdovende middelen en psychotrope

 stoffen, waardoor de openbare veiligheid en rust in het gedrang komt

 

 o Een onderzoek naar vaststellingen van en veroordelingen voor inbreuken op

 wettelijke verplichtingen die verband houden met of naar aanleiding van een

 exploitatie, zoals de niet naleving van vestigingsvoorwaarden,

 persoonsgebonden beroepsuitoefeningsvoorwaarden (o.m. leeftijd,

 verblijfskaart, beroepskaart, leurderkaart, arbeidskaart), administratieve

 verplichtingen t.a.v. de Kruispuntbank van Ondernemingen, sociaal- en

 arbeidsrechtelijke verplichtingen van de personen die op enigerlei wijze

 deelnemen aan de exploitatie (o.m. aangifte en bijdrageplicht sociale

 zekerheid), boekhoudkundige en fiscale verplichtingen,

 vennootschapsrechtelijke verplichtingen, vergunningen, erkenningen en

 toelatingen met betrekking tot de beroepsuitoefening, de regelgeving met

 betrekking tot de openingsuren, voedselveiligheid, rookverbod, vzw’s e.a.

 

Het financieel onderzoek en het moraliteitsonderzoek worden, al naargelang het geval, uitgevoerd op de voor het publiek toegankelijke plaats, op de exploitant, op de organisator, op de organen en/of vertegenwoordigers van de exploitant of van de organisator en op de natuurlijke personen die in feite belast zijn met de exploitatie of organisatie. Deze onderzoeken kunnen uitgebreid worden tot alle natuurlijke personen die betrokken zijn bij de exploitatie. Deze personen dienen meerderjarig te zijn en een uittreksel uit het strafregister voor te leggen van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document, desgevallend behoorlijk beëdigd vertaald.

 

Voor andere deelnemers aan de bijeenkomst van een motorclub of andere personen die in welke hoedanigheid ook deelnemen aan de exploitatie van een clubhuis dient de exploitant of de organisator te verklaren dat niemand van hen valt onder de hierboven vermelde weigeringsgronden. Alle voormelde personen dienen het bewijs te leveren van hun identiteitsgegevens, met inbegrip van een officiële woonplaats.

 

De burgemeester kan steeds alle nuttige inlichtingen inwinnen bij de politie of andere bevoegde diensten en beslist discretionair of het resultaat van het financieel onderzoek en/of het moraliteitsonderzoek zwaarwichtig genoeg is om de vergunning al dan niet te weigeren en/of in te trekken waarbij hij steeds het gevaar voor de openbare orde voor ogen zal houden.

 

Artikel 323/7. §1. Bij de aanvraag tot het verkrijgen van een uitbatingsvergunning dient te worden gevoegd:

        een kopie van de identiteitskaart van de exploitant;

        Een kopie van de identiteitskaart van de organisator;

        een kopie van de identiteitskaart van de feitelijke verantwoordelijke(n);

        het telefoonnummer en e-mailadres waarop de exploitant en de feitelijke verantwoordelijke(n) te bereiken zijn;

        De naam van de motorclub;

        Indien van toepassing, een kopie van het uittreksel inschrijving KBO met een ondernemingsnummer uitgereikt door een ondernemingsloket;

        een uittreksel uit het strafregister volgens artikel 596, tweede lid van het Wetboek van Strafvordering (vroeger: model 2) van de exploitant, van de organen en/of vertegenwoordigers van de exploitant, van de organisator alsook van de feitelijke verantwoordelijke(n) (voor het moraliteitsonderzoek). Dit uittreksel mag niet ouder zijn dan 3 maanden na datum van opmaak. In voorkomend geval een uittreksel uit het strafregister van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document desgevallend behoorlijk vertaald door een beëdigd vertaler;

 

Op basis van deze stukken vraagt de burgemeester een advies aan de politie. Binnen de tien werkdagen na ontvangst van de aanvraagstukken bij de politie, adviseert de politie aan de burgemeester om:

        ofwel de uitbatingsvergunning af te leveren, op voorwaarde van een positieve beoordeling betreffende de onderzoeken zoals vermeld in artikel 323/6 a), b) en c) van deze verordening;

        ofwel een verder moraliteitsonderzoek en financieel onderzoek te laten uitvoeren.

 

§2. In geval op advies van de politie door de burgemeester besloten wordt om een uitgebreid moraliteitsonderzoek en financieel onderzoek uit te voeren, zal de burgemeester bij de aanvrager, indien van toepassing, volgende bijkomende stukken opvragen:

        een overzicht van de ledenlijst van de motorclub met opgave van de naam, de voornaam en de nationaliteit;

        een bewijs dat de exploitant de aangevraagde locatie rechtmatig kan gebruiken voor de exploitatie van het clubhuis (zoals een kopie van de aankoopakte van het pand of een kopie van de huurovereenkomst voor de aangevraagde locatie);

        in voorkomend geval, een opgave van de geraamde investeringen in het pand, met bijhorend(e) plan(s);

        een kopie van het aanslagbiljet van de directe belastingen van de voorbije zeven jaar, alsmede eventueel andere documenten waaruit blijkt dat de exploitant over voldoende financiële draagkracht beschikt om de investering te financieren;

        indien de investeringen gefinancierd worden met een lening: een kopie van de leningsovereenkomst;

        een overzicht van alle oprichtingskosten en investeringen, evenals alle financieringsbronnen die hiervoor aangewend werden of worden met opgave van een onderscheid tussen eigen vermogen en vreemd vermogen, inclusief stavingsstukken voor de financieringsbronnen;

 

§3. In kader van de aanvraag, gedurende het voorafgaandelijk administratief onderzoek en gedurende de uitbating kan de burgemeester bepalen dat nader te bepalen documenten en inlichtingen overhandigd moeten worden.

 

§4. Het dossier is slechts ontvankelijk wanneer alle hiervoor vermelde documenten in §1 en, in voorkomend geval, in §2 bij de aanvraag gevoegd zijn. Zo nodig worden ontbrekende stukken opgevraagd. Binnen een termijn van 60 kalenderdagen na de melding van een ontvankelijke aanvraag wordt door de burgemeester een beslissing genomen over het afleveren dan wel weigeren van een uitbatingsvergunning. Indien gerechtvaardigd door de complexiteit van het dossier, mag deze termijn éénmaal worden verlengd met maximaal dezelfde duur.

 

§5. Een nieuwe aanvraag van dezelfde exploitant, voor dezelfde locatie en voor dezelfde bestemming, volgend op een onontvankelijke of geweigerde aanvraag of op een ingetrokken uitbatingsvergunning, kan ten vroegste zes maanden na de datum vermeld in de beslissing tot onontvankelijkheid, weigering of intrekking, ingediend worden.

 

Artikel 323/8. De burgemeester weigert de uitbatingsvergunning als:

        niet voldaan is aan de wettelijke of reglementaire bepalingen en voorwaarden van toepassing op de inrichting;

        controle door de ambtenaar van de stad en/of de politie wordt verhinderd;

        de aanvraag onjuiste gegevens bevat;

        de openbare orde, de openbare rust en/of de openbare gezondheid gevaar loopt.

 

Artikel 323/9. De uitbatingsvergunning wordt verleend voor onbepaalde duur. De burgemeester kan beslissen om de uitbatingsvergunning te beperken in de tijd en/of bijzondere voorwaarden op te nemen in de vergunning afhankelijk van specifieke omstandigheden, bv. de ligging van de inrichting.

 

Artikel 323/10.§1. De uitbatingsvergunning is geldig, te rekenen vanaf de datum van ondertekening door de burgemeester.

 

§2. Deze politieverordening en in het bijzonder de voorwaarden vermeld in art. 323/6 dienen nageleefd te worden zolang de uitbating duurt.

 

Artikel 323/11. §1. De uitbatingsvergunning wordt afgeleverd aan een exploitant of organisator voor een welbepaalde vestigingseenheid en kan niet worden overgedragen aan een andere exploitant of organisator of naar een andere vestigingseenheid. Bij iedere wijziging van locatie of wijziging met betrekking tot de exploitant of organisator dient er een nieuwe uitbatingsvergunning te worden aangevraagd.

 

§2. In afwijking op §1 van dit artikel is geen nieuwe aanvraag vereist indien:

        een uitbater of organisator reeds over een uitbatingsvergunning beschikt en zijn uitbating wijzigt onder de vorm van een natuurlijk persoon tot uitbating onder de vorm van een vennootschap of in omgekeerde volgorde op dezelfde locatie.

        de uitbater of organisator reeds over een uitbatingsvergunning beschikt en louter het bestuursorgaan van de rechtspersoon wijzigt. In dit laatste geval moet wel een nieuw uittreksel uit het strafregister ingediend worden.

Bij andere wijzigingen is een nieuwe uitbatingsvergunning vereist, waarvoor een volledig nieuwe aanvraag moet worden ingediend.

 

Artikel 323/12. De uitbater is verplicht alle wijzigingen in de instelling die een verandering uitmaken ten opzichte van de veiligheid, en alle wijzigingen van gegevens opgegeven in de aanvraag onmiddellijk schriftelijk te melden aan de burgemeester.

 

Artikel 323/13. De uitbatingsvergunning vervalt van rechtswege:

        op het moment dat de exploitatie van het clubhuis voor een periode van langer dan zes maanden feitelijk is onderbroken;

        in geval van een veroordeling tot gerechtelijke sluiting;

        in geval van een gerechtelijk beroepsverbod voor de exploitant, de organisator, een rechtspersoon of één van zijn organen;

        in geval van ontbinding van de rechtspersoon.

 

Artikel 323/14.§1. Het clubhuis moet tijdens een bijeenkomst onmiddellijk zowel van binnen als van buiten zonder tussenkomst van een derde toegankelijk zijn met oog op de toegang van controle- en hulpverleningsdiensten. . Iedere aanwezige in het clubhuis dient ten allen tijde toegang te verlenen aan controle- en hulpverleningsdiensten.

 

§2. Het is verboden om ramen van een clubhuis tijdens de bijeenkomsten van de motorclub op enige wijze ondoorzichtig te maken.

 

§3. Voor elke bijeenkomst van een motorclub dient de organisator, bij gebreke hieraan de exploitant, een deelnemerslijst op te maken met vermelding van naam, voornaam, roepnaam of alias, geboortedatum, rijksregisternummer, woonplaats en kentekenplaat van het voertuig. Op eerste verzoek van de lokale politie of de gemeente dient de organisator, bij gebreke hieraan de exploitant, de volledige en actuele deelnemerslijsten van de bijeenkomsten van de motorclub gedurende de laatste zes maanden te overhandigen.

 

Artikel 323/15. §1. De uitbatingsvergunning moet steeds aanwezig zijn in de inrichting. De uitbatingsvergunning moet steeds op eerste vordering van de politie of een bevoegde controlerende ambtenaar ter inzage worden voorgelegd.

 

§2. Onverminderd de strafbepalingen en maatregelen voorzien onder titel 7 van deze verordening, kan de politie bij vaststelling van uitbating zonder uitbatingsvergunning de inrichting onmiddellijk en ter plaatse sluiten.

 

 

Adviezen
Advies van de Jeugdraad van 21 november 2022:

De jeugdraad gaf een positief advies voor de wijzigingen uit te voeren aan het algemeen politiereglement van Lier.
 

Juridische grond

Artikel 119 van de Nieuwe Gemeentewet;

Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;

 

Argumentatie

Het algemeen politiereglement is geen statisch document maar dient geregeld up-to-date gebracht worden om de gemeentelijke overheid blijvend in staat te stellen een gepast antwoord te bieden op vlak van bestuurlijke handhaving van fenomenen die de openbare orde verstoren en/of zorgen voor openbare overlast. De hier voorgelegde voorstellen tot aanpassing en/of aanvulling zijn onder meer tot stand gekomen naar aanleiding van de concrete toepassing van de thans bestaande regels uit het politiereglement. Ze strekken ertoe de concrete toepassing te verfijnen en meer aangepast te maken aan de realiteit.

 

Stemming

 

16 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

15 onthoudingen: Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 16 stemmen voor - 15 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist onderstaande wijzigingen aan het algemeen politiereglement goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist de gecoördineerde versie van het algemeen politiereglement goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

ACTIEPLAN 2023 DECRETALE HANDHAVING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

College van burgemeester en schepenen dd. 27/1/2020: goedkeuring actieplan 2020. Gemeenteraad dd. 17/2/2020: goedkeuring actieplan 2020.

College van burgemeester en schepenen dd. 01/03/2021: goedkeuring actieplan 2021. Gemeenteraad dd. 29/03/2021: goedkeuring actieplan 2021.

College van burgemeester en schepenen dd. 15/11/2021: goedkeuring actieplan 2022. Gemeenteraad dd. 29/11/2021: goedkeuring actieplan 2022.

 

Feiten en context

In samenwerking met andere gemeenten werd door IGEMO een intergemeentelijke cel opgericht voor handhaving (IGOHC) die als doelstelling heeft het omgevingshandhavingsbeleid van de deelnemende gemeenten te organiseren.

Met deze georganiseerde samenwerking wil de vereniging de aanwezige ervaring en kennis bundelen, om zo te streven naar een efficiënter omgevingshandhavingsbeleid een rationalisering van de beheers- en exploitatiekosten.

 

Onderdeel van deze samenwerking is de jaarlijkse opstelling van een actieplan waarin ook de prioriteiten aangaande omgevingshandhaving van elke gemeente vervat zitten.

 

In bijlage kan u het actieplan 2023 van IGEMO terugvinden. De prioriteiten stedenbouw en milieu blijven ongewijzigd tegenover het jaar 2020, 2021 en 2022.

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Bart Verhoeven, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Nancy Dresen, Marc Franquet, Marc De Keulenaer en Charlotte Schwagten

9 onthoudingen: Koen Breugelmans, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Geert Marrin, Stéphanie Van Campenhout, Jan Hermans en Gert Van Eester

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het actieplan 2023 van IGHOC (intergemeentelijke omgevingshandhavingscel) voor omgevingshandhaving goed te keuren mits toevoeging van een bijkomende prioriteit voor ruimtelijke ordening:
'7. Grote projecten, zijnde meer dan 30 woonentiteiten'

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

LOKALE POLITIE LIER - BRIEF DD. 25/10/2022 VAN HET FEDERAAL TOEZICHT M.B.T. GOEDKEURING  VAN DE JAARREKENING 2021 POLITIEZONE LIER. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 23 mei 2022 waarbij de rekening 2021 van de politiezone (PZ 5360) werd vastgesteld.

 

Feiten en context

De stad ontving op 25 oktober 2022 de brief van de gouverneur over de goedkeuring op 24 oktober 2022 van de rekening 2021 van de politiezone

 

Juridische grond

De artikelen 34,77 en 78 van de wet van 7/12/1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, betreffende de goedkeuring van de politierekening door de Federale Directie - Toezicht Lokale Politie

Het KB van 5/9/2001, houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, in het bijzonder de artikelen 66 tot en met 72

De ministeriële omzendbrief PLP33, 38 en 38bis betreffende het afsluiten van de jaarrekeningen van de politiezones.

 

Argumentatie

Overwegende dat de bijzonder rekenplichtige met zijn mail van 14 oktober 2022 de gevraagde inlichtingen heeft gegeven betreffende het totale bedrag op de lijst van de te innen vorderingen;

 

Het voor eensluidend verklaard afschrift van besluit van 24 oktober 2022 van de Federale Directie - Toezicht Lokale Politie houdende goedkeuring van de jaarrekening 2021 met opmerking moet ter kennisgeving aan de gemeenteraad voorgelegd worden.

 

BESLUIT

Art. 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de brief dd. 25/10/2022 van het Federaal Toezicht m.b.t. goedkeuring van de jaarrekening 2021 met opmerking van de lokale politie Lier.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

LOKALE POLITIE LIER - BEGROTINGSWIJZIGING NR.1 GEWONE DIENST EN BUITENGEWONE DIENST VOOR HET DIENSTJAAR 2022 EN ADVIES BEGROTINGSCOMMISSIE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Juridische grond

KB van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie gewijzigd door het KB van 5 juli 2010.

 

Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus.

 

De Ministeriële omzendbrief PLP 61 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2022 ten behoeve van de politiezones.

 

Stemming

 

26 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Bart Verhoeven, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Nancy Dresen, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

5 onthoudingen: Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 26 stemmen voor - 5 onthoudingen

 

BESLUIT

Art.1

De gemeenteraad neemt kennis van het advies van de begrotingscommissie over de begrotingswijziging nr.1 gewone-  en buitengewone dienst - dienstjaar 2022 van de lokale politie Lier.

 

Art.2

De gemeenteraad keurt de begrotingswijziging nr.1 gewone-  en buitengewone dienst voor het dienstjaar 2022 van de lokale politie Lier goed.

 

Art.3

Samenvatting van de totalen van de economische groepen ziet er als volgt uit :

 

begrotingswijziging 1 : gewone dienst :

 

Groep 70 : personeelskosten :  9.473.937,00 eur

Groep 71 : werkingskosten :   1.493.244,00

Groep 72 : overdrachten :          6.000,00

Groep 7X : schuld :                  0,00

Groep 73 : Totaal :            10.973.181.00

 

Groep 60 : prestaties :                    33.625,00

Groep 61 : overdrachten :            11.287.049,35

Groep 62 : schuld :           5.552,00

Groep 63 : Totaal :            11.326.226,35

 

Groep 78 : Overboekingen :  847.000,00

 

 

begrotingswijziging 1 : buitengewone dienst :

 

Groep 91 : investeringen :  1.267.643,08 eur

Groep 93 : Totaal :             1.267.643,08

 

Groep 80 : overdrachten :  231.250,00

Groep 83 : Totaal :   231.250,00

 

Groep 88 : Overboekingen :  847.000,00

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

LOKALE POLITIE LIER - BEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 2023 - KENNISNAME VAN HET ADVIES VAN DE BEGROTINGSCOMMISSIE EN BESPREKING VAN DE BEGROTING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Juridische grond

KB van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie gewijzigd door het KB van 5 juli 2010.

 

Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus.

 

Ministeriële omzendbrief PLP 62 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2023 ten behoeve van de politiezones werd nog niet bezorgd.

 

Stemming

 

26 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Bart Verhoeven, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Nancy Dresen, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

5 onthoudingen: Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 26 stemmen voor - 5 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van het advies van de begrotingscommissie over de begroting 2023 van de lokale politie Lier.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt de begroting voor het dienstjaar 2023 van de lokale politie Lier goed.

 

Art.3 :

Samenvatting van de totalen van de economische groepen ziet er als volgt uit :

 

 

Gewone dienst :

 

Groep 70 : personeelskosten :         11.286.323,22 eur

Groep 71 : werkingskosten :  1.522.366,00

Groep 72 : overdrachten :         6.000,00

Groep 7X : schuld :                 0,00

Groep 73 : Totaal :           12.814.689,22

 

Groep 60 : prestaties :                   61.541,97

Groep 61 : overdrachten :           12.748.361,00

Groep 62 : schuld :          5.564,75

Groep 63 : Totaal :           12.815.467,72

 

 

Buitengewone dienst :

 

Groep 91 : investeringen :  500.000,00 eur

Groep 93 : Totaal :   500.000,00

 

 

Groep 80 : overdrachten :  500.000,00

Groep 83 : Totaal :   500.000,00

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

SOLAG - AANPASSING NR 3 MEERJARENPLAN 2020-2025 - BUDGET 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van zitting van 16 december 2019 keurde de gemeenteraad de meerjarenplanning SOLag voor de periode 2020 – 2025. Het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar wordt aangepast om de kredieten voor het volgende boekjaar vast te stellen; waar nodig worden ook de kredieten van het lopende jaar aangepast. Dit resulteert in een geïntegreerde nota van de meerjarenplanning waarin de nodige kredieten voor 2022 worden vastgelegd en de aanpassingen voor het lopende boekjaar 2021 worden opgenomen. De laatste aanpassing dateert van december 2021; actueel wordt aanpassing nr. 3 voorgesteld die tevens de budgetten voor 2023 omvat.

 

Feiten en context

In het meerjarenplan mag het resultaat op kasbasis voor elk financieel boekjaar niet negatief zijn. De autofinancieringsmarge, het zogenaamde structureel evenwicht, is geen verplichting voor SOLag maar een eventuele negatieve autofinancieringsmarge moet worden toegelicht. Uit de voorgelegde aangepaste meerjarenplanning 2020-2025 SOLag blijkt dat wordt voldaan aan het toestandsevenwicht en tevens aan de norm inzake autofinancieringsmarge: het beschikbaar resultaat op kasbasis voor 2022 wordt geraamd op 616.259,93EUR; de autofinancieringsmarge bedraagt 256.913,78EUR en is tevens positief in 2025.

In zitting van 22 november 2022 heeft de raad van bestuur unaniem een positief advies gegeven voor de voorgestelde aanpassing nr 3 van de meerjarenplanning SOLag en het bijbehorende budget 2022.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal bestuur

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

9 onthoudingen: Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen en Jan Hermans

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1:

De gemeenteraad keurt de Aanpassing Nr 3 van de meerjarenplanning SOLag voor de periode 2020–2025 met inbegrip van het budget 2023 volgens BBC goed.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

IGEMO - BEGROTING VAN DE INTERGEMEENTELIJKE OMGEVINGSHANDHAVINGSCEL (IGOHC) - WERKJAAR 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 17 februari 2020 heeft de gemeenteraad het actieplan 2020 decretale handhaving goedgekeurd en is de stad Lier toegetreden tot de samenwerkingsovereenkomst met IGEMO voor het luik Decretale Handhaving, waarbij de stad ondersteuning kan vragen voor het vaststellen van stedenbouwkundige en milieuovertredingen, evenals begeleiding bij het instellen van herstelvorderingen. In samenwerking met andere gemeenten werd door IGEMO een intergemeentelijke cel opgericht voor handhaving (IGOHC) die als doelstelling heeft het omgevingshandhavingsbeleid van de deelnemende gemeenten te organiseren. Met deze georganiseerde samenwerking wil de vereniging de aanwezige ervaring en kennis bundelen, om zo te streven naar een efficiënter omgevingshandhavingsbeleid en rationalisering van de beheers- en exploitatiekosten.

 

Feiten en context

De Vlaamse regering keurde op 25 april 2014 het decreet houdende de omgevingsvergunning en het decreet op de handhaving van de omgevingsvergunning goed. De omgevingsvergunning heeft tot doel om de milieuvergunning en de stedenbouwkundige vergunning te integreren tot één omgevingsvergunning. Daaruit volgt dan ook de nood naar een gecoördineerde aanpak van inbreuken op de regelgeving stedenbouw en milieu. Een performant vergunningenbeleid kan pas slagen wanneer er ook een handhavingsbeleid tegenover staat. Op 31 mei 2016 werd de samenwerkingsovereenkomst intergemeentelijke aanpak omgevingshandhaving tussen Igemo en de gemeenten Berlaar, Bonheiden, Putte, Sint-Katelijne-Waver en Willebroek ondertekend. Op 3 augustus 2020 stelde Igemo de werking van de intergemeentelijke omgevingshandhavingscel (IGOHC) voor.

 

In 2020 is de stad Lier toegetreden tot de samenwerkingsovereenkomst met IGEMO voor het luik Decretale Handhaving, waarbij de stad ondersteuning kan vragen voor het vaststellen van stedenbouwkundige en milieuovertredingen, evenals begeleiding bij het instellen van herstelvorderingen. Deze ondersteuning door IGEMO werd voorzien naast een interne verbalisant ruimtelijke ordening (RO) die door stad Lier werd aangeworven voor decretale handhaving.

 

IGEMO heeft nu de begroting voor het werkjaar 2023 opgemaakt betreffende de intergemeentelijke handhavingscel, de begroting kan men bijgevoegd terugvinden.
In de begroting wordt de totale kost van 2021 aangegeven als referentie zijnde 36.428,65 €.

De kost voor kwartaal 1 en 2 van 2022 kwam neer op 18.406,05 €, en de geraamde kost voor kwartaal 3 en 4 van 2022 komt neer op 20.000 €.

Tot slot wordt er de geraamde kost voor 2023 weergegeven zijnde 28.875,00 €.

 

De geraamde kost in de begroting voor kwartaal 3 en 4 van 2022 zijnde 20.000 € zal echter niet overeenkomen met de effectieve kost gezien er sinds juni 2022 volledig gerekend wordt op IGEMO aangaande decretale handhavingsdossiers daar de interne verbalisant RO bij stad Lier in die periode is vetrokken.
 

En de geraamde kost voor 2023 zijnde 28.875,00 € is opgemaakt rekening houdend met de gedachte dat er in het werkjaar 2023 opnieuw een interne verbalisant RO bij stad Lier zal aangesteld worden waardoor IGEMO wederom een ondersteunde functie zal uitvoeren.

 

Stemming

 

21 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

6 onthoudingen: Freddy Callaerts, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 21 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 6 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de begroting van IGEMO aangaande de intergemeentelijke omgevingshandhavingscel (IGOHC) voor het werkjaar 2023 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

CENTRAAL KERKBESTUUR - BUDGET 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Het centraal kerkbestuur van Lier heeft het gecoördineerde ontwerp budget 2023 aan de stad overgemaakt.

 

Op basis van de ontwerpbudgetten zijn er in Lier 3 kerkfabrieken waarvoor de stad moet tussenkomen in de exploitatietekorten van 2023 :

- H. Hart (16.073,57 EUR)

- St-Jan Evangelist (19.228,78 EUR)

- H. Familie (11.032,49 EUR)

 

De kerkfabrieken van H. Kruis, OLV-Onbevlekt, St-Jozef & Bernardus en St-Gummarus kunnen zich autonoom financieren in 2023.

 

De voorziene investeringstoelage voor St-Jan Evangelist blijft behouden.

 

De gevraagde exploitatie- en investeringstoelagen worden in het budget 2023 van de stad mee opgenomen.

 

Juridische grond

Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten in het Vlaams Gewest.

Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.

Ministerieel Besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/17/KAP/01/14

Ondersteuning erediensten

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

7 onthoudingen: Freddy Callaerts, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de budgetten 2023 van het Centraal kerkbestuur Lier en beslist deze goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

PROTESTANTSE KERK BOECHOUT - BUDGET 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeente Boechout zendt de stad Lier een exemplaar van het budget 2023 van de Protestantse Kerk te Boechout.

 

Het budget 2023 van de Protestantse Kerk voorziet in een gemeentelijke toelage. De verdeling van de toelage gebeurt op basis van het aantal leden per gemeente. Het aandeel van de stad Lier hierin bedraagt ca 12%.

 

De totale exploitatietoelage 2023 bedraagt 32.450 EUR, waarvan het aandeel van de stad Lier 3.894 EUR bedraagt.

 

In het budget 2023 en MJP 2020-2025 van de stad Lier worden de nodige middelen voorzien.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/17/KAP/01/14

Ondersteuning erediensten

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

7 onthoudingen: Freddy Callaerts, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt het budget 2023 van de Protestantse Kerk van Boechout goed.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

SINT-FRANCISCUS VAN SALES - BUDGET 2023. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De kerkfabriek Sint-Franciscus van Sales te Duffel heeft haar budget 2023 overgemaakt.

 

Het budget 2023 van de kerkfabriek voorziet in een gemeentelijke toelage van 17.861,04 EUR. De verdeling van de toelage gebeurt op basis van het aantal leden per gemeente. Het aandeel van de stad Lier hierin bedraagt ca 7%, zijnde ca. 1.250 EUR.

 

Het kerkfabriek voorziet voor de komende jaren eveneens diverse investeringen in het kerkgebouw door te voeren. De voorziene investeringstoelage voor 2023 blijft behouden (3.084,87 EUR aandeel Stad Lier).

 

Juridische grond

Het decreet van 7 mei 2004 bepaalt de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/17/KAP/01/14

Ondersteuning erediensten

 

In het budget 2022 en meerjarenplan 2020-2025 van de stad Lier worden de nodige middelen voorzien voor zowel de exploitatie- als investeringstoelage.

 

Stemming

 

20 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Koen Breugelmans, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

4 stemmen tegen: Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh, Walter Marien en Nancy Dresen

7 onthoudingen: Freddy Callaerts, Marcel Taelman, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Geert Marrin en Jan Hermans

Goedkeuring met 20 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 7 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt het budget 2023 van de kerkfabriek van Sint-Franciscus van Sales te Duffel goed.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

VERLEGGING VAN VOETWEG 46 AAN MOSTERDPOTHOEVE (LIER). GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Beslissing CBS d.d. 31/01/2022 - goedkeuring aanleg

Beslissing CBS d.d. 21/11/2022 - goedkeuring ligging voetweg

 

Feiten en context

Op 24 september 2022 ontving het stadsbestuur van Lier van Regionaal Landschap Rivierenland een verzoek tot het bekomen van een erfdienstbaarheid op het perceel, kadastraal gekend als 12392_C_0359___000_00 en gelegen te Lier met het oog op het de heropening en heraanleg van voetweg 46 (t.h.v. Mosterdpothoeve - Spreet).

De oorspronkelijke buurtweg loopt over private bedding (allemaal in eigendom van het OCMW). Deze weg wordt grotendeels behouden maar zal een bocht naar links maken (komende van Spreet) met de grachtgrens. Er is gekozen om door middel van een erfdienstbaarheid deze buurtweg te verleggen en dit omdat de oorspronkelijke weg op 2 meter achter de hoeve loopt. Omwille van de privacy en omdat de hoeve met omliggende percelen verkocht wordt in het voorjaar 2023 is een verplaatsing zeker aangewezen.

De notaris zal de erfdienstbaarheidsakte opmaken.

 

Landmeter Verhaert maakte d.d. 22 maart 2022 een opmetingsplan van het nieuwe traject van de weg (zie bijlage).

 

De voetweg dient heraangelegd te worden omwille van de volgende redenen:

- Mogelijk maken van dubbel gebruik voor wandelaars/fietsers & landbouwvoertuigen.

Daartoe dient de weg 3 meter breed te worden aangelegd, en 6 meter aan oversteek gracht Spreet. Deze oversteek dient tevens 6 meter te worden ingebuisd (draaicirkel landbouwvoertuigen).

- Behoud van traject van oorspronkelijke sentier, incl. aansluiting aan Spreet. De weg zou daar rechts van de elektriciteitspaal uitkomen.

 

Adviezen

Het college van burgemeester en schepenen geeft gunstig advies voor de heraanleg van de bestaande voetweg 46 en een beperkte wijzing via een erfdienstbaarheid op de grond van het OCMW.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

 

Argumentatie

De gemeenteraad neemt kennis van de noodzaak om dubbel gebruik mogelijk te maken voor wandelaars en landbouwvoertuigen, van de voetweg en dat een wegbreedte van 3 meter aangewezen is.

 

De gemeenteraad neemt kennis van de noodzaak van het verplaatsen van de een gedeelte van de voetweg via een erfdienstbaarheid op de grond van het OCMW.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist akkoord te gaan met de noodzaak om dubbel gebruik voor trage weggebruikers en landbouwvoertuigen,  mogelijk te maken van de voetweg nr. 46 en dat daarom een wegbreedte van 3 meter aangewezen is. De voetweg wordt aangelegd via een erfdienstbaarheid op de grond van het OCMW.

 

Art 2 :

De gemeenteraad duidt notaris Verreth kantoorhoudende aan de Mechelsesteenweg 92 te Lier aan voor de opmaak van de erfdienstbaarheidsakte.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

VERKOOP OUDE DONKLOOP, TRAMWEGLEI (LIER). GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Stad Lier is eigenaar van een restperceel grond, de afgeschafte Donkloop, ten kadaster gekend als Lier F nr 324/02/Deel. Het perceel wordt niet verhuurd of verpacht en heeft een beperkte oppervlakte van 41 m².

 

De eigenaars van het onroerend goed gelegen te Tramweglei 125, contacteerden de dienst vastgoed met de vraag tot aankoop een deel van de afschafte Donkloop, namelijk het deel dat parallel loopt met hun eigendom. Momenteel is de afgeschafte grand helemaal verwilderd, maar wordt ze nog wel gebruikt als gracht. Het betreft een oppervlakte van 41 m² dat door beëdigd landmeter Petitjean wordt gewaardeerd op 1.850 euro.

 

Gemeenteraadsbeslissing van 23 mei 2022 over de goedkeuring van de verkoop voor  een verkoopprijs van 3.000 euro.

Gemeenteraadsbeslissing van 24 oktober 2022 over de goedkeuring van de ontwerpakte

 

Feiten en context

Bij afleveren van de eigendomstitel door de registratie bleek dat de gracht (zijnde de afgeschafte Donkloop) nog deel uitmaakt van het openbaar domein, ondanks het feit dat het perceel reeds een kadasternummer heeft.

 

Goederen die deel uitmaken van het openbaar domein, behoren niet tot de handel en kunnen bijgevolg niet verkocht worden. Het goed dient door de gemeenteraad gedesaffecteerd te worden, zodoende dat het perceel wordt opgenomen in het private domein en verkocht kan worden. Beslissingen betreffende de affectatie en desaffectatie van een onroerend goed behoren tot de bevoegdheid van de gemeenteraad.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

 

Argumentatie

Aangezien zowel het principe van de verkoop  als de ontwerpakte reeds goedgekeurd werden door de gemeenteraad en de verkoop niet kan doorgaan zonder de desaffectatie, overweegt de gemeenteraad om het onroerend goed te desaffecteren.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het perceel dat ten kadaster gekend als Lier F nr 324/02/Deel (conform het opmetingsplan in bijlage) te desaffecteren naar het private domein.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

AANLEG ONTSLUITINGSWEG HOGE VELDEN - SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN STAD LIER EN DE VLAAMSE WATERWEG. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 11 oktober 2011 verklaarde de Vlaamse Waterweg zich akkoord met de aanleg van de ontsluitingsweg middels haar schrijven met referentie V2011N110883.

Op 8 juli 2015 formuleerde de Vlaamse Waterweg een vooradvies met referentie U20150703008 aan het studiebureau Evolta.

Op 20 oktober 2020 werd het vooradvies door de Vlaamse Waterweg herbevestigd mits voorwaarden, middels haar schrijven met referentie U20201020081.

De stad heeft de gestelde voorwaarden in de pré-adviezen overgenomen in de aanbestedingsdocumenten. De stad is als enige bouwheer van de hierboven genoemde werken.

 

DWV is conform decreet van 2 april 2004 en het besluit van de Vlaamse regering van 12 januari 2018 beheerder van de gronden langs het Netekanaal.

 

Het Vlaams Gewest is de eigenaar van de gronden waarop de nieuwe infrastructuur wordt aangelegd en de Vlaamse Waterweg is bevoegd om een beheersovereenomst met de stad Lier af te sluiten conform het decreet van 2 april 2004 en besluit van de Vlaamse Regering 12 januari 2018.

 

Het college heeft in zitting van 4 juli 2022 de aanleg van de ontsluitingsweg aan de sportsite Hoge Velden toegewezen aan Adams NV.

De ontsluitingsweg wordt aangelegd conform de door de Vlaamse overheid verleende omgevingsvergunning met referentie OMV_202112643-PIV 3 op de rechteroever van het Netekanaal onder de brug van de Aarschotsesteenweg.

 

Feiten en context

Er werd een overeenkomst opgesteld door de Vlaamse Waterweg en regelt de verbintenissen van de twee partijen met betrekking tot de ontsluitingsweg van de sportsite Hoge Velden op het openbaar domein van de Vlaamse Waterweg.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

 

Argumentatie

De samenwerkingsovereenkomst dient ter goedkeuring te worden overgemaakt aan de gemeenteraad van 19 december 2022.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de "samenwerkingsovereenkomst tussen De Vlaamse Waterweg en de stad Lier betreffende de aanleg van de ontsluitingsweg sportsite Hoge Velden te Lier" goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

KLACHT OVER COLLEGEBESLISSING VAN 22 AUGUSTUS 2022 M.B.T. VERLENGING  PROEFOPSTELLING - ANTWOORD GOUVERNEUR. KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Collegebeslissing van 22 augustus 2022 over houdende verlenging van de tractorsluis (incl. fietsstraatregime) -als proefopstelling- in de Beekstraat

 

Feiten en context

Op 27 september 2022 werd een klacht ingediend over het besluit van het college van burgemeester en schepenen houdende verlenging van de tractorsluis (incl. fietsstraatregime) -als proefopstelling- in de Beekstraat.

 

Op 25 november 2022 ontvingen we antwoord van het agentschap binnenlands bestuur.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur, inz. artikel 333, tweede lid

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van het antwoord van de gouverneur.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

SOLAG - VERVANGING LID RAAD VAN BESTUUR. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing 25 februari 2019 over de samenstelling van de raad van bestuur SOLag (en latere wijzigingen).

 

Feiten en context

Op basis van art 225 van het Decreet Lokaal Bestuur benoemt de gemeenteraad de leden van de raad van bestuur van een extern verzelfstandigd agentschap autonoom gemeentebedrijf waarbij in art 235 voorwaarden worden vastgelegd naar de samenstelling van de raad van bestuur toe (maximaal 12 leden en respecteren van de gendervoorwaarde); in art 229 worden voorwaarden opgelegd met betrekking tot personen die worden voorgedragen als lid van de raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf (geen provinciegouverneur, ...).

 

In zijn mail van 19 november 2022 laat de heer Onur Alar, lid raad van bestuur CD&V, weten dat de heer Onur Alar in de raad van bestuur SOLag zal vervangen worden door de heer Dirk Janssens. De heer Dirk Janssens voldoet aan de voorwaarden. Dit zal ingaan op 1 januari 2023.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal bestuur.

Statuten SOLag

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het ontslag van de heer Onur Alar te aanvaarden en beslist de heer Dirk Janssens als lid van de raad van bestuur SOLag met ingang op 1 januari 2023 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

WOONPUNT - BIJZONDERE ALGEMENE VERGADERING VAN 20 DECEMBER 2022 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 28 juni 2021over de afvaardiging van mevrouw Sabine Leyzen, schepen vanaf 1 juli 2021, als vertegenwoordiger van de stad Lier voor de raad van bestuur van de Gewestelijke Maatschappij voor de Kleine Landeigendom van Mechelen & Omstreken cvba.

Gemeenteraadsbeslissing van 25 oktober 2021 over de goedkeuring van het voorstel tot afbakening van werkingsgebied van de Woonmaatschappij

Gemeenteraadsbeslissing van 23 mei 2022 over de uittreding uit de Gewestelijke Maatschappij voor de Kleine Landeigendom van Mechelen & Omstreken cvba

 

Feiten en context

De stad nam deel aan de Gewestelijke Maatschappij voor de Kleine Landeigendom van Mechelen & Omstreken cvba en trad uit dit samenwerkingsverband.

De Gewestelijke Maatschappij voor de Kleine Landeigendom van Mechelen & Omstreken cvba is gefusioneerd tot Woonpunt Mechelen bvba-so.

 

Op 30 juni 2022 vond reeds een buitengewone algemene vergadering plaats voor de fusie van e Gewestelijke Maatschappij voor de Kleine Landeigendom van Mechelen & Omstreken cvba bij Woonpunt Mechelen bvba-so. Een bijkomende buitengewone algemene vergadering is nodig omdat in een aantal besliste punten van de fusieakte een rectificatie door de notaris noodzakelijk is.

 

De stad Lier werd daarom opgeroepen op 6 december 2022 om deel te nemen aan de bijzondere algemene vergadering van Woonpunt Mechelen bvba-so op 20 december 2022 om 16.00 uur op het kantoor van Berquin Notarissen te Lloyd Georgelaan 11, 1000 Brussel.

 

De agenda is als volgt samengesteld:

 

1.

Kennisneming en bespreking door de aandeelhouders van de hiernavolgende documenten waarvan zij kosteloos een afschrift kunnen verkrijgen, opgesteld ter aanvulling van de verslagen die werden opgesteld in het kader van de fusie door overneming, waarbij de besloten vennootschap "WOONPUNT MECHELEN" (voorheen een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid met een sociaal oogmerk), met zetel te 2800 Mechelen, Lijsterstraat 6, en met ondernemingsnummer 0403.607.397 (de "Overnemende Vennootschap"), de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid met een sociaal oogmerk "DE VRIJE WOONST (in vereffening)", destijds met zetel te 2800 Mechelen, Vrijewoonstplein 7, destijds ingeschreven in het rechtspersonenregister onder nummer 0403.635.311) (de "Eerste Overgenomen Vennootschap") en de coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid met een sociaal oogmerk "KLEINE LANDEIGENDOM VAN MECHELEN EN OMSTREKEN", destijds met zetel te 2800 Mechelen, Lijsterstraat 3, destijds ingeschreven in het rechtspersonenregister onder nummer 0403.602.647 (de "Tweede Overgenomen Vennootschap", tezamen met de Eerste Overgenomen Vennootschap de "Overgenomen Vennootschappen") heeft overgenomen bij wijze van fusie door overneming (de "Fusie door Overneming"), zoals werd goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van de Overgenomen Vennootschappen en van de Overnemende Vennootschap op 30 juni 2022, met het oog op de rechtzetting van de materiële vergissing inzake de nominale waarde van de werkelijk gestorte en nog niet terugbetaalde inbreng in het vermogen van de Eerste Overgenomen Vennootschap, en de daaraan gekoppelde rechtzetting van de ruilverhouding en het aantal uit te geven aandelen aan de aandeelhouders van de Eerste Overgenomen Vennootschap ingevolge de Fusie door Overneming:

  1. Het aanvullend/rechtzettend verslag opgesteld door het bestuursorgaan van de Overnemende Vennootschap in toepassing van artikel 12:25 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, met betrekking tot de Fusie door Overneming;
  2. Het aanvullend/rechtzettend verslag opgesteld door de commissaris van de Overnemende Vennootschap overeenkomstig in toepassing van artikel 12:26 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, met betrekking tot de Fusie door Overneming.

2.

Rechtzetting (met terugwerkende kracht vanaf de datum waarop de Fusie door Overneming juridisch in werking is getreden, zijnde op datum waarop deze werd goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van de Overnemende en de Overgenomen Vennootschappen) van de materiële vergissing inzake de nominale waarde van de werkelijk gestorte en nog niet terugbetaalde inbreng in het vermogen van de Eerste Overgenomen Vennootschap, en bijgevolg van de ruilverhouding, het aantal nieuw uit te geven aandelen aan de aandeelhouders van de Eerste Overgenomen Vennootschap en het bedrag van de statutair onbeschikbare eigenvermogensrekening van de Overnemende Vennootschap ingevolge de fusie door overneming van de Eerste Overgenomen Vennootschap en rechtzetting van een materiële vergissing inzake het bedrag van onbeschikbare eigenvermogensrekening van de Overgenomen Vennootschappen en de Overnemende Vennootschap (de 'Rectificatie'), voor het overige blijven de modaliteiten van de Fusie door Overneming ongewijzigd.

3.

Ingevolge de Rectificatie, vaststelling en bekrachtiging dat het statutair onbeschikbaar eigen vermogen (ten tijde van de Fusie door Overneming betrof dit het vast gedeelte van het kapitaal, vermits de Overnemende Vennootschap ten tijde van de Fusie door Overneming nog de rechtsvorm van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid aannam), ingevolge de Fusie door Overneming werd verhoogd ten belope van 3.679,00 EUR, met creatie van 653 nieuwe aandelen (in plaats van 2.612 aandelen) die dezelfde rechten en voordelen genieten als de bestaande aandelen en bijgevolg wijziging van artikel 5 en artikel 6 van de statuten.

4.

Rechtzetting van het bezoldigd karakter van het bestuursmandaat van de heer Bavo Anciaux.

5.

Volmacht voor de coördinatie van de statuten

6.

Machtiging aan het bestuursorgaan tot uitvoering van de te nemen beslissingen

 

Juridische grond

Decreet Lokaal bestuur

 

Stemming

 

22 stemmen voor: Rik Verwaest, Ivo Andries, Bert Wollants, Thierry Suetens, Sabine Leyzen, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Marcel Taelman, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Ann-Sofie Van den Broeck, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Christel Van den Plas, Tekin Tasdemir, Marc Franquet, Marc De Keulenaer, Charlotte Schwagten en Gert Van Eester

9 onthoudingen: Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh, Walter Marien, Nancy Dresen en Jan Hermans

Goedkeuring met 22 stemmen voor - 9 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van de buitengewone algemene vergadering van de Kleine Landeigendom van Mechelen en Omstreken CVBA op 20 december 2022 goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad draagt de vertegenwoordiger van de stad, die zal deelnemen aan de buitengewone vergadering van de Kleine Landeigendom van Mechelen en Omstreken CVBA van 20 december 2022 op zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormelde artikelen.

 

Art 3 :

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de Kleine Landeigendom van Mechelen en Omstreken CVBA.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

INTERPELLATIES

 

MOTIVERING

Interpellatie 1 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. chaos Fiberklaar

Geen communicatie, foutieve communicatie, geen signalisatie, verkeerde signalisatie, slecht uitgevoerde werken. Het verhaal van Lier Fiberklaar is er eentje van totale chaos.

Burgers wiens auto komt vast te staan omdat men, zonder enige waarschuwing van Fiberklaar of de stadsdiensten, de stoep openbreekt. Het blijkt schering en inslag te zijn waar Fiberklaar komt. Inwoners krijgen ofwel géén brief met de informatie dat hun straat opengebroken zal worden, ofwel een brief met verkeerde data erin. Voetpaden die slordig weer toegegooid worden met verzakkingen tot gevolg. Bij de mensen thuis slordig werk afleveren en beschadigingen veroorzaken. Het lijstje met klachten is enorm.

Nochtans zou dit voor het cbs niet als een verrassing mogen komen. Dendermonde, Paal, Halle, Destelbergen, Kontich en ga maar door, overal waar Fiberklaar begint, start de chaos. Verschillende gemeenten hebben dan ook reeds maatregelen genomen tegen deze gang van zaken.

 

Ik had hierover volgende vragen:

        Heeft de stad Lier Fiberklaar al in gebreke gesteld? Zo ja, op welke datum?

        Hoeveel PV’s zijn er al opgemaakt tegen Fiberklaar in Lier sinds de start van de werken?

        Hoeveel klachten heeft de stad Lier al ontvangen over Fiberklaar?

        Wat doet het stadsbestuur verder om een einde te maken aan de incompetente wijze waarop Fiberklaar hun glasvezelnetwerk wil uitrollen in Lier?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Dit jaar werden er door de GAS-vaststellers van stad Lier 8 GAS-pv’s opgemaakt i.v.m. nutswerken (innames ’s openbaar domein zonder vergunning, voorwaarden van een vergunning niet nageleefd,…). Echter kunnen we niet zeggen of deze nutswerken allemaal gebeurden i.h.k.v. Fiberklaar.

Nutswerken worden namelijk uitgevoerd door onderaannemers. Als er geen vergunning aangevraagd werd voor de betreffende werken, moeten wij aan de hand van de geplaatste signalisatie, voertuigen,… op openbaar domein uitmaken wie de verantwoordelijke is voor de betreffende werken en dat is dus altijd de onderaannemer. Als er wel een vergunning werd aangevraagd voor de inname van het openbaar domein maar men volgt de opgelegde voorwaarden, periode,… niet, dan zijn wij verplicht volgens het algemeen politiereglement om de GAS-pv op te maken aan de vergunninghouder.

 

2 weken geleden werd opdracht gegeven aan onze mensen om niet langer vergunningen uit te reiken aan de onderaannemers van Fiberklaar om op die manier grondige plannen van aanpak af te dwingen. De gesprekken daarover lopen momenteel, zodat we tot een betere aanpak aan hun kant kunnen komen.

 

 

Interpellatie 2 : van Stéphanie Van Campenhout (CD&V) i.v.m. vuurwerk

Eind november kondigde onze buurgemeente Berlaar aan dat eindejaarsvuurwerk niet langer zal toegestaan worden. Ongeveer een week later volgde de Politiezone Bodukap: ook in Bonheiden, Duffel, Sint-Katelijne-Waver en Putte wordt het vuurwerkverbod naar oudejaarsavond doorgetrokken.

Ondanks onze eerdere vragen hierover en ook vele vragen van inwoners om ook in Lier een verbod op vuurwerk tijdens de oudejaarsnacht in te voeren, houdt stad Lier voet bij stuk onder het mom dat een verbod niet te handhaven is en dat maatregelen op een hoger niveau dienen genomen te worden.

Ook in de omliggende gemeenten is men zich bewust van het feit dat de geplande controles mogelijk niet volstaan. Het belet hen echter niet een verbod in te voeren.

 

Vandaar de volgende vragen:

  1. Kan de stad niet overwegen alsnog een verbod in te voeren en zélf een alternatief te voorzien, dat veilig en diervriendelijk is? (Geluidsarm vuurwerk, lichtshow, vuurspektakel, …)
  2. Is de burgemeester niet bezorgd dat mensen uit de buurgemeenten mogelijk naar Lier of Koningshooikt afzakken om vuurwerk af te schieten, omdat hier geen verbod geldt?

 

Antwoord burgemeester Rik Verwaest:

Ik til een beetje aan uw formulering dat we dat doen ‘onder het mom’ dat het niet te handhaven zou zijn. Vanzelfsprekend heeft het stadsbestuur advies over zo’n verbod gevraagd aan de politie, en dat advies was uitgesproken negatief. Ik hoop dat u ons politiekorps er niet van verdenkt op bestelling van de politiek drogredenen aan te leveren. Dat is dus geen mom, maar professioneel advies gebaseerd op decennia ervaring in ordehandhaving. En dat volgt het stadsbestuur.

Ik ken u als een raadslid dat constructief meedenkt, dus ik ga u meenemen in een denkoefening. Waarin we zo’n verbod invoeren. We lopen samen een ererondje over het Paradeplein en krijgen complimenten van dierenliefhebbers. Maar met oudjaar, als wij gezellig aan het gourmetten zijn, is het aan de politie om dat verbod te doen naleven.

We hebben die nacht drie interventieploegen op de baan. Nieuwjaarsnacht is de drukste van het jaar. Er is een vechtpartij op het Zimmerplein. Een inbraakpoging op Zevenbergen. En zwaar huishoudelijk geweld in de Vredelaan, waar het gourmetten uit de hand is gelopen. Op dat moment belt de eerste burger die een vuurpijl heeft horen knallen ergens op Kloosterheide.

Ik promoveer u tot commissaris Van Campenhout: u moet beslissen welke van de drie lopende interventies u stopzet om een ploeg naar Kloosterheide te sturen. Kunt u zeggen welke minder prioritair is dan een melding van vuurwerk?

Ik veronderstel dat u er geen prioriteit aan geeft. Dus na 30 minuten is er pas een ploeg vrij om naar Kloosterheide te rijden, in de hoop dat de vuurwerkaansteker zo vriendelijk is al die tijd te blijven wachten. Intussen komen we dichterbij middernacht en staat de telefoon roodgloeiend op het Paradeplein. Mensen op Plaslaar, Hagenbroek, Mechelbaan en de Neerloop bellen om vuurwerk in hun buurt aan te geven. Intussen blijft het gewone politiewerk binnenstromen. De burgers aan de lijn worden bozer en bozer, want er komt maar geen politie opdagen om in de wei achter hun huis dat vuurwerk te komen stoppen. En u kunt op geen enkele manier garanderen dat ze nog tijd gaan vinden.

Wat hebben we netto bereikt die nacht met ons verbod? Commissaris Van Campenhout kan ’s morgens met een zenuwinzinking worden afgevoerd. Tientallen burgers zijn woest op stad en politie omdat het beloofde vuurwerkverbod een maat voor niets was.  En met veel chance zijn er één of twee PV’tjes uitgeschreven voor een dommerik die vlak naast de combi vuurwerk afstak.

Ik sluit onze denkoefening hierbij af. En ik benadruk dat ik dat niet uit mijn kristallen bol haal: ik heb me geïnformeerd bij andere gemeenten in de buurt met zo’n verbod. En die geven allemaal aan: het is vooral een symbolisch verbod, er wordt bij hen evenveel geknald voor als na het verbod. Het idee dat we in Lier dus vuurwerktoeristen moeten vrezen uit die gemeenten lijkt me dus niet zo realistisch. Net als het idee dat een lasershow of stil vuurwerk op het Zimmerplein mensen ervan weerhoudt in hun tuin vuurwerk af te steken.

Collega Van Campenhout, het lijkt misschien of ik uw bezorgdheid ridiculiseer. Dat is niet de bedoeling. Er zijn valabele argumenten om de verkoop van vuurwerk aan particulieren te verbieden. Maar dat kan alleen de regering, niet het stadsbestuur. Zolang elke Lierenaar zonder beperking vuurwerk kan kopen kan je niet van de politie verwachten dat ze op de drukste nacht verhinderen dat het wordt afgeschoten. Wij hebben teveel respect voor ons politiekorps om ze een zinloze en onhaalbare opdracht te geven.

 

 

Interpellatie 3 : van Marcel Taelman (Hart voor de Burger) i.v.m. bendes Dungelhoeff

Er zouden klachten zijn van rondhangende jongeren op de Dungelhoefsite. Dit is al een hele tijd aan de gang en volgens verschillende bronnen worden deze problemen niet opgelost. Banken worden beschadigd, op muren, gevels, enz. wordt graffiti gespoten. Ook is er vandalisme aan de petanque club (meer in de zomer). Er zijn jongeren die skate en bijeen hangen, alle opgedronken blikjes en ander vuil wordt op de grond achtergelaten, zitten op de trappen van de appartementen, enz. Niet aangenaam voor de bewoners. Volgens de bewoners wordt er niets aan gedaan. Graag een antwoord op de volgende vragen:

Is het CBS op de hoogte ven deze problemen en wat is er al ondernomen om dit op te lossen?

Zijn er al jongeren opgepakt en waarom geraakt het probleem niet opgelost?

De grafietsptuiters hebben een herkenning, is deze al onderzocht?

Hoe kan het als mensen op hun gevel grafiet gespoten wordt dat zij dan een formulier moeten invullen “ attest voor klacht neerlegging”?

Wie gaat deze grafiet van de gevel, banken en muren weghalen?

 

Antwoord burgemeester Rik Verwaest:

Het Dungelhoeffpark is, net zoals elke open ruimte in een stadscentrum, een mogelijke ‘rondhangplek’ voor oudere kinderen en jongeren. Op zich niets mis mee, zolang men natuurlijk geen rommel achterlaat, schade of overlast veroorzaakt. De politie geeft aan dat Dungelhoefsite niet als een grote probleemzone wordt aanzien, maar er zijn inderdaad overlastmeldingen: afgelopen jaar een 8-tal (nachtlawaai door jongeren, afval achterlaten, racen met bromfietsen, beschadigingen aan speeltuig,…), voornamelijk in de lente en zomer.

Het is zeker niet dat zo dat er niets aan wordt gedaan. Verschillende jongeren werden op de Dungelhoefsite de afgelopen maanden door de politie gecontroleerd en geïdentificeerd. Ook de mobiele camera werd ingezet, onder andere op vraag van de petanqueclub. Onze mobiele teams patrouilleren er ook regelmatig met de fiets. Er werden in 2022 drie pv’s opgesteld, die gelinkt kunnen worden aan overlast (1 x beschadigingen raam, 1x beschadigen van een speeltuig, 1x aanbrengen van graffiti. De feiten waren nooit van die aard dat een aanhouding noodzakelijk was. Voor de recente gevallen van graffiti kon nog geen verdachte geïdentificeerd worden. Graffiti of schade aan publiek domein wordt door de stad hersteld, aan private eigendommen is dit voor eigenaar.

Het is logisch dat wanneer iemand klacht komt indienen voor graffiti aan hun eigendom, we hen een ‘attest van klachtneerlegging’ of een formulier ‘benadeelde persoon’ mee geven zoals federaal bepaald. Op die manier kunnen ze het dossier volgen en kunnen ze eventuele schade aan hun eigendom mogelijk bij verzekeraar en na een eventuele identificatie van de dader bij die laatste verhalen.

 

 

Interpellatie 4 : van Marcel Taelman (Hart voor de Burger) i.v.m. conceptnota ruimte eind januari

Vorige maand hebben wij de conceptnota ruimte goedgekeurd op de gemeenteraad. Ik ben toen tussengekomen omdat deze niet op maat en verstaanbaar voor de Burgers was uitgeschreven. Schepen Suetens heeft mij toen gelijk gegeven en er zouden aanpassingen komen. Daarom deze vragen:

Zijn er al aanpassingen gebeurd om het duidelijker naar de Burger uit te leggen?

Omdat de conceptnota niet echt duidelijk was voor de Burgers, zou ik willen vragen de datum te verleggen naar eind januari 2023 voor de consultatie van de Burgers.

 

Antwoord schepen Thierry Suetens:

De conceptnota geeft kernachtig de ambities weer voor het toekomstig ruimtelijk beleid en bespreekt een aantal ruimtelijke strategieën op een conceptueel niveau. Binnen de opmaak van het beleidsplan vervelt deze tot een strategische visie. Jammer genoeg laten deze 69 bladzijden zich niet samenvatten en vragen ze enige inspanning van de lezer. We beseffen dat deze fase in de procedure niet voor iedereen behapbaar is, maar zijn er van overtuigd dat in de loop van het proces de documenten toegankelijker worden, gezien de vertaalslag van het conceptuele op termijn naar concrete acties in elk beleidskader.’

In de uitwerking van de flankerende communicatie in de loop van het verdere proces zal de nodige aandacht worden besteed aan een laagdrempelige en toegankelijke communicatie en staan tal van initiatieven gepland. De periode van het openbaar onderzoek na de voorlopige vaststelling wordt hierbij cruciaal.

 

 

Interpellatie 5 : van Stijn Coenen (CD&V) i.v.m. zwarte verkeerspunten

De nieuwe lijst met dynamische zwarte punten werd net gepubliceerd door het Vlaams Agentschap Wegen en Verkeer. Hierop staan alle kruispunten op gewestwegen in Vlaanderen waar er op drie jaar tijd meerdere (zware) ongevallen zijn gebeurd. De berekeningsformule en meer informatie over de lijst vind je op deze site: https://wegenenverkeer.be/gevaarlijke-punten. Voor deze lijst gaat het om ongevalscijfers van 2018-2020.

In heel de provincie Antwerpen staan er niet minder dan 141 punten op de lijst, bijna de helft van alle gevaarlijke punten in Vlaanderen. Voor Lier zijn dat 3 punten (zie hieronder). Dit is opvallend, omdat de voorbije jaren Lier geen onveilige kruispunten had op deze lijst, en er nu plots 3 tegelijk voorkomen. Het moet wel gezegd zijn, dat een gemeente geen enkel kruispunt heeft is eerder uitzondering als regel.

Het gaat meer specifiek over volgende punten:

        Hagenbroeksesteenweg, R16 Binnenring, R16 Buitenring

        Aarschotsesteenweg nr. 93 - 190

        Antwerpsesteenweg, R16 Binnenring, R16 Buitenring

Onze fractie maakt zich zorgen. Vandaar deze tussenkomst. Bent u op de hoogte van deze situatie? Heeft u een verklaring voor deze stijging? Welke initiatieven neemt u lokaal?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Op vlak van zwarte punten is er in het verleden met 2 methodieken gewerkt. Enerzijds de historische lijst van zwarte punten waar de meeste kruispunten van de ring op stonden, net als bijvoorbeeld Schollebeekstraat en Hooglachenen. Daarvan werden de meesten ondertussen in 1 of andere vorm aangepakt.
Vanaf 2018 wordt er gewerkt met een dynamische lijst die telkens over 3 jaar kijkt. Daardoor kan een individueel ongeval bepalen of een kruispunt wel of niet op de lijst komt.
In 2018 en 2019 verscheen het kruispunt Antwerpsesteenweg x ring op de lijst om vervolgens niet te worden vermeld in 2020 en 2021. De huidige lijst betreft inderdaad 3 stuks op gewestwegen, waar er momenteel voor een gedeelte daarvan al initiatieven werden genomen.
Voor de Hagenbroeksesteenweg werd op onze vraag een ingreep gedaan op de lichtenregeling om de dubbelrichtingsoversteek te beveiligen, van en naar de binnenstad. Voor het fietspad Aarschotsesteenweg staat het fietspaden dossier van de stad ondertussen in de steigers. Zo is er ondertussen de vergunning afgeleverd voor de heraanleg van deze strook. Het kruispunt Antwerpsesteenweg x ring dient verder onderzocht te worden, want dat kwam de laatste jaren niet nadrukkelijk naar voren. Wij zullen dat punt verder bespreken met het Vlaams gewest.

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

SMALLE ANTWERPSTRAAT AUTOBUSVRIJ

 

MOTIVERING

Toelichting

De smalle Antwerpsestraat behoort tot het kernwinkelgebied en van maandag t/m zaterdag tussen 11 en 18u is ergeen autoverkeer toegelaten behalve de autobussen van De Lijn.

Reeds vele jaren levert het stadsbestuur inspanningen om de beleving in het winkelgebied op te krikken en om de leegstand te verminderen en weg te werken.  Een storend element hierbij is het nog steeds toegelaten autobusverkeer van De Lijn in de smalle Antwerpsestraat tussen 11 en 18u.

Tijdens de coronapandemie van 2020 mochten de lijnbussen  tot 1 november 2020 niet door de Antwerpsestraat en moesten ze via de Lisperstraat rijden.

Regelmatig wordt de smalle Antwerpsestraat ook voor het busverkeer afgesloten omwille van Winkelmomenten.

Recent werden ook de eerste wijzigingenvan het busaanbodvan de Lijn voor Lier bekend.  Vanaf 1 januari 2023 zullen de lijnen die langs de Boomlaarstraat rijden voortaan langs de Mechelsesteenweg naar het station rijden.

De Vlaams Belang fractie vraagt een bijkomende wijziging,  nl.  het weren van alle autobussen van de Lijn in de smalle Antwerpsestraat tussen 11 en 18u en eventuele koopzondagen.

 

Argumentatie.

        De winkelbeleving wordt bevorderd.

        Het draagvlak voor deze wijziging is sinds de coronaperiode groter geworden.

        Er kan een volwaardige voetgangerszone ingericht worden.

 

Voorstel van beslissing.

Artikel 1

De gemeenteraad van Lier neemt de principiële beslissing om de bussen van De Lijn uit de smalle Antwerpsestraat te weren van maandag t/m zaterdag tussen 11 en 18u en eventuele koopzondagen en geeft aan het college van burgemeester en schepenen de opdracht om hierover met De Lijn te onderhandelen.

 

Artikel 2

De gemeenteraad van Lier  geeft aan het college van burgemeester en schepenen de opdracht om het resultaat van de onderhandelingen terug te koppelen naar de gemeenteraad.

 

Na bespreking tijdens de gemeenteraadszitting is er een akkoord om hierover niet te stemmen.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist niet te stemmen over dit punt.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023
Overzicht punten

Zitting van 19 december 2022

 

GIETERBOOM OP DE BEGRAAFPLAATSEN

 

Werd uitgesteld naar een andere zitting.

 

Publicatiedatum: 31/01/2023