Lier

Zitting van 27 april 2020

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

POLITIEVERORDENING VOOR HET HOUDEN VAN EEN GEMEENTERAAD, RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN. BEKRACHTIGING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Beslissing burgemeester van 16 april 2020 over het houden van een gemeenteraad, een raad voor maatschappelijk welzijn

 

Feiten en context

In België blijft fase 2 van het noodplan van de corona-pandemie vanaf 13 maart 2020 middernacht gehandhaafd en zijn we overgegaan naar de federale fase en bijkomende maatregelen. Deze fase van het noodplan is ondertussen nog steeds van kracht.

Hierdoor worden we binnen de stad met uitzonderlijke omstandigheden geconfronteerd. De stad is genoodzaakt de gemeenteraadszittingen en zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn zonder publiek te organiseren, zo lang de federale fase van kracht is. Deze vergaderingen en gerelateerde vergaderingen kunnen via videoconferentie plaatsvinden.

 

In deze uitzonderlijke, hoogdringende omstandigheden kan de burgemeester politieverordeningen nemen in plaats van de gemeenteraad. De burgemeester kan bij politieverordening een beperking of een algehele sluiting van de gemeentezitting opleggen, m.a.w. een gemeenteraadszitting zonder publiek. Deze verordening dient op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad te worden bekrachtigd.

 

Juridische grond

Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988 en latere wijzigingen, inz. art. 134 § 1 en art. 135 §2

 

Argumentatie

Deze maatregel is noodzakelijk om de continuïteit bij de werking van het bestuur te garanderen.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van de burgemeester om over te gaan tot de algehele sluiting van de zitting van de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en alle vergaderingen gerelateerd aan deze vergaderingen, zo lang de federale fase van de corona-pandemie van kracht is. Deze vergaderingen zullen dan via videoconferentie plaatsvinden.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

REGELING DER WERKZAAMHEDEN

 

 

Besluit:

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

MEDEDELING VAN DE BURGEMEESTER OVER DE CORONAMAATREGELEN MET AANSLUITEND DEBAT

 

MOTIVERING

Feiten en context

In België blijft fase 2 van het noodplan van de corona-pandemie vanaf 13 maart 2020 middernacht gehandhaafd en zijn we overgegaan naar de federale fase en bijkomende maatregelen. Deze fase van het noodplan is ondertussen nog steeds van kracht.

 

Dit heeft ook een impact op de werking en het functioneren van de stad. Ondertussen werden er een aantal maatregelen genomen ter ondersteuning van de lokale economie, op sociaal vlak, naar personeel toe, ... De burgemeester geeft een toelichting over de genomen maatregelen.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de maatregelen van de stad en OCMW.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

MONDELINGE VRAGEN

 

MOTIVERING

Mondelinge vraag 1 : van Freddy Callaerts (sp.a) i.v.m. subsidie sociale economie

Ik heb vernomen dat de Vlaamse overheid aan de stad Mechelen tot en met 2025 een jaarlijkse subsidie van 100.000 euro heeft toegekend om de sociale economie in de ruime regio uit te bouwen.

De stad werkt daarvoor samen met Bonheiden,Bornem, Duffel, Heist-op-den-Berg, Lier,Sint-Amands,Puurs,Putte,Sint-Katelijne-Waver en Willebroek.

Dit gaat in totaliteit over een aanzienlijk bedrag namelijk 600.000 euro.

Graag zou ik hierover wat meer duidelijkheid willen hebben en ik heb dan ook volgende vragen:

        Is het schepencollege op de hoogte van deze subsidie?

        Hoe ziet het schepencollege deze samenwerking?

        Zijn er al concrete afspraken gemaakt?

        Wat denkt het schepencollege wat dit voor de sociale tewerkstelling in Lier kan betekenen?

 

Antwoord schepen Annemie Goris:

        Is het schepencollege op de hoogte van deze subsidie?

Stad Lier was de initiatiefnemer om in het kader van de projectoproep een dossier in te dienen. Vanzelfsprekend is het schepencollege dus op de hoogte.

 

        Hoe ziet het schepencollege deze samenwerking?

De krachtlijnen van de samenwerking zijn afgesproken in het projectdossier. Zo wordt een focus gelegd op:

*Uitbreiding van initatieven in de sociale economie;

*Uitbouw van de netwerkfunctie;

*Ontwikkeling van het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.

Wat betreft het samenwerkings(verband), zijn er volgende elementen:

*Het gaat, conform de voorwaarden van de Vlaamse Overheid, over een regionaal samenwerkingsverband. In 2 opzichten is dit van belang: (1) Belangrijke actoren in de sociale econome zijn regionaal georganiseerd; waardoor deze schaal voor dit thema relevant is; (2) Het regionaal karakter laat toe kennis en expertise te delen.

*Dankzij het samenwerkingsverband, wordt voor Lier specifieke personeelsinzet mogelijk gemaakt voor bovenstaande thema’s – hetgeen voorheen niet het geval was. Gevolg was dan ook dat initiatieven eerder losstaand waren, en opportuniteiten niet altijd benut werden. De bijkomende personeelsinzet, laat toe om hier in de toekomst forser op in zetten.

 

        Zijn er al concrete afspraken gemaakt?

Op 31 maart 2020 is vanuit Vlaanderen de communicatie overgemaakt rond goedkeuring van het dossier. Ten gevolge van de Corona-crisis, was het nog niet mogelijk om concrete afspraken te maken. Zodra een en ander min of meer gestabiliseerd is, worden die afspraken geconcretiseerd.

 

        Wat denkt het schepencollege wat dit voor de sociale tewerkstelling in Lier kan betekenen?

In het bestuursakkoord, wordt ‘activering van kansengroepen’ als beleidsprioriteit naar voor geschoven. In die zin past het project daar perfect in. Voor de sociale tewerkstelling in Lier kan dit heel wat betekenen. 3 voorbeelden: 

*Momenteel is er onvoldoende aansluiting tussen sociale tewerkstellingsinitiatieven (van het OCMW bv) en het private bedrijfsleven.

*Vanuit diverse beleidsniveaus (Europa, Federaal, Vlaams) worden projectoproepen gelanceerd voor de creatie van extra tewerkstelling in de sociale economie. Dankzij de samenwerking, wordt toegelaten deze oproepen nauwgezetter op te volgen, en effectief in te gaan op oproepen – die vaak een zeer technische (voor)kennis vereisen.

*Bij de spelers in de sociale tewerkstelling, leeft sterk de vraag naar intensief overleg met het lokaal beleid – om de samenwerking te verbeteren, de rol van de sociale economie in de samenleving uit te bouwen, …

 

 

Mondelinge vraag 2 : van Heidi Van den Bergh (Vlaams Belang) i.v.m. hondenspeelweide in hartje Lier

Ondanks een negatief advies van SOlag en de groendienst was schepen van dierenwelzijn Pets in de media zeer strijdlustig om alsnog door te zetten met de plannen om een hondenspeelweide in te richten aan de Dungelhoeffsite.

De schepen liet door de media echter wel optekenen dat er eerst een bevraging zou plaatsvinden bij de omwonenden vooraleer er een beslissing zou genomen worden.

Uit die bevraging/overleg met de buurtbewoners concludeerde het schepencollege dat er geen draagvlak was voor een hondenweide aan de Dungelhoeffsite en dat er in de plaats een losloopzone zal komen in landschapspark Pallieterland, meer bepaald in de Ouderijstraat. Zo vernamen we alleszins in de media.

Groot was dan ook onze verbazing bij het lezen van het lokale blad van N-VA Lier-Koningshooikt editie maart, waarin schepen Pets een hondenspeelweide in hartje Lier aankondigt, met name in het Dungelhoeffpark.

 

Graag had ik dan ook vernomen of er nu wel of geen hondenspeelweide komt aan de Dungelhoeffsite?

 

Zo neen:

        Zijn er plannen om alsnog naar een locatie te zoeken in hartje Lier om in een eventueel derde hondenweide te voorzien?

        Hoe rijmt volgens het CBS de aankondigingspolitiek die de bevoegde schepen hanteerde, en nu ‘fake news’ blijkt te zijn, met de zorgvuldige, heldere en correcte communicatie met de inwoners, waarvan sprake in het bestuursakkoord?

        Hoe zeker is het dat er daadwerkelijk een losloopzone voor honden zal komen in het landschapspark Pallieterland en binnen welke tijdspanne mogen we deze dan verwachten?

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Na een degelijk participatietraject wordt de locatie aan de Dungelhoeff ondertussen niet meer overwogen. We bestuderen momenteel de locatie gelegen binnen Pallieterland waar we mikken op begin 2021. Vanuit mijn bevoegdheid als schepen kan ik uiteraard niet ingaan op partijcommunicatie, maar ik begrepen dat verantwoordelijken van de partij u op dat vlak zullen antwoorden.

 

 

Mondelinge vraag 3 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. Europese gehandicaptenkaart

In november 2019 werd de Europese gehandicaptenkaart in Lier enkel erkend in het zwembad De Waterperels van de groep LAGO, die deze kaart in al hun zwembaden erkent.

 

De Vlaams Belang fractie deed diezelfde maand in de gemeenteraadszitting een oproep om die Europese gehandicaptenkaart ook in Lier als stad te erkennen.

 

Ik ben dan ook tevreden dat er blijkbaar wel gehoor was naar onze oproep. Vandaag stel ik vast dat ondertussen ook ons stadsmuseum deze kaart erkent.

 

Maar naast het stadsmuseum zijn er, volgens onze fractie, toch ook nog andere cultuur-, sport- en vrijetijdsaccommodaties, die deze kaart zouden kunnen accepteren. Zo denk ik bijvoorbeeld aan ons cultuurcentrum, de bibliotheek, de minigolf, enz.

 

Ik had dan ook graag volgende van het CBS vernomen:

1.Deelt het CBS onze mening dat het een meerwaarde zou zijn om ook andere voorzieningen, zoals bijvoorbeeld het cultuurcentrum, de bibliotheek, de minigolf, enz. de EDC-kaart te laten accepteren?

 

Antwoord schepen Annemie Goris:

Begin februari werd inderdaad goedkeuring gegeven door het CBS om deel te nemen aan het project rond EDC. Concreet wil dat zeggen dat houders van een EDC voortaan dezelfde korting krijgen bij vrijetijds- en welzijnsactiviteiten / dienstencentra als de korting die we toekennen voor de Uitpas met kansentarief.

 

Het publiciteitsmateriaal dat ons zou bezorgd worden vanuit de FOD blijft echter wel achterwege, maar de diensten zullen zelf publiciteitsmateriaal downloaden en aanbrengen aan hun balies.

 

Op de website van de stad staat ook informatie hieromtrent.

 

 

Mondelinge vraag 4 : van Tom Claes (GROEN-Lier&Ko) i.v.m. het versneld uitvoeren van openbare werken

Het Corona-virus houdt onze samenleving stevig in zijn greep. We moeten met zijn allen in ons kot blijven en de straten blijven bijgevolg grotendeels leeg.

 

Een aantal steden en gemeenten profiteren van deze uitzonderlijke situatie om bepaalde werken aan het openbaar domein versneld uit te voeren, aangezien er momenteel weinig inwoners en handelaars gehinderd worden bij het opbreken van straten en pleinen.

 

Zeker geen evidente oefening, de geijkte procedures moeten immers ook tijdens de crisis gevolgd worden, maar hier en daar lijkt men daar toch in te lukken.

 

Mijn vraag is bijgevolg of ook het Lierse stadsbestuur heeft bekeken of er bepaalde projecten in aanmerking komen voor versnelde uitvoering.

 

Antwoord schepen Bert Wollants:

Geacht raadslid,

 

Wat betreft de geplande werken hebben we getracht om zoveel mogelijk deze op snelheid te houden. Dat is gebeurd voor Grote Markt die geen vertraging heeft opgelopen en zelfs een week eerder klaar is dan voorzien. Dat maakt wel dat in het centrum, gelet op omleidingen niet onmiddellijk veel extra kon gebeuren gelet op de omleiding die al van kracht was. Voor de aanpassingen aan het jaagpad aan de Leuvensevest is de opdracht toegewezen aan een aannemer die zijn activiteiten volledig heeft gestaakt gelet op de coronamaatregelen. Voor de Berlarij werd wel door onze eigen mensen verder gewerkt met inachtneming van de nodige maatregelen.

 

Er is ook nagegaan of een aanvullende ingreep om een aantal zebrapaden in betonklinkers te voorzien. Dit bleek niet haalbaar te zijn in combinatie met een aantal andere zaken, zoals de signalisatievergunningen in de Kartuizersvest, de komende asfaltering voor een deel van de Mechelsestraat en de in te plannen herstellingswerken in de kapucijnenvest.

 

Tot slot zijn heel vaak werken gekoppeld aan omgevingsvergunningen, aanbestedingen en uitwerking door studiebureaus. Ook deze laatste worden momenteel in hun mogelijkheden beperkt door de coronamaatregelen, wat jammer genoeg niet leidt tot zaken die kunnen versneld worden.

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

ACTUELE VRAGEN

 

MOTIVERING

Actuele vragen 1 : van Geert Marrin (GROEN-Lier&Ko) i.v.m. werkomstandigheden Lierse stadsarbeiders

 

Op maandag 6 april bereikten mij voor het eerst signalen van verontruste stadsarbeiders die zich zorgen maakten over de gezondheidsrisico’s die hun werkomgeving in het Schapenkot met zich meebracht.

 

Vanzelfsprekend bracht ik hiervan de burgemeester en bevoegde schepen onmiddellijk op de hoogte.

 

Op woensdag 8 april verzekerde de burgemeester mij dat er in het Schapenkot ‘zeker geen situaties plaatsvinden op structurele basis waarbij de medewerkers omwille van plaatsgebrek de geldende normen rond sociale afstand niet kunnen respecteren’.

 

Op vrijdag 24 april vernam ik echter dat een aantal stadsarbeiders alarmsignalen verzond ten aanzien van de sociale inspectiedienst.

 

Daarom volgende actuele vragen:

 

1)   Kunnen de burgemeester en de bevoegde schepen toelichten hoe zij naar aanleiding van de eerste klachten zich ervan vergewisten dat de feitelijke werkomstandigheden in het Schapenkot wel degelijk conform waren en zijn met de geldende Corona-veiligheidsvoorschriften?

2)   Heeft het College van Burgemeester en Schepenen weet van enige klachten ten aanzien van de sociale inspectie?

3)   Plant het College van Burgemeester en Schepenen verdere acties omtrent deze situatie?

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

VERSLAG GEMEENTERAAD 17 FEBRUARI 2020. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De gemeenteraad vergaderde op 17 februari 2020.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 17 februari 2020 goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

FINANCIËLE IMPACT EN STEUNMAATREGELEN N.A.V. CORONA-CRISIS. KENNISNAME

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Naar aanleiding van de Corona-crisis heeft de financiële dienst een nota voorbereid met een eerste inschatting van de financiële impact. In overleg met CBS werden er een aantal steunmaatregelen voor zowel burgers als ondernemers uitgewerkt. De nota wordt in bijlage toegevoegd.

 

Feiten en context

De Federale en Vlaamse overheden hebben reeds een hele reeks substantiële steunmaatregelen gelanceerd om de getroffen burgers en ondernemingen te ondersteunen in de strijd tegen Corona. Als lokaal bestuur zijn er ook verschillende maatregelen mogelijk. Het CBS wenst op volgende wijze een inspanning te doen :

 

1.Tijdelijk uitstellen van bedrijfsbelastingen

Door bedrijfsbelastingen tijdelijk uit te stellen wordt er financiële ademruimte gegeven aan de Lierse ondernemingen. Van zodra de Corona-maatregelen worden opgeheven en de situatie terug genormaliseerd is, kunnen de respectievelijke bedrijfsbelastingen gespreid worden opgestart.

 

2.De algemene gemeentebelasting voor gezinnen uitstellen tot eind mei

Door het opsturen van de aanslagbiljetten met twee maanden uit te stellen geven we de Lierse gezinnen extra betalingsuitstel.

 

3.In combinatie met de gemeentebelasting een centrumbon ter beschikking stellen aan alle Lierse burgers.

Het college wenst elk gezin en alleenwonende een centrumbon te schenken te belope van 50% van de te betalen gemeentebelasting. Gezinnen betalen 50 EUR gemeentebelasting en zullen 1 centrumbon krijgen van 25 EUR. Alleenwonenden betalen 20 EUR gemeentebelasting en zullen een centrumbon krijgen van 10 EUR.

Op deze wijze wordt de gemeentebelasting van alle Lierse burgers dit jaar gehalveerd en wordt tegelijkertijd een stimuluspakket voor de lokale middenstand gelanceerd voor een totaalbedrag van 317.825 EUR.

Concreet is het de bedoeling om eind mei de centrumbons tesamen met het aanslagbiljet aan de Lierse burgers te bezorgen. Is samenspraak met de partner van het centrumbonsysteem worden momenteel de concrete modaliteiten bekeken.

Tegelijkertijd worden alle Lierse handelaars aangespoord om zich nog tegen eind mei aan te sluiten op het systeem van de Lierse centrumbon zodat zij zich ook maximaal kunnen inschakelen in deze relancemaatregel.

 

4.Kwijtschelding terrasbelasting voor periode van verplichte sluiting

Het college wenst als bijkomende steunmaatregel voor de horeca de jaarlijkse terrasbelasting eenmalig pro-rata kwijt te schelden voor de periode van verplichte sluiting. De jaarlijkse terrasbelasting bedraagt ca 53.000 EUR. Per maand kwijtschelding komt dit op een minderinkomst van 4.416 EUR.

Voor de overige uitstallingen op de openbare weg blijft de reguliere belasting behouden.

 

5.Gedeeltelijke kwijtschelding handelshuur Horeca

Stad en OCMW verhuren verschillende eigendommen aan horeca-zaken. Daarnaast verhuurt het OCMW ook veel eigendommen (appartementen, huizen) op de private huurmarkt.

Voor wat betreft de private verhuringen aan Horeca-uitbaters wenst het college voor de volledige duur van de federaal opgelegde sluiting een huurvrijstelling te geven van 75%, specifiek voor die panden waarvan Stad of OCMW verhuurder zijn. Indien de huurder een brouwerij is, moet de brouwerij de vrijstelling verplicht doorrekenen aan de eindhuurder.

 

Per maand kwijtschelding komt dit neer op een minderinkomst van 5.763 EUR.

 

Voor wat betreft de private verhuring van woningen wordt geen huurvrijstelling gegeven. Huurders met financiële problemen als gevolg van de Corona-maatregelen kunnen contact opnemen met stad en OCMW om een gespreide betaling van de huur te bespreken.

 

6.Kwijtschelding huur sport en vrijetijdsinfrastructuur voor periode van verplichte sluiting

De meeste sport- en vrijetijdsinfrastructuur van de stad wordt verhuurd op occasionele basis op grond van retributiereglementen. Op momenten van sluiting zullen deze verenigingen geen gebruik maken en dus ook niet betalen.

In een beperkt aantal gevallen zijn er echter ook langdurige huur- of pacht overeenkomsten.

Het college wenst voor deze overeenkomsten een pro-rata vrijstelling te geven voor de periode van sluiting.

 

Per maand sluiting vertegenwoordigt deze maatregel een minderopbrengst van ca 900 EUR.

 

7.Innames openbaar domein wegens verbouwingen : opschorten belasting

Vele bouwwerven werden inmiddels stilgelegd waardoor de vergunningen/innames zonder voorwerp zijn. Sommige werven worden opgeruimd waardoor de inname tijdelijk verdwijnt. Op andere werven is dat niet mogelijk omdat dit te complex is of voor bijkomende kosten zorgt.

Het algemeen principe dat CBS wenst te hanteren is dat voor de periode van opschorting der werken de innamebelasting eveneens wordt opgeschort (ook voor die innames die niet volledig kunnen vrijgemaakt worden). Gelet op de administratieve werklast verkiest het CBS om geen terugstortingen te doen, maar om de gederfde periode te verrekenen op moment van verlenging van de vergunning.

De innames waarbij geen vergunning werd aangevraagd betalen het tarief van de spoedprocedure. Voor deze innames geldt het zelfde principe : indien de werken worden opgeschort, wordt ook de belasting opgeschort. Bij heropstart blijft het tarief van de spoedprocedure gelden.

De aanvrager moet de periode van stopzetting steeds aantonen aan de hand van een attest van de aannemer.

 

8.Standrechten openbare markten : kwijtschelding voor periode van verplichte sluiting

De vaste standhouders met abonnement betalen per drie maanden. Voor de periode dat er geen markten hebben gestaan beslist het CBS dat de standhouders niet hoeven te betalen. Dit wordt verrekend met de eerstvolgende afrekening voor het volgende kwartaal. Het totaal jaarbedrag voor standgeld markten wordt geraamd op 30.000 EUR. Per maand kwijtschelding komt dit op een minderinkomst van 2.500 EUR.

 

 

Juridische grond

De benodigde aanpassingen aan de toepasselijke belasting- en retributiereglementen zullen aan de gemeenteraad worden voorgelegd.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

Diverse acties

 

 

De totale financiële impact van de genomen maatregelen is nog niet exact te becijferen aangezien de periode van verplichte sluiting momenteel nog loopt tot 19/4/2020 en mogelijks nog kan verlengd worden.

Indien we uitgaan van een verplichte sluiting van 2 maanden kan de impact geraamd worden op een bedrag van ca 345.000 EUR.

 

Zoals ook door het Agentschap Binnenlands Bestuur wordt aangegeven zullen we in het najaar een meer volledig zicht hebben op de budgettaire impact van de Corona-crisis en kunnen de nodige bijsturingen gedaan worden in de eerstvolgende aanpassing van het Meerjarenplan.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de nota in bijlage waarin een eerste inschatting wordt gemaakt van de financieel / budgettaire impact van de Corona crisis op het MJP van Stad en OCMW Lier en waarin eveneens een aantal steunmaatregelen worden opgesomd dewelke door het CBS werden goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

ROOILIJN- EN ONTEIGENINGSPLAN SCHOLLEBEEKSTRAAT - VOORLOPIGE VASTSTELLING. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het college ging in zitting van 27 mei 2019 principieel akkoord met de vrijwillige inname van de wegenis in de zijtak van Schollebeekstraat (26 woningen) ikv voorontwerp heraanleg Schollebeekstraat.

Het college hechtte in zitting van 9 september 2019 goedkeuring aan het meerwerk voor de opmaak van de rooilijnen- en innameplannen voor heraanleg zijtak ikv voorontwerp Schollebeekstraat.

Het college heeft in zitting van 30 september 2019 Steto BVBA aangesteld als afkoppelingsbemiddelaar voor het afkoppelen van een aantal woningen in de zijtak van de Schollebeekstraat.

Het college heeft in zitting van 4 november 2019 Igemo de opdracht gegeven om de grondverwerving voor de aanleg van de Schollebeekstraat voor te bereiden.

 

Het college keurde het innameplan voor de zijtak van de Schollebeekstraat ikv de heraanleg principieel goed in zitting van 2 maart 2020

 

Feiten en context

Op 11 februari 2020 ontving het technisch bureau - openbaar domein het concept van het onteigeningsplan van Sweco. Dit plan stemt inhoudelijk overeen met de uitgangspunten die principieel werken goedgekeurd door het college en voldoet aan de vereisten zoals gesteld in het decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019

 

Juridische grond

Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.

De gemeenteraad is binnen dit decreet bevoegd voor het aanleggen, wijzigen, verplaatsen en opheffen van nieuwe gemeentewegen en het vaststellen van een nieuwe rooilijn.

 

Krachtens artikel 11, §1 van het decreet van 3 mei 2019 leggen de gemeenten de ligging en de breedte van de gemeentewegen op hun grondgebied in beginsel vast in gemeentelijke rooilijnplannen.

De procedure voor de vastlegging van een gemeentelijk rooilijnplan is vervat in de artikelen 16 tot 19 van het decreet en bepaalt dat er binnen een ordetermijn van dertig dagen een openbaar onderzoek moet georganiseerd worden.

 

Argumentatie

Het rooilijn- en onteigeningsplan is noodzakelijk voor de heraanleg van deze zijtak van de Schollebeekstraat. Deze zal de ontsluiting van de aangrenzende percelen aanzienlijk verbeteren en ook veiliger maken.

De nieuw te vestigen rooilijn houdt in deze rekening met de feitelijke toestand.

Door deze rooilijn zal er een oppervlakte van 740 m² worden toegevoegd aan openbare weg en bijkomend 71 m² ondergronds specifiek voor regenwater-riolering.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

De gemeenteraad neemt kennis  van het rooilijn- en onteigeningsplan van de zijtak van de Schollebeekstraat opgemaakt door Sweco in kader van de heraanleg en beslist dit plan voorlopig vast te stellen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

NIET VASTSTELLEN ROOILIJN BIJ OV V 2019/5: VERKAVELEN VAN 9 KAVELS BESTEMD VOOR WONINGBOUW. NIET VASTSTELLEN VAN DE ROOILIJN.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De aanvraag ingediend door RES Consult namens de heer Kristof Van den Brande en Kristof Van den Brande namens RES Consult BVBA, werd per beveiligde zending verzonden op 12 augustus 2019. Deze aanvraag werd voor een eerste maal ontvangen op 12 augustus 2019 en vervolledigd op 21 oktober 2019. 

 

De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 20 november 2019.

 

De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen Bosstraat 8, 2500 Lier, kadastraal bekend: afdeling 3 sectie F nrs. 132G en 138C2.

 

Het betreft een aanvraag tot het verkavelen van 9 kavels bestemd voor woningbouw.

 

De aanvraag betreft een aanvraag voor een nieuwe verkaveling.

 

Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

 

Argumentatie

1)   Stedenbouwkundige basisgegevens

Ligging volgens het uitvoeringsplan + bijhorende voorschriften

Kleinstedelijk gebied Lier

Het perceel is gelegen binnen de grenzen van het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) ‘Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied’.  Het betreft de vaststelling van de grens van het kleinstedelijk gebied Lier.  Binnen deze lijn wordt op de verschillende beleidsniveaus inzake ruimtelijke ordening een stedelijkgebiedbeleid gevoerd.

Het PRUP ‘Afbakeningslijn kleinstedelijk gebied’ werd goedgekeurd bij ministerieel besluit van 28 juli 2006 en is in voege getreden sinds 7 september 2006.

De bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften binnen de afbakening blijven onverminderd van toepassing.  Deze bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften kunnen door voorschriften in nieuwe gewestelijke, provinciale of gemeentelijke uitvoeringsplannen worden vervangen of verder gedetailleerd.

De aanvraag is bovendien gelegen in het PRUP ‘Bosstraat’, eveneens goedgekeurd bij ministerieel besluit van 28 juli 2006 en in voege getreden sinds 7 september 2006.

Het project is gelegen in de zone voor stedelijk wonen Bosstraat. De aanvraag voorziet een woonfunctie.

Art. 1 Zone voor stedelijk wonen Bosstraat

§1 Het gebied is bestemd voor stedelijk wonen, openbare groene en verharde ruimten en aan het wonen verwante voorzieningen.

Onder aan het wonen verwante voorzieningen wordt verstaan:

buurtwinkels met een max. oppervlakte van 250 m², horeca, kleine bedrijven, openbare en private nutsvoorzieningen en diensten, parkeer- en openbaarvervoervoorzieningen, sociaal-culturele inrichtingen en recreatieve voorzieningen, voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. Louter nieuwe kantoorfuncties zijn niet toegestaan, wel ‘thuis’kantoren, die een onderdeel uitmaken van een woonfunctie.

Nieuwe grootschalige kleinhandel en grootschalige bedrijven zijn niet toegelaten. De bestaande en vergunde, grootschalige kleinhandel en -bedrijven kunnen beperkt uitbreiden en herbouwen ten behoeve van een economisch leefbare bedrijfsvoering. Schaalvergroting is niet toegestaan alsook uitbreidingen die de (verkeers)leefbaarheid van de buurt aantasten.

De bestaande en vergunde, grootschalige kleinhandel en -bedrijven kunnen opgesplitst worden en herbouwen voor zover de oppervlakte niet kleiner wordt dan 800m² per winkel- of bedrijfsunit.

§2 De voorschriften wat betreft bestemming en inrichting in bestaande niet-vervallen goedgekeurde verkavelingen blijven behouden.

Elke andere aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning of verkavelingsvergunning zal beoordeeld worden aan de hand van volgende criteria:

- inplanting t.o.v. de aanpalende bebouwing (bezonning, privacy,…);

- kwalitatief kleur- en materiaalgebruik;

- vormgeving en beeldkwaliteit;

- integratie in de omgeving;

- aard en hoeveelheid van verharding.

Hierbij wordt gestreefd naar een kwalitatieve ontwikkeling tot een architectonisch en stedenbouwkundig geheel in verenigbaarheid met de omgeving.

In functie van duurzaam waterbeheer dient de sectorale regelgeving terzake toegepast.

De niet-bebouwde perceelsdelen worden beschouwd als groenzones voor tuinaanleg. De verharding van niet bebouwde perceelsdelen op privaat terrein moet worden beperkt tot opritten, paden, terrassen, private parking, e.d.. Bij de aanleg van het terrein moet het waterbergend vermogen van het gebied zoveel mogelijk worden behouden en het overstromingsrisico worden beperkt, bv. door het gebruik van waterdoorlatende materialen.

De voorgelegde aanvraag is in overeenstemming met de voorschriften van het PRUP.

De ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) zijn volgens artikel 7.4.5. van de Vlaamse Codex, gewestplan vervangend voor het grondgebied waarop ze betrekking hebben, tenzij het ruimtelijk uitvoeringsplan het uitdrukkelijk anders bepaalt.  De bepalingen van het gewestplan zijn hier dus niet langer van toepassing.

 

Bijzondere plannen van aanleg

Het perceel is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.

 

 

2)    Historiek

Perceelnummer : (afd. 3) sectie F 132 G

Perceelnummer : (afd. 3) sectie F 138 C2

 

Volgende vergunningen en/of weigeringen zijn gekend voor desbetreffend perceel:

Er zijn geen voorgaande vergunningen gekend voor het betrokken goed.

 

3)    Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Beschrijving van de omgeving – ruimtelijke analyse

Het perceel wordt afgebakend in het noordoosten door de achterkant van een klassieke verkaveling van woningen in halfopen bouworde en in het zuidwesten door de Oude Bosstraat. Aan de overzijde van de oude Bosstraat staan 2 gekoppelde woningen met een gemiddelde  voortuinstrook van 13 m, bestaande uit twee bouwlagen onder hellend dak. Hierachter ligt evenwijdig met de Oude Bosstraat de Ring rond Lier, aan de overzijde van de Ring is de Carrefoursite gelegen.

 

Beschrijving van de aanvraag

Er zijn 9 nieuwe loten voorzien voor eengezinswoningen.

Het verkavelingsontwerp voorziet een verbreding van de feitelijke rooilijn naar 10 m, enkel ter plaatse van het perceel in de aanvraag. Er is een verklaring van grondafstand toegevoegd aan het dossier voor het verbreden van de rooilijn. Er is geen ontwerp voor nieuwe wegenis. De verkavelaar werd behoorlijk gevolmachtigd door alle eigenaars.

De rooilijn wordt voorgesteld volgens plan met nr B28.VA_VP_N_4400V2280 rooilijnplan dd. 24/09/2019 opgemaakt door J+T Collin met de bijhorende grondafstand met een oppervlakte van 137.55 m2.

 

4)    Zaak der wegen

Artikel 31. (01/09/2019- ...) van het decreet betreffende de omgevingsvergunning

§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.


De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.


§ 2. Als het college van burgemeester en schepenen niet de bevoegde overheid is die in eerste aanleg over de aanvraag beslist, dan bezorgt de gemeente de beslissing van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg binnen zestig dagen na het verzoek aan de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15.

 

In dit geval wordt in de gemeenteraad van 17 februari 2020 voorgelegd: vaststelling van de rooilijn door de cel omgeving.

 

5)    Adviezen

Er zijn geen relevante verplichte adviezen betreffende de rooilijn toe te voegen.

Overige adviezen betreffende uitrusting van de weg of rooilijn.

1.De interne cel omgeving

2.Fluvius

3.De interne Cel Technisch bureau

4.De interne Cel Mobiliteit

5.  Projectvergadering (intern)

 

Uitgebrachte adviezen:

De adviezen worden samengevat in het kader van vaststelling rooilijn en uitrusting van de weg.

     De interne cel omgeving:

Zoals in het advies van de cel mobiliteit omschreven en wat ook blijkt uit de bezwaren, is er een probleem qua verkeersveiligheid in het bijzonder de verkeersafwikkeling van verschillende gebruikers van het gebied en is de weg onvoldoende uitgerust (smalle wegbreedte, geen riolering, …). Men heeft deze situatie bestudeerd en voor oplossing geopteerd in de vorm van een keerlus, te bereiken via de Bosstraat. Wel wordt er ruimte gemaakt voor een uitgebreide  fietsverbinding richting het kruispunt van de Mechelsesteenweg en de Ring.

 

Dit is meegenomen in het Masterplan Ring West: ‘De drie huizen aanliggend aan de straat blijven ontsloten, maar het huidig tracé tot aan de Mechelsesteenweg krijgt het statuut van fietspad. Op die manier wordt een fiets-as voorzien vanaf Mechelsesteenweg die via het project ‘Den Boom’ aansluiting geeft op de ontsluitingsweg van en naar het station. Ontwikkelingsmogelijkheden moeten instaan voor reconversie percelen en aanleg nieuw openbaar domein.’

 

Op 26 juni 2017 keurde de gemeenteraad het masterplan ‘Ring West’ goed. In dit masterplan is de Oude Bosstraat ook opgenomen en is bijgevolg een beleidsmatige gewenste ontwikkeling.

https://www.lier.be/Stad_in_ontwikkeling/Stadsontwikkeling/Projecten/Masterplan_stationsomgeving_en_Ring_West

 

Voordat nieuwe ontwikkelingen kunnen vergund worden verwachten wij een verfijning of herziening van het Masterplan voor heel het gebied ‘Oude Bosstraat’ waarin de huidige knelpunten worden opgelost en krijtlijnen worden verwerkt. En waarin overeenkomsten over het openbaar domein worden opgemaakt door de desbetreffende eigenaars (zie ook statuut bestaande weg).

Wij kunnen niet ingaan op vragen tot ontwikkelingsmogelijkheden per perceel daar dit kadert in een groter geheel. Pas nadat er vernieuwd masterplan wordt goedgekeurd door de stad met zicht op een aangepast openbaar domein kan dit opgedeeld worden en per deel afzonderlijk aangevraagd worden.

De aanvraag houdt slechts rekening met zijn eigen perceel en kadert niet in een globaal plan waar oplossingen geboden worden voor de knelpunten.

 

     Fluvius Mechelen heeft op 5 december 2019 volgend voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht binnen de wettelijke termijn volgend op de ontvangst van de adviesvraag :

 

Naar aanleiding van uw vraag hebben wij een studie opgemaakt voor de aanleg en/of aanpassingen van de nutsleidingen voor het bovenvermeld project.

De aanleg van nieuwe nutsleidingen is voorzien voor de volgende disciplines:

- Elektriciteit

- Aardgas

Deze voorwaarden worden gelijktijdig overgemaakt aan u en aan het betrokken college van burgemeester en schepenen van de stad Lier.

De gemeente wordt in kennis gesteld als u aan alle voorwaarden heeft voldaan. De gemeente zal dan volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening een verkoopbaarheidsattest afleveren. De omgevingsvergunning die reeds is afgeleverd mag in uitvoering gebracht worden.

 

De eindconclusie van het advies luidt als volgt: voorwaardelijk gunstig (5 december 2019).

 

Het standpunt van Fluvius wordt bijgetreden, de volgende voorwaarden zullen worden opgelegd in de vergunning:

  • De bijgevoegde voorwaarden opgelegd in het advies van Fluvius (ref 337000) van 05/12/2019 na te leven. De aanleg van alle nutsvoorzieningen zal gebeuren door de nutsmaatschappijen op kosten van de verkavelaar.

 

 

     Cel technisch bureau heeft op 5 december 2019  volgend voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht binnen de wettelijke termijn volgend op de ontvangst van de adviesvraag :

 

Het technisch bureau heeft volgende plannen van landmeters J+T Collin  uit Wilrijk  nagekeken en heeft hierop volgende opmerkingen :

 

Plannenlijst :

- B28_VA_N_4400v228D4. lotenplan

 

Infrastructuur :

- De huidige toestand van de straat laat niet toe om het extra verkeer ten gevolge van 9 nieuwe wooneenheden te verwerken;

   De straat dient voorzien te worden van :

   Een straat met een straatbreedte van 5 meter

   2 voetpaden met een breedte van minimaal 1.5 meter

   Een open gracht langs één zijde van de straat

- De huidige toestand laat ook niet toe om de vuilvracht van 9 nieuwe wooneenheden te verwerken;

- De straat ligt in een “collectief te optimaliseren” gebied. Dit wil zeggen dat er, op termijn, riolering wordt aangelegd.

De aanleg van de straat is niet opgenomen in de meerjarenbegroting 2020-2025 en bevindt zich in de lijst met prioriteit 7. Voor deze prioriteit 7 is nog geen uitvoeringtermijn opgelegd door de VMM. 

- Om deze verkaveling te kunnen realiseren , zowel tijdens de werken als bij bewoning, dient de straat, inclusief een riolering , nieuw aangelegd te worden.

De kosten voor de heraanleg van de straat, conform het “Masterplan Ring West” wordt geraamd op 780.000 euro (excl. mogelijke onteigeningen). Per lopende meter perceelsgrens komt dit op 1.632 euro per lopende meter (excl. BTW en onteigeningen)

 

Groen :

Geen opmerkingen.

 

Proper Lier :

Geen opmerkingen

 

Algemeen :

- Aanwezige riolering : baangrachten

- Septische put noodzakelijk : ja

 

Volgende voorwaarden werden door Cel technisch bureau opgelegd:
- Een septische put, is verplicht.

- De verkavelaar moet financieel bijdragen aan een vervroegde aanleg van de straat, à ratio van 1.632 euro per lopende meter perceelsgrens.

 

De eindconclusie van het advies luidt als volgt: voorwaardelijk gunstig (5 december 2019).

 

Het standpunt van Cel technisch bureau wordt bijgetreden, de volgende voorwaarden zullen worden opgelegd in de vergunning:

  • Een septische put is verplicht.
  • De verkavelaar moet financieel bijdragen aan een vervroegde aanleg van de straat, hiervoor wordt 1.632 euro per lopende meter perceelsgrens aangerekend plus bijkomend BTW .

 

Volgende algemene voorwaarden worden opgelegd bij verkavelingen met wegenis:

  • De gronden welke binnen de rooilijn vallen, moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan.
  • De aanleg van wegenis en riolering zal gebeuren door een aannemer aangesteld door de stad op kosten van de verkavelaar.
  • De aanleg van alle nutsvoorzieningen zal gebeuren door de nutsmaatschappijen op kosten van de verkavelaar.
  • De kosten voor de aanleg van wegenis en riolering omvatten eveneens alle studiekosten voor opmaak van het wegenis- en rioleringsdossier en de kosten voor het aanstellen van een toezichter die de werken zal volgen.
  • De nodige financiële waarborg hiervoor dient gestort in handen van de gemeenteontvanger of in zijn voordeel op onherroepelijke wijze verleend door een bankinstelling voor de uitvoering van de infrastructuurwerken.
  • De verkavelingsvergunning laat volgens art. 4.2.16 van de Vlaamse Codex slechts vervreemding van een kavel toe nadat de verkavelingsakte door de instrumenterende ambtenaar is opgemaakt. Die akte kan slechts worden opgemaakt na overlegging van een attest van het college van burgemeester en schepenen waaruit blijkt dat alle in de verkavelingsvergunning opgelegde voorwaarden en lasten zijn uitgevoerd of dat voor de uitvoering van de lasten een afdoende financiële waarborg is gestort in handen van de gemeenteontvanger of in zijn voordeel op onherroepelijke wijze door een bankinstelling is verleend.
  • De instrumenterende ambtenaar dient eveneens in de akte op te nemen dat géén stedenbouwkundige vergunning kan worden verleend dan nadat de voorlopige oplevering van de infrastructuurwerken is gebeurd.

 

 

  • Cel Mobiliteit heeft op 5 februari 2020  volgend ongunstig advies uitgebracht binnen de wettelijke termijn volgend op de ontvangst van de adviesvraag :

 

Momenteel is het oude deel van de Bosstraat waarlangs de aangevraagde verkaveling gelegen is, een heel smalle straat waar quasi over de volledige lengte enkelrichtingsverkeer geldt.

Vooraleer verdere ontwikkelingen kunnen plaatsvinden, moet de bereikbaarheid van dit deel van de Bosstraat verbeterd worden. Zowel voor bijkomende wooneenheden als voor de bouwfase van deze bijkomende wooneenheden is dit essentieel.

Onderzoek naar een verbeterde ontsluiting gebeurde reeds in het verleden. Dit onderzoek werd meegenomen in het Masterplan Ring West wat resulteerde in krijtlijnen voor een verbeterde ontsluiting. Bij de heraanleg van het kruispunt van de Mechelsesteenweg met de omleidingsweg R16 werd de keuze al gedeeltelijk uitgevoerd: De aansluiting van de Bosstraat op de Mechelsesteenweg zal op termijn een fietsweg worden. Door de aansluiting niet te verbeteren/verleggen werd dit toekomstig gebruik reeds voorzien. Ontsluiting van de oude Bosstraat voor gemotoriseerd verkeer wordt in het Masterplan Ringwest uitgestippeld via de Frans Boogaertslaan naar de Mechelsesteenweg.

In de huidige situatie moet het inrijden van dit deel van de Bosstraat (wat dus fietsweg zal worden) gebeuren langs de Mechelsesteenweg net ter hoogte van de lichten met voorsorteerstroken. Dit is zeer moeilijk en voor vrachtverkeer voor bijvoorbeeld bouwwerven quasi onmogelijk. Het omdraaien van dit deel van de Bosstraat is geen oplossing want dan wordt het een moeilijk uitrijpunt. De weg laat in zijn huidig voorkomen niet toe om er dubbelrichting van te maken. Men kan dus wel stellen dat de weg momenteel onvoldoende uitgerust is waardoor de omgeving in zijn huidig voorkomen geen draagkracht heeft voor bijkomende wooneenheden.

Het omvormen tot fietsweg zoals bepaald in het masterplan Ring West komt naar voren omdat op die manier een zinvolle en veilige fietsverbinding gemaakt wordt tussen twee stadsdelen (wijk Mechelsepoort en Stationsomgeving).

Ruimer gezien passen de intenties van het masterplan in het deskundigenadvies dat voorschrijft om onderzoek te voeren naar een gebiedsontsluitend fietsnetwerk, tangentieel aan de omleidingsweg R16.

Momenteel is er echter onvoldoende inzicht in al deze plannen om nu al een rooilijn vast te stellen en bijkomende ontwikkelingen toe te laten. Strategisch en planologisch zijn dit belangrijke stadsontwikkelingen die niet gehypothekeerd mogen worden.

 

 

De eindconclusie van het advies luidt als volgt: ongunstig (5 februari 2020).

 

Het standpunt van Cel Mobiliteit wordt bijgetreden, de rooilijn moet niet va              stgesteld worden.

 

  • Er is een interne projectvergadering georganiseerd op 2 december 2019, waarop het volgende is besproken:

 

Adviezen

Het perceel maakt deel uit van het PRUP Bosstraat.

Het perceel is tevens gelegen in masterplan Ring West, deelzone Oude Bosstraat.  De aanvraag zal bekeken worden ifv. alle ruimtelijke elementen uit het masterplan.

Voor het statuut van de oude Bosstraat wordt voortgegaan op de nota van GD&A.

 

Infrastructuur

In de Bosstraat is geen riolering aanwezig.

Volgens zoneringsplan in groene zone gelegen, dit betekent collectief te optimaliseren.

Stad legt gescheiden riolering aan, prioriteit 7: eerste 10 jaar geen heraanleg.

Technisch Bureau maakt raming voor wegenisontwerp met gracht

 

Water

Zone is waterziek gebied

 

Mobiliteit

Bosstraat is een straat voor eenrichtingsverkeer en veel te smal.

Rooilijn niet goedkeuren wegens ontbreken van een ontwerp met globaal inzicht in de wegenisaanleg.

Aangezien de rooilijn voor niet-vaststelling naar de gemeenteraad gaat kan de voorgelegde aanvraag niet vergund worden.

Rooilijnbreedte toch minstens 10 m

 

Economie

Advies niet relevant

Verkaveling laat enkel woonfuncties en complementaire bedrijvigheid toe.

 

Het verslag van de projectvergadering wordt eigen gemaakt en in het verslag van de omgevingsambtenaar opgenomen. Belangrijkste conclusie is dat de rooilijn niet kan vastgesteld worden wegens het ontbreken van een ontwerp met globaal inzicht in de wegenisaanleg, in overeenstemming met het Masterplan Ring West.

 

6)    Openbaar onderzoek

Volgens artikel 67 §1, 1° van het besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 betreffende de omgevingsvergunning, moet een openbaar onderzoek worden ingesteld conform de bepalingen van titel 3, hoofdstuk 5, van dit besluit.

 

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek.

 

Het openbaar onderzoek vond plaats van 30 november 2019 tot 29 december 2019. Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er 3 bezwaarschriften ontvangen.

 

Resultaten openbaar onderzoek:

De bezwaren handelen samengevat over de volgende elementen (enkel de elementen van toepassing op rooilijn worden samengevat):

Mobiliteit en parkeren

        Er is geen studie bijgevoegd aangaande de verkeerssituatie.

Nu is er dubbelrichtingsverkeer vanaf de Frans Bogaertslaan tot aan de drankenhandel van Goetze, nr.29a, van daar tot aan de Mechelsesteenweg is het een enkelrichtingsstraatje voor auto’s komende vanaf de Mechelsesteenweg.

In theorie wil dit dus zeggen dat alle bewoners van het deel tussen de drankenhandel en de Mechelsesteenweg die van de ring of van richting Duffel komen ergens op de Mechelsesteenweg moeten gaan draaien, terug richting ring moeten rijden om daar voor de lichten te gaan aanschuiven in de file om dan rechtsaf te kunnen slaan aan de Jumbo, Bosstraat 1, om hun woning te kunnen bereiken.

De meesten doen dit, begrijpelijk, niet en rijden de Frans Bogaertslaan in en slaan linksaf de Bosstraat in om dan tegen de rijrichting in hun woning te bereiken!

De nieuw te bouwen woningen zijn dus amper te bereiken.

Ook het omdraaien van de rijrichting is geen oplossing omdat men dan een sluipweg richting ring gaat creëren en omdat links afslaan richting centrum Lier, op dat punt aan de Jumbo, nu onmogelijk en gevaarlijk is.

Ook het op het deel met dubbelrichtingsverkeer, tussen de Frans Bogaertslaan en de drankenhandel zijn nu al regelmatig conflictsituaties met vrachtwagens en personenwagens die moeten uitwijken in de berm of op mijn oprit.

Al het bovenstaande geldt ook voor de nog te bouwen, maar al wel vergunde, 6 appartementen op perceel 135r2.

 

  • De nieuwe verkaveling, alsmede de bouw van een nieuw appartementsbouw met 7 appartementen in de Bosstraat 21 zullen voor een sterke verhoging van weggebruikers leiden. Dit deel van de Bosstraat is een zeer kleine en smalle weg (2.5 à 3 m) en wordt nu reeds volledig stuk gereden door automobilisten en zwaar vrachtverkeer. Het is tevens een sluipweg en het eenrichtingsverkeer wordt totaal niet gerespecteerd. Deze straat heeft nog open beken, geen voetpaden en bij toenemend verkeer en meer bewoning zal dit leiden tot heel wat overlast en zullen er ook onveilige situaties ontstaan. Dus ik ben van mening dat de weginfrastructuur en de rioleringen door de verkavelaar(s) dienen aangepast worden naar huidige normen. Bovendien zou deze verkaveling ook best afgesloten worden en een éénrichtingsstraat worden om sluipverkeer tegen te gaan. Idealiter is deze nieuwe wijk verkeersluw (enkel bewoners en bezoekers) met de nodige verkeersremmers.  
  • De smalle straat kan het werfverkeer niet slikken.

Erfdienstbaarheden, Lichten en zichten, privacy

        De helft van de Bosstraat is ter hoogte van ons perceel in weze privatieve eigendom van ondergetekende. De Bosstraat is ter hoogte van ons perceel dan ook nog smaller. Thans gebruikt de Stad onze privatieve eigendom om te fungeren als openbare weg.

Wij werden hiervoor nooit onteigend en werden ook nooit in kennis gesteld door de Stad dat één en ander wederrechtelïjk werd ingenomen.

Wij voegen U bijgaand het opmetingsplan van landmeter Palmans dd. 27/12/2016 waaruit

duidelijk blijkt tot waar ons perceel loopt (afgebakend door de blauwe lijnen).

Graag hadden wij dan ook vernomen vanwege de Stad welke oplossing zij hiervoor voorzien. Het kan immers niet zijn dat er tal van voertuigen over onze private eigendom kunnen rijden zonder dat wij hiervoor ook maar op één of andere manier gecompenseerd worden.

Andere

  • De huidige Bosstraat waarop de verkavelingsaanvraag betrekking heeft is het deel tussen Frans Bogaertslaan en Mechelsesteenweg. Momenteel is dit een reeds stuk gereden asfaltweggetje van ongeveer 2,5 à 3,0m breed met ernaast een greppeltje, hier en daar ingebuisd met half dichtgeslibde buizen van 20 à 30cm diameter. (zie foto’s). Dit geeft nu al, vooral in de zomer, aanzienlijke geurhinder.
  • In dit deel van de Bosstraat ligt geen riolering, gasleiding en de elektriciteitskabels hangen nog bovengronds. Of de andere nutsleidingen voldoen moet volgens mij ook onderzocht worden.

 

Evaluatie:

De verschillende elementen uit de bezwaren betreffende mobiliteit en parkeren kunnen worden bijgetreden om volgende redenen: zie advies mobiliteit. De aanvraag wordt geweigerd.

 

De verschillende elementen uit de bezwaren betreffende erfdienstbaarheden, lichten en zichten,  privacy zijn van privaatrechterlijke aard en niet van stedenbouwkundige aard.  Hierover kan dan ook geen stedenbouwkundige appreciatie gegeven worden.  Zaken van privaatrechterlijke aard worden geregeld in het Burgerlijk Wetboek. 

 

Een omgevingsvergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten.  Het verlenen van een vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.

 

Statuut bestaande weg

De eigendomssituatie van de weg is in deze niet relevant om al dan niet te spreken van het karakter van een openbare weg. Een openbare weg kan zowel over privé-eigendom als over publieke eigendom lopen.

Een openbare weg is een weg die bestemd wordt voor het gebruik van allen. Aangezien de Bosstraat een verbindingsfunctie bezit en toegankelijk is voor allen moeten we oordelen dat het een openbare weg is.

Op basis van de beschikbare informatie kan niet met zekerheid besloten worden wie eigenaar is van de weg, hoewel het verre van ondenkbaar is dat de stad Lier eigenaar geworden zou zijn via de verkrijgende verjaring. Deze verkrijging gebeurt bovendien in principe van rechtswege, dwz. automatisch zonder dat enige erkenningsdaad ten aanzien van de eigendom gesteld dient te worden. 

Een weg kan in particuliere eigendom door een derde verkregen worden op basis van de verkrijgende verjaring conform artikel 2262 B.W.

Deze verkrijgende verjaring treedt in, indien deze voldoet aan artikel 2229 B.W., met name indien er sprake is van ongestoord, ondubbelzinnig, voortdurend en openbaar bezit en dit gedurende een periode van dertig jaar.

Op basis van de beschikbare informatie, is waarschijnlijk dat de Bosstraat minstens voor een periode van dertig jaar gebruikt werd door allen en er hierdoor sprake zou zijn van een openbaar bezit.

Zo kan op basis van de beschikbare informatie immers geargumenteerd worden dat de Bosstraat gedurende dertig jaar open staat voor het openbaar verkeer ten lande.

 

De elementen die werden bijgetreden uit de verschillende bezwaren zijn van die aard dat een ongunstig advies op de ingediende stedenbouwkundige aanvraag genoodzaakt is.

 

7)    Algemene conclusie en advies gemeentelijke omgevingsambtenaar

Aangezien de voorgelegde aanvraag niet in overeenstemming is met alle bepalingen uit de Vlaamse codex moet een ongunstig advies gegeven worden.

Aldus wordt aan de gemeenteraad voorgesteld om de rooilijn niet vast te stellen dewelke wordt voorgesteld volgens plan met nr B28.VA_VP_N_4400V2280 rooilijnplan dd. 24/09/2019 opgemaakt door J+T Collin met de bijhorende grondafstand met een oppervlakte van 137.55 m2.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar van (20/02/2020).

 

8)    Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen

Op basis van de hierboven vermelde overwegingen komt het college van burgemeester en schepenen tot de volgende beoordeling van het dossier:

 

Stemming

 

23 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt en Geert Marrin

8 onthoudingen: Koen Breugelmans, Ella Cornelis, Stijn Coenen, Evi Van Camp, Bart Verhoeven, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

Goedkeuring met 23 stemmen voor - 8 onthoudingen

 

BESLUIT

Het college van burgemeester en schepenen treedt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar integraal bij.

 

Art. 1

Het college beslist dat een proces verbaal van sluiting wordt opgemaakt met de melding dat er 3 bezwaarschrift(en) werden ingediend.

 

De elementen uit de bezwaarschriften zijn van die aard dat ze deels kunnen worden bijgetreden en de vergunning geweigerd dient te worden.

 

Art. 2

De gemeenteraad beslist de rooilijn niet vast te stellen rooilijn volgens plan met nr B28.VA_VP_N_4400V2280 rooilijnplan dd. 24/09/2019 opgemaakt door J+T Collin met de bijhorende grondafstand met een oppervlakte van 137.55 m2 inzake verkavelen van 9 kavels bestemd voor woningbouw, gelegen Bosstraat 8, 2500 Lier.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

PRINCIPIËLE TOEKENNING NIEUWE STRAATNAAM HOUTROVERSSTEEG TER HOOGTE VAN HET ZIJSTRAATJE VAN DE EIKENBOSLAAN AAN PARKING DE LAAG. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

 

Voorgeschiedenis

In de Eikenboslaan werden recent 2 omgevingsvergunningen afgeleverd (OMV_2018031468 dd. 24/09/2018 en OMV_2019022484 dd 23/09/2019).

 

De omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2018031468 omvat de aanleg van een nieuwe verkeersweg. Daarom diende de gemeenteraad een besluit te nemen over de zaak van de wegen. De gemeenteraad heeft in de zitting van 17 september 2018 de rooilijn vastgesteld volgens plan.  

 

Feiten en context

Beide projecten werden vergund vooraan de straat, waarbij er mogelijk in de toekomst nog een  bijkomende ontwikkeling komt gelegen voor (links van) het eerste project. De vergunde woningen dienen een huisnummer te krijgen. Redwood vastgoed wenst een nieuwe straat aan te leggen en over te dragen aan het openbaar domein. Een nieuwe straatnaam kan toegekend. De gemeenteraad is hiervoor bevoegd.

 

Fasering

Principiële toekenning van de straatnaam door de gemeenteraad.

Openbaar onderzoek (30 dagen) + adviesvraag Toponymische commissie.

Definitieve toekenning van de straatnaam door de gemeenteraad.

 

Juridische grond

Decreet van 28 januari 1977, en latere wijzigingen, tot bescherming van de namen van openbare wegen en pleinen.

 

Argumentatie

Het project OMG_2019022484 krijgt als adres Eikenboslaan 3. Het project OMG_2018031468 krijgt langsheen de Eikenboslaan, van noord naar zuid de nummers 5 en 7.

Meergezinswoningen worden intern genummerd conform verdieping en links van de ingang met de klok mee: gelijkvloers 1, 2,.. eerste verdieping 101, 102,..

 

Voor wat betreft de nieuwe straat:

De naamsvoorkeur zoals bepaald in art.2 van het decreet van 28 januari 1977 en latere wijzigingen dient gevolgd te worden. Namelijk;

§ 1. Bij het vaststellen van de naam van openbare wegen en pleinen of het wijzigen van deze naam wordt bij voorkeur geput uit gegevens van de plaatselijke geschiedenis, het kunst- en cultuurleven, de toponymie en de volkskunde.

§ 2. De naam van een nog levende persoon mag niet worden gebruikt.

In aanmerking komen enkel de namen van uit historisch, wetenschappelijk of algemeen-maatschappelijk oogpunt belangrijke figuren.

Hierbij wordt de voorkeur gegeven aan figuren die voor de gemeente of voor de onmiddellijke omgeving van betekenis zijn geweest.

(§ 3. De naam van een lid van de Koninklijke familie, overleden of nog in leven, mag enkel worden gebruikt, indien daartoe vooraf instemming van de Regering werd verkregen.)

Pas nadat toponymische of historische gegevens ontbreken, mag men aan andere naam gegevens mogelijkheden denken. Liefst een ganse wijk met gelijkaardige namen voorzien.

 

Volgende straatnaam werd eerst voorgesteld:

-Er zijn geen bruikbare toponiemen voor handen voor deze locatie.

Voorstel: ‘Van Wesemaelweg’

oDe familie Van Wesemael – een belangrijke adellijke familie uit Oost-Brabant – schonk een bosgebied (genaamd ’s Heerenbosch, Koningsbosschen, Bois Domaniaux, …) aan de hertogen van Bourgondië. Dit bosgebied maakte deel uit van het Waverwald, gelegen tussen Dijle en beide Neten. Dit gebied werd in 1789 onder de benaming Konings een zelfstandige gemeente. In 1821 werd de gemeente Koningshooikt opgericht, bestaande uit Konings, Hoyckt en Hazendonck.

Bron:  Acke B., Bracke M. en Van Quaethem K. 2018.011 Archeologienota Koningshooikt Eikenboslaan 7, Verslag van Resultaten, 2018

Het voorstel van de nieuwe straatnaam was "Van Wesemaelweg".

 

De vzw “Dorpsraad Koningshooikt” bracht een advies uit:

Het voorstel van de nieuwe straatnaam "Van Wesemaelweg" werd niet weerhouden door onze leden.

Dit omdat er in geschiedenisboeken er geen fraai beeld wordt gegeven over betrokkene.

Een citaat: Na de machiavellistische aanslagen door Jan II van Wezemael op Jan van Arkel vielen Mechelen en het Land Van Arkel in zijn macht.

Nog een citaat: Jan van Arkel slachtoffer van afpersing , schonk de de ’s Herenbossen aan zijn belager, Jan II van Wesemael.

 

Ook een argument was dat niemand van betrokkene had gehoord of kende.

 

In ons mailverkeer zijn vele voorstellen gepasseerd.

 

Hierbij een opsomming;

naam van een boom ( er is daar toch ook de "Eikenboslaan tegenover )

Kapelaan Adriaan Sies (1e helft 18e eeuw). Hij bevorderde het onderwijs en streefde naar de onafhankelijkheid van parochie en gemeente

familie 'Berthout' die zich 'Heren van Berlaar' noemden

baron de Caters

de familie Geelhand

de familie Puissant-Baeyens

Eikenbosweg

Burgemeester Jozef Frans Suetens

Geuzen-dreef

Expoweg (De loodsen van Expo 58 stonden op die site)

Van Arkelweg

Achiel Aertgeertsweg

Pater Jules (Van Looveren)weg

De Laag of Laagstraat of Laag

Uiteindelijk was de compromis voor het laatste.

Namelijk één van volgende voorstellen; “De Laag – Laagweg – Laagstraat – Laag”.

 

Volgende straatnaam wordt voorgesteld:

Voorstel: Houtroverssteeg

oDe inwoners van de Berlaarse gehuchten Hooikt en Hazendonk waaruit Koningshooikt is opgebouwd, werden traditioneel Houtrovers genoemd.

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

4 onthoudingen: Koen Breugelmans, Stijn Coenen, Evi Van Camp en Stéphanie Van Campenhout

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de benaming Houtroverssteeg voor de nieuwe straat, zijstraat van de Eikenboslaan tegenover de parking De Laag, principieel toe te kennen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

AANKOOP PERCEEL BOEKWEITLAAN NR B 498 D 8. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Collegebeslissing dd 12 oktober 2015: Het college beslist principieel akkoord te gaan met het perceel lot B 498 D 8 aan de Boekweitlaan te Koningshooikt te laten schatten en aan te kopen tegen schattingsprijs. Notaris Verreth wordt aangesteld om de belangen van de stad te behartigen.

 

Collegebeslissing dd 9 januari 2017: Het college beslist om het perceel niet aan te kopen.

 

Feiten en context

Mevrouw Marine Van Leemputte is eigenaar van een perceel grond gelegen aan de Boekweitlaan dat ten kadaster gekend is als Lier 4e afdeling sectie B nr 498 D8. Zij contacteerde de stad Lier met de vraag of er interesse is om dit perceel aan te kopen. De stad gebruikte dit perceel vroeger voor de aanleg van een speeltuin - deze werd echter weer afgebroken.

 

Beëdigd landmeter Petitjean waardeerde het perceel op 22.400 euro. Deze waarde is onder andere gebaseerd op het negatief stedenbouwkundig attest voor het bouwen van een woning op 11/02/2019: "Het betreft hier de ontwikkeling van een woonuitbreidingsgebied uit het verleden. Woonuitbreidingsgebieden konden en kunnen slechts aangesneden worden voor groepswoningbouw ofwel privaat ingeval van een goedgekeurde globale visie door de overheid voor het ganse woonuitbreidingsgebied. Voor het desbetreffende woonuitbreidingsgebied is door de stad een globale visie opgemaakt waarop een centraal plein is ingetekend.

Het perceel waarvan sprake maakt deel uit van dit centrale plein en is als dusdanig ook ingetekend in de verschillende deelverkavelingen van dezelfde ontwikkelaar NV Molenveld/NV Pro Domo De verschillende verkavelingen 064/205, goedgekeurd op 25 augustus 1977 en 064/204, goedgekeurd op 2 augustus 1978, voorzien het centraal plein op dezelfde manier in hun plannen en voegen bovendien een globaal overzichtsplan bij in hun aanvraag waaruit de ordening van het ganse gebied blijkt."

 

Argumentatie

Bij de aankoop van een onroerend goed is het lokaal bestuur beperkt tot prijs van het schattingsverslag, in dit geval bedraagt de geschatte waarde 22.400 euro. Een lokaal bestuur kan dus niet meer bieden dan de geschatte waarde. De eigenaar van het perceel gaat akkoord met de geboden prijs van 22.400 euro.

Bovendien is de stad Lier reeds eigenaar van twee aanpalende percelen, zijnde nr 497 P en nr 497 Z 5, waardoor de verwerving van het perceel nr 498 D 8 een meerwaarde heeft.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

1/3/KAP/4/8

Aankoop/verkoop patrimonium

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes, Bart Verhoeven, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Geert Marrin, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

4 onthoudingen: Koen Breugelmans, Stijn Coenen, Evi Van Camp en Stéphanie Van Campenhout

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het perceel gelegen te Boekweitlaan, 2500 Lier, dat per kadaster gekend is als Lier 4e afdeling, sectie B nr 498 D 8 aan te kopen. De aankoop gebeurt onderhands tegen de prijs van het schattingsverslag, zijnde 22.400 euro, op voorwaarde dat het onroerend goed vrij is van gebruik of pacht/huur.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om notaris Van den Brande aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de notariële akte. De gemeenteraad beslist om burgemeester Frank Bogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij hindernis diens afgevaargdigde Ilse Anné of Kyrina Van Goubergen) te machtigen om de authentieke akte en bijhorende documenten te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

HOGE VELDEN: INNAME 6 EN 13 MINNELIJKE VERKOOP. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het project Hoge Velden heeft tot doel de grond gelegen te hoek Aarschotsesteenweg, RING te ontwikkelen tot hoog dynamische recreatie.

 

De gemeenteraad van Lier heeft op 24 april 2017 voorlopig en op 26 juni 2017 definitief beslist om, met oog op de realisatie van het RUP "Hoogdynamische recreatie Hoge Velden - Posthoorn" over te gaan tot de verwerving bij wijze van onteigening voor het algemeen nut van de onroerende goederen, gelegen te Lier, met een totale in te nemen oppervlakte en kadastraal bekend zoals aangeduid op het bijgevoegde onteigeningsplan met innemingstabel.

 

Op 3 mei 2017, 29 oktober 2018 en 12 december 2018 vroeg de stad Lier een onteigeningsmachtiging aan voor de op het bijgevoegde onteigeningsplan aangeduide inneming.

 

Op 22 januari 2019 heeft de Vlaamse minister van binnenlands bestuur, inburgering, wonen, gelijke kansen en armoedebestrijding de onteigeningsmachtiging goedgekeurd.

 

De onteigeningsmachtiging diende correct bekend gemaakt te worden. Dit enerzijds door een publicatie in het Belgisch Staatsblad en anderzijds door een individuele kennisgeving ervan aan de verschillende eigenaars. Bij dit laatste dient naast het ministerieel besluit ook het onteigeningsplan, het definitieve gemeenteraadsbesluit en de bekomen adviezen gevoegd te worden met vermelding van de beroepsmogelijkheid en - termijn bij de Raad van State. Idealiter wordt aan deze individuele kennisgeving ook een laatste bod verbonden.

 

Met deze machtiging kan de administratieve onteigeningsprocedure afgerond worden en bestaat de mogelijkheid om de gerechtelijke onteigeningsprocedure aan te vatten (na 4 weken dat we het laatste bod hebben gedaan aan de betrokken eigenaars) bij het Vredegerecht. Zodra de machtiging verkregen is, kan de overheid de gronden reeds in bezit nemen, de prijsbepaling kan dan verder beoordeeld worden door de vrederechter.

 

Het college besliste op 4 februari 2019 om de administratieve onteigeningsprocedure af te ronden en alle betrokken eigenaars in kennis te stellen van het ministerieel besluit d.d. 22 januari 2019 en een laatste bod over te maken aan de betrokken eigenaars. Daarnaast besliste het college om de gerechtelijke procedure in te zetten bij de vrederechter 4 weken nadat het laatste bod werd overgemaakt aan de betrokken eigenaars.

 

Feiten en context

Het agentschap Wegen en Verkeer (AWV) is eigenaar van de percelen ten kadaster gekend als Lier 3e Afd., sectie D, nr. 62/c en Lier 2e Afd., sectie C, nrs. 470/A2 en 470/Z.

 

De stad deed een finaal bod aan AWV van 28.750 euro om de percelen minnelijk te verwerven. Dit bod bestaat uit de schattingsprijs van 25.000 euro en een wederbeleggingsvergoeding van 15%, zijnde 3.750 euro. Per mail bevestigde AWV in principe akkoord te gaan met de minnelijke verkoop van de drie percelen, maar niet voor de prijs die werd geboden. Vervolgens werd de afdeling Vastgoedtransacties Antwerpen aangesteld door AWV om het dossier verder af te handelen en de akte op te maken. De afdeling Vastgoedtransacties vraagt of de stad akkoord gaat met een verkoopprijs van 34.000 euro (zie schrijven in bijlage). Dit bedrag bestaat uit:

        geschatte waarde perceel 62C: 32.568 euro;

        geschatte waarde percelen 470Z en 470A2: 273 euro:

        wederbeleggingsvergoeding van 3%: 985,23 euro

        wachtinteresten van 0,5 %: 164,21 euro

eindtotaal: 33.990,44 - dit wordt afgerond op 34.000 euro.

 

Bijgevolg is er een verschil van 5.250 euro tussen de prijs die stad Lier biedt en de prijs die AWV vraagt.

 

Argumentatie

Daar de percelen noodzakelijk zijn het kader van de ontwikkeling van de Hoge Velden, overweegt de gemeenteraad om akkoord te gaan met de gevraagde verkoopprijs van 34.000 euro.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/08/SAP/02/02

Aanleg Kunstgras-, Voetbalvelden en Finse Piste Hoge Velden

 

Het budget voor onteigeningen Hoge Velden was voorzien in 2019 en zal via de aanpassing van het MJP worden overgedragen naar het budget 2020.

Indien de betaling dient te gebeuren voor de aanpassing van het MJP in 2019, kan budget tussentijds verschoven worden van de investeringsreserve.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de percelen ten kadaster gekend als Lier 3e Afd., sectie D, nr. 62/c en Lier 2e Afd., sectie C, nrs. 470/A2 en 470/Z aan te kopen voor 34.000 euro, conform het aanbod van de dienst Vastgoedtransacties Antwerpen. De gemeenteraad machtigt burgemeester Frank Boogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens om de akte te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

GRATIS GRONDAFSTAND SINT-ANNASTRAAT 43, SLUISLAAN 19 EN SPAANDERVELD 30: ONTWERP VAN AKTE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

•College van burgemeester en schepenen 11/03/2013: Het college beslist dat de stedenbouwkundige vergunning wordt afgeleverd op naam van Ceuppens-Retrabouw BVBA. 2012/2060, voor bouwen van 16 appartementen met ondergrondse parking, Sint-Annastraat 43 - Sluislaan ZN, (afd.3) sectie F nr. 86 E4, sectie F nr. 86 G4 mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

◦Het bijgevoegd advies van het Centrum voor Toegankelijkheid van de provincie Antwerpen (12.1896.2) van 25/01/2013 strikt na te leven.

◦de buffervoorziening voor opvang van regenwater dient ongeacht het seizoen steeds een effectieve buffercapaciteit van 340m³/ha verharde oppervlakte te bezitten. Dit kan door middel van regenwaterputten, ondergrondse of bovengrondse buffervoorzieningen en/of wadi's.

◦de oppervlakte van de steenslag- en klinkerverharding dient aanzien te worden als niet-waterdoorlatende verharding en integraal in de berekening van de verharde oppervlakte te worden meegerekend;

◦het opgevangen hemelwater dient maximaal hergebruikt te worden voor laagwaardige toepassingen zoals o.a. toiletspoeling, spoel- en kuiswater

◦het is niet toegelaten een drainering rond de ondergrondse parkeergarage te voorzien

◦de bouwheer neemt contact op met Eandis

◦de brandvoorzorgsmaatregelen van 11/02/2013 met ref 2012107-002/LMO moeten strikt worden nageleefd.

◦Parkeerplaats 3 wordt weggenomen om de inrit te verlengen

◦De septische put en de regenwaterputten dienen op privé terrein te worden geplaatst

◦De toegangsweg naar de ondergrondse parking dient uitgerust te worden als openbare weg. Deze werken, inclusief studie, onderzoeken, veiligheidscoördinatie, nutsleidingen....worden door de stad uitgevoerd op kosten van de aanvrager.

◦De gronden welke binnen de rooilijn vallen moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan.

◦De wegenis- en rioleringsaanleg zal gebeuren door de stad. Deze werken inclusief studie, onderzoeken en veiligheidscoördinatie worden geraamd op 70.000 euro

◦De uitbreiding van nutsvoorzieningen zal gebeuren door de nutsmaatschappijen eveneens op kosten van de verkavelaar.

◦De stedenbouwkundige vergunning wordt pas uitvoerbaar nadat de nodige financiële waarborg hiervoor is gestort in handen van de financieel beheerder of in zijn voordeel op onherroepelijke wijze verleend door een bankinstelling voor de uitvoering van de infrastructuurwerken.

◦Indien de voorgelegde stedenbouwkundige aanvraag een exploitatie voorziet waarvoor een milieuvergunning noodzakelijk is, of die onderworpen is aan de meldingsplicht dan wordt volgens artikel 4.5.1 §2 van de Vlaamse Codex de stedenbouwkundige vergunning geschorst zolang de milieuvergunning niet is verleend of de melding niet is gebeurd. Indien de milieuvergunning definitief geweigerd wordt dan vervalt de stedenbouwkundige vergunning van rechtswege.

◦De stedenbouwkundige vergunning wordt verleend onder voorbehoud van de betrokken burgerlijke rechten. Het verlenen van deze vergunning houdt derhalve geen enkele beslissing in omtrent het bestaan en de draagwijdte van deze rechten. Krachtens artikel 144 van de Grondwet behoren geschillen over burgerlijke rechten, zoals erfdienstbaarheden, tot de uitsluitende bevoegdheid van de burgerlijke rechtbanken.

 

Beslissing gemeenteraad dd 24 september 2018: gratis grondafstand aan Sint-Annastraat 43, Sluislaan 19 en Spaanderveld 30 door mede-eigenaars; Ontwerp van akte.

 

Feiten en context

Reeds per beslissing  van de gemeenteraad dd. 24 september 2018 werd de ontwerpakte inzake de grondafstand goedgekeurd. Echter, de syndicus werd pas op de algemene vergadering van juli 2019 gemachtigd om in naam van alle mede-eigenaars de akte te ondertekenen. Door de verloop van deze periode zijn de gevolmachtigden die bevoegd zijn om de akte te tekenen, niet meer actueel.  Daarom dient artikel 2 van de gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2019 gewijzigd te worden.

 

Argumentatie

De gemeenteraad overweegt om kennis te nemen van de ontwerpakte in bijlage.

 

De gemeenteraad overweegt om eerste schepen mevrouw Marleen Vanderpoorten en algemeen directeur Katleen Janssens te machtigen om de akte te ondertekenen.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt de ontwerpakte die als bijlage wordt toegevoegd, goed.

 

De gemeenteraad beslist om om artikel 2 van de beslissing van de gemeenteraad dd. 24 september 2018 dat luidt "De gemeenteraad machtigt eerste schepen Walter Grootaers en algemeen directeur Katleen Janssens, en bij verhindering van de algemeen directeur Ethel Van den Wijngaert of Kim De Lauw, voor de ondertekening van de akte en bijhorende stukken." te wijzigen in "De gemeenteraad machtigt eerste schepen Marleen Vanderpoorten en algemeen directeur Katleen Janssens voor de ondertekening van de akte en bijhorende stukken."

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

GRATIS GRONDAFSTAND BOSSTRAAT. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 23 september 2019 heeft de gemeenteraad beslist om de rooilijn vast te stellen bij de aanvraag tot omgevingsvergunning ingediend door Gauthier Lambrecht namens Weyne-Projects BVBA inzake slopen van eengezinswoningen, schuren en bunkers.  het rooien van bomen, vaststellen van rooilijnen en overdragen van grond, bouwen van 3 appartementsgebouwen (met 4 units voor diensten), 10 ééngezinswoningen, en een gezamenlijke ondergrondse parking, aanleggen van wegenis en een park, gelegen Bosstraat 107 en 111, 2500 Lier, volgens het plan met titel ‘rooilijnplan’ dd 29 jan 2019 ingevoerd in het omgevingsloket op 19/2/2019 als BA_ROOILIJNPLAN_I_N_01_ROOILIJNPLAN.pdf, opgemaakt door landmeter Van Eester, met zijn dossiernummer RVE OP 2017 06 153, met grondafstanden van 4914,8m², 1672,21m² en 2802,57m² , mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden :

        De werken moeten worden uitgevoerd volgens de vooraf gemaakte samenwerkingsovereenkomst goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 juni 2017, en bijakte nr 1 van 25 februari 2018. Zie toegevoegde bijlages

        De wegenis moet aan de noordkant tot helemaal tegen de perceelsgrens liggen.

        Een juridisch sluitende overeenkomst met de stad (patrimonium) moet worden gemaakt betreffende het afstand van het recht van natrekking (overdracht van publiek domein met ondergronds private kelder).

 

Er werd een omgevingsvergunning toegekend onder ref. 2019/43/OMV_2018153007.

 

In zitting van 19 augustus 2019 heeft het college beslist de kosten verbonden aan zulke overdrachten te verdelen tussen partijen.

 

Feiten en context

Er werd een belofte van gratis grondafstand ondertekend door Nv Condius op 7 februari 2019 voor de in geel aangeduide percelen op bijgevoegd plan, met als bestemming openbare wegenis of openbaar domein.  Om de gratis grondafstand uit te voeren dient er nog een notariële akte opgemaakt te worden. Naast de gratis grondafstand dient de akte ook een bepaling te bevatten over het feit dat de stad Lier afstand doet van het recht van natrekking betreffende een private kelder die ligt onder twee fietspaden die gelegen zijn in het openbaar domein.

 

Er dient een notaris aangesteld te worden voor de opmaak van de ontwerpakte.

 

Adviezen

De dienst vastgoed adviseert positief.

 

Argumentatie

Volgens de vastgestelde rooilijn, de verleende omgevingsvergunning en de belofte van gratis grondafstand dient er een strook grond overgedragen te worden. Bovendien dient de stad Lier afstand te doen van het recht van natrekking betreffende een private kelder die ligt onder twee fietspaden die gelegen zijn in het openbaar domein.

 

De gemeenteraad overweegt om notaris Van den Brande te Lier aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de gratis grondafstand aan de Bosstraat die nog uitgevoerd moet worden, conform het plan in bijlage. De gemeenteraad neemt kennis van het feit dat de stad Lier afstand moet doen van het recht van natrekking betreffende een private kelder die ligt onder twee fietspaden die gelegen zijn in het openbaar domein.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om notaris Van den Brande te Lier aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte. De gemeenteraad beslist dat alle kosten die verbonden zijn aan deze akte verdeeld dienen te worden tussen de partijen.

 

Art 3 :

De gemeenteraad machtigt burgemeester Frank Bogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij haar afwezigheid haar afgevaardigden Ilse Anné of Kyrina Van Goubergen) om de notariële akte en alle bijhorende documenten te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

GRATIS GRONDAFSTAND PLASLAAR. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het schepencollege heeft een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd onder referte 2019/315/OMV_2019104422 voor het bouwen van een magazijn/werkplaats, showroom en kantoren.

 

Feiten en context

Het goed waarop de omgevingsvergunning betrekking heeft, is getroffen door de rooilijn van de Plaslaar, goedgekeurd bij M.B. / K.B. van 3/4/1970 vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 11/2/1969. Deze ligt op 6m uit de wegas.

 

Ten gevolge van de voorwaarden opgelegd door de omgevingsvergunning dient de grondeigenaar bij eerste verzoek de grond voor de rooilijn gratis af te staan aan de stad.

 

Om de grondafstand uit te kunnen uitvoeren dient er nog een notariële akte opgemaakt te worden.

 

Adviezen

De dienst vastgoed adviseert positief.

 

Argumentatie

Conform de omgevingsvergunning met referte 2019/315/OMV_2019104422 dient de grondeigenaar bij eerste verzoek de grond voor de rooilijn gratis af te staan aan de stad. Om de gratis grond afstand uit te kunnen voeren dient er nog een notaris aangesteld te worden die de akte opmaakt en verlijdt. De gemeenteraad overweegt om hiervoor notaris Van den Brande aan te stellen.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de gratis grondafstand aan de Plaslaar die nog uitgevoerd moet worden, conform het plan en de omgevingsvergunning in bijlage.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om notaris Van den Brande te Lier aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte. De gemeenteraad beslist dat alle kosten die verbonden zijn aan deze akte verdeeld dienen te worden tussen de partijen.

 

Art 3:

De gemeenteraad machtigt burgemeester Frank Bogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij haar afwezigheid haar afgevaardigden Ilse Anné of Kyrina Van Goubergen) om de notariële akte en alle bijhorende documenten te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

GRATIS GRONDAFSTAND DE SCHOM. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het schepencollege heeft een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd onder referte 2017/333 voor het bouwen van 26 appartementen en wegenisaanleg. De omgevingsvergunning heeft betrekking op een terrein met als adres De Schom zn en Donck en met als kadastrale omschrijving afd. 3 sectie F 336 B4.

 

De rooilijn wordt doorgetrokken voor de wegenis, volgens het rooilijnplan met titel rooilijnplan dd 18/05/2017 opgemaakt door architectenbureau Louis Caron metplannr BA_617 ALGEMEEN_I_N_105_Roolijnenplan met een gratis grondafstand van 807m². Een belofte van gratis grondafstand werd ook ondertekend. De rooilijn werd reeds vastgesteld met gratis grondafstand en de zaak der wegen werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 23 oktober 2017.

 

De gronden welke binnen de rooilijn vallen vastgesteld door GR, op datum van 23 oktober 2017 moeten gratis, vrij en onbelast aan de stad worden afgestaan en dit op eigen initiatief.

 

Feiten en context

Conform de last die wordt opgelegd in de omgevingsvergunning met referte 2017/333 dient de aanvrager de gronden welke binnen de rooilijn vallen vastgesteld door de gemeenteraad op datum van 23 oktober 2017 gratis, vrij en onbelast af te staan aan de stad.

 

Om de grondafstand uit te kunnen uitvoeren dient er nog een notariële akte opgemaakt te worden.

 

Adviezen

De dienst vastgoed adviseert positief.

 

Argumentatie

Conform de omgevingsvergunning met referte 2017/333 dient de aanvrager bij eerste verzoek de grond voor de rooilijn gratis af te staan aan de stad. Om de gratis grond afstand uit te kunnen voeren dient er nog een notaris aangesteld te worden die de akte opmaakt en verlijdt. De gemeenteraad overweegt om hiervoor notaris Van den Brande aan te stellen.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de gratis grondafstand aan de Schom die nog uitgevoerd moet worden, conform het plan en de omgevingsvergunning in bijlage.

 

Art 2 :

De gemeenteraad  beslist om notaris Van den Brande te Lier aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte. De gemeenteraad beslist dat alle kosten die verbonden zijn aan deze akte verdeeld dienen te worden tussen de partijen.

 

Art 3:

De gemeenteraad machtigt burgemeester Frank Bogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij haar afwezigheid haar afgevaardigden Ilse Anné of Kyrina Van Goubergen) om de notariële akte en alle bijhorende documenten te ondertekenen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

FLUVIUS 2.0 - JAARACTIEPLAN 2020. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het college heeft in zitting van 23 januari 2017 goedkeuring gehecht aan het masterplan openbare verlichting.

 

De gemeenteraad heeft in zitting van 13 december 2019 goedkeuring gehecht aan het voorstel Fluvius 2.0.

 

Feiten en context

De openbare verlichting op grondgebied Lier wordt versneld vervangen door LED-verlichting in het kader van het goedgekeurde voorstel van Fluvius 2.0.

Fluvius maakt in overleg met de gemeente een meerjareninvesteringsplan op dat gebaseerd is op en uitvoering geeft aan het door de gemeente opgemaakt gemeentelijk lichtplan (masterplan openbare verlichting). Het overeengekomen meerjareninvesteringsplan wordt minstens elk jaar verfijnd en omgezet in een concreet overeengekomen jaaractieplan. Het jaaractieplan prioriteert de voorziene investeringen. Het jaaractieplan omvat de lijst van alle in dat jaar uit te voeren werken aan de installaties openbare verlichting en de overeengekomen projecten m.b.t. esthetische keuzes voor de installaties openbare verlichting. Het jaaractieplan bevat een budgetinschatting, deze is bekend en werd besproken voorafgaand aan het tot stand komen van de overeenkomst Fluvius 2.0 dd. 16/12/2019.

De gemeente krijgt periodiek een rapportering over de stand van zaken van het jaaractieplan in de trimestriële overlegmomenten tussen het technisch bureau en de nutsmaatschappijen.

 

Fluvius begroot elke drie jaar:

(1) de investeringskost gekoppeld aan het meerjareninvesteringsplan en

(2) de exploitatiekost openbare verlichting, voor de komende drie jaar en bepaalt op basis van die begroting een jaarlijks geïndividualiseerd forfait voor de gemeente. Deze forfait wordt door de raad van bestuur van Fluvius formeel goedgekeurd. Fluvius zal het forfait jaarlijks verrekenen via het resultaat elektriciteit. Na elke driejarige periode wordt het forfait indien nodig aangepast in functie van de in de afgelopen drie jaar in rekening gebrachte kosten.

 

Het voorstel tot jaaractieplan van Fluvius voor kalenderjaar 2020 kwam tot stand in samenspraak met het technisch bureau. Prioriteiten werden gesteld in functie van de planning van de aan te leggen nieuwe straten uit de meerjarenplanning en de ouderdom van bestaande verlichting. Ook de geografische spreiding over het grondgebied van de vernieuwing speelde mee.

 

In totaal worden in 2020 429 armaturen vervangen binnen het kader van de Fluvius 2.0 overeenkomst. De overzichtslijst van de straten die in 2020 zullen verled worden binnen deze overeenkomst bevindt zich in bijlage. Het technisch bureau vraagt de jaarlijkse goedkeuring van het college voor de uitvoering van dit jaaractieplan voor 2020.

 

Het goedgekeurde masterplan openbare verlichting wordt hierbij gehanteerd als leidraad. Zo werden oa. de lichtkleur, de brandregimes en de locaties van de OV palen en armaturen vastgelegd per type straat. Dit masterplan werd reeds goedgekeurd door het CBS van 23 januari 2017.

 

In de overeenkomst Fluvius 2.0 werd een 1 op 1 vervanging voorzien bij het vervangen door LED verlichting. Initieel werd hieronder de vervanging van een oud armatuur door een nieuw armatuur begrepen bij de interpretatie van de overeenkomst door de administratieve diensten. De eerste praktijkervaringen hierover, en dit werd schriftelijk bevestigd door Fluvius, is dat de 1 op 1 vervanging te begrijpen is als een vervanging van de lichtopbrengst van de openbare verlichting op straatniveau.

De lichtopbrengst wordt uitgedrukt in lumen. Bij eenzelfde vermogen (uitgedrukt in Watt) is de lichtopbrengst van een LED lamp hoger. Bij een LED lamp is de aangestraalde oppervlakte wel kleiner door zijn smallere lichtbundel. Dit resulteert dikwijls op straatniveau in meer armaturen maar met een totaal kleiner verbruik dan in de oude toestand. Lokaal kan dit resulteren in een hoger verbruik indien de prestatie-eis in het masterplan hoger is dan de huidige verlichting.

 

Argumentatie

Het jaaractieplan 2020 betreffende de overeenkomst met Fluvius 2.0 dient ter goedkeuring voorgelegd te worden aan de gemeenteraad.

 

Financiële weerslag

De financiële afweging om in te stappen in Fluvius 2.0 zit in deze overeenkomst vervat.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad hecht goedkeuring aan het jaaractieplan 2020 betreffende de overeenkomst Fluvius 2.0.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

VERNIEUWING KADEROVEREENKOMST FLUVIUS. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 28 juni 2010 keurde de gemeenteraad de kaderovereenkomst 'energiediensten' voor lokale besturen goed.

 

In zitting van 24 juni 2019 keurde de gemeenteraad het addendum van de kaderovereenkomst goed.

 

Feiten en context

Fluvius Antwerpen biedt haar vennoot energiediensten aan  binnen haar statutair en regelgevend kader.

In het verleden heeft de stad reeds een kaderovereenkomst afgesloten met Eandis. Omwille van de fusie tussen Eandis en Infrax biedt Fluvius nu een nieuw kaderovereenkomst aan vanaf 1/1/2020, welke de oude kaderovereenkomst vervangt.

 

De energiediensten zijn conform en gebaseerd op het Besluit van de Vlaamse Regering van 2/3/2007 inzake de openbaredienstverplichtingen ter bevordering van het rationeel energieverbruik (art. 10). Dit gebeurt op basis van een beheersoverdracht. De initiële aanbestedende overheid die hierop een beroep doet, is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren (art. 3, § 2 Wet van 24/12/1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten).

 

Voor deze energiediensten wordt gehandeld binnen het kader van de wetgeving overheidsopdrachten, terwijl voor de aanbestedingen die Fluvius Antwerpen in dit kader zelf zal organiseren ook deze wetgeving wordt toegepast. De aangeboden energiediensten beantwoorden dus juridisch en statutair aan het toepasselijk regelgevend kader.

 

De ondertekening van een kaderovereenkomst verplicht de stad Lier tot geen enkel exclusief engagement met Fluvius. Indien de stad in de toekomst een deelovereenkomst wenst aan te gaan met Fluvius is een getekende kaderovereenkomst wel een vereiste.

 

In deze nieuwe kaderovereenkomst wordt ook de datatoegang met betrekking tot data van digitale meters voor de energiemanagementsoftware (huidig E-lyse) geregeld. De ondertekening van deze kaderovereenkomst is dus eveneens vereist om de energiemanagementsoftware met data (verder) te gebruiken.

 

Kaderovereenkomst

Fluvius Duurzame gebouwen

 

Tussen

Stadsbestuur van Lier

Paradeplein 2/1

2500 Lier

vertegenwoordigd door mevrouw Katleen Janssens, algemeen directeur en de heer Frank Boogaerts, burgemeester.

Hierna genoemd “het Lokaal Bestuur”

 

en

 

Fluvius Antwerpen, opdrachthoudende vereniging/coöperatieve intercommunale vereniging, Antwerpsesteenweg 260 te 2660 Antwerpen-Hoboken met ondernemingsnummer 0.212.704.370

 

vertegenwoordig door

Tom Ceuppens

Directeur Klantendienst

hierna genoemd ‘de DNB”.

 

De DNB treedt op via Fluvius System Operator cvba (Brusselsesteenweg 199, B-9090 Melle, WWW.fluvius.be, tel. : 078 35 35 34, BTW BE 0477.445.084, RPR Gent, afdeling Gent), optredend in naam en voor rekening van de DNB.

 

Wordt overeengekomen als volgt :

 

Artikel 1 – Voorwerp

Ieder Lokaal Bestuur kan een verzoek richten aan de DNB om een aanbod te formuleren voor ondersteuning bij de planning en/of implementatie van het lokale energiebeleid.

De DNB creëert op zelfstandige wijze een aanbod inzake het organiseren van ondersteuningsactiviteiten gericht op energiebesparingen en van de daartoe dienende investering op niveau van (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie (hierna “energiediensten” genoemd) ten behoeve van het Lokaal Bestuur in haar streven naar een optimale energiebeheersing in haar patrimonium.

Wanneer het Lokaal Bestuur dit aanbod aanvaardt, realiseert zij een beheeroverdracht aan de DNB voor dit aanbod en dit volgens de toepasselijke statutaire bepalingen van de DNB. De bepalingen van deze overeenkomst vormen het kader waarbinnen deze beheeroverdracht door de DNB wordt uitgevoerd.

Om de energiediensten te organiseren zal de DNB de hiervoor noodzakelijke overheidsopdrachten uitschrijven, gunnen en toewijzen aan (een) kandida(a)t(en),  hierna opdrachtnemer(s) genoemd, en toezien op de uitvoering van deze energiediensten door de opdrachtnemer(s), dit alles binnen de grenzen van de hierna beschreven modaliteiten.

Ingeval het geformuleerde aanbod niet aansluit bij de verwachtingen van het Lokaal Bestuur, volstaat het dat deze het aanbod niet aanvaardt opdat deze de realisatie van het project autonoom kan afhandelen.

Deze kaderovereenkomst heeft als referentienummer LIER-G-RC-20-20-001 en werd opgemaakt op 6/02/2020.

 

Artikel 2 – Werkwijze

Het aanbod van de DNB is gericht op het opzetten van een energiezorgsysteem, wat omvat :

- Het ter beschikking stellen van een energiemanagementsoftware met bijhorende exploitatie

° Het patrimonium van het Lokaal Bestuur zal hierin worden aangemaakt waarbij het energieverbruik ervan zal worden opgevolgd. De DNB importeert de (meter)data

waarover zij reeds zelf beschikt in de software. De DNB kan een aanbod formuleren

voor bijkomende submetering en specifieke datalogging. De DNB beheert de data en

rapporteert hierover aan het Lokaal Bestuur. Deze kaderovereenkomst geldt ook als

datacontract, dat het gebruik regelt van de meetgegevens.

 

-Het formuleren van energie-advies

         ° Op eenvoudig verzoek van het Lokaal Bestuur maakt de DNB een projectvoorstel

           (gebouw) of energiezorgplan (volledig patrimonium) op. Het resultaat van dit

           projectvoorstel omvat een raming van de vooropgestelde investering en de

           verwachte impact op de energiekosten.

Het aanbod van de DNB kan verder bestaan uit het volgende :

-loutere consultancy-dienstverlening

-het ontwerpen, aankopen en coördineren van een individuele of globale investering of projectaanpak

-financiering

-onderhoud

Op basis van het energie-advies kan het Lokaal Bestuur beslissen om op één of meerdere van deze werkwijze uit het aanbod in te gaan.

Afhankelijk van het soort werkwijze, zal een afzonderlijke studie-, project- en/of onderhoudsovereenkomst (hierna in het algemeen ‘specifieke overeenkomsten’ genoemd) worden gesloten tussen de DNB en het Lokaal Bestuur, welke telkens kadert binnen deze overeenkomst. Deze specifieke overeenkomsten worden beheerst door de bepalingen van deze kaderovereenkomst, tenzij de specifieke overeenkomst hiervan uitdrukkelijk afwijkt.

Vóór het bepalen van het aanbod zal de DNB eerst nagaan wat de globale behoeften zijn van de lokale besturen en of er een voldoende aantal lokale besturen interesse vertoont. In bevestigend geval zal de DNB op de markt een opdracht uitschrijven voor het leveren van de energiediensten en dit in overeenstemming met de wet op de overheidsopdrachten (WOD). Dit zal telkens gebeuren op basis van een lastenboek dat door de DNB wordt opgesteld.


Artikel 3 – Duurtijd van de overeenkomst

Deze kaderovereenkomst treedt in werking na ondertekening van dit contract en geldt voor onbepaalde duur.

 

Artikel 4 – Verplichtingen van de DNB

De DNB voert haar verbintenissen uit als een goede huisvader en in overeenstemming met de bepalingen van deze kaderovereenkomst, de ter zake toepasselijke wettelijke voorschriften en de bepalingen hieromtrent in de specifieke overeenkomsten die in navolging van deze kaderovereenkomst worden gesloten.

 

De DNB is verantwoordelijk voor de nalevering van de wettelijke bepalingen (o.a. inzake veiligheid en gezondheid) betreffende de aspecten  van de uitvoering van een project, in de mate dat de naleving ervan inherent is aan de uitvoering van taken die in het takenpakket van de DNB zijn voorzien.  Het Lokaal Bestuur blijft als enige verantwoordelijk voor de naleving van de wettelijke bepalingen (o.a. inzake  veiligheid en gezondheid) betreffende die aspecten van de uitvoering van een project op de locatie, waarvan de naleving niet inherent is aan de uitvoering van de taken die in het takenpakket van de DNB of de opdrachtnemer zijn voorzien. Zo draagt de DNB o.m. geen verantwoordelijkheid voor de verwijdering of bestrijding  van gevaar voor de gezondheid, voor de veiligheid of voor enige andere overtreding voortvloeiende uit de activiteiten van het Lokaal Bestuur op de locatie of enige andere werkzaamheden die door personen welke geen personeelsleden van de DNB, of Fluvius zijn, worden uitgevoerd, inclusief het Lokaal Bestuur zelf, diens aannemers of onderaannemers aangesteld buiten het kader van deze projectovereenkomst, diens huurders of bezoekers.

De verplichtingen van de DNB, afhankelijk van de kenmerken van de specifieke overeenkomst, kunnen onder meer bestaan uit een of meer van volgende taken :

In de fase van onder meer het ontwerp en opmaak van het bestek

- het uitwerken van een bijzonder lastenboek, omvattende onder meer een precisering van de te gebruiken

  materialen , de uitvoeringswijze en alle voorwaarden inzake uitvoering, controle, proeven, e.d.m.,

- het vervolledigen van de definitieve tekeningen tot bestektekeningen die voldoende informatie en gegevens

  omvatten voor de prijsvorming door de betreffende (onder)aannemers (opdrachtnemers) en die ten aanzien van

  deze laatsten kunnen worden gehanteerd als contractueel document cq.  aannemingsdocument ;

- het uitwerken van een nauwkeurige en gedetailleerde werkomschrijving van de te realiseren elementen, die

  kunnen worden gehanteerd als contractueel document cq. aannemingsdocument.

- het beogen van een optimaal evenwicht tussen de economische kost, de duurzaamheid en het energetische

  aspect van het project binnen het gevraagde comfortniveau.

 

In de fase van de overheidsopdracht

- het voorbereiden van de overheidsopdracht, met inbegrip van het opmaken van de opdrachtdocumenten ;

- het selecteren van de (onder)aannemers die zullen worden uitgenodigd om op de overheidsopdracht in te

  schrijven ;

- verzending van de opdrachtdocumenten aan de geselecteerde (onder)aannemers ;

- het onderzoeken van de uitgebrachte offertes inzake hun compatibiliteit met de opdrachtdocumenten en het

   gunnen van de opdracht aan de opdrachtnemer; (het lokaal bestuur wordt hierover geïnformeerd)

- het voeren van besprekingen met de betrokken (onder)aannemers omtrent de prijsvorming ;

- het voorbereiden van de ontwerpovereenkomst en de contractuele documenten cq. aannemingsdocumenten;

- de eindcontrole op de definitieve prijs en de bijhorende stukken;

 

In de fase van uitvoering

- het uitwerken van alle vereisten uitvoeringsdocumenten die de (onder)aannemers moeten toelaten de hen

  opgedragen werken uit te voeren;

- het nazicht en de controle van de door de (onder)aannemers te leveren tekeningen, werkschema’s en

  berekeningen;

- de leiding over de uitvoering van de desbetreffende werken, desgevallend in samenspraak met de architect en

  de werfleiding;

- de keuze van bouwstoffen en fabrikanten;

- het geven van instructies inzake de verwerking en de montage van de verschillende structuurelementen;

- het houden van het toezicht op de uitvoering van de werken, in het bijzonder inzake de compatibiliteit van de uitvoeringen met het bestek;

- het beoordelen van meer en minder werk en het verwerken van wijzigingen aan de studies, tekeningen en beschrijvingen ingevolge programmawijzigingen en –aanvullingen. Indien er meerwerken nodig zijn als de DNB het Lokaal Bestuur informeren en consulteren.

- het uitvoeren van de nodige administratie;

- het onderzoeken van de verslagen over de proeven en testen van materiaal en materieel, met interpretatie van en opmerkingen op de bekomen resultaten;

- op het einde van de werken , nazicht van de tekeningen zoals uitgevoerd en van de voorschriften inzake onderhoud die de (onder)aannemers dienen te leveren ;

- het controleren van de eindafrekening ;

- het controleren van de revisietekeningen van de (onder)aannemers ;

- het verlenen van de voorlopige oplevering door : (i) het geheel van de uitvoering te controleren ;

   (ii) het programma van de proeven en testen te bepalen; (iii) de goede uitvoering van de proeven en testen te

   controleren en de resultaten ervan nazien ; (IV) een verslag van de voorlopige oplevering of weigering ervan

   aan het Lokaal Bestuur te bezorgen.

- het verlenen van de definitieve oplevering door : (i) voorafgaand aan de definitieve oplevering het geheel van

  de uitvoering te controleren; (ii) het verslag van de definitieve oplevering of weigering ervan aan het Lokaal

  Bestuur te bezorgen.

- de DNB (i) neemt deel aan studie-, werf- en andere vergaderingen, (ii) beslist tijdens deze vergaderingen onder

  meer over het respecteren van de budgettering, de uitvoeringstermijn, de conforme uitvoering en de inpassing

  van het installatieopzet in het ontwerp en (iii) ontwikkelt alle nodige initiatieven, overeenkomstig de regels van

  de  kunst en het goed vakmanschap, nodig voor een efficiënte uitvoering van deze verbintenissen.

 

Artikel 5 – Verplichtingen van het Lokaal Bestuur

Het Lokaal Bestuur verbindt er zich toe aan de DNB, en op diens eerste verzoek, alle noodzakelijke en/of nuttige inlichtingen te verschaffen voor de uitvoering van zijn verbintenissen.

 

Het Lokaal Bestuur verleent het mandaat aan de DNB om de verbruiks- en facturatiegegevens inzake elektriciteit, gas, warmte, stookolie en water voor het Patrimonium bij de leveranciers van het Lokaal Bestuur op te vragen. Desgevallend zal het Lokaal Bestuur, op eerste verzoek hiertoe van de DNB, een schriftelijke bevestiging van dit mandaat bezorgen aan de DNB opdat deze de hierboven vermelde gegevens en informatie rechtstreeks bij de betrokken leveranciers kan opvragen.

Het brandverslag dient ter beschikking gesteld te worden aan de DNB. Indien er geen brandverslag bestaat dient het Lokaal Bestuur hierover advies te vragen aan de lokale brandweer.

Het Lokaal Bestuur dient de asbestinventaris ter beschikking te stellen. Wanner er een vermoeden is van asbesthoudende materialen en dit is niet opgenomen in de asbestinventaris van het Lokaal Bestuur, wordt door het Lokaal bestuur het initiatief genomen inzake de controle hiervan door een staalname en labo-onderzoek.

 

Artikel 6 – prijs

De prijs voor de geleverde ondersteuningsactiviteiten wordt bepaald in de specifieke overeenkomsten en omvat – onverminderd andere bepalingen  hieromtrent in de specifieke overeenkomst :

- prijs aangerekend door de opdrachtnemer

- vergoeding DNB (administratieve kost voor de opmaak van lastenboeken, werfbezoeken, projectbeheer, …) : deze vergoeding wordt per project bepaald in de specifieke overeenkomst die in navolging hiervan wordt afgesloten.

- (facultatief) studie- en consultancykosten

- investeringskosten (indien niet opgenomen via de opdrachtnemer)

- licenties

- eventuele meerkost indien vereist omwille van aanwezigheid gevaarlijke stoffen (bv. verwijdering asbest, …).

 

De betaling gebeurt overeenkomstig artikel 11 van deze kaderovereenkomst.

 

Artikel 8 – aansprakelijkheid

De DNB is niet aansprakelijk voor eventuele insolvabiliteit of wanprestatie van de opdrachtnemer die in opdracht van de DNB betrokken is bij een project. In dit laatste geval verbindt de DNB er zich wel toe de nodige inspanningen te leveren om de contractuele aansprakelijkheidsverplichtingen tot schadeloosstelling die de opdrachtnemer t.a.v. het Lokaal Bestuur heeft, te doen nakomen ten behoeve van het Lokaal Bestuur. Hetzelfde geldt wat de verplichtingen van de opdrachtnemer inzake productaansprakelijkheid betreft. De DNB is gerechtigd, en wordt de nodige procuratie verleend op eenvoudig verzoek, om in naam en voor rekening van het Lokaal Bestuur, zelf de verdediging in rechte  en daarbuiten te voeren en eventuele schikkingen te regelen betreffende eventuele vorderingen tegen  de opdrachtnemer of andere derden.

Ingeval van buitencontractuele fout of nalatigheid van een opdrachtnemer die schade veroorzaakt aan het Lokaal Bestuur, zal het Lokaal Bestuur zijn rechten zelf rechtstreeks uitoefenen ten aanzien van de veroorzaker van de schade.

De DNB kan enkel aansprakelijk gesteld worden voor opzet en grove schuld.

De DNB is in geen enkel geval aansprakelijk op grond van onderhavig artikel of anderszins op grond van deze overeenkomst of specifieke overeenkomst voor bijzonder, immateriële, indirecte, incidentele, strafrechtelijke, morele of andere gevolgschade, waaronder mede begrepen commercieel verlies, verlies van gebruik of winst, ongeacht de oorzaak ervan, zelfs als de DNB of haar aangestelde op de hoogte gesteld zijn van de mogelijkheid van dergelijke schade. In ieder geval , behoudens ingeval van moedwillig wangedrag of grof verzuim, is de totale aansprakelijkheid van de DNB voor één en alle vorderingen, verliezen of onkosten voortvloeiend uit deze overeenkomst of specifieke overeenkomsten, ongeacht of ze gebaseerd zijn op contract, vrijwaring of elke andere vorm van aansprakelijkheid, beperkt tot het bedrag van de verzekeringspolis, of de totale vergoeding die bepaald is in deze of specifieke overeenkomsten indien deze minder is.

De DNB heeft geen uitstaans met het personeel en anderen aangestelde door het Lokaal Bestuur, en evenmin met enige andere derden, en kan derhalve niet gehouden zijn tot supervisie van hen of tot vergoeding van enige schade welke zij zouden veroorzaken.

Indien het lastenboek zoals vermeld in art. 4 bepaalde verbintenissen voor de opdrachtnemer uitsluit, dan zijn deze ook uitgesloten voor de DNB, tenzij anders bepaald in deze overeenkomst of de specifieke overeenkomsten.

 

Artikel 9 – overmacht

Er is sprake van overmacht als onvoorzienbare en onoverkomelijke omstandigheden zich voordoen die een van de beide partijen verhinderen geheel of gedeeltelijk aan haar verplichtingen te voldoen.

Worden met name als gevallen van overmacht beschouwd : arbeidsconflicten, brand, mobilisatie, oorlog, epidemie, opeisingen, opstand, beperking van het energieverbruik, faillissement van de opdrachtnemer en ander gevallen zoals vermeld in artikel 62 van het KB van 14 januari 2013 betreffende de uitvoering van de overheidsopdrachten, enz. op voorwaarden dat deze omstandigheden onafhankelijk zijn van de wil van de partijen.

Worden daarentegen met name niet als gevallen van overmacht beschouwd : het intrekken, wijzigen, niet verlengen van overheidsvergunningen, gerechtelijke verzegelingen of enige andere omstandigheid die te wijten is aan de onachtzaamheid of een fout van de erdoor getroffen partij.

Het geval van overmacht bevrijdt de DNB of het Lokaal Bestuur van de duur ervan van die verplichtingen waarvan de goede uitvoering wordt verhinderd, zonder dat de wederpartij enige schadevergoeding kan vorderen ten welke titel ook en voor welke schade dan ook. Voor alle duidelijkheid bepalen partijen hierbij expliciet dat het Lokaal Bestuur door een geval van overmacht niet zal bevrijd zijn van zijn verplichting tot het betalen van het bedrag dat betrekking heeft op werken, diensten of leveringen die zijn uitgevoerd voordat de situatie van overmacht zich heeft voorgedaan. 

Te dien einde, dient de partij die zich wenst te beroepen op een geval van overmacht de andere partij daarvan per een aangetekende brief en uiterlijk binnen de twee werkdagen na het zich voordoen van het geval van overmacht in kennis te stellen.

Ingeval de overmacht langer dan 1 maand duurt te rekenen vanaf de dag van het versturen van de in de vorige alinea bedoelde aangetekende brief heeft elke partij het recht deze kaderovereenkomst zonder schadevergoeding op te zeggen.

De opzegging wordt pas effectief nadat de andere partij en per aangetekende brief met ontvangstbewijs van in kennis gesteld werd en vanaf de dag volgend op de ontvangst ervan.

 

Artikel 10 – verzekering

De DNB bevestigt te beschikken over toereikende verzekeringspolissen (o.a. ABR en/of BA) voor de duur van deze kaderovereenkomst die haar aansprakelijkheid dekt voor lichamelijke, materiële en immateriële schade toegebracht aan het Lokaal Bestuur of de opdrachtnemer en derden ingevolge zijn doen of nalaten en dat van zijn personeel in uitvoering van deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten.

Het Lokaal Bestuur zorgt voor een afdoende brandverzekering voor de gebouwen die het voorwerp uitmaken van een specifieke overeenkomst.

 

Artikel 11 – Betaling

-indien de partijen een financieringsovereenkomst sluiten n.a.v. een studie-, project- en/of onderhoudsovereenkomst, komt de prijs van de specifieke overeenkomst ten laste van deze financiering. De DNB zal de financiering aanwenden ter voldoening van de facturen, na redelijke controle op hun gegrondheid en correctheid.

-Bij gebreke van financieringsovereenkomst, betaalt het Lokaal Bestuur de prijs in één keer, tenzij anders overeengekomen wordt :

- Facturen zijn betaalbaar binnen de 60 kalenderdagen na de factuurdatum

- Eventueel protest van de factuur dient binnen de 14 werkdagen na ontvangst ervan schriftelijk en met een gedetailleerde omschrijving  van het protest te worden bezorgd aan de DNB. Het protest ontslaat het Lokaal Bestuur niet van zijn plicht tot betaling van het niet-betwiste gedeelte.

- Indien de factuur niet is betaald op de vervaldatum wordt een herinnering verstuurd.

- Bij niet-betaling mag de DNB zijn prestaties opschorten na het Lokaal Bestuur te hebben verwittigd per aangetekende brief. Dit ontslaat het Lokaal Bestuur geenszins van het betalen van de facturen. Als het Lokaal Bestuur in gebreke van betaling blijft, kan de DNB het bedrag gerechtelijk laten invorderen.

- Indien de DNB middelen voorziet onder de vorm van een investeringsfonds, trekkingsrechten, financiële tegemoetkomingen, dividenden of andere vormen in het Lokaal Bestuur voldoet aan de voorwaarden daartoe, kan gebruik gemaakt worden van deze middelen voor de betaling van onbetaalde facturen waarvan de betalingstermijn is verstreken.

De DNB heeft een inningsmandaat verleend  aan Fluvius System Operator cvba, dat in naam in voor rekening van de DNB zal optreden in de uitvoering van deze overeenkomst.

 

Artikel 12 – Confidentialiteit

Beide partijen bewaren de confidentialiteit omtrent de Vertrouwelijke Informatie.

Onder “Vertrouwelijke informatie’ wordt verstaan, alle informatie – onder welke vorm ook – die afkomstig is van één van beide partijen, hun filialen, of van met de partijen verbonden vennootschappen en/of entiteiten, zowel de huidige als de toekomstige en die niet meer openbaar bekend is. Deze Vertrouwelijke Informatie omvat minstens het volgende, doch is niet beperkt tot navolgende opsomming :

° technische informatie

° prijsinformatie

° …

Wordt uitdrukkelijk niet als Vertrouwelijke Informatie beschouwd, de informatie :

(i)Die openbaar is gemaakt of in het publiek domein is gevallen zonder inbreuk op de bepalingen van deze overeenkomst ;

(ii)Die rechtmatig werd bekomen van een derde die niet is gebonden door een verplichting tot confidentialiteit ;

(iii)Die in het kader van een geschillenregeling, van een arbitrale of gerechtelijke procedure, of overeenkomstig een wet, decreet of reglement moeten worden vrijgegeven door één van de partijen;

(iv)Die op totaal onafhankelijke wijze door een partij is ontwikkeld of ontdekt, mits dit door de partij die zich erop beroept onomstotelijk kan worden aangetoond ;

Beide partijen verbinden zich ertoe :

-Noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks, de Vertrouwelijke Informatie of materiaal aan derden te tonen, er ruchtbaarheid aan te geven of over te maken tenzij na voorafgaande , schriftelijke toestemming van de andere partij, die deze toestemming te allen tijde kan weigeren;

-Het nodige te doen om binnen haar eigen onderneming enkel toegang te verlenen tot de Vertrouwelijke Informatie van de andere partij aan die werknemers die de Informatie nodig hebben om hun opdracht in het kader van de doelstellingen van deze kaderovereenkomst tot een goed einde te brengen;

-Alle nuttige maatregelen te nemen om de naleving van deze confidentialiteitsverbintenis door deze werknemers te verzekeren ;

-Zich ervan te onthouden om deze Informatie rechtstreeks of onrechtstreeks te gebruiken voor andere doeleinden dan deze vermeld in het kader van deze kaderovereenkomst of de specifieke overeenkomsten;

-De Vertrouwelijke Informatiete beschermen en alle nodige voorzorgen te nemen om de Informatie te beschermen tegen diefstal, enige onrechtmatige reproductie of verspreiding ;

-Alle vertrouwelijke Informatie aan de andere partij terug te bezorgen na beëindiging van deze kaderovereenkomst.

Ingevolge huidige confidentialiteitsbepaling kent elke partij het recht toe aan de andere partij om de aan hen meegedeelde Vertrouwelijke Informatie te gebruiken in het kader van deze kaderovereenkomst en de daaruit voortvloeiende specifieke overeenkomsten, en enkel tijdens de duur van deze kaderovereenkomst. Deze bepaling kan niet geïnterpreteerd worden als het toekennen van enig eigendomsrecht, enig zakelijk, intellectueel of gebruiksrecht op de meegedeelde Vertrouwelijke Informatie. De meegedeelde Vertrouwelijke Informatie kan niet worden aangewend voor commercieel gebruik, noch kan deze Vertrouwelijke Informatie geïncorporeerd worden in of gecombineerd worden met producten of diensten op enigerlei wijze die de eigendoms- of gebruiksrechten van de andere partij schendt.

Deze confidentialiteitsbepaling belet partijen niet om aan hun raadslieden, verzekeraars, accountants, financiers en revisoren inzage te geven in de Vertrouwelijke Informatie in de mate deze  zich tot dezelfde  confidentialiteitsplicht verbinden.

Deze confidentialiteitsbepaling neemt een aanvang bij de ondertekening van deze kaderovereenkomst met dien verstande dat reeds eerder meegedeelde Informatie impliciet aan deze bepaling onderworpen is. Deze bepaling geldt tot vijf jaar na beëindiging van deze kaderovereenkomst.

 

Artikel 13 – Mandaat voor databeheer

Het Lokaal Bestuur geeft, als mandaatgever, aan de DNB, als volmachtdrager, mandaat  om

-Om Meetgegevens te verkrijgen via een door de Distributienetbeheerder beschikbaar gesteld kanaal en toegezonden te krijgen van de toegangspunten (aangeduid aan de hand van het EAN-nummer, waarop de Distributienetbeheerder de Meetgegevens opneemt ;

-De volmachtdrager zal de Distributienetbeheerder onmiddellijk in kennis stellen van de beëindiging of herroeping van dit mandaat door de volmachtgever ;

De toegangspunten (voor data spreken we van Datadienstenpunten) waarop dit mandaat betrekking heeft, betreffen elektriciteits- en/of gasaansluitingen van gebouwen en/of installaties die de Distributienetgebruiker bezit of gebruikt in het door de Distributienetbeheerder bediend gebied. De actuele lijst  van Toegangspunten is voor het Lokaal Bestuur beschikbaar in de energiemanagementsoftware zoals vermeld in art. 2. De lijst met identificatie van de betreffende Toegangspunten is niet exhaustief en kan derhalve door de volmachtgever steeds worden aangepast in geval van verhuizing, nieuwe aansluiting, verzwaring, bijkomende nieuwe exploitatiezetel, enz.

Dit mandaat is intuitu personae, en maximaal voor de duur van het Datacontract tussen de volmachtgever en de volmachtdrager waarbij de volmachtgever aan de volmacht wordt overgedragen naar de nieuwe rechtspersoon , of bij fusie met een andere rechtspersoon.

Dit mandaat is niet-exclusief.

Het mandaat betreft de opvraging van de Gegevens door middel van een structurele uitwisseling door middel van een applicatie van de Distributienetbeheerder, al dan niet gecombineerd met een Mandaat om lokaal een gebruikerspoort door de Distributienetbeheerder te laten opstellen.

Het komt aan de volmachtdrager toe om de Distributienetbeheerder op de hoogte te stellen van de intrekking of beëindiging van het verstrekte mandaat.

De volmachtdrager zal op voldoende duidelijke wijze kennis geven van zijn mandaat door mededeling  aan de Distributienetbeheerder  van het bestaan ervan. De uitwisseling van de Gegevens verbonden aan het Mandaat verschilt al naargelang de gebruikte applicatie om de Meetgegevens ter beschikking te stellen.

De procedures die passen bij de desbetreffende applicaties moeten gevolgd worden.

Huidig mandaat geeft tevens op een ondubbelzinnige wijze aan de volmachtdrager de toestemming om persoonsgegevens over de afname en/of injectie of productie van elektriciteit en/of gas, die de volmachtgevers betreffen en beschermd zijn door de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer (van natuurlijke personen) ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, evenals voor zover nodig, de Gegevens die niet direct of indirect kunnen verbonden worden met uitsluitend de volmachtgever(s), te verzamelen bij de Distributienetbeheerder en te verwerken.

Fluvius System Operator CVBA heeft voor de DNB een verantwoordelijke aangesteld die fungeert als aanspreekpunt voor de verwerking van persoonsgegevens. Deze verantwoordelijke is bereikbaar via een brief gericht aan Fluvius CVBA, t.a.v. de Functionaris voor Gegevenswerwerking (DPO), Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle of via e-mail (privacy@fluvius.be).

De volmachtdrager erkent het bestaan van een recht van de volmachtgever om zich kosteloos tegen de voorgenomen verwerking van hem betreffende persoonsgegevens te verzetten, indien deze verwerking verricht wordt met het ook op direct marketing.

Deze toestemming is beperkt tot de volmachtdrager zelf als verantwoordelijke voor de verwerking evenals de door hem aangestelde verwerker, en is beperkt in de tijd tot de duur van het huidig mandaat  en tot de duur van het Datacontract tussen de volmachtgever en de volmachtdrager waarin de volmachtgever aan de volmachtdrager heeft gevraagd de gegevens te verzamelen en te verwerken.

Overeenkomstig de wettelijke regeling is dit mandaat ad nutum intrekbaar, onverminderd het recht van de volmachtdrager op vergoeding van de geleverde en aanvaarde prestaties overeenkomstig de overeengekomen tarieven.

 

Artikel 14 – Intellectuele eigendom

De intellectuele en industriële eigendomsrechten met betrekking tot o.a. tekeningen, modellen, literaire werken en/of documenten (opgeslagen op bestendige wijze  of in machinetaal), rapporten, software en databanken, evenals de methodes, kennis, concepten en andere ontwikkelingen waarvan elke partij eigenaar of licentiehouder is, zullen die partij als eigenaar of licentiehouder blijven toebehoren. Alle intellectuele eigendomsrechten die voortvloeien uit een wijziging of aanpassing van de intellectuele eigendom van een partij behoren automatisch aan de DNB of de opdrachtnemer toe.

Elke partij verbindt zich ertoe elke wijziging of aanpassing nauwkeuring te documenteren.

De intellectuele en industriële eigendomsrechten met betrekking tot o.a. tekeningen, modellen, literaire werken en/of documenten (opgeslagen op bestendige wijze of in machinetaal), rapporten, software en databanken, evenals de methodes, kennis, concepten en andere ontwikkelingen , die in het kader van de uitvoering van de overeenkomst of de daaruit voortvloeiende overeenkomsten gecreëerd worden (hierna ‘specifieke ontwikkelingen’ genaamd), behoren vanaf hun bestaan onmiddellijk in volle en exclusieve eigendom aan de DNB toe.

Voor zover nodig, teneinde het Lokaal Bestuur toe te laten de ‘specifieke ontwikkelingen’ te gebruiken, aan te passen , te (laten) onderhouden (door derden)  en/of te reproduceren, verbindt de DNB zich ertoe, en/of maakt deze zich sterk, om het Lokaal Bestuur, zowel wat de eigen intellectuele en industriële eigendomsrechten van de DNB betreft  die gebruikt werden  in het kader van de uitvoering van de opdracht en/of nodig zijn teneinde  de ‘specifieke ontwikkelingen’ te gebruiken, aan te passen, te (laten) onderhouden (door derden) en/of te reproduceren, als wat de ‘specifieke ontwikkelingen’ betreft, een niet-exclusieve, overdraagbare, wereldwijde, onherroepelijke (tijdens en na de opdracht) en voor sublicentie vatbare licentie toe te kennen voor de duur van de wettelijke bescherming van de intellectuele eigendomsrechten (en met een minimum van 70 jaar) met het oog op gebruik, wijziging, onderhouden vertaling, ontwikkeling en reproductie. Deze toekenning gebeurt tegen een vergoeding die in onderling overleg tussen de partijen wordt bepaald. Partijen kunnen overeenkomen dat die vergoeding begrepen is in de kostprijs van deze kaderovereenkomst.

Het Lokaal Bestuur onderhoudt zich ervan de ‘specifieke ontwikkelingen’ op om het even welke wijze te gebruiken voor andere doeleinden dan de uitvoering van deze opdracht zonder de voorafgaande , schriftelijke en uitdrukkelijke toestemming van de DNB; zij zal er voor zorgen dat haar werknemers, aangestelde en onderaannemers eveneens aan deze verplichting worden onderworpen.

 

De DNB vrijwaart het Lokaal Bestuur tegen elke vordering tegen het Lokaal Bestuur ingesteld op grond van inbreuk of vermeende inbreuk op enig  intellectueel eigendomsrecht wegens de uitvoering van de diensten opgesomd in deze overeenkomst, mits de DNB van dergelijke vordering onmiddellijk op de hoogte wordt gesteld, en tijdig de bevoegdheid, informatie en hulp krijgt voor het voeren van de verdediging inzake het desbetreffende rechtsgeding of gerechtelijke procedure. Indien de diensten, of een deel daarvan, tengevolge van een dergelijke rechtsgeding of gerechtelijke procedure worden beschouwd als inbreuk of het Lokaal Bestuur het gebruik ervan wordt verboden, zal de DNB naar eigen goeddunken en voor eigen rekening :

-Voor het Lokaal Bestuur  het recht verwerven de diensten te blijven gebruiken of ;

-De diensten vervangen met vrijwel gelijke diensten die geen inbreuk vormen ;

-Of de diensten zo aanpassen dat ze niet langer een inbreuk vormen.

 

Artikel 15 – Beëindiging en ontbinding

Beëindiging van de kaderovereenkomst :

Elke partij kan een einde stellen aan onderhavige overeenkomst, met uitwerking vanaf 1 januari van het eerstvolgend kalenderjaar, mits schriftelijke kennisgeving per aangetekend schrijven met bericht van ontvangst aan de andere partij ten laatste drie kalendermaanden vóór het einde van het lopende kalenderjaar.

In zulk geval van beëindiging blijft elke partij onverminderd en onvoorwaardelijk ertoe gehouden al zijn verplichtingen die uit onderhavige kaderovereenkomst voortvloeien tijdig en volledig uit te voeren en te blijven uitvoeren met betrekking tot het volledige kalenderjaar op het einde waarvan het mandaat een einde neemt, zonder tussentijdse onderbreking.

Ingeval van lopende specifieke overeenkomsten op het ogenblik van de beëindiging van deze kaderovereenkomst, blijven de bepalingen van de kaderovereenkomst onverkort van toepassing voor de resterende duur van de betreffende specifieke overeenkomst.

 

Beëindiging van de specifieke overeenkomst :

1.Beëindiging door het Lokaal Bestuur :

Het lokaal bestuur kan de specifieke overeenkomst opzeggen :

-Ingeval van overmacht conform artikel 9 van deze kaderovereenkomst; of

-Indien het Lokaal bestuur de DNB ernstige schending van de specifieke overeenkomst heeft gemeld en de DNB heeft nagelaten maatregelen te nemen deze schending binnen 14 dagen na de datum van de melding te herstellen ; of

-Ingeval van faillissement, gerechtelijke organisatie, … van de DNB.

-

2.Beëindiging door de DNB :

De DNB kan de specifieke overeenkomst opzeggen :

-Ingeval van overmacht conform artikel 9 van deze kaderovereenkomst; of

-Ingeval van niet betaling door het Lokaal Bestuur meer dan 1 kalendermaand na daartoe te zijn aangemaand door de DNB overeenkomstig artikel 11 van deze kaderovereenkomst of

-Indien de DNB het Lokaal Bestuur een andere schending door het Lokaal Bestuur van deze kaderovereenkomst heeft gemeld, die een nadelige invloed heeft op de uitvoering door de DNB van haar verplichtingen ingevolge de specifieke overeenkomst, en het Lokaal Bestuur de schending niet binnen 14 kalenderdagen vanaf de melding heeft herstel; of

-Ingeval van faillissement, gerechtelijke reorganisatie, …. Van het Lokaal Bestuur; of

 

3.Betaling na beëindiging

Na beëindiging van deze kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst overeenkomstig punt 1 of 2, zal het Lokaal Bestuur onmiddellijk alle aan de DNB verschuldigde bedragen voldoen met betrekking tot  de uitvoering door de DNB tot en met de datum van het einde van de kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst, inclusief betaling van ieder aanvullend werk dat door de DNB is uitgevoerd op verzoek van het Lokaal Bestuur na beëindiging en betaling van de bestelde apparatuur en het materiaal.

De DNB zal alle in het bezit zijnde documenten en bescheiden die hij in uitvoering van deze kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst heeft ontvangen, onmiddellijk terug bezorgen zonder dat de DNB gerechtigd is om enig zulk document te behouden.

 

Artikel 16 – Geschillen

Deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten gesloten ter uitvoering ervan worden beheerst door het Belgisch recht.

Partijen zijn ertoe gehouden de overeenkomst te goeder trouw uit te voeren, rekening houdend met hun wederzijdse belangen. Vooraleer een dispuut aan het rechtbank voor te leggen, verbinden partijen er zich toe te goeder trouw en met inachtname van de redelijke belangen van de andere partij te onderhandelen met het ook op een minnelijke regeling.

De rechtbanken van het arrondissement waarin het Lokaal Bestuur gelegen is, zijn bevoegd.

 

Artikel 17 – Geldigheid van de voorwaarden

Indien enige bepaling uit deze kaderovereenkomst onwettig, ongeldig of onuitvoerbaar wordt verklaard, zal dit de geldigheid en uitvoerbaarheid van de overige bepalingen uit deze kaderovereenkomst niet aantasten en zullen partijen zich inspannen om onmiddellijk en te goeder trouw een geldige, wettige en uitvoerbare clausule met hetzelfde economisch effect en die zo nauw mogelijk aansluit bij de bedoeling van partijen overeen te komen.

Artikel 18 – Wijziging regelgeving

De DNB kan niet aansprakelijk gesteld worden voor alle wijzigingen die zij aan deze kaderovereenkomst dient aan te brengen, inclusief de gebeurlijke stopzetting ervan, als gevolg van wijzigingen waaraan zij door wetgevende of regulatoire instellingen zou worden onderworpen. Ingeval van wijziging van de toepasselijke wet – of regelgeving, stelt de DNB te goeder trouw de wijzigingen voor die aan deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten moeten worden aangebracht teneinde deze hiermee in overeenstemming te brengen en het economisch evenwicht van deze kaderovereenkomst en specifieke overeenkomsten maximaal te vrijwaren. Indien partijen niet akkoord gaan over de voorgestelde wijziging, wordt deze kaderovereenkomst beëindigd en worden de resterende bedragen in één keer opeisbaar.

 

Artikel 19 - Contactpersonen

Volgende contactpersonen treden op namens de partijen. Zij zijn bevoegd om beslissingen te nemen in het kader van deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten.

Voor het Lokaal Bestuur :Voor de DNB :

Katleen Janssens,                     Frank Boogaerts Werner Van Hauwaert

Algemeen Directeur                         Burgemeester                               

Paradeplein 2 bus 1            Paradeplein 2 bus 1Klantendienst – Key Accounts

2500 – Lier                                         2500 – Lier                Brusselsesteenweg 199

9090 Melle

09 263 5250                                                                                                                                                                              werner.vanhauwaert@fluvius.be

 

Artikel 20 – Ondertekening van de kaderovereenkomst

Ondertekening in 2 exemplaren te Lier op ….. waarvan elke partij erkent haar origineel exemplaar te hebben ontvangen.

Voor het Lokaal Bestuur :

De algemeen directeur De burgemeester

 

Katleen Janssens Frank Boogaerts

Voor de DNB

 

 

Tom Ceuppens Frank Vanbrabant

Directeur Klantendienst CEO

 

 

 

 

 

 

Argumentatie

De gemeenteraad dient de vernieuwde kaderovereenkomst met Fluvius goed te keuren.

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Evi Van Camp, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Geert Marrin en Stéphanie Van Campenhout

4 onthoudingen: Ella Cornelis, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist vernieuwde kaderovereenkomst met Fluvius goed te keuren.

 

 

Kaderovereenkomst

Fluvius Duurzame gebouwen

 

Tussen

Stadsbestuur van Lier

Paradeplein 2/1

2500 Lier

vertegenwoordigd door mevrouw Katleen Janssens, algemeen directeur en de heer Frank Boogaerts, burgemeester.

Hierna genoemd “het Lokaal Bestuur”

 

en

 

Fluvius Antwerpen, opdrachthoudende vereniging/coöperatieve intercommunale vereniging, Antwerpsesteenweg 260 te 2660 Antwerpen-Hoboken met ondernemingsnummer 0.212.704.370

 

vertegenwoordig door

Tom Ceuppens

Directeur Klantendienst

hierna genoemd ‘de DNB”.

 

De DNB treedt op via Fluvius System Operator cvba (Brusselsesteenweg 199, B-9090 Melle, WWW.fluvius.be, tel. : 078 35 35 34, BTW BE 0477.445.084, RPR Gent, afdeling Gent), optredend in naam en voor rekening van de DNB.

 

Wordt overeengekomen als volgt :

 

Artikel 1 – Voorwerp

Ieder Lokaal Bestuur kan een verzoek richten aan de DNB om een aanbod te formuleren voor ondersteuning bij de planning en/of implementatie van het lokale energiebeleid.

De DNB creëert op zelfstandige wijze een aanbod inzake het organiseren van ondersteuningsactiviteiten gericht op energiebesparingen en van de daartoe dienende investering op niveau van (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie (hierna “energiediensten” genoemd) ten behoeve van het Lokaal Bestuur in haar streven naar een optimale energiebeheersing in haar patrimonium.

Wanneer het Lokaal Bestuur dit aanbod aanvaardt, realiseert zij een beheeroverdracht aan de DNB voor dit aanbod en dit volgens de toepasselijke statutaire bepalingen van de DNB. De bepalingen van deze overeenkomst vormen het kader waarbinnen deze beheeroverdracht door de DNB wordt uitgevoerd.

Om de energiediensten te organiseren zal de DNB de hiervoor noodzakelijke overheidsopdrachten uitschrijven, gunnen en toewijzen aan (een) kandida(a)t(en),  hierna opdrachtnemer(s) genoemd, en toezien op de uitvoering van deze energiediensten door de opdrachtnemer(s), dit alles binnen de grenzen van de hierna beschreven modaliteiten.

Ingeval het geformuleerde aanbod niet aansluit bij de verwachtingen van het Lokaal Bestuur, volstaat het dat deze het aanbod niet aanvaardt opdat deze de realisatie van het project autonoom kan afhandelen.

Deze kaderovereenkomst heeft als referentienummer LIER-G-RC-20-20-001 en werd opgemaakt op 6/02/2020.

 

Artikel 2 – Werkwijze

Het aanbod van de DNB is gericht op het opzetten van een energiezorgsysteem, wat omvat :

- Het ter beschikking stellen van een energiemanagementsoftware met bijhorende exploitatie

° Het patrimonium van het Lokaal Bestuur zal hierin worden aangemaakt waarbij het energieverbruik ervan zal worden opgevolgd. De DNB importeert de (meter)data

waarover zij reeds zelf beschikt in de software. De DNB kan een aanbod formuleren

voor bijkomende submetering en specifieke datalogging. De DNB beheert de data en

rapporteert hierover aan het Lokaal Bestuur. Deze kaderovereenkomst geldt ook als

datacontract, dat het gebruik regelt van de meetgegevens.

 

-Het formuleren van energie-advies

         ° Op eenvoudig verzoek van het Lokaal Bestuur maakt de DNB een projectvoorstel

           (gebouw) of energiezorgplan (volledig patrimonium) op. Het resultaat van dit

           projectvoorstel omvat een raming van de vooropgestelde investering en de

           verwachte impact op de energiekosten.

Het aanbod van de DNB kan verder bestaan uit het volgende :

-loutere consultancy-dienstverlening

-het ontwerpen, aankopen en coördineren van een individuele of globale investering of projectaanpak

-financiering

-onderhoud

Op basis van het energie-advies kan het Lokaal Bestuur beslissen om op één of meerdere van deze werkwijze uit het aanbod in te gaan.

Afhankelijk van het soort werkwijze, zal een afzonderlijke studie-, project- en/of onderhoudsovereenkomst (hierna in het algemeen ‘specifieke overeenkomsten’ genoemd) worden gesloten tussen de DNB en het Lokaal Bestuur, welke telkens kadert binnen deze overeenkomst. Deze specifieke overeenkomsten worden beheerst door de bepalingen van deze kaderovereenkomst, tenzij de specifieke overeenkomst hiervan uitdrukkelijk afwijkt.

Vóór het bepalen van het aanbod zal de DNB eerst nagaan wat de globale behoeften zijn van de lokale besturen en of er een voldoende aantal lokale besturen interesse vertoont. In bevestigend geval zal de DNB op de markt een opdracht uitschrijven voor het leveren van de energiediensten en dit in overeenstemming met de wet op de overheidsopdrachten (WOD). Dit zal telkens gebeuren op basis van een lastenboek dat door de DNB wordt opgesteld.

 

Artikel 3 – Duurtijd van de overeenkomst

Deze kaderovereenkomst treedt in werking na ondertekening van dit contract en geldt voor onbepaalde duur.

 

Artikel 4 – Verplichtingen van de DNB

De DNB voert haar verbintenissen uit als een goede huisvader en in overeenstemming met de bepalingen van deze kaderovereenkomst, de ter zake toepasselijke wettelijke voorschriften en de bepalingen hieromtrent in de specifieke overeenkomsten die in navolging van deze kaderovereenkomst worden gesloten.

 

De DNB is verantwoordelijk voor de nalevering van de wettelijke bepalingen (o.a. inzake veiligheid en gezondheid) betreffende de aspecten  van de uitvoering van een project, in de mate dat de naleving ervan inherent is aan de uitvoering van taken die in het takenpakket van de DNB zijn voorzien.  Het Lokaal Bestuur blijft als enige verantwoordelijk voor de naleving van de wettelijke bepalingen (o.a. inzake  veiligheid en gezondheid) betreffende die aspecten van de uitvoering van een project op de locatie, waarvan de naleving niet inherent is aan de uitvoering van de taken die in het takenpakket van de DNB of de opdrachtnemer zijn voorzien. Zo draagt de DNB o.m. geen verantwoordelijkheid voor de verwijdering of bestrijding  van gevaar voor de gezondheid, voor de veiligheid of voor enige andere overtreding voortvloeiende uit de activiteiten van het Lokaal Bestuur op de locatie of enige andere werkzaamheden die door personen welke geen personeelsleden van de DNB, of Fluvius zijn, worden uitgevoerd, inclusief het Lokaal Bestuur zelf, diens aannemers of onderaannemers aangesteld buiten het kader van deze projectovereenkomst, diens huurders of bezoekers.

De verplichtingen van de DNB, afhankelijk van de kenmerken van de specifieke overeenkomst, kunnen onder meer bestaan uit een of meer van volgende taken :

In de fase van onder meer het ontwerp en opmaak van het bestek

- het uitwerken van een bijzonder lastenboek, omvattende onder meer een precisering van de te gebruiken

  materialen , de uitvoeringswijze en alle voorwaarden inzake uitvoering, controle, proeven, e.d.m.,

- het vervolledigen van de definitieve tekeningen tot bestektekeningen die voldoende informatie en gegevens

  omvatten voor de prijsvorming door de betreffende (onder)aannemers (opdrachtnemers) en die ten aanzien van

  deze laatsten kunnen worden gehanteerd als contractueel document cq.  aannemingsdocument ;

- het uitwerken van een nauwkeurige en gedetailleerde werkomschrijving van de te realiseren elementen, die

  kunnen worden gehanteerd als contractueel document cq. aannemingsdocument.

- het beogen van een optimaal evenwicht tussen de economische kost, de duurzaamheid en het energetische

  aspect van het project binnen het gevraagde comfortniveau.

 

In de fase van de overheidsopdracht

- het voorbereiden van de overheidsopdracht, met inbegrip van het opmaken van de opdrachtdocumenten ;

- het selecteren van de (onder)aannemers die zullen worden uitgenodigd om op de overheidsopdracht in te

  schrijven ;

- verzending van de opdrachtdocumenten aan de geselecteerde (onder)aannemers ;

- het onderzoeken van de uitgebrachte offertes inzake hun compatibiliteit met de opdrachtdocumenten en het

   gunnen van de opdracht aan de opdrachtnemer; (het lokaal bestuur wordt hierover geïnformeerd)

- het voeren van besprekingen met de betrokken (onder)aannemers omtrent de prijsvorming ;

- het voorbereiden van de ontwerpovereenkomst en de contractuele documenten cq. aannemingsdocumenten;

- de eindcontrole op de definitieve prijs en de bijhorende stukken;

 

In de fase van uitvoering

- het uitwerken van alle vereisten uitvoeringsdocumenten die de (onder)aannemers moeten toelaten de hen

  opgedragen werken uit te voeren;

- het nazicht en de controle van de door de (onder)aannemers te leveren tekeningen, werkschema’s en

  berekeningen;

- de leiding over de uitvoering van de desbetreffende werken, desgevallend in samenspraak met de architect en

  de werfleiding;

- de keuze van bouwstoffen en fabrikanten;

- het geven van instructies inzake de verwerking en de montage van de verschillende structuurelementen;

- het houden van het toezicht op de uitvoering van de werken, in het bijzonder inzake de compatibiliteit van de uitvoeringen met het bestek;

- het beoordelen van meer en minder werk en het verwerken van wijzigingen aan de studies, tekeningen en beschrijvingen ingevolge programmawijzigingen en –aanvullingen. Indien er meerwerken nodig zijn als de DNB het Lokaal Bestuur informeren en consulteren.

- het uitvoeren van de nodige administratie;

- het onderzoeken van de verslagen over de proeven en testen van materiaal en materieel, met interpretatie van en opmerkingen op de bekomen resultaten;

- op het einde van de werken , nazicht van de tekeningen zoals uitgevoerd en van de voorschriften inzake onderhoud die de (onder)aannemers dienen te leveren ;

- het controleren van de eindafrekening ;

- het controleren van de revisietekeningen van de (onder)aannemers ;

- het verlenen van de voorlopige oplevering door : (i) het geheel van de uitvoering te controleren ;

   (ii) het programma van de proeven en testen te bepalen; (iii) de goede uitvoering van de proeven en testen te

   controleren en de resultaten ervan nazien ; (IV) een verslag van de voorlopige oplevering of weigering ervan

   aan het Lokaal Bestuur te bezorgen.

- het verlenen van de definitieve oplevering door : (i) voorafgaand aan de definitieve oplevering het geheel van

  de uitvoering te controleren; (ii) het verslag van de definitieve oplevering of weigering ervan aan het Lokaal

  Bestuur te bezorgen.

- de DNB (i) neemt deel aan studie-, werf- en andere vergaderingen, (ii) beslist tijdens deze vergaderingen onder

  meer over het respecteren van de budgettering, de uitvoeringstermijn, de conforme uitvoering en de inpassing

  van het installatieopzet in het ontwerp en (iii) ontwikkelt alle nodige initiatieven, overeenkomstig de regels van

  de dunst en het goed vakmanschap, nodig voor een efficiënte uitvoering van deze verbintenissen.

 

Artikel 5 – Verplichtingen van het Lokaal Bestuur

Het Lokaal Bestuur verbindt er zich toe aan de DNB, en op diens eerste verzoek, alle noodzakelijke en/of nuttige inlichtingen te verschaffen voor de uitvoering van zijn verbintenissen.

 

Het Lokaal Bestuur verleent het mandaat aan de DNB om de verbruiks- en facturatiegegevens inzake elektriciteit, gas, warmte, stookolie en water voor het Patrimonium bij de leveranciers van het Lokaal Bestuur op te vragen. Desgevallend zal het Lokaal Bestuur, op eerste verzoek hiertoe van de DNB, een schriftelijke bevestiging van dit mandaat bezorgen aan de DNB opdat deze de hierboven vermelde gegevens en informatie rechtstreeks bij de betrokken leveranciers kan opvragen.

Het brandverslag dient ter beschikking gesteld te worden aan de DNB. Indien er geen brandverslag bestaat dient het Lokaal Bestuur hierover advies te vragen aan de lokale brandweer.

Het Lokaal Bestuur dient de asbestinventaris ter beschikking te stellen. Wanner er een vermoeden is van asbesthoudende materialen en dit is niet opgenomen in de asbestinventaris van het Lokaal Bestuur, wordt door het Lokaal bestuur het initiatief genomen inzake de controle hiervan door een staalname en labo-onderzoek.

 

Artikel 6 – prijs

De prijs voor de geleverde ondersteuningsactiviteiten wordt bepaald in de specifieke overeenkomsten en omvat – onverminderd andere bepalingen  hieromtrent in de specifieke overeenkomst :

- prijs aangerekend door de opdrachtnemer

- vergoeding DNB (administratieve kost voor de opmaak van lastenboeken, werfbezoeken, projectbeheer, …) : deze vergoeding wordt per project bepaald in de specifieke overeenkomst die in navolging hiervan wordt afgesloten.

- (facultatief) studie- en consultancykosten

- investeringskosten (indien niet opgenomen via de opdrachtnemer)

- licenties

- eventuele meerkost indien vereist omwille van aanwezigheid gevaarlijke stoffen (bv. verwijdering asbest, …).

 

De betaling gebeurt overeenkomstig artikel 11 van deze kaderovereenkomst.

 

Artikel 8 – aansprakelijkheid

De DNB is niet aansprakelijk voor eventuele insolvabiliteit of wanprestatie van de opdrachtnemer die in opdracht van de DNB betrokken is bij een project. In dit laatste geval verbindt de DNB er zich wel toe de nodige inspanningen te leveren om de contractuele aansprakelijkheidsverplichtingen tot schadeloosstelling die de opdrachtnemer t.a.v. het Lokaal Bestuur heeft, te doen nakomen ten behoeve van het Lokaal Bestuur. Hetzelfde geldt wat de verplichtingen van de opdrachtnemer inzake productaansprakelijkheid betreft. De DNB is gerechtigd, en wordt de nodige procuratie verleend op eenvoudig verzoek, om in naam en voor rekening van het Lokaal Bestuur, zelf de verdediging in rechte  en daarbuiten te voeren en eventuele schikkingen te regelen betreffende eventuele vorderingen tegen  de opdrachtnemer of andere derden.

Ingeval van buitencontractuele fout of nalatigheid van een opdrachtnemer die schade veroorzaakt aan het Lokaal Bestuur, zal het Lokaal Bestuur zijn rechten zelf rechtstreeks uitoefenen ten aanzien van de veroorzaker van de schade.

De DNB kan enkel aansprakelijk gesteld worden voor opzet en grove schuld.

De DNB is in geen enkel geval aansprakelijk op grond van onderhavig artikel of anderszins op grond van deze overeenkomst of specifieke overeenkomst voor bijzonder, immateriële, indirecte, incidentele, strafrechtelijke, morele of andere gevolgschade, waaronder mede begrepen commercieel verlies, verlies van gebruik of winst, ongeacht de oorzaak ervan, zelfs als de DNB of haar aangestelde op de hoogte gesteld zijn van de mogelijkheid van dergelijke schade. In ieder geval , behoudens ingeval van moedwillig wangedrag of grof verzuim, is de totale aansprakelijkheid van de DNB voor één en alle vorderingen, verliezen of onkosten voortvloeiend uit deze overeenkomst of specifieke overeenkomsten, ongeacht of ze gebaseerd zijn op contract, vrijwaring of elke andere vorm van aansprakelijkheid, beperkt tot het bedrag van de verzekeringspolis, of de totale vergoeding die bepaald is in deze of specifieke overeenkomsten indien deze minder is.

De DNB heeft geen uitstaans met het personeel en anderen aangestelde door het Lokaal Bestuur, en evenmin met enige andere derden, en kan derhalve niet gehouden zijn tot supervisie van hen of tot vergoeding van enige schade welke zij zouden veroorzaken.

Indien het lastenboek zoals vermeld in art. 4 bepaalde verbintenissen voor de opdrachtnemer uitsluit, dan zijn deze ook uitgesloten voor de DNB, tenzij anders bepaald in deze overeenkomst of de specifieke overeenkomsten.

 

Artikel 9 – overmacht

Er is sprake van overmacht als onvoorzienbare en onoverkomelijke omstandigheden zich voordoen die een van de beide partijen verhinderen geheel of gedeeltelijk aan haar verplichtingen te voldoen.

Worden met name als gevallen van overmacht beschouwd : arbeidsconflicten, brand, mobilisatie, oorlog, epidemie, opeisingen, opstand, beperking van het energieverbruik, faillissement van de opdrachtnemer en ander gevallen zoals vermeld in artikel 62 van het KB van 14 januari 2013 betreffende de uitvoering van de overheidsopdrachten, enz. op voorwaarden dat deze omstandigheden onafhankelijk zijn van de wil van de partijen.

Worden daarentegen met name niet als gevallen van overmacht beschouwd : het intrekken, wijzigen, niet verlengen van overheidsvergunningen, gerechtelijke verzegelingen of enige andere omstandigheid die te wijten is aan de onachtzaamheid of een fout van de erdoor getroffen partij.

Het geval van overmacht bevrijdt de DNB of het Lokaal Bestuur van de duur ervan van die verplichtingen waarvan de goede uitvoering wordt verhinderd, zonder dat de wederpartij enige schadevergoeding kan vorderen ten welke titel ook en voor welke schade dan ook. Voor alle duidelijkheid bepalen partijen hierbij expliciet dat het Lokaal Bestuur door een geval van overmacht niet zal bevrijd zijn van zijn verplichting tot het betalen van het bedrag dat betrekking heeft op werken, diensten of leveringen die zijn uitgevoerd voordat de situatie van overmacht zich heeft voorgedaan. 

Te dien einde, dient de partij die zich wenst te beroepen op een geval van overmacht de andere partij daarvan per een aangetekende brief en uiterlijk binnen de twee werkdagen na het zich voordoen van het geval van overmacht in kennis te stellen.

Ingeval de overmacht langer dan 1 maand duurt te rekenen vanaf de dag van het versturen van de in de vorige alinea bedoelde aangetekende brief heeft elke partij het recht deze kaderovereenkomst zonder schadevergoeding op te zeggen.

De opzegging wordt pas effectief nadat de andere partij en per aangetekende brief met ontvangstbewijs van in kennis gesteld werd en vanaf de dag volgend op de ontvangst ervan.

 

Artikel 10 – verzekering

De DNB bevestigt te beschikken over toereikende verzekeringspolissen (o.a. ABR en/of BA) voor de duur van deze kaderovereenkomst die haar aansprakelijkheid dekt voor lichamelijke, materiële en immateriële schade toegebracht aan het Lokaal Bestuur of de opdrachtnemer en derden ingevolge zijn doen of nalaten en dat van zijn personeel in uitvoering van deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten.

Het Lokaal Bestuur zorgt voor een afdoende brandverzekering voor de gebouwen die het voorwerp uitmaken van een specifieke overeenkomst.

 

Artikel 11 – Betaling

-indien de partijen een financieringsovereenkomst sluiten n.a.v. een studie-, project- en/of onderhoudsovereenkomst, komt de prijs van de specifieke overeenkomst ten laste van deze financiering. De DNB zal de financiering aanwenden ter voldoening van de facturen, na redelijke controle op hun gegrondheid en correctheid.

-Bij gebreke van financieringsovereenkomst, betaalt het Lokaal Bestuur de prijs in één keer, tenzij anders overeengekomen wordt :

- Facturen zijn betaalbaar binnen de 60 kalenderdagen na de factuurdatum

- Eventueel protest van de factuur dient binnen de 14 werkdagen na ontvangst ervan schriftelijk en met een gedetailleerde omschrijving  van het protest te worden bezorgd aan de DNB. Het protest ontslaat het Lokaal Bestuur niet van zijn plicht tot betaling van het niet-betwiste gedeelte.

- Indien de factuur niet is betaald op de vervaldatum wordt een herinnering verstuurd.

- Bij niet-betaling mag de DNB zijn prestaties opschorten na het Lokaal Bestuur te hebben verwittigd per aangetekende brief. Dit ontslaat het Lokaal Bestuur geenszins van het betalen van de facturen. Als het Lokaal Bestuur in gebreke van betaling blijft, kan de DNB het bedrag gerechtelijk laten invorderen.

- Indien de DNB middelen voorziet onder de vorm van een investeringsfonds, trekkingsrechten, financiële tegemoetkomingen, dividenden of andere vormen in het Lokaal Bestuur voldoet aan de voorwaarden daartoe, kan gebruik gemaakt worden van deze middelen voor de betaling van onbetaalde facturen waarvan de betalingstermijn is verstreken.

De DNB heeft een inningsmandaat verleend  aan Fluvius System Operator cvba, dat in naam in voor rekening van de DNB zal optreden in de uitvoering van deze overeenkomst.

 

Artikel 12 – Confidentialiteit

Beide partijen bewaren de confidentialiteit omtrent de Vertrouwelijke Informatie.

Onder “Vertrouwelijke informatie’ wordt verstaan, alle informatie – onder welke vorm ook – die afkomstig is van één van beide partijen, hun filialen, of van met de partijen verbonden vennootschappen en/of entiteiten, zowel de huidige als de toekomstige en die niet meer openbaar bekend is. Deze Vertrouwelijke Informatie omvat minstens het volgende, doch is iet beperkt tot navolgende opsomming :

° technische informatie

° prijsinformatie

° …

Wordt uitdrukkelijk niet als Vertrouwelijke Informatie beschouwd, de informatie :

(i)Die openbaar is gemaakt of in het publiek domein is gevallen zonder inbreuk op de bepalingen van deze overeenkomst ;

(ii)Die rechtmatig werd bekomen van een derde die niet is gebonden door een verplichting tot confidentialiteit ;

(iii)Die in het kader van een geschillenregeling, van een arbitrale of gerechtelijke procedure, of overeenkomstig een wet, decreet of reglement moeten worden vrijgegeven door één van de partijen;

(iv)Die op totaal onafhankelijke wijze door een partij is ontwikkeld of ontdekt, mits dit door de partij die zich erop beroept onomstotelijk kan worden aangetoond ;

Beide partijen verbinden zich ertoe :

-Noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks, de Vertrouwelijke Informatie of materiaal aan derden te tonen, er ruchtbaarheid aan te geven of over te maken tenzij na voorafgaande , schriftelijke toestemming van de andere partij, die deze toestemming te allen tijde kan weigeren;

-Het nodige te doen om binnen haar eigen onderneming enkel toegang te verlenen tot de Vertrouwelijke Informatie van de andere partij aan die werknemers die de Informatie nodig hebben om hun opdracht in he kader van de doelstellingen van deze kaderovereenkomst tot een goed einde te brengen;

-Alle nuttige maatregelen te nemen om de naleving van deze confidentialiteitsverbintenis door deze werknemers te verzekeren ;

-Zich ervan te onthouden om deze Informatie rechtstreeks of onrechtstreeks te gebruiken voor andere doeleinden dan deze vermeld in het kader van deze kaderovereenkomst of de specifieke overeenkomsten;

-De Vertrouwelijke Informatiete beschermen en alle nodige voorzorgen te nemen om de Informatie te beschermen tegen diefstal, enige onrechtmatige reproductie of verspreiding ;

-Alle vertrouwelijke Informatie aan de andere partij terug te bezorgen na beëindiging van deze kaderovereenkomst.

Ingevolge huidige confidentialiteitsbepaling kent elke partij het recht toe aan de andere partij om de aan hen meegedeelde Vertrouwelijke Informatie te gebruiken in het kader van deze kaderovereenkomst en de daaruit voortvloeiende specifieke overeenkomsten, en enkel tijdens de duur van deze kaderovereenkomst. Deze bepaling kan niet geïnterpreteerd worden als het toekennen van enig eigendomsrecht, enig zakelijk, intellectueel of gebruiksrecht op de meegedeelde Vertrouwelijke Informatie. De meegedeelde Vertrouwelijke Informatie kan niet worden aangewend voor commercieel gebruik, noch kan deze Vertrouwelijke Informatie geïncorporeerd worden in of gecombineerd worden met producten of diensten op enigerlei wijze die de eigendoms- of gebruiksrechten van de andere partij schendt.

Deze confidentialiteitsbepaling belet partijen niet om aan hun raadslieden, verzekeraars, accountants, financiers en revisoren inzage te geven in de Vertrouwelijke Informatie in de mate deze  zich tot dezelfde  confidentialiteitsplicht verbinden.

Deze confidentialiteitsbepaling neemt een aanvang bij de ondertekening van deze kaderovereenkomst met dien verstande dat reeds eerder meegedeelde Informatie impliciet aan deze bepaling onderworpen is. Deze bepaling geldt tot vijf jaar na beëindiging van deze kaderovereenkomst.

 

Artikel 13 – Mandaat voor databeheer

Het Lokaal Bestuur geeft, als mandaatgever, aan de DNB, als volmachtdrager, mandaat  om

-Om Meetgegevens te verkrijgen via een door de Distributienetbeheerder beschikbaar gesteld kanaal en toegezonden te krijgen van de toegangspunten (aangeduid aan de hand van het EAN-nummer, waarop de Distributienetbeheerder de Meetgegevens opneemt ;

-De volmachtdrager zal de Distributienetbeheerder onmiddellijk in kennis stellen van de beëindiging of herroeping van dit mandaat door de volmachtgever ;

De toegangspunten (voor data spreken we van Datadienstenpunten) waarop dit mandaat betrekking heeft, betreffen elektriciteits- en/of gasaansluitingen van gebouwen en/of installaties die de Distributienetgebruiker bezit of gebruikt in het door de Distributienetbeheerder bediend gebied. De actuele lijst  van Toegangspunten is voor het Lokaal Bestuur beschikbaar in de energiemanagementsoftware zoals vermeld in art. 2. De lijst met identificatie van de betreffende Toegangspunten is niet exhaustief en kan derhalve door de volmachtgever steeds worden aangepast in geval van verhuizing, nieuwe aansluiting, verzwaring, bijkomende nieuwe exploitatiezetel, enz.

Dit mandaat is intuitu personae, en maximaal voor de duur van het Datacontract tussen de volmachtgever en de volmachtdrager waarbij de volmachtgever aan de volmacht wordt overgedragen naar de nieuwe rechtspersoon , of bij fusie met een andere rechtspersoon.

Dit mandaat is niet-exclusief.

Het mandaat betreft de opvraging van de Gegevens door middel van een structurele uitwisseling door middel van een applicatie van de Distributienetbeheerder, al dan niet gecombineerd met een Mandaat om lokaal een gebruikerspoort door de Distributienetbeheerder te laten opstellen.

Het komt aan de volmachtdrager toe om de Distributienetbeheerder op de hoogte te stellen van de intrekking of beëindiging van het verstrekte mandaat.

De volmachtdrager zal op voldoende duidelijke wijze kennis geven van zijn mandaat door mededeling  aan de Distributienetbeheerder  van het bestaan ervan. De uitwisseling van de Gegevens verbonden aan het Mandaat verschilt al naargelang de gebruikte applicatie om de Meetgegevens ter beschikking te stellen.

De procedures die passen bij de desbetreffende applicaties moeten gevolgd worden.

Huidig mandaat geeft tevens op een ondubbelzinnige wijze aan de volmachtdrager de toestemming om persoonsgegevens over de afname en/of injectie of productie van elektriciteit en/of gas, die de volmachtgevers betreffen en beschermd zijn door de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer (van natuurlijke personen) ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, evenals voor zover nodig, de Gegevens die niet direct of indirect kunnen verbonden worden met uitsluitend de volmachtgever(s), te verzamelen bij de Distributienetbeheerder en te verwerken.

Fluvius System Operator CVBA heeft voor de DNB een verantwoordelijke aangesteld die fungeert als aanspreekpunt voor de verwerking van persoonsgegevens. Deze verantwoordelijke is bereikbaar via een brief gericht aan Fluvius CVBA, t.a.v. de Functionaris voor Gegevenswerwerking (DPO), Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle of via e-mail (privacy@fluvius.be).

De volmachtdrager erkent het bestaan van een recht van de volmachtgever om zich kosteloos tegen de voorgenomen verwerking van hem betreffende persoonsgegevens te verzetten, indien deze verwerking verricht wordt met het ook op direct marketing.

Deze toestemming is beperkt tot de volmachtdrager zelf als verantwoordelijke voor de verwerking evenals de door hem aangestelde verwerker, en is beperkt in de tijd tot de duur van het huidig mandaat  en tot de duur van het Datacontract tussen de volmachtgever en de volmachtdrager waarin de volmachtgever aan de volmachtdrager heeft gevraagd de gegevens te verzamelen en te verwerken.

Overeenkomstig de wettelijke regeling is dit mandaat ad nutum intrekbaar, onverminderd het recht van de volmachtdrager op vergoeding van de geleverde en aanvaarde prestaties overeenkomstig de overeengekomen tarieven.

 

Artikel 14 – Intellectuele eigendom

De intellectuele en industriële eigendomsrechten met betrekking tot o.a. tekeningen, modellen, literaire werken en/of documenten (opgeslagen op bestendige wijze  of in machinetaal), rapporten, software en databanken, evenals de methodes, kennis, concepten en andere ontwikkelingen waarvan elke partij eigenaar of licentiehouder is, zullen die partij als eigenaar of licentiehouder blijven toebehoren. Alle intellectuele eigendomsrechten die voortvloeien uit een wijziging of aanpassing van de intellectuele eigendom van een partij behoren automatisch aan de DNB of de opdrachtnemer toe.

Elke partij verbindt zich ertoe elke wijziging of aanpassing nauwkeuring te documenteren.

De intellectuele en industriële eigendomsrechten met betrekking tot o.a. tekeningen, modellen, literaire werken en/of documenten (opgeslagen op bestendige wijze of in machinetaal), rapporten, software en databanken, evenals de methodes, kennis, concepten en andere ontwikkelingen , die in het kader van de uitvoering van de overeenkomst of de daaruit voortvloeiende overeenkomsten gecreëerd worden (hierna ‘specifieke ontwikkelingen’ genaamd), behoren vanaf hun bestaan onmiddellijk in volle en exclusieve eigendom aan de DNB toe.

Voor zover nodig, teneinde het Lokaal Bestuur toe te laten de ‘specifieke ontwikkelingen’ te gebruiken, aan te passen , te (laten) onderhouden (door derden)  en/of te reproduceren, verbindt de DNB zich ertoe, en/of maakt deze zich sterk, om het Lokaal Bestuur, zowel wat de eigen intellectuele en industriële eigendomsrechten van de DNB betreft  die gebruikt werden  in het kader van de uitvoering van de opdracht en/of nodig zijn teneinde  de ‘specifieke ontwikkelingen’ te gebruiken, aan te passen, te (laten) onderhouden (door derden) en/of te reproduceren, als wat de ‘specifieke ontwikkelingen’ betreft, een niet-exclusieve, overdraagbare, wereldwijde, onherroepelijke (tijdens en na de opdracht) en voor sublicentie vatbare licentie toe te kennen voor de duur van de wettelijke bescherming van de intellectuele eigendomsrechten (en met een minimum van 70 jaar) met het oog op gebruik, wijziging, onderhouden vertaling, ontwikkeling en reproductie. Deze toekenning gebeurt tegen een vergoeding die in onderling overleg tussen de partijen wordt bepaald. Partijen kunnen overeenkomen dat die vergoeding begrepen is in de kostprijs van deze kaderovereenkomst.

Het Lokaal Bestuur onderhoudt zich ervan de ‘specifieke ontwikkelingen’ op om het even welke wijze te gebruiken voor andere doeleinden dan de uitvoering van deze opdracht zonder de voorafgaande , schriftelijke en uitdrukkelijke toestemming van de DNB; zij zal er voor zorgen dat haar werknemers, aangestelde en onderaannemers eveneens aan deze verplichting worden onderworpen.

 

De DNB vrijwaart het Lokaal Bestuur tegen elke vordering tegen het Lokaal Bestuur ingesteld op grond van inbreuk of vermeende inbreuk op enig  intellectueel eigendomsrecht wegens de uitvoering van de diensten opgesomd in deze overeenkomst, mits de DNB van dergelijke vordering onmiddellijk op de hoogte wordt gesteld, en tijdig de bevoegdheid, informatie en hulp krijgt voor het voeren van de verdediging inzake het desbetreffende rechtsgeding of gerechtelijke procedure. Indien de diensten, of een deel daarvan, tengevolge van een dergelijke rechtsgeding of gerechtelijke procedure worden beschouwd als inbreuk of het Lokaal Bestuur het gebruik ervan wordt verboden, zal de DNB naar eigen goeddunken en voor eigen rekening :

-Voor het Lokaal Bestuur  het recht verwerven de diensten te blijven gebruiken of ;

-De diensten vervangen met vrijwel gelijke diensten die geen inbreuk vormen ;

-Of de diensten zo aanpassen dat ze niet langer een inbreuk vormen.

 

Artikel 15 – Beëindiging en ontbinding

Beëindiging van de kaderovereenkomst :

Elke partij kan een einde stellen aan onderhavige overeenkomst, met uitwerking vanaf 1 januari van het eerstvolgend kalenderjaar, mits schriftelijke kennisgeving per aangetekend schrijven met bericht van ontvangst aan de andere partij ten laatste drie kalendermaanden vóór het einde van het lopende kalenderjaar.

In zulk geval van beëindiging blijft elke partij onverminderd en onvoorwaardelijk ertoe gehouden al zijn verplichtingen die uit onderhavige kaderovereenkomst voortvloeien tijdig en volledig uit te voeren en te blijven uitvoeren met betrekking tot het volledige kalenderjaar op het einde waarvan het mandaat een einde neemt, zonder tussentijdse onderbreking.

Ingeval van lopende specifieke overeenkomsten op het ogenblik van de beëindiging van deze kaderovereenkomst, blijven de bepalingen van de kaderovereenkomst onverkort van toepassing voor de resterende duur van de betreffende specifieke overeenkomst.

 

Beëindiging van de specifieke overeenkomst :

1.Beëindiging door het Lokaal Bestuur :

Het lokaal bestuur kan de specifieke overeenkomst opzeggen :

-Ingeval van overmacht conform artikel 9 van deze kaderovereenkomst; of

-Indien het Lokaal bestuur de DNB ernstige schending van de specifieke overeenkomst heeft gemeld en de DNB heeft nagelaten maatregelen te nemen deze schending binnen 14 dagen na de datum van de melding te herstellen ; of

-Ingeval van faillissement, gerechtelijke organisatie, … van de DNB.

-

2.Beëindiging door de DNB :

De DNB kan de specifieke overeenkomst opzeggen :

-Ingeval van overmacht conform artikel 9 van deze kaderovereenkomst; of

-Ingeval van niet betaling door het Lokaal Bestuur meer dan 1 kalendermaand na daartoe te zijn aangemaand door de DNB overeenkomstig artikel 11 van deze kaderovereenkomst of

-Indien de DNB het Lokaal Bestuur een andere schending door het Lokaal Bestuur van deze kaderovereenkomst heeft gemeld, die een nadelige invloed heeft op de uitvoering door de DNB van haar verplichtingen ingevolge de specifieke overeenkomst, en het Lokaal Bestuur de schending niet binnen 14 kalenderdagen vanaf de melding heeft herstel; of

-Ingeval van faillissement, gerechtelijke reorganisatie, …. Van het Lokaal Bestuur; of

 

3.Betaling na beëindiging

Na beëindiging van deze kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst overeenkomstig punt 1 of 2, zal het Lokaal Bestuur onmiddellijk alle aan de DNB verschuldigde bedragen voldoen met betrekking tot  de uitvoering door de DNB tot en met de datum van het einde van de kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst, inclusief betaling van ieder aanvullend werk dat door de DNB is uitgevoerd op verzoek van het Lokaal Bestuur na beëindiging en betaling van de bestelde apparatuur en het materiaal.

De DNB zal alle in het bezit zijnde documenten en bescheiden die hij in uitvoering van deze kaderovereenkomst en/of specifieke overeenkomst heeft ontvangen, onmiddellijk terug bezorgen zonder dat de DNB gerechtigd is om enig zulk document te behouden.

 

Artikel 16 – Geschillen

Deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten gesloten ter uitvoering ervan worden beheerst door het Belgisch recht.

Partijen zijn ertoe gehouden de overeenkomst te goeder trouw uit te voeren, rekening houdend met hun wederzijdse belangen. Vooraleer een dispuut aan het rechtbank voor te leggen, verbinden partijen er zich toe te goeder trouw en met inachtname van de redelijke belangen van de andere partij te onderhandelen met het ook op een minnelijke regeling.

De rechtbanken van het arrondissement waarin het Lokaal Bestuur gelegen is, zijn bevoegd.

 

Artikel 17 – Geldigheid van de voorwaarden

Indien enige bepaling uit deze kaderovereenkomst onwettig, ongeldig of onuitvoerbaar wordt verklaard, zal dit de geldigheid en uitvoerbaarheid van de overige bepalingen uit deze kaderovereenkomst niet aantasten en zullen partijen zich inspannen om onmiddellijk en te goeder trouw een geldige, wettige en uitvoerbare clausule met hetzelfde economisch effect en die zo nauw mogelijk aansluit bij de bedoeling van partijen overeen te komen.

 

Artikel 18 – Wijziging regelgeving

De DNB kan niet aansprakelijk gesteld worden voor alle wijzigingen die zij aan deze kaderovereenkomst dient aan te brengen, inclusief de gebeurlijke stopzetting ervan, als gevolg van wijzigingen waaraan zij door wetgevende of regulatoire instellingen zou worden onderworpen. Ingeval van wijziging van de toepasselijke wet – of regelgeving, stelt de DNB te goeder trouw de wijzigingen voor die aan deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten moeten worden aangebracht teneinde deze hiermee in overeenstemming te brengen en het economisch evenwicht van deze kaderovereenkomst en specifieke overeenkomsten maximaal te vrijwaren. Indien partijen niet akkoord gaan over de voorgestelde wijziging, wordt deze kaderovereenkomst beëindigd en worden de resterende bedragen in één keer opeisbaar.

 

Artikel 19 - Contactpersonen

Volgende contactpersonen treden op namens de partijen. Zij zijn bevoegd om beslissingen te nemen in het kader van deze kaderovereenkomst en de specifieke overeenkomsten.

Voor het Lokaal Bestuur :Voor de DNB :

Katleen Janssens,                     Frank Boogaerts Werner Van Hauwaert

Algemeen Directeur                         Burgemeester                               

Paradeplein 2 bus 1            Paradeplein 2 bus 1Klantendienst – Key Accounts

2500 – Lier                                         2500 – Lier                Brusselsesteenweg 199

9090 Melle

09 263 5250                                                                                                                                                                              werner.vanhauwaert@fluvius.be

 

Artikel 20 – Ondertekening van de kaderovereenkomst

Ondertekening in 2 exemplaren te Lier op ….. waarvan elke partij erkent haar origineel exemplaar te hebben ontvangen.

Voor het Lokaal Bestuur :

De algemeen directeur De burgemeester

 

Katleen Janssens Frank Boogaerts

Voor de DNB

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

OVEREENKOMST VMM MBT AWIS RIOOLINVENTARIS. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Stad Lier is rioolbeheerder op zijn grondgebied. Hiertoe beheert en onderhoudt Stad Lier een digitale rioolinventaris die oa raadpleegbaar is via de GIS toepassing van Stad Lier.

 

Het beheer en updaten van deze rioolinventaris op basis van de as-built plannen van nieuwe wegen- en rioleringswerken besteedt Stad Lier uit aan Aquafin.

 

De gemeenteraad heeft, in zitting van 17 december 2018, de "dienstverleningovereenkomst

inzake de uitbouw en het beheer van gemeentelijke afvalwaterzuiveringsinfrastructuur"

goedgekeurd.

 

Op datum van  6/5/2019 besliste het CBS de laatste jaarlijkse update van de rioleringsdatabank ook binnen deze overeenkomst nog uit te voeren.

 

De gegevens van deze databank worden momenteel alleen beschikbaar gesteld voor de administratie van Stad Lier en voor de eigen diensten van Aquafin. Deze zijn niet opgenomen in een bovengemeentelijke databank waardoor koppeling met omliggende gemeenten en hogere overheden ontbreekt.

 

Feiten en context

De Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) ontwikkelde in samenspraak met de rioolbeheerders en de gemeenten het afvalwaterinformatiesysteem (AWIS). Dit systeem bevat alle relevante informatie omtrent de saneringsinfrastructuur en riolering en vormt ook de basis voor de verdere uitbouw ervan op Vlaams niveau.

 

Het digitaliseren van de informatiestromen en het bouwen van klantvriendelijke instrumenten hebben hierin, als uitvoering van het Vlaams beleid, als doel de interactie tussen lokale besturen en de VMM te bevorderen. Het delen van informatie tussen lokale bestuursniveaus, rioolbeheerders en de VMM vormt hierbij een belangrijk uitgangspunt.

 

Fasering

Update databank Aquafin: februari 2020

Opladen databank Aquafin naar AWIS: trimestrieel vanaf april 2020

 

Adviezen

 

Aquafin

Aquafin houdt jaarlijks de riooldatabank van Stad Lier up-tot-date in het kader van de dienstverleningsovereenkomst.

Eén keer per kwartaal wisselt Aquafin met VMM de riooldatabankgegevens in onze centrale databank met VMM uit.  Aquafin kan de riooldatabank opnemen in hun centrale databank waardoor die dan automatisch mee uitgewisseld wordt met VMM.

Het volstaat dat Stad Lier aan VMM meldt die dat registreert in hun AWIS. Aquafin pikt het daar op.

 

Juridische dienst

Er werden geen opmerkingen geformuleerd bij de gegevensuitwisselingsovereenkomst. De aansprakelijkheden zijn evenwichtig.

 

 

Juridische grond

De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur.

 

Argumentatie

De eerste stap in de realisatie van een gebiedsdekkende rioolinventaris kreeg vorm in AWIS. In

samenspraak met de sector bouwde de Vlaamse Milieumaatschappij hiervoor de webapplicatie:

rioolinventaris.vmm.be.

 

De samenwerking bij de opmaak van de rioolinventaris werd in overleg als volgt vastgelegd :

 rioolbeheerders en lokale besturen beheren de rioolinventaris voor hun grondgebied;

 de Vlaamse Milieumaatschappij zorgt voor de grensoverschrijdende koppeling van deze

netwerken van de partners tot één gebiedsdekkende referentierioolinventaris voor

Vlaanderen. Grensoverschrijdend doelt hier zowel op de koppeling tussen netwerken van

verschillende gemeenten en rioolbeheerders als op de koppeling tussen gemeentelijke en

bovengemeentelijke infrastructuurdelen.

 

Hiertoe werd een afsprakenkader voor de aanlevering en bijhouding van de informatie vastgelegd. De gegevensdeling in het kader van de rioolinventaris tussen VMM en Lier moet nu concreet gemaakt worden. Een eerste stap hiervoor bestaat in het ondertekenen van de overeenkomst in bijlage. Nadien zal in samenspraak met de betreffende diensten bekeken worden hoe deze uitwisseling kan worden opgestart.

Stad Lier neemt vanaf de inwerkingtreding van de overeenkomst de aanlevering en de bijwerking van Infrastructuurgegevens op zich die betrekking hebben op het grondgebied van Stad Lier. Stad Lier zal de infrastructuurgegevens aanleveren en/of bijwerken tegen de voorwaarden zoals in deze overeenkomst worden bepaald.

VMM zal vanaf de inwerkingtreding van deze overeenkomst de infrastructuurgegevens samenbrengen, optimaliseren en verrijken en hiervoor AWIS als een efficiënt informatiesysteem ontwikkelen, beheren en openstellen voor Stad Lier tegen de voorwaarden zoals in de overeenkomst worden bepaald.

 

OVEREENKOMST VOOR UITWISSELING VAN GEGEVENS TUSSEN

1. Vlaamse Milieumaatschappij, een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid van de Vlaamse Overheid, met maatschappelijke zetel te B-9300 Aalst, Dokter De Moorstraat 24-26, ingeschreven bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen met ondernemingsnummer BE0887 290 276, vertegenwoordigd door Bernard De Potter, Administrateur-generaal;

Hierna aangeduid als "VMM";

EN

2. Stadsbestuur Lier, met maatschappelijke zetel te 2500 Lier, ingeschreven bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen met ondernemingsnummer BE0207.502.301, vertegenwoordigd door mevrouw Katleen Janssens, algemeen directeur en de heer Frank Boogaerts, burgemeester ;

Hierna aangeduid als de "Gegevenspartner”;

Elke bovengenoemde partij kan afzonderlijk worden aangeduid als "Partij" en, samen, als "Partijen";

 

Overeenkomst AWIS

 

INHOUDSOPGAVE

1. Definities ................................................................................................................................. 6

2. Hiërarchie en interpretatie van de contractuele documenten ................................................. 7

3. Duur van de Overeenkomst..................................................................................................... 7

4. Voorwerp van deze Overeenkomst.......................................................................................... 8

5. Verbintenissen van de Partijen ................................................................................................ 8

5.1 Waarborgen van de Gegevenspartner ........................................................................ .......... 8

5.2 Waarborgen van de VMM...................................................................................................... 9

5.3 Waarborgen van alle Partijen.................................................................................................. 9

6. Overleggroep.......................................................................................................................... 10

6.1 Taken van de Overleggroep.................................................................................................. 10

6.2 Samenstelling van de Overleggroep .................................................................................... 10

6.3 Samenkomst van de Overleggroep ...................................................................................... 10

6.4 Besluitvorming van de Overleggroep ................................................................................... 10

7. Bescherming van persoonsgegevens en Vertrouwelijke Informatie ....................................  11

7.1 Bescherming van persoonsgegevens................................................................................... 11

7.2 Vertrouwelijkheid van informatie........................................................................................... 11

8. Intellectuele eigendomsrechten............................................................................................. 12

8.1 Eigendom van AWIS ............................................................................................................ 12

8.2 Gebruiksrechten op de Infrastructuurgegevens................................................................... 12

9. Overmacht.............................................................................................................................. 12

10. Aansprakelijkheid.................................................................................................................. 12

11. Communicatie en mededelingen.......................................................................................... 12

12. Toepasselijk recht en bevoegdheid ...................................................................................... 13

13. Algemene bepalingen en slotbepalingen ............................................................................. 13

13.1 Deelbaarheid ...................................................................................................................... 13

13.2 Kennisgeving ...................................................................................................................... 13

13.3 Hoofding.............................................................................................................................. 13

13.4 Zelfstandige Gegevenspartner ........................................................................................... 13

13.5 Geen verzaking ................................................................................................................... 14

 

 

OVERWEGENDE DAT


A De VMM in haar functie van ecologische toezichthouder in Vlaanderen als deel van haar taken binnen het Vlaamse beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie onder meer bevoegd is voor de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging;

B De VMM voor het uitvoeren van haar taken op dit vlak, waaronder de planmatige uitbouw van de afvalwatersaneringsinfrastructuur, het verlenen van vergunningen en andere opdrachten in het bezit dient te zijn van accurate en betrouwbare gegevens over de locatie, status en andere karakteristieken zoals verder vermeld in Bijlage 1, met betrekking tot de rioleringen en andere onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur op Vlaams grondgebied (hierna “Infrastructuurgegevens”);

C De Infrastructuurgegevens typisch in het bezit zijn van en verspreid over een groot aantal partijen, onder meer gemeenten, gemeentebedrijven, intercommunales, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, Aquafin NV, of andere partijen die als exploitant van een openbaar waterdistributienetwerk of als contractuele partner van de reeds genoemde partijen betrokken zijn bij de uitvoering van de gemeentelijke of bovengemeentelijke decretale saneringsverplichtingen (hierna de ’“Gegevenspartners”);

D Partijen akkoord zijn dat de VMM en de Gegevenspartners voor het uitvoeren van hun respectievelijke opdrachten belang hebben bij de uitwisseling van geactualiseerde Infrastructuurgegevens en dat deze in gestandaardiseerde en digitale vorm worden bijgehouden in een gebiedsdekkende gecentraliseerde infrastructuurdatabank, ontwikkeld en beheerd door de VMM, inclusief alle software waaronder applicaties, procedures en beheertools voor deze databank (hierna “AWIS”);.

E De genoemde Gegevenspartners op grond van het nieuwe artikel 32septies, §3 van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging hoe dan ook verplicht zullen zijn om alle informatie waarover ze beschikken en die nodig is voor het opvolgen van de uitvoering van de taken (zie A.) ter beschikking te stellen van de VMM als ecologische toezichthouder;

F Het opvolgen van de informatie en het optimaliseren van de informatiestromen voor alle betrokken belanghebbenden een meerwaarde oplevert, vergelijkbaar met het Informatiemodel Kabels en Leidingen van het Agentschap Informatie Vlaanderen (IMKL) dat

tot stand kwam dankzij een nauwe samenwerking tussen de betrokken belanghebbenden, met name de beheerders van kabels en leidingen en professionele planaanvragers;

G De VMM de gegevens zal samenbrengen, optimaliseren en verrijken en hiervoor AWIS als een efficiënt informatiesysteem ontwikkelt en beheert, dat zal toelaten om de rapporteringslast in het kader van het bestaand wettelijk en contractueel kader voor de Gegevenspartners, waar mogelijk, te verminderen en de samenwerking (bijvoorbeeld inzake de opvolging van gesubsidieerde investeringsprojecten) tussen Gegevenspartners en de VMM te vereenvoudigen, zodat AWIS ook voor de Gegevenspartners een meerwaarde betekent;

H De Gegevenspartners zich bewust zijn van de investeringen die de VMM doet en zal doen in het ontwikkelen en beheren van AWIS en zich daarom engageren tot het aanleveren van de Infrastructuurgegevens aan de VMM; omgekeerd de VMM zich bewust is van de investeringen die de Gegevenspartners doen en zullen doen voor het inventariseren en aanleveren van correcte Infrastructuurgegevens aan de VMM via AWIS, inclusief ontwikkeling en onderhoud van hun eigen IT infrastructuur en toepassingen;

I De VMM, de Gegevenspartners die tot de overheidsinstanties behoren en Aquafin onderworpen zijn aan decretale verplichtingen inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie;

J De VMM en de Gegevenspartners reeds samenwerken met het oog op een gemeenschappelijk begrippenkader in deze context, zoals blijkt uit Bijlage 1 bij deze Overeenkomst;

K De Partijen voorafgaand aan deze Overeenkomst onderhandelingen hebben gevoerd over de technische en organisatorische aspecten van de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens, in het bijzonder door het opstellen van een uitwisselingsmodel dat rekening houdt met de noden en verwachtingen van alle Partijen, zoals blijkt uit Bijlage 1 bij deze Overeenkomst;

L De Partijen eveneens voorafgaand aan deze Overeenkomst voor een eerste fase van AWIS afspraken hebben gemaakt over ontsluiting van Infrastructuurgegevens tussen Partijen of aan partijen andere dan de Gegevenspartners die de Infrastructuurgegevens hebben aangeleverd, zoals blijkt uit Bijlage 2 bij deze Overeenkomst;

M De Partijen op heden enkel afspraken gemaakt hebben met betrekking tot een rioleringsdatabank sensu stricto. Mogelijke toekomstige doeleinden/ ontwikkelingen/ functionaliteiten of het gebruik dat de VMM als toezichthouder hiervan wenst te maken, zullen eveneens het voorwerp uitmaken van onderhandelingen tussen partijen. Een en ander zal gebeuren met respect voor het bestaand wettelijk en contractueel kader;

N De Partijen de gemaakte afspraken wensen te concretiseren in contractuele bepalingen die de vorm aannemen van een gentleman’s agreement, dit alles in overeenstemming met de toepasselijke Vlaamse en Europese regelgeving;

O De Partijen met deze Overeenkomst een inspanningsverbintenis beogen die zij met inzet van alle redelijke middelen en inspanningen zullen invullen;

P De VMM en de Gegevenspartners ieder voor zich bevoegd zijn contracten af te sluiten voor aangelegenheden die binnen hun bevoegdheid vallen;

Q De Partijen specifiek in deze Overeenkomst de voorwaarden willen vastleggen waaronder de betrokken Infrastructuurgegevens zullen worden aangeleverd aan de VMM en verder zullen worden ontsloten aan de Gegevenspartners zelf en aan eventuele derden.

 

WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:

 

OVEREENKOMST

1. Definities

In deze Overeenkomst hebben de hierna met hoofdletter geschreven begrippen en uitdrukkingen de hierna aangegeven betekenis, behoudens wanneer uit de context van een specifieke bepaling ontegensprekelijk blijkt dat deze betekenis in deze bepaling niet toepasselijk is.

Avenant betekent het document dat een wijziging aan de Overeenkomst formaliseert.

AWIS betekent de gebiedsdekkende, gecentraliseerde infrastructuurdatabank ontwikkeld en beheerd door de VMM, inclusief alle software waaronder applicaties, procedures en beheertools voor deze databank.

Bijlage betekent het document dat bij de Overeenkomst wordt gevoegd en er integraal deel van uitmaakt.

Data betekent het geheel van Infrastructuurgegevens die door toedoen van de Partijen worden verwerkt en/of opgeslagen in of via AWIS en waartoe de Partijen toegang krijgen of kunnen krijgen.

Duur betekent de looptijd van de Overeenkomst zoals bepaald in Artikel 3 van de Overeenkomst.

Gegevenspartner betekent de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersoon met wie de Overeenkomst wordt gesloten.

Infrastructuurgegevens betekent alle gegevens over de locatie, status en andere karakteristieken zoals verder vermeld in Bijlage 1, met betrekking tot rioleringen en andere onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur op Vlaams grondgebied.

Overeenkomst betekent het geheel van contractuele documenten dat de rechtsverhouding tussen de VMM en de Gegevenspartner regelt met betrekking tot de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens.

Overleggroep betekent de betrokken Partijen en/of andere Gegevenspartners zoals aangeduid in Bijlage 4, die instaan voor de opvolging van de Overeenkomst, zoals verder toegelicht in Artikel 6 van de Overeenkomst.

Overmacht betekent een gebeurtenis die onafhankelijk is van de wil van één van de Partijen, die niet kon worden voorzien noch verhinderd en die de onmogelijkheid van uitvoering van de Overeenkomst of een deel ervan met zich brengt.

Vertrouwelijke Informatie betekent alle Infrastructuurgegevens en Data en alle documenten en gegevens, in gelijk welke vorm of op om het even welke drager die tussen Partijen werden uitgewisseld vanaf het opstarten der gesprekken alsook de bij de uitvoering van de Overeenkomst, in zoverre uit hun aard blijkt dat deze vertrouwelijk dienen te worden behandeld.

VMM betekent het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid als bedoeld in het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 belast met het toezicht op de bovengemeentelijke en de gemeentelijke saneringsplicht inzake afvalwater.

2. Hiërarchie en interpretatie van de contractuele documenten

De voorwaarden die gelden voor de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens zijn vastgesteld in deze Overeenkomst en haar Bijlagen. De overwegingen, zoals vastgelegd in de aanhef maken integraal deel uit van de Overeenkomst. De Overeenkomst heeft voorrang op haar Bijlagen.

Behoudens anders overeengekomen, zijn de voorwaarden van deze Overeenkomst tevens van toepassing op alle Avenanten die tijdens de Duur tussen de VMM enerzijds en de Gegevenspartner anderzijds worden gesloten. Een Avenant zal eerst van kracht zijn na de ondertekening door beide Partijen.

De contractuele relatie tussen Partijen wordt, met uitsluiting van alle voorgaande documenten die tussen de VMM en de Gegevenspartner werden uitgewisseld, beheerst door deze Overeenkomst, zoals eventueel aangevuld met Avenanten en eventuele bijkomende Bijlagen. Partijen komen overeen dat de technische aspecten, vermeld in de Bijlagen 1 tot en met 4 bij deze Overeenkomst kunnen worden aangepast via consensus in de Overleggroep. Daarbij worden de begrippen, definities en principes van de schillenstructuur vermeld in Bijlage 2, niet als technische aspecten beschouwd. De administratieve gegevens in Bijlage 5 kunnen op eenvoudig verzoek aangepast worden.

De Gegevenspartner en de VMM komen overeen dat zij deze Overeenkomst te goeder trouw zullen heronderhandelen wanneer nieuwe toepasselijke regelgeving de werking ervan impacteert.

3. Duur van de Overeenkomst

Deze Overeenkomst zal in werking treden op de datum van ondertekening door beide Partijen en blijft van kracht zolang de Gegevenspartner als eigenaar, exploitant of gebruiker van rioolinfrastructuur of als contractuele partner van een eigenaar, exploitant of gebruiker, belast is met het beheer van Infrastructuurgegevens..

4. Voorwerp van deze Overeenkomst

Voorwerp van deze Overeenkomst is in de eerste plaats de uitwisseling van geactualiseerde Infrastructuurgegevens via AWIS tussen de VMM en de Gegevenspartners.

De Gegevenspartner neemt vanaf de inwerkingtreding van deze Overeenkomst de aanlevering en de bijwerking van Infrastructuurgegevens op zich die betrekking hebben op de zone omschreven in Bijlage 3. De Gegevenspartner zal de Infrastructuurgegevens aanleveren en/of bijwerken tegen de voorwaarden zoals in deze Overeenkomst worden bepaald.

VMM zal vanaf de inwerkingtreding van deze Overeenkomst de Infrastructuurgegevens samenbrengen, optimaliseren en verrijken en hiervoor AWIS als een efficiënt informatiesysteem ontwikkelen en beheren en openstellen voor de Gegevenspartner tegen de voorwaarden zoals in deze Overeenkomst worden bepaald.

De Infrastructuurgegevens zijn meer gedetailleerd omschreven in Bijlage 1: Infrastructuurgegevens.

5. Verbintenissen van de Partijen

5.1 Waarborgen van de Gegevenspartner

De Gegevenspartner waarborgt naar beste vermogen

(i) dat de Infrastructuurgegevens zullen worden verstrekt en bijgewerkt zodat AWIS op correcte en actuele wijze de status van de rioleringen en bijhorende onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur in de in Bijlage 3 omschreven zone kan weergeven;

(ii) dat de infrastructuurgegevens worden aangeleverd en bijgewerkt per aanleveringsgebied of voor een aantal aanleveringsgebieden samen en dat de aanlevering minimaal per kwartaal gebeurt met behulp van de oplaadmodule rioolinventaris.VMM.be.

(iii) dat de aanlevering en bijhouding zal verricht worden in overeenstemming met de overeengekomen vereisten en specificaties zoals gespecifieerd in Bijlagen 1 en 2;

(iv) dat hij naar best weten over alle rechten, competenties, goedkeuringen, vergunningen, licenties en toelatingen beschikt om de Infrastructuurgegevens te leveren en de samenwerking met de VMM aan te gaan;

(v) dat hij de Infrastructuurgegevens zal aanleveren conform de overeengekomen tijdschema's, tenzij er sprake is van Overmacht;

(vi) dat hij iedere wijziging in zijn huidig of toekomstig werkingsgebied onverwijld schriftelijk aan de VMM zal meedelen;

(vii)dat hij loyaal zal samenwerken om de continuïteit van AWIS, als rioleringsdatabank sensu stricto niet in het gedrang te laten komen en dit met respect voor het bestaand wettelijk en contractueel kader.

5.2 Waarborgen van de VMM

De VMM waarborgt naar beste vermogen

(i) dat zij alle redelijke middelen in haar bereik – dus exclusief de invoerapparatuur en communicatieverbindingen op de locatie van de Gegevenspartner -zal leveren in de vorm van software, interfaces, handleidingen en ondersteuning aan de Gegevenspartner om de aanlevering en bijwerking van de Infrastructuurgegevens in AWIS op adequate wijze te faciliteren;

(ii) dat zij de door de Gegevenspartner ingevoerde en/of bijgewerkte Infrastructuurgegevens verder zal aanvullen en verrijken met gegevens waarover zij zelf beschikt of zal beschikken;

(iii) dat zij, zodra de door de Gegevenspartner ingevoerde en bijgewerkte Infrastructuurgegevens, haar daartoe in staat stelt, de door de Gegevenspartner ingevoerde en/of bijgewerkte Infrastructuurgegevens zal aanwenden om aan de Gegevenspartner relevante informatie te verschaffen, bijvoorbeeld over aansluitingsconflicten, knelpunten, en andere mogelijke issues;

(iv) dat zij, zodra de door de Gegevenspartner ingevoerde en bijgewerkte Infrastructuurgegevens haar daartoe in staat stelt, deze gegevens verder ook zal aanwenden voor het ontwikkelen van toepassingen ten dienste van de Gegevenspartner, onder meer voor dossieropvolging, vermindering van de rapporteringslast of andere functies;

(v) dat zij ervoor zal zorgen dat de Gegevenspartner tijdens de Duur van de Overeenkomst toegang heeft tot de Infrastructuurgegevens opgenomen in AWIS conform de voorwaarden en beperkingen omschreven in deze Overeenkomst en haar Bijlagen;

(vi) dat zij op loyale wijze zal samenwerken met de vertegenwoordigers van de Gegevenspartner in de Overleggroep en alles in het werk zal stellen om de doelstellingen van AWIS te realiseren.

5.3 Waarborgen van alle Partijen

Partijen waarborgen dat zij AWIS niet zullen gebruiken voor doeleinden waarover geen contractuele afspraak bestaat of waarvoor er geen wettelijke basis bestaat op moment van het gebruik.

6. Overleggroep

6.1 Taken van de Overleggroep

Om de samenwerking tussen de VMM en de Gegevenspartners in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst te bevorderen wordt een Overleggroep in het leven geroepen met de volgende opdrachten:

- het bewaken van de goede werking van AWIS en de correcte uitvoering van de Overeenkomst;

- het onderzoeken en voorstellen van de nodige maatregelen om eventuele problemen bij de werking van AWIS op te lossen;

- het onderzoeken en het maken van verdere afspraken over de toekomstige ontwikkeling van AWIS;

- het onderzoeken en het maken van afspraken over eventuele nodige aanpassingen van AWIS aan toepasselijke Belgische, Europese en internationale regelgeving;

- het bemiddelen en oplossen van eventuele geschillen in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst;

- het voorstellen, onderhandelen en goedkeuren van eventuele aanpassingen aan de technische aspecten, vermeld in de Bijlagen bij deze Overeenkomst;

- het voorstellen van en overeenkomen over geleidelijke aanpassingen aan de validatieregels met het oog op een verbetering van de datakwaliteit;

- het concretiseren van de afspraken met betrekking tot de bijwerking van de gegevens (via werkafspraken).

6.2 Samenstelling van de Overleggroep

De Overleggroep is samengesteld uit de leden aangeduid in Bijlage 4. Hierin wordt tevens voorzien in het aanstellen van vervangers bij ziekte, ontslag, overlijden of andere redenen voor vervanging van een lid van de Overleggroep.

Het secretariaat van de Overleggroep wordt waargenomen door de VMM. De Overleggroep duidt in haar midden een voorzitter aan en stelt de regels voor haar interne werking vast.

6.3 Samenkomst van de Overleggroep

De Overleggroep komst minstens 1 keer per jaar samen.

6.4 Besluitvorming van de Overleggroep

De Overleggroep beslist bij wijze van consensus en stelt verslagen van haar vergaderingen op. Deze verslagen zijn beschikbaar voor alle Gegevenspartners, ook zij die niet actief bij de Overleggroep betrokken zouden zijn. Daarbij wordt gestreefd naar beschikbaarstelling door middel van gecoördineerde versies van afgesproken technische aspecten van de Bijlagen bij deze Overeenkomst.

7. Bescherming van persoonsgegevens en Vertrouwelijke Informatie

7.1 Bescherming van persoonsgegevens

Naleving van de toepasselijke regelgeving – De Partijen verbinden zich ertoe al de vereisten in acht te nemen die door de relevante Europese en Belgische regelgeving met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer bij de verwerking van persoonsgegevens worden opgelegd. Deze verbintenis houdt tevens in dat iedere Partij moet zorgen dat zij, voor zover op haar van toepassing, over de nodige machtigingen van de bevoegde instanties beschikt die door de toepasselijke regelgeving in dit verband worden opgelegd.

7.2 Vertrouwelijkheid van informatie

Vertrouwelijke behandeling – Elke Partij komt overeen de Vertrouwelijke Informatie van de andere Partij strikt vertrouwelijk te behandelen, behoudens andersluidend voorafgaand en schriftelijk akkoord van de andere Partij.

Iedere Partij verbindt zich er onder meer toe de Vertrouwelijke Informatie: (i) niet te verspreiden, te publiceren, te overhandigen of ter beschikking te stellen aan derden in enige vorm, (ii) niet te gebruiken of onthullen anders dan voor zover strikt noodzakelijk voor de uitvoering van en binnen de grenzen van deze Overeenkomst.

Uitzonderingen – Op de verplichting tot vertrouwelijkheid wordt uitzondering gemaakt wanneer het gaat om gegevens die ofwel: (i) hetzij algemeen bekend zijn; (ii) hetzij noodzakelijkerwijs door de andere Partij moeten worden medegedeeld aan haar werknemers, aangestelden en onderaannemers om de goede uitvoering van haar taken en verplichtingen volgens de bepalingen van deze Overeenkomst te verzekeren en op voorwaarde dat deze op hun beurt de vertrouwelijkheid van de gegevens garanderen; (iii) hetzij in het kader van een geschillenregeling, van een arbitrale of gerechtelijke procedure, of overeenkomstig een wet, decreet of reglement moeten worden vrijgegeven door één van de Partijen; (iv) hetzij één van de Partijen desbetreffende Vertrouwelijke Informatie van de andere Partij van een derde heeft verkregen en die derde deze gegevens niet op een wederrechtelijke manier heeft verkregen.

8. Intellectuele eigendomsrechten

8.1 Eigendom van AWIS

Alle intellectuele eigendomsrechten inzake AWIS, waaronder, zonder daartoe beperkt te zijn, broncode, handleidingen, studies, schema's, documentatie, rapporten, uitvindingen, concepten of creaties en andere ontwikkelingen, zullen uitsluitend aan de VMM toebehoren vanaf het moment van hun creatie.

8.2 Gebruiksrechten op de Infrastructuurgegevens

De VMM erkent dat de Gegevenspartner eigenaar of rechthebbend gebruiker van de door hem aangeleverde Infrastructuurgegevens is, onverminderd echter hetgeen daarover tussen de Gegevenspartner en zijn eventuele contractpartners is overeengekomen. De Gegevenspartner geeft aan de VMM een recht om de Infrastructuurgegevens te gebruiken en verder te verwerken in het kader van AWIS, inclusief doorgifte conform wat overeengekomen is in Bijlage 3 en dit niettegenstaande enige wijziging in de juridische toestand van de Gegevenspartner of diens relatie met zijn huidige contractpartners. In het bijzonder zal de Gegevenspartner zich niet beroepen op zijn eigendom op de Infrastructuurgegevens als daardoor de continuïteit van AWIS, als rioleringsdatabank sensu stricto, in het gedrang zou komen.

9. Overmacht

Geen der Partijen is aansprakelijk voor gebreken of vertragingen in de uitvoering van de Overeenkomst in de mate dat deze gebreken of vertragingen het gevolg zijn van Overmacht.

10. Aansprakelijkheid

Iedere Partij bij deze Overeenkomst is aansprakelijk voor haar fout of nalatigheid volgens de gemeenrechtelijke regels inzake aansprakelijkheid.

Geen van de Partijen is aansprakelijk voor winstderving, verlies van verwachte winst en gemiste kansen. Een Partij is ook niet aansprakelijk indien schade het gevolg is van de fout van de andere Partij, diens gebruikers of diens aangestelde derden.

11. Communicatie en mededelingen

Behoudens indien uitdrukkelijk anders overeengekomen, dienen alle mededelingen onder deze Overeenkomst schriftelijk te gebeuren aan de andere Partij op de in Bijlage 5 genoemde adressen, en dit tot één van deze Partijen de andere Partij schriftelijk op de hoogte brengt van een adreswijziging of bestemmeling.

12. Toepasselijk recht en bevoegdheid

Deze Overeenkomst wordt beheerst door het Belgisch recht en zal dienovereenkomstig worden geïnterpreteerd.

Elk geschil betreffende de geldigheid, de uitlegging of de uitvoering van deze Overeenkomst zal, indien het niet in onderling overleg tussen de betrokken Partijen kan worden opgelost, worden voorgelegd aan de Overleggroep voor bemiddeling.

13. Algemene bepalingen en slotbepalingen

13.1 Deelbaarheid

Indien één of meerdere bepalingen van onderhavige Overeenkomst ongeldig geacht of verklaard worden krachtens een wet, reglement of definitieve uitspraak van een bevoegde rechtbank, zullen de overige bepalingen hun kracht en draagwijdte ongewijzigd behouden, voor zover dit de economie van de Overeenkomst niet in het gedrang brengt.

De Partijen verbinden zich ertoe de ongeldige bepaling te vervangen door een nieuwe bepaling die zoveel als mogelijk de oorspronkelijke doelstellingen van de ongeldige bepaling kan bewerkstelligen.

13.2 Kennisgeving

Wanneer de Gegevenspartner onderworpen wordt aan nieuwe overeenkomsten of wijzigingen van bestaande overeenkomsten die een impact hebben op de uitvoering van deze Overeenkomst, brengt hij de VMM daarvan onverwijld en schriftelijk op de hoogte.

13.3 Hoofding

De opdeling van deze Overeenkomst in verschillende rubrieken en de betiteling van deze rubrieken gebeurt uitsluitend ten indicatieve titel en dit beïnvloedt geenszins de inhoud of de draagwijdte van de bepalingen of van de rechten en de verplichtingen die eruit voortvloeien.

13.4 Zelfstandige Gegevenspartner

In het aangaan en de uitvoering van de Overeenkomst handelt de Gegevenspartner als zelfstandige Gegevenspartner. Geen enkele bepaling in de Overeenkomst, noch het gedrag van de Partijen in uitvoering van de Overeenkomst zal aanleiding geven of verondersteld worden aanleiding te geven tot het oprichten van een vennootschap, een vereniging, tijdelijke vennootschap, joint venture of enige andere samenwerkingsvorm tussen Partijen.

Behoudens uitdrukkelijke opdracht of toestemming vanwege de andere Partijen beschikt een Partij niet over de bevoegdheid om verplichtingen aan te gaan in naam of voor rekening van de andere Partij.

13.5 Geen verzaking

Het feit dat een recht niet wordt opgeëist of niet wordt benut, of het feit dat een sanctie of een procedure niet wordt toegepast, alsmede het niet instellen van een vordering door de VMM of de Gegevenspartner, impliceert geenszins een verzaking of afstand van recht.

Aldus overeengekomen tussen de hierboven genoemde Partijen, op ......

Opgemaakt te Brussel in zoveel originele exemplaren als er onderscheiden Partijen zijn. Elke Partij verklaart hierbij zijn origineel exemplaar te hebben ontvangen.

Voor de VMM                                                               Voor de Gegevenspartner

                                                                    De algemeen directeur         De burgemeester



                                                                     Katleen Janssens               Frank Boogaerts

 

_________________________                                          _________________________ 

 

Volgende Bijlagen maken integraal deel uit van de Overeenkomst:

Bijlage 1 – Infrastructuurgegevens: conceptueel datamodel

Bijlage 2 – Schillenstructuur voor ontsluiting van gegevens

Bijlage 3 – Geografische zone waarop deze Overeenkomst betrekking heeft

(Kaart van het werkingsgebied van de betrokken Gegevenspartner)

Bijlage 4 – Samenstelling van de Overleggroep

Bijlage 5 – Contactpersonen

 

 

Financiële weerslag

Deze overeenkomst heeft geen financiële impact .

 

Stemming

 

eenparig

 

De gemeenteraad beslist de overeenkomst voor uitwisseling van digitale geografische gegevens tussen de stad Lier en de Vlaamse Milieumaatschappij goed te keuren.

 

OVEREENKOMST VOOR UITWISSELING VAN GEGEVENS TUSSEN

1. Vlaamse Milieumaatschappij, een intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid van de Vlaamse Overheid, met maatschappelijke zetel te B-9300 Aalst, Dokter De Moorstraat 24-26, ingeschreven bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen met ondernemingsnummer BE0887 290 276, vertegenwoordigd door Bernard De Potter, Administrateur-generaal;

Hierna aangeduid als "VMM";

EN

2. Stadsbestuur Lier, met maatschappelijke zetel te 2500 Lier, ingeschreven bij de Kruispuntbank voor Ondernemingen met ondernemingsnummer BE0207.502.301, vertegenwoordigd door mevrouw Katleen Janssens, algemeen directeur en de heer Frank Boogaerts, burgemeester ;

Hierna aangeduid als de "Gegevenspartner”;

Elke bovengenoemde partij kan afzonderlijk worden aangeduid als "Partij" en, samen, als "Partijen";

 

Overeenkomst AWIS

 

INHOUDSOPGAVE

1. Definities ................................................................................................................................. 6

2. Hiërarchie en interpretatie van de contractuele documenten ................................................. 7

3. Duur van de Overeenkomst..................................................................................................... 7

4. Voorwerp van deze Overeenkomst.......................................................................................... 8

5. Verbintenissen van de Partijen ................................................................................................ 8

5.1 Waarborgen van de Gegevenspartner ........................................................................ .......... 8

5.2 Waarborgen van de VMM...................................................................................................... 9

5.3 Waarborgen van alle Partijen.................................................................................................. 9

6. Overleggroep.......................................................................................................................... 10

6.1 Taken van de Overleggroep.................................................................................................. 10

6.2 Samenstelling van de Overleggroep .................................................................................... 10

6.3 Samenkomst van de Overleggroep ...................................................................................... 10

6.4 Besluitvorming van de Overleggroep ................................................................................... 10

7. Bescherming van persoonsgegevens en Vertrouwelijke Informatie ....................................  11

7.1 Bescherming van persoonsgegevens................................................................................... 11

7.2 Vertrouwelijkheid van informatie........................................................................................... 11

8. Intellectuele eigendomsrechten............................................................................................. 12

8.1 Eigendom van AWIS ............................................................................................................ 12

8.2 Gebruiksrechten op de Infrastructuurgegevens................................................................... 12

9. Overmacht.............................................................................................................................. 12

10. Aansprakelijkheid.................................................................................................................. 12

11. Communicatie en mededelingen.......................................................................................... 12

12. Toepasselijk recht en bevoegdheid ...................................................................................... 13

13. Algemene bepalingen en slotbepalingen ............................................................................. 13

13.1 Deelbaarheid ...................................................................................................................... 13

13.2 Kennisgeving ...................................................................................................................... 13

13.3 Hoofding.............................................................................................................................. 13

13.4 Zelfstandige Gegevenspartner ........................................................................................... 13

13.5 Geen verzaking ................................................................................................................... 14

 

 

OVERWEGENDE DAT


A De VMM in haar functie van ecologische toezichthouder in Vlaanderen als deel van haar taken binnen het Vlaamse beleidsdomein Leefmilieu, Natuur en Energie onder meer bevoegd is voor de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging;

B De VMM voor het uitvoeren van haar taken op dit vlak, waaronder de planmatige uitbouw van de afvalwatersaneringsinfrastructuur, het verlenen van vergunningen en andere opdrachten in het bezit dient te zijn van accurate en betrouwbare gegevens over de locatie, status en andere karakteristieken zoals verder vermeld in Bijlage 1, met betrekking tot de rioleringen en andere onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur op Vlaams grondgebied (hierna “Infrastructuurgegevens”);

C De Infrastructuurgegevens typisch in het bezit zijn van en verspreid over een groot aantal partijen, onder meer gemeenten, gemeentebedrijven, intercommunales, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, Aquafin NV, of andere partijen die als exploitant van een openbaar waterdistributienetwerk of als contractuele partner van de reeds genoemde partijen betrokken zijn bij de uitvoering van de gemeentelijke of bovengemeentelijke decretale saneringsverplichtingen (hierna de ’“Gegevenspartners”);

D Partijen akkoord zijn dat de VMM en de Gegevenspartners voor het uitvoeren van hun respectievelijke opdrachten belang hebben bij de uitwisseling van geactualiseerde Infrastructuurgegevens en dat deze in gestandaardiseerde en digitale vorm worden bijgehouden in een gebiedsdekkende gecentraliseerde infrastructuurdatabank, ontwikkeld en beheerd door de VMM, inclusief alle software waaronder applicaties, procedures en beheertools voor deze databank (hierna “AWIS”);.

E De genoemde Gegevenspartners op grond van het nieuwe artikel 32septies, §3 van de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging hoe dan ook verplicht zullen zijn om alle informatie waarover ze beschikken en die nodig is voor het opvolgen van de uitvoering van de taken (zie A.) ter beschikking te stellen van de VMM als ecologische toezichthouder;

F Het opvolgen van de informatie en het optimaliseren van de informatiestromen voor alle betrokken belanghebbenden een meerwaarde oplevert, vergelijkbaar met het Informatiemodel Kabels en Leidingen van het Agentschap Informatie Vlaanderen (IMKL) dat

tot stand kwam dankzij een nauwe samenwerking tussen de betrokken belanghebbenden, met name de beheerders van kabels en leidingen en professionele planaanvragers;

G De VMM de gegevens zal samenbrengen, optimaliseren en verrijken en hiervoor AWIS als een efficiënt informatiesysteem ontwikkelt en beheert, dat zal toelaten om de rapporteringslast in het kader van het bestaand wettelijk en contractueel kader voor de Gegevenspartners, waar mogelijk, te verminderen en de samenwerking (bijvoorbeeld inzake de opvolging van gesubsidieerde investeringsprojecten) tussen Gegevenspartners en de VMM te vereenvoudigen, zodat AWIS ook voor de Gegevenspartners een meerwaarde betekent;

H De Gegevenspartners zich bewust zijn van de investeringen die de VMM doet en zal doen in het ontwikkelen en beheren van AWIS en zich daarom engageren tot het aanleveren van de Infrastructuurgegevens aan de VMM; omgekeerd de VMM zich bewust is van de investeringen die de Gegevenspartners doen en zullen doen voor het inventariseren en aanleveren van correcte Infrastructuurgegevens aan de VMM via AWIS, inclusief ontwikkeling en onderhoud van hun eigen IT infrastructuur en toepassingen;

I De VMM, de Gegevenspartners die tot de overheidsinstanties behoren en Aquafin onderworpen zijn aan decretale verplichtingen inzake openbaarheid van bestuur en hergebruik van overheidsinformatie;

J De VMM en de Gegevenspartners reeds samenwerken met het oog op een gemeenschappelijk begrippenkader in deze context, zoals blijkt uit Bijlage 1 bij deze Overeenkomst;

K De Partijen voorafgaand aan deze Overeenkomst onderhandelingen hebben gevoerd over de technische en organisatorische aspecten van de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens, in het bijzonder door het opstellen van een uitwisselingsmodel dat rekening houdt met de noden en verwachtingen van alle Partijen, zoals blijkt uit Bijlage 1 bij deze Overeenkomst;

L De Partijen eveneens voorafgaand aan deze Overeenkomst voor een eerste fase van AWIS afspraken hebben gemaakt over ontsluiting van Infrastructuurgegevens tussen Partijen of aan partijen andere dan de Gegevenspartners die de Infrastructuurgegevens hebben aangeleverd, zoals blijkt uit Bijlage 2 bij deze Overeenkomst;

M De Partijen op heden enkel afspraken gemaakt hebben met betrekking tot een rioleringsdatabank sensu stricto. Mogelijke toekomstige doeleinden/ ontwikkelingen/ functionaliteiten of het gebruik dat de VMM als toezichthouder hiervan wenst te maken, zullen eveneens het voorwerp uitmaken van onderhandelingen tussen partijen. Een en ander zal gebeuren met respect voor het bestaand wettelijk en contractueel kader;

N De Partijen de gemaakte afspraken wensen te concretiseren in contractuele bepalingen die de vorm aannemen van een gentleman’s agreement, dit alles in overeenstemming met de toepasselijke Vlaamse en Europese regelgeving;

O De Partijen met deze Overeenkomst een inspanningsverbintenis beogen die zij met inzet van alle redelijke middelen en inspanningen zullen invullen;

P De VMM en de Gegevenspartners ieder voor zich bevoegd zijn contracten af te sluiten voor aangelegenheden die binnen hun bevoegdheid vallen;

Q De Partijen specifiek in deze Overeenkomst de voorwaarden willen vastleggen waaronder de betrokken Infrastructuurgegevens zullen worden aangeleverd aan de VMM en verder zullen worden ontsloten aan de Gegevenspartners zelf en aan eventuele derden.

 

WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:

 

OVEREENKOMST

1. Definities

In deze Overeenkomst hebben de hierna met hoofdletter geschreven begrippen en uitdrukkingen de hierna aangegeven betekenis, behoudens wanneer uit de context van een specifieke bepaling ontegensprekelijk blijkt dat deze betekenis in deze bepaling niet toepasselijk is.

Avenant betekent het document dat een wijziging aan de Overeenkomst formaliseert.

AWIS betekent de gebiedsdekkende, gecentraliseerde infrastructuurdatabank ontwikkeld en beheerd door de VMM, inclusief alle software waaronder applicaties, procedures en beheertools voor deze databank.

Bijlage betekent het document dat bij de Overeenkomst wordt gevoegd en er integraal deel van uitmaakt.

Data betekent het geheel van Infrastructuurgegevens die door toedoen van de Partijen worden verwerkt en/of opgeslagen in of via AWIS en waartoe de Partijen toegang krijgen of kunnen krijgen.

Duur betekent de looptijd van de Overeenkomst zoals bepaald in Artikel 3 van de Overeenkomst.

Gegevenspartner betekent de publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersoon met wie de Overeenkomst wordt gesloten.

Infrastructuurgegevens betekent alle gegevens over de locatie, status en andere karakteristieken zoals verder vermeld in Bijlage 1, met betrekking tot rioleringen en andere onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur op Vlaams grondgebied.

Overeenkomst betekent het geheel van contractuele documenten dat de rechtsverhouding tussen de VMM en de Gegevenspartner regelt met betrekking tot de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens.

Overleggroep betekent de betrokken Partijen en/of andere Gegevenspartners zoals aangeduid in Bijlage 4, die instaan voor de opvolging van de Overeenkomst, zoals verder toegelicht in Artikel 6 van de Overeenkomst.

Overmacht betekent een gebeurtenis die onafhankelijk is van de wil van één van de Partijen, die niet kon worden voorzien noch verhinderd en die de onmogelijkheid van uitvoering van de Overeenkomst of een deel ervan met zich brengt.

Vertrouwelijke Informatie betekent alle Infrastructuurgegevens en Data en alle documenten en gegevens, in gelijk welke vorm of op om het even welke drager die tussen Partijen werden uitgewisseld vanaf het opstarten der gesprekken alsook de bij de uitvoering van de Overeenkomst, in zoverre uit hun aard blijkt dat deze vertrouwelijk dienen te worden behandeld.

VMM betekent het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid als bedoeld in het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003 belast met het toezicht op de bovengemeentelijke en de gemeentelijke saneringsplicht inzake afvalwater.

2. Hiërarchie en interpretatie van de contractuele documenten

De voorwaarden die gelden voor de uitwisseling van de Infrastructuurgegevens zijn vastgesteld in deze Overeenkomst en haar Bijlagen. De overwegingen, zoals vastgelegd in de aanhef maken integraal deel uit van de Overeenkomst. De Overeenkomst heeft voorrang op haar Bijlagen.

Behoudens anders overeengekomen, zijn de voorwaarden van deze Overeenkomst tevens van toepassing op alle Avenanten die tijdens de Duur tussen de VMM enerzijds en de Gegevenspartner anderzijds worden gesloten. Een Avenant zal eerst van kracht zijn na de ondertekening door beide Partijen.

De contractuele relatie tussen Partijen wordt, met uitsluiting van alle voorgaande documenten die tussen de VMM en de Gegevenspartner werden uitgewisseld, beheerst door deze Overeenkomst, zoals eventueel aangevuld met Avenanten en eventuele bijkomende Bijlagen. Partijen komen overeen dat de technische aspecten, vermeld in de Bijlagen 1 tot en met 4 bij deze Overeenkomst kunnen worden aangepast via consensus in de Overleggroep. Daarbij worden de begrippen, definities en principes van de schillenstructuur vermeld in Bijlage 2, niet als technische aspecten beschouwd. De administratieve gegevens in Bijlage 5 kunnen op eenvoudig verzoek aangepast worden.

De Gegevenspartner en de VMM komen overeen dat zij deze Overeenkomst te goeder trouw zullen heronderhandelen wanneer nieuwe toepasselijke regelgeving de werking ervan impacteert.

3. Duur van de Overeenkomst

Deze Overeenkomst zal in werking treden op de datum van ondertekening door beide Partijen en blijft van kracht zolang de Gegevenspartner als eigenaar, exploitant of gebruiker van rioolinfrastructuur of als contractuele partner van een eigenaar, exploitant of gebruiker, belast is met het beheer van Infrastructuurgegevens..

4. Voorwerp van deze Overeenkomst

Voorwerp van deze Overeenkomst is in de eerste plaats de uitwisseling van geactualiseerde Infrastructuurgegevens via AWIS tussen de VMM en de Gegevenspartners.

De Gegevenspartner neemt vanaf de inwerkingtreding van deze Overeenkomst de aanlevering en de bijwerking van Infrastructuurgegevens op zich die betrekking hebben op de zone omschreven in Bijlage 3. De Gegevenspartner zal de Infrastructuurgegevens aanleveren en/of bijwerken tegen de voorwaarden zoals in deze Overeenkomst worden bepaald.

VMM zal vanaf de inwerkingtreding van deze Overeenkomst de Infrastructuurgegevens samenbrengen, optimaliseren en verrijken en hiervoor AWIS als een efficiënt informatiesysteem ontwikkelen en beheren en openstellen voor de Gegevenspartner tegen de voorwaarden zoals in deze Overeenkomst worden bepaald.

De Infrastructuurgegevens zijn meer gedetailleerd omschreven in Bijlage 1: Infrastructuurgegevens.

5. Verbintenissen van de Partijen

5.1 Waarborgen van de Gegevenspartner

De Gegevenspartner waarborgt naar beste vermogen

(i) dat de Infrastructuurgegevens zullen worden verstrekt en bijgewerkt zodat AWIS op correcte en actuele wijze de status van de rioleringen en bijhorende onderdelen van de afvalwatersaneringsinfrastructuur in de in Bijlage 3 omschreven zone kan weergeven;

(ii) dat de infrastructuurgegevens worden aangeleverd en bijgewerkt per aanleveringsgebied of voor een aantal aanleveringsgebieden samen en dat de aanlevering minimaal per kwartaal gebeurt met behulp van de oplaadmodule rioolinventaris.VMM.be.

(iii) dat de aanlevering en bijhouding zal verricht worden in overeenstemming met de overeengekomen vereisten en specificaties zoals gespecifieerd in Bijlagen 1 en 2;

(iv) dat hij naar best weten over alle rechten, competenties, goedkeuringen, vergunningen, licenties en toelatingen beschikt om de Infrastructuurgegevens te leveren en de samenwerking met de VMM aan te gaan;

(v) dat hij de Infrastructuurgegevens zal aanleveren conform de overeengekomen tijdschema's, tenzij er sprake is van Overmacht;

(vi) dat hij iedere wijziging in zijn huidig of toekomstig werkingsgebied onverwijld schriftelijk aan de VMM zal meedelen;

(vii)dat hij loyaal zal samenwerken om de continuïteit van AWIS, als rioleringsdatabank sensu stricto niet in het gedrang te laten komen en dit met respect voor het bestaand wettelijk en contractueel kader.

5.2 Waarborgen van de VMM

De VMM waarborgt naar beste vermogen

(i) dat zij alle redelijke middelen in haar bereik – dus exclusief de invoerapparatuur en communicatieverbindingen op de locatie van de Gegevenspartner -zal leveren in de vorm van software, interfaces, handleidingen en ondersteuning aan de Gegevenspartner om de aanlevering en bijwerking van de Infrastructuurgegevens in AWIS op adequate wijze te faciliteren;

(ii) dat zij de door de Gegevenspartner ingevoerde en/of bijgewerkte Infrastructuurgegevens verder zal aanvullen en verrijken met gegevens waarover zij zelf beschikt of zal beschikken;

(iii) dat zij, zodra de door de Gegevenspartner ingevoerde en bijgewerkte Infrastructuurgegevens, haar daartoe in staat stelt, de door de Gegevenspartner ingevoerde en/of bijgewerkte Infrastructuurgegevens zal aanwenden om aan de Gegevenspartner relevante informatie te verschaffen, bijvoorbeeld over aansluitingsconflicten, knelpunten, en andere mogelijke issues;

(iv) dat zij, zodra de door de Gegevenspartner ingevoerde en bijgewerkte Infrastructuurgegevens haar daartoe in staat stelt, deze gegevens verder ook zal aanwenden voor het ontwikkelen van toepassingen ten dienste van de Gegevenspartner, onder meer voor dossieropvolging, vermindering van de rapporteringslast of andere functies;

(v) dat zij ervoor zal zorgen dat de Gegevenspartner tijdens de Duur van de Overeenkomst toegang heeft tot de Infrastructuurgegevens opgenomen in AWIS conform de voorwaarden en beperkingen omschreven in deze Overeenkomst en haar Bijlagen;

(vi) dat zij op loyale wijze zal samenwerken met de vertegenwoordigers van de Gegevenspartner in de Overleggroep en alles in het werk zal stellen om de doelstellingen van AWIS te realiseren.

5.3 Waarborgen van alle Partijen

Partijen waarborgen dat zij AWIS niet zullen gebruiken voor doeleinden waarover geen contractuele afspraak bestaat of waarvoor er geen wettelijke basis bestaat op moment van het gebruik.

6. Overleggroep

6.1 Taken van de Overleggroep

Om de samenwerking tussen de VMM en de Gegevenspartners in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst te bevorderen wordt een Overleggroep in het leven geroepen met de volgende opdrachten:

- het bewaken van de goede werking van AWIS en de correcte uitvoering van de Overeenkomst;

- het onderzoeken en voorstellen van de nodige maatregelen om eventuele problemen bij de werking van AWIS op te lossen;

- het onderzoeken en het maken van verdere afspraken over de toekomstige ontwikkeling van AWIS;

- het onderzoeken en het maken van afspraken over eventuele nodige aanpassingen van AWIS aan toepasselijke Belgische, Europese en internationale regelgeving;

- het bemiddelen en oplossen van eventuele geschillen in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst;

- het voorstellen, onderhandelen en goedkeuren van eventuele aanpassingen aan de technische aspecten, vermeld in de Bijlagen bij deze Overeenkomst;

- het voorstellen van en overeenkomen over geleidelijke aanpassingen aan de validatieregels met het oog op een verbetering van de datakwaliteit;

- het concretiseren van de afspraken met betrekking tot de bijwerking van de gegevens (via werkafspraken).

6.2 Samenstelling van de Overleggroep

De Overleggroep is samengesteld uit de leden aangeduid in Bijlage 4. Hierin wordt tevens voorzien in het aanstellen van vervangers bij ziekte, ontslag, overlijden of andere redenen voor vervanging van een lid van de Overleggroep.

Het secretariaat van de Overleggroep wordt waargenomen door de VMM. De Overleggroep duidt in haar midden een voorzitter aan en stelt de regels voor haar interne werking vast.

6.3 Samenkomst van de Overleggroep

De Overleggroep komst minstens 1 keer per jaar samen.

6.4 Besluitvorming van de Overleggroep

De Overleggroep beslist bij wijze van consensus en stelt verslagen van haar vergaderingen op. Deze verslagen zijn beschikbaar voor alle Gegevenspartners, ook zij die niet actief bij de Overleggroep betrokken zouden zijn. Daarbij wordt gestreefd naar beschikbaarstelling door middel van gecoördineerde versies van afgesproken technische aspecten van de Bijlagen bij deze Overeenkomst.

7. Bescherming van persoonsgegevens en Vertrouwelijke Informatie

7.1 Bescherming van persoonsgegevens

Naleving van de toepasselijke regelgeving – De Partijen verbinden zich ertoe al de vereisten in acht te nemen die door de relevante Europese en Belgische regelgeving met betrekking tot de bescherming van de persoonlijke levenssfeer bij de verwerking van persoonsgegevens worden opgelegd. Deze verbintenis houdt tevens in dat iedere Partij moet zorgen dat zij, voor zover op haar van toepassing, over de nodige machtigingen van de bevoegde instanties beschikt die door de toepasselijke regelgeving in dit verband worden opgelegd.

7.2 Vertrouwelijkheid van informatie

Vertrouwelijke behandeling – Elke Partij komt overeen de Vertrouwelijke Informatie van de andere Partij strikt vertrouwelijk te behandelen, behoudens andersluidend voorafgaand en schriftelijk akkoord van de andere Partij.

Iedere Partij verbindt zich er onder meer toe de Vertrouwelijke Informatie: (i) niet te verspreiden, te publiceren, te overhandigen of ter beschikking te stellen aan derden in enige vorm, (ii) niet te gebruiken of onthullen anders dan voor zover strikt noodzakelijk voor de uitvoering van en binnen de grenzen van deze Overeenkomst.

Uitzonderingen – Op de verplichting tot vertrouwelijkheid wordt uitzondering gemaakt wanneer het gaat om gegevens die ofwel: (i) hetzij algemeen bekend zijn; (ii) hetzij noodzakelijkerwijs door de andere Partij moeten worden medegedeeld aan haar werknemers, aangestelden en onderaannemers om de goede uitvoering van haar taken en verplichtingen volgens de bepalingen van deze Overeenkomst te verzekeren en op voorwaarde dat deze op hun beurt de vertrouwelijkheid van de gegevens garanderen; (iii) hetzij in het kader van een geschillenregeling, van een arbitrale of gerechtelijke procedure, of overeenkomstig een wet, decreet of reglement moeten worden vrijgegeven door één van de Partijen; (iv) hetzij één van de Partijen desbetreffende Vertrouwelijke Informatie van de andere Partij van een derde heeft verkregen en die derde deze gegevens niet op een wederrechtelijke manier heeft verkregen.

8. Intellectuele eigendomsrechten

8.1 Eigendom van AWIS

Alle intellectuele eigendomsrechten inzake AWIS, waaronder, zonder daartoe beperkt te zijn, broncode, handleidingen, studies, schema's, documentatie, rapporten, uitvindingen, concepten of creaties en andere ontwikkelingen, zullen uitsluitend aan de VMM toebehoren vanaf het moment van hun creatie.

8.2 Gebruiksrechten op de Infrastructuurgegevens

De VMM erkent dat de Gegevenspartner eigenaar of rechthebbend gebruiker van de door hem aangeleverde Infrastructuurgegevens is, onverminderd echter hetgeen daarover tussen de Gegevenspartner en zijn eventuele contractpartners is overeengekomen. De Gegevenspartner geeft aan de VMM een recht om de Infrastructuurgegevens te gebruiken en verder te verwerken in het kader van AWIS, inclusief doorgifte conform wat overeengekomen is in Bijlage 3 en dit niettegenstaande enige wijziging in de juridische toestand van de Gegevenspartner of diens relatie met zijn huidige contractpartners. In het bijzonder zal de Gegevenspartner zich niet beroepen op zijn eigendom op de Infrastructuurgegevens als daardoor de continuïteit van AWIS, als rioleringsdatabank sensu stricto, in het gedrang zou komen.

9. Overmacht

Geen der Partijen is aansprakelijk voor gebreken of vertragingen in de uitvoering van de Overeenkomst in de mate dat deze gebreken of vertragingen het gevolg zijn van Overmacht.

10. Aansprakelijkheid

Iedere Partij bij deze Overeenkomst is aansprakelijk voor haar fout of nalatigheid volgens de gemeenrechtelijke regels inzake aansprakelijkheid.

Geen van de Partijen is aansprakelijk voor winstderving, verlies van verwachte winst en gemiste kansen. Een Partij is ook niet aansprakelijk indien schade het gevolg is van de fout van de andere Partij, diens gebruikers of diens aangestelde derden.

11. Communicatie en mededelingen

Behoudens indien uitdrukkelijk anders overeengekomen, dienen alle mededelingen onder deze Overeenkomst schriftelijk te gebeuren aan de andere Partij op de in Bijlage 5 genoemde adressen, en dit tot één van deze Partijen de andere Partij schriftelijk op de hoogte brengt van een adreswijziging of bestemmeling.

12. Toepasselijk recht en bevoegdheid

Deze Overeenkomst wordt beheerst door het Belgisch recht en zal dienovereenkomstig worden geïnterpreteerd.

Elk geschil betreffende de geldigheid, de uitlegging of de uitvoering van deze Overeenkomst zal, indien het niet in onderling overleg tussen de betrokken Partijen kan worden opgelost, worden voorgelegd aan de Overleggroep voor bemiddeling.

13. Algemene bepalingen en slotbepalingen

13.1 Deelbaarheid

Indien één of meerdere bepalingen van onderhavige Overeenkomst ongeldig geacht of verklaard worden krachtens een wet, reglement of definitieve uitspraak van een bevoegde rechtbank, zullen de overige bepalingen hun kracht en draagwijdte ongewijzigd behouden, voor zover dit de economie van de Overeenkomst niet in het gedrang brengt.

De Partijen verbinden zich ertoe de ongeldige bepaling te vervangen door een nieuwe bepaling die zoveel als mogelijk de oorspronkelijke doelstellingen van de ongeldige bepaling kan bewerkstelligen.

13.2 Kennisgeving

Wanneer de Gegevenspartner onderworpen wordt aan nieuwe overeenkomsten of wijzigingen van bestaande overeenkomsten die een impact hebben op de uitvoering van deze Overeenkomst, brengt hij de VMM daarvan onverwijld en schriftelijk op de hoogte.

13.3 Hoofding

De opdeling van deze Overeenkomst in verschillende rubrieken en de betiteling van deze rubrieken gebeurt uitsluitend ten indicatieve titel en dit beïnvloedt geenszins de inhoud of de draagwijdte van de bepalingen of van de rechten en de verplichtingen die eruit voortvloeien.

13.4 Zelfstandige Gegevenspartner

In het aangaan en de uitvoering van de Overeenkomst handelt de Gegevenspartner als zelfstandige Gegevenspartner. Geen enkele bepaling in de Overeenkomst, noch het gedrag van de Partijen in uitvoering van de Overeenkomst zal aanleiding geven of verondersteld worden aanleiding te geven tot het oprichten van een vennootschap, een vereniging, tijdelijke vennootschap, joint venture of enige andere samenwerkingsvorm tussen Partijen.

Behoudens uitdrukkelijke opdracht of toestemming vanwege de andere Partijen beschikt een Partij niet over de bevoegdheid om verplichtingen aan te gaan in naam of voor rekening van de andere Partij.

13.5 Geen verzaking

Het feit dat een recht niet wordt opgeëist of niet wordt benut, of het feit dat een sanctie of een procedure niet wordt toegepast, alsmede het niet instellen van een vordering door de VMM of de Gegevenspartner, impliceert geenszins een verzaking of afstand van recht.

Aldus overeengekomen tussen de hierboven genoemde Partijen, op ......

Opgemaakt te Brussel in zoveel originele exemplaren als er onderscheiden Partijen zijn. Elke Partij verklaart hierbij zijn origineel exemplaar te hebben ontvangen.

Voor de VMM                                                               Voor de Gegevenspartner

                                                                    De algemeen directeur         De burgemeester



                                                                     Katleen Janssens               Frank Boogaerts

 

_________________________                                          _________________________ 

 

Volgende Bijlagen maken integraal deel uit van de Overeenkomst:

Bijlage 1 – Infrastructuurgegevens: conceptueel datamodel

Bijlage 2 – Schillenstructuur voor ontsluiting van gegevens

Bijlage 3 – Geografische zone waarop deze Overeenkomst betrekking heeft

(Kaart van het werkingsgebied van de betrokken Gegevenspartner)

Bijlage 4 – Samenstelling van de Overleggroep

Bijlage 5 – Contactpersonen

 

Art 2 :

Deze overeenkomst heeft geen financiële gevolgen. Het betreft een overeenkomst voor uitwisselen van gegevens.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

OVEREENKOMST GEGEVENSUITWISSELING KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

De gemeenteraad ging in zitting van 16/12/2019 akkoord om een belastingreglement op te maken om een belasting te heffen op afval vaste bijdrage. De geldigheidstermijn is vast gelegd van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2021.

 

De gemeenteraad besliste in dezelfde zitting om een vermindering van 24 euro per gezin van deze belasting te voorzien voor gezinnen (referentiepersonen) waarvan minstens 1 of meerdere gezinsleden gerechtigde zijn op verhoogde tegemoetkoming van de ziekteverzekering, die voldoen aan de voorwaarden op 1 januari bedoeld in artikel 37, § 19, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.

De verminderingen worden rechtstreeks verrekend op het aanslagbiljet voor de vaste afval

belasting op basis van de gegevens uit het rijksregister.

 

Feiten en context

Voor gezinnen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming zorgverzekering

worden de verminderingen automatisch toegekend voor een volledig jaar op basis van de

situatie op 1 januari. Gezinnen die een vermindering willen om medische redenen moeten

die zelf aanvragen en een medisch attest voorleggen.

 

De Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid (KSZ) bezorgt jaarlijks aan de gemeenten een

lijst met de inwoners welke recht hebben op de verhoogde tegemoetkoming van de

verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen.

 

Tussen de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de stad Lier dient hiervoor een

overeenkomst te worden afgesloten waarin melding wordt gemaakt van de voorwaarden.

De nieuwe overeenkomst geldt voor het kalenderjaar 2020.

De duur van de overeenkomst is maximaal 5 jaar.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/13/KAP/3/2

Sociale correcties Diftar

 

De totale kostprijs voor de mededeling van de persoonsgegevens door de KSZ aan de stad

komt overeen met de eenheidsprijs van een bericht in het jaar voorafgaand aan het jaar van

het leveren van de dienst, vermenigvuldigd met het aantal dienstige inputberichten van de

stad, met een minimumbedrag van 335,00 euro (jaarlijks geïndexeerd) en een

maximumbedrag van 3.353,00 euro (jaarlijks geïndexeerd) (BTW niet van toepassing).

 

Op actie 01/13/KAP/03/02 is er geen budget in de begroting 2020 voorzien. Er wordt voorgesteld om het desbetreffende bedrag 3.353,00euro te verschuiven van actie 01/13/KAP/03/01 'optimalisatie en financiering afvalverwerking'. Op deze actie is momenteel een budget t.b.v. 2.624.762,88euro beschikbaar

 

De financieel directeur dient zijn visum te geven. Op datum van 30 maart 2020 geeft de financieel directeur zijn visum.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de overeenkomst nr. 20/026 inzake de mededeling van persoonsgegevens door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid aan de stad Lier goed te keuren.

 

Overeenkomst nr. 20/026 inzake de mededeling van persoonsgegevens door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid aan de stad Lier voor de automatische toekenning van aanvullende rechten, met toepassing van beraadslaging nr. 16/008 van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid, overeenkomstig artikel 11bis van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid

 

 

Tussen

 

de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid,

Willebroekkaai 38 te 1000 Brussel,

vertegenwoordigd door de heer Frank Robben, administrateur-generaal,

hierna “KSZ” genoemd,

enerzijds

 

en

 

de stad Lier,

Paradeplein 2 bus 1 te 2500 Lier,

vertegenwoordigd door de heer Frank Boogaerts, burgemeester,

hierna “stad” genoemd,

anderzijds

 

wordt overeengekomen hetgeen volgt.

 

 

 

Artikel 1.VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST

 

Deze overeenkomst beoogt de mededeling, door de KSZ aan de stad, van de inwoners die, omwille van hun socialezekerheidsstatuut (of dat van hun rechthebbenden), recht hebben op één of ander voordeel binnen of buiten de sociale zekerheid, uitsluitend met het oog op de automatische toekenning van aanvullende rechten vastgesteld in het gemeentelijk reglement van 16 december 2019 of in een uitdrukkelijke verklaring dienaangaande.

 

De betrokken partijen verbinden er zich uitdrukkelijk toe om alle bepalingen van beraadslaging nr. 16/008 van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid na te leven. Deze overeenkomst kan in geen geval afbreuk doen aan de bepalingen van deze beraadslaging of aan de bepalingen van de regelgeving vermeld in artikel 8 van deze overeenkomst.

 

De stad zal aan de KSZ de inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht en een kopie van het hogervermeld gemeentelijk reglement of de uitdrukkelijke verklaring dienaangaande overmaken. De betrokkenen worden geïdentificeerd aan de hand van hun identificatienummer van de sociale zekerheid. In het kader van de principes van finaliteit en proportionaliteit (minimale gegevensverwerking) is het van belang dat enkel de betrokken inwoners overgemaakt worden en dat er geen onderzoek gevoerd wordt naar de volledige populatie.

 

De KSZ is verwerkingsverantwoordelijke voor de volgende verwerking: De KSZ zal de door de stad overgemaakte inwoners eerst vergelijken met de persoonsgegevens die tijdelijk opslagen worden in de “buffer”-gegevensbank. Dit is een persoonsgegevensbank die door de KSZ wordt beheerd en waarin de persoonsgegevens die nodig zijn voor de toekenning van aanvullende rechten en die afkomstig zijn van een authentieke bron die de verantwoordelijkheid over de gegevens behoudt, tijdelijk worden opgeslagen (tot ze vervangen worden door andere, recentere persoonsgegevens). Vervolgens zal de KSZ er de personen die recht hebben op een aanvullend recht op aanduiden en ze tenslotte terug aan de stad overmaken.

 

Enkel de sociale statuten en persoonsgegevens noodzakelijk voor de toekenning van de aanvullende rechten worden in de “buffer”-gegevensbank bewaard (de details van die persoonsgegevens zijn afhankelijk van de regelgeving met betrekking tot de toegekende aanvullende rechten). Het gaat enkel om de basispersoonsgegevens (zoals sociaal statuut, begindatum en einddatum, zonder enige interpretatie door de KSZ), die periodiek (per kwartaal of per maand) worden vervangen (het beginsel van juistheid). Deze buffer-gegevensbank is noodzakelijk voor het realiseren van de doeleinden van de verwerking waarvoor KSZ verantwoordelijk is.

 

De aldus door de KSZ aan de stad overgemaakte persoonsgegevens mogen uitsluitend worden gebruikt voor het doeleinde vermeld in het eerste lid. Ze mogen slechts worden bewaard zolang dat noodzakelijk is voor het verwezenlijken van dat doeleinde en moeten daarna worden vernietigd. Ze mogen onder geen beding verder worden meegedeeld aan derden zonder machtiging van het sectoraal comité van de sociale zekerheid en van de gezondheid.

 

Artikel 2.VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DE MEDEDELING

 

De KSZ kan nooit verantwoordelijk worden gesteld voor de eventuele onjuiste inhoud of de eventuele onjuiste verspreiding van de persoonsgegevens.

 

De persoonsgegevens die door de bevoegde openbare instellingen van sociale zekerheid worden meegedeeld aan de KSZ geven de toestand weer op het overeengekomen tijdstip.

 

Artikel 3.UITWISSELINGSMETHODES

 

Elke mededeling van persoonsgegevens tussen de betrokken partijen in het kader van deze overeenkomst gebeurt via filetransfer, zoals beschreven in de technische documentatie die meegedeeld wordt door de KSZ aan de stad.

 

Artikel 4.VERANTWOORDELIJKE PERSONEN

 

De stad zal aan de KSZ meedelen wie verantwoordelijk is voor, enerzijds, het overmaken van de inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht en, anderzijds, het ontvangen van de personen die recht hebben op de toekenning van een aanvullend recht vastgesteld in het gemeentelijk reglement van 16 december 2019 of in een uitdrukkelijke verklaring dienaangaande.

 

Artikel 5.DUUR VAN DE OVEREENKOMST

 

Deze overeenkomst geldt van 2020 tot en met 2021. De duur van deze overeenkomst is maximaal vijf jaar en kan in geen geval de duur van het hogervermeld gemeentelijk reglement of de uitdrukkelijke verklaring dienaangaande overschrijden.

 

Deze overeenkomst kan enkel worden gewijzigd bij een door de beide partijen ondertekend aanhangsel en kan na het eerste jaar door de beide partijen worden opgezegd door middel van een aangetekende brief en met eerbiediging van een opzegtermijn van drie maanden.

 

Artikel 6.KOSTENREGELING

 

De totale kostprijs voor de mededeling van de persoonsgegevens door de KSZ aan de stad komt overeen met de eenheidsprijs van een bericht in het jaar voorafgaand aan het jaar van het leveren van de dienst, vermenigvuldigd met het aantal dienstige inputberichten van de stad met een minimumbedrag van 335,00 euro (jaarlijks geïndexeerd) en een maximumbedrag van 3.353,00 euro (jaarlijks geïndexeerd) (BTW niet van toepassing).

 

De KSZ zal de door de stad overgemaakte inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht zo snel mogelijk verwerken en de stad achteraf uitsluitend per e-mail een schuldvordering bezorgen met een toelichting over de berekening van het verschuldigde bedrag.

 

De stad zal vooraf aan de KSZ haar operationele e-mailadres meedelen. De KSZ zal dit operationele e-mailadres gebruiken als enig communicatiemiddel voor het bezorgen van de schuldvordering aan de stad. De verwerking van de door de stad overgemaakte inwoners die potentieel in aanmerking komen voor een aanvullend recht kan in elk geval slechts aangevat worden na deze mededeling van het operationele e-mailadres door de stad aan de KSZ.

 

Een beschrijving van de toepasselijke regels is beschikbaar op de website van de KSZ.

 

De stad zal het bedrag storten op bankrekeningnummer 001-1950055-43 van de KSZ, uiterlijk binnen de zestig kalenderdagen te rekenen vanaf de ontvangst van de schuldvordering op het door haar aan de KSZ meegedeelde operationele e-mailadres. Bij laattijdige betaling is er van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling een bedrag van 25 euro als forfaitaire schadevergoeding verschuldigd.

 

Artikel 7.PLICHT TOT INKENNISSTELLING VAN DE RAADSLEDEN

 

De burgemeester verbindt zich ertoe alle raadsleden in kennis te stellen van deze overeenkomst. De stad moet voorafgaandelijk aan de uitvoering van de werkzaamheden aan de KSZ een kopie bezorgen van het verslag van de vergadering tijdens dewelke de gemeenteraadsleden in kennis werden gesteld van deze overeenkomst.

 

Artikel 8.TOEPASSELIJKE REGELGEVING EN BEVOEGDE RECHTBANK

 

Bij de uitvoering van deze overeenkomst zijn de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, de Europese “Algemene Verordening Gegevensbescherming” (de verordening 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG), hun respectieve uitvoeringsbesluiten en elke andere regelgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer van natuurlijke personen onverkort van toepassing.

 

Op deze overeenkomst is uitsluitend het Belgisch recht van toepassing. In geval van geschil zijn uitsluitend de rechtbanken te Brussel bevoegd.

 

Artikel 9.OPHEFFING VAN VROEGERE OVEREENKOMSTEN

 

In voorkomend geval vervangt deze overeenkomst de bestaande overeenkomst gesloten tussen de stad en de KSZ met betrekking tot het voorwerp bedoeld in artikel 1. De bestaande overeenkomst wordt opgeheven met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.

 

Opgemaakt te Brussel op 23 januari 2020 in minstens zoveel exemplaren als er belanghebbende partijen zijn en waarvan elke partij erkent er minstens één te hebben ontvangen.

 

voor de KSZ:voor de stad:

 

 

F. ROBBEN

administrateur-generaalK. JANSSENS

algemeen directeurF. BOOGAERTS

burgemeester

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

OPMAAK ERFGOEDBELEIDSPLAN. VALORISATIE EN HERINVENTARISATIE VAN DE INVENTARIS BOUWKUNDIG ERFGOED. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 16 september 2019 besliste het college om IOED IGEMO aan te stellen voor de valorisatie en herinventarisatie van het Liers bouwkundig erfgoed.

 

In zitting van 21 oktober 2019 besliste de gemeenteraad om IOED IGEMO aan te stellen voor de valorisatie en herinventarisatie van het Liers bouwkundig erfgoed.

 

Feiten en context

Op 18 december 2019 ontving het college van burgemeester en schepenen een aangetekend schrijven van IGEMO met een overeenkomst houdende valorisatie en herinventarisatie van de inventaris bouwkundig erfgoed.

 

Op 23 januari 2020 ontvingen we een aangepaste overeenkomst van IGEMO.  Op vraag van de technische dienst werd het volgende toegevoegd aan de uitvoeringstermijnen.  “De selectielijsten, die reeds tijdens de uitvoering van de eerste deelopdracht worden opgesteld, worden opgeleverd bij de beëindiging van de eerste fase van deelopdracht 1. “

 

De overeenkomst stelt het valorisatie- en herinventarisatieproject concreet voor, met een uitgebreide beschrijving van het concept en de werkwijze, evenals een begroting die kan worden ingeschreven in de meerjarenbegroting.

 

Adviezen

Technische dienst gebouwen

De technische dienst gebouwen gaat akkoord met de overeenkomst. 

 

Argumentatie

Vastlegging en ondertekening overeenkomst dient ter goedkeuring voorgelegd te worden aan het schepencollege.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/03/SAP/01/02

Opmaak erfgoedbeleidsplan

 

De kostprijs voor deze studie is 209.416,63 euro (btw vrijstelling).  Het project is gespreid over een termijn van 4,5 jaar (2020-2025). Er zal in 2020 46.537,03 euro worden aangerekend. Op actie 01/03/SAP/01/02, budgetsleutel 072000/214000007 is een budget t.b.v. 283.050 euro  (2020-2025) beschikbaar.

 

Een visum van de financieel directeur is vereist. De financieel directeur verleende zijn visum op 17 februari 2020.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt de overeenkomst houdende valorisatie en herinventarisatie van de inventaris bouwkundig erfgoed met IGEMO goed.  De overeenkomst is integraal als bijlage 1 toegevoegd aan het besluit.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

SINT-GUMMARUSSTRAAT. IN BEWAARGEVING ARCHEOLOGISCH ENSEMBLE AAN HET ONROERENDERFGOEDDEPOT VAN DE STAD MECHELEN. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Voorafgaandelijk aan de opdracht "wegenis- en rioleringswerken St. Gummarusstraat" heeft  studieburau Archeologie uit Tienen, aangesteld door de stad, een archeologisch onderzoek met ingreep in de bodem uitgevoerd.

 

Vanuit het studiebureau wordt gevraagd om de vondsten over te dragen naar de stad. Het gaat voornamelijk om grondstalen.

 

In het verleden had de stad Lier met de provincie Antwerpen een overdrachtsovereenkomst waardoor stad Lier de vondsten aan de provincie kon overdragen.

 

Sedert 1 januari 2019 behoort de stad Lier tot het depotgebied van Mechelen en niet meer tot Antwerpen.

 

De vondsten worden in bewaring gegeven bij het erkend onroerenderfgoeddepot van de stad Mechelen. Hiervoor dient een overdrachtsdocument te worden bekrachtigd door de gemeenteraad (zie bijlage).

 

Voor het in bewaring nemen van het archeologisch ensemble rekent het depot geen vergoedingen en/of kosten aan.

 

Argumentatie

Het overdrachtsdocument dient ter goedkeuring aan de gemeenteraad te worden voorgelegd.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het overdrachtsdocument voor bewaring van de archeologische vondsten "Sint-Gummarusstraat" in het depot Mechelen goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

VERLENGING ZONDER WIJZIGINGEN VAN HET STRATEGISCH VEILIGHEIDS- EN PREVENTIEPLAN 2018-2019 VOOR DE PERIODE 1 JANUARI 2020 T.E.M. 31 DECEMBER 2020. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het Koninklijk Besluit van 3 juli 2019 betreffende de verlenging 2020 van de Strategische Veiligheids- en Preventieplannen 2018-2019 en het Ministerieel Besluit van 5 december 2019 tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de Strategische Veiligheids- en preventieplannen 2020 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan 2018-2019 van de stad Lier.

 

Feiten en context

Het KB van 3 juli 2019 verlengt de Stategische Veiligheids- en Preventieplannen voor de periode 1 januari 2020 tot 31 december 2020. De stad Lier beschikt over een dergelijk Strategisch Veiligheids- en Preventieplan. We stellen voor om het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan 2018-2019 voor de stad Lier, in afwachting van een nieuw op te maken plan, zonder wijzigingen te verlengen voor de periode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 en in te dienen bij de FOD Binnenlandse Zaken, uiterlijk op 31 maart 2020, na verpichte goedkeuring door de gemeenteraad. De maximale jaarlijkse bedrage aan de stad Lier in het kader van het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan en van het Bijkomend Contingent 346 voor de periode van

1 januari 2020 tot 31 december 2020 bedraagt respectievelijk 305.366,51 euro en 22.824,71 euro.

 

Argumentatie

In afwachting van een nieuw op te maken Strategisch Veiligheids- en Preventieplan voor de stad Lier, verlengt de stad best het vorige plan (2018-2019) zonder wijzigingen, voor de periode 1 januari 2020 tot 31 december 2020.

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Ella Cornelis, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Stijn Coenen, Evi Van Camp, Bart Verhoeven, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Stéphanie Van Campenhout, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

4 onthoudingen: Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Tom Claes en Geert Marrin

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het Strategisch Veiligheids- en Preventieplan van de vorige periode (2018-2019) zonder wijzigingen te verlengen voor de periode 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 en in te dienen bij de FOD Binnenlandse Zaken, uiterlijk op 31 maart 2020.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

SUBSIDIE BREED JEUGDWERK. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 24 juni 2019 keurde de GR het erkennings- en subsidiëringsreglement van jeugdverenigingen goed.

 

In zitting van 16 december 2019 keurde de GR de budgetten van de meerjarenplanning 2020-2025 goed. Er werd een actie voor breed jeugdwerk voorzien.

 

In zitting van 17 februari 2020 keurde CBS het reglement rond Breed Jeugdwerk goed.

 

Feiten en context

In juni 2019 diende JNM de vraag in om subsidies te kunnen krijgen.

 

JNM is een jeugdbeweging die zich inzet voor natuur en milieu met verschillende afdelingen  over heel Vlaanderen. 
JNM Pallieterland is één van die afdelingen en hun activiteiten vinden steeds plaats op verschillende plaatsen verspreid binnen de regio Pallieterland (Duffel, Lier, Nijlen, Berlaar,...).

 

JNM heeft momenteel 99 leden, waarvan er 25 in Lier wonen.
Afgelopen werkjaar organiseerden zij 35 activiteiten, waarvan 10 effectief op grondgebied Lier plaatsvonden.

 

JNM is dus een regionale jeugdvereniging, die momenteel bij geen enkele gemeente recht heeft op subsidies, aangezien de voorwaarden tot erkenning gebaseerd zijn op lokale jeugdverenigingen.

 

 

In enkele Lierse wijken nemen burgers of buurtcomités zelf initiatieven om een openbare activiteit te organiseren in hun buurt tijdens Buitenspeeldag.

Het wijkcomité van Zevenbergen vroeg zopas nog ondersteuning voor dit initiatief.

Team Jeugd blijft op het terrein van Jeugdcentrum Moevement zelf activiteiten rond de Buitenspeeldag organiseren, maar vindt activiteiten in de buurt waar de kinderen wonen zeker ook waardevol.

Daarnaast ontstaan ook soms nog andere waardevolle initiatieven die niet vallen onder het reguliere jeugdwerk.
Als ondersteuning van zulke initiatieven werd een budget voor 'Breed jeugdwerk' voorzien in de meerjarenplanning.

 

Adviezen

In zitting van 12/02/2020 gaf jeugdraad goedkeuring aan het reglement rond ondersteuning van Breed Jeugdwerk.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/05/KAP/03/05

Financiële ondersteuning jeugdinitiatieven.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt volgend reglement goed:

 

Reglement ter ondersteuning van Breed Jeugdwerk

1.Structurele werking

Non-profit verenigingen die:

        minstens 10 gratis (uitgezonderd lidgeld) activiteiten per jaar aanbieden voor jongeren onder 26 jaar

EN

        een duidelijk aantoonbare link met Lier hebben (minstens 20% Lierse deelnemers en 20% van de activiteiten op Liers grondgebied)

EN

        jaarlijks een aanvraag doen en een jaarverslag bezorgen waaruit bovenstaande voorwaarden blijken

 

kunnen een forfaitair bedrag van 250 euro per jaar aanvragen.

 

2.Eenmalige activiteiten

Openbare activiteiten, gratis aangeboden voor minstens 15 kinderen of jongeren onder 26 jaar, met een duidelijke maatschappelijke doelstelling, die plaatsvinden op grondgebied Lier,  kunnen een terugbetaling van max. 250 euro per jaar ontvangen na indienen van bewijs van gemaakte kosten.

Hoe?

→ vóór de activiteit een subsidieaanvraag doen waarbij volgende zaken duidelijk worden:

        aard van de activiteit

        datum en plaats

        openbaar karakter

        doelgroep

        doelstelling

        te verwachten onkosten (geen eten en drinken)

 

→ goedkeuring door Team Jeugd na aftoetsen:

        maatschappelijk nut

        geen commercieel doel

        noodzaak van de subsidie

        komt niet in aanmerking voor andere subsidiekanalen

 

→ na de activiteit facturen binnenbrengen

     Terugbetaling van max. 250 euro

 

Bijkomende voorwaarden:

Organisaties die een forfaitaire subsidie aanvragen voor een structurele werking, kunnen geen aanspraak meer maken op de subsidie voor éénmalige activiteiten.

Organisaties die aanspraak kunnen maken op subsidiëring bij een andere (stads)dienst of vallen onder erkennings- en subsidiereglement voor jeugdverenigingen, kunnen bovenstaande subsidie voor Breed Jeugdwerk niet aanvragen.

Politieke of religieuze verenigingen kunnen geen aanspraak maken op bovenstaande subsidie.

Aanvragen kunnen goedgekeurd worden zolang het voorziene budget niet overschreden wordt.

 

Het reglement treedt in werking vanaf 1 mei 2020.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

REGLEMENT INVESTERING JEUGDLOKALEN. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

In zitting van 16 november 2015 keurde de gemeenteraad het reglement investering jeugdlokalen goed.

In zitting van 16 december 2019 keurde de gemeenteraad de budgetten voor de meerjarenplanning van 2020-2025 goed. Er werd opnieuw een budget voor investeringen in jeugdlokalen voorzien.

 

Feiten en context

Omdat verschillende jeugdverenigingen het bouwen of verbouwen van hun lokalen zijn opgestart de voorbije jaren, en omdat enkele jeugdverenigingen nog bouwplannen hebben in de toekomst, werd opnieuw een budget voorzien in de MJP voor subsidiëring van investeringen in jeugdlokalen.

 

Naar analogie van het vorige reglement, werd opnieuw een reglement rond investering in jeugdlokalen opgemaakt.

 

Adviezen

In zitting van 13 februari 2020 gaf jeugdraad positief advies omtrent het reglement investering jeugdlokalen.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/05/KAP/03/04

Ondersteuning jeugdverenigingen met investeringen in moderne en veilige lokalen.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

 

De gemeenteraad keurt het reglement rond investeringen in jeugdlokalen goed:

REGLEMENT INVESTERING JEUGDLOKALEN 2020 - 2022

 

1 ALGEMENE BEPALINGEN

Binnen de perken van de kredieten die op het goedgekeurde budget van het stadsbestuur Lier worden voorzien, verleent het college van burgemeester en schepenen een eenmalige subsidie voor de investering in jeugdlokalen die voldoen aan de voorwaarden zoals opgenomen in dit reglement.

De toewijzing gebeurt volgens het hiernavolgend reglement. Verenigingen die beroep doen op dit reglement, verklaren zich akkoord met alle bepalingen.

 

2 WIE KAN EEN AANVRAAG INDIENEN

Erkende Lierse jeugdverenigingen.

 

3 WAARVOOR KAN MEN EEN AANVRAAG INDIENEN

Het bouwen of verbouwen van het eigen jeugdlokaal (*): investeringswerken in of uitbreidingswerken aan het lokaal.

 

(*) Een jeugdlokaal is een infrastructuur die door de jeugdvereniging wordt gebruikt voor haar reguliere werking en gelegen is op het grondgebied van Lier. Tot het jeugdlokaal behoren alle ruimtes die door de jeugdvereniging worden benut voor de werking en de opslag van materiaal.

 

Komt in aanmerking voor subsidie:

        Moderniseringswerken (bv vernieuwen sanitair, dak, elektriciteit)

        Nieuwbouw

        Aankoop gebouw of grond

        (Brand)veiligheidswerken

        Toegankelijkheidswerken

 

Enkele voorbeelden van kosten die NIET in aanmerking komen voor subsidie:

        Huur en energiekosten.

        Lonen voor zelf uitgevoerde werken of werken uitgevoerd door vrijwilligers, het materiaal van de zelf uitgevoerde werken kan wel gesubsidieerd worden.

        Onderhoud van het domein (bv snoeien, gras maaien, groenaanleg).

        Aankoop keukentoestellen, materiaal voor de inrichting van het lokaal.

        Aankoop of herstel van speeltuigen.

        Onderhoudswerkzaamheden van het lokaal

        Werkzaamheden aan het privé-gedeelte van het lokaal.

 

4 VOORWAARDEN

        De vereniging staat in voor de betaling van alle kosten, ten hoogste 70 % van de kosten per factuur of aanbetaling komt in aanmerking voor een terugbetaling door de stad.

 

 

Twee verenigingen die van hetzelfde lokaal gebruik maken (op hetzelfde adres of aangrenzend aan elkaar) en beiden een aanvraag indienen, komen elk in aanmerking voor een terugbetaling van ten hoogste 52.5% van de kosten per factuur.

        Verenigingen die een lokaal huren, kunnen enkel een aanvraag doen indien zij minstens 10 jaar verblijfszekerheid hebben in dat lokaal.

        Facturen die reeds ingebracht werden om een andere subsidie (bv lokaalsubsidie voor jeugdverenigingen) te krijgen bij de Stad Lier, komen niet in aanmerking voor subsidiëring via dit reglement.

        De werken aan het lokaal worden uitgevoerd in het kalenderjaar 2020, 2021 en 2022.

 

5 DE PROCEDURE

5.1 De aanvraag

De aanvraag dient te gebeuren voor 31 juli 2020. Aanvragen die daarna worden binnengebracht, komen niet meer in aanmerking voor een terugbetaling volgens dit reglement.

Er kan per vereniging een aanvraag van maximum 30 000 euro ingediend worden. Maximum 70% van dit bedrag, 21 000 euro, komt in aanmerking voor terugbetaling.

 

Het aanvraagdossier dient volgende gegevens te bevatten:

        Naam en adres van de vereniging

        Naam, adres en telefoon van de contactpersoon

        Een korte omschrijving van de uit te voeren werken met een kostenraming.

        Korte motivering waarom deze werken worden uitgevoerd

        Een solide financieel plan waarmee de vereniging aantoont dat ze over voldoende middelen beschikt om de geplande investeringen te betalen.

        Een timing van wanneer de geplande werken zullen uitgevoerd worden (dit kan in de periode van 2020 tot en met 2022).

        Jeugdverenigingen die een lokaal huren, dienen een geschreven akkoord van de verhuurder bij te voegen dat de betrokken jeugdvereniging minstens 10 jaar verblijfszekerheid heeft in dat lokaal en dat de eigenaar akkoord gaat met de werken.

 

5.2 Betaling

Alle goedgekeurde dossiers komen in aanmerking voor een terugbetaling van een deel van de gemaakte kosten.

Het bedrag dat per vereniging zal gesubsidieerd worden, wordt als volgt berekend: afhankelijk van de goedgekeurde dossiers, wordt procentueel het effectieve bedrag dat maximaal per vereniging terugbetaald kan worden, evenredig berekend.

 

Uiterlijk op 15 november 2020 wordt dit bedrag meegedeeld.

 

Nadat het dossier werd goedgekeurd, kan de betrokken jeugdvereniging facturen of aanbetalingen van de kosten binnenbrengen op de jeugddienst en wordt een deel hiervan terugbetaald.

 

6 SLOTBEPALINGEN

Dit reglement treedt in werking op 1 mei 2020.

De controle op de naleving van de reglementen wordt uitgevoerd door het college van burgemeester en schepenen. Bij inbreuk op het reglement kan de uitbetaling worden geweigerd, of kan de uitbetaalde provisie geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd indien deze werd toegekend op basis van een onjuiste aangifte of bij een andere aanwending van de subsidies dan vooropgesteld.

Geschillen zullen door het CBS en na advies van de jeugdraad beslecht worden.

 

7 CONTACTINFORMATIE

Jeugdcentrum Moevement - Aarschotsesteenweg 1 - 2500 Lier

03 480 36 30 moevement@lier.be

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

RETRIBUTIEREGLEMENT OP HET AANBIEDEN VAN TOERISTISCHE PRODUCTEN EN DIENSTEN - WIJZIGING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 16 december 2019 over het retributiereglement op het aanbieden van toeristische en erfgoedproducten en diensten wordt in artikel 3. tarieven, onder 3) vermeld dat voor toeristische en museale dienstverlening een waarborg van 10 euro wordt gevraagd. Deze wordt na goede uitvoering terugbetaald onder de vorm van een centrumbon.

 

Collegebeslissing van 2 maart 2020 over de waarborg van 10 euro voor toeristische en museale dienstverlening af te schaffen.

 

Feiten en context

De gemeenteraad besliste in december 2019 om de waarborg die gevraagd werd bij de opstart van een groepsreservering na goede afloop terug te geven via een centrumbon.

Concreet bleek die teruggave via centrumbons heel wat extra werklast én extra kosten met zich mee te brengen.

Daarom besliste het college in zitting van 3 maart 2020 om het vragen van de waarborg af te schaffen.

 

Argumentatie

Omdat het bepalen van een waarborg van 10 euro en de teruggave ervan door middel van een  centrumbon een beslissing van de gemeenteraad was binnen het retributiereglement op het aanbieden van toeristische en erfgoedproducten en diensten, dient het voorstel om deze af te schaffen eveneens door de gemeenteraad te worden goedgekeurd na een beslissing van het college.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

6.2.4.5

inkoop en verkoop van producten en diensten van toeristische actoren

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Evi Van Camp, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Geert Marrin en Stéphanie Van Campenhout

4 onthoudingen: Ella Cornelis, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het retributiereglement op het aanbieden van toeristische en erfgoedproducten en diensten dat op 16 december 2019 werd goedgekeurd door de gemeenteraad te wijzigen, zoals hierna aangegeven:

 

Huidig artikel:

Artikel 3 : tarieven

1)Fotocopie toeristische en museale info :

Formaat A4 zwart/wit € 0,10, kleur € 0,50

Formaat A3 zwart/wit € 0,20 kleur € 1,10

 

2)Toeristische en erfgoedproducten : aankoopprijs + 30 %

 

3)Toeristische en museale dienstverlening : waarborg € 10, deze wordt na goede uitvoering terugbetaald in de vorm van een centrumbon.

4) producten in consignatie van derden : vraagprijs + 30 %

 

Nieuw artikel:

Artikel 3 : tarieven

1)Fotocopie toeristische en museale info :

Formaat A4 zwart/wit € 0,10, kleur € 0,50

Formaat A3 zwart/wit € 0,20 kleur € 1,10

 

2)Toeristische en erfgoedproducten : aankoopprijs + 30 %

 

3) producten in consignatie van derden : vraagprijs + 30 %

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

AANKOOP SCHILDERIJEN JULES VERSTREKEN. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Stadsmuseum Lier krijgt schilderijen van Jules Verstreken aangeboden. Het gaat om een geheel van 12 werken. Vraagprijs per werk: 300 euro.

 

Adviezen

Adviesraad stadsmuseum 13/2/2020: positief voor keuze van twee representatieve werken. De adviesraad bezichtigde het lot schilderijen op 7 december en maakte een keuze van een heidegezicht en een Liers stadsgezicht.

 

Argumentatie

Aannamecriteria:

- Aantoonbaar gemaakt in Lier

- Van een Liers kunstenaar

- Lier als onderwerp

 

Waardencriteria:

- Gemiddelde herkomstwaarde, zie aannamecriteria

- Gemiddelde museale waarde

- Gemiddelde artistieke waarde: stadmuseum Lier wil een referentiecollectie aanleggen voor Lierse kunstenaars. Van Jules Verstreken heeft het museum momenteel één werk in collectie.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

6.1.KAP 3.3.

verwerven en afstoten materieel en immaterieel erfgoed

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het aankoopvoorstel schilderijen Jules Verstreken goed te keuren.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

1.6.3.3

roerend erfgoed

600

11.563

Budgetsleutel

27500000

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

AANKOOP VAN TEKENING OPGEDRAGEN AAN CAROLY. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Stadsmuseum Lier krijgt een potloodtekening aangeboden, opgedragen aan Caroly.

De tekening stelt een zicht op een buitengoed voor.

Vraagprijs bedraagt 15 euro.

Signatuur is onleesbaar.

 

 

Adviezen

Adviesraad stadsmuseum 23/2/2020: positief advies. Het werkje heeft een mogelijke link met Georges Caroly. Gezien weinig documentatie over hem beschikbaar is, en dit mogelijk in de toekomst een betekenis kan krijgen, is dit een valabele reden om op te nemen in de collectie.

 

Argumentatie

- Georges Caroly legateerde zijn collectie aan de stad

- Van en over hem is beperkte informatie beschikbaar

- Mogelijk krijgt de tekening in de toekomst betekenis - in het kader van onderzoek

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

1.6. KAP 3.3.

verwerving en afstoten materieel en immaterieel erfgoed

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de aankoop van de tekening met opdracht aan Caroly goed te keuren.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

1.6. KAP 3.3

verwerving en afstoot materieel en immaterieel erfgoed

15

11.563

Budgetsleutel

27500000

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

AANKOOP LIERS LOT BIJ BERNAERTS. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Veilinghuis Bernaerts bood in december 2019 op een online veiling een lot tekeningen gelinkt aan Lier aan. Het gaat om volgende gouaches op papier:

        De gekende vissers (230 x 240 mm)

        Wettig erkende coiffeurskring Lier en omliggende 1913' (250 x 250 mm)

        Symphonie Arbeid Adelt Lier (met zegel 'Grand Prix Bruxelles 1910', 475 x 335 mm)

        Boerengilden van Lier (350 x 435 mm).

        Bijgevoegd: kleine verzameling van een 30-tal speciaal ontworpen postzegels (door o.m. Felix Timmermans).

 

Het lot werd getaxeerd op 100-150 euro en is gekocht aan 70 euro.

 

Argumentatie

De objecten passen in de aannamecriteria en waardencriteria van het stadsmuseum.

Aannamecriteria:

        De objecten zijn gemaakt voor Lier

        De objecten zijn gebruikt in Lier

        De objecten hebben Lier als onderwerp

 

Meest relevante waardencriteria:

        Toestand/conditie van de werken: hoog

        Herkomst: hoog, zie aannamecriteria

        Zeldzaamheid: hoog. Er zitten geen vergelijkbare objecten in de collectie.

        Imformatieve waarde: gemiddeld

        Maatschappelijke waarde: gemiddeld

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

1.6 KAP 3.3

verwerving en afstoot materieel en immaterieel erfgoed

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de online aankoop van een lot tekeningen gelinkt aan Lier goed te keuren.

 

Art 2 :

De financiële gevolgen zijn:

 

Actienummer

Omschrijving budgetsleutel

Bedrag

Saldo krediet

1.6.3.3

roerend erfgoed

70

11563

Budgetsleutel

27500000

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

HANDGIFT BORSTBEELD EN KAART. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Feiten en context

Stadsmuseum Lier krijgt een borstbeeld in brons van George Bergmann (advocaat, politicus, burgemeester Lier) aangeboden en een kaart van de abdij van Nazareth. Het borstbeeld is gemaakt door Juliaan Dillens (1849 - 1904). De figuratieve kaart dateert van het midden 17de eeuw en stelt de gronden voor in omgeving van de abdij. Het is een uniek stuk.

 

Adviezen

Adviesraad stadsmuseum 13/2/2020: positief advies. De objecten passen binnen de aannamecriteria en waardecriteria die het stadsmuseum hanteert.

 

Argumentatie

Aannamecriteria:

        borstbeeld en kaart zijn gemaakt voor Lier

        borstbeeld en kaart zijn gebruikt in Lier

        borstbeeld en kaart hebben Lier als onderwerp

 

Relevante waardecriteria:

        toestand borstbeeld: gemiddeld

        toestand kaart: laag: restauratie is nodig

        herkomst: zie aannamecirteria

        zeldzaamheid borstbeeld: gemiddeld

        zeldzaamheid kaart: hoog

        historische waarde kaart: hoog

        artistieke waarde borstbeeld: gemiddeld

        informatieve waarde kaart: hoog

        maatschappelijke waarde borstbeeld: gemiddeld

        maatschappelijke waarde kaart: hoog

        museale waarde borstbeeld en kaart: hoog

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de handgift van het borstbeeld van George Bergmann en de figuratieve kaart van de abdij van Nazareth goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

REGLEMENT SOCIAAL-PEDAGOGISCHE TOELAGE - AANPASSING REGLEMENT. GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 24 september 2012 over de goedkeuring van het reglement sociaal-pedagogische toelage

 

Feiten en context

Aan de ouder of persoon die bewijst rechthebbende te zijn op het verhoogde kindergeld, wonende in de stad Lier, die thuis (deels) de verzorging en opvoeding op zich neemt van een kind met een beperking wordt als tussenkomst voor de bijzondere zorgen die dit kind vereist, een sociaal pedagogische toelage verleend.

 

In het reglement wordt een voorstel tot (technische) wijziging geformuleerd. Die wijziging houdt in dat nieuwe aanvragen in de 1ste helft van het jaar worden uitbetaald in juli, nieuwe aanvragen in de 2de helft van het jaar worden uitbetaald in januari van het volgende jaar. Tot nu werd de uitbetaling berekend per maand.

 

Een bijkomende wijziging is dat de toelage niet uitbetaald wordt met terugwerkende kracht (zoals voorheen), tenzij de aanvrager aantoont dat het recht op zorgtoeslag door de bevoegde overheid met terugwerkende kracht erkend werd.

 

 

Reglement sociaal-pedagogische toelage:

 

Art.1

Mindervermogende ouders, wonende te Lier, die (deels) zorgen voor een kind met een beperking kunnen een sociaal-pedagogische toelage voor dat kind aanvragen. Ouder en kind wonen op hetzelfde adres.

 

Art.2

Voor de toepassing van het reglement wordt verstaan onder:

Mindervermogend:

De aanvrager (ouder) heeft recht op een verhoogde tegemoetkoming in het stelsel van de ziekte- en invaliditeitsverzekering

of

de aanvrager (ouder) voldoet aan de voorwaarden om recht te hebben op een Uitpas met kansentarief  van de stad Lier.

Kind: tot 21 jaar

Met een beperking:

        het kind heeft recht op zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte en scoort minstens 6 punten in de 3 pijlers samen of minstens 4 punten in pijler 1;

        het kind oefent geen belastbare beroepsbedrijvigheid uit.

 

Art.3

De toelage bedraagt 600 euro per jaar per kind met een beperking. De uitbetaling gebeurt 2-maal per jaar: 300 euro in januari en 300 euro in juli.

Nieuwe aanvragen in de 1ste helft van het jaar worden uitbetaald in juli, nieuwe aanvragen in de 2de helft van het jaar worden uitbetaald in januari van het volgende jaar.

 

Art.4

        De toelage wordt toegekend tot en met het jaar waarin het kind 21 jaar wordt.

        De toelage wordt niet uitbetaald met terugwerkende kracht, tenzij de aanvrager aantoont dat het recht op zorgtoeslag door de bevoegde overheid met terugwerkende kracht erkend werd. Deze aanvraag kan met terugwerkende kracht ingediend worden tot 31 december van het jaar waarin de aanvrager kennis kreeg van de erkenning van de hogere overheid.

        De toelage moet niet jaarlijks opnieuw aangevraagd worden. Het stadsbestuur neemt zelf contact op met de aanvrager als de nodige documenten ontbreken of verlopen zijn.

 

Art.5

De toelage moet worden aangevraagd via het formulier dat door het stadsbestuur ter beschikking wordt gesteld.

De aanvraag moet worden aangevuld met:

een bewijs van verhoogde kinderbijslag

én

een attest van verhoogde tegemoetkoming of het Uitpasnummer van de aanvrager (ouder).

 

Art.6

De aanvrager is verplicht elke wijziging met betrekking tot de gestelde voorwaarden tot het bekomen van de toelage onmiddellijk te melden aan het stadsbestuur.

 

Art.7

Ten onrechte uitbetaalde toelagen worden teruggevorderd verhoogd met de wettelijke intresten vanaf de datum van uitbetaling en de eventuele inningskosten.

 

Art.8

Dit reglement vervangt het reglement “sociaal pedagogische toelage” van 24 september 2012 dat hiermee wordt opgeheven.

 

Art.9

Dit reglement treedt in werking op 1 mei 2020.

 

 

Adviezen

De Lierse Adviesraad Toegankelijkheid (LAT) geeft positief advies.

Besproken met de collega van de juridische dienst.

 

Argumentatie

Het kan enkele maanden duren vooraleer het attest van uitkering verhoogde kinderbijslag bekomen wordt. Vandaar dat nieuwe aanvragen niet meer per maand worden berekend.

In enkele gevallen wordt de puntentelling (mate van beperking) herzien. Hierdoor kan het kind wel recht hebben op zorgtoeslag en de sociaal pedagogische toelage. In dat geval wordt de zorgtoeslag door de bevoegde overheid met terugwerkende kracht uitbetaald. Het reglement van de sociaal pedagogische toelage wordt hierop afgestemd.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist akkoord te gaan met het reglement van de sociaal pedagogische toelage, zoals hierna toegevoegd als bijlage.

 

 

Reglement sociaal-pedagogische toelage

 

Art.1

Mindervermogende ouders, wonende te Lier, die (deels) zorgen voor een kind met een beperking kunnen een sociaal-pedagogische toelage voor dat kind aanvragen. Ouder en kind wonen op hetzelfde adres.

 

Art.2

Voor de toepassing van het reglement wordt verstaan onder:

Mindervermogend:

De aanvrager (ouder) heeft recht op een verhoogde tegemoetkoming in het stelsel van de ziekte- en invaliditeitsverzekering

of

de aanvrager (ouder) voldoet aan de voorwaarden om recht te hebben op een Uitpas met kansentarief  van de stad Lier.

Kind: tot 21 jaar

Met een beperking:

        het kind heeft recht op zorgtoeslag voor kinderen met specifieke ondersteuningsbehoefte en scoort minstens 6 punten in de 3 pijlers samen of minstens 4 punten in pijler 1;

        het kind oefent geen belastbare beroepsbedrijvigheid uit.

 

Art.3

De toelage bedraagt 600 euro per jaar per kind met een beperking. De uitbetaling gebeurt 2-maal per jaar: 300 euro in januari en 300 euro in juli.

Nieuwe aanvragen in de 1ste helft van het jaar worden uitbetaald in juli, nieuwe aanvragen in de 2de helft van het jaar worden uitbetaald in januari van het volgende jaar.

 

Art.4

        De toelage wordt toegekend tot en met het jaar waarin het kind 21 jaar wordt.

        De toelage wordt niet uitbetaald met terugwerkende kracht, tenzij de aanvrager aantoont dat het recht op zorgtoeslag door de bevoegde overheid met terugwerkende kracht erkend werd. Deze aanvraag kan met terugwerkende kracht ingediend worden tot 31 december van het jaar waarin de aanvrager kennis kreeg van de erkenning van de hogere overheid.

        De toelage moet niet jaarlijks opnieuw aangevraagd worden. Het stadsbestuur neemt zelf contact op met de aanvrager als de nodige documenten ontbreken of verlopen zijn.

 

Art.5

De toelage moet worden aangevraagd via het formulier dat door het stadsbestuur ter beschikking wordt gesteld.

De aanvraag moet worden aangevuld met:

een bewijs van verhoogde kinderbijslag

én

een attest van verhoogde tegemoetkoming of het Uitpasnummer van de aanvrager (ouder).

 

Art.6

De aanvrager is verplicht elke wijziging met betrekking tot de gestelde voorwaarden tot het bekomen van de toelage onmiddellijk te melden aan het stadsbestuur.

 

Art.7

Ten onrechte uitbetaalde toelagen worden teruggevorderd verhoogd met de wettelijke intresten vanaf de datum van uitbetaling en de eventuele inningskosten.

 

Art.8

Dit reglement vervangt het "reglement sociaal-pedagogische toelage” van 24 september 2012 dat hiermee wordt opgeheven.

 

Art.9

Dit reglement treedt in werking op 1 april 2020.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST STAD LIER - VZW SOLENTRA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 23/10/2017 heeft het CBS de samenwerkingsovereenkomst tussen stad Lier en Solentra voor de periode van 01/12/2017 tot 30/12/2018 goedgekeurd. Door een vertraagde opstart heeft Solentra haar diensten voor hetzelfde budget laten doorlopen tot maart 2019.

 

Op 29/04/2019 heeft het CBS de samenwerkingsovereenkomst tussen stad Lier en Solentra goedgekeurd voor de periode 1/03/2019 tot 29/02/2020.

 

Op 9/03/2020 heeft het CBS de samenwerkingsovereenkomst tussen stad Lier en Solentra goedgekeurd voor de periode 1/03/2020 tot 29/02/2023.

 

Feiten en context

Stad en OCMW Lier zijn een samenwerking aangegaan met vzw SOLENTRA om het traumaprobleem bij (oorlogs)vluchtelingen aan te pakken en Lierse organisaties die geconfronteerd worden met deze doelgroep te ondersteunen . De behoefte aan dit aanbod is vanuit verschillende Lierse sectoren en diensten aangereikt: scholen, OCMW, etc. Organisaties gaven aan dat er enerzijds lokaal een gebrek is aan expertise en anderzijds een tekort is aan hulpverlening.

 

Na het aflopen van de laatste overeenkomst, is een verlenging nodig voor het verderzetten van de activiteiten. De vernieuwde overeenkomst zou lopen voor een periode van 1/03/2020 tot 29/03/2023 waarbij de stad jaarlijks een toelage voorziet van 35.000 euro voor de vzw (volledige overeenkomst: zie bijlage).

 

Vzw Solentra biedt in dezelfde periode de volgende activiteiten aan:

Inschatting van de noden inzake cultuursensitieve psychosociale begeleiding, vroegtijdige detectie én doorverwijzing van cliënteel met een psychologische problematiek.

Aanbod formuleren obv bovenvermelde inschatting en in onderling overleg uitschrijven en aanbieden van een programma van deskundigheidsbevordering in de vorm van opleidingsdagen, intervisie, supervisie en participatie in gesprekken met de teamleden op een gekozen locatie.

Aanbod van transculturele consultatie mét tolk en dit in samenspraak én in de lokalen van stad en OCMW lier.

Aanbod van een telefonische helpdesk.

 

Solentra zal voorzien dat een vaste medewerker 1 dag per week in Lier aanwezig is om bovenstaande activiteiten uit te voeren.

 

Argumentatie

Om volgende redenen wordt de verlenging van het samenwerkingsverband met SOLENTRA voorgesteld:

-De nood aan psychologische ondersteuning en traumabegeleiding bij vluchtelingen is gemeld door verschillende Lierse organisaties. Het feit dat het aanbod momenteel ontoereikend is, is een rem voor organisaties om duurzaam stappen vooruit te zetten met cliënten (bv. rond activering,...)

-Er is nood aan het ontwikkelen van culturele sensitiviteit en deskundigheidsbevordering bij zowel het OCMW als de lokale partners.

-Solentra is de expert inzake transculturele consultaties met tolk voor migrantenkinderen met of zonder familie en inzake deskundigheidsbevordering wat betreft cultuursensitieve psychosociale begeleiding en vroegtijdige detectie van psychische problemen.

-De meerwaarde van SOLENTRA is de ervaring en expertise die we lokaal kunnen benutten en inzetten in functie van de dienstverlening van de stad en het OCMW en haar partners.

 

De samenwerking met de vzw SOLENTRA werd positief geëvalueerd. De geleverde prestaties zijn opgenomen in een jaarlijks verslag. Het meest recente jaarverslag (2018) zit in bijlage. Het jaarverslag 2019 wordt aangeleverd tegen eind april omdat het werkjaar pas afliep op 29/02 en de vzw de cijfers van een volledig jaar wil verwerken.

 

Financiële weerslag

 

Actienummer

Omschrijving actie

01/11/KAP/05/10

Uitbesteding gespecialiseerde trajecten rond psychologische begeleiding

 

Stemming

 

27 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Koen Breugelmans, Jenny Van Damme, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Evi Van Camp, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans, Maurits De Smedt, Geert Marrin en Stéphanie Van Campenhout

4 stemmen tegen: Ella Cornelis, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

Goedkeuring met 27 stemmen voor - 4 stemmen tegen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de samenwerkingsovereenkomst 2020-2023 met de vzw Solentra goed te keuren.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

LOKALE POLITIE LIER - BEGROTING 2020 - GOEDKEURING DOOR FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN. KENNISNAME

 

MOTIVERING

De stad ontving de brief dd. 04 februari 2020 i.v.m. goedkeuring  van de begroting 2020 van de lokale politie Lier door het Federaal Toezicht Lokale Politie.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad neemt kennis van de brief dd. 04 februari 2020 i.v.m. goedkeuring van de begroting 2020 van de lokale politie Lier door het Federaal Toezicht Lokale Politie.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

PONTES - ONDERNEMINGSPLAN 2019-2024 - KENNISNAME.

 

MOTIVERING

Feiten en context

De stad Lier is aangesloten bij de intergemeentelijke vereniging PONTES.

 

Op 21 februari 2020 ontving de stad een bericht van Pontes over het ondernemingsplan voor de komende jaren. PONTES heeft een ondernemingsplan voorbereid, dat door de algemene vergadering op 18 december 2019 werd goedgekeurd. Dit ondernemingsplan houdt een bewuste maar noodzakelijke koerswijziging in. Met dit bericht wensen zij de stad te informeren.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

Statuten van PONTES

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist kennis te nemen van het schrijven van PONTES over het ondernemingsplan 2019-2024 met zicht op 2030.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

EVA VZW PROLIER - EVALUATIE. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Het decreet Lokaal Bestuur vermeldt het volgende in Artikel 227:

 

De beslissing tot oprichting van of deelname in een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap kan niet worden genomen in de loop van een periode van twaalf maanden voor de datum van de volledige vernieuwing van de gemeenteraden.

 

Elk gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap legt in de loop van het eerste jaar na de volledige vernieuwing van de gemeenteraden een evaluatieverslag voor aan de gemeenteraad over de uitvoering van de beheers- of samenwerkingsovereenkomst sinds de inwerkingtreding ervan. Dat verslag omvat ook een evaluatie van de verzelfstandiging, waarover de gemeenteraad zich binnen drie maanden uitspreekt.

 

Feiten en context

Omwille van de nieuwe samenstelling van de AV/RVB van vzw Prolier, die pas afgerond werd in oktober 2019, was het niet haalbaar om de evaluatie tijdig voor te leggen aan het college. De voorbereidingen hiervoor werden getroffen in het najaar 2019 en ter goedkeuring voorgelegd op de eerstvolgende AV van vzw Prolier op 5/2.

 

Evaluatie P-EVA vzw Prolier:

Vzw’s die opdrachten van gemeentelijk belang opnemen en die hiertoe middelen ontvangen van een gemeentebestuur, zijn verplicht om zich voor 1 januari 2014 te conformeren aan de bepalingen van het Gemeentedecreet. Het Gemeentedecreet voorziet in meerdere vormen van verzelfstandiging. Vzw’s die ervoor opteren om de juridische vzw-structuur aan te houden, moeten zich omvormen tot een privaatrechtelijk extern verzelfstandigd agentschap in vzw-vorm.

De principiële goedkeuring voor de omvorming van vzw Prolier naar een EVA vzw (privaatrechtelijk extern verzelfstandigd agentschap) werd gegeven in het CBS van 17 juni 2013.

 

Stappenplan

1)Art. 227, tweede lid van het Gemeentedecreet legt bovendien op dat in de loop van het eerste jaar na de volledige vernieuwing van de gemeenteraad een evaluatieverslag wordt voorgelegd over de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst sedert de inwerkingtreding ervan. Dat verslag omvat ook een evaluatie van de verzelfstandiging, waarover de gemeenteraad zich binnen de drie maanden uitspreekt.

 

2)De statuten moeten aangepast worden aan de nieuwe vennootschaps- en verenigingswetgeving. De Algemene Vergadering vzw Prolier dient de statuten definitief goed te keuren.

 

3)Tussen de gemeente en de omgevormde vzw Prolier moet een nieuwe samenwerkings-overeenkomst worden afgesloten betreffende de uitvoering van de toevertrouwde taken van gemeentelijk belang.

 

In deze nota willen we de argumenten voor de keuze van externe verzelfstandiging in de vorm van een vzw verduidelijken, evalueren en opnieuw bevestigen.

 

Motiveringsverslag / Argumentatie

 

A. Inleiding

Het Gemeentedecreet stelt een zogenaamd weerlegbaar wettelijk vermoeden in, waardoor bepaalde vzw’s geacht worden belast te zijn met taken van gemeentelijk belang. Het weerlegbaar vermoeden speelt als aan één van de voorwaarden, opgesomd in art. 225, §3 Gemeentedecreet is voldaan:

“een of meer van de organen van de vzw bestaan voor meer dan de helft uit gemeenteraadsleden of leden van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente in kwestie of de leden van de organen worden voor meer dan de helft aangewezen of voorgedragen door die personen;

de gemeente of haar vertegenwoordigers beschikken over de meerderheid van de stemrechten in een of meer van zijn organen;

zijn financiële middelen vallen voor meer dan de helft ten laste van het gemeentebudget”.

 

B. Referentiekader

De decreetgever heeft argumenten voor externe verzelfstandiging aangereikt in de Memorie van Toelichting bij het decreet Beter Bestuurlijk Beleid, dewelke stelt :

‘Het ontwerp van gemeentedecreet bevat de optie om via verzelfstandiging een soepelere werking mogelijk te maken voor de verwezenlijking van bepaalde gemeentelijke opdrachten. De toegenomen mogelijkheden voor verzelfstandiging van deelaspecten van het gemeentelijk beleid betekenen een goede en logische evolutie.’

 

De kritiek ten aanzien van externe verzelfstandiging is dat er een zekere beperking van het ‘rechtstreekse’ politieke zeggenschap van de gemeenteraad en het college optreedt in vergelijking met de interne verzelfstandiging of het rechtstreeks gemeentelijk beheer. In casu is het College van Burgemeester en Schepenen van oordeel dat de controle en inspraak van de gemeenteraad maximaal gewaarborgd blijven bij de externe verzelfstandiging door middel van een EVA-vzw:

 

Zo beschikt de Stad Lier steeds over een meerderheid van stemmen in de algemene vergadering en draagt de Stad steeds de meerderheid voor van de leden van de raad van bestuur. De vertegenwoordigers van de Stad worden door de gemeenteraad uit zijn leden gekozen en dienen in de algemene vergadering te handelen overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad.

Het EVA-vzw functioneert met een duidelijk afgelijnde taakomschrijving en doelstelling en is belast met beleidsuitvoerende taken van gemeentelijk belang.

Zij kan tevens betrokken worden bij de beleidsvoorbereiding. De beleidsbepaling echter blijft steeds bij de beleidsorganen van de Stad.

De Stad en het EVA-vzw dienen een samenwerkingsovereenkomst te sluiten, waarin minstens de in art. 247 van het Gemeentedecreet bepaalde zaken (o.m. de aanwending van de aan het agentschap ter beschikking gestelde of overgedragen personeelsleden, middelen en infrastructuur, de wijze waarop de vereniging zal voorzien in een systeem van interne controle) geregeld worden. De Stad blijft op die manier het EVA-vzw aansturen. De huidige samenwerkingsovereenkomst werd toegevoegd als bijlage.

 

C. Evaluatie verzelfstandiging in privaatrechtelijke EVA vorm

 

1) Bestaande praktijk – naadloze aansluiting bij de huidige werking

Het belangrijkste argument voor de verzelfstandiging van het beheer van het Liers

cultuurcentrum is de praktijk van de afgelopen jaren, met als belangrijkste doelstelling het bevorderen van een soepele, efficiënte en klantvriendelijke werking.

Dat geldt onverminderd voor de activiteiten die sinds 2014 onder de cultuur- & evenementencel ondergebracht werden en een sterke link hebben met de werking van het cultuurcentrum.

 

Concreet omvat de huidige opdracht van de vzw Prolier:

het organiseren en promoten van activiteiten met het oog op cultuurparticipatie, gemeenschapsvorming en cultuurspreiding. Ze richt haar aanbod en activiteiten op de gemeente Lier en de brede regio.

de verwezenlijking van welbepaalde beleidsuitvoerende en beleidsvoorbereidende taken van gemeentelijk belang, met name:

a.de concretisering van een onderdeel van het vrijetijdsplan van de gemeente Lier, met name de activiteiten die betrekking hebben op de werking van het Liers Cultuurcentrum, het lokaal cultuurbeleid en socioculturele evenementen;

b.de realisatie van een eigen aanbod van het Liers Cultuurcentrum met een regionale uitstraling en de maatregelen die hiervoor nodig zijn;

c.de participatie van het Liers Cultuurcentrum aan samenwerkingsverbanden met derden;

d.het financieel beheer van de activiteiten en de werkingskosten die te maken hebben met bovengenoemde opdrachten;

beheer van het cultuurcafé, het appartement en aanhorigheden verbonden aan het cultuurcentrum De Mol.

 

Een evaluatie van de werking van de EVA-VZW gedurende de laatste 6 jaar wordt door alle betrokken actoren als zeer positief, harmonieus en creatief ervaren.

 

De klantenbasis is verder gegroeid door een gevarieerd en gebalanceerd programma (bvb. focus op jongerendoelgroep via Kraakcollectief).  Verder kan er snel ingespeeld worden op het veranderende cultuurlandschap (meer locatieprojecten, projecten die later aan het jaarprogramma worden toegevoegd).  Daarnaast is er flink gewerkt om de beleving naar de klanten toe te verbeteren door oa. het comfort te verhogen (nieuwe tribune/stoelen) en het opfrissen van de foyer en het cultuurcafé.

 

2) Onafhankelijkheidscriterium

Een privaatrechtelijke verzelfstandiging biedt garanties voor onafhankelijkheid in de programmering, wat één van de grondbeginselen is en een absolute noodzaak blijft voor de werksoort cultuur en waarbij binnen de EVA-VZW de algemene krijtlijnen worden uitgezet en opgevolgd in een werkgroep rond ‘content’.

 

3) Financieel criterium

De vzw functioneert binnen een concurrentiële omgeving (cultuurmarkt) en kan als afzonderlijke privaatrechtelijk vormgegeven entiteit flexibel onderhandelen over het aanbod van voorstellingen.  Er wordt voortdurend over uitkoopsommen en randvoorwaarden onderhandeld. De geijkte procedures binnen de gemeente zijn hierin weinig soepel.

Ook aan de inkomstenkant moet tussentijds kunnen bijgestuurd worden: een voorstelling of een evenement heeft soms niet de verwachte opkomst, er komt een extra partner voor de dag,… Er is nood aan een mechanisme dat op een soepele manier kan inspelen op financiële noden, tussentijdse reducties toekennen of een eigen (ticket)prijzenbeleid ontwikkelen dat rekening houdt met de concurrenten uit de regio (vb. HOB, Mechelen).  Dit is noodzakelijk om tegemoet te komen aan de prijs/kwaliteit verwachtingen van het publiek.

 

Een gelijkaardige redenering geldt op vlak van sponsoring : sponsoring aan vzw’s geniet bepaalde fiscale voordelen; vzw’s kunnen sponsoring in natura verkrijgen; private sponsors zullen eerder geneigd zijn om een culturele instelling met een eigen gezicht te sponsoren dan op te treden als mecenas tav de gemeente.

 

Ook dragen de eigen inkomsten mee de programmering. Bovendien is er nood aan een gelimiteerde reserveopbouw die het Liers Cultuurcentrum in staat stelt om

a.een minder seizoen op te vangen (opkomst/inkomsten zijn dikwijls moeilijk te voorspellen)

b.bij te dragen aan bepaalde lange termijninitiatieven (vb. Zomer In 't Park is een investering die pas na een bepaalde tijd ‘een vaste waarde’ bij het publiek wordt)

c.bij eventuele vermindering/stopzetting van de gemeentelijke subsidiëring de aangegane engagementen te kunnen afwerken. Aangezien het Liers Cultuurcentrum werkt met seizoenen die over het lopende boekjaar heen lopen, is er telkens een periode van een half seizoen onzekerheid.

De samenwerkingsovereenkomst bepaalt de modaliteiten van die reserveopbouw, tot maximaal eenmaal de jaarlijkse toelage, aangevuld met specifiek bestemde voorzieningen, uitsluitend aangewend voor het bereiken van haar doelstellingen en het vervullen van haar opdracht.

 

4) Marktgericht criterium

De meeste actoren in de cultuursector zijn privaatrechtelijke (rechts)personen. Via externe verzelfstandiging in privaatrechtelijke vorm kunnen cultuurcentra makkelijk samenwerken met deze actoren en optreden als gelijkwaardige onderhandelingspartners.

Flexibiliteit, directheid van besluitvorming en een groot vertrouwen van partners is belangrijk. Een grotere dynamiek en flexibiliteit geeft de ruimte om sneller op te treden, wat belangrijk is met private partners. Het toenemende belang van (eenmalige) projecten/evenementen is hierin een extra argument.  Een snelle werkwijze is dan ook uiterst belangrijk zowel voor de uitbouw van de inhoudelijke werking als voor bijkomende exploitatietaken.

 

5) Exposurecriterium

Via de privaatrechtelijke verzelfstandigde EVA-VZW kan het LCC een eigen marketingaanpak ontwikkelen en laat het toe om via een eigen huisstijl, een wervende communicatie te ontwikkelen met een eigen promotiebeleid (via eigen website en sociale media).  De manieren om de verschillende doelgroepen te bereiken, de snelheid waarop hier moet worden ingespeeld sluiten niet altijd aan bij de andere promotievormen van een gemeente, die eerder de nadruk legt op informatieverstrekking.

 

6) Participatie van actoren in de cultuursector

De motivatie en het gevoel van participatie voor het maatschappelijk draagvlak betrokken bij de cultuursector, is onmiskenbaar groot bij de rechtsvorm van een vzw waar men ‘in eigen persoon’ lid van is. Deze rechtstreekse voordracht is van groot belang, niet alleen voor de betrokkenheid van het middenveld bij de realisatie van de doeleinden van de vzw maar ook voor de nodige autonomie en onafhankelijkheid bij de uitvoering van de taken.  Dit is aangetoond door het groot aantal kandidaten bij de open oproep om deel te nemen aan de Raad Van Bestuur en de Algemene Vergadering.

 

D. Toetsing alternatieve bestuursvormen:

1) Een cultuur- of gemeenschapscentrum in zuiver gemeentelijk beheer

Hierbij wordt een gemeentelijke dienst opgericht die werkt volgens de gemeentelijke regelgeving wat betreft de verschillende aspecten van besluitvorming.

Het zuiver gemeentelijk beheer voor een cultuurcentrum biedt geen antwoord op de nood aan flexibiliteit (financieel, beleidsuitvoerend,…). Ook de belangrijke aspecten van betrokkenheid en directe participatie van het middenveld zou in deze piste verloren gaan. Het inschakelen van vrijwilligers blijft mogelijk, maar zal in deze optie minder efficiënt en moeizamer verlopen.

 

 

2) De interne verzelfstandiging

Een andere mogelijkheid is een beperkte vorm van ‘verzelfstandiging’ via een Intern Verzelfstandigd

Agentschap (IVA) of via het budgethouderschap.

Bij beide vormen is de beperkte en weinig ingrijpende vorm van verzelfstandiging geen afdoende oplossing voor een soepel en efficiënt beheer van het cultuurcentrum.  Enkel wat het budget betreft is er meer autonomie maar daarom niet meer flexibiliteit. Medebeheer door verenigingen wordt dan op een andere, meer passieve manier ingevuld.

 

3) De externe verzelfstandiging via AGB

Het beheer binnen een autonoom gemeentebedrijf heeft niet de gewenste voordelen in vergelijking met het extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm.  Het AGB is een beheersvorm die onvoldoende aansluit bij de culturele sector en die bovendien moeilijk verzoenbaar is met de cultuurpactwetgeving.  De raad van bestuur van een AGB is beperkt tot twaalf bestuurders, elk voorgesteld door de gemeenteraad, wat het veel moeilijker maakt dan bij een vzw-structuur om een beduidende inbreng van de gebruikers en de strekkingen mogelijk te maken.  Er moet dan -conform aan de cultuurpactwetgeving -naast deze Raad van Bestuur nog een adviescommissie geïnstalleerd worden, bestaande uit vertegenwoordigers van de gebruikers/middenveld.  Dit kan een soepele werking en efficiënte besluitvorming alleen maar vertragen.

Een belangrijk argument voor de keuze naar omvorming AGB is vaak de btw-recuperatie bij infrastructuurwerken. Echter, het Liers Cultuurcentrum of vzw Prolier is een programmatie-vzw (exploitatie) die weinig of geen investeringsuitgaven doet.

 

Conclusie:

De optie van een EVA onder vorm van een ‘vzw verantwoordelijk voor de programmering’ laat als enige structuur toe om het LCC verder organisch te laten groeien en een flexibele organisatiestructuur te behouden. Bovendien maakt het medebeheer door verenigingen mogelijk en wordt de participatie van het middenveld in ruime mate toegelaten, hetgeen voor de Stad Lier een grote prioriteit is.  Samen met de politieke vertegenwoordiging zorgt dit voor een brede gedragenheid en betrokkenheid.

Wat de autonomie ten opzichte van en de controle door de gemeente betreft, zal deze voor de werking van het Liers Cultuurcentrum / vzw Prolier gegarandeerd blijven en toch een sterke controle (via oa. samenwerkingsovereenkomst) mogelijk zijn.  Temeer omdat in de bestuursorganen – zoals decretaal bepaald –de gemeente over een meerderheid van de stemmen in de Algemene Vergadering moet beschikken en de gemeente de meerderheid van de leden van de Raad van Bestuur voordraagt.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad keurt het evaluatieverslag over de uitvoering van de beheers- of samenwerkingsovereenkomst tussen Stad Lier en vzw Prolier en de evaluatie van de verzelfstandiging goed.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

ERFGOEDCEL KEMPENS KARAKTER - WIJZIGING PLAATSVERVANGEND VERTEGENWOORDIGER VOOR STUURGROEP DEELWERKING "ERFGOEDCEL" - GOEDKEURING

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 25 februari 2019 over de aanduiding van Rik Verwaest en Lieve Lettany als resp. effectief lid en plaatsvervangend lid voor de  heer Verwaest Rik, schepen, wonende te 2500 Lier, Vredelaan 38, voor als effectief lid voor de stuurgroep van deelwerking "erfgoedcel" van de projectvereniging Kempens Karakter, voor een duur van zes jaar, vanaf de eerste raad van bestuur van 28 maart 2019 tot aan de eerste algemene vergadering in het jaar 2025

 

Feiten en context

De stad neemt deel aan de projectvereniging Kempens Karakter.

 

De stad Lier dient een effectief en plaatsvervangend vertegenwoordiger voor de stuurgroep van de deelwerking "erfgoedcel" voor te dragen. Tijdens de gemeenteraad van 25 februari 2019 werd beslist om mevrouw Lieve Letttany, diensthoofd toerisme, aan te duiden als plaatsvervangend lid voor de stuurgroep. Zij is ondertussen op pensioen en dient om deze reden te worden vervangen. Haar opvolger als diensthoofd toerisme is de heer Daan Anthoni.

 

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur

Statuten Erfgoed Kempens Karakter

 

Argumentatie

Om de continuïteit bij de vertegenwoordiging in de stuurgroep te behouden, is het aangewezen om een ander plaatsvervangend lid voor de stuurgroep aan te duiden.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad draagt de heer Daan Anthoni, medewerker, voor als plaatsvervangend lid voor de stuurgroep van deelwerking "erfgoedcel" van de projectvereniging Kempens Karakter, vanaf het nemen van deze beslissing tot aan de eerste algemene vergadering in het jaar 2025.

 

Art 2 :

Deze beslissing wordt ter kennisgeving aan de projectvereniging Kempens Karakter overgemaakt.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

LIERSE MAATSCHAPPIJ VOOR HUISVESTING - ALGEMENE VERGADERING DER AANDEELHOUDERS VAN 20 MEI 2020 - AGENDA. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Gemeenteraadsbeslissing van 28 januari 2019 over de aanduiding van bestuurders van CVBA Lierse Maatschappij voor de Huisvesting.

Gemeenteraadsbeslissing van 25 februari 2019 over de aanduiding van de heer Torfs Benjamin als effectief vertegenwoordiger en resp. de heer Suetens Thierry, als plaatsvervangend vertegenwoordiger, als lid van de ‘Algemene Vergadering der Aandeelhouders’ van CVBA Lierse Maatschappij voor de Huisvesting.

 

Feiten en context

De stad is aandeelhouder van CVBA Lierse Maatschappij voor de Huisvesting, afgekort LMH.

 

De Lierse Maatschappij voor de Huisvesting de stad op 11 maart 2020 uitgenodigd voor de 'Algemene Vergadering der Aandeelhouders', die zal plaatsvinden op woensdag 20 mei 2020 om 19.00 uur, op het adres van het vennootschap, Abtsherbergstraat 10 bus 19, Lier.

 

De agenda van deze vergadering is als volgt vastgesteld:

 

1.

Jaarverslag 2019 van de Raad van Bestuur (incl. het bijzonder verslag sociaal oogmerk van de klachtenrapportering)

2.

Het verslag 2019 van de commissaris

3.

De jaarrekening 2019

4.

Kwijting aan de bestuurders en de commissaris

5.

Benoeming van de bestuurders

 

Uittredende bestuurders:

        Benjamin Torfs (namens de stad Lier)

        Piet De Zaeger (namens de stad Lier)

        Johan Festjens (namens de private aandeelhouders)

 

De heren Benjamin Torfs, Piet De Zaeger en Johan Festjens zijn opnieuw verkiesbaar. Er wordt voorgesteld hun mandaat met drie jaar te verlengen tot 17 mei 2023.

 

De andere mandaten zijn voor:

        August Valgaeren (namens de private aandeelhouders) (mandaat loopt tot 19 mei 2021)

        Leo Vansteenbeeck (namens de private aandeelhouders) (mandaat loopt tot 19 mei 2021)

        Anja De Wit (namens de stad Lier) (mandaat loopt tot 19 mei 2021)

        Leen Baeten (namens de stad Lier) (mandaat loopt tot 18 mei 2022)

        Peggy Mortelmans (namens de stad Lier) (mandaat loopt tot 18 mei 2022)

        Jan Hauwaert (namens de stad Lier) (mandaat loopt tot 18 mei 2022)

 

6.

Wijzigingen aandelenstructuur: aandelen South Australian Belgian Relief Fund en aandelen provinciebestuur aan gemeenter Ranst

 

Juridische grond

Statuten Lierse Maatschappij voor de Huisvesting

 

Stemming

 

19 stemmen voor: Frank Boogaerts, Marleen Vanderpoorten, Rik Verwaest, Walter Grootaers, Henri Pets, Bert Wollants, Ivo Andries, Annemie Goris, Freddy Callaerts, Jenny Van Damme, Sabine Leyzen, Lucien Herijgers, Christina Wagner, Yahya Degirmenci, Thierry Suetens, Ann-Sofie Van den Broeck, Ilse Lambrechts, Dirk Frans en Maurits De Smedt

4 stemmen tegen: Ella Cornelis, Bart Verhoeven, Heidi Van den Bergh en Walter Marien

8 onthoudingen: Koen Breugelmans, Katrien Vanhove, Peter Caluwé, Stijn Coenen, Tom Claes, Evi Van Camp, Geert Marrin en Stéphanie Van Campenhout

Goedkeuring met 19 stemmen voor - 4 stemmen tegen - 8 onthoudingen

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist de agenda van de algemene vergadering der aandeelhouders van de Lierse Maatschappij voor de Huisvesting van 20 mei 2020, goed te keuren.

 

Art 2 :

Kopieën:

 

Aantal

Bestemmeling

1

Lierse Maatschappij voor de Huisvesting CVBA

1

vertegenwoordiger

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

INTERPELLATIES

 

MOTIVERING

Interpellatie 1 : van Bart Verhoeven (Vlaams Belang) i.v.m. definitieve herstelling Kapucijnenvest

Eind december 2019 kondigde het stadsbestuur via de facebookpagina van de stad de ‘definitieve’ herstelling aan van het gedeeltelijk verzakte wegdek in de Kapucijnenvest tussen de uitrit van de parkeergarage en de Begijnhofstraat.

 

Deze aankondiging werd door vele Lierenaars en Hooiktenaars in de commentaren op hoongelach onthaald. Gezien de voorgeschiedenis van de wijze waarop het stadsbestuur deze en vorige legislatuur straten laat herstellen hoeft dit niet te verbazen.

 

De sceptische reacties op deze aankondiging bleken amper 14 dagen na de ‘definitieve’ herstelling helaas ook terecht. De straat was amper opnieuw opengesteld voor verkeer, of de eerste stenen in het heraangelegd gedeelte kwamen alweer los.

 

De stad heeft dan wel voorlopig de oplevering geweigerd, dat neemt uiteraard niet weg, dat dit opnieuw voor heel wat extra hinder zorgt. Zo is de Kapucijnenvest opnieuw afgesloten geweest voor de noodherstelling van de definitieve herstelling op donderdag 5 en vrijdag 6 maart 2020. Daarbovenop zal deze straat ook opnieuw afgesloten worden voor de definitieve herstelling van de noodherstelling van de eerdere “niet zo” definitieve herstelling.

 

Met alle begrip dat er eens iets kan mislopen, maar wanneer dit eerder norm dan uitzondering is, stellen we ons toch ernstige vragen over de wijze waarop dit bestuur straten laat heraanleggen en werkzaamheden toewijst aan aannemers.

 

Mijn vragen aan dit college van burgemeester en schepenen zijn dan ook volgende:

        Wanneer zal de definitieve herstelling van de noodherstelling van de eerdere “niet zo” definitieve herstelling plaatsvinden?

        Heeft de aannemer de noodherstelling van de definitieve herstelling uitgevoerd of de stadsdiensten?

        Welke zijn de gunningscriteria die de stad Lier gebruikt voor het toewijzen dan dergelijke opdrachten? Is dit op basis van prijs, op basis van de kosten of rekening houdend met de beste prijs-kwaliteitsverhouding?

        Klopt het dat de aannemer bepaalde zaken anders wilde doen, maar dit niet mocht van de stad? Zo ja, wat waren deze bemerkingen van de aannemer en wat is de reden dat de stad deze aanbevelingen weigerde?

 

 

Antwoord Schepen Bert Wollants:

Geacht raadslid,

 

Vraag 1: timing

Deze kan ten vroegste na afloop van de werken op de Grote Markt gebeuren in functie van noodzakelijke omleidingen. Er wordt voorzien om de Grote Markt opnieuw open te stellen op 9 mei e.k. De betrokken aannemer heeft door de Corona maatregelen tot nader order zijn activiteiten volledig gestaakt en is ook niet bereikbaar. Een concrete timing is dus nog niet bekend.

 

Vraag 2: herstellingswerken

De aannemer voerde de herstellingswerken zelf uit in aanwezigheid van het technisch bureau. Op 6 maart 2020 maakte het technisch bureau een PV van vaststelling op met beeldmateriaal bij het opbreken van de uitzettingsvoegen.

 

Vraag 3:

Wij dienen verplicht de wetgeving overheidsopdrachten strikt toe te passen. Die wetgeving heeft verschillende aspecten, maar die is er niet noodzakelijk in de eerste plaats om de overheid te beschermen. De aanpak die u voorstelt is ons dus niet toegestaan. Zo moet verplicht de prijs steeds 1 van de gunningscriteria te zijn. Het gaat daarbij steeds om de economische meest voordelige inschrijver. Dat wil zeggen dat te lage prijzen die niet door de inschrijver kunnen worden verklaard op aannemelijke wijze, niet  kunnen worden weerhouden.

 

Bovendien is voor wegenbouw de vereiste kwaliteit ook exact opgenomen in het lastenboek en in het standaardbestek waaraan elke aannemer dient te voldoen. Wanneer in detail wordt beschreven welke materialen dienen te worden gebruikt en in detail op welke manier dit dient te gebeuren, mag de uitvoeringsmethode wettelijk niet als gunningscriterium worden gebruikt, die is namelijk opgelegd, inschrijvingen die hier niet aan voldoen moeten dus geweerd worden. Het is wettelijk evenmin toegelaten om eerdere ervaringen met aannemers, zelfs als die er zijn, te gebruiken als criterium in de gunningsbeslissing. Zwarte lijsten en dergelijke mogen niet worden gebruikt. Kwaliteit kan hierdoor enkel na de gunning worden vastgesteld bij het voorleggen van de technische fiches van de materialen, die moeten voldoen aan het lastenboek en bij het verifiëren of de werken worden uitgevoerd volgens het lastenboek en het standaardbestek. Net daarover gaat het antwoord op uw volgende vraag.

 

Vraag 4: Klopt het dat de aannemer de zaken anders wilde doen?

Op de startvergadering werden zoals voorzien in het bestek de nodige technische fiches opgevraagd van de te gebruiken materialen (zandcement, voegmortel, voegplanken, voegvullingsmateriaal).  Voor de voegplanken is het belangrijk om te weten dat het standaardbestek 250 oplegt dat bij een kasseiverharding waarbij gekozen wordt voor een vaste voeg met cement en mortel er op geregelde afstanden een voegplank noodzakelijk is. Dat moet ervoor zorgen dat bij temperatuurverschillen er geen barsten en scheuren kunnen optreden. Deze technische fiches konden door de aannemer niet voorgelegd worden voor de werken door de aannemer werden aangevat.

 

Op het ogenblik dat de technische fiches van de voegplanken en voegvullingsproducten werden aangeleverd, was de aannemer al begonnen met de werken. De technische fiches en daarmee de gebruikte producten, voldeden ook niet aan de voorwaarden van het bestek. De aannemer heeft dus een aantal voegen uitgevoerd met minderwaardig materiaal. Het materiaal werd afgekeurd op basis van het feit dat het niet voldeed aan het standaardbestek en aan de richtlijnen van het opzoekingscentrum voor de wegenbouw. Zowel dikte als dichtheid, die toch in belangrijke mate een rol spelen bij de sterkte van het materiaal voldeden niet en werden om die reden niet aanvaard.

 

Ik zal u dit visueel even duiden.

 

De aannemer is daarop gewezen en heeft zich vervolgens geëngageerd om de werken die met verkeerd materiaal werden uitgevoerd, opnieuw te doen. Hij heeft dat ook gedaan, maar duidelijk niet grondig. Want de problemen stellen zich op die plaatsen waar er plaatselijk terug is opgebroken. Vermoedelijk heeft hij getracht om zo weinig mogelijk te moeten opbreken, maar heeft dit niet tot de vereiste kwaliteit geleid.

 

De aannemer wilde in eerste instantie dus inderdaad de zaken ‘anders’ doen door een niet conforme uitzettingsvoeg te plaatsen wat geenszins als ‘aanbeveling’ kan aanzien worden.

 

 

Interpellatie 2 : van Walter Marien (Vlaams Belang) i.v.m. buurthuis Den Hof

Midden februari werd bekend dat de ruilwinkel Kinnebaba, nl. Ruilwinkel 2 van Huis van het Kind, nu gevestigd in het Heilig Geest gebouw, zal verhuisd worden naar de locatie waar VZW Buurthuis Den Hof en sociaal restaurant Kome Nete nu gebruik van maken.

In het antwoord op mijn schriftelijke vraag van 19 februari ll. werd duidelijk dat het buurthuis in het najaar zal moeten opkrassen want, na de verhuis van het sociaal restaurant en de sociale kruidenier naar het Kartuizershof, zouden dan aanpassingswerken starten om de lokalen in te richten als winkel, zodat een gecombineerd gebruik van de lokalen door zowel het buurthuis als de ruilwinkel niet mogelijk is. 

 

Naast het Buurthuis maken nog 6 andere verenigingen gebruik van deze lokalen zodat ook zij de facto op straat staan en een andere locatie moeten zoeken,   buurtwerking Neetenbeemd,  Pensioenvereniging van de PIDPA,  Narcotics Anonymous,  Smovey,  Modelbouw, Kunstkring Den Hof.   Naast de bijeenkomsten en evenementen van deze verenigingen  zijn er ook nog tal van activiteiten en feestjes van buurtbewoners.    

 

De beslissing voor die verhuis werd genomen in het CBS van 10/02 en op 12/02 was er een eerste overleg met VZW Den Hof,  alleen met de VZW,  niet met de andere verenigingen.  Het volgende geplande overleg van 17 maart is dan vanwege corona niet doorgegaan.

 

Wijkwerking en participatie zijn 2 speerpunten in het bestuursakkoord en die worden hier in dit geval vakkundig afgeschoten.

 

In  het bestuursakkoord kan men onder de hoofding Participatie, Burgerbetrokkenheid en Wijkwerking  o.a. lezen :

“We streven naar actieve wijkwerking op het hele grondgebied”. 

In de wijk H. familie is reeds 50 jaar een platform van buurtwerking actief en het essentiële van deze buurtwerking,  nl. het wijkhuis,  wordt hen gewoon weggenomen en als alternatieve locaties worden de wijkhuizen Rosmolen en Herderin voorgesteld.

Een buurtwerking die uit haar buurt wordt verdreven wordt gewoon onthoofd.

 

Onder diezelfde hoofding staat ook : 

“We bakenen de taak van de lokale overheid af en denken na over de ruimte die we laten aan anderen om mee te overleggen en te organiseren.”

Veel ruimte voor overleg is hier wel niet gebleven. 

Het CBS neemt eerst de beslissing en dan wordt overleg gestart.

Dit is zowat de omgekeerde wereld.  Zo stel ik me echte en eerlijke participatie of burgerbetrokkenheid  niet voor.

 

Als men participatie hoog in het vaandel voert en als je de mensen wilt mee hebben in een verhaal van participatie en burgerbetrokkenheid,  moet men met alle betrokkenen eerst overleg plegen over een plan, over alle aspecten die dat plan inhouden voor de betrokkenen, welke andere opties mogelijk zijn, welke input de betrokkenen zelf kunnen geven, etc.  en dan de beslissing nemen.

 

Je neemt niet eerst de beslissing waardoor winnaars en verliezers worden gecreëerd en start dan overleg op met de gedupeerden.  Dat is niet van aard om de betrokkenen het gevoel te geven dat ze volwaardige overlegpartners zijn.  Essentieel aan zo’n overlegproces is dat elke betrokkene er met een moreel gelijk statuut kan aan deelnemen en niet eerst in de rol van verliezende partij wordt geduwd om dan na de beslissing naar het overleg te moeten gaan. 

Dat is wel de gemakkelijkste weg want overleg opstarten voor het nemen van de beslissing vergt natuurlijk meer inspanningen en tijd om tot een door alle partijen gedragen beslissing te komen.

 

In elk geval, de mensen achter de buurtwerking voelen zich in de rug geschoten nadat zij 15 jaar geleden de mensen van Sociaal restaurant met open armen ontvangen hebben waardoor ze ook hun werking hebben moeten aanpassen.  Nu het sociaal restaurant gaat verhuizen hoopten zij  hun werking terug te kunnen uitbreiden en het buurthuis opnieuw ten volle te kunnen inschakelen. 

Vorig jaar hun 50-jarig bestaan gevierd en 1 jaar later moeten opkrassen kan tellen als cadeau.

 

Voor alle duidelijkheid,  de ruilwinkel van Huis van het Kind, heeft een belangrijke maatschappelijke functie in de strijd tegen kinderarmoede en dat wil ik allesbehalve minimaliseren,  maar deze verhuis brengt  dus heel wat teweeg.  

 

Zijn de gebreken van het Heilig Geestgebouw werkelijk van die aard dat de ruilwinkel hier nu reeds weg moet ?   Momenteel worden lokalen op de benedenverdieping ook verhuurd aan fietsbibliotheek en werknemers van Werkmmaat.

Het gebouw moet gerestaureerd worden en we weten allemaal dat zo’n restauratiedossier jaren aansleept.  Hoe concreet zijn die plannen dus momenteel, wanneer zou die restauratie moeten van start gaan ?   

Wat zal de bestemming van dit gebouw na de restauratie zijn?  

 

De plaats bij uitstek voor deze ruilwinkel lijkt mij idealiter de kringloopwinkel van Opnieuw&Co te zijn.   Is deze optie reeds bekeken ?   Zo ja waarom kan de winkel dan daar geen onderdak vinden?  

 

Wanneer is er een nieuw overleg met VZW Den Hof en eventueel met de andere verenigingen gepland?

 

 

Antwoord Schepen Marleen Vanderpoorten:

Vooraleer op uw concrete vraagstelling in te gaan, zal ik even de historiek en het gebruik van buurthuis Den Hof schetsen.

 

In 1970 is door de stad Lier aan het Recreatiecentrum Den Hof een terrein, gelegen aan de Maasfortbaan, in bruikleen gegeven. Dit gebeurde voor de periode van 9 jaar, voor dezelfde periode hernieuwbaar en met een opzegmogelijkheid van 1 jaar. Het doel van de toenmalige regeling was “het recreatiecentrum ter beschikking te stellen van plaatselijke verenigingen of groepen met het oog op de beoefening van sport en spel of van alle activiteiten in verband met de vrije tijdsbesteding, het alles buiten elke politieke binding”.

 

In de loop van de jaren kregen (vanwege de VZW Den Hof) een aantal verenigingen een vaste standplaats in het hoofdgebouw of de bijgebouwen.

Het hoofdgebouw werd gebruikt daar de VZW Den Hof die de bruikleen hadden gekregen van de stad, zij betaalden hun eigen energiegebruik en de verzekering (geen huur aan de stad).

 

Het hoofdgebouw werd verder nog gebruikt door het Zangkoor ’t En Zal die hun eigen verteer betaalden aan Den Hof, wat eveneens gold voor de BC Den Hof, Gepensioneerden Pidpa en het wijkcomité Neetenbeemd.

In de bijgebouwen hebben drie verenigingen een eigen standplaats (tot op vandaag): Kunstkring Den Hof (gebruiken lokaal maandag en donderdagnamiddag), Modelbouwclub Lier ( gebruik vrijdagavond) en de Lierse wijngilde Pallieterland (gebruik vrijdagavond). Deze drie verenigingen hebben hun locatie in bruikleen van Den Hof en betalen hun eigen energieverbruik via Den Hof, geen huur.

 

Sinds 2004 wordt het hoofdgebouw gedeeld met de vzw Goed Gevoel. Deze vzw zocht een locatie voor de opstart van de werking van een sociaal restaurant en voedselbank. VZW Den Hof had binnen het recreatiecentrum voldoende plaats en ruimte aangezien zij niet elke dag activiteiten organiseerden. In 2005 is de sociale kruidenier erbij gekomen, ter vervanging van de eerder bestaande voedselbank.

 

Sindsdien is de staat van het hoofdgebouw en de onduidelijke verdeling van opdrachten en taken regelmatig het onderwerp van gesprekken geweest met betrokkenen maar aangezien er geen vooruitzichten waren voor een betere huisvesting van het sociaal restaurant, is de situatie altijd gebleven wat ze was. Ook de staat van het gebouw laat te wensen over, zeker voor de huisvesting van een sociaal restaurant.

 

De bruikleenovereenkomst werd telkens verlengd voor de periode van 9 jaar tot 2006. Toen besliste de gemeenteraad om de bruikleenovereenkomst telkens met slechts één jaar te verlengen, steeds met de bedoeling een nieuwe en betere huisvesting te vinden voor het sociaal restaurant en de sociale kruidenier, en de overblijvende ruimte op een meer rationele manier te gebruiken. De laatste beslissing daaromtrent dateert van de gemeenteraad van 21 september 2015. In deze beslissing staat nogmaals gestipuleerd dat de bruikleenovereenkomst verlengd wordt voor 1 jaar.

 

Het geheel van de rekening voor gas en elektriciteit werd tot op dat ogenblik voorgeschoten door Den Hof en afgerekend met de verenigingen. Deze laatste regeling is in 2016 overgegaan op MIVAS gezien het feit dat MIVAS het sociaal restaurant en sociale kruidenier onder zijn hoede had genomen en dus hoofdgebruiker werd van het hoofdgebouw.

 

Vorig jaar, op  1 februari 2019 en op 11 maart 2019, is opnieuw contact opgenomen met de VZW Den Hof én, nadien, met de gebruikers van de bijgebouwen, Kunstkring Den Hof,  Modelbouw en de Wijngilde. Bedoeling van dit overleg was om goed zicht te krijgen op het gebruik van de gebouwen en aan te kaarten dat de situatie zou geregulariseerd worden naar gebruik, huur en samenwerking met andere organisaties.

 

Ongeveer in dezelfde periode is, na een lange zoektocht om een betere locatie te vinden voor het sociaal restaurant en de sociale kruidenier, het Karthuizershof uitgekozen als geschikte plaats. Dit betekende dat het hoofdgebouw van Den Hof grotendeels vrij kwam. Vanuit de sociale dienst werd de vraag gesteld om de ruilwinkel hier te kunnen onderbrengen gezien de zeer precaire situatie van het H. Geestgebouw waar de ruilwinkel nu is gevestigd. Bedoeling is dat de beide ruilwinkels (H.Geest en Transvaalstraat) in het hoofdgebouw van Den Hof gevestigd zullen worden, annex een was- en strijkruimte.

 

Op 12 februari 2020 werd opnieuw een overleg gehouden met de vertegenwoordiger van Den Hof/Neetebeemden. Uit dit overleg bleek dat de voorzitter van de organisatie het hoofdgebouw momenteel gebruikt voor SMOOVIE-les (dindsdag en vrijdag aan 2 tot 7 mensen; voorzitter is lesgever en  geeft deze les ook in ’t Schoppeke) en dat het hoofdgebouw regelmatig wordt verhuurd, vooral in de weekends. De wijkvereniging Neetebeemden kent een eerder luwe activiteit maar zou van plan zijn deze opnieuw te activeren na het vertrek van het sociaal restaurant.

 

Ik kom nu tot uw concrete vragen:

        In tegenstelling tot wat u beweert waren er, reeds vorig jaar, overlegmomenten met de verscheidene gebruikers van hoofd- en bijgebouwen.

        Participatie, burgerbetrokkenheid en wijkwerking zijn inderdaad belangrijke speerpunten in ons bestuursakkoord maar dat betekent geenszins dat alle wijk- en buurtinitiatieven over een exclusieve vergaderruimte zullen beschikken. Dit item moet verder uitgewerkt worden en zal door de nieuwe participatieambtenaar als één van zijn of haar eerste activiteiten opgenomen worden.

        Het overleg met Den Hof is niet GESTART na de beslissing over de ruilwinkel. Reeds vorig jaar is een overleg geweest met verschillende betrokkenen.

        de gebreken aan het H. Geestgebouw zijn van die aard dat het gebouw wel nog kan gebruikt worden maar niet geschikt is voor de intense activiteiten van de ruilwinkel(s). Daarenboven is het ook een opportuniteit om beide ruilwinkels samen te brengen en een was- en strijkruimte toe te voegen.

        De fietsbib zal mee verhuizen naar Den Hof.

        voor het H. Geestgebouw wordt deze legislatuur een herbestemmingsstudie opgestart die zal aantonen wat de geschikte bestemming kan zijn en hoe en wanneer het dossier kan worden opgestart. Het is in ieder geval duidelijk dat dit enkele jaren in beslag zal nemen.

        De combinatie van ruilwinkel en kringloopwinkel lijkt mij een bizarre constructie. De kringloopwinkel is een initiatief van Opnieuw & co, de stad heeft hier niets mee te maken. Zij hebben overigens zelf altijd ruimte te kort en zijn nu slechts tijdelijk gevestigd aan de Antwerpsesteenweg.

        Het is ook onmogelijk om de ruilwinkel onder te brengen op de plaats waar het sociaal restaurant en de sociale kruidenier gehuisvest zijn omdat de winkel permanent is.

        De verenigingen in de bijgebouwen kunnen voorlopig blijven waar ze nu zijn, maar ook met hen wordt een gesprek opnieuw opgestart om de ruimten beter te gebruiken en een vergoeding vast te leggen voor het gebruik van deze ruimten (wat nu niet het geval).

        Met Neetenbeemden wordt verder gezocht naar een nieuwe locatie om te vergaderen maar ook die nieuwe locatie zal niet permanent alleen door hen en gratis kunnen gebruikt worden.

        Een nieuw overleg was inderdaad gepland voor 17 maart maar werd door de corona-crisis verdaagd tot een nader te bepalen datum.

 

 

Interpellatie 3 : van Tom Claes (GROEN-Lier&Ko) i.v.m. fietszone binnen de vesten

Op de gemeenteraad van januari polste onze fractie naar de stand van zaken betreffende het invoeren van een fietszone in de Lierse binnenstad. Uit het antwoord bleek dat Schepen Wollants, en bij uitbreiding het college, het idee zeker niet ongenegen is, maar -als u het ons vraagt zeker terecht- het advies van de mobiliteitsraad wilde afwachten alvorens verdere stappen te ondernemen.

 

Op de mobiliteitsraad van 2 maart stond de fietszone dan geagendeerd en hoewel we nog geen officieel verslag konden terugvinden (het laatste voor de raadsleden beschikbare verslag is dat van 11 juni 2019) , melden de vliegen op de muur ons dat er quasi unanimiteit was voor het invoeren ervan in het volledige gebied binnen de vesten. Dus zonder een hoop uitzonderingen op de regel die het effect van een fietszone grotendeels teniet zouden doen.

 

Twee vragen:

        Welke stappen zal het college verder zetten rond het invoeren van de fietszone? En op welke termijn ziet het college een eventuele invoering mogelijk?

        In afwachting van de fietszone: fietsberaad Vlaanderen roept steden en gemeenten op om bij het heropenen van de scholen zo veel mogelijk al dan niet tijdelijke schoolstraten in te richten. Dit om ervoor te zorgen dat iedereen met de nodige social distance tot aan de schoolpoort kan geraken. Heeft het college plannen in die richting?

 

 

Antwoord Schepen Bert Wollants:

Geacht raadslid,

 

Het dossier van de fietszone met een afbakening die min of meer overeenkomt met de afbakening van de vesten is inderdaad door de mobiliteitsraad positief geadviseerd. Dit advies dient nog voorgelegd te worden aan het schepencollege zodat daarover een beslissing kan worden genomen. De maatregelen rond corona hebben gemaakt dat dit in elk geval vertraging heeft opgelopen. Zodra het schepencollege hierover een positieve beslissing heeft genomen kan de uitrol verder ingepland worden.

 

Wat betreft tijdelijke schoolstraten, is het minder evident om dit snel uit te rollen op enkele weken tijd. We merkten met het proefproject aan de pastoriestraat dat dit een zeker voortraject noodzakelijk maakt. Ook het voorzien van het nodige draagvlak via bewonersoverleg en de inzet van begeleiding door de politie maakt dat dit in coronatijden niet zo evident is.

 

 

Interpellatie 4 : van Stijn Coenen (CD&V) i.v.m. zonevreemde sportrecreatie: situatie Herakles Hockey club

Ik kom graag in opvolging van uw antwoord op onze schriftelijke vraag terug op het dossier zonevreemde sportrecreatie, en heel specifiek op de situatie van Herakles Hockey club.

 

Ik wil langs deze weg graag even de urgentie aankaarten om onze sportverenigingen het ruimtelijke kader te geven zodat zij hun ambities kunnen waarmaken. De problematiek rond zonevreemde sportrecreatie is al bijna 20 jaar oud. De enige stappen die gezet zijn, werden geïnitieerd vanuit het vrijwillige engagement vanuit de sportraad.

 

Ik blijf dan ook benieuwd welk scenario verkend wordt voor de situatie van Herakles Hockeyclub. We vernemen dat in september 2019 daarover reeds gesprekken gevoerd werden tussen de club en sommige leden van het CBS.

 

 

Antwoord Schepen Ivo Andries & Walter Grootaers:

Het is de ambitie van het stadsbestuur om het gemeentelijk structuurplan op termijn te vervangen door de nieuwe planfiguur ‘ruimtelijk beleidsplan’. Met dit plan wil de stad samen met haar inwoners, maatschappelijke organisaties, private partijen duidelijk maken welk ruimtelijk beleid zij wil voeren tijdens de volgende jaren. Welke ambities mag en moet Lier koesteren? Welk is het beeld ‘Lier 2040’ dat wij voor ogen willen hebben?

 

In het kader van de raamovereenkomst tussen de stad Lier en OMGEVING werd aan OMGEVING opdracht gegeven om binnen de visievorming in dit ruimtelijk beleidsplan onderzoek te verrichten naar het toekomstperspectief voor de recreatieve voorzieningen in Lier. Deze liggen verspreid zowel in de open ruimte als binnen het bebouwd weefsel. Het gaat zowel over zone-eigen als zonevreemde voorzieningen. Dat onderzoek reikt bouwstenen aan voor het op te maken beleidsplan ruimte Lier en is de insteek voor de opmaak van een  RUP ‘recreatieve voorzieningen’. De opdracht werd toegewezen op 20 januari 2020 en loopt parallel met de onderzoeken ‘open ruimte en bedrijvigheid’, ‘stad en dorp’ en ‘ring en omgeving’. Dit onderzoek zal een 9tal maanden in beslag nemen, meer bepaald tot eind september 2020.

 

Het proces zal grosso modo in onderstaande stappen verlopen. Er worden tijdens de opmaak verschillende terugkoppelingsmomenten voorzien met het bestuur, betrokken diensten, Gecoro, Sportraad, Jeugdraad. Tevens met betrokken clubs en verenigingen en tot slot met burgers. Dit deel wordt in mei verder uitgewerkt, afhankelijk ook van de maatregelen die de veiligheidsraad verder treft, daarover zullen we nog verder informeren.

 

Om kans te geven aan bureau OMGEVING om het onderzoek te voeren, is het voorbarig om vooruit te lopen op specifieke situaties of dossiers, zoals deze van de Hockeyclub.

Er kan wel meegegeven worden dat de specifieke ruimtelijke moeilijkheden van de huidige site van de Hockeyclub meespelen. Enerzijds de problematische bereikbaarheid en ontsluiting van de site, het knippen van de Hockeyweg, de sluiting van de nabij gelegen spoorwegovergang en de aanleg van de fietsostrade, anderzijds de ligging naast habitat- en VEN-gebied.

 

Dat het dossier enkel en dankzij de sportraad werd geïnitieerd moet genuanceerd worden. Vanuit ruimtelijke planning werd gevraagd om het behoefte-onderzoek in de schoot van de sportraad te laten plaatsvinden. Dat is logisch want zij kennen immers hun sector en konden via advies de resultaten vanuit de bevraging ook het best duiden. Vanaf hier neemt bureau OMGEVING het ruimtelijk verhaal op en zij hebben deze opdracht toegewezen gekregen op 20 januari.

 

Stappen:

 

1.RUIMTELIJKE AFWEGING VAN BEHOEFTEN EN VERWACHTINGEN

De sportraad voerde een enquête uit bij sportclubs en verenigingen. De resultaten ervan leveren waardevolle informatie op over de behoeften en verwachtingen die deze clubs en verenigingen hebben. In een eerste fase wordt uit de verkregen informatie de ruimtelijke elementen gefilterd en worden deze ruimtelijk geïnterpreteerd.

 

De sportdienst heeft deze informatie verzameld aan de hand van een enquête. Ze lieten de resultaten hiervan coördineren en adviseren door de sportraad. Diezelfde oefening loopt in de schoot van de dienst jeugd en de jeugdraad. Op basis van deze gegevens kan bureau OMGEVING hiermee aan de slag.

 

2.INVENTARISATIE VAN DE RECREATIEVE VOORZIENINGEN

Op basis van de verkregen informatie wordt per recreatieve site een fiche opgemaakt.

 

3.AANBOD VAN BESCHIKBARE RECREATIEVE GEBIEDEN (NIET AANGESNEDEN AANBOD)

Naast het ruimtelijk interpreteren en afwegen van behoeften en verwachtingen wordt het beschikbaar aanbod aan recreatiegebieden in beeld gebracht. De informatie wordt in relatie gebracht met de andere lopende onderzoeken in kader van het beleidsplan. 

 

4.MATCH VAN VRAAG EN AANBOD

Enerzijds worden de behoeften en verwachtingen geanalyseerd maar anderzijds wordt het beschikbaar aanbod in kaart gebracht. Hieruit volgt een ruimtebalans die aangeeft of behoeften/verwachtingen al dan niet in evenwicht zijn.

 

5.VISIEVORMING

Uit de lijst van behoeften en verwachtingen worden vanuit ruimtelijke efficiëntie gerichte keuzes gemaakt. De uiteindelijke bedoeling is om tot een eerste filtering van varianten te komen. Op basis van visualisaties zullen de consequenties van varianten in beeld worden gebracht.

 

6.UITWERKING

De ontwikkelingsperspectieven per recreatieve site worden verduidelijkt en uitgewerkt.

 

7.VERTALING NAAR HET OP TE MAKEN RUP

Het is de bedoeling dat de uitgewerkte ontwikkelingsperspectieven juridisch worden vertaald in een op te maken RUP ‘recreatieve voorzieningen’, voor zover deze afwijken van de heersende planologische context. Er wordt dan een overzicht gemaakt van welke krachtlijnen gelden voor het op te maken RUP. Op die manier wordt een opstart gegeven aan het RUP. Dit proces volgt aansluitend.

 

Er vond overleg plaats met de hockeyclub, met de gemeente Boechout en de provincie Antwerpen, waar gesproken is over de mogelijke herlocatie van de club.

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020
Overzicht punten

Zitting van 27 april 2020

 

OMVORMING STICHTING EMMA DEPRINCE NAAR FONDS EMMA DEPRINCE I.S.M. KONING BOUDEWIJNSTICHTING. GOEDKEURING.

 

MOTIVERING

Voorgeschiedenis

Op 22/5/1944 heeft mevr. Deprince in een testament het volgende vastgelegd: “Na aftrek van alle schulden zal gansch het overschot toekomen aan de Stad Lier op last van stichting eener fondatie, waarvan den intrest zal dienen voor bedeeling van kolen, kleedsel, eetwaren aan de noodwendige kinderen der stadsmeisjesschool van Lier en op last van te zorgen voor de onderhoud van mijn graf.”

Op 19/2/1989 is mevr. Deprince overleden.

Op 5/3/1990 heeft de Gemeenteraad van de stad Lier het legaat aanvaard.

Op 6/7/1998 heeft de Gemeenteraad een 'stichting Emma Deprince' geïnstalleerd die tot doel heeft om te adviseren over de uitvoering van de bepalingen van het legaat. Het bestuur van de stichting bestaat actueel uit Burgemeester, Schepen voor sociale zaken, Afgevaardigde van ieder PMS/CLB bevoegd voor één of meer scholen op het Lierse grondgebied, Algemeen directeur van de stad, financieel directeur van de stad.

Op 19/5/2014 heeft CBS beslist om het beheer van de Stichting Emma Deprince te verschuiven van de stad naar OCMW Lier. Daartoe werd binnen de schoot van het OCMW een expertengroep geïnstalleerd, die beslissingen kan nemen in individuele dossiers, binnen een kader opgemaakt door de Stichting en binnen het jaarlijks toegewezen budget.

 

Feiten en context

Begin dit jaar is het idee gegroeid om de stichting Emma Deprince nog meer in te zetten in de strijd tegen de groeiende kinderarmoede.

 

Een belangrijk onderdeel daarvan is het aantrekken van bijkomende middelen/giften. Probleem dat zich op vandaag stelt is dat de stichting geen fiscale attesten kan afleveren, hetgeen de fondsenwerving bemoeilijkt. Daarom werd bekeken om de stichting onder te brengen onder de vleugels van de Koning Boudewijnstichting (KBS). Dat biedt onder meer volgende voordelen :

        Het vermogen van de stichting kan op een meer professionele manier worden beheerd

        Giften boven 40 EUR worden fiscaal aftrekbaar waardoor aan actieve fondsenwerving kan gedaan worden

        Administratie wordt door de KBS opgevolgd, evenals de financiële rapportering

        De fondsen hebben een grote zelfstandigheid en een maximale vrijheid van handelen en worden opgezet binnen een betrouwbaar juridische kader.

        Elk fonds wordt beheerd door een Bestuurscomité (sluit nauw aan bij de huidige werking van de stichting). Het bestuurscomité bestaat uit ten minste drie leden, onder wie:

        de oprichter of hun vertegenwoordiger(s)

        een vertegenwoordiger van de KBS

        één of meerdere externe derden die bijvoorbeeld vanwege hun deskundigheid op het gebied van de doelstelling van het fonds worden gekozen.

 

Als gevolg van de huidige Corona-crisis is er momenteel een groeiende behoefte om een versnelling hoger te schakelen in de strijd tegen kinderarmoede. Er is tegelijkertijd ook een duidelijk toegenomen maatschappelijk/filantropisch engagement merkbaar.

 

Daarom wensen we snel de Stichting Emma Deprince te activeren in de strijd tegen kinderarmoede. Een belangrijke stap daarin is de verdere professionalisering van de stichting waarbij wordt voorgesteld om de Stichting Emma Deprince om te vormen naar het Fonds Emma Deprince in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting. De KBS heeft een contractvoorstel gedaan dat in bijlage wordt toegevoegd, evenals de algemene richtlijnen dewelke van toepassing zijn.

 

Fasering

Op korte termijn dient de overeenkomst goedgekeurd en ondertekend te worden.

Daarna zal een installatievergadering plaatsvinden waarin wordt beslist wie in het bestuurscomité zal zetelen en op welke wijze het kapitaal wordt ingebracht en beheerd.

 

Een belangrijke wijziging tov de huidige werkwijze is dat de KBS geen voorstander is van individuele steunverlening (nu doet de Stichting dat wel). Het is dan aan het bestuurscomité om te bepalen op welke wijze het jaarlijks beschikbaar budget (vanuit de opbrengsten van het kapitaal, aangevuld met de opgehaalde giften) zal ingezet worden in de strijd tegen kinderarmoede.

 

Adviezen

Advies Team Sociaal Beleid:

De kinderarmoede in Lier is (relatief) hoog: 14% van de kinderen groeit op in armoede. T.g.v. de Corona crisis is de verwachting dat dit cijfer nog verder zal stijgen. Het werven van bijkomende middelen in de strijd tegen kinderarmoede, hetgeen dankzij aansluiting met de Koning Boudewijnstichting gefaciliteerd wordt, is zonder meer een belangrijke meerwaarde. Bovendien is deze constructie een perfecte aanleiding om de bestuursorganen te vernieuwen, én de betrokkenheid van een aantal geëngageerde krachten uit de samenleving (o.a. vanuit het bedrijfsleven, culturele veld,…) te verankeren, waardoor het potentieel om bijkomende middelen te mobiliseren versterkt wordt.

 

Financiële weerslag

De KBS moet vergoed worden voor de coördinatie en het beheer van het fonds. Als algemene regel geldt dat bij de fondsen met kapitaal de vergoeding van de KBS 0,7% vertegenwoordigt op het kapitaal van het fonds.

Daarnaast wordt ook een vergoeding van 5% aangerekend op de ontvangen giften (waarbij dit kostenpercentage daalt in functie van de ontvangen giften).

 

Momenteel zijn er binnen de Stichting Emma Deprince geen kosten, waardoor de beschikbare (beperkte) middelen integraal naar kinderarmoede gaan. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat de armslag van de stichting in haar huidige vorm uiterst beperkt is. Door de samenwerking met de KBS is er de mogelijkheid om de fondsenwerving sterk op te trekken. Bovendien wordt de administratie overgenomen door de KBS en wordt ook het vermogen op een meer professionele manier beheerd, waardoor de (beperkte) beheersvergoeding zeker kan gemotiveerd worden.

 

Stemming

 

eenparig

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de Stichting Emma Deprince om te vormen tot het Fonds Emma Deprince en in te brengen in de werking van de Koning Boudewijnstichting.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst met nr. 200770 in bijlage goed.

 

Publicatiedatum: 28/05/2020