Lier

Zitting van 25 oktober 2021

Van 19:30 uur.

 

Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.1 Regeling der werkzaamheden

 

 

Besluit:

Kennisgenomen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.2 Mondelinge vragen

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.3 Actuele vragen

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.4 Verslag gemeenteraad 27 september 2021. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het verslag van de gemeenteraadszitting van 27 september 2021 goed te keuren.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.5 Retributiereglement betreffende ondergrondse afvalsystemen bij woonontwikkelingen. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art. 1 :

De gemeenteraad keurt het retributiereglement betreffende ondergrondse afvalsystemen bij woonontwikkelingen, zoals als bijlage toegevoegd, goed.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.6 Politiereglement op de begraafplaatsen - aanpassing. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het politiereglement op de begraafplaatsen, zoals hierna toegevoegd, goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist het politiereglement op de begraafplaatsen, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 1 maart 2021, op te heffen op 1 december 2021.

 

 

Bijlage:

 

POLITIEREGLEMENT OP DE BEGRAAFPLAATSEN

 

I. Algemene bepalingen

 

Artikel 1: begraafplaatsen

Onderhavig reglement heeft betrekking op de begraafplaatsen:

        Kloosterheide, gelegen te Kesselsesteenweg 97, 2500 Lier

        Mechelsesteenweg, gelegen te Mechelsesteenweg 105-107, 2500 Lier

        Beekstraat, gelegen te Beekstraat, 2500 Koningshooikt.

 

Artikel 2: inrichting van de begraafplaatsen

§ 1. Enkel de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat beschikken over een columbarium, een strooiweide en een urnenveld.

 

§ 2. Op de begraafplaats Mechelsesteenweg is enkel nog begraving in een bestaande concessie mogelijk.

 

Van zodra de stad zal starten met het hergebruik van bestaande graftekens van beëindigde concessies, zullen begravingen in nieuwe concessies mogelijk zijn voor deze hergebruikte graftekens.

 

§ 3. Enkel op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat is een afzonderlijke sectie voorzien voor begravingen van kinderen beneden de 7 jaar.

 

        Op de begraafplaats Kloosterheide is de kindersectie (sectie Nk), de ‘vlindertuin’, afgesloten van de andere secties door middel van beplanting. In de vlindertuin zijn er een vlinderheuvel, een plaats voor kindergraven, een kinderurnenveld en een herdenkingsboom.

 

Op de plaats voor kindergraven en een kinderurnenveld mogen foetussen begraven worden vanaf 12 weken zwangerschap en kindjes tot de leeftijd van 7 jaar. Op de vlinderheuvel mogen enkel foetussen begraven worden tot 22 weken zwangerschap. De begraving op de vlinderheuvel is anoniem.

 

        Op de begraafplaats Beekstraat is er in de kindersectie (sectie F) plaats voor kindergraven, het begraven van foetussen (in opmaak) en een herdenkingsboom.

 

Op de plaats voor kindergraven mogen foetussen begraven worden vanaf 12 weken zwangerschap en kindjes tot de leeftijd van 7 jaar. Op de plaats voor foetussen mogen enkel foetussen begraven worden tot 22 weken zwangerschap. Deze begraving is anoniem.

 

§ 4. In de herdenkingsbomen kunnen ouders van overleden kinderen kleurrijke linten met een persoonlijke boodschap ophangen. 1 lint per kind kan afgehaald worden in het afscheidscentrum. De linten zijn blanco waardoor de ouders er nog een persoonlijke toets (tekenen, schrijven, borduren,…) kunnen aan geven vooraleer het lintje op te hangen.

 

§ 5. Enkel op de begraafplaats Kloosterheide is een urnenbos voorzien. Vanaf ingebruikname kunnen hier uitsluitend biologisch afbreekbare urnen begraven worden. Het is niet mogelijk een concessie te nemen in het urnenbos. Er mogen geen tekens, symbolen, afsluitingen, versieringen, … worden aangebracht zodat het natuurlijk karakter kan bewaard worden.

Behalve op het daartoe voorziene wandelpad is het verboden het urnenbos te betreden met uitzondering van het personeel van de begraafplaats

 

Artikel 3: definities

Voor de toepassing van huidig reglement wordt verstaan onder:

        Begraven: elk stoffelijk overschot in een kist, lijkwade of asurne, dat wordt gelegd in een grafkuil, grafkelder of in het urnenveld. Het kan gaan om zowel geconcedeerde als niet-geconcedeerde grond.

        Concessie: overeenkomst tussen de stad en de concessiehouder waarbij de stad een grond of nis ter beschikking stelt voor begraving of bijzetting in het columbarium van een persoon, die als begunstigde wordt aangeduid door de concessiehouder of voor de duur van de thuisbewaring. Er is geen eigendomsoverdracht van de grond of nis. Het betreft slechts een gebruiksrecht, dat verleend wordt tegen betaling voor een welbepaalde termijn. Er mag aan de concessie nooit een andere bestemming worden gegeven dan die welke waarvoor ze werd verleend. De concessies zijn onoverdraagbaar

        Hernieuwing van een concessie: de verlenging van een concessie voor een begraving- of bijzettingtermijn of voor de duur van de thuisbewaring voor een welbepaalde periode na betaling van een welbepaald bedrag

        Geconcedeerde grond/ nis: grond of nis in het columbarium, waarop voor een welbepaalde termijn tegen betaling van een bepaald bedrag een concessie wordt genomen door een concessiehouder voor de begraving of bijzetting van de begunstigde van de concessie.

        Niet-geconcedeerde grond/nis: gratis begraven zonder concessie in een grafkuil, grafkelder, het urnenveld, het urnenbos of gratis bijzetting in een nis van het columbarium

        Verstrooien van as: het uitstrooien van de as na crematie op de strooiweide

        Bijzetten in een nis van het columbarium: de asurne plaatsen in een gesloten nis van het columbarium. Het gaat zowel om geconcedeerde als niet-geconcedeerde nissen.

 

II. Pleegvormen die aan de begravingen of crematies voorafgaan

 

Artikel 4:

Elk overlijden in de gemeente wordt zonder verwijl aangegeven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.

 

Artikel 5:

Diegenen, die voor de begraving instaan, regelen met het stadsbestuur de formaliteiten betreffende de begraving. Bij ontstentenis daarvan wordt door het gemeentebestuur het nodige gedaan.

 

Artikel 6:

Tot kisting mag slechts worden overgegaan nadat het overlijden werd vastgesteld door de ambtenaar van de burgerlijke stand, op voorlegging van het daartoe nodige doktersattest. De burgemeester of zijn gemachtigde mogen de kisting bijwonen.

 

Artikel 7:

§ 1 De stoffelijke overschotten moeten ofwel in een doodskist ofwel in een lijkwade geplaatst worden.

In een doodskist mag slechts één stoffelijk overschot worden geplaatst.

In een lijkwade mag eveneens slechts één stoffelijk overschot worden bewaard.

 

§ 2 Behalve om te voldoen aan een rechterlijke beslissing mag de doodskist na de kisting niet meer geopend worden.

 

Artikel 8:

Zo de overledene een implantaat draagt dat werkt op een batterij, moet deze batterij worden verwijderd voor de begraving of de crematie door of ten laste van de begrafenisondernemer.

 

III. Lijkenvervoer

 

Artikel 9:

Als stoffelijke overschotten van de in België overleden personen naar het buitenland vervoerd moeten worden, is het vervoer, naar gelang van het geval, onderworpen aan de formaliteiten, vermeld in:

        het koninklijk besluit van 8 maart 1967, als het lijk vervoerd moet worden naar Luxemburg of Nederland;

        het akkoord van Straatsburg van 26 oktober 1973, als het lijk vervoerd moet worden naar een ander land dan vermeld is onder a) en dat het akkoord van Straatsburg ondertekend heeft;

        het regentbesluit van 20 juni 1947, als een lijk vervoerd moet worden naar een land dat niet bedoeld wordt in a) of b). Het vervoer van gecremeerde lijken is vrij, maar moet verlopen volgens de regels van de welvoeglijkheid.

 

IV. Manieren van lijkbezorging

 

Artikel 10:

De hiernavermelde mogelijkheden van lijkbezorging zijn mogelijk:

        begraving van het stoffelijk overschot (kist of lijkwade) op de begraafplaats van de stad

        begraving van een asurn op de begraafplaats van de stad

        bijzetting van de asurn in het columbarium

        uitstrooiing van de as op een daartoe bestemd perceel op de begraafplaats

        uitstrooiing van de as op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee

        begraving van de asurn op een andere plaats dan de begraafplaats

        uitstrooiing van de asurn op een andere plaats dan de begraafplaats

        bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats

 

V. Begravingen – bijzettingen - uitstrooien

 

Artikel 11:

§1. Het eventueel verschuldigd zijn van een belasting voor de begraving, bijzetting of uitstrooiing wordt in een afzonderlijk reglement door de gemeenteraad vastgelegd.

 

Artikel 12: toelating ambtenaar burgerlijke stand

Geen begraving, bijzetting of uitstrooiing mag geschieden alvorens door een geneesheer een attest van overlijden en door de ambtenaar van de burgerlijke stand de toelating is afgeleverd.

 

Artikel 13: tijdstip van begraving, bijzetting of uitstrooiing

§ 1. Bij het bezorgen van de stoffelijke overschotten op de stedelijke begraafplaatsen moet de grafmaker ten minste 1 werkdag vooraf gewaarschuwd zijn door middel van het daartoe bestemde formulier dat vermeldt of het gaat om een begraving, een bijzetting in het columbarium of een uitstrooiing en 3 werkdagen indien het gaat om een bijzetting in een grafkelder. Die verplichting rust bij de belanghebbende of diens gemachtigde.

 

§ 2. Op de weekdagen, maandag tot en met vrijdag, kan er begraven worden vanaf 9u tot ten laatste 14.30u

Begravingen of bijzettingen in het columbarium, urnenveld, urnenbos en uitstrooiingen kunnen gebeuren vanaf 9u tot ten laatste 16u.

 

§ 3. Op zaterdag kan er begraven, bijgezet of uitgestrooid worden vanaf 9u tot ten laatste 13u.

 

§ 4. Op de niet-wettelijke feestdagen, zoals de namiddag voor kerstmis en de namiddag voor Nieuwjaar, en op de dagen goedgekeurd door het schepencollege kan er slechts begraven, bijgezet of uitgestrooid worden tussen 9 en 13 uur.

 

§ 5. Er kunnen geen begravingen, bijzettingen of uitstrooiingen plaatsvinden op volgende tijdstippen:

        Zondagen

        Wettelijke feestdagen zijnde 1 januari, 2 januari, paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag, Pinstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1 november , 2 november, 11 november, 25 december, 26 december

        De dag(en) die jaarlijks bepaald door het college van burgemeester en schepenen

 

Artikel 14: plan begraafplaatsen

De begravingen , bijzettingen en uitstrooiingen worden volgens plan, in regelmatige volgorde, uitgevoerd door de daartoe door het stadsbestuur aangestelde personen.

Dit plan wijst de percelen aan voor begraving in volle grond, grafkelders, kindergraven, kinderurnenveld, vlinderheuvel, urnenveld, urnenbos, alsook voor de bijzetting in de nissen van het columbarium en de uitstrooiing op de strooiweide.

 

De begraving, bewaring in het columbarium of uitstrooiing van de as op de stedelijke begraafplaatsen met nauwkeurige aanduiding van de plaats ervan, wordt opgetekend in een elektronisch register dat bijgehouden wordt door de stad op de begraafplaats Kloosterheide. Voor de uitstrooiing van de as beperkt de aanduiding van de plaats zich tot de vermelding van de strooiweide.

 

Artikel 15: grafkuilen

§ 1. De grafkuilen voor volwassen personen hebben naar wettelijke normen een minimum diepte van 1.50 m een lengte van 2.10 m en een breedte van 0.80 m.

 

§ 2. De grafkuilen voor kinderen beneden de 7 jaar hebben een minimum diepte van 1.50 m, een lengte van 1.30 m en een breedte van 0.50 m.

 

§ 3. In geval slechts 1 doodskist of lijkwade is toegestaan, dient een laag grond van ten minste 65 cm boven de kist of lijkwade te worden aangebracht.

 

§4. In het geval meerdere doodskisten of lijkwades zijn toegestaan, moet boven iedere doodskist of lijkwade een laag grond van ten minste 30 cm dikte worden aangebracht. Boven de bovenste doodskist of lijkwade bevindt zich een laag grond van ten minste 65 cm.

 

§ 5. De kuilen in het urnenveld hebben een diepte van minimaal 0,60 m.

 

§ 6. De afstand tussen de doodskisten of lijkwaden bedraagt minstens 60 cm.

 

§7. Aan een grafkuil mogen geen milieutoxische stoffen worden toegevoegd.

 

Artikel 16: begraving, bijzetting in een niet-geconcedeerde grond of nis

Begraving of bijzetting in het columbarium in een niet-geconcedeerde grond of nis is enkel toegelaten op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat, waarbij:

        ofwel een grafkuil of in het urnenveld slechts 1 kist of 1 lijkwade of 1 urne mag bevatten

        ofwel een nis in het columbarium slechts 1 urne mag bevatten

 

Artikel 17: begraving, bijzetting in een geconcedeerde grond of nis

§ 1.Begraving of bijzetting in het columbarium in een geconcedeerde grond of nis is toegelaten:

 

Ingeval van begraving mag de grafkuil het volgende bevatten:

        ofwel 3 kisten of lijkwaden + 1 urne;

        ofwel 2 kisten of lijkwaden + 2 urnen;

        ofwel 1 kist of lijkwade + 3 urnen;

        ofwel maximaal 4 urnen.

 

In geval van begraving in het urnenveld mag dit het volgende bevatten:

-op de begraafplaats Beekstraat:

        het urnenveld aangeduid met uv: maximaal 4 urnen

        het urnenveld aangeduid met uvn: maximaal 4 urnen

        het urnenveld aangeduid met uvn2: maximaal 2 urnen

-op de begraafplaats Kloosterheide:

        het urnenveld aangeduid met uv: maximaal 4 urnen

        het urnenveld aangeduid met uvn1: maximaal 2 urnen

        het urnenveld aangeduid met uvn2: maximaal 2 urnen

        het urnenveld aangeduid met uvn2bis: maximaal 4 urnen

 

Bij een concessie voor meerdere personen mogen deze naast elkaar worden begraven indien dit technisch mogelijk is. In dat geval mag het grafteken geplaatst worden over de twee of meerdere grafkuilen.

 

Ingeval van bijzetting in het columbarium mag een nis het volgende bevatten:

        op de begraafplaats Kloosterheide : maximaal 4 urnen

        op de begraafplaats Beekstraat : maximaal 2 urnen

 

VI. Graftekens, bouw- en beplantingswerkzaamheden

 

Artikel 18: graftekens

§ 1. Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn/haar verwanten zich ertegen verzetten, heeft iedereen het recht op het graf van zijn verwanten of vrienden een grafteken te laten plaatsen zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.

Onder een grafteken wordt verstaan: grafsteen, een grafmonument, afdekplaat, confessionele of niet-confessionele symbolen (kruisen,…).

In het urnenbos mogen geen tekens, symbolen, afsluitingen, versieringen, … worden aangebracht zodat het natuurlijk karakter kan bewaard worden

 

§ 2. Het is niet toegestaan graftekens te plaatsen die door hun vorm, afmetingen, hun opschriften of de aard van de materialen de zindelijkheid, gezondheid, veiligheid en rust op de begraafplaats kunnen verstoren. De kleur van de graftekens dient neutraal en niet opzichtig te zijn.

 

§ 3. De graftekens mogen volgende afmetingen niet overschrijden.

Gewone graven:

        voor een graf van 2 m²: maximale hoogte: 1,50 m, maximale lengte: 1,70 m, maximale breedte: 0,70 m

        voor een graf van 4 m²: zelfde hoogte en lengte, maximale breedte: 1,70 m.

        voor de secties op het plan van de begraafplaats Kloosterheide: Aa, Bb, Hh, Gg, en op het plan van de begraafplaats Beekstraat: Aa en Bb, met uitzondering van de kindergraven, wordt de maximale lengte gebracht op 2 m en de breedte op 0,90 m. De hoogte blijft hetzelfde.

        voor de secties Cc, Dd, Ee en Ff op het plan van de begraafplaats Kloosterheide en de sectie Ee op het plan van de begraafplaats Beekstraat zijn er enkel nog staande rugstukken toegelaten met de volgende afmetingen: grondplaat 1,00 m X 0,50 m – sokkel en rug: maximale hoogte: 0,90 m en maximale breedte: 0,80 m

 

Kindergraven:

        voor een kindergraf (1 m²): maximale hoogte: 0,60 m, maximale lengte: 1 m, maximale breedte: 0,50 m.

 

Grafkelders:

        graftekens bovenop kelders : maximale hoogte: 1,50 m, maximale lengte: 2 m, maximale breedte: 0,90 m

 

Artikel 19: kennisgeving oprichten graftekens

Voor het oprichten van een grafteken dient een schriftelijke kennisgeving gedaan te worden aan de Burgemeester of zijn gemachtigde. Aan deze kennisgeving dient een getekende schets van het te plaatsen grafteken (in tweevoud) te worden bijgevoegd met vermelding van de afmetingen en opschriften. De aanvraag moet verder de volgende informatie bevatten:

        Naam en voornaam van de overledene

        Plaats en datum van geboorte en overlijden

        Naam van de begraafplaats

        Inlichtingen over de afmetingen van het grafteken en de aard van de gebruikte materialen

        Naam en volledig adres van de kennisgever

        Naam en volledig adres van de steenkapper, belast met het plaatsen van het grafteken.

 

Artikel 20: wijze van oprichting van de graftekens en andere werkzaamheden:

§ 1. Graftekens mogen enkel opgericht worden na afspraak met de grafmaker minstens 2 werkdagen op voorhand. Voor overige werken, ondermeer afbreken van graftekens, dient eveneens een afspraak te worden gemaakt met de grafmaker.

Na afspraak met de grafmaker, is het toegelaten werken op de begraafplaatsen uit te voeren op volgende tijdstippen:

        elke weekdag (maandag tot en met vrijdag) tussen 8u en 16u

        zaterdag tussen 8 u en 13u

 

§ 2. Het uitvoeren van werken is echter niet toegelaten op volgende tijdstippen:

        niet-wettelijke feestdagen, zoals de namiddag voor kerstmis en de namiddag voor Nieuwjaar.

        Zondagen

        Wettelijke feestdagen zijnde 1 januari, 2 januari , paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag, Pinstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 2 november, 11 november, 25 december, 26 december,

        Eén week voor Allerheiligen

        De dag(en) dat een teambuilding wordt gehouden, jaarlijks bepaald door het college van burgemeester en schepenen

 

§ 3. Voor ze op de begraafplaatsen worden toegestaan, moeten de voor het grafteken bestemde materialen volledig afgewerkt en gekapt zijn en gereed om onmiddellijk geplaatst te worden.

 

De aanvoer mag niet groter zijn dan wat dagelijks kan verwerkt worden. De materialen worden bijeengebracht op de plaats door de grafmaker aangeduid.

 

§ 4. De graftekens moeten zodanig opgericht worden dat ze de veiligheid en doorgang niet belemmeren en dat ze geen schade aanbrengen aan de aangrenzende graftekens en graven.

Het rechtstaande gedeelte van de graftekens dient om veiligheidsredenen, loodrecht te worden opgericht en geplaatst op een stevige fundering.

 

In de secties Aa, Bb, Gg en Hh van de begraafplaats Kloosterheide en de secties Aa en Bb van de begraafplaats Beekstraat, met uitzondering van de kindergraven, dienen de graftekens te worden geplaatst op een betonnen kader van 1m op 2m, bevestigd op 4 palen.

 

§ 5. Ingeval van uitgravingen voor het verrichten van welk werk ook en zo deze uitgravingen gevaar voor het publiek kunnen opleveren, dient de plaats waar de werken uitgevoerd worden, visueel te worden afgeschermd voor het publiek.

 

§ 6. Geen enkel hulpmateriaal of restmateriaal mag binnen de omheining van de begraafplaatsen worden achtergelaten.

Na een zonder gevolg gebleven ingebrekestelling, wordt er op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot het wegnemen van de achtergelaten materialen op risico en kosten van de overtreder.

 

§ 7. De uitvoerder van de werken dient de nodige maatregelen te treffen om alle ongevallen te voorkomen. Elke beschadiging dient dadelijk gemeld te worden aan de grafmaker. De uitvoerder van de werken zal instaan voor de eventuele herstelling en/of vergoeding, in samenspraak met de eigenaar van het beschadigde goed.

 

§ 8. Zware voertuigen moeten zoveel mogelijk op de verharde banen van de begraafplaatsen rijden. Wanneer zware steenblokken dienen vervoerd te worden over de zandwegen, dient dit te gebeuren zonder deze wegen te beschadigen. Schade veroorzaakt aan verharde of niet-verharde wegen moet vergoed worden aan de stad.

 

Artikel 21: bestemming graftekens van geconcedeerde of niet-geconcedeerde graven of nissen, welke niet worden hernieuwd

Tenzij de graftekens door de eigenaar of, bij overlijden van de eigenaar, door zijn erfgenamen zijn verwijderd vanaf de aanplakking tot de respectievelijke vervaldag, worden de graftekens eigendom van de stad in volgende gevallen:

        er wordt geen concessie aangevraagd na het verstrijken van de periode van 10 jaar van een niet-geconcedeerde begraving of bijzetting

        de concessie wordt niet hernieuwd na het verstrijken van de periode van een geconcedeerde begraving of bijzetting.

 

Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de bestemming van de graftekens, welke eigendom zijn geworden van de stad.

 

Artikel 22: bestemming graftekens na vervroegde beëindiging van de concessie

§ 1. Indien de gemeenteraad een vervroegde beëindiging van de concessie toestaat conform het geldende huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen, heeft de eigenaar van het grafteken of, bij overlijden van de eigenaar, zijn erfgenamen een termijn van 6 maanden om het grafteken te verwijderen. Deze termijn gaat in vanaf de kennisgeving van het besluit van de gemeenteraad tot vervroegde beëindiging van de concessie.

 

§ 2. Indien het grafteken door de eigenaar of zijn erfgenamen niet is verwijderd binnen de termijn vermeld onder artikel 22 § 1 , wordt het grafteken eigendom van de stad.

Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de bestemming van de graftekens, welke eigendom zijn geworden van de stad.

 

Artikel 23: verplaatsen of wegnemen van graftekens

Graftekens mogen enkel verplaatst of weggenomen worden mits toelating van:

        de burgemeester of haar gemachtigde

        of de persoon op wiens verzoek het grafteken werd geplaatst of, zo deze in de onmogelijkheid verkeert zijn toestemming te verlenen, mits toelating van zijn/haar erfgenamen Voor de wijze van uitvoering van deze werkzaamheden wordt verwezen naar artikel 20 van huidig reglement.

 

Artikel 24: wijze van beplanting en afwerking van het graf

§ 1. In samenspraak met de grafmaker mogen kleine plantjes met een maximale groeihoogte van 50 cm en zonder diepgaand wortelgestel aangeplant worden. Dit dient te gebeuren binnen de in artikel 18 voorziene afmetingen, doch nooit naast of achter het grafteken. De planten mogen zeker de naburige graven niet overgroeien.

 

§ 2. Hoogstammige bomen of coniferen zijn verboden.

 

§ 3. Losse steentjes mogen binnen de in artikel 18 voorziene afmetingen gestrooid worden, maar op een manier waarbij zij nooit op de naburige graven of op de weg terecht kunnen komen.

 

§ 4. Boordstenen zijn toegelaten, wederom binnen de in artikel 18 voorziene afmetingen.

 

§ 5. Rond de graven mogen geen afsluitingen of omheiningen gemaakt worden.

 

§ 6. Het is verboden om het gras rondom de graven te verwijderen of te beschadigen door onder meer kuilen te graven. Indien het gras verwijderd of beschadigd wordt, zal de Stad dit op kosten van de overtreder herstellen.

 

Het is toegelaten om voor het graf een bloempot te zetten in een houder. Dit mag enkel de periode rond Allerheiligen. Rekening houdend met de weersomstandigheden zullen de bloemen verwijderd worden op 1 december. De bloempothouders die zich met Pasen nog voor de grafzerk bevinden zullen verwijderd worden.

 

§ 7 Het is toegestaan aan de grafmakers om overtredingen op artikel 24 § 1 tot en met 6 te regulariseren indien dit hun werkzaamheden verhindert.

 

VII. Onderhouden van de graven

 

Artikel 25: algemeen onderhoud

De belanghebbenden zijn verantwoordelijk voor het onderhoud van de graven.

 

Artikel 26: onderhoud van de graftekens

§ 1. De graftekens moeten onderhouden worden zodat de veiligheid en doorgang niet wordt belemmerd en dat er geen schade wordt veroorzaakt aan de aangrenzende graftekens en graven.

 

§ 2. De scheefstaande en omgevallen graftekens moeten door toedoen van de belanghebbenden of nabestaanden opnieuw recht gezet of verwijderd worden.

 

§ 3. Het opkuisen van de graftekens mag niet meer gebeuren op Allerheiligen.

 

Artikel 27: onderhoud grafversieringen – beplantingen

De bloemen en planten, die op de graven of bij de nis zijn geplaatst of zich op de strooiweide bevinden, moeten in goede staat worden onderhouden. Als ze afgestorven zijn, moeten ze verwijderd worden. Bij gebreke hieraan te voldoen, houdt het stadsbestuur zich het recht voor om verwelkte kransen, bloemen, planten en bloempotten, te verwijderen.

Kransen uit kunststof dienen 1 maand na begraving, bijzetting of uitstrooiing te worden verwijderd door de belanghebbenden. Bij gebreke hieraan te voldoen zal het stadsbestuur overgaan tot de verwijdering ervan.

 

Artikel 28: verwaarlozing

§ 1. Wanneer een geconcedeerd graf doorlopend onzindelijk, door plantengroei overwoekerd, ingestort of bouwvallig is, wordt een akte van verwaarlozing opgesteld door de burgemeester of zijn gemachtigde. Die akte blijft een jaar lang bij het graf en aan de ingang van de begraafplaats aangeplakt. Na het verstrijken van die termijn en bij nietherstelling wordt op bevel van de burgemeester van ambtswege overgegaan tot afbraak of tot het wegnemen van de materialen op kosten van de in gebreke blijvende nabestaanden.

Het college van burgemeester en schepenen regelt de bestemming van de graftekens.

 

§ 2. In het geval verwaarlozing wordt vastgesteld conform artikel 28 § 1 kan het college van burgemeester en schepenen een einde stellen aan het recht op concessie.

 

Artikel 29: aansprakelijkheid bij schade

Zolang er geen einde is gekomen aan de concessie, blijft de eigenaar van de graftekens aansprakelijk voor schade, die wordt berokkend aan derden.

 

VII. Crematie – urnenveld – columbarium – asverstrooiing – urnenbos

 

Artikel 30: algemeen

§ 1. De as van de gecremeerde lijken kan in urnen worden geplaatst, die op de begraafplaatsen:

        worden begraven

        worden bijgezet in een columbarium in gesloten nissen

 

§ 2. De as van de gecremeerde lijken kan uitgestrooid worden:

        op het daartoe bestemde perceel van de begraafplaats door middel van een strooitoestel

        op de aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee volgens de geldende reglementering

 

§ 3. Indien de overledene dit schriftelijk heeft bepaald of, bij gebrek aan schriftelijke bepaling door de overledene, op gezamenlijk verzoek, vooraleer de crematie plaatsvindt, van zowel de echtgenoot of van diegene met wie de overledene een feitelijk gezin vormde als van alle bloed- of aanverwanten van de eerste graad of, indien het om een minderjarige gaat, op verzoek van de ouders of voogd, kan de as van gecremeerde lijken:

        worden uitgestrooid of begraven op een andere plaats dan de begraafplaats. Deze uitstrooiing of begraving kan evenwel niet gebeuren op openbaar domein, uitgezonderd de begraafplaats. Indien het een terrein betreft dat niet eigendom is van de overledene of zijn nabestaanden, is een voorafgaande, schriftelijke toestemming vereist van de eigenaar van het betrokken terrein. De asverstrooiing of de begraving van de as gebeurt aansluitend op de crematie.

        In een urne ter beschikking gesteld worden van de nabestaanden om te worden bewaard op een andere plaats dan de begraafplaats. Indien er een eind komt aan de bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats, wordt de as door toedoen van de nabestaande , die er de zorg voor heeft of zijn erfgenamen in geval van diens overlijden, ofwel naar een begraafplaats gebracht om er begraven, in een columbarium bijgezet of uitgestrooid te worden ofwel uitgestrooid te worden op een aan het grondgebied van België grenzende territoriale zee. De persoon, die de as in ontvangst neemt, is verantwoordelijk voor de naleving van deze bepalingen.

 

§ 4. Onverminderd hetgeen is bepaald in artikel 30 § 1 kan, op verzoek van de echtgenoot of de feitelijk samenwonende partner en van de bloed- of aanverwanten in eerste graad, een gedeelte van de as van het gecremeerde lijk aan hen worden meegegeven. Dit kan enkel als hierover geen andersluidende schriftelijke wilsverklaring is van de overledene.

 

Artikel 31: urnenveld

§ 1. De as van gecremeerde stoffelijke overschotten kan op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat worden geplaatst in urnen in het urnenveld.

Voor het urnenveld aangeduid met de letters Uv op het plan van de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat moet de urn afgedekt worden met een plaat van volgende afmetingen: 0,70 m x 0,70 m en 5 cm dik. Rondom de plaat wordt een boordsteen in arduin gelegd van 5 cm breed en 5 cm dik.

 

Voor het urnenveld aangeduid met de letters Uvn1 en Uvn2 en Uvn2bis op het plan van de begraafplaats Kloosterheide moet de urn afgedekt worden met een plaat van volgende afmetingen: 0,60 m x 0,60 m en maximaal 0,40 m hoog en 3 cm dik.

 

Voor het urnenveld aangeduid met de letters Uvn op het plan van de begraafplaats Beekstraat moet de urn afgedekt worden met een plaat van volgende afmetingen: 0,60 m x 0,60 m en maximaal 0,40 m hoog en 3 cm dik.

 

De afmetingen van de afdekplaat voor de urnenveld aangeduid met de letters Uvn1, Uvn2, Uvn2bis en Uvn worden toegepast wanneer het urnenveld aangeduid met de letters Uv volzet is.

 

Bij voorkeur wordt deze afdekplaat uitgevoerd in zwarte jassberg graniet met opschriften in witte of grijze letters.  De afdekplaat moet binnen de 3 maanden na begraving van de eerste overledene worden geplaatst door de nabestaanden. Losse steentjes rond de afdekplaten worden door de stad aangevuld.

 

§ 2. Grafversieringen moeten worden geplaatst binnen de afmetingen van de afdekplaat en niet rondom.

 

Artikel 32: columbarium

§ 1. De as van gecremeerde stoffelijke overschotten kan op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat worden geplaatst in urnen, die in een gesloten nis van het columbarium van de begraafplaats bijgezet worden.

Nadat de asurn in de nis is geplaatst, wordt die door de aangestelde van de gemeente afgesloten.

 

De nis moet afgedekt worden met een plaat van volgende afmetingen:

        op de begraafplaats Kloosterheide: breedte 0,64 m x hoogte 0,53 m

        op de begraaplaats Beekstraat: breedte 0,30 m x hoogte 0,34 m

 

Deze afmetingen kunnen licht afwijken waardoor het aan te raden is eerst te meten alvorens de plaat te maken.

 

Bij voorkeur worden deze afdekplaat uitgevoerd in zwarte jassberg graniet met opschriften in witte of grijze letters.

 

De afdekplaat moet binnen de 3 maanden na bijzetting van de eerste overledene worden geplaatst door de nabestaanden. Bij gebreke hieraan te voldoen zal de stad de plaat laten plaatsen op kosten van de nabestaanden.

 

§ 2. Kleine ornamenten, zoals bloemenvaasjes, moeten worden geplaatst binnen de afmetingen van de afdekplaat en niet rondom.

 

Artikel 33 : strooiweide – naamplaatje

§ 1. De as van gecremeerde stoffelijke overschotten kan op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat uitgestrooid worden op de daartoe voorziene percelen door middel van een strooitoestel dat alleen door de stedelijke aangestelde mag bediend worden.

 

§ 2. Aan de strooiweide op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat is een gedenkteken voorzien waarop, na een uitstrooiing, een naamplaatje ter nagedachtenis van de overledene kan worden gemonteerd.

 

Dit naamplaatje vermeldt de naam van de overledene, de geboortedatum en de datum van overlijden.

 

Dit naamplaatje moet besteld en betaald worden uiterlijk bij de aangifte van het overlijden bij het team dienstverlening van de stad door de belanghebbenden conform het geldende retributiereglement.

 

De montage van het naamplaatje gebeurt door de grafmaker. Elk naamplaatje blijft voor een periode van minstens tien jaar, te rekenen vanaf de overlijdensdatum, op het gedenkteken aanwezig. Na het verstrijken van de periode van de eerste tien jaar kan het naamplaatje verlengd worden door de belanghebbende en dit zal bevestigd worden op een apart gedenkteken. Het naamplaatje zal gedurende 10 jaar blijven hangen op dit gedenkteken.

Indien er geen verlenging gebeurt, zal na het verstrijken van de periode van minstens tien jaar het naamplaatje worden verwijderd door de grafmaker en worden bewaard door de stad.

 

Na afspraak kan een belanghebbende het naamplaatje in ontvangst nemen en bewaren.

 

Artikel 34: Urnenbos

Enkel op de begraafplaats Kloosterheide is een urnenbos voorzien.

Vanaf ingebruikname kunnen hier uitsluitend biologisch afbreekbare urnen begraven worden. Het is niet mogelijk een concessie te nemen in het urnenbos.

Er mogen geen tekens, symbolen, afsluitingen, versieringen, … worden aangebracht zodat het natuurlijk karakter kan bewaard worden. Behalve op het daartoe voorziene wandelpad is het verboden het urnenbos te betreden met uitzondering van het personeel van de begraafplaats

 

IX. Vlinderheuvel

Artikel 35: begraving

Op de vlinderheuvel mogen enkel foetussen begraven worden tot 22 weken zwangerschap.

De begraving op de vlinderheuvel is anoniem.

 

Artikel 36: tegeltje

Op de vlinderheuvel kan ter nagedachtenis een tegeltje worden geplaatst, waarop enkel een figuurtje en de geboortedatum worden vermeld. Elk tegeltje heeft volgende afmetingen:

150/150/10 mm. Voor het figuurtje is er keuze uit volgende vier afbeeldingen: beertje, bloemetje, vlindertje en zonnetje.

 

Dit tegeltje moet besteld en betaald worden bij het team dienstverlening van de stad door de belanghebbenden conform het geldende retributiereglement.

 

De plaatsing van het tegeltje gebeurt door de grafmaker. Elk tegeltje blijft voor een periode van minstens tien jaar, te rekenen vanaf de geboortedatum, aanwezig op de vlinderheuvel.

Na het verstrijken van de periode van minstens 10 jaar wordt het tegeltje verwijderd door de grafmaker en bewaard door de stad.

Na afspraak kan een belanghebbende het tegeltje in ontvangst nemen en bewaren.

 

Artikel 37: geen ornamenten

Op de vlinderheuvel mogen geen ornamenten of versieringen worden geplaatst.

 

X. Speciale begravingen

 

Artikel 38: ereperken

Op de begraafplaatsen zijn ereperken voorzien, waar politieke gevangenen en oudstrijders begraven liggen.

 

Het onderhoud van deze perken valt ten laste van de stad.

 

Artikel 39: veld van eer en andere graven

§ 1. Op de begraafplaatsen bevinden zich graven van de oudstrijders, die stierven op het veld van eer en die zich niet in de ereperken bevinden.

Het onderhoud van deze graven valt ten laste van de nabestaanden.

 

§ 2. De nabestaanden staan in voor het onderhoud van de graven van alle andere oudstrijders, krijgsgevangenen, politieke gevangenen, arbeidsweigeraars, oorlogsvrijwilligers, gedeporteerden, militaire en burgerlijke oorlogsslachtoffers met een invaliditeit van meer dan 10%.

 

XI. Opgravingen

 

Artikel 40: definitie

Onder opgraving wordt verstaan

        ofwel het uit een graf halen van een stoffelijk overschot of een asurne met de bedoeling te herbegraven of, in het geval van een stoffelijk overschot, te cremeren

        ofwel het uit een graf halen van een stoffelijk overschot in het kader van de ontruiming van een gedeelte van de begraafplaats en deze eventueel in een knekelput samen te brengen

        ofwel een asurne te verwijderen uit het columbarium, het urnenveld of een graf en er een bestemming aan te geven conform artikel 10 van huidig reglement

 

Artikel 41: toelating of weigering door de burgemeester

§ 1. Behoudens de opgravingen door de gerechtelijke overheid bevolen of opgravingen in het kader van de ontruiming van een gedeelte van de begraafplaats, mag een opgraving van een stoffelijk overschot of een asurn enkel mits een voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester of zijn/haar afgevaardigde.

Het verlenen tot toestemming tot opgraving door de burgemeester kan enkel om ernstige redenen of omwille van vroegtijdige bewaring van de asurne thuis.

Het recht verschuldigd bij de opgraving wordt vastgesteld in een belastingreglement. Alle kosten zijn ten laste van de aanvrager.

 

§ 2. Als het stoffelijk overschot of de asurne in een andere gemeente wordt herbegraven, moet de burgemeester van die andere gemeente toestemming geven voor de herbegraving in zijn gemeente, vooraleer het stoffelijk overschot wordt opgegraven.

 

§ 3. De aanvraag tot opgraving dient door de belanghebbende schriftelijk te worden gericht aan de burgemeester.

 

De burgemeester of zijn/haar afgevaardigde beoordeelt in een gemotiveerde beslissing of er ernstige redenen aanwezig zijn of indien het gaat om een vroegtijdige thuisbewaring en houdt daarbij rekening met volgende principes:

        enerzijds het eerbied voor de nagedachtenis van de overledenen

        anderzijds het handhaven van de openbare orde, die voorgaat op de particuliere belangen

 

§ 4. De opgraving van een stoffelijk overschot kan geweigerd worden om volgende redenen:

        het is technisch onmogelijk

        omwille van volksgezondheid en hygiëne

 

§ 5. Indien de opgraving van een kist betrekking heeft op het stoffelijk overschot van een persoon, die overleden is ten gevolge van een besmettelijke ziekte, kan de burgemeester bijzondere maatregelen opleggen of de toelating weigeren om redenen van volksgezondheid.

 

Artikel 42: modaliteiten voor de opgraving

§ 1. Onverminderd het recht van de burgemeester om in de toelating bijzondere voorwaarden op te leggen, moeten steeds volgende beschikkingen worden nageleefd:

        Dag en uur waarop de opgraving zal geschieden worden in overleg met de grafmaker van de begraafplaatsen vastgesteld

        Het grafteken, de beplantingen en andere voorwerpen, die het openleggen van het graf bemoeilijken of beletten, moeten verwijderd worden door toedoen van de aanvrager vooraleer tot de opgraving wordt overgegaan

        Tenminste één werkdag voor de opgraving van een kist dient de aanvrager een houten kist te bezorgen aan de grafmaker om het stoffelijk overschot te bergen en te vervoeren. Om hygiënische redenen wordt namelijk niet herbegraven in een lijkwade.

        Het openleggen van het graf, het lichten van de kist uit het graf en het vullen van de kuil geschieden door de zorgen van de grafmakers. Indien de grafmaker zulks nodig acht zullen de aanpalende grafzerken deskundig gestut of weggenomen worden door de grafmakers en binnen de 8 dagen na de opgraving in hun oorspronkelijke staat herplaatst worden. Alle kosten hiervan zijn ten laste van de aanvrager.

        Het openen van de nis of het perceel, het uitnemen van de urne uit de nis of het perceel en het terug sluiten van de nis of het perceel wordt uitgevoerd door de grafmaker.

        Wanneer naar aanleiding van de opgraving, wordt vastgesteld dat de asurne niet meer in goede staat is, moet deze door de aanvrager van de bewaring vervangen worden.

 

§ 2. Het graf of de nis wordt enkel geopend in aanwezigheid van de burgemeester of zijn/haar afgevaardigde, een lid of afgevaardigde van de belanghebbenden en de grafmaker.

Hiervan wordt een verslag opgemaakt. Tijdens de opgraving wordt de plaats ervan visueel voor het publiek afgeschermd.

 

§ 3. Indien het op te graven stoffelijk overschot naar een andere begraafplaats op het grondgebied van de stad of naar dit van een andere gemeente moet overgebracht worden, is het verplicht de opgegraven kist in een hermetisch gesloten omhulsel te plaatsen alvorens dit mag vervoerd worden. Het ophalen en wegvoeren van een ontgraven stoffelijk overschot naar een andere begraafplaats moet gebeuren tijdens de werkdagen tussen 8 u en 15 u.

 

XII. Politietoezicht

 

Artikel 43: toegankelijkheid voor het publiek

De begraafplaatsen zijn voor het publiek toegankelijk:

        gedurende de periode van 1 maart tot en met 30 september: van 8 uur tot 20 uur;

        gedurende de periode van 1 oktober tot en met 11 november: van 8 uur tot 18 uur;

        gedurende de periode van 12 november tot en met 29 februari: van 9 uur tot 16 uur.

 

Afwijkingen kunnen door de burgemeester of zijn/haar gemachtigde toegestaan worden.

 

Artikel 44: vrije doorgang

Het is verboden de toegang tot en de wegen van de kerkhoven te versperren. Er dient steeds vrije doorgang aan een begrafenisstoet verleend worden.

 

Artikel 45: verbodsbepalingen op de toegankelijkheid

De toegang tot de begraafplaatsen is verboden voor:

        voertuigen, uitgezonderd de lijkwagens en volgwagens ter gelegenheid van een begrafenis, de dienstvoertuigen van de stad en de voertuigen, die grafkelders en graftekens vervoeren. Om uitzonderlijke redenen kan de burgemeester of zijn/haar gemachtigde afwijkingen toestaan. De bestuurders dienen stapvoets te rijden.

        ruiters

        bromfietsers

        fietsen en elektrische fietsen

        personen, vergezeld van honden of andere dieren, met uitzondering voor visueel gehandicapten of andere mindervaliden met hun geleidehond, politiediensten en erkende bewakingsondernemingen met waak-, speur- en verdedigingshonden. In deze gevallen mogen de dieren niet loslopen.

 

Artikel 46: gezag, politie, toezicht

Alle gemeentelijke begraafplaatsen vallen onder het gezag, de politie en het toezicht van de stad. De stad zorgt ervoor dat er geen wanorde heerst en dat er geen handelingen in strijd met de eerbied voor de doden worden verricht.

 

Artikel 47: gevonden voorwerpen

De op de begraafplaats gevonden voorwerpen dienen aan de grafmaker te worden overhandigd en zo nodig op het politiebureel aangegeven.

 

Artikel 48: opgraving beenderen door particulieren

Wie tengevolge van een of ander werk, beenderen opgraaft dient onmiddellijk het personeel der begraafplaatsen van dit feit op de hoogte te stellen.

 

Artikel 49: algemene verbodsbepalingen

Het is aan eenieder verboden:

        over de muren, omheiningen en hagen van de begraafplaatsen of over de hekken en latwerken van de graven te klimmen

        de wegen, gedenktekens, graftekens en voorwerpen tot versiering van de graven te beschadigen; bloemen, planten en versieringen of takken van bomen te beschadigen; de gras- en bloemperken of de strooiweide te bevuilen; de graven, graspleinen en beplantingen te betreden;

        voorwerpen van de begraafplaatsen weg te nemen zonder toelating van de grafmaker;

        binnen de omheining van de begraafplaatsen vuilnis en afval neer te leggen, tenzij het gaat om afval afkomstig van de begraafplaatsen. Dit dient gedeponeerd te worden op de daartoe bestemde plaatsen;

        om zich op de begraafplaatsen te gedragen op een wijze die niet overeenstemt met de ernst en de stilte van de plaats en met de eerbied verschuldigd aan de doden

        aanplakbrieven of opschriften aan te brengen, die de welvoeglijkheid, de orde en de aan de doden verschuldigde eerbied verstoren; behoudens in de gevallen die bepaald zijn in het decreet van 16 januari 2004 of in deze politieverordening

        goederen te koop aan te bieden of zijn diensten aan te bieden

 

Artikel 50:

Diegene die tekort komt aan de eerbied die men de doden verschuldigd is of een van de verbodsbepalingen van dit reglement overtreedt, kan door de politie van de begraafplaatsen verwijderd worden, onverminderd de gerechtelijke vervolgingen.

 

Artikel 51:

Al de niet in dit reglement voorziene gevallen zullen door de Burgemeester beslecht worden, behoudens de aangelegenheden die onder de bevoegdheid van de rechtbanken vallen.

 

XIII. Strafbepalingen

 

Artikel 52:

Voor zover wetten, besluiten, decreten, algemene en provinciale reglementen of verordeningen in geen andere straffen voorzien en voor zover de artikelen 315, 340, 453 en 526 van het Strafwetboek niet van toepassing zijn, worden inbreuken op deze verordening bestraft met politiestraffen.

 

XIV. Slotbepalingen

 

Artikel 53:

Deze verordening treedt in werking op 01/12/2021 en vervangt deze van 01/03/2021.

 

Artikel 54:

Deze politieverordening wordt bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 285, 286, inzonderheid § 1, 1° van het Decreet Lokaal Bestuur

 

Artikel 55:

Afschrift van deze verordening wordt gestuurd aan de Deputatie van de provincie Antwerpen en de griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg en aan deze van de Politierechtbank.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.7 Aanpassing huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het huishoudelijk reglement op de begrafplaatsen, zoals hierna toegevoegd, goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist het huishoudelijk reglement op de begrafplaatsen, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad op 1 maart 2021, op 1 december op te heffen.

 

 

Bijlage:

 

HUISHOUDELIJK REGLEMENT OP DE BEGRAAFPLAATSEN

 

Artikel 1: begraafplaatsen

Onderhavig reglement heeft betrekking op de begraafplaatsen :

        Kloosterheide, gelegen te Kesselsesteenweg 97, 2500 Lier

        Mechelsesteenweg, gelegen te Mechelsesteenweg, 2500 Lier

        Beekstraat, gelegen te Beekstraat, 2500 Koningshooikt.

 

Artikel 2: inrichting van de begraafplaatsen

§ 1. Enkel de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat beschikken over een columbarium, een strooiweide en een urnenveld.

 

§ 2. Op de begraafplaats Mechelsesteenweg is enkel nog begraving in een bestaande concessie mogelijk. Van zodra de stad zal starten met het hergebruik van bestaande graftekens van beëindigde concessies, zullen begravingen in nieuwe concessies mogelijk zijn voor deze hergebruikte graftekens.

 

§ 3. Enkel op de begraafplaatsen Kloosterheide en Beekstraat is een afzonderlijke sectie voorzien voor begravingen van kinderen beneden de 7 jaar.

 

        Op de begraafplaats Kloosterheide is de kindersectie (sectie Nk) de ‘vlindertuin’, afgesloten van de andere secties door middel van beplanting. In de vlindertuin zijn er een vlinderheuvel, een plaats voor kindergraven, een kinderurnenveld en een herdenkingsboom.

 

Op de plaats voor kindergraven en het kinderurnenveld mogen foetussen begraven worden vanaf 12 weken zwangerschap en kindjes tot de leeftijd van 7 jaar. Op de vlinderheuvel mogen enkel foetussen begraven worden tot 22 weken zwangerschap. De begraving op de vlinderheuvel is anoniem.

 

        Op de begraafplaats Beekstraat is er in de kindersectie (sectie F) plaats voor kindergraven, het begraven van foetussen (in opmaak) en een herdenkingsboom.

 

Op de plaats voor kindergraven mogen foetussen begraven worden vanaf 12 weken zwangerschap en kindjes tot de leeftijd van 7 jaar. Op de plaats voor foetussen mogen enkel foetussen begraven worden tot 22 weken zwangerschap. Deze begraving is anoniem.

 

§ 4. In de herdenkingsbomen kunnen ouders van overleden kinderen kleurrijke linten met een persoonlijke boodschap ophangen. 1 lint per kind kan afgehaald worden in het afscheidscentrum. De linten zijn blanco waardoor de ouders er nog een persoonlijke toets (tekenen, schrijven, borduren,…) kunnen aan geven vooraleer het lintje op te hangen.

 

§ 5. Enkel op de begraafplaats Kloosterheide wordt een urnenbos voorzien. Vanaf ingebruikname kunnen hier uitsluitend biologisch afbreekbare urnen begraven worden. Het is niet mogelijk een concessie te nemen in het urnenbos. Er mogen geen tekens, symbolen, afsluitingen, versieringen, … worden aangebracht zodat het natuurlijk karakter kan bewaard worden. Behalve op het daartoe voorziene wandelpad is het verboden het urnenbos te betreden met uitzondering van het personeel van de begraafplaats.

 

Artikel 3: definities

Voor de toepassing van huidig reglement wordt verstaan onder:

        begraven: elk stoffelijk overschot in een kist, lijkwade of asurne, dat wordt gelegd in een grafkuil, grafkelder of in het urnenveld. Het kan gaan om zowel geconcedeerde als niet-geconcedeerde grond.

        Concessie: overeenkomst tussen de stad en de concessiehouder waarbij de stad een grond of nis ter beschikking stelt voor begraving of bijzetting in het columbarium van een persoon, die als begunstigde wordt aangeduid door de concessiehouder of voor de duur van de thuisbewaring. Er is geen eigendomsoverdracht van de grond of nis. Het betreft slechts een gebruiksrecht, dat verleend wordt tegen betaling voor een welbepaalde termijn. Er mag aan de concessie nooit een andere bestemming worden gegeven dan die welke waarvoor ze werd verleend. De concessies zijn onoverdraagbaar

        Hernieuwing van een concessie: de verlenging van een concessie voor een begraving- of bijzettingtermijn of voor de duur van de thuisbewaring voor een welbepaalde periode na betaling van een welbepaald bedrag

        Geconcedeerde grond/nis: grond of nis in het columbarium, waarop voor een welbepaalde termijn tegen betaling van een bepaald bedrag een concessie wordt genomen door een concessiehouder voor de begraving of bijzetting van de begunstigde van de concessie.

        Niet-geconcedeerde grond/nis: gratis begraven zonder concessie in een grafkuil, een grafkelder, het urnenveld, het urnenbos of gratis bijzetting in een nis van het columbarium

        Verstrooien van as: het uitstrooien van de as na crematie op de strooiweide

        Bijzetten in een nis van het columbarium: de asurne plaatsen in een gesloten nis van het columbarium. Het gaat zowel om geconcedeerde als niet-geconcedeerde nissen.

 

Artikel 4: voorwerp

§ 1. De begraving van een stoffelijk overschot, de begraving van een asurn en de bijzetting van een asurn in een columbarium kunnen het voorwerp uitmaken van een concessie.

 

§ 2. De concessieaanvraag, gericht aan het college van burgemeester en schepen, vermeldt duidelijk de identiteit van de begunstigden waarvoor de concessie bestemd is. De concessie is uitsluitend bestemd voor deze begunstigden.

 

§ 3. Een wijziging van het voorwerp van de concessie kan mits toelating van het college van burgemeester en schepenen. Hiertoe richt de belanghebbende een schriftelijke aanvraag aan het college van burgemeester en schepenen.

 

§4. In geval van thuisbewaring blijft de concessie nog gedurende 2 jaar behouden en kan een lege nis, graf of urneveld het voorwerp uitmaken van een concessie.

 

Artikel 5: plaats

De concessies en niet-geconcedeerde graven en nissen worden enkel toegestaan op de plaatsen die daarvoor aangewezen zijn op de begraafplaatsen, volgens de door het stadsbestuur goedgekeurde plannen.

 

Artikel 6: termijn

De concessies worden verleend voor:

        ofwel 25 jaar;

        ofwel 50 jaar;

De concessies worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.

De concessies worden verleend onder de in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het retributiereglement bepaalde voorwaarden, zoals die gesteld zijn op het ogenblik van de concessieaanvraag.

 

De concessie neemt een aanvang op de datum van de voormelde beslissing van het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 7: hernieuwing

§ 1. Hernieuwing vóór het verstrijken van de termijn zonder bijzetting De concessies kunnen op uitdrukkelijke aanvraag vóór het verstrijken van de termijn hernieuwd worden door een belanghebbende.

De duur van de hernieuwing bedraagt 10 jaar, welke aanvangt vanaf de vervaldag.

De concessiehernieuwingen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.

 

De concessiehernieuwingen worden toegestaan onder de voorwaarden die vastgesteld zijn in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het desbetreffende retributiereglement, die gelden op het ogenblik van de aanvraag tot hernieuwing.

 

§ 2. Hernieuwing vóór het verstrijken van de termijn met bijzetting

De concessie kan voor een eenzelfde termijn worden hernieuwd door een belanghebbende op uitdrukkelijke aanvraag en dit vóór het verstrijken van de termijn en naar aanleiding van elke nieuwe bijzetting (bijbegraving), dus niet alleen de laatste.

De duur van de hernieuwing bedraagt respectievelijk 25 of 50 jaar, naargelang de oorspronkelijke concessietermijn, en vangt aan vanaf elke nieuwe bijzetting in de concessie.

De concessiehernieuwingen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.

 

De concessiehernieuwingen worden toegestaan onder de voorwaarden die vastgesteld zijn in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het desbetreffende retributiereglement, die gelden op het ogenblik van de aanvraag tot hernieuwing.

Als er geen hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft het graf bestaan gedurende een termijn van 10 jaar. Deze termijn van 10 jaar begint te lopen op datum van het overlijden van de persoon, die als laatste werd bijgezet, indien dit overlijden zich minder dan 10 jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.

§3. Hernieuwing in geval van thuisbewaring en vroegtijdige beëindiging van de concessie De concessie kan voor een duur van 2 jaar hernieuwd worden te rekenen vanaf de vroegtijdige beëindiging. De concessiehernieuwingen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.

 

De concessiehernieuwingen worden toegestaan onder de voorwaarden die vastgesteld zijn in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het desbetreffende retributiereglement, die gelden op het ogenblik van de aanvraag tot hernieuwing.

 

Artikel 8: begraafplaats Mechelsesteenweg

Op de begraafplaats Mechelsesteenweg worden door het college van burgemeester en schepenen geen nieuwe concessies meer toegestaan. Er zijn enkel nog bijzettingen in en hernieuwingen van bestaande concessies mogelijk.

Van zodra de stad zal starten met het hergebruik van bestaande graftekens van beëindigde concessies, zullen begravingen in nieuwe concessies mogelijk zijn voor deze hergebruikte graftekens.

 

Artikel 9: vroegtijdige thuisbewaring van de asurne

§1. De thuisbewaring van een asurne uit een geconcedeerd columbarium, urnenveld of graf moet schriftelijk aangevraagd worden. De aanvraag tot vroegtijdige thuisbewaring wordt ingediend door de overlevende echtgeno(o)t (e) of samenlevende partner en de bloedverwanten eerste graad.

 

§2. De thuisbewaring van de asurne wordt bekendgemaakt aan de ingang van de begraafplaatsen en aan de betrokken nis, perceel of graf gedurende een periode van 12 maanden vanaf de dag van thuisbewaring.

 

§3. Voor de opgraving worden met de bewaarder de nodige afspraken gemaakt. De modaliteiten van de opgraving van het gemeentelijk politiereglement zijn van toepassing.

Wanneer naar aanleiding van de opgraving, wordt vastgesteld dat de asurne niet meer in goede staat is, moet deze door de aanvrager van de bewaring vervangen worden.

 

Artikel 9 bis: vroegtijdige beëindiging van de concessie

§1.De gemeenteraad is bevoegd voor de vroegtijdige beëindiging van de concessie. Dit kan mits schriftelijke aanvraag van de belanghebbende.

 

§2. De vroegtijdige beëindiging van de concessie heeft tot gevolg dat het graf blijft bestaan gedurende een termijn van 10 jaar, te rekenen van de datum van het overlijden van de persoon, die er als laatste werd begraven of bijgezet.

 

§3. Wanneer de belanghebbende de vroegtijdige beëindiging van de concessie vraagt om de asurne thuis te bewaren, heeft dit tot gevolg dat de concessie alsnog gedurende 2 jaar behouden blijft of zelfs verlengd dient te worden indien de oorspronkelijke vervaldatum van de concessie valt gedurende deze termijn van 2 jaar. Het bijhorende grafteken wordt eveneens gedurende 2 jaar behouden.

 

Artikel 10: concessie voor ereperken

Op de begraafplaatsen zijn ereperken voorzien, waar politieke gevangenen en oudstrijders begraven liggen. Deze bestaande concessies krijgen als vervaldag 50 jaar na de datum van overlijden.

 

Als eerbetoon voorziet de stad zelf ofwel in de hernieuwing van de concessies voor de duur van 10 jaar, welke aanvangt vanaf de vervaldag ofwel in een vervangend eremonument of – zuil op de begraafplaats.

De concessiehernieuwingen worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen.

 

De stad onderhoudt de ereperken. Er zijn geen bijbegravingen mogelijk.

 

Artikel 11: concessie voor andere oudstrijders

Alle andere oudstrijders, krijgsgevangenen, politieke gevangenen, arbeidsweigeraars, oorlogsvrijwilligers, gedeporteerden, militaire en burgerlijke oorlogsslachtoffers met een invaliditeit van meer dan 10%, krijgen een begraving in een niet-geconcedeerd graf of nis voor een termijn van 20 jaar, wanneer bij de aangifte van het overlijden het bewijs wordt geleverd dat zij voldeden aan één van bovenvermelde statuten.

 

Na de vervaldag kan het niet-geconcedeerd graf worden omgezet in een concessie volgens de bepalingen van huidig reglement.

 

Artikel 12: omzetting van een niet-geconcedeerd graf/ nis naar een geconcedeerd graf/nis

Een niet-geconcedeerd graf of nis wordt behouden voor een duur van 10 jaar, met ingang van de datum van overlijden.

 

Een niet-geconcedeerd graf of nis kan na de vervaldag omgezet worden in een geconcedeerd graf of nis als volgt:

§ 1. niet-geconcedeerde graven of nissen van de personen overleden voor 01/03/ 2021:

De concessies voor 1 persoon worden verleend voor:

        ofwel 25 jaar;

        ofwel 50 jaar;

Er zijn geen bijzettingen of bijbegravingen mogelijk.

 

De concessies worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.

De concessies worden verleend onder de in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het retributiereglement bepaalde voorwaarden, zoals die gesteld zijn op het ogenblik van de concessieaanvraag.

 

De concessie neemt een aanvang op de datum van de voormelde beslissing van het college van burgemeester en schepenen.

 

Het oorspronkelijk perceel blijft behouden.

 

§ 2. niet-geconcedeerde graven of nissen van de personen overleden nà 01/03/2021

De concessies voor 1 persoon worden verleend voor:

        ofwel 25 jaar;

        ofwel 50 jaar;

De concessies worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.

De concessies worden verleend onder de in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het retributiereglement bepaalde voorwaarden, zoals die gesteld zijn op het ogenblik van de concessieaanvraag.

 

De concessie neemt een aanvang op de datum van de voormelde beslissing van het college van burgemeester en schepenen.

 

Het oorspronkelijk perceel blijft niet behouden. De concessie wordt enkel toegestaan op de plaatsen die daarvoor aangewezen zijn op de begraafplaatsen, volgens de door het stadsbestuur goedgekeurde plannen.

 

Voor de opgraving en verplaatsing van het stoffelijk overschot worden met de beheerder de nodige afspraken gemaakt. De modaliteiten van de opgraving van het “gemeentelijk politiereglement” en het belastingreglement op het ontgraven of verplaatsen van stoffelijke resten of asurne om te begraven, bijzetten in het columbarium of urnenveld, te verstrooien op de strooiweide of te bewaren op een andere plaats dan de begraafplaats” zijn van toepassing.

 

Artikel 13: terugname concessie wegens openbaar belang

In geval van terugneming van een geconcedeerd perceel of van een geconcedeerde nis wegens openbaar belang of dienstnoodzakelijkheid hebben de concessiehouders recht op het verkrijgen van een perceel van dezelfde oppervlakte of van een nis van dezelfde grootte, op dezelfde of op een andere begraafplaats in de stad.

 

De kosten van overbrenging van de stoffelijke overschotten en van de graftekens of eventueel van een vervangende grafkelder zijn ten laste van de stad.

 

Artikel 14: wijziging bestemming begraafplaats

In geval van wijziging van de bestemming van de begraafplaats (sluiting van de begraafplaats) kan de concessiehouder geen aanspraak maken op enige vergoeding.

Hij heeft het recht op het kosteloos verkrijgen van een grafruimte of van een nis van dezelfde oppervlakte op de nieuwe begraafplaats.

De kosten voor de overbrenging van de stoffelijke overschotten zijn ten laste van het stadsbestuur.

 

De kosten voor de overbrenging van de graftekens, evenals de kosten van een vervangende grafkelder zijn ten laste van de aanvrager.

 

Slot- en overgangsbepalingen

 

Artikel 15: eeuwigdurende concessies

De bestaande eeuwigdurende concessies krijgen een vervaldag na 50 jaar en kunnen dan door belanghebbenden kosteloos worden hernieuwd, telkens voor een termijn van 50 jaar.

 

Artikel 16: concessie voor oudstrijders overleden op het veld van eer

De bestaande concessies voor graven van de oudstrijders, die stierven op het veld van eer en die zich niet in de ereperken bevinden, kunnen steeds kosteloos worden hernieuwd voor een termijn van 10 jaar conform artikel 7 van huidig reglement.

 

Artikel 17: begravingen kloosterlingen

De kloosterlingen van de verschillende orden, welke begraven zijn vóór 17.9.2007 in nietgeconcedeerde graven, zullen in het jaar tweeduizend éénentwintig vervallen, telkens op de vervaldag van de eerst overledene kloosterling.

 

Na de vervaldag kan het niet-geconcedeerd graf worden omgezet in een concessie volgens de bepalingen van huidig reglement.

 

Artikel 18: concessies met andere termijnen

De concessies, welke in het verleden voor andere termijnen werden verleend, dan de termijnen die bepaald worden in huidig reglement, blijven behouden en kunnen op hun respectievelijke vervaldag worden hernieuwd volgens de bepalingen van huidig reglement.

 

Artikel 19

Alle gevallen, niet bepaald in het huidig reglement, worden geregeld door het college van burgemeester en schepenen.

 

Artikel 20

Dit huishoudelijk reglement treedt in werking op 01/12/2021 en vervangt het huishoudelijk reglement van 01/03/2021.

 

Artikel 21

Dit huishoudelijk reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig de artikelen 285, 286, inzonderheid §1,1° van het Decreet Lokaal bestuur.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.8 Woonmaatschappij - voorstel van werkingsgebied. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om het advies van het lokaal woonoverleg te volgen en het voorstel om de gemeente Lier tot een werkingsgebied met volgende gemeenten te laten behoren: Bonheiden, Duffel, Sint-Katelijne-Waver en Ranst (onder voorbehoud van afwijking van de referentieregio), aan de VMSW over te maken.

 

Art 2 :

De gemeenteraad geeft gunstig advies over de stemverdeling in het adviesformulier als bijlage.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.9 Grondinnames Schollebeekstraat nr. 5 en 9. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de volgende overeenkomsten tot gratis grondafstand goed te keuren die tevens als bijlage zijn toegevoegd;

•overeenkomst betreffende inname 9 van Ceulemans

•overeenkomst betreffende inname 5 van Vermeulen

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.10 Grondinnames Schollebeekstraat: nr. 7, 7.1, 1, 1.1, 2, 2.1, 3, 3.1, 4, 4.1, 10. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de volgende ondertekende overeenkomsten tot gratis grondafstand goed te keuren die tevens als bijlage zijn toegevoegd:

        overeenkomst betreffende inname 1, 2,3 en 4

        overeenkomst betreffende inname 7

        overeenkomst betreffende 10

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.11 Grondinnames Schollebeekstraat: nr. 5 , 6, 9, 11, 12, 16, 17, 21, 22 en 24. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de volgende ondertekende overeenkomsten tot gratis grondafstand goed te keuren die tevens als bijlage zijn toegevoegd:

        overeenkomst betreffende inname 24

        overeenkomst betreffende innames 21 en 22

        overeenkomst betreffende inname17

        overeenkomst betreffende inname 12

        overeenkomst betreffende inname 11

        overeenkomst betreffende inname 9

        overeenkomst betreffende inname 6

        overeenkomst betreffende inname 5

        overeenkomst betreffende inname 16

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.12 Grondinnames Schollebeekstraat: nr 23. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de volgende ondertekende overeenkomst tot gratis grondafstand goed te keuren die tevens als bijlage is toegevoegd:

        overeenkomst betreffende inname 23

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.13 Grondinname Sander de Vosstraat: perceel nr C 149/B. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de ontwerpakte op betreffende de ondergrondse grondinname van een perceel grond gelegen te Lier, Reypermans Hoef, (kadaster sectie C nr 149 B) voor een oppervlake van 615 m², goed te keuren.

 

Art 2 :

De gemeenteraad machtigt de burgemeester Frank Boogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij diens afwezigheid haar afgevaardigde(n) Ilse Anné en/of Kyrina Van Goubergen) voor de ondertekening van de akte en bijhorende stukken.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.14 Grondinnames Rijenweg. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om de volgende grondinnames conform het opmetingsplan in bijlage goed te keuren voor de totale prijs van 43.140 EUR.

        Deel perceel A 669 L zijnde 84 m² aan een eenheidsprijs van 185 EUR/m²

        Deel perceel A 659 X zijnde 276 m² aan een eenheidsprijs van 185 EUR/m²

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om notaris Van Cauwenbergh aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte. De gemeenteraad machtigt de burgemeester Frank Boogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij diens afwezigheid haar afgevaardigde(n) Ilse Anné en/of Kyrina Van Goubergen) voor de ondertekening van de aktes en alle bijhorende stukken.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.15 Grondinname Hoge velden: nr. 12. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om akkoord te gaan met de aankoop van het perceel dat ten kadaster gekend is als Lier 2e afd, sectie C, nr. 480/D2, onderdeel van het project 'Hoge velden - Posthoorn', voor de prijs van 340.000 euro.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om vastgoedtransacties aan te stellen voor de opmaak en het verlijden van de akte.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.16 Tramweglei - aankoop garages. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om drie garageboxen aan te kopen aan een prijs van 22.900 euro exclusief kosten per garagebox, aangezien dit kadert in de ontwikkeling van de stationsomgeving en de aangrenzende eigenaars van de Tramweglei toezegden om de garage te huren aan 50 euro per maand.

 

Art 2 :

De gemeenteraad beslist om notaris Verreth aan te stellen voor de opmaak van de akte. De gemeenteraad machtigt om de burgemeester Frank Boogaerts en algemeen directeur Katleen Janssens (en bij diens afwezigheid haar afgevaardigde(n) Ilse Anné en/of Kyrina Van Goubergen) voor de ondertekening van de akte en alle bijhorende stukken.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.17 Lokaal klimaat en-energiepact. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist het Lokaal klimaat- en energiepact te ondertekenen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.18 Convenant CAW rond woonbegeleiding - verlenging. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist akkoord te gaan om de convenant met CAW BoomMechelenLier te verlengen met 3 jaar na positieve evaluatie.

 

Art 2 :

De gemeenteraad machtigt de burgemeester, Frank Boogaerts, om de convenant te ondertekenen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.19 Addendum 3 bij de samenwerkingsovereenkomst, afgesloten met het Agentschap Zorg en Gezondheid houdende het opnemen van complementaire engagementen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken. BEKRACHTIGING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van het college van 27 september 2021 over het besluit van de Vlaamse Regering van 13 november 2020 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de contact- en bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken, het geconsolideerde  besluit van de Vlaamse regering van 23 april 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing  en het contactonderzoek ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken en het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021 tot toekenning van een subsidie aan de lokale besturen om de bronopsporing ter bestrijding van de COVID-19-pandemie te versterken.

 

Art 2 :

De gemeenteraad keurt het voorgelegde addendum met bijlagen goed.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.20 Ligo regio Mechelen - algemene vergadering - aanduiden van effectief vertegenwoordiger. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad beslist om mevrouw Marleen Vanderpoorten, lid Open VLD, als vertegenwoordiger in de algemene vergadering van Ligo vzw, af te vaardigen.

 

Art 2 :

Deze beslissing wordt ter kennisgeving aan Ligo vzw overgemaakt.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.21 Interpellaties

 

BESLUIT

Art 1 :

Kennisgenomen.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021
Overzicht punten

 

Zitting van 25 oktober 2021

 

OZ.22 Openbare schaaktafels voorzien bij herinrichting Pallieterdriehoek. GOEDKEURING.

 

BESLUIT

Art 1 :

De gemeenteraad van Lier beslist om enkele vaste, openbare schaaktafels te voorzien bij de herinrichting van de Pallieterdriehoek.

 

 

Publicatiedatum: 03/11/2021